Exploitateplan Lelystad Larserknoop deel 2 - Gemeente Lelystad

[9]
Wro buiten toepassing kan blijven 5 nu bij de herziening van dat bestemmingsplan geen andere
bestemmingsregeling wordt vastgesteld. Artikel 6.12 tot en met artikel 6.22 Wro blijven voor dergelijke
bouwplannen buiten toepassing; er hoeft dus geen exploitatieplan te worden vastgesteld.
1.4 TOELICHTING BIJ ARTIKEL 1.4 VAN HET EXPLOITATIEPLAN: VOORGENOMEN
GRONDGEBRUIK
Een exploitatieplan kan een kaart omvatten waarop het voorgenomen grondgebruik is aangegeven en de
gronden die de gemeente wil verwerven (zie artikel 6.13 lid 2 Wro). Zo’n kaart is niet verplicht. In het
exploitatieplan is kaart Voorgenomen grondgebruik opgenomen die als Kaart 2 onderdeel uitmaakt van
het exploitatieplan.
Het bestemmingsplan Lelystad-Larserknoop voorziet voor de gronden gelegen binnen het
exploitatiegebied in de bestemmingen ‘Bedrijventerrein-2’ en ‘Groen’. De bestemming ‘Groen’ is
uitsluitend opgenomen voor de hoofdgroenstructuur. Binnen de vlakken met de bestemming
‘Bedrijventerrein-2’ zullen behalve de bedrijfskavels, onder meer ontsluitingswegen,
groenvoorzieningen in de vorm van bermen en water gerealiseerd gaan worden. Het bestemmingsplan
Lelystad-Larserknoop voorziet binnen de vlakken met de bestemming ‘Bedrijventerrein- 2’ in een
gedifferentieerde regeling wat betreft het gebruik en de bouwmogelijkheden. Het bestemmingsplan
Lelystad-Larserknoop geeft een dusdanig gedetailleerd beeld van het grondgebruik dat een verdere
regeling in het exploitatieplan niet noodzakelijk is. Voor de duidelijkheid is echter wel een Kaart
Voorgenomen grondgebruik opgenomen. Deze gaat uit van een tweetal vormen van gebruik
overeenkomstig de in het bestemmingsplan Lelystad-Larserpoort opgenomen bestemmingen
‘Bedrijventerrein-2’ en ‘Groen’.
De exacte ligging van de ontsluitingswegen en groenvoorzieningen, anders dan de hoofdontsluiting en
de hoofdgroenstructuur, ligt nog niet vast; er is nog geen inrichtingsplan. Het exploitatieplan bevat
regels op grond waarvan de bedrijfskavels ontsloten moeten worden via ontsluitingswegen, niet zijnde
hoofdontsluiting, namelijk door middel van haaks dan wel parallel aan de hoofdstructuur aan te leggen
wegen. Voorts bepaalt het exploitatieplan onder meer aan welke eisen deze wegen en de
hoofdgroenstructuur moeten voldoen.
Om te kunnen toetsen of de inrichting voldoet aan deze eisen is in de regels bepaald dat vóór aanvang
van de werkzaamheden voor het bouwrijp maken een inrichtingsschets ter goedkeuring aan burgemeester
en wethouders moet worden voorgelegd.
5 Artikel 9.1.20 Invoeringswet Wro:
Voor zover op grond van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 10 of 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
bouwvergunning had kunnen worden verleend voor een bouwplan dat na 1 juli 2008 is aangewezen krachtens artikel 6.12,
eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening, en bij de herziening van dat bestemmingsplan na dat tijdstip geen andere
bestemmingsregeling is vastgesteld, blijven de artikelen 6.12 tot en met 6.22 ten aanzien van een dergelijk bouwplan buiten
toepassing.