12.07.2015 Views

HET HOGEPRIESTERLIJK GEBED VAN CHRISTUS - De Evangelist

HET HOGEPRIESTERLIJK GEBED VAN CHRISTUS - De Evangelist

HET HOGEPRIESTERLIJK GEBED VAN CHRISTUS - De Evangelist

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

273van heerlijkheid tot heerlijkheid als door des Heeren Geest, of om die heerlijkheid vanJezus te ontvangen, die de Vader Hem gegeven heeft. <strong>De</strong> glans van wereldse eer,aanzien, hoogheid en pracht, heeft tienmaal meer liefhebbers. u zou zeer in uw schikzijn, mocht het u gebeuren, de aardse Salomo in zijn vergankelijke heerlijkheid gelijkte zijn. En hoewel het u gebeuren mag, deelgenoten der Goddelijke, van dezeTegenbeeldige te worden, daarvan wordt geen werk gemaakt.4. Licht denkt u: Dat zou een overgegeven goddeloos mens zijn, die geen werk maakteom met Christus verheerlijkt te worden. U meent, dat het er u wel ernstig om te doenis, en kunt op uw wijze ook roemen in de hoop der heerlijkheid Gods. Maar deverheerlijking moet hier begonnen worden, zal ze na dit leven volmaakt zijn. Christusmoet ons hier Zijn heerlijkheid gegeven hebben, of wij vleien ons tevergeefs met dieeeuwige. Ziet nu eens uit hetgeen boven in de verklaring daarvan gezegd is, of dezeblijken daarvan u bekend zijn.A. Ziet eens waarin ze bestaat. Welke blijken hebt u in uw hart en gedrag, dat u uit uwvervreemde en afkerige staat bent aangenomen tot een kind Gods, en doorwederbarende genade een hart ontvangen hebt, waarin die kinderlijke liefde, eerbieden gehoorzaamheid gevonden wordt? Waarin toont u, geroepen en gezalfd te zijn totzulke geestelijke bedieningen, en gezet op de waameming daarvan? Welke bewijzenhebt u, dat de Geest der heerlijkheid op u rust, die door verlichtende en heiligendegenade u het beeld van Gods Zoon gelijkvormig gemaakt heeft?B. Christus geeft die heerlijkheid aan Zijn volk. Maar hebt u zich van dat alles welooit ontbloot gezien? Bent u er wel ooit op verliefd en om verlegen geweest? Hebt uwel ooit bij Christus moeten smeken als zulk een walgelijk ellendige, om niet alleenvan verderf verlost, maar naar Zijn heerlijk beeld vernieuwd te worden? Is hetgeen udaarvan meent te hebben boven anderen, niet maar gemene godsdienstigheid enzedelijke deugd van eigen maaksel?C. Het einde waartoe Jezus heerlijkheid aan Zijn volk geeft, is opdat zij één zijn,gelijk Hij met de Vader, en Hij in hen. Indien wij dan uit de vruchten zullen mogenbesluiten, deelgenoten van Zijn heerlijkheid te zijn; zo moet ons hart met de tederstegenegenheid verbonden zijn aan de heiligen op de aarde en wel meest met die, waarinde trekken van Gods beeld duidelijk bespeurd worden. Dan zullen wij met een klarebevatting van alles wat aan Christus is, en met een sterke verbeelding dat Hij dehemelheerlijkheid voor ons verworven heeft, niet tevreden zijn; maar daarop meestgezet, dat Hij in ons hart wone, dat Hij daar in ons leeft als het levend, levendmakenden alles aan Zich onderwerpend Hoofd; zonder welker invloeden ons alle licht, kracht,lust en leven ontbreekt.Hoe gemakkelijk was het, te tonen uit het spreken en bedrijf van de meesten, dat zijvan deze dingen geheel vervreemd en onkundig zijn. Hoe klaar zou elk, die getrouwmet zichzelf zoekt te handelen, kunnen overtuigd worden aangaande zijn gemis vandeelgenootschap dezer heerlijkheid. En moet u besluiten nog in die natuurstaat te zijn,waarin wij allen geboren worden, dervende de heerlijkheid Gods, Rom. 3: 23, wordtdan toch eens gevoelig over uw traanwaardige staat. Wat is het rampzalig voor eenmens die elk uur tot een geduchte eeuwigheid kan overgaan, ja al bleef hij hier eeuwigen bezat hij alles, de Vader en de Zoon te missen, buiten God en Christus te zijn, inalle ellende van dit leven en onder alle akelige uitzichten op de dood zonder hoop opeen eeuwig leven te zijn. Dat gemis moest rusteloos maken. Te meer, omdat ertegenover staat versmaadheid en eeuwige afgrijzing, Dan. 12: 2. En als u eens datverschrikkelijk onderscheid zult moeten zien, 2 Thess. 1: 9, 10: <strong>De</strong>welken zullen totstraf lijden het eeuwig verderf, van het aangezicht des Heeren, en van de heerlijkheid

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!