12.11.2018 Views

Herinneringen Oorlog 1914-1918

Mijn grootoom, Etienne Berquin, heeft in 1964 zijn memoires over zijn ervaringen als piepjonge frontsoldaat in de Groote Oorlog neergeschreven. Eind jaren 80 heb ik deze voor het eerst helemaal gelezen na het overlijden van Etienne. Het heeft mij toen niet onberoerd gelaten, maar verder is er niets mee gebeurd. Na het overlijden van mijn moeder zijn de originelen, de militaire documenten en foto’s van toen terug bovengekomen. Ik had in overleg met mijn zussen de taak op mij genomen om daar ‘iets’ mee te doen. De herdenking van 100 jaar Eerste Wereldoorlog leek mij het ideale moment om de herinneringen van Etienne Berquin met een publiek te delen.

Mijn grootoom, Etienne Berquin, heeft in 1964 zijn memoires over zijn ervaringen als piepjonge frontsoldaat in de Groote Oorlog neergeschreven. Eind jaren 80 heb ik deze voor het eerst helemaal gelezen na het overlijden van Etienne.
Het heeft mij toen niet onberoerd gelaten, maar verder is er niets mee gebeurd. Na het overlijden van mijn moeder zijn de originelen, de militaire documenten en foto’s van toen terug bovengekomen.
Ik had in overleg met mijn zussen de taak op mij genomen om daar ‘iets’ mee te doen. De herdenking van 100 jaar Eerste Wereldoorlog leek mij het ideale moment om de herinneringen van Etienne Berquin met een publiek te delen.

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Maar zie, wie is die krankzinnige, die daar te paard, recht als een kaars, met ware doodsverachting, door<br />

al dat vuur naar ons toekomt. Het was zelfmoord en toch, daar stond hij voor ons, levend! Ik herkende<br />

hem, want in gelijkaardige omstandigheden had ik hem gezien in Haacht, even kalm, even koelbloedig.<br />

Het was kolonel de Brouwer, de mankepoot, de spion. Zó hadden wij hem genoemd omdat wij hem<br />

alleen maar bij groot gevaar ontmoetten en hij nooit een letsel opliep. Nu ook bezag hij ons glimlachend<br />

en sprak tot ons:<br />

'Mes amis, soldats de l'Yser, vous l'entendez, l'ennemi s'épuise vainement à vouloir percer nos lignes.<br />

II ne passera ni aujourd'hui, ni demain. En ce moment il est attaqué dans le flanc par nos troupes venant<br />

des dunes et il devra se replier s'il veut éviter la débâcle. Ses pertes sont déjà très importantes.<br />

Voyez, son tir faiblit. On n'a plus besoin de vous ici pour le moment et vous irez vous reposer un peu à<br />

Nieuport. Pour cela, il vous faut traverser les ponts et cela nous allons le faire dignement, comme à<br />

l'exercice, en colonne par quatre.'<br />

'Je sais que j'ai devant moi des hommes dont le courage est au dessus de toute épreuve. Cela vous l'avez<br />

prouvé dans maints combats. Je compte sur eux pour me suivre. Que ceux qui ont peur restent.'<br />

En hij ging zoals hij gekomen was, zonder omzien. Baeten riep ons toe: 'Kom mannen.', en wij volgden.<br />

Kogels vlogen nog over en rond ons, verloren kogels en granaten ploften nog neer in water en dijken.<br />

Een paar jongens in onze groep werden getroffen tijdens de overtocht. Anderen achter ons werden ook<br />

gewond, maar er vielen geen doden. De kolonel, aan de overkant bij onze doortocht, bracht ons een<br />

eresaluut.<br />

Die nacht sliepen wij in de kelders van de pastorij van Nieuwpoort.<br />

Pastorijperikelen in Nieuwpoort<br />

In de pastorij werd ik het lange zitten en liggen in de kelders beu. We voelden ons daar weliswaar veilig<br />

en beschut tegen de Duitse granaten die hier en daar, bij korte tussenpozen, op Nieuwpoort<br />

neerkwamen. Een huis waar een pastoor in woonde had ik evenwel nog nooit betreden. Zo'n huis was<br />

zeker geen gewoon huis of was het dat wel? Om daarover zekerheid te hebben besloot ik maar eens<br />

naar boven te gaan kijken wat er zoal bijzonder te zien was. Op het gelijkvloers in de gang vond ik een<br />

paar deuren open. Ik gluurde even binnen, maar voor keukengerei en verder voor portretten van de<br />

paus en andere, van bisschoppen misschien, had ik geen belangstelling. Alleen ving mijn reukorgaan een<br />

eigenaardige geur op die hier alom aanwezig was en die voor mijn geest het beeld toverde van een<br />

kerkinterieur waar wierook wordt geofferd en kaarsen gebrand. Terwijl mijn gedachten zich met dat<br />

reukprobleem bezighielden, liep ik de trap op naar de bovenverdieping. Daar duwde ik een brede<br />

dubbele deur open en kwam zo in een grote kamer waarvan de muren met boekenrekken bedekt<br />

waren. Ik bevond mij in de bibliotheek.<br />

Maar dit alles zou het vertellen niet waard zijn, ware het niet dat mijn inspectietocht brutaal gestuit<br />

werd. Terwijl ik daar in die kamer bewonderend naar die boekenrekken stond te kijken, hoorde en zag ik<br />

tegelijkertijd de gevolgen van een granaatinslag op het dak van het aanpalend huis. Van tussen twee<br />

poten van een stevige gebeeldhouwde tafel, waaronder ik mezelf, na een bliksemsnelle reflex,<br />

terugvond, zag ik hele rijen boeken naar beneden tuimelen. In de zijmuur was nu een brede scheur die<br />

naar een groot gat leidde waarin de hemel zich helderblauw aftekende. Ik sprong op, graaide terloops<br />

een boek weg en duikelde de trappen af terug naar de kelder.<br />

Daar vond ik mijn kameraden in hevige woordentwist gewikkeld. De oorzaak daarvan was te zoeken in<br />

een partijtje kaart dat ze samen speelden en waarvan het verloop dermate hun zenuwen aantastte dat<br />

het voor mij duidelijk was dat niets voor hen van groter belang kon zijn dan de betwisting. Om beurten<br />

werden hierbij in 't Brussels, in 't Gents en in 't Brugs argumenten naar voren gebracht om te proberen<br />

uit te maken wie, in dat spelletje whist, het bij het rechte eind had. Ik vond het maar best over dat<br />

31

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!