Heden Mosselen, morgen gij - Hans Vervoort
Heden Mosselen, morgen gij - Hans Vervoort
Heden Mosselen, morgen gij - Hans Vervoort
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
`Nee, oom Bouke', zei ik.<br />
`Ja jongen, kampioen van Oost Java was ik', zei hij, terwijl hij<br />
zich op de borst klopte, `kampioen 1947 en 1948. In 1949<br />
stopte ik, want dat kon niet hé, een boksende dokter. Nee,<br />
toen had ik mijn praktijk net, dat kon niet. Maar als legerarts<br />
kon je best boksen. Trek je overhemd uit, dan zal ik het je<br />
leren.'<br />
Het was een erg kleine kamer en ik kon ooms zweet ruiken.<br />
Hij had dikke vettige armen, en zijn gewicht alleen was al<br />
voldoende om sterk te zijn.<br />
Ik lachte zenuwachtig. `Ik moet nog wat huiswerk, oom', zei<br />
ik, `en moeder zit op me te wachten.'<br />
`Niet zeuren, jongetje. Trek je overhemd uit, dan leer ik het je'.<br />
Ik trok aarzelend mijn overhemd uit en ging tegenover hem<br />
staan, met twee vuisten opgeheven.<br />
`Hoe oud ben je nu?' vroeg hij.<br />
`Dertien', zei ik, `oom.'<br />
Hij hief zijn dikke vuisten op en liet ze toen weer zakken. Hij<br />
boog een beetje door zijn knieën en liet zijn gezicht vlak voor<br />
het mijne hangen.<br />
`Sla maar', commandeerde hij.<br />
`Waar oom?'<br />
`Op mijn gezicht natuurlijk, sla dan man.'<br />
Ik tikte hem voorzichtig op de neus.<br />
`Slaan, zei ik, niet aaien', bulderde hij.<br />
Ik sloeg iets harder.<br />
`Harder.'<br />
Toen sloeg ik hard en raakte niets, want hij had zijn gezicht<br />
weggetrokken. Ik besloot door te zetten en kwam wankelend<br />
tegen zijn buik aan, waar ik een zwakke roffel op gaf. Hij duwde<br />
me weg met zijn twee vuisten en bukte zich weer.<br />
`Nee jongen', zei hij terwijl hij zijn hoofd voor me heen en weer<br />
bewoog, `je moet...' Op dat moment raakte ik in paniek zijn<br />
neus en het volgende moment smakte ik tegen de muur aan.<br />
Zijn enorme vuist hing voor mijn ogen.<br />
`Wat wil je jongen', gromde hij. 'Oewat oewil jij, man',<br />
herhaalde hij met indisch accent. Zijn oogjes waren klein en<br />
een beetje bloeddoorlopen.<br />
`Niets oom, niets', riep ik bang. Hij bleef me nog even strak<br />
aankijken en richtte zich toen ontspannen op.<br />
`Boksen hé?' vroeg hij, `jij wilt graag boksen leren, hé ? Nou<br />
jongen, als ik tijd heb zal ik het je echt leren hoor. Ik heb nu<br />
zo weinig tijd, jongen.' Hij keek uit het raam.<br />
`Ja oom', antwoordde ik. Ik nam het theeblad op en ging snel<br />
naar beneden. Moeder stond in de keuken. `Mam', zei ik, `wat<br />
is er met oom Bouke?'<br />
`Wat is er met oom Bouke?' vroeg mijn moeder.