Voolopig ontwerp ABEN april 2011 - Gemeente Dordrecht
Voolopig ontwerp ABEN april 2011 - Gemeente Dordrecht
Voolopig ontwerp ABEN april 2011 - Gemeente Dordrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
40<br />
Voorstel watersysteem<br />
In de Oosthaven aan de Nieuwe Merwede wordt via een nieuwe hevel water ingelaten in<br />
peilgebied 4 waar tevens een bezinkplas ligt. Vanuit de bezinkplas kan het water rechtstreeks<br />
afstromen naar zes peilgebieden. Het betreft:<br />
• peilgebied 1 (langs de westkant van het wiel);<br />
• de recreatieplas in peilgebied 3;<br />
• peilgebied 8 voor aanvoer naar de wijk Sterrenburg;<br />
• peilgebied 7 (via peilgebied 5);<br />
• peilgebied 5 (Noorderdiep);<br />
• Polder de Biesbosch (21-5).<br />
Peilgebied 4 en 5 hebben hetzelfde peil en zijn met een stuw afsluitbaar om, zonder<br />
eventueel het peil in peilgebied 5 te beïnvloeden, water te kunnen leiden naar de andere<br />
peilgebieden.<br />
Vanuit peilgebied 5 stroomt het water over stuwen naar peilgebied 6 (Elzen Noord) en<br />
8 (nabij hoveniersbedrijf ). Vanuit peilgebied 7 stroomt het water naar peilgebied 8 en<br />
van daaruit via peilgebied 22-2 naar de Alloijzen of Bovenpolder en ook richting de wijk<br />
Sterrenburg (zie kaart watersysteemkaart in bijlage C).<br />
Vanuit peilgebied 4 worden de peilgebieden 1, 2 en 3 van water voorzien. Van hieruit<br />
stroomt het water naar peilgebied 2 dat direct is aangesloten op het gemaal. Aan<br />
weerszijden van de Provincialeweg wordt door ophoging van peilgebied 1 “nat” bos gecreëerd.<br />
Ook het middelste deel van peilgebied 2 wordt opgehoogd voor realisatie van<br />
“droog” bos. Hierdoor is het niet noodzakelijk extra peilgebieden te maken.<br />
De recreatieplas wordt vanuit peilgebied 4 van water voorzien en watert weer af op<br />
peilgebied 2. Vanuit peilgebied 4 kan het water ook direct via een stuw naar polder de<br />
Biesbosch stromen.<br />
Met deze stromingsrichtingen zal het water altijd van schoon naar vuil stromen en blijft<br />
doorspoeling en peilbeheersing gegarandeerd.<br />
Capaciteit watergangen<br />
Op basis van de inlaatbehoefte (zie tabel 4.3), en de aanvoer- afvoer capaciteit van respectievelijk<br />
0,5 en 2 l/s/ha per deelgebied, is de capaciteit van de watergangen (zie bijlage<br />
B) bepaald. Voor de bepaling van het doorstroomprofiel is gebruik gemaakt van<br />
een toegestane stroomsnelheid van 0,1 m/s bij aanvoer van water en 0,2 m/s bij afvoer<br />
van water.<br />
De meeste watergangen zijn aanvoer watergangen, omdat voor natuur in tijden van<br />
overlast water kan worden vastgehouden (extra peilopzet van 10 cm in tijden van hevige<br />
neerslag). Zo is de watergang naar Sterrenburg (door peilgebied 8), Dordtwijkzone<br />
en Landbouwpolders Alloij-zen of Bovenpolder een aanvoerwatergang met een capaciteit<br />
van 3,8 m2 (1,6 + 1,4 + 0,8 m2). Voor de afvoer naar het gemaal in de Alloijzen of<br />
Bovenpolder zal juist minimaal een doorstroomprofiel van 7,5 m2 nodig zijn.<br />
Peilverloop in peilgebieden<br />
De bandbreedte van de peilen geven de range aan waarbinnen de waterstand mag fluctueren.<br />
In het voorjaar en zomer zal het waterpeil afnemen en in het najaar en winter<br />
zal de waterstand juist stijgen. Het verwachte peilverloop op basis van neerslag, inlaat,<br />
wegzijging/kwel en verdamping ligt tussen deze minimale en maximale waarden in. Er<br />
hoeft pas water in- of uitgelaten te worden als per maand de waterstand respectievelijk<br />
onder het minimale of boven het maximale peil uitkomt. Door deze ruime marge in het<br />
BWZ Ingenieurs , 11 februari <strong>2011</strong>