De cultuur van het lezen - Taalunieversum
De cultuur van het lezen - Taalunieversum
De cultuur van het lezen - Taalunieversum
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
4<br />
<strong>lezen</strong> onvermijdelijk. Koen Jaspaert betitelt deze noodzaak als ‘een emotionele vorm <strong>van</strong><br />
Compeed’. Annemie Leysen werpt tegen dat fervente lezers hierdoor een beetje worden<br />
afgeschilderd als sukkelaars.<br />
Tijdens Frank <strong>van</strong> Dixhoorns carrière in <strong>het</strong> middelbare onderwijs werd <strong>het</strong> hem duidelijk<br />
dat leerlingen <strong>van</strong> die leeftijd niet <strong>lezen</strong>. Misschien lazen ze vroeger wel, maar in de brugklas<br />
haken ze af – omwille <strong>van</strong> de obligate leesverslagen, zo zeggen ze zelf. Wat moet, is immers<br />
niet leuk meer. Jonge leerkrachten hebben bovendien nergens geleerd hoe om te gaan met<br />
de frustratie die bepaalde verplichte boeken uit de canon opwekken bij leerlingen, met de<br />
authentieke vragen die zulke teksten vaak oproepen. Het literatuuronderwijs leidt er met<br />
andere woorden toe dat vaak sublieme teksten worden geneutraliseerd. Door op die manier<br />
de canon te onderwijzen komen kinderen niet toe aan meer dan oppervlakkige reflectie.<br />
Geert Buelens merkt op dat mensen vaak stoppen met alles wat in <strong>het</strong> middelbare onderwijs<br />
onderwezen werd. Wie heeft er na zijn schooltijd nog eens fysica of chemie beoefend?<br />
Walter Schlundt Bodien sluit zich aan bij de kritiek op <strong>het</strong> onderwijs. Zo wordt zijn kleinzoon<br />
ontmoedigd in zijn leesproces, doordat hij boeken moet <strong>lezen</strong> <strong>van</strong> een ‘lager’ niveau<br />
dan <strong>het</strong>geen hij wil of aankan. Uit <strong>het</strong> onderzoek <strong>van</strong> Schlundt Bodien en Nelck-da Silva<br />
Rosa bleek ook dat vooral mannelijke lezers in de puberteit afhaken. Meisjes <strong>lezen</strong> dikwijls<br />
wel verder en hun leesplezier stijgt zelfs naarmate hun persoonlijkheidsontwikkeling<br />
vordert. <strong>De</strong> verklaring hiervoor hangt volgens Schlundt Bodien samen met ‘prestige’:<br />
<strong>het</strong> is moeilijk om te zeggen dat je <strong>van</strong> <strong>lezen</strong> houdt en niet <strong>van</strong> voetballen of <strong>van</strong> brommers,<br />
of dat gamen niet cool is. Wat je peergroup doet, doe jij ook. Voor meisjes kon <strong>lezen</strong> wel nog<br />
prestigieus zijn, vrouwen <strong>lezen</strong> immers meer dan mannen.<br />
Volgens Gert Rijlaarsdam is <strong>het</strong> wel degelijk de taak <strong>van</strong> <strong>het</strong> onderwijs om leerlingen de<br />
kans te bieden om te <strong>lezen</strong>, maar kan <strong>het</strong> hen niet dwingen. Ook Kris Humbeeck meent<br />
dat literaire competentie bijgebracht moet worden in <strong>het</strong> onderwijs. Jan-Hendrik Bakker<br />
stipt echter aan dat er een onderscheid is tussen literatuuronderwijs en leesbevordering.<br />
Jongens stappen dikwijls over op andere vormen <strong>van</strong> <strong>lezen</strong>. Zij <strong>lezen</strong> dus door, maar op<br />
een andere manier: <strong>het</strong> gaat om recensies op <strong>het</strong> internet of interpretaties <strong>van</strong> films als<br />
The Matrix. Gert Rijlaarsdam stelt zich daarbij de vraag of iedereen die leest ook een lezer<br />
is. Dirk Van Ryckeghem merkt op dat <strong>lezen</strong> in <strong>het</strong> algemeen bijdraagt tot taalvaardigheid<br />
en dat die taalvaardigheid in <strong>het</strong> gedrang komt wanneer er niet meer ge<strong>lezen</strong> wordt.<br />
Jan-Hendrik Bakker verwijst hier opnieuw naar de literatuurgeschiedenis. Willen we dat<br />
ook de belangwekkende literaire werken uit <strong>het</strong> verleden nog ge<strong>lezen</strong> worden?<br />
Ronald Soetaert merkt op dat men in <strong>het</strong> onderwijs slechts een beperkt aantal kennisgebieden<br />
onderscheidt waar<strong>van</strong> men vindt dat ze moeten worden doorgegeven.<br />
Wilna Meijer vindt op haar beurt dat er net te veel getoetst wordt. Zelfs <strong>het</strong> kleuteronderwijs<br />
wordt steeds schoolser: ook voor<strong>lezen</strong> wordt ingepast in de schoolse <strong>cultuur</strong>. Lezers<br />
worden gevormd reeds lang voor <strong>het</strong> literatuuronderwijs: denk maar aan <strong>het</strong> <strong>lezen</strong> <strong>van</strong><br />
prentenboeken door (en: samen met) peuters en kleuters, wat in ‘geletterde milieus’ thuis<br />
gebeurt, voor <strong>het</strong> slapen gaan. Ze betwijfelt of de huidige tendens <strong>van</strong> verschoolsing <strong>van</strong><br />
peuter- en kleuterklassen wel zo bevorderlijk is voor <strong>het</strong> <strong>lezen</strong> en <strong>het</strong> leesplezier – de<br />
Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) met zijn taalontwikkelingsprogramma’s, voorgeprogrammeerde<br />
en docentgestuurde instructie en toetsen.<br />
Koen Jaspaert sluit samenvattend af met de vraag of <strong>lezen</strong> al dan niet via <strong>het</strong> onderwijs<br />
moet gepromoot worden. <strong>De</strong> concurrentie <strong>van</strong> andere vaardigheden is enorm: er moet erg<br />
veel kennis overgebracht worden in zeer weinig tijd. Hoe belangrijk is <strong>lezen</strong> ten opzichte<br />
<strong>van</strong> andere competenties?<br />
3. Wat zijn de sterke en de zwakke punten <strong>van</strong> <strong>lezen</strong> ten opzichte <strong>van</strong> andere media?<br />
3.1 Statement Jean-Pierre Rondas<br />
Jean-Pierre Rondas speelt in deze uiteenzetting <strong>het</strong> medium radio uit tegen <strong>het</strong> medium<br />
<strong>lezen</strong> – al vindt hij <strong>lezen</strong> niet echt een medium: <strong>het</strong> overstijgt alle media omdat <strong>het</strong> in alle<br />
media aan bod komt. Samen met <strong>De</strong>rrida en Ricoeur gelooft Rondas dat taal ernaar streeft<br />
om <strong>van</strong>uit zijn orale vorm te worden neergeschreven. Taal wil op schrift worden gezet en<br />
<strong>De</strong> <strong>cultuur</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> <strong>lezen</strong> - Verslag rondetafelbijeenkomst ‘Functies <strong>van</strong> <strong>lezen</strong>’, 23 juni 2005, <strong>De</strong>n Haag