15.09.2013 Views

Zomer 2010 - Stichting Tubereuze Sclerosis Nederland

Zomer 2010 - Stichting Tubereuze Sclerosis Nederland

Zomer 2010 - Stichting Tubereuze Sclerosis Nederland

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

‘Met DTI kun je heel goed de structuur van de<br />

‘witte stof’ in beeld brengen. Die witte stof bevat<br />

de ‘telefoonkabels’ waarmee de onderdelen van<br />

het brein met elkaar communiceren. DTI kan subtiele<br />

veranderingen in de architectuur van de witte<br />

stof zichtbaar maken, die mogelijk het gevolg zijn<br />

van focale (plaatselijke) epilepsie.’ Resting-state<br />

fMRI is een heel nieuwe manier om naar netwerken<br />

in de hersenen te kijken. De technieken die<br />

gebruikt worden om deze netwerkstructuren te<br />

analyseren, zijn voor een belangrijk deel ontwikkeld<br />

door Kees Stam, hoogleraar klinische neurofysiologie<br />

in het VUmc. Braun: ‘Met functionele MRI<br />

(fMRI) kijk je naar de activiteit van het brein. In dit<br />

geval naar een brein in rust. Terwijl de patiënt niks<br />

doet – of terwijl de rat slaapt of onder narcose is<br />

gebracht – registreert de techniek de signaalveranderingen<br />

in het hersenweefsel. Vervolgens wordt<br />

bepaald in hoeverre de signaalveranderingen in<br />

verschillende hersengebieden met elkaar overeenkomen.<br />

Die gegevens zeggen iets over de functionele<br />

verbindingen tussen deze hersengebieden.<br />

Kortom, resting-state fMRI zegt iets over de manier<br />

waarop, en de efficiëntie waarmee, bepaalde<br />

onderdelen van het brein in een groot netwerk met<br />

elkaar verbonden zijn.<br />

Verandering in bekabeling<br />

Beide technieken zijn door Braun en zijn onderzoekers<br />

toegepast in een nieuw diermodel voor epilepsie.<br />

Ratten krijgen een stofje ingespoten in de<br />

hersenschors, waardoor zeer lokaal epileptische<br />

aanvallen ontstaan. Bij zo’n aanval staat de rat stil,<br />

trilt hij even met zijn snorharen en gelaatspieren<br />

en gaat dan weer verder. Braun: ‘In dit dierexperimenteel<br />

onderzoek, dat wordt uitgevoerd door<br />

Wim Otte, tonen we met resting-state fMRI aan, dat<br />

veranderingen in het brein veel verder gaan dan de<br />

plaats waar het stofje is ingespoten. Het hele netwerk<br />

verandert na enige tijd en die verandering<br />

lijkt samen te hangen met de optredende aanvallen.’<br />

DTI-onderzoek wijst uit dat de banen witte<br />

stof in de hersenen na het opwekken van epilepsie<br />

óók een afwijkende structuur krijgen. ‘We zijn<br />

benieuwd of die veranderingen in de witte stof<br />

samenhangen met de veranderingen in het netwerk’,<br />

zegt Braun. Daarnaast wordt met de verschillende<br />

MRI-technieken ook het effect van een<br />

hemisferectomie op de resterende hersenhelften<br />

van de rat onderzocht. Braun wil beide modellen<br />

combineren, om te zien of veranderingen in het<br />

brein door epilepsie omkeerbaar zijn na de epilepsiechirurgie.<br />

Afwijkingen op MRI<br />

Ook in het klinisch onderzoek zijn grote vorderingen<br />

gemaakt. Onderzoeker Kim Boshuizen heeft<br />

MRI-beelden bekeken van bijna alle kinderen die in<br />

Utrecht door middel van hemisferectomie zijn<br />

behandeld. Toont de MRI duidelijk zichtbare afwijkingen<br />

in de gezonde hersenhelft voor de operatie,<br />

dan is de kans kleiner dat het kind na de operatie<br />

aanvalsvrij wordt. Bovendien zijn de kansen<br />

op cognitief herstel na de operatie kleiner. Braun:<br />

‘Dat is een eerste bevestiging van een thema dat<br />

we in dit project willen toetsen.’<br />

Europees onderzoek<br />

De rol van anti-epileptica in het herstel na de operatie<br />

vormt een ander onderzoeksthema. Braun:<br />

‘Als je denkt dat de kinderen na de operatie zijn<br />

genezen, wanneer zou je dan in principe kunnen<br />

stoppen met medicatie? We weten dat ongeveer<br />

zeventig tot tachtig procent van de patiënten aanvalsvrij<br />

wordt. Toch gaan veel artsen soms nog<br />

jarenlang door met anti-epileptica. Over de veiligheid<br />

van het vroeger afbouwen van medicatie na<br />

de operatie is nog weinig bekend.’ Sterker nog,<br />

misschien belemmeren medicijnen na de operatie<br />

het cognitieve herstelvermogen zelfs. ‘Vaak zeggen<br />

ouders dat het beter gaat met hun kind na het<br />

afbouwen, dat ze alerter zijn, het beter doen op<br />

school. Toch bouwen artsen niet af, omdat de<br />

angst bestaat dat het (te) vroeg onttrekken van<br />

medicijnen de kans op terugkeer van aanvallen<br />

vergroot en dat die aanvallen daarna moeilijker of<br />

zelfs niet meer onder controle zijn te krijgen.’ Om<br />

daarover meer duidelijkheid te krijgen verzamelde<br />

Boshuisen alle gegevens over het medicijngebruik<br />

van ruim 750 kinderen in vijftien centra in acht<br />

Europese landen. ‘Een unieke studie’, zegt Braun,<br />

‘die aangeeft dat artsen onder andere geneigd zijn<br />

om sneller af te bouwen als een kind veel medicijnen<br />

gebruikt, als de epileptische haard helemaal is<br />

verwijderd of als er een hemisferectomie heeft<br />

plaatsgevonen. En wórdt er op goede gronden<br />

afgebouwd, dan lijkt het niet zoveel uit te maken<br />

of het heel vroeg of tamelijk laat gebeurt. Een<br />

grote Europese studie naar de mogelijk gunstige<br />

effecten van een verantwoorde vroege medicijnonttrekking<br />

is de volgende stap.’ ■<br />

TSC Contact | zomer <strong>2010</strong> 21

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!