Gezondheidsprofiel Groningen 2010 - GGD Groningen
Gezondheidsprofiel Groningen 2010 - GGD Groningen
Gezondheidsprofiel Groningen 2010 - GGD Groningen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
7.6. Binnen- en buitenmilieu<br />
Het binnenmilieu heeft grote invloed op de gezondheid. Door bronnen binnenshuis is de binnenlucht<br />
meestal meer verontreinigd dan de buitenlucht. Lucht is een belangrijke route van blootstelling.<br />
Gemiddeld verblijven mensen 70% van de tijd in hun eigen huis. De meeste mensen zijn maar 10%<br />
van de tijd buiten. Zowel in de zomer als in de winter worden veel mensen ziek door het binnenmilieu.<br />
Dit komt onder andere door straling afkomstig van radioactieve stoffen in bouwmaterialen in bodem<br />
onder de woning. In de winter is er binnen vaak onvoldoende luchtverversing. Om verontreinigingen<br />
en warmte van binnen naar buiten af te voeren zijn goede ventilatievoorzieningen nodig. Maar deze<br />
blijken verre van optimaal te zijn.<br />
De <strong>GGD</strong> <strong>Groningen</strong> heeft het binnenmilieu van woningen, kinderopvang en scholen onderzocht in<br />
steekproeven. Het bleek dat in vrijwel alle gebouwen factoren aanwezig zijn die ongunstig kunnen zijn<br />
voor de gezondheid. Het gaat om onder andere geluid van ventilatiesystemen en om verontreinigingen<br />
in binnenlucht en in vloerstof. Ongewenst hoge concentraties zijn gemeten van fijnstof, vluchtige<br />
organische stoffen en vlamvertragers.<br />
In de provincie <strong>Groningen</strong> heeft 28% van de huizen een geiser. Vier procent heeft een geiser zonder<br />
afvoer naar buiten. In de gemeente <strong>Groningen</strong> komt dat met 7% het meest voor. Geisers zonder afvoer<br />
lozen hun verbrandingsgassen in de binnenlucht. Ventilatie kan de concentratie afvalgassen<br />
verdunnen. Het gaat om onder andere koolmonoxide (kolendamp), stikstofoxiden, formaldehyde<br />
(spaanplaatgas) en fijnstof. Uit metingen is gebleken dat in de praktijk de concentraties vaak zeer hoog<br />
oplopen, tot een niveau dat 50 maal hoger dan toegestaan in de buitenlucht. Dit is ook het geval bij<br />
goed onderhouden geisers. Het aantal acute slachtoffers is beperkt maar de verbrandingsproducten<br />
verergeren luchtwegklachten bij personen met gevoelige luchtwegen. Zelfs geisers mét een afvoer<br />
veroorzaken gezondheidsrisico’s, vooral in luchtdichte huizen met mechanische afzuiging. De<br />
verbrandingsgassen kunnen uit de luchttoevoer stromen. Het ministerie van VROM stimuleert daarom<br />
vervanging door gesloten systemen.<br />
Fijnstof bestaat uit zwevende deeltjes in de lucht die een gevaar voor de gezondheid vormen (VTV<br />
<strong>2010</strong>). In Nederland overlijden jaarlijks ruim 2.000 mensen enkele dagen tot maanden eerder door een<br />
tijdelijke verhoging in de concentratie fijnstof (www.rivm.nl/milieuportaal). Het gaat vooral om<br />
ouderen en mensen met hart-, vaat- of longaandoeningen. Ook chronische blootstelling aan fijnstof<br />
heeft invloed op de gezondheid, mogelijk zelfs meer dan tijdelijke verhogingen van de<br />
fijnstofconcentratie. Uit resultaten van Amerikaans onderzoek kan, onder bepaalde aannames, worden<br />
berekend dat Nederlanders een verminderde levensduur hebben van ongeveer 1 jaar door langdurige<br />
blootstelling aan fijnstof (Knol en Staatsen, 2005; Pope et al., 2009).<br />
Volgens de EU mag de daggemiddelde concentratie fijnstof niet meer dan 35 dagen per jaar hoger zijn<br />
dan 50 µg/m3. Deze norm is in 2008 in Nederland alleen zeer plaatselijk overschreden, bijvoorbeeld<br />
langs drukke straten of snelwegen, in de buurt van op- en overslagbedrijven en in grote stallen.<br />
Ozon dringt bij inademing door tot in de kleinste longblaasjes en zorgt zo voor prikkeling van de<br />
slijmvliezen (VTV <strong>2010</strong>). De meest typische klachten zijn hoesten en irritatie van de ogen. Ook<br />
kunnen bestaande luchtwegklachten verergeren. De klachten nemen toe als de hoeveelheid ozon en de<br />
duur van de blootstelling toenemen. In 2006 veroorzaakte de kortdurende piekblootstelling aan ozon<br />
bijna 1.500 vroegtijdige sterfgevallen, vooral aan luchtwegaandoeningen en hart- en vaatziekten. Het<br />
is niet bekend of ozon de longen en de slijmvliezen blijvend kan beschadigen.<br />
Voor blootstelling aan ozon geldt dat de Europese streefwaarde van 120 µg/m3. Deze concentratie<br />
mag niet vaker dan 25 dagen per kalenderjaar worden overschreden. De laatste jaren heeft Nederland<br />
geen jaar gekend waarin deze norm overschreden is.<br />
<strong>Gezondheidsprofiel</strong> <strong>Groningen</strong> <strong>2010</strong><br />
87