JBC 12.pdf - De Koninklijke Hollandsche Maatschappij der ...
JBC 12.pdf - De Koninklijke Hollandsche Maatschappij der ...
JBC 12.pdf - De Koninklijke Hollandsche Maatschappij der ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Lenneke Alink<br />
universitair docent Centre for Child & Family Studies Leiden University*<br />
Kin<strong>der</strong>mishandeling: waar gaat het mis?<br />
Jaarlijks zijn ongeveer 119.000 kin<strong>der</strong>en slachtoffer van één of meer vormen van<br />
kin<strong>der</strong>mishandeling. Uit veel on<strong>der</strong>zoek wordt duidelijk dat de gevolgen van mishandeling zeer<br />
ernstig zijn. Met het oog op preventie is het van belang om de voorspellers en risicofactoren<br />
van mishandeling goed in kaart te brengen. Zo is het risico op mishandeling groter in gezinnen<br />
met (zeer) laag opgeleide ou<strong>der</strong>s, met werkloze ou<strong>der</strong>s, éénou<strong>der</strong>gezinnen, gezinnen met drie<br />
of meer kin<strong>der</strong>en, en stiefgezinnen. Echter, niet alleen sociaal-economische en gezinsfactoren<br />
zijn van belang. Mishandelende ou<strong>der</strong>s vertonen bijvoorbeeld verhoogde stressreacties bij het<br />
zien en horen van emotionele kindsignalen, zo blijkt uit neurobiologisch on<strong>der</strong>zoek. Zulke<br />
gegevens helpen bij het opzetten van (preventieve) interventieprogramma’s. In deze bijdrage<br />
over prevalentie en risicofactoren worden tevens aanknopingspunten gegeven voor preventie.<br />
In 2005 zijn twee on<strong>der</strong>zoeken uitgevoerd met de vraag hoe vaak<br />
mishandeling voorkomt, één on<strong>der</strong> Advies- en Meldpunten<br />
Kin<strong>der</strong>mishandeling (AMK’s) en beroepskrachten werkzaam met<br />
kin<strong>der</strong>en (Van IJzendoorn et al., 2007) en één on<strong>der</strong> middelbare<br />
scholieren (Lamers-Winkelman, Slot, Bijl, & Vijlbrief, 2007).<br />
Beide studies zijn in 2010 herhaald om een meer recente<br />
prevalentieschatting te doen en te on<strong>der</strong>zoeken of er verschillen<br />
zijn ten opzichte van 2005. Aan beide studies lag de definitie van<br />
kin<strong>der</strong>mishandeling uit de Wet op de Jeugdzorg (artikel 1, lid m)<br />
ten grondslag:<br />
<strong>De</strong>finitie Kin<strong>der</strong>mishandeling ...elke vorm van voor een min<strong>der</strong>jarige bedreigende of gewelddadige<br />
interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ou<strong>der</strong>s of an<strong>der</strong>e personen ten opzichte<br />
van wie de min<strong>der</strong>jarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of<br />
passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden berokkend<br />
aan de min<strong>der</strong>jarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel.<br />
Ten eerste gaat het om verschillende typen gedragingen. We on<strong>der</strong>scheiden seksueel<br />
misbruik, fysieke mishandeling, emotionele mishandeling, fysieke verwaarlozing<br />
en emotionele verwaarlozing (waaron<strong>der</strong> ook het getuige zijn van huiselijk geweld<br />
en verwaarlozing van het on<strong>der</strong>wijs). Ten tweede gaat het om een relatie van<br />
afhankelijkheid of onvrijheid tussen het kind en de pleger. Het gaat dus nadrukkelijk<br />
niet om bijvoorbeeld geweld tussen klasgenoten of geweld vanuit de overheid gericht<br />
op min<strong>der</strong>jarigen.<br />
Hoe vaak gaat het mis?<br />
<strong>De</strong> Nationale Prevalentiestudie Mishandeling van Kin<strong>der</strong>en en Jeugdigen-2010<br />
(NPM-2010; Alink, Van IJzendoorn, Bakermans-Kranenburg, Pannebakker, Vogels,<br />
46