ontwerpbesluit VLAREM-trein 2012 - Emis
ontwerpbesluit VLAREM-trein 2012 - Emis
ontwerpbesluit VLAREM-trein 2012 - Emis
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Nieuwe inrichtingen waarvoor eerste<br />
vergunning tot exploitatie is verleend op<br />
of na 1 januari 2005 en vóór 1 januari<br />
2013<br />
Nieuwe inrichtingen waarvoor eerste<br />
vergunning tot exploitatie is verleend op<br />
of na 1 januari 2013<br />
biogas ≥ 0,3 - 5 MW 5 35 200 100<br />
biogas > 5 - 50 MW 5 200 200 100<br />
andere gassen ≥ 0,3 - 50 MW 5 35 200 100<br />
aardgas ≥ 0,3 - 5 MW 5 35 80 (2) 100<br />
aardgas > 5 - 50 MW 5 35 150 100<br />
vloeibaar gemaakt gas ≥ 0,3 - 50 MW 5 5 200 100<br />
cokesovengas ≥ 0,3 - 50 MW 5 400 200 100<br />
hoogovengas ≥ 0,3 - 50 MW 10 200 200 100<br />
industriegas uit ijzer- en staalindustrie ≥ 0,3 - 50 MW 30 35 200 100<br />
biogas ≥ 0,3 - 50 MW 5 35 200 100<br />
andere gassen ≥ 0,3 - 50 MW 5 35 200 100<br />
aardgas ≥ 0,3 - 20 MW 5 35 80 100<br />
aardgas > 20 - 50 MW 5 35 100 100<br />
vloeibaar gemaakt gas ≥ 0,3 - 50 MW 5 5 200 100<br />
cokesovengas ≥ 0,3 - 50 MW 5 400 200 100<br />
hoogovengas ≥ 0,3 - 50 MW 10 200 200 100<br />
industriegas uit ijzer- en staalindustrie ≥ 0,3 - 50 MW 30 35 200 100<br />
biogas ≥ 0,3 - 50 MW 5 35 200 100<br />
andere gassen ≥ 0,3 - 50 MW 5 35 200 100<br />
(1) voor installaties met minder dan 100 bedrijfsuren per jaar geldt een emissiegrenswaarde voor NOX van 500 mg/Nm³;<br />
(2) voor nieuwe inrichtingen waarvoor de eerste vergunning tot exploitatie is verleend voor 1 januari 2010, geldt een emissiegrenswaarde<br />
voor NOX van 150 mg/Nm³.<br />
Art. 5.43.2.11. Bij voeding met gasvormige brandstoffen geldt voor gasturbines, met<br />
inbegrip van STEG en al dan niet met bijstook, die 500 bedrijfsuren per jaar of meer<br />
in bedrijf zijn, het volgende:<br />
type inrichting totaal nominaal<br />
thermisch ingangsvermogen<br />
in MW<br />
Installaties waarvoor de eerste vergunning tot exploitatie is<br />
verleend voor 1 januari 1993<br />
Installaties waarvoor de eerste vergunning tot exploitatie is<br />
verleend op of na 1 januari 1993 en voor 1 januari 2000<br />
Installaties waarvoor de eerste vergunning tot exploitatie is<br />
verleend op of na 1 januari 2000 en waarvoor de eerste<br />
vergunning tot exploitatie is aangevraagd voor 27/11/2002,<br />
mits uiterlijk op 27/11/2003 in gebruik genomen<br />
Installaties waarvoor de eerste vergunning tot exploitatie is<br />
aangevraagd op of na 27/11/2002 of die na 27/11/2003 in<br />
gebruik werden genomen, en waarvoor de eerste vergunning<br />
tot exploitatie is verleend voor 1/1/2010<br />
Installaties waarvoor de eerste vergunning tot exploitatie is<br />
verleend op of na 1/1/2010<br />
emissiegrenswaarden in<br />
mg/Nm³<br />
SO2 NOX (1) CO (1)<br />
≥ 0,3 - 50 12 250 100<br />
≥ 0,3 - 50 12 200 100<br />
≥ 0,3 - 50 12 150 100<br />
≥ 0,3 - 50 12 75 (2) 100<br />
≥ 0,3 - 50 12 50 100<br />
(1) de emissiegrenswaarden voor NOX en CO worden vermenigvuldigd met een factor 2 bij belading van de installatie beneden 60 %;<br />
(2) voor NOX geldt een emissiegrenswaarde van 150 mg/Nm³ als de installatie gevoed wordt door gasvormige brandstoffen andere dan<br />
aardgas, en van 100 mg/Nm³ bij gasturbines of STEG’s in warmtekrachttoepassing.<br />
Art. 5.43.2.12. Bij voeding met gasvormige brandstoffen geldt voor gasturbines, met<br />
inbegrip van STEG en al dan niet met bijstook, die minder dan 500 bedrijfsuren per<br />
jaar in bedrijf zijn, het volgende:<br />
type inrichting totaal nominaal<br />
thermisch ingangsvermogen<br />
in MW<br />
Installaties waarvoor de eerste vergunning tot exploitatie is<br />
verleend voor 1 januari 2000<br />
Installaties waarvoor de eerste vergunning tot exploitatie is<br />
aangevraagd op of na 1 januari 2000<br />
emissiegrenswaarden in<br />
mg/Nm³<br />
SO2 NOX (1) CO (1)<br />
≥ 0,3 - 50 12 - 250<br />
≥ 0,3 - 50 12 150 100<br />
(1) de emissiegrenswaarden voor NOX en CO worden vermenigvuldigd met een factor 2 bij belading van de installatie beneden 60 %.<br />
De exploitant van dergelijke installaties registreert de uren gedurende dewelke<br />
deze in bedrijf zijn.<br />
125