ontwerpbesluit VLAREM-trein 2012 - Emis
ontwerpbesluit VLAREM-trein 2012 - Emis
ontwerpbesluit VLAREM-trein 2012 - Emis
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
gebruikt, maar die als gevolg van een plotselinge onderbreking in de gasvoorziening<br />
uitzonderlijk een andere brandstof gebruikt en om die reden met<br />
afgaszuiveringsapparatuur zou moeten worden uitgerust.<br />
De afwijking, vermeld in het eerste lid, geldt maximaal voor 10 dagen, tenzij er<br />
een absolute noodzaak bestaat om de energievoorziening in stand te houden.<br />
De exploitant stelt de afdeling, bevoegd voor milieuhandhaving, van elk<br />
afzonderlijk geval in kennis zodra het zich voordoet.<br />
Artikel 5.43.3.24. §1. Afgassen uit stookinstallaties worden op een gecontroleerde<br />
wijze uitgestoten via een schoorsteen die een of meer afgasstromen afvoert,<br />
waarvan de hoogte zo wordt berekend dat er geen gevaar bestaat voor de<br />
menselijke gezondheid of het leefmilieu.<br />
De minimale- en maximale hoogte van de schoorsteen kan worden bepaald in de<br />
milieuvergunning.<br />
De minimumhoogte van de schoorsteen wordt berekend overeenkomstig het<br />
schoorsteenhoogteberekeningssysteem, vermeld in artikel 4.4.2.3.<br />
§2. De schoorsteen is zo gebouwd dat de metingen, vermeld in artikel 5.43.3.25 tot<br />
en met 5.43.3.28, mogelijk zijn.<br />
Ze wordt uitgerust met meetopeningen, die worden uitgevoerd overeenkomstig<br />
een code van goede praktijk, met het oog op de uitvoering in alle veiligheid van<br />
controlemetingen.<br />
Art. 5.43.3. 25. §1. De concentratie stof, SO2, NOX, en CO in afgassen van elke<br />
stookinstallatie met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 100 MW of<br />
meer wordt continu gemeten op initiatief en kosten van de exploitant door middel van<br />
meetapparatuur die is goedgekeurd door een erkend laboratorium in de discipline<br />
lucht, vermeld in artikel 6, 5°, b), van het VLAREL.<br />
Bij de continue metingen, vermeld in het eerste lid, worden tevens de betrokken<br />
procesparameters, namelijk zuurstofgehalte, waterdampgehalte, temperatuur en<br />
druk, continu gemeten.<br />
De continue meting van het waterdampgehalte in de afgassen is niet nodig indien<br />
het monster van het afgas gedroogd wordt voordat de emissies geanalyseerd<br />
worden.<br />
§2. De continue metingen, vermeld in paragraaf 1, zijn niet vereist in de volgende<br />
gevallen:<br />
1° voor SO2 en stof van stookinstallaties die gestookt worden met aardgas of met<br />
ontzwaveld raffinaderijgas waarvan het zwavelgehalte minder dan 150 ppm<br />
bedraagt;<br />
2° voor SO2 van stookinstallaties die gestookt worden met olie waarvan het<br />
zwavelgehalte bekend is, ingeval er geen ontzwavelingsuitrusting is;<br />
3° voor SO2 van stookinstallaties die gestookt worden met biomassa als de<br />
exploitant kan aantonen dat de SO2-emissies in geen geval hoger zijn dan de<br />
voorgeschreven emissiegrenswaarden.<br />
§3. In de gevallen, vermeld in paragraaf 2, en voor stookinstallaties met een totaal<br />
nominaal thermisch ingangsvermogen van minder dan 100 MW wordt de<br />
concentratie stof, SO2, NOX en CO in de afgassen, alsmede het zuurstofgehalte, het<br />
144