30.09.2013 Views

De ondertoezichtstelling. Een beschrijving van het wettelijk kader

De ondertoezichtstelling. Een beschrijving van het wettelijk kader

De ondertoezichtstelling. Een beschrijving van het wettelijk kader

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

jeugdige, op grond <strong>van</strong> de awb de gelegenheid krijgen<br />

om hun mening te geven over voorgenomen beslissingen<br />

(zie hoofdstuk 6).<br />

2.2 Invloed internationale wetgeving<br />

2.2.1 EVRM en IVRK<br />

Naast de nationale wetgeving heeft ook internationale<br />

wetgeving invloed op de uitvoering <strong>van</strong> de oTS. Belangrijk<br />

in dit verband zijn <strong>het</strong> Europees Verdrag voor de rechten<br />

<strong>van</strong> de Mens en Fundamentele Vrijheden (EVrM) en <strong>het</strong><br />

Internationaal Verdrag voor de rechten <strong>van</strong> <strong>het</strong> Kind<br />

(IVrK). Het EVRM is in 1954 voor ons land in werking<br />

getreden en is voor de oTS vooral <strong>van</strong> belang <strong>van</strong>wege<br />

artikel 8, waarin <strong>het</strong> recht op respect <strong>van</strong> privéleven en<br />

familie- en gezinsleven (family life) is vastgelegd. Het<br />

recht op family life geldt niet alleen tussen echtgenoten<br />

en tussen ouders en hun kind, maar in bepaalde<br />

omstandigheden ook tussen bijvoorbeeld een grootouder<br />

en zijn kleinkind of tussen pleegouders en hun pleegkind.<br />

Dit recht mag niet zomaar worden doorbroken. Zo<br />

bepaalt <strong>het</strong> EVrM dat als de overheid in wil grijpen in<br />

gezinsleven dit in een wet moet zijn vastgelegd. Er mag<br />

dus niet willekeurig worden ingegrepen. ook moet de<br />

ingreep een belangrijk doel dienen, zoals <strong>het</strong> ‘belang <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> kind’. Ten slotte moet <strong>het</strong> ingrijpen in een redelijke<br />

verhouding staan tot <strong>het</strong> doel dat wordt nagestreefd,<br />

zoals de bescherming <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind. Er moet dus zo ‘licht’<br />

mogelijk worden ingegrepen.<br />

Het IVrK is een verdrag <strong>van</strong> de Verenigde Naties dat<br />

door vrijwel alle landen wereldwijd is aangenomen en dat<br />

sinds 1995 voor ons land geldt. Het verdrag legt een groot<br />

aantal rechten voor kinderen vast op sociaal, cultureel,<br />

politiek en economisch terrein. <strong>Een</strong> belangrijke bepaling<br />

is artikel 3, dat bepaalt dat alle maatregelen die kinderen<br />

aangaan moeten worden genomen in <strong>het</strong> belang <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> kind. Als ouders of anderen die verantwoordelijk zijn<br />

voor <strong>het</strong> kind de zorg niet aankunnen, moet de overheid<br />

volgens <strong>het</strong> verdrag passende zorg regelen. Alle landen<br />

die <strong>het</strong> verdrag hebben ondertekend zijn verplicht de<br />

rechten en plichten uit <strong>het</strong> verdrag na te leven. Het IVrK<br />

hoort dan ook de basis te vormen voor <strong>het</strong> jeugdbeleid<br />

<strong>van</strong> Nederland. rechters baseren beslissingen die<br />

kinderen aangaan ook regelmatig op dit verdrag.<br />

2.2.2 Verdragen voor kinderbescherming, adoptie en<br />

kinderontvoering<br />

Het Haags Kinderbeschermingsverdrag is <strong>van</strong> toepassing<br />

als jongeren of hun ouders verbonden zijn aan<br />

twee landen, bijvoorbeeld omdat zij in <strong>het</strong> ene land<br />

wonen en de nationaliteit <strong>van</strong> een ander land hebben.<br />

Hoofdregel <strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag is dat de rechter in <strong>het</strong> land<br />

waar de jeugdige woont bevoegd is maatregelen te<br />

nemen om een jeugdige te beschermen. Dit betekent dat<br />

TO EpaSSELIJ k E W E T- EN R EG ELG E VING BIJ D E uIT VO ERING Va N D E OTS?<br />

D E O N D ERTO E ZICHTSTELLI N G<br />

14<br />

de Nederlandse rechter een kind met bijvoorbeeld een<br />

Marokkaanse nationaliteit dat in Nederland woont onder<br />

toezicht kan stellen. ook regelt <strong>het</strong> verdrag dat landen<br />

ouderlijk gezag en kinderbeschermingsmaatregelen die<br />

in een ander land zijn uitgesproken moeten erkennen.<br />

Er is ook een Haags Adoptieverdrag en Haags Kinderontvoeringsverdrag.<br />

op basis <strong>van</strong> dit laatste verdrag<br />

moeten landen er alles aan doen om een kind dat is<br />

ontvoerd terug te laten brengen naar <strong>het</strong> land waar de<br />

ouder met gezag woont. Voor al deze ‘Haagse’ verdragen<br />

geldt dat de Centrale Autoriteit, dat onderdeel is <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

ministerie <strong>van</strong> Justitie, coördinator en aanspreekpunt is<br />

voor de uitvoering <strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag.<br />

2.3 Invloed <strong>van</strong> rechterlijke uitspraken<br />

(jurisprudentie)<br />

Naast nationale wetgeving en internationale verdragen,<br />

kunnen ook uitspraken <strong>van</strong> rechters in concrete zaken<br />

invloed hebben op de uitvoering <strong>van</strong> de oTS. Wetgeving<br />

en verdragen bevatten vaak open normen, zoals ‘ernstige<br />

bedreiging voor de ontwikkeling’ of ‘family life’. <strong>De</strong><br />

<strong>wettelijk</strong>e omschrijving wordt bewust ‘vaag’ gehouden,<br />

zodat deze kan worden toegepast in veel verschillende<br />

situaties. ook kan <strong>het</strong> voorkomen dat de wet onduidelijk<br />

is of tegenstrijdig. In dat geval zal een rechter, als een<br />

concrete zaak aan hem wordt voorgelegd, de regels<br />

nader moeten invullen. Wie bijvoorbeeld wil weten wat<br />

onder ‘belang <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind’ moet worden verstaan, vindt<br />

<strong>het</strong> antwoord niet zozeer in de wet of in een verdrag,<br />

maar vindt meer uitleg in de rechtspraak. Rechtspraak,<br />

die ook wel jurisprudentie wordt genoemd, kan de wet<br />

dus nader concretiseren. Hoe ‘hoger’ een gerechtelijke<br />

instantie, des te meer belang gehecht wordt aan deze<br />

jurisprudentie. Doet de Hoge Raad, <strong>het</strong> hoogste<br />

rechtscollege, een uitspraak dan zal deze over <strong>het</strong><br />

algemeen gevolgd worden door lagere rechters.<br />

2.4 Verhouding OTs-wetgeving met <strong>het</strong><br />

vreemdelingenrecht<br />

Zoals hierboven is besproken, kan een OTS worden<br />

uitgesproken over alle kinderen die in Nederland<br />

verblijven. Dit geldt dus ook voor kinderen met een andere<br />

nationaliteit, kinderen die nog geen verblijfsvergunning<br />

hebben of kinderen die illegaal in Nederland verblijven.<br />

Lastig is alleen dat <strong>het</strong> feit dat een oTS is uitgesproken<br />

niet maakt dat een jeugdige ook in Nederland mag<br />

blijven op grond <strong>van</strong> <strong>het</strong> vreemdelingenrecht. In de<br />

praktijk blijkt dat <strong>het</strong> vreemdelingenrecht meestal een<br />

dominante positie heeft ten opzichte <strong>van</strong> <strong>het</strong> jeugdrecht.<br />

Zo kan <strong>het</strong> voorkomen dat een jeugdige met zijn ouders<br />

<strong>het</strong> land moet verlaten, terwijl BJZ vindt dat deze<br />

jeugdige dringend hulp nodig heeft. Dit alles terwijl <strong>het</strong><br />

IVrK en <strong>het</strong> Haagse Kinderbeschermingsverdrag de<br />

verplichting geven om maatregelen ter bescherming <strong>van</strong><br />

kinderen te nemen. Voor BJZ zal de bescherming <strong>van</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!