30.06.2014 Views

Inhoud - Jurisprudentie

Inhoud - Jurisprudentie

Inhoud - Jurisprudentie

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

74<br />

«JA»<br />

Bedrijfs- en beroepsaansprakelijkheid<br />

voorbehoud dreigde te verstrijken zodat verlengen<br />

of inroepen van dit financieringsvoorbehoud geboden<br />

was;<br />

bepaalt voor zover Geld op Maat het bewijs zou<br />

willen leveren door middel van getuigen dat het<br />

verhoor zal plaatsvinden in het Paleis van Justitie,<br />

Wilhelminaplein 1 te Leeuwarden, op een nog<br />

nader te bepalen dag en uur voor mr. L. Janse,<br />

hiertoe tot raadsheer commissaris benoemd;<br />

verwijst de zaak naar de rolzitting van dinsdag 15<br />

maart 2011 voor opgave van de verhinderdata van<br />

partijen zelf, hun raadslieden en de getuige(n),<br />

voor de periode van drie maanden na bovengenoemde<br />

rolzitting, waarna de raadsheer-commissaris<br />

dag en uur van het getuigenverhoor zal<br />

vaststellen;<br />

verstaat dat de advocaat van Geld op Maat uiterlijk<br />

twee weken voor het getuigenverhoor zal<br />

plaatsvinden een kopie van het volledige procesdossier<br />

ter griffie van het hof doet bezorgen, bij<br />

gebreke waarvan de advocaat van [geïntimeerde]<br />

alsnog de gelegenheid heeft uiterlijk één week<br />

voor de vastgestelde datum een kopie van de<br />

processtukken over te leggen;<br />

houdt iedere verdere beslissing aan.<br />

74<br />

Rechtbank Amsterdam<br />

2 maart 2011, nr. 462414/HA ZA 10-1988, LJN<br />

BP7522<br />

(mr. Van Merwijk)<br />

Beroepsaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid<br />

rechtsbijstandverlener.<br />

[BW art. 7:401]<br />

A heeft al enkele jaren problemen met haar werkgever<br />

als zij zich tot haar rechtsbijstandverzekeraar<br />

wendt met het verzoek actie te ondernemen. Een<br />

onderzoeksbureau van haar werkgever heeft gehandeld<br />

in strijd met de protocollen die van toepassing<br />

waren. Nadat de rechtsbijstandsverzekeraar<br />

enige tijd weinig heeft ondernomen stelt hij de<br />

werkgever aansprakelijk voor de schade die A als<br />

gevolg van de fout van het onderzoeksbureau lijdt.<br />

A is niet tevreden over de bijstand van haar<br />

rechtsbijstandverzekeraar en schakelt een advocaat<br />

in. Een aantal jaren later wordt de arbeidsrelatie<br />

tussen A en haar werkgever beëindigd met een<br />

vaststellingsovereenkomst. In deze procedure<br />

vordert A van haar rechtsbijstandverzekeraar vergoeding<br />

van de schade die zij stelt te lijden als<br />

gevolg van het feit dat haar rechtsbijstandverzekeraar<br />

zich niet heeft beziggehouden met de arbeidsrechtelijke<br />

kant van de zaak. Volgens A had haar<br />

rechtsbijstandverzekeraar zich tot haar werkgever<br />

moeten wenden en hem moeten wijzen op zijn tekortkomingen<br />

in de uitvoering van zijn re-integratieverplichtingen.<br />

De rechtbank oordeelt dat van<br />

een ingeschakelde rechtsbijstandsverzekeraar niet<br />

kan worden verwacht dat hij buiten de aan hem<br />

gegeven opdracht onderzoekt of zijn cliënt mogelijk<br />

ook op andere vlakken bijstand nodig heeft. De<br />

rechtsbijstandverzekeraar heeft in dit geval dan<br />

ook geen zorgplicht geschonden. De rechtbank<br />

wijst de vordering van A af.<br />

[A] te [woonplaats],<br />

eiseres,<br />

advocaat: mr. drs. I.M.C.A. Reinders Folmer te<br />

Amsterdam,<br />

tegen<br />

de naamloze vennootschap DAS Nederlandse<br />

Rechtsbijstand Verzekeringsmaatschappij NV te<br />

Amsterdam,<br />

gedaagde,<br />

advocaat: mr. W.A.M. Rupert te Rotterdam.<br />

Partijen zullen hierna [A] en DAS genoemd worden.<br />

1. De procedure<br />

(...; red.)<br />

2. De feiten<br />

2.1. [A] was in de rang van hoofdagent als rechercheur<br />

werkzaam voor de politie Rotterdam-Rijnmond<br />

(hierna de werkgever).<br />

2.2. In november 2003 is bij de werkgever een<br />

melding binnengekomen die betrekking had op<br />

[A]. De strekking van de melding was dat geheime<br />

informatie vanuit politieregisters door [A] zou<br />

zijn verstrekt aan derden. Het Bureau Interne<br />

Zaken (hierna: BIZ) van de werkgever heeft hiernaar<br />

onderzoek gedaan. Op 6 januari 2004 is [A]<br />

gehoord door het BIZ.<br />

2.3. Bij brief van 9 februari 2004 heeft het Openbaar<br />

Ministerie [A] bericht dat zij ten onrechte<br />

als verdachte is aangemerkt en dat geen strafrechtelijke<br />

vervolging ingesteld zal worden.<br />

570<br />

<strong>Jurisprudentie</strong> Aansprakelijkheid 24-06-2011, afl. 5<br />

Sdu Uitgevers<br />

www.sdu-ja.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!