Inhoud - Jurisprudentie
Inhoud - Jurisprudentie
Inhoud - Jurisprudentie
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
81<br />
«JA»<br />
Medische aansprakelijkheid<br />
4.4. Gelet op het vorenstaande is de vordering van<br />
[eiser] c.s., voor zover gebaseerd op de primaire<br />
grondslag van onrechtmatige daad, niet toewijsbaar.<br />
4.5. De vordering van [eiser] c.s. is evenmin toewijsbaar<br />
op basis van de subsidiaire grondslag van<br />
wanprestatie. Dat er ten tijde van het ongeval een<br />
contractuele relatie tussen partijen bestond, is niet<br />
gesteld, laat staan dat is gesteld of gebleken dat<br />
daaruit een verplichting voortvloeit die strekte tot<br />
het houden van toezicht bij de onderhavige glijbaan<br />
ten tijde van het ongeval.<br />
4.6. Reeds op grond van het vorenstaande zal de<br />
vordering worden afgewezen. De antwoorden op<br />
de vragen of het ongeval voorkomen had kunnen<br />
worden als het door [eiser] c.s. bepleite toezicht<br />
bij de glijbaan er wél was geweest en hoeveel<br />
schade er precies is geleden, waarover partijen<br />
eveneens hebben gedebatteerd, kunnen verder<br />
dan ook in het midden blijven.<br />
4.7. [eiser] c.s. zullen als de in het ongelijk gestelde<br />
partij in de proceskosten worden veroordeeld. De<br />
kosten aan de zijde van Openbaar Primair Onderwijs<br />
Deventer worden begroot op:<br />
– vast recht € 313,=<br />
– salaris advocaat € 960,= (2 1/2 punten x tarief<br />
€ 384,=)<br />
Totaal € 1.273,=<br />
4.8. De door Openbaar Primair Onderwijs Deventer<br />
gevorderde vergoeding voor nakosten - waartegen<br />
geen afzonderlijk verweer is gevoerd - zal<br />
worden toegewezen. De tevens gevorderde vergoeding<br />
voor eventuele verdere executiekosten komt<br />
- bij gebreke van ook maar enige concrete onderbouwing<br />
- niet voor toewijzing in aanmerking.<br />
5. De beslissing<br />
De rechtbank<br />
5.1. wijst de vorderingen af;<br />
5.2. veroordeelt [eiser] c.s. in de proceskosten, aan<br />
de zijde van Openbaar Primair Onderwijs Deventer<br />
tot op heden begroot op € 1.273,=, te vermeerderen<br />
met de wettelijke rente over dit bedrag<br />
vanaf de veertiende dag na betekening van dit<br />
vonnis tot de dag van volledige betaling, alsmede<br />
vermeerderd met een bedrag van € 131,= voor<br />
nakosten zonder betekening van dit vonnis, dan<br />
wel € 199,=, ingeval van betekening van dit vonnis;<br />
5.3. verklaart dit vonnis wat betreft de veroordeling<br />
onder 5.2. uitvoerbaar bij voorraad.<br />
Medische<br />
aansprakelijkheid<br />
81<br />
Gerechtshof Arnhem<br />
15 maart 2011, nr. 200.056.792, LJN BP8479<br />
(mr. Dozy, mr. Lenselink, mr. Bethlem)<br />
Beroepsaansprakelijkheid huisarts. Omkeringsregel.<br />
Shockschade.<br />
[BW art. 6:106 lid 1, 6:108, 7:453]<br />
Na het plotselinge overlijden van hun zoontje van<br />
elf maanden oud stellen de ouders hun huisarts<br />
aansprakelijk. In een tuchtprocedure is reeds geoordeeld<br />
dat de huisarts onvoldoende aandacht<br />
heeft gehad voor de uitdrogingsverschijnselen van<br />
het zoontje en de mogelijkheid van een longontsteking<br />
onvoldoende heeft onderzocht. De ouders<br />
vorderen overlijdensschade en shockschade. De<br />
vordering is door de rechtbank afgewezen. Tussen<br />
partijen staat onder andere het causaal verband<br />
tussen de beroepsfout van de huisarts en het<br />
overlijden van het zoontje ter discussie. Het hof<br />
oordeelt dat de omkeringsregel niet van toepassing<br />
is, aangezien geen sprake is van schending van<br />
een veiligheidsnorm. Vervolgens overweegt het<br />
hof dat het bestaan van een (proportioneel) causaal<br />
verband niet is komen vast te staan. Het hof volgt<br />
hiermee de deskundige die overwoog dat de conditie<br />
van het zoontje, gezien de korte tijdspanne<br />
tussen het huisartsconsult en het overlijden, vermoedelijk<br />
zo slecht was dat ook bij een juiste<br />
diagnose en behandeling, het herstel van de conditie<br />
van het zoontje te veel tijd zou hebben gevergd.<br />
Nu het causaal verband ontbreekt, wordt<br />
de vordering van overlijdensschade afgewezen.<br />
De vordering van shockschade wordt eveneens<br />
afgewezen, omdat geen sprake is van schending<br />
of opzettelijke overtreding van een verkeers- of<br />
veiligheidsnorm. Daarnaast blijkt niet uit de medische<br />
stukken van een psychiatrisch ziektebeeld.<br />
608<br />
<strong>Jurisprudentie</strong> Aansprakelijkheid 24-06-2011, afl. 5<br />
Sdu Uitgevers<br />
www.sdu-ja.nl