30.06.2014 Views

Inhoud - Jurisprudentie

Inhoud - Jurisprudentie

Inhoud - Jurisprudentie

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

79<br />

«JA»<br />

Bedrijfs- en beroepsaansprakelijkheid<br />

– gedaagden 1 tot en met 3 hoofdelijk veroordeelt<br />

tot betaling aan [eiseres] van € 3.750,= (de door<br />

[eiseres] aan De Hypotheekshop betaalde provisie),<br />

te vermeerderen met de wettelijke rente<br />

vanaf de dag van verzuim, tot aan de dag der algehele<br />

voldoening;<br />

Subsidiair:<br />

– gedaagden 1 tot en met 4 hoofdelijk veroordeelt<br />

tot vergoeding van de schade van [eiseres], nader<br />

op te maken bij staat;<br />

– gedaagden 1 tot en met 4 hoofdelijk veroordeelt<br />

tot betaling van € 656,= per maand als voorschot<br />

op de bij staat te bepalen schade, totdat onherroepelijk<br />

in de schadestaatprocedure zal zijn beslist;<br />

Primair en subsidiair:<br />

– gedaagden 1 tot en met 4 hoofdelijk veroordeelt<br />

tot betaling aan [eiseres] van € 2.842,= (buitengerechtelijke<br />

kosten), te vermeerderen met de wettelijke<br />

rente vanaf de dag van verzuim, tot aan de<br />

dag der algehele voldoening;<br />

– gedaagden 1 tot en met 4 hoofdelijk veroordeelt<br />

tot vergoeding van de proceskosten, daaronder<br />

begrepen de kosten van het gelegde beslag, te<br />

vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de<br />

datum de van het in deze zaak te wijzen vonnis<br />

tot aan de dag der algehele voldoening.<br />

Grondslagen met betrekking tot De Hypotheekshop<br />

3.2. Aan haar vorderingen legt [eiseres] ten<br />

grondslag dat De Hypotheekshop bij de advisering<br />

op grond van de overeenkomst van opdracht onzorgvuldig<br />

heeft gehandeld door haar voor te<br />

houden dat de vaste rente kosteloos voorafgaand<br />

aan de levering van de woning zou kunnen worden<br />

omgezet naar een variabele (lagere) rente,<br />

door haar voor te spiegelen dat haar netto<br />

maandlasten zouden neerkomen € 1.200,= en<br />

door bij de hypotheekaanvraag een inkomen van<br />

de € 40.000,= uit de Bed & Breakfast te gebruiken,<br />

terwijl dat inkomen er niet was.<br />

3.3. De Hypotheekshop voert verweer en betoogt:<br />

– dat [eiseres] niet tijdig heeft geklaagd (artikel<br />

6:89 Burgerlijk Wetboek)<br />

– dat zij op grond van een exoneratie niet aansprakelijk<br />

is voor de schade van [eiseres]<br />

– dat zij niet tekort is geschoten in enige uit de<br />

overeenkomst met [eiseres] voortvloeiende verbintenis<br />

– dat het causaal verband tussen de aan De Hypotheekshop<br />

verweten fouten en de eventuele schade<br />

van [eiseres] ontbreekt<br />

– dat de eventuele schade als gevolg van eigen<br />

schuld aan de zijde van [eiseres] voor haar rekening<br />

dient te blijven<br />

– dat de door [eiseres] overgelegde schadeberekening<br />

onjuist is<br />

– dat geen sprake is van buitengerechtelijke kosten<br />

die voor vergoeding in aanmerking komen.<br />

3.4. Op de stellingen van partijen wordt hierna,<br />

voor zover van belang, nader ingegaan.<br />

Grondslagen met betrekking tot BLG<br />

3.5. Aan haar vorderingen op BLG legt [eiseres]<br />

ten grondslag dat BLG op grond van artikel 6:76<br />

Burgerlijk Wetboek (BW) aansprakelijk is voor<br />

de ondeugdelijke advisering van De Hypotheekshop<br />

als hulppersoon en dat BLG onrechtmatig<br />

jegens haar heeft gehandeld doordat zij een op<br />

haar als bank en hypotheekverstrekker rustende<br />

bijzondere zorgplicht heeft geschonden door zich<br />

er niet van te vergewissen of [eiseres] voldoende<br />

draagkracht had om de maandlasten te betalen.<br />

3.6. BLG voert verweer en betoogt:<br />

– dat De Hypotheekshop niet als een hulppersoon<br />

van BLG is opgetreden<br />

– dat geen sprake is van een op haar rustende<br />

bijzondere zorgplicht<br />

– dat de wel op haar rustende zorgplicht niet verder<br />

strekt dan het toetsen van de leencapaciteit<br />

van [eiseres] en dat zij daaraan heeft voldaan<br />

– dat het handelen of niet handelen van BLG geen<br />

invloed heeft gehad op de situatie waarin [eiseres]<br />

zich nu bevindt (ontbreken van causaal verband)<br />

– dat sprake is van eigen schuld aan de zijde van<br />

[eiseres]<br />

– dat de door [eiseres] overgelegde schadeberekening<br />

niet realistisch is<br />

– dat [eiseres] niet tijdig heeft geklaagd (artikel<br />

6:89 Burgerlijk Wetboek)<br />

– dat geen sprake is van buitengerechtelijke kosten<br />

die voor vergoeding in aanmerking komen.<br />

3.7. Op de stellingen van partijen wordt hierna,<br />

voor zover van belang, nader ingegaan.<br />

4. De beoordeling<br />

Met betrekking tot De Hypotheekshop<br />

Beroep op niet tijdig klagen<br />

4.1. De Hypotheekshop betoogt dat [eiseres] op<br />

grond van artikel 6:89 BW niet- ontvankelijk moet<br />

worden verklaard dan wel dat haar vorderingen<br />

moeten worden afgewezen omdat zij niet tijdig<br />

600<br />

<strong>Jurisprudentie</strong> Aansprakelijkheid 24-06-2011, afl. 5<br />

Sdu Uitgevers<br />

www.sdu-ja.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!