26.04.2015 Views

Tekst - Vlaams Parlement

Tekst - Vlaams Parlement

Tekst - Vlaams Parlement

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Stuk 872 (2010-2011) – Nr. 19 17<br />

Mevrouw Katrien Schryvers: Ik heb een vraag over de thuisbegeleidingsdiensten. U zegt<br />

dat ouders het probleem al heel juist moeten kunnen duiden om te weten op welk segment<br />

van de thuisbegeleiding ze een beroep kunnen doen. Die thuisbegeleiding is de laatste<br />

jaren heel gespecialiseerd geworden en er zijn heel veel verschillende vormen die zich<br />

richten op specifieke problemen: kinderen met een verstandelijke handicap, geestelijke<br />

gezondheid en dergelijke meer. Hoe zou dit verbeterd kunnen worden? Vindt u dat er één<br />

aanspreekpunt zou moeten zijn in thuisbegeleiding dat zelf de detectie doet? Dat lijkt me<br />

ook moeilijk. Ik begrijp uw probleem.<br />

Mevrouw Hilde Linssen: Ik schets even hoe het werkt. Iemand heeft een probleem en geeft<br />

te kennen dat hij graag hulp wil. Er komt iemand van de thuisbegeleidingsdienst aan huis<br />

om een soort van intakegesprek te doen. Dat gebeurt aan de hand van een lijst met heel<br />

concrete vragen zoals: “Gaan de kinderen op tijd slapen? Krijgt u hen aan tafel? Luisteren<br />

ze?”. Mensen in armoede zijn al zo onzeker en dus zeggen ze: “Ja, ze gaan op tijd slapen.”<br />

of “Ja, hij zit aan tafel om te eten.”. In het vertrouwelijke gesprek dat vooraf ging aan het<br />

zoeken van de hulp, hebben ze echter laten weten dat er een en ander aan de hand is. Het<br />

is dus ook een kwestie van vertrouwen. Bij die mensen komt een vreemde binnen aan wie<br />

ze moeten vertellen wat er precies aan de hand is. Dat is een eerste deel van het probleem.<br />

Een tweede deel van het probleem is inderdaad dat alles gefragmenteerd is. De mensen die<br />

hulp zoeken, krijgen vaak te horen dat ze voor bepaalde vormen van hulp bij een andere<br />

dienst moeten zijn. Het is echter ook moeilijk voor de hulpverleners zelf om door het bos<br />

de bomen te zien en om onmiddellijk naar de juiste persoon door te verwijzen.<br />

Mevrouw Katrien Schryvers: Uit wat u zegt, blijkt dat mensen die de stap zetten om<br />

iemand van een thuisbegeleidingsdienst te laten komen waarbij alle criteria worden overlopen<br />

en alle vragen worden gesteld, vaak te horen krijgen dat ze niet tot de doelgroep<br />

behoren, maar misschien wel tot een andere. Voor die mensen is het terug naar af. Ze moeten<br />

dan opnieuw alle moed verzamelen om de stap te zetten om nogmaals hulp te vragen.<br />

Mevrouw Hilde Linssen: Het heeft ook te maken met de wijze van intake. Op dit moment<br />

loopt een traject voor de doorlichting van ckg’s die ook thuisbegeleidingsdiensten hebben.<br />

Samen met mensen in armoede wordt bekeken wat een goede manier van intake en van<br />

het stellen van vragen kan zijn.<br />

Mevrouw Katrien Schryvers: Uit wat u vertelt, concludeer ik dat er heel wat mensen uit de<br />

boot vallen die eigenlijk wel recht hebben op een bepaalde thuisbegeleiding, omdat ze niet<br />

durven vertellen wat er aan de hand is. Van anderen hebben we al vernomen dat ook het<br />

omgekeerde vaak gebeurt: mensen die hun situatie op een bepaalde manier voorstellen om<br />

hulp te krijgen.<br />

Mevrouw Hilde Linssen: Ook daar merken we het Mattheuseffect.<br />

Mevrouw Griet Briels: Of mensen die de hulp goed zouden kunnen gebruiken maar die de<br />

vraag niet stellen uit angst. Ze vrezen dat thuisbegeleiding de eerste stap is naar gedwongen<br />

hulpverlening en een plaatsing.<br />

III. UITEENZETTING DOOR MEVROUW KRISTA TELEMANS, COÖRDINATOR<br />

PLEEGZORG VLAANDEREN<br />

Mevrouw Krista Telemans: Ik dank u voor de mogelijkheid die u ons biedt om vanuit<br />

de pleegzorg te reflecteren over de instroom en de preventie binnen jeugdzorg. Pleegzorg<br />

werd hier al verschillende keren besproken en ik wil u ook wijzen op de uiteenzetting<br />

van mevrouw Marijke Wieërs, directeur van Jeugdzorg in Gezin, die hier in januari was.<br />

Zij heeft pleegzorg goed uitgelegd en gewezen op een aantal aandachtspunten. Ik bouw<br />

daarop voort.<br />

V L A A M S P A R L E M E N T

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!