TSO – 3e graad – optie Techniek-wetenschappen 21TV Toegepaste biologie (1e jaar: 3 lestijden/week, 2e jaar: 3 lestijden/week)ET LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDENhet praktische gebruik van PCR, RFLP en VNTR toelichten aan de hand van een schematischevoorstelling;in principe beschrijven hoe genenkaarten tot stand komen;het nut van mitochondriaal-DNA bij verwantschaps-onderzoek beschrijven;toepassingen van recombinant-technologie beschrijven met voorbeelden vanuit de landbouw;3 Technieken en toepassingen3.1 PCR3.2 DNA-sequentie3.3 Genetische vingerafdrukken3.4 Klonen3.5 Antisense-technologie3.6 Kunstmatige voortplantingstechnieken3.7 DNA-diagnostica
TSO – 3e graad – optie Techniek-wetenschappenTV Toegepaste biologie (1e jaar: 3 lestijden/week, 2e jaar: 3 lestijden/week)Specifieke pedagogisch-didactische wenkenBij de uitwerking van dit leerplan zal een eigen opbouw en accent kunnen gelegd worden in functie van leerlingen,de labo-uitrusting, de interesse, enz.1. CelleerDe verschillende celstructuren die met een lichtmicroscoop in diverse cellen worden waargenomen viapractica, kunnen op een schematische voorstelling van een ‘type-cel’ worden samengebracht en met dejuiste wetenschappelijke termen aangeduid.De submicroscopische structuur wordt aangebracht met behulp van bv. wandplaten, tekeningen enmicrografieën.De taak van de organellen binnen de eukaryote cel wordt gelinkt aan hun structuur.Naargelang hun bouw kan men de celorganellen van de eukaryote cel in drie groepen onderbrengen:- organellen zonder membraan (ribosomen, centriolen, microtubuli);- organellen met een enkelvoudig eenheidsmembraan (endoplasmatisch reticulum, golgi-systeem,lysosomen, vacuolen);- organellen met een dubbel eenheidsmembraan (celkern, mitochondriën, plastiden).De bellenproef van Sachs is ideaal om de globale reactievergelijking en de erbij horende parameters(monochromatisch licht, groen licht, blauw licht; temperatuur en koolstofdioxideconcentratie) van de fotosyntheseaan te tonen.Via een eenvoudig schema van de fotochemische reacties kunnen de begrippen fotosysteem en fotolyse, inde cel verduidelijkt worden.De fotofluorescentieproef kan gebruikt worden voor de absorptie van licht door bladgroen uit te leggen, terwijlde indigokarmijnproef gebruikt kan worden om de productie van zuurstofgas aan te tonen.Real-timemeting kan aangewend worden om bepaalde processen te verduidelijken, zoals de afbraak vanDCPIP in bladgroenextract o.i.v. licht (DCPIP als maatstaf voor de molecule NADPH). Pigmenten kunnenaangetoond worden via papier- of dunnelaagchromatografie.Enerzijds duidt men op het belang van licht en chlorofyl voor de reactie terwijl anderzijds het belang van deeindproducten (ATP en gereduceerde verbinding) wordt benadrukt.De thermochemische (of donker)reacties worden via een eenvoudig schema verduidelijkt en de resultaten,zoals zetmeel, kunnen aangetoond wordenMen legt uit dat de energie, die vrijkomt bij een oxidatie, aangewend kan worden voor de reductie van koolstofdioxideterwijl verschillende stoffen als waterstofdonor kunnen fungeren. Bij voorkeur verwijzen naar nitrificerendeen kleurloze zwavelbacteriën.Men vergelijkt foto- en chemosynthese en benadrukt het autotroof karakter van beide processen.Het belang van energie voor alle levende cellen en organismen, ook autotrofen, wordt beklemtoond.Uit de glycolyse en de Krebscyclus leidt men vereenvoudigde reactievergelijkingen af. Het stapsgewijs vrijkomenvan energie in de eindoxidatieketen wordt vereenvoudigd voorgesteld. Dit leidt tot een berekeningvan de energieopbrengst per glucosemolecule in ATP-eenheden. Een rendementsbepaling van de ademhalingkan uitgewerkt worden.Steunend op het voorgaande schema legt men uit dat bij een tekort aan zuurstofgas, glucose niet volledigverbrand wordt, maar dat energierijke verbindingen (zoals ethanol, melkzuur …) gevormd worden. Daaruitleidt men af dat de anaërobe ademhaling minder energie oplevert dan de aërobe. Via real-timemeting kan devergisting van een gist/suikeroplossing gebruikt worden om de anaërobe ademhaling (druksensor) aan tetonen.