12.07.2015 Views

SECUNDAIR ONDERWIJS

SECUNDAIR ONDERWIJS

SECUNDAIR ONDERWIJS

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

TSO – 3e graad – optie Techniek-wetenschappen 41TV Toegepaste biologie (1e jaar: 3 lestijden/week, 2e jaar: 3 lestijden/week)De eigenschappen van de bodemdeeltjes kunnen besproken worden. Er kunnen eveneens relaties gelegdworden met het voorkomen van bepaalde organismen en met de andere abiotische factoren (luchtgehalte,temperatuur).2.1 Inventarisatie van de aanwezige organismenDe leerlingen brengen de aanwezige soorten op naam aan de hand van determineertabellen. Deze gegevenskunnen dienen als basis om de indeling van de levende organismen te herhalen (vijfrijkensysteem)2.2 Populatiedichtheid of bedekkingsgraadMen kan de bedekkingsgraad van de aanwezige planten bepalen volgens de techniek van Braun-Blanquet,met de priemraammethode of andere.Binnen een bepaald proefoppervlak kunnen tellingen uitgevoerd worden van o.a. vogels, nesten van dieren,kleine zoogdieren, insecten, bodemdieren.2.3 Relaties tussen de biotische factorenDoor vergelijking van de waarnemingen tracht men een relatie te leggen tussen de populatiedichtheid of debedekkingsgraad en andere biotische factoren. Indien mogelijk kunnen de volgende begrippen geïllustreerdworden met concrete voorbeelden: predatie, concurrentie, symbiose, coöperatie en associatie.De inventarisatie van de dieren kan gebruikt worden om voedselrelaties te bestuderen en een voedselwebvan de biotoop op te stellen.Begrippen als biodiversiteit, dynamiek, successie, pioniersvegetatie, climaxvegetatie, zonatie in de vegetatieworden geïllustreerd door eigen waarnemingen of worden aangebracht met voorbeelden uit de literatuur.Factoren die daarbij een rol kunnen spelen (klimaat, microklimaat, bodemveranderingen, invloed van organismenonderling en van de mens) kunnen besproken worden.2.4 Invloed van de mensDoor eigen waarnemingen van de biotische en abiotische factoren en door informatie in te winnen bij plaatselijkenatuur- en milieuverenigingen, conservator of natuurgidsen kan de invloed van de mens op de biotoopafgeleid worden.De invloed van de mens kan positief of negatief zijn voor de biotoop (bv. bemesting, beweiding, verdroging,vervuiling, verantwoord of onverantwoord beheer).Uit de fysico-chemische gegevens, de biologische waarde van de biotoop en literatuurstudie kan men afleidenwelke natuurbeheersmaatregelen moeten getroffen worden om het gebied te verbeteren of te handhaven.Hierbij kan vrijwilligerswerk door de leerlingen beslist bijdragen tot een milieubewuste houding.3. De biogeochemische cycli (N, P) worden in overzichtelijke schema's weergegeven en besproken. Indienmogelijk wordt de relatie gelegd met eigen metingen en/of literatuurgegevens.4. Met cijfergegevens over het verlies van energie doorheen de voedselketens kan men een model van deenergiedoorstroming opstellen. Begrippen als bruto en netto primaire productiviteit worden hierbij aangebracht.Cijfergegevens van enkele ecosystemen en hun primaire energieproductiviteit kunnen vergeleken worden.De noodzaak tot bescherming van natuurlijke ecosystemen wordt benadrukt. Het evenwicht tussen de primaireenergieproductie en de biologische diversiteit wordt kritisch besproken.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!