Richtlijn Familiaal Huiselijk Geweld bij kinderen en ... - CBO
Richtlijn Familiaal Huiselijk Geweld bij kinderen en ... - CBO
Richtlijn Familiaal Huiselijk Geweld bij kinderen en ... - CBO
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
mee kan word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> uitvoeriger bespreking wordt verwez<strong>en</strong> naar De Ruiter & Ve<strong>en</strong>(2006).Uit vroege meta-analyses naar behandeling van geweldsdelinqu<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kwam e<strong>en</strong> gemiddeld effect van10 tot 12% naar vor<strong>en</strong> (Losel, 1996, 1998). Daar<strong>bij</strong> blek<strong>en</strong> grote verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> interv<strong>en</strong>tiesonderling. Zuivere gevang<strong>en</strong>isstraf, zonder behandeling, bleek niet te leid<strong>en</strong> tot minder recidives(Cooke & Philip, 2001). Hetzelfde gold voor psychodynamisch georiënteerde interv<strong>en</strong>ties. Andrews etal. (1990) steld<strong>en</strong> op basis van hun literatuuronderzoek dat behandeling<strong>en</strong> effectiever zijn naarmateze meer voldo<strong>en</strong> aan de volg<strong>en</strong>de principes, zoals geformuleerd in hun zog<strong>en</strong>aamde Psychology ofCriminal Conduct:- Risicoprincipe. De int<strong>en</strong>siteit van de behandeling moet word<strong>en</strong> aangepast aan hetrecidiverisico van de betreff<strong>en</strong>de persoon: e<strong>en</strong> hoger risico vergt e<strong>en</strong> langere <strong>en</strong>/ofint<strong>en</strong>sievere behandeling.- Behoefteprincipe. Behandeling moet zich richt<strong>en</strong> op verandering van dynamische (dusveranderbare) risicofactor<strong>en</strong> <strong>bij</strong> iedere specifieke cliënt. In dit opzicht is het onderscheid tuss<strong>en</strong>acuut dynamische <strong>en</strong> stabiel dynamische factor<strong>en</strong> van belang. Behandeling moet zich metname richt<strong>en</strong> op de stabiel dynamische factor<strong>en</strong> (<strong>bij</strong>voorbeeld antisociale opvatting<strong>en</strong>,verkeerde vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, egoc<strong>en</strong>trisme, gebrek aan empathie <strong>en</strong> gebrekkige copingstrategieën).- Responsiviteitsprincipe. Dit betek<strong>en</strong>t dat behandeling moet word<strong>en</strong> aangepast aan deleermogelijkhed<strong>en</strong> van de persoon. Gedragsmatige interv<strong>en</strong>ties (concreet, gestructureerd,meetbaar, met veel uitleg/psycho-educatie <strong>en</strong> oef<strong>en</strong>ing) verdi<strong>en</strong><strong>en</strong> over het algeme<strong>en</strong> devoorkeur.- Principe van behandelingsintegriteit. Hiermee wordt bedoeld dat behandeling<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> maarwerk<strong>en</strong> als de behandelaars ook daadwerkelijk do<strong>en</strong> wat ze volg<strong>en</strong>s het model moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong>,<strong>en</strong> als daar voldo<strong>en</strong>de controle op is. Om deze integriteit te waarborg<strong>en</strong> zijn de volg<strong>en</strong>deaspect<strong>en</strong> van belang. (1) het gebruik van e<strong>en</strong> theoretisch model als uitgangspunt (waarbinn<strong>en</strong>cognitieve gedragstherapie tot nu toe als meest effectief naar vor<strong>en</strong> kwam); (2) het gebruik vane<strong>en</strong> goed <strong>en</strong> gedetailleerd behandelprotocol, waarin alle interv<strong>en</strong>ties staan beschrev<strong>en</strong>; (3)e<strong>en</strong> goed behandelklimaat binn<strong>en</strong> de instelling waar de behandeling<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>, metvoldo<strong>en</strong>de tijd voor intervisie <strong>en</strong> supervisie; (4) selectie van de juiste behandelaars, die dezeintegriteit uitdrag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de juiste programmaleiders, die overtuigd zijn van het nut van dezemanier van werk<strong>en</strong>; <strong>en</strong> (5) het voortdur<strong>en</strong>d evaluer<strong>en</strong> van de effect<strong>en</strong> van de behandeling<strong>en</strong>.Behandeling <strong>bij</strong> volwass<strong>en</strong><strong>en</strong>, hoofdstuk 10, uitgangsvraag 21, behandeling van beide partnerssam<strong>en</strong>NB: zie voor de literatuurverwijzing<strong>en</strong> het literatuuroverzicht in hoofdstuk 10.Op het gebied van partnerrelatietherapie (PRT) <strong>bij</strong> partnergeweld zijn nauwelijks studies die de toetsvan wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek kunn<strong>en</strong> doorstaan. Er zijn twee studies die specifiek het effect vanpartnerrelatietherapie <strong>bij</strong> partnergeweld onderzocht<strong>en</strong>.Stith et al. (2004) voerd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderzoek uit met als doel: (1) e<strong>en</strong> methodiek ontwikkel<strong>en</strong> voor par<strong>en</strong>waar licht tot matig geweld had plaatsgevond<strong>en</strong> van mann<strong>en</strong> gericht teg<strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> die sam<strong>en</strong>wild<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>; (2) kwantitatief effectonderzoek naar deze methode <strong>en</strong> (3) kwalitatieve analyse van dedata om te kom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> verfijning van de methode. Tweeënveertig par<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> at randomtoegewez<strong>en</strong> aan individuele PRT of groeps-PRT. Neg<strong>en</strong> par<strong>en</strong> vormd<strong>en</strong> de controlegroep, zij kreg<strong>en</strong>therapy as usual (TAU), te wet<strong>en</strong> gescheid<strong>en</strong> pleger- <strong>en</strong> slachtofferbehandeling. De resultat<strong>en</strong>toond<strong>en</strong> dat zes maand<strong>en</strong> na de behandeling recidive was voorgevall<strong>en</strong> in 25% van de par<strong>en</strong>groep, in43% van de individuele PRT <strong>en</strong> in 66% van de controlegroep. In de par<strong>en</strong>groep was dehuwelijkssatisfactie het sterkste gesteg<strong>en</strong> <strong>en</strong> de acceptatie van geweld was het sterkste gedaald. Opbasis van dit <strong>en</strong>e onderzoek lijkt PRT in e<strong>en</strong> groep wat effectiever dan individuele PRT.<strong>Richtlijn</strong> familiaal huiselijk geweld 280