Luwte-Oases 13.02.2020 iguur: Tien kernkwaliteiten voor <strong>ruimte</strong>lijke ontwikkeling (strategische visie BRV, 218) ● n het PDPO-project Kanenkael en kanenroe streven de Antwerpse Regionale Landschappen naar het vrijwaren en invullen van <strong>open</strong> <strong>ruimte</strong> (-verbindingen) in en rond de plattelandsdorpen. Leefbaarheid, streekidentiteit, klimaatadaptatie en trage wegen staan centraal in de integrale methodiek van kansenkavels en -routes . Het project wil groene beleidsvisies doorvertalen tot op perceelsniveau en test dit in 22 samen met Wuustwezel, Willebroek en Geel. Programma-Verkenning Luwte-Oases — Position Paper Programma Luwte-Oases 92
Luwte-Oases 13.02.2020 2. PROGRAMMA-VERKENNING LUWTE-OASES 2.1 einiie Lwe-Oae <strong>De</strong> kwaliteit van een Luwte-Oase als plek van geborgenheid, afzondering, beschutting, wordt gedefinieerd door twee parameters: 1. Zintuiglijke aanwezigheid van lwe: een plek waar er zo veel mogelijk stilte, visuele luwte, koelte en biodiversiteit wordt gemeten. Luwte geeft uiting aan een zeer onzichtbare kwaliteit waar waardering een centraal vraagstuk vormt. Met andere woorden, luwte-kwaliteiten moeten mr gewaardeerd worden in bestaande projecten om de nieuwe projecten te inspireren. Die waardering omhelst bestaande kwaliteiten als de nood aan impulsen voor nieuwe projecten. 2. Ruimtelijke beleving van contrastrijke oae: plekken die, ondanks een tegengestelde context (lawaaierig, fel beschenen, warm en verhard/verdicht), zintuiglijke kwaliteiten op een relatieve, kwalitatieve manier kunnen aanbieden en zo beschutting, afzondering en geborgenheid garanderen. Hoe groter de contrasten, hoe kwalitatiever een oase wordt geacht. 2.2 o an e rogramma Er bestaat een waaier aan <strong>ruimte</strong>s die als luwte-oase benoemd kunnen worden, gaande van traditioneel erfgoed met vaak een sacrale functie of verleden (abdijen, kerken, kerkhoven,...), zorgende functies en semi-publieke instellingen (rusthuizen, scholen,...) tot groene <strong>ruimte</strong>s (parken, trage wegen, daktuinen,...) en zelfs nieuwe ontwerpen waar specifiek aandacht besteed wordt aan luwte. n lijn met de geest van de Open Ruimte Beweging focussen we met dit programma op Luwte-Oases die: ● Buiten<strong>ruimte</strong>s zijn ● Groen-blauw zijn en op een of andere wijze bijdragen aan biodiversiteits- en klimaatdoelstellingen (bestrijding hitte-eilandeffect, koolstofopslag, indien verharde <strong>ruimte</strong>s, aanzetten tot ontharding) ● Gelegen zijn in omgevingen waar een transformatie-opgave plaatsvindt. Dit zijn hoofdzakelijk woon-werkomgevingen zoals dorpen, steden, randstedelijke gebieden,... Luwte-Oases brengen de kwaliteiten van <strong>open</strong> <strong>ruimte</strong> binnen in steden en dorpen. Hiermee onderschrijven we dat er geen verdichting kan zijn zonder luwte-oases. Verdichting is enkel een meerwaarde wanneer er tegelijk ingezet wordt op leefomgevingskwaliteit. Bij de programmatie van functies en de inrichting van <strong>ruimte</strong>s moet daarom rekening gehouden worden met de impact op de (mentale) gezondheid van de toekomstige gebruikers en bewoners. Het programma Luwte-Oases focust daarom op de groene, onbebouwde <strong>ruimte</strong>s in het bebouwde weefsel. Enerzijds willen we inzetten op het behouden en opwaarderen van bestaande luwteplekken. Anderzijds willen we inzetten op het selectief creëren van nieuw luwteplekken en het bouwen aan een netwerk van luwe plekken en verbindingen. Dit past binnen een evolutie waarbij remediërende maatregelen gericht op het verminderen van overlast worden aangevuld met maatregelen vanuit een meer holistische houding tegenover de leefomgeving die als aangenaam wordt ervaren door mensen. Om tot kwaliteitsvolle luwte-plekken te komen, werden nog bijkomende criteria gedefinieerd: ● Zintuigelijke rust: geluid, koelte, licht, zicht, geur ● Contrast met de omgeving: het is een plek voor verstilling en vertraging ● Geborgenheid: een veilige plek om zich terug te trekken en zich te concentreren. ● Publiek toegankelijk: de plek moet voor alle inwoners toegankelijk zijn ● Buurtgericht: luwte-oases moeten op een gedragen en participatieve manier ontstaan. Het zijn dus geen state-of-the-art trekpleisters, maar wel dagdagelijkse plekken op wandel- (en fiets)afstand. Programma-Verkenning Luwte-Oases — 93 Position Paper Programma Luwte-Oases