Autogas (LPG) - Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen
Autogas (LPG) - Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen
Autogas (LPG) - Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De voorzieningen bedoeld in d, e, f, g en h moeten bij het wegvallen van de bekrachtiging de<br />
<strong>LPG</strong>-installatie van het electrische net afkoppelen en vergrendelen (“fail-safe”uitvoering).<br />
Wanneer de <strong>LPG</strong>-installatie buiten bedrijf is gesteld moet met name het van de installatie deel uitmakende<br />
electronische regel- en beveiligingssysteem zodanig zijn geschakeld dat het afleveren van <strong>LPG</strong><br />
niet mogelijk is. De beveiligings- en alarmeringsapparatuur moet echter onverminderd tot onmiddellijk<br />
gebruik gereed zijn.<br />
Bijlage bij 8.2.4 en 8.2.5<br />
Tabel 8-I Toelaatbare materialen en verbindingen voor vaste leidingen<br />
Toelaatbaar buismateriaal Toelaatbare buisverbindingen Opmerkingen<br />
1. Gladde stalen buizen 1. Bij nominale inwendige<br />
(naadloos of met naad) diameter van 15 mm en<br />
volgens de “Regels”. groter verbinding door lassen<br />
volgens de “Regels”;<br />
2. Flensverbindingen van het Voorlasflens met een nominale<br />
type voorlasflens; druk van ten minste PN 25.<br />
3. Schroefdraad met naadloze Voor nominale diameter van<br />
stalen buisfittings; buis- van maximaal DN 50.<br />
einden en fittings met NPT<br />
schroefdraad.<br />
Naadloze stalen precisie 1. Klemkoppelingen met: Voor toepassing in het<br />
buizen. a. stalen (dubbel-) conische aflevertoestel.<br />
ringen;<br />
b. stalen snijringen.<br />
2. Koppelingen met vlakke<br />
afdichting.<br />
3. Lasverbindingen.<br />
Bijlage bij 8.2.4, 8.2.5 en 8.2.19<br />
Tabel 8-II Toelaatbare materialen en verbindingen voor buigzame leidingen<br />
Toelaatbaar buismateriaal Toelaatbare buisverbindingen Opmerkingen<br />
1. Lasverbindingen;<br />
2. Flensverbindingen van het Voorlasflens met een nominale<br />
type voorlasflens; diameter van ten minste PN 25.<br />
3. Conische schroefdraad Voor nominale diameter van<br />
verbindingen met maximaal DN 50.<br />
NPT-schroefdraad.<br />
2. Synthetische rubberslang Klemmende verbinding op<br />
met één of meer staaldraad- bijpassende slangtuit met<br />
en/of textiel-inlagen volgens gebruikmaking van doelmatige<br />
de “Regels”. slangklemmen of koppelingen.<br />
3. Flexibele dubbelwandige Lasverbindingen volgens De uitvoering moet voldoen<br />
metalen leidingen. de “Regels”. aan 8.2.19.<br />
<strong>Publicatiereeks</strong> <strong>Gevaarlijke</strong> <strong>Stoffen</strong> 16 <strong>Autogas</strong> (<strong>LPG</strong>) Pagina 50/141