Autogas (LPG) - Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen
Autogas (LPG) - Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen
Autogas (LPG) - Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
11.3 Afstanden i.v.m. voorkomen ontsteking bij incidenteel vrijkomen geringe hoeveelheden <strong>LPG</strong><br />
11.3.1 Opstellen gevarenzone-indeling<br />
Voor de <strong>LPG</strong>-installatie moet een gevarenzone-indeling opgesteld zijn die gebaseerd is op het publicatieblad<br />
van de Arbeidsinspectie P 182 “Gevarenzone-indeling met betrekking tot gasontploffingsgevaar”<br />
(uitgegeven door de Sdu-uitgeverij tel.070-3789884). Zie ook het gestelde in de voorschriften<br />
11.3.3 en 11.3.5.<br />
Zone 0: een gebied waarbinnen een ontplofbare atmosfeer voortdurend of gedurende lange perioden<br />
aanwezig is.<br />
Gedachtenbepaling: gedurende in totaal meer dan 1000 uur per jaar.<br />
Zone 1: een gebied waarbinnen de kans op de aanwezigheid van een ontplofbare atmosfeer onder<br />
normaal bedrijf groot is.<br />
Gedachtenbepaling: gedurende in totaal 10 tot 1000 uur per jaar.<br />
Zone 2: een gebied waarbinnen de kans op de aanwezigheid van een ontplofbare atmosfeer onder<br />
normaal bedrijf gering is en waarbinnen een dergelijke atmosfeer, indien zij aanwezig is, slechts korte<br />
tijd zal bestaan.<br />
Gedachtenbepaling: gedurende in totaal minder dan 10 uur per jaar.<br />
Afwijkend gebied (AG): een gebied waarbinnen, ten gevolge van secundaire gevarenbronnen, een<br />
ontplofbare atmosfeer kan voorkomen, maar waar het door de noodzakelijke en onvermijdelijke aanwezigheid<br />
van één of meerdere ontstekingsbronnen niet zinvol is om in te delen.<br />
Niet gevaarlijke gebied (NGG): een gebied waarbinnen geen ontplofbare atmosfeer geacht wordt voor<br />
te komen in zodanige mate dat speciale voorzieningen ten aanzien van ontstekingsbronnen.<br />
Een overzicht van de gevarenzone-indeling is gegeven in afbeelding 11-II en 11-III.<br />
11.3.2 Verbod gebruik elektrische toestellen en open vuur in gevarenzones<br />
De elektrische installatie moet voldoen aan de bepalingen van NEN 1010. Op plaatsen met gasontploffingsgevaar<br />
moet de elektrische installatie tevens voldoen aan de bepalingen van NEN 3410.<br />
In NEN 3410 is aangegeven welke explosie-veilige constructies (beschermingswijzen tegen ontsteking<br />
van elektrisch materieel) in de diverse gevarenzones zijn toegelaten.<br />
Voor zover elektrisch materieel binnen de gevarenzones is geplaatst, moet de explosieveiligheid zijn<br />
gecertificeerd door een erkend instituut; één en ander in relatie tot de voornoemde zonering.<br />
In de gevarenzones is gebruik van verplaatsbare elektrische leidingen en verplaatsbare elektrische<br />
toestellen niet toegestaan. Ook mogen in de gevarenzones geen verhitte voorwerpen met een oppervlaktetemperatuur<br />
van meer dan 573 K (300°C) aanwezig zijn. De elektrische installatie binnen het<br />
explosiegevaarlijke gebied moet door middel van één of meer schakelaars, die in een niet-gevaarlijk<br />
gebied zijn geplaatst, in alle polen en fasen kunnen worden uitgeschakeld.<br />
Nabij elke motor moet een werkschakelaar zijn geïnstalleerd.<br />
Op of nabij elke schakelaar moeten de bestemming en de schakelstanden duidelijk zijn aangegeven.<br />
11.3.3 Gevarenzones rond reservoir, vulpunt aflevertoestel<br />
De elektrische installatie binnen een afstand van 5 m zowel horizontaal als vertikaal van de horizontale<br />
projectie van het reservoir met toebehoren en het vulpunt van dit reservoir moet voldoen aan de<br />
voorschriften die gelden voor zone 2. Voor het aflevertoestel geldt de volgende zonering:<br />
a. binnen een afstand van 1 m rondom het <strong>LPG</strong>-voerende gedeelte van het aflevertoestel, zowel in<br />
horizontale als vertikale richting en binnen een gebied met een hoogte van 2 m dat zich uitstrekt<br />
over een afstand tot het aflevertoestel die gelijk is aan de lengte van de afleverslang plus 2 m,<br />
moet het elektrisch materieel voldoen aan de voorschriften die gelden voor zone 2;<br />
b. binnen het aflevertoestel moet het elektrisch materieel voldoen aan de voorschriften die gelden<br />
voor zone 1.<br />
<strong>Publicatiereeks</strong> <strong>Gevaarlijke</strong> <strong>Stoffen</strong> 16 <strong>Autogas</strong> (<strong>LPG</strong>) Pagina 69/141