08.05.2024 Views

dermactu-191-nl-yumpu

  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

26<br />

SCIENCE NEWS<br />

Update over behandelingsmogelijkheden voor cutane lupus erythematosus<br />

Cutane lupus erythematosus (CLE) omvat dermatologische manifestaties die onafhankelijk van systemische lupus erythematosus<br />

(SLE) kunnen voorkomen of gelijktijdig kunnen optreden. Ondanks vooruitgang in de classificatie van CLE blijft het moeilijk om<br />

precieze criteria voor subtypen vast te stellen vanwege overlappende presentaties en de moeilijkheid om de symptomatologie<br />

te onderscheiden. De huidige behandelingen omvatten preventieve maatregelen (bescherming tegen de zon, stoppen met roken,<br />

het risico op fotosensibilisatie in de gaten houden, etc.), farmacologische maatregelen, topische therapieën en systemische<br />

benaderingen. In gevallen van beperkte huidbetrokkenheid zijn topische corticosteroïden of calcineurineremmers de eerstelijnsbehandeling.<br />

De enige goedgekeurde systemische behandelingen zijn hydroxychloroquine en cortison. Andere antimalaria<br />

(chloroquine, quinacrine), immunosuppressiva zoals methotrexaat en mycofenolaatmofetil, orale retinoïden, thalidomide en<br />

lenalidomide worden off-label voorgeschreven. In een recent overzicht gepubliceerd in The Journal of Dermatology bekeken<br />

onderzoekers Xie et al. het huidige landschap van ECL-behandeling en -onderzoek. Verschillende klassen van cutane lupusgeneesmiddelen<br />

richten zich op verschillende pathways, waardoor de behandeling kan worden afgestemd op het ontstekingsprofiel<br />

van de lupuspatiënt en de resultaten kunnen worden verbeterd. Veelbelovende doelgerichte therapeutische geneesmiddelen<br />

zijn onder andere anifrolumab (anti-type 1 interferon), deucravacitinib (allosterische tyrosinekinase 2-remmer), litifilimab (plasmacytoïde<br />

dendritische celgerichte therapie) iberdomide (een thalidomide-analoog en nieuw middel in de CELMoDs-Cereblon<br />

E3 Ligase Modulator ligand-targeting cereblon klasse) en belimumab (B-cel gerichte therapie).<br />

“De huidige behandelingsmogelijkheden voor CEL zijn bijzonder ontoereikend en vereisen vaak een escalatie van de behandeling<br />

zonder voldoende controle van de ziekteactiviteit. Dit hiaat in het beheer heeft een aanzie<strong>nl</strong>ijke impact op de levenskwaliteit van<br />

patiënten en geeft aan dat er dringend behoefte is aan meer optimale behandelingen”, aldus de auteurs. “Naarmate veelbelovende<br />

behandelingen voor cutane lupus opkomen, is het van cruciaal belang om de urgentie te benadrukken van huidgerichte<br />

therapeutische resultaten en de implementatie van gevalideerde maatregelen om de therapeutische werkzaamheid in klinische<br />

onderzoeken te beoordelen (CLASI of de Cutaneous Lupus Activity Investigator Global Assessment (CLA-IGA)).<br />

Ref.: Xie L, Lopes Almeida Gomes L, Stone CJ, et al. An update on clinical trials for cutaneous lupus erythematosus. J Dermatol. 2024 Mar 15. doi:<br />

10.1111/1346-8138.17161.<br />

Doeltreffendheid van nemolizumag bij nodulaire prurigo<br />

De pathofysiologie van prurigo is slecht begrepen, maar er is aangetoond dat neuronen overgevoelig zijn voor het pruritusproces<br />

en chronische ontstekingsroutes activeren. Met name interleukine 31 wordt 50 keer meer getranscribeerd in biopten van<br />

nodulaire prurigo dan in gezonde huid en speelt een belangrijke rol in jeuksignalering, epidermale veranderingen en fibrose.<br />

OLYMPIA 2 is een gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde klinische studie van fase III om de werkzaamheid en<br />

veiligheid van nemolizumab monotherapie versus placebo te evalueren bij patiënten van 18 jaar of ouder met nodulaire prurigo<br />

na een behandelingsperiode van 16 weken. De studie beoordeelde ook de farmacokinetiek en immunogeniciteit van nemolizumab<br />

versus placebo. Aan het onderzoek namen 274 patiënten met matige tot ernstige nodulaire prurigo deel. In totaal kregen 183<br />

patiënten nemolizumab en 91 een placebo. Ongeveer 78,8% van de patiënten had topische behandelingen gekregen en 58,8%<br />

had systemische behandelingen gekregen, voornamelijk antihistaminica (38%), corticosteroïden (20,8%) en immunosuppressiva<br />

(19%). Gemiddeld evolueerde de prurigo al 8-9 jaar. Op week 16 vertoonde een significant hoger percentage patiënten in de<br />

nemolizumab-arm dan in de placebo-arm een respons op pruritus (56,3% versus 20,9%) en een respons op IGA (37,7% versus<br />

11,0%), met aangepaste verschillen van respectievelijk 37,4 en 28,5 procentpunten (p

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!