You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Normale synchronisatie<br />
Bij de normale synchronisatie wordt de LEICA <strong>SF</strong> <strong>58</strong> aan het begin van de<br />
belichtingstijd ontstoken, dus zodra de sluiter geheel open staat. Deze synchronisatie<br />
is de standaardfunctie en wordt door alle camera’s uitgevoerd. Hij is<br />
geschikt voor de meeste flitsopnamen.<br />
De camera wordt, afhankelijk van de erop ingestelde belichtingsfunctie, naar<br />
de flitssynchronisatietijd omgeschakeld.<br />
Op de flitser hoeft voor deze functie niets te worden ingesteld, er wordt ook<br />
geen aparte aanduiding voor gegeven.<br />
Aanmerking:<br />
Als aansluiting aan de meerderheid van vooral de in systeemcamera’s gebruikelijke<br />
spleetsluiters met hun twee ‘gordijnen’ wordt deze synchronisatie onjuist maar in<br />
het algemeen ‘synchronisatie op het eerste gordijn’ genoemd.<br />
In het geval van de meeste compactcamera’s en vele wisselobjectieven is deze<br />
benaming niet correct. Daarom wordt in deze gebruiksaanwijzing voor de in<br />
beide gevallen betreffende synchronisatie van de belichting gesproken over<br />
het flitsen aan het begin van de belichtingstijd – of aan het einde ervan, zie de<br />
volgende paragraaf.<br />
125<br />
Synchronisatie aan het einde van de belichting<br />
Sommige camera’s bieden de mogelijkheid tot synchronisatie aan het einde<br />
van de belichtingstijd (vaak genoemd ‘synchronisatie op het tweede gordijn’).<br />
Dit is vooral bij belichtingen met lange tijden (>1/30 sec.) en bewegende onderwerpen<br />
met (een) eigen lichtbron(nen), c.q. onderwerpen met lichtreflecties<br />
van voordeel, omdat de bewegende lichtbronnen dan een lichtstaart ‚achter<br />
zich aan‘ trekken in plaats van hem, zoals bij synchronisatie aan het begin van<br />
de belichtingstijd, ‚voor zich heen‘ schuiven. Dit geeft bij bewegende lichtbronnen<br />
een ‚natuurlijker‘ weergave van de opnamesituatie.<br />
De synchronisatie aan het einde van de belichtingstijd moet op de camera worden<br />
ingesteld (zie de gebruiksaanwijzing van de camera)! Afhankelijk van de<br />
ingestelde belichtingsfunctie stuurt de camera dan, vooral bij opnamen in donkere<br />
omgevingen, langere belichtingstijden dan de flitssynchronisatietijd aan.<br />
Aanwijzing:<br />
Gebruik bij lange belichtingstijden een statief om bewogen opnamen te vermijden!<br />
nederlands