31.07.2013 Views

Aaneenschrijfregelkennisbegripsbeïnvloeding - Igitur - Universiteit ...

Aaneenschrijfregelkennisbegripsbeïnvloeding - Igitur - Universiteit ...

Aaneenschrijfregelkennisbegripsbeïnvloeding - Igitur - Universiteit ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Aaneenschrijfregelkennisbegripsbeïnvloeding</strong><br />

drie aspecten die van invloed zijn op begrip en daarnaast ook relevant zijn in het kader van<br />

onderzoek naar samenstellingen.<br />

2.2.1 Samenhang<br />

Samenhang in teksten is erg belangrijk bij het overbrengen van een boodschap. Woorden,<br />

zinsdelen en zinnen moeten voor een geslaagde communicatie goed op elkaar aansluiten.<br />

Singer (1990) omschrijft deze samenhang, ook wel coherentie genoemd, als volgt:<br />

“(…) the parts of a message are related or connected to one other. Because the reader can<br />

identify these connections, the message can be understood.”<br />

Het toevoegen van spaties in samenstellingen zou kunnen leiden tot zinnen die volgens de<br />

regels gezien niet volledig coherent worden geïnterpreteerd. De mogelijkheid bestaat dat het<br />

proces van begripstoekenning hierdoor verstoord wordt.<br />

2.2.2 Verwachtingen<br />

Tijdens het lezen van teksten wordt een kennisschema opgeroepen (Singer, 1990). Dit schema<br />

bevat alle kennis die we over een bepaald concept bezitten. Als je leest dat iemand van de trap<br />

is gevallen, dan verwacht je op basis van je wereldkennis en eerder opgedane ervaringen met<br />

bijvoorbeeld de val van een trap, een mededeling over een mogelijke verwonding. Als de zin<br />

vervolgd wordt met de mededeling “en hij zette een bakkie koffie” dan is dat merkwaardig.<br />

Gebleken is dat deze opgeroepen verwachtingen een rol van betekenis spelen bij het<br />

decoderen van boodschappen. Zodra een samenstelling onterecht gespatieerd wordt, kunnen<br />

op dit gebied problemen ontstaan. Een schema kan worden opgeroepen op basis van het<br />

linkerdeel, maar totaal niet overeenkomen met de samenstelling als geheel. De lezer moet zelf<br />

infereren dat hier een spatiefout gemaakt is, en dat er in feite sprake is van één concept dat<br />

opgebouwd is uit woorden die los van elkaar geschreven zijn. Hierdoor kan het leesproces<br />

gestoord worden en de leestijd oplopen.<br />

2.2.3 Lezerskenmerken<br />

Volgens Tinker (1966) zijn verschillende factoren bepalend bij het gemakkelijk begrijpen van<br />

een tekst, te weten: individuele verschillen in mentale capaciteiten, mate van ervaring, mate<br />

van beheersing van de leestechnieken en flexibiliteit in het benaderen van leesmateriaal. De<br />

mate waarin deze factoren van toepassing zijn op lezers varieert sterk. Toch betekent een<br />

geringe beheersing ervan niet per definitie dat het altijd lastig is om teksten te begrijpen. Zo<br />

zouden een goede motivatie, adequate voorbereiding, een goed op de lezer aangepaste<br />

moeilijkheidsgraad en overwonnen tekortkomingen als een geringe woordenschat en een<br />

gebrek aan vertrouwen op hun beurt weer bevorderlijk zijn voor het bevattingsvermogen 3 .<br />

Naar aanleiding van deze kennis wordt duidelijk dat bij het creëren van begrip een<br />

belangrijke taak is weggelegd voor de lezer. Wanneer samenstellingen onterecht<br />

losgeschreven zijn, dan zouden zij problemen in het leesproces kunnen teweegbrengen.<br />

Echter, wanneer de lezer enigszins capabel is op bovenstaande punten en voldoende<br />

gemotiveerd leest, dan zouden die problemen wellicht overwonnen kunnen worden. Of dit<br />

invloed heeft op de tijd die het kost om een tekst te lezen, wordt in de volgende paragraaf<br />

onderzocht.<br />

2.3 Het verband tussen begrip en leessnelheid<br />

Uit het voorgaande is gebleken dat vele factoren het begrijpen van een tekst tijdens het lezen<br />

kunnen verhinderen. Het meten van de leessnelheid is een manier om deze problemen te<br />

3 De bevattingsbevorderlijke factoren die Tinker noemt werden oorspronkelijk in 1959 gepubliceerd in een<br />

artikel van Constance M. McCullough, een onderzoekster op het gebied van lezen en leesproblemen van<br />

leerlingen. Dit artikel (McCullough, C.M. (1959). Conditions favorable to comprehension. Education, 79, 533-<br />

536.) is echter niet meer op te vragen via de Nederlandse bibliotheken<br />

3

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!