22.08.2013 Views

Download - Cultuurnetwerk.nl

Download - Cultuurnetwerk.nl

Download - Cultuurnetwerk.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Maat houden<br />

Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht 2007


Inhoudsopgave<br />

Voorwoord 5<br />

1 I<strong>nl</strong>eiding 7<br />

Verantwoording kwaliteitsrapport 7<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland als kennisnetwerk 8<br />

Programmalijnen 2005-2008 9<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland als verbindende schakel 12<br />

Kengetallen 13<br />

2 Kwaliteitsrapport 15<br />

Uitgangspunten 15<br />

Invalshoeken voor beoordeling <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 16<br />

3 Kwaliteit activiteiten, producten en diensten 17<br />

Samenwerking met andere organisaties 17<br />

Analyse kengetallen 2005-2006 19<br />

Besteltaken 2005-2006 20<br />

Bibliotheek en studiecentrum 21<br />

Publicatiereeksen 21<br />

Websites <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 23<br />

Studies en onderzoek 24<br />

Bijzonder hoogleraar cultuureducatie en -participatie 25<br />

Advies en begeleiding 27<br />

Besteltaken samen met derden 2005-2006 28<br />

Website Cultuurplein 29<br />

Studies en onderzoek 30<br />

Advies en begeleiding 33<br />

Opdrachttaken (projectsubsidies OCW) 2005-2006 35<br />

4 Bedrijfsmatige kwaliteit 39<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Informatie Systeem (CIS) 39<br />

Financieel overzicht 2005 en 2006 40<br />

Kosten en opbrengsten in beeld (2006) 41<br />

5 Klantgerichte kwaliteit 45<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en zijn imago (mei 2005) 45<br />

Klantenonderzoek <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland (eind 2006) 49<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

3


6 Kwaliteit van het werkklimaat 65<br />

4<br />

Organisatievorm 65<br />

Werkwijze 66<br />

Raad van Toezicht 66<br />

Directie 66<br />

Medewerkers 66<br />

Evaluatie van 3Bureauoverleg, Lunchbijeenkomsten, Intrafas, MT en ST 68<br />

Medewerkers Tevredenheids Onderzoek (MTO) 75<br />

Scholingsbeleid 78<br />

7 Innoverende kwaliteit 81<br />

Programmalijnen 2007 en verder 82<br />

Programmalijnen 2005-2008 86<br />

Reguliere taken 89<br />

Opdrachttaken (projectsubsidies OCW) 89<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland als verbindende schakel 90<br />

Bijlage 1 91<br />

Prestatieoverzicht 2005-2006 91<br />

Bijlage 2 107<br />

Wensen klantengroepen 107<br />

Bijlage 3 111<br />

TevredenheidsMonitor <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006 111<br />

Bijlage 4 119<br />

Medewerkers <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006 119<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Voorwoord<br />

O<strong>nl</strong>angs kreeg ik van Steven de Groot, senior onderzoeker van IVA Beleidsonderzoek en Advies van<br />

de Universiteit van Tilburg een boek cadeau met als titel Schoonheid in organisaties. Juist omdat ik al<br />

enkele weken bezig was met dit kwaliteitsrapport intrigeerde de titel me zeer. De inhoudsopgave<br />

doorkijkend leek me de vraag Wat maakt een organisatie tot een esthetische organisatie? in dit<br />

verband de moeite waard.<br />

Deze paragraaf lezend trof mij de overeenkomst met wat in dit kwaliteitsrapport is verwoord:<br />

'Langzamerhand ervaart men dat het beter maken van organisaties ook betekent dat deze<br />

mensgerichter worden. Men ziet in dat de arbeid die in organisaties verricht wordt in toenemende<br />

mate enkel nog door kenniswerkers wordt uitgevoerd. Deze mensen, deze kenniswerkers, gaan niet<br />

enkel 's morgens naar hun werk om bij te dragen aan omzet en winst van de organisatie, maar willen<br />

met name prestaties leveren in termen van de eigen ontwikkeling, de bijdrage aan hun vakgebied,<br />

aan het succes van collegae en aan klanttevredenheid.' 1<br />

Een andere interessante paragraaf in dit kader, die ik wat verderop vond, is De draaideur tot<br />

organisatieschoonheid. De Groot schrijft: 'Als we de beelden van wat schoonheid is in en buiten de<br />

organisatie met elkaar vergelijken, valt op dat wanneer we spreken over schoonheid in organisaties<br />

er een veel belangrijker rol is weggelegd voor de werkende mens dan buiten de organisatie waar<br />

eerder projecten of processen de belangrijkste schoonheidsdragers zijn.' Andere belangrijke<br />

schoonheidsdragers zijn volgens hem de samenwerking in organisaties en de persoonsontwikkeling;<br />

producten en diensten; het imago en de maatschappelijke bijdrage. Of de inhoud van dit rapport<br />

beantwoordt aan de schoonheidsvisie op organisaties van Steven de Groot weet ik echter niet.<br />

In dit rapport wordt een terugblik gegeven op beleid en uitvoering in de vorm van basisactiviteiten en<br />

programmalijnen, de daarmee samenhangende activiteiten, producten en diensten, de menselijke<br />

factor die met dit alles gemoeid is en wat klanten van dit werk vinden. Bovendien wordt ingegaan op<br />

innovaties en ondernemerschap, dat wat verschillende deskundigen volgens De Groot belangrijke<br />

schoonheidsaspecten van organisaties achten.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland heeft zich voorgenomen over drie jaar een volgend kwaliteitsrapport uit te<br />

brengen; in het begin van 2008 immers wordt het beleidsplan 2009-2012 uitgebracht. Over 2007 en<br />

2008 worden de aanpassingen beschreven, geënt op hetgeen hierover in dit kwaliteitsrapport is<br />

opgenomen, alsmede een beschrijving van de activiteiten, producten en diensten van die jaren, een<br />

sociaal en een financieel verslag, en een prestatieoverzicht.<br />

Reacties op de opzet en uitwerking ervan zijn welkom omdat het de eerste keer is dat <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland zich aan een dergelijke kwaliteitsaanpak heeft gewaagd.<br />

Piet Hagenaars<br />

Directeur<br />

1 Steven de Groot. (2007). Schoonheid in organisaties. Op weg naar Esthetisch Verantwoord Ondernemen. Eburon, Delft.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

5


6<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


1 I<strong>nl</strong>eiding<br />

Verantwoording kwaliteitsrapport<br />

De Raad van Toezicht van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, belast met het algemeen bestuur van deze<br />

stichting, heeft als verantwoordelijkheid toe te zien op het strategisch beleid van de instelling, in het<br />

bijzonder op de inhoud van het (meerjaren)programma, op een betrouwbare bedrijfsvoering, de<br />

klanttevredenheid, het werkklimaat en het innoverend vermogen. Behoudens de Raad van Toezicht<br />

heeft ook het ministerie van OCW – als subsidiegever – belang bij het goed functioneren van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland als landelijk ondersteunende instelling. Voor het departement gelden, net<br />

als voor <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, naast de beoordeling van een inhoudelijke invalshoek ook andere<br />

maatstaven, zoals de kwaliteit van de bedrijfsvoering, de expertise die nodig is voor het uitvoeren<br />

van de taken en het gezag en het draagvlak in de sector. 2<br />

In verband hiermee is het ministerie van OCW in zijn beoordeling van de jaarverantwoording 2005<br />

van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland dan ook ingegaan op deze aspecten van beleid en bedrijfsvoering.<br />

Allereerst stelt het departement dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zijn centrale rol in het veld van<br />

cultuureducatie goed heeft weten te bestendigen. Daarna zegt het zeer content te zijn met de<br />

landelijke kennis- en beleidsbijeenkomsten die <strong>Cultuurnetwerk</strong> organiseert en waar het uitwisselen<br />

van kennis en ervaring centraal staat. Dat geldt evenzeer – zo gaat de beoordeling verder – met de<br />

door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland ontwikkelde digitale producten, zoals de diverse websites, die een<br />

almaar groeiende bron van informatie blijken te zijn. Voorts wordt door het ministerie zeer gehecht<br />

aan de adviserende en begeleidende activiteiten van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, alsmede aan het<br />

gegeven dat de instelling – onder meer met literatuuronderzoek en secundaire analyses – een<br />

belangrijke kennisbron is voor de cultuureducatiesector.<br />

Vervolgens stelt het ministerie in zijn beoordeling enkele vragen. Zo is het in het bijzonder<br />

geïnteresseerd in de visie van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland op de relatie tussen de behoeften van het<br />

veld en de koppeling met de beleidslijnen van de organisatie: studies & onderzoek, informatie &<br />

documentatie en advies & begeleiding. Voorts vraagt het departement zich – met de Raad voor<br />

Cultuur - af of de vragen die <strong>Cultuurnetwerk</strong> zich wat onderzoek betreft stelt worden bepaald door het<br />

veld of rusten op interne beleidsprioriteiten van de organisatie. Het ministerie verzoekt<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> dan ook om nadere informatie over zijn onderzoeksbeleid, mede in relatie met het in<br />

2006 ontwikkelde onderzoekskader cultuureducatie. 3 Het zijn concrete beleidsvragen; vragen die<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zichzelf onder meer ook stelt.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland heeft als visie dé verbindende schakel te willen zijn tussen de beleids-,<br />

praktijk- en onderzoekskennis die nationaal en ook internationaal voor en over cultuureducatie<br />

aanwezig is en of verweze<strong>nl</strong>ijkt wordt én het geheel van belanghebbenden en belangstellenden die<br />

functioneel of anderszins om deze informatie en kennis vraagt. Het realiseert die visie door het actief<br />

verzamelen van informatie en documentatie, het verweze<strong>nl</strong>ijken van studies en onderzoeken en door<br />

2<br />

Medy van der Laan. (2004). Uitgangspuntenbrief Ondersteuningsstructuur. Bijlage bij de brief DK/KE/2004/61990 van Mr. M.J. Berendse<br />

namens de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Den Haag, 23 december 2004.<br />

3<br />

Marie-Louise Damen, Folkert Haanstra en Marjo van Hoorn. (2006). Onderzoekskader cultuureducatie in Nederland. Zwaartepunten van<br />

onderzoek naar cultuureducatie. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Utrecht, oktober 2006.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

7


het bouwen en onderhouden van kennis- en informatienetwerken waardoor zijn impliciete en<br />

expliciete kennisverzameling wordt verrijkt. Deze wordt vervolgens verwerkt, geanalyseerd, bewerkt<br />

en toegesneden op vragen, wensen en behoeften van het gehele veld waar cultuureducatie zich<br />

voordoet of voor kan doen. De kennis over beleid, praktijk en onderzoek wordt actief verspreid door<br />

het – desgewenst op maat - verzorgen van informatie, advies en begeleiding.<br />

De vragen die <strong>Cultuurnetwerk</strong> zich wat onderzoek betreft stelt berusten enerzijds op de in het<br />

beleidsplan 2005-2008 geformuleerde programmalijnen, die van daaruit dan ook worden beantwoord,<br />

anderzijds zijn zij sterk bepaald door wensen en behoeften van het cultuureducatieve veld. Het gaat<br />

dan om zowel beleids-, praktijk en fundamenteel onderzoek, of een combinatie daarvan. Te denken<br />

valt dan aan literatuurstudies, secundaire analyses, verkenningen, interviews en inventarisaties; van<br />

een eigen onderzoeksprogrammering is geen sprake. Door uitwisseling en samenwerking tussen<br />

onderzoekers onderling te bevorderen wordt het broodnodige onderzoek gestimuleerd, onnodige<br />

versnippering van onderzoek voorkomen en kennisopbouw bevorderd. Voorts wil <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland onderzoek aanmoedigen door hoogwaardige stages op onderzoeksgebied te begeleiden en<br />

eventueel (mede) te publiceren.<br />

In het hoofdstuk over de innoverende kwaliteit (hoofdstuk 7) wordt de veranderende positie van<br />

studies en onderzoek toegelicht als informatie-, advies- en netwerkfunctie voor onderzoek,<br />

onderzoekers en gebruikers van onderzoek.<br />

Op grond van het voorgaande heeft de Raad van Toezicht in het jaar 2006, samen met de directeur<br />

en zijn directe medewerkers, een procedure uitgewerkt die leidt tot een goede beoordeling van de<br />

ambities en prestaties van het bedrijf. De Raad heeft daartoe een aantal invalshoeken vastgesteld om<br />

het geheel van haar verantwoordelijkheden te kunnen overzien en daarover aan derden te kunnen<br />

rapporteren (zie onder het hoofdstuk Kwaliteitsrapport).<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland als kennisnetwerk<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland ziet als zijn hoofdtaken het verzamelen van informatie en kennis over<br />

cultuureducatie en de bewerking en verspreiding daarvan in uitee<strong>nl</strong>opende vormen. Onder het<br />

verzamelbegrip cultuureducatie wordt in deze rapportage verstaan: kunst-, erfgoed-, literatuur- en<br />

media-educatie.<br />

De verzameling van informatie en kennis komt onder meer tot stand door het collectioneren voor<br />

bibliotheek en studiecentrum, via inventarisatie, deskresearch en literatuuronderzoek, door deelname<br />

aan adviescommissies, expertmeetings, bestuursdeelname, debat, studiedagen, congressen of<br />

netwerken en via studies en onderzoek.<br />

De verspreiding gebeurt door bibliotheek en studiecentrum, helpdesk, website, projectloket,<br />

publicatie en periodiek, vraagbeantwoording, studiedag, gastdocentschap, expertmeeting, debat of<br />

adviestraject en uiteraard ook via het uitgebreide fysieke en digitale kennis- en praktijknetwerk van<br />

instellingen en personen. 4<br />

Het gaat daarbij om kennis over theorie, beleid en praktijk in en buiten Nederland, die toegankelijk<br />

wordt gemaakt voor allen die beroepsmatig, voor studie of op andere wijze geïnteresseerd zijn in, of<br />

4<br />

Een kennisnetwerk bestaat uit personen en organisaties die kennis produceren, verwerken en gebruiken en toepassen. Het gaat dan om<br />

onderzoekers, beleidsmedewerkers en praktijkmensen aan instellingen voor onderwijs, vrije tijd, culturele instellingen en overheden, die<br />

betrokken zijn bij de ontwikkeling, vormgeving, uitvoering en evaluatie van cultuureducatiebeleid. De kwaliteit van het kennisnetwerk is<br />

onder meer van cruciaal belang voor de snelle verwerving, beoordeling en doorwerking van nieuwe informatie en inzichten.<br />

8<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


etrokken zijn bij cultuureducatie. Dat maakt de kring van deskundigen, partners, leveranciers en<br />

gebruikers breed; zij omvat alle lokaal en provinciaal werkende organisaties, branche- en koepelorganisaties<br />

en intermediaire instellingen die functioneren in het veld van kunst- en erfgoededucatie.<br />

Het betreft voorts landelijke, provinciale en gemeentelijke overheden en onderwijsinstellingen, van<br />

primair tot en met universitair onderwijs, evenals instellingen die zich direct of indirect met<br />

cultuureducatie bezighouden zoals centra voor de kunsten, theaters, bibliotheken, galeries, musea,<br />

concertpodia en erfgoedhuizen.<br />

Parallel aan de uitvoering van deze hoofdtaken verzamelt en verspreidt het instituut ook specifieke<br />

kennis op grond van vraagstellingen, hypotheses of vooronderstellingen. De motivatie om dit te doen<br />

hangt in de eerste plaats samen met de algemene interesse of het publieke belang van bepaalde<br />

beleidsthema's, trends of ontwikkelingen bij overheden of in de cultuursector, maar hangt ook samen<br />

met het eigen beleid inzake de verbreding of verdieping (reflectie) van kennisvragen.<br />

Programmalijnen 2005-2008<br />

Voor de periode 2005-2008 koos <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland voor een beperkt aantal zwaartepunten<br />

op het gebied van die specifieke kennis, verder programmalijnen genoemd. Het gaat om de vier<br />

programmalijnen 'cultuur en cohesie', 'beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie', 'samenwerking<br />

en samenhang' en tot slot 'een leven lang leren'. De programmalijnen voor 2005-2008 zijn<br />

geformuleerd op grond van bevindingen uit eigen studies en die van derden. Het zijn in feite<br />

inhoudelijke thema's met bijbehorende vraagstukken die voor meerdere jaren vastgelegd zijn en<br />

jaarlijks geconcretiseerd worden in het werkprogramma in activiteiten, producten en diensten. In de<br />

periode 2005-2008 gaat het om de hiervoor genoemde programmalijnen. Bij elke programmalijn zijn<br />

in november 2003, bij de samenstelling van het beleidsplan 2005-2008, enkele kwesties genoemd.<br />

Tijdens deze planperiode zullen de vier genoemde programmalijnen, door maatschappelijke<br />

veranderingen of door nuanceringen in publieke interesses en belangen, worden aangepast of<br />

uitgebreid.<br />

Cultuur en cohesie<br />

Door maatschappelijke ontwikkelingen als individualisering, globalisering en de veranderende rol van<br />

de overheid, zijn er zorgen over gebrek aan samenhang in de same<strong>nl</strong>eving. Gebrek aan cohesie kan<br />

tot sociale uitsluiting leiden en cultuureducatie en -participatie kan in de ogen van de overheid een rol<br />

spelen bij het voorkomen daarvan. Ook in het recente coalitieakkoord van CDA, PvdA en CU wordt<br />

daarvan gewag gemaakt. Cultuurbeleid draagt, volgens dit akkoord, bij aan sociale samenhang en<br />

voorts zijn kunst en cultuur essentieel bij het creëren van trots en gemeenschapsgevoel in onze<br />

same<strong>nl</strong>eving. 5 Ook in meer specifieke landelijke en lokale beleidsnota's over kunst en cultuur worden<br />

cohesie en daarmee in verband gebrachte begrippen als cultuurparticipatie en burgerschap steeds<br />

vaker genoemd. Daarmee wordt ook voor instellingen en aanbieders van cultuureducatie de vraag<br />

van belang of en in hoeverre zij met hun educatieve activiteiten bewust aan cohesie willen of kunnen<br />

bijdragen. In de programmalijn Cultuur en cohesie bouwt <strong>Cultuurnetwerk</strong> voort op de kennis die<br />

5 CDA, PvdA en ChristenUnie. (2007). Coalitieakkoord tussen de Tweede Kamerfracties van CDA, PvdA en ChristenUnie. Den Haag, 07<br />

februari 2007. P. 38.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

9


vergaard is door onderzoek en studies (vanaf maart 2002) 6 . Het baseert zijn activiteiten op de<br />

volgende kwesties:<br />

- Het is de vraag of instellingen en aanbieders van cultuureducatie moeten en kunnen bijdragen<br />

aan cohesie. Is cohesie niet een te vaag, te breed en te ambitieus begrip als doel van<br />

cultuureducatie?<br />

- Wie nieuwe publieksgroepen zoekt, zal nieuwe wegen moeten bewandelen. Culturele instellingen<br />

zullen meer en intensiever moeten gaan samenwerken met instellingen die een meer sociaal<br />

maatschappelijk karakter hebben. Hoe ziet deze samenwerking er nu uit en hoe is deze<br />

georganiseerd?<br />

- Worden relevante gegevens over de resultaten van alle inspanningen systematisch verzameld en<br />

geëvalueerd? Is (extern) empirisch verantwoord evaluatieonderzoek niet noodzakelijk om te laten<br />

zien of en zo ja, in hoeverre cultuureducatie werkelijk invloed heeft op (aspecten van) cohesie?<br />

Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

Onder invloed van maatschappelijke en culturele veranderingen in Nederland, maar ook overal in<br />

Europa, wordt nagedacht over de vraag welke plaats cultuureducatie - kunst- en erfgoededucatie - in<br />

het onderwijs en de vrije tijd dient in te nemen. Ook is door demografische veranderingen in Europa<br />

de vraag sterker gaan leven om wíens cultuur het eige<strong>nl</strong>ijk gaat in de cultuureducatie. Dan is er nog<br />

een derde trend waar te nemen die niet zonder betekenis is voor de cultuureducatie. De gevestigde<br />

culturele instellingen hebben steeds meer moeite met het vast houden en uitbreiden van hun publiek.<br />

Met de programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie houdt <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

zich bezig met informatie, documentatie en advies over en onderzoek naar de schakels van de<br />

beleidscyclus.<br />

- Hoe geschiedt de deskundigheids- en kwaliteitsvorming van docenten, kunstenaars,<br />

erfgoeddeskundigen, medewerkers van culturele instellingen en van ondersteunende instanties?<br />

Wat is het effect van de inbreng van deze deskundigen op de praktijk van de cultuureducatie? Tot<br />

welk nieuw beleid leidt dit?<br />

- Is er werkelijk sprake van een verschuiving van aanbod gestuurd naar vraag gericht en zijn er<br />

daardoor veranderingen te zien in de cultuureducatiepraktijk?<br />

- Wat wordt er aan 'cultuur' via educatie overgedragen en op welke manier gebeurt dit dan? Welk<br />

beleid kiezen overheden, onderwijs, culturele instellingen en organisaties op het terrein van de<br />

invulling van vrije tijd?<br />

- De veranderende samenstelling van de bevolking raakt ook de cultuureducatie. Continueren<br />

overheden, onderwijs-, vrijetijdsorganisaties en culturele instellingen de komende jaren de<br />

inspanningen op het gebied van het Actieplanbeleid of culturele diversiteit? Zo ja, hoe en in welke<br />

mate?<br />

Een leven lang leren<br />

Een leven lang leren betreft alle vaardigheden die gedurende het hele leven ontplooid worden om<br />

kennis, vaardigheden en competenties vanuit een persoo<strong>nl</strong>ijk, burgerlijk, sociaal en of<br />

werkgelegenheidsperspectief te verbeteren. Een leven lang leren zegt het al: leren houdt niet op bij<br />

de schoolpoort. We leven immers in een tijdperk waarin kennis en producten steeds sneller<br />

6<br />

Max van der Kamp en Dorine Ottevanger. (2003). Cultuureducatie en sociale cohesie. Een verkennend onderzoek. In: Cultuur+Educatie<br />

6. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht.<br />

Sandra Trienekens, Marjo van Hoorn en Marie-Louise Damen. (2006). Kunst en sociaal engagement. Een analyse van de relatie tussen<br />

kunst, de wijk en de gemeenschap. In: Cultuur+Educatie 17, <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht.<br />

10<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


verouderen en waarin werkwijzen veranderen. Dit betekent dat iedereen in staat gesteld moet<br />

worden om zich snel nieuwe kennis en vaardigheden eigen te maken. Leren wordt een onderdeel van<br />

het leven, en niet in de minste plaats onderdeel van het werken. Scholing en een leven lang leren zijn<br />

cruciaal om de (economische) bedrijvigheid in Nederland te versterken en te behouden.<br />

De overheid streeft ernaar om alle mensen te laten delen in wat cultuur te bieden heeft. Dit brengt<br />

met zich mee dat gedurende het hele leven cultuureducatie van betekenis kan zijn; dat iedereen een<br />

leven lang leert met, van en over cultuur. In het beleid heeft dit vooralsnog voornamelijk geleid tot<br />

een aanpak die de binnenschoolse cultuureducatie – en dus jeugd en jongeren – betreft. Maar ook<br />

ouderen moeten kunnen investeren in hun culturele kennis en vaardigheden. <strong>Cultuurnetwerk</strong> houdt<br />

zich met de programmalijn Een leven lang leren bezig met de volgende kwesties:<br />

- Welke competenties zijn nodig om als burger 'een leven lang' te kunnen leren in cultuur? Hoe ziet<br />

de levensloop van iemand die een leven lang over en van cultuur leert er uit? Hoe zou het aanbod<br />

er uit moeten zien?<br />

- Competentiegericht leren wordt veelal gedefinieerd als praktijkgericht, flexibel, actief,<br />

deelnemersgericht, en zelfstandig. Het gaat hierbij zowel over de inhoud van de educatie als om<br />

programmering, toetsing, didactiek en begeleiding. In hoeverre zijn, en achten onderwijs en<br />

culturele instellingen zich in staat, om educatief beleid te articuleren en uit te voeren?<br />

- Het is de vraag of cultuureducatie op school of in de vrije tijd voor continuïteit van<br />

cultuurdeelname kan zorgen. Zullen jongeren door cultuureducatie op school of in hun vrije tijd<br />

op latere leeftijd meer belangstelling tonen voor wat de culturele sector te bieden heeft? Hoe<br />

worden jongeren door overheden, scholen en instellingen in beleid en praktijk gestimuleerd tot<br />

deelname aan cultuur en cultuureducatie op latere leeftijd? Tot welke effecten leidt dit? Op welke<br />

wijze hebben evaluatiegegevens invloed op nieuw beleid?<br />

- De amateurkunst is een plek waar vele lijnen en ontwikkelingen samenkomen. Kan en moet de<br />

amateurkunst worden ingezet bij een leven lang leren?<br />

Samenwerking en samenhang<br />

Samenwerking en samenhang krijgen in de wereld van de cultuureducatie op verschillende manieren<br />

vorm. In deze programmalijn wordt vooral de nadruk gelegd op samenwerking tussen en samenhang<br />

in het beleid van rijk, provincies en gemeenten; het macro niveau. Maar ook het meso niveau:<br />

samenwerking tussen gemeenten en de samenhang in beleid, en het micro-niveau: samenwerking in<br />

praktijk en uitvoering van organisaties binnen één gemeente krijgen aandacht. Uit onderzoek blijkt<br />

dat rijk en provincies cultuureducatie stimuleren, motiveren en faciliteren (budget en infrastructuur).<br />

Een belangrijk deel van de cultuureducatiepraktijk komt echter tot stand binnen gemeenten en tussen<br />

gemeenten onderling. Vandaar dat zij voor de andere bestuurslagen de aangewezen partners zijn<br />

voor de uitvoering van integraal cultuureducatiebeleid.<br />

De programmalijn Samenwerking en samenhang raakt de volgende kwesties:<br />

- Samenwerking tussen instellingen en sectoren vraagt om een (culturele) infrastructuur en<br />

duidelijke uitspraken over doelen en verantwoordelijkheden. Welke varianten in samenwerking<br />

tussen gemeenten, onderwijs en culturele instellingen worden gebruikt en onder welke condities<br />

zijn de varianten effectief?<br />

- Op welke manier krijgt cultuureducatiebeleid gericht op samenwerking en samenhang vorm? Is er<br />

bijvoorbeeld sprake van een integrale aanpak waarbij rekening gehouden wordt met de<br />

beleidsvelden welzijn, cultuur, onderwijs, vrije tijd, economische ontwikkeling, toerisme en<br />

ruimtelijke ordening? Zijn beleidsuitgangspunten haalbaar en wat is het effect ervan? Zijn er<br />

goede voorbeelden op dit terrein te vinden buiten onze landsgrenzen, bijvoorbeeld in andere EUlanden?<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

11


- Het is gebleken dat gemeenten bij de uitvoering van beleid tegen dezelfde knelpunten aa<strong>nl</strong>open.<br />

Zijn gemeenten niet gebaat bij (onderlinge) informatie uitwisseling? Bijvoorbeeld over<br />

bestuurlijke en financiële keuzes; de voor- en nadelen van bepaalde samenwerkingsvormen en de<br />

slaag- en faalfactoren voor samenhang en samenwerking op het terrein van cultuureducatie? Op<br />

welke wijze kan deze informatie-uitwisseling het beste vorm gegeven worden?<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland als verbindende schakel<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> fungeert op het terrein van cultuureducatie als verbindende schakel temidden van het<br />

geheel aan instanties en personen die in de door de Raad voor Cultuur 7 onderscheiden sectoren actief<br />

zijn. De kracht van het expertisecentrum ligt niet alleen in de zorg voor het bijeen brengen van en<br />

een goede 'doorstroom' van informatie en kennis. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland heeft ook oog voor de<br />

wederzijdse inhoudelijke beïnvloeding en wisselwerking tussen (en in) de verschillende domeinen of<br />

werkvelden, bijvoorbeeld die tussen amateurkunst en professionele kunst, tussen onderwijs en<br />

culturele instellingen, tussen amateurkunst en onderwijs. 8<br />

Ook de veranderende houding ten aanzien van studies en onderzoek duidt op die 'verbindende<br />

schakel'. In een gesprek met vertegenwoordigers van het ministerie van OCW is de toekomstige<br />

situatie van de productgroep studies & onderzoek aan de orde geweest. Het ministerie ziet - evenals<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> – voor <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland een informatie-, advies- en netwerkfunctie voor<br />

onderzoek, onderzoekers en gebruikers. 9 Dat kan op verschillende manieren worden uitgewerkt;<br />

bijvoorbeeld door expertmeetings, een jaarlijks congres voor onderzoekers, Cultuur+Educatie en door<br />

het zitting nemen in klankbordgroepen en of adviescommissies ten behoeve van onderzoek van<br />

derden. Bepaalde soorten van onderzoek zijn overigens gestoeld op de basisactiviteiten of vormen<br />

een logisch vervolg er op (literatuurstudies, secundaire analyses, verkenningen, interviews en<br />

inventarisaties). Deze blijven gewenst, al dan niet in samenwerking met derden. Bovendien kan<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland onderzoek bevorderen door hoogwaardige stages op onderzoeksgebied te<br />

begeleiden en eventueel (mede) te publiceren.<br />

Daarnaast bestendigt en versterkt <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland in de periode 2005-2008 vooral de<br />

relatie met Erfgoed Actueel c.q. Stichting Erfgoed Nederland, Kunstconnectie, het Platform voor<br />

Amateurkunst c.q. Kunstfactor, Stichting Lezen en de Boekmanstichting. Daarvoor heeft het met deze<br />

organisaties duurzame afspraken gemaakt. Op initiatief van Kunstfactor (voorheen het Platform voor<br />

Amateurkunst) wordt daarnaast met Kunstconnectie gewerkt aan een vorm van samenwerking die op<br />

de midde<strong>nl</strong>ange termijn (2007-2008) kan leiden tot een Actieplan Amateurkunst en een virtueel Huis<br />

voor Kunst en Cultuur.<br />

Uit de beschrijving van de werkzaamheden van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland blijkt dat deze zijn<br />

ingedeeld in vier programmalijnen en in de drie productgroepen informatie & documentatie, studies &<br />

onderzoek en advies & begeleiding. Deze omvatten activiteiten, producten en diensten die hetzij als<br />

7 Raad voor Cultuur. (2004). Schets ondersteuningsstructuur cultuursector. Deel I en II, Den Haag.<br />

8<br />

Het betreft instellingen zoals IPO, VNG, Museumvereniging, TIN, Mondriaan Stichting, Netwerk CS, Kunstconnectie, Kunstfactor, VOB,<br />

Fondsen, instellingen uit de landelijke onderwijsverzorging en vakgroepen van universiteiten en hogescholen. Daarnaast gaat het om<br />

internationale organisaties en netwerken van non gouvernementele organisaties (ngo's) die onderzoek en uitwisseling van informatie<br />

tussen verschillende landen en organisaties tot doel hebben. Bovendien zijn het vertegenwoordigers van departementen van<br />

verschillende EU-landen waarmee in het kader van de EU-portal wordt samengewerkt (Glossary en Compendium).<br />

9<br />

Verslag overleg 15 januari 2007 tussen Cultuur & School (Directie Kunsten, Ministerie van OCW) en <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland .<br />

12<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


esteltaak – al dan niet samen met andere partijen - hetzij met projectsubsidies van OCW<br />

(opdrachttaak) worden uitgevoerd. Resultaten hiervan verspreidt <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland door<br />

gebruik te maken van de eerder genoemde mix van digitale, grafische en mondelinge middelen.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland is zich bewust van zijn dienstverlenende functie en draagt deze functie ook<br />

zoveel mogelijk uit. Bij de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten wordt dan ook altijd de<br />

(potentiële) klant als uitgangspunt genomen. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland positioneert zich daarbij als<br />

expert op het gebied van cultuureducatie, de betrouwbare en onmisbare kennisbron, als partner,<br />

centraal aanspreekpunt én verbindende schakel.<br />

Kengetallen<br />

Aan zijn beleidsplannen 10 voor de Cultuurplanperiode 2005-2008 heeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland een<br />

prestatieoverzicht toegevoegd waarin voor die periode na te streven prestaties en kengetallen. In dit<br />

kwaliteitsrapport wordt de stand van zaken voor de periode 2005-2006 weergegeven in gerealiseerde<br />

ambities. Bovendien wordt aandacht besteed aan ambities die nog niet zijn gerealiseerd maar in de<br />

periode 2005-2008 naar zekere verwachting gerealiseerd zullen worden. Daarnaast worden enkele<br />

ambities genoemd waarvan het onzeker is of deze gerealiseerd kunnen worden en ook enkele waar<br />

tot nu nog niet aan gewerkt is.<br />

Naast deze kengetallen zijn voor de periode 2005-2006 conclusies opgenomen naar aa<strong>nl</strong>eiding van<br />

eigen en door derden verrichte evaluaties ingaande op de inhoud van het (meerjaren)programma, de<br />

bedrijfsvoering, de klanttevredenheid, het werkklimaat en het innoverend vermogen.<br />

10 <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2003). Cultuureducatie–op–maat. Plan voor vier jaar 2005–2008. Utrecht, november 2003.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2005). Beleidsplan2 2005-2008. Utrecht, 12 april 2005.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

13


14<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


2 Kwaliteitsrapport<br />

Uitgangspunten<br />

Om zijn visie 11 te toetsen en prestaties te meten evalueert <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland tussentijds de<br />

werkzaamheden zoals die geformuleerd zijn in het kader van de Cultuurnota 2005-2008. Deze<br />

evaluatie bestaat uit een zogenoemde 360 o feedback waarbij diverse onderdelen van de organisatie<br />

tegen het licht gehouden worden. De 360 o feedback is weliswaar een instrument dat gebruikt wordt<br />

voor de beoordeling en ontwikkeling van medewerkers, maar kan ook op een organisatie worden<br />

toegepast.<br />

In het geval van dit kwaliteitsrapport 12 wordt dit instrument gebruikt om een oordeel te vormen over<br />

het functioneren van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, uitgaande van de mening van alle betrokkenen bij<br />

deze organisatie, zoals management, medewerkers, opdrachtgevers en klantengroepen.<br />

De onderstaande tekening is toegevoegd om een voorbeeld te geven van de criteria waarop die<br />

mening kan worden gevormd. Voor een beoordeling van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland is uitgegaan van<br />

vijf invalshoeken, die hierna worden verwoord.<br />

Voorbeeld van 360 o feedback voor beoordeling en ontwikkeling van medewerkers (www.360-feedback.<strong>nl</strong>)<br />

11<br />

De visie van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland is: '<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland wil hét kennisinstituut voor cultuureducatie worden in en buiten<br />

Nederland'. Zie: <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2001). Kennis maken, kennis delen. Businessplan 2001–2004. Utrecht, 22-02-2001. p. 7.<br />

12 Kwaliteit geeft aan in hoeverre iets of iemand zijn/haar doelstelling bereikt, doorgaans zonder daarbij een waardeoordeel over het doel<br />

te vellen. En: Kwaliteit geeft aan of het product of de dienst overeenkomt met hetgeen de klant ervan verwacht.<br />

(http://<strong>nl</strong>.wikipedia.org/wiki/Kwaliteit_(eigenschap))<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

15


Invalshoeken voor beoordeling <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Uitgaande van een aantal kwaliteiten – gerelateerd aan de 360 o feedback – zijn door de Raad van<br />

Toezicht en de directeur vijf invalshoeken bepaald om te beoordelen of en hoe de ambities van de<br />

organisatie gerealiseerd worden.<br />

1) Kwaliteit activiteiten, producten en diensten<br />

Hoe wordt het in 2005 vastgesteld beleidsplan uitgevoerd? Welke activiteiten, producten en<br />

diensten heeft de organisatie zich in deze beleidsperiode voorgenomen en welke ambities en<br />

prestaties zijn inmiddels gerealiseerd? Met wie wordt samengewerkt (overheden, culturele<br />

organisaties en onderwijs) en wat houdt die samenwerking in?<br />

2) Bedrijfsmatige kwaliteit<br />

Geldt <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland voor subsidiënten en voor samenwerkende partijen als een<br />

betrouwbare partner die goed begroot en projecten binnen vooraf afgesproken termijnen<br />

realiseert? Beheerst <strong>Cultuurnetwerk</strong> zijn planning goed? Gaat het goed met <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland in inhoudelijke en financiële zin?<br />

3) Klantgerichte kwaliteit<br />

Wat vinden de klanten van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Welk imago heeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> in de<br />

ogen van zijn klanten? Hoe klantgericht en klantvriendelijk is het expertisecentrum in de ogen<br />

van subsidiënten, partners en afnemers? Wat vinden zij van de activiteiten, producten en<br />

diensten. Komen deze activiteiten, producten en diensten overeen met wat opdrachtgevers en<br />

gebruikers ervan verwachten?<br />

4) Kwaliteit van het werkklimaat<br />

Hoe werkt het binnen het bedrijf? Hoe verloopt de interne communicatie? Is er voldoende<br />

functioneel overleg? Is het werk goed georganiseerd? Worden de verschillende activiteiten en<br />

processen goed op elkaar afgestemd? Zijn de medewerkers tevreden met hun werk? Hoe worden<br />

de arbeidsomstandigheden door de medewerkers ervaren? Opereert het bedrijf ook in sociaal<br />

opzicht naar behoren? Zijn er voldoende mogelijkheden voor ontwikkeling, training, scholing en<br />

loopbaanplanning? Zijn de arbeidsvoorwaarden – beloning, secundaire voorwaarden en<br />

waardering – naar behoren?<br />

5) Innoverende kwaliteit<br />

Is er voldoende oog voor nieuwe ontwikkelingen en voor mogelijkheden om te verbeteren? Welke<br />

innovaties neemt <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zich voor?<br />

16<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


3 Kwaliteit activiteiten, producten en diensten<br />

In dit hoofdstuk wordt een aantal activiteiten, producten en diensten beschreven van de periode<br />

2005-2006 met de daarbij behorende ambities, de gerealiseerde prestaties en de stand van zaken<br />

ervan, gerelateerd aan de inhoud van de beleidsplannen 2005-2008. 13 Uit de beschrijving van de<br />

projecten wordt tevens duidelijk met welke overheden, culturele organisaties en instellingen voor<br />

onderwijs wordt samengewerkt en wat die samenwerking inhoudt. In bijlage 1 staat informatie over<br />

de stand van zaken van alle projecten.<br />

Samenwerking met andere organisaties<br />

Uit de grafiek blijkt dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> met veel andere organisaties, en vooral met het ministerie<br />

van OCW, projectmatig samenwerkt om zijn taak – het verzamelen van informatie en kennis over<br />

cultuureducatie en de bewerking en verspreiding daarvan in uitee<strong>nl</strong>opende vormen – te kunnen<br />

realiseren. In de grafiek zijn alleen de initiërende samenwerkende partijen opgenomen. Deze grafiek,<br />

noch de volgende zijn bedoeld om te laten zien met welke partijen uit bijvoorbeeld het onderwijs, de<br />

vrije tijd, culturele instellingen en gemeentelijke overheden wordt samengewerkt om de projecten te<br />

realiseren.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland<br />

45%<br />

Samenwerkende partijen en aantal projecten (2006)<br />

onderwijs<br />

2%<br />

lokale<br />

instellingen<br />

2%<br />

gemeenten<br />

1%<br />

provinciale<br />

instellingen<br />

1%<br />

OCWprojectsubsidies<br />

(opdrachttaken)<br />

14%<br />

landelijke<br />

instellingen<br />

OCW-overig<br />

22%<br />

Grafiek 1: Overzicht van aantal projecten per categorie van samenwerkende partijen<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

13%<br />

13<br />

In verband met de heroverweging van de positie door het ministerie van OCW van de landelijke ondersteunende instellingen heeft<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland twee beleidsplannen voor de periode 2005-2008 samengesteld en ingediend.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2003). Cultuureducatie–op–maat. Plan voor vier jaar 2005–2008. Utrecht, november 2003.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2004). Beleidsplan2 2005-2008. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Utrecht, 12 april 2004.<br />

17


De samenwerking betreft directies en projectbureaus van het ministerie van OCW zoals de directie<br />

Kunsten en het project Cultuur en School, waaronder het projectbureau Versterking Cultuureducatie<br />

primair onderwijs, de directie Cultureel Erfgoed en de directie BVE. Het gaat om landelijke instellingen<br />

zoals De Kunstconnectie, Unisono, Sociaal Fonds Kunstzinnige Vorming, Platform Amateurkunst,<br />

Stichting Lezen, Nederlandse Programma Stichting (NPS), SLO, KPC Groep, Nederlands Instituut voor<br />

Zorg en Welzijn (NIZW), Vereniging van Openbare Bibliotheken (VOB), Erfgoed Actueel, Binocle en<br />

Atana. Provinciale instellingen waarmee samengewerkt wordt zijn het IPO en voornamelijk het<br />

Brabants Instituut voor School en Kunst (Bisk), Kunstgebouw Zuid-Holland, Kunststation C Groningen<br />

en Edu-Art Gelderland. Met gemeenten wordt samengewerkt voor de CultuureducatieBELEIDdag en<br />

daarnaast ook met de VNG en de gemeenten Ede, Amsterdam (Mocca), Rotterdam (SKVR), Weert<br />

(Academie voor Muziek en Dans), Smallingerland, Menaldumadeel, Tiel, Blaricum, Laren en Huizen.<br />

De samenwerking met lokale instellingen betreft een groot aantal centra voor de kunsten in het kader<br />

van de inventarisatie naar samenwerking tussen centra en andere culturele instellingen 14 , en ook voor<br />

wat betreft de Dag van de Cultuureducatie.<br />

18<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland<br />

50%<br />

Samenwerkende partijen en projecten in uren (2006)<br />

onderwijs<br />

1%<br />

lokale<br />

instellingen<br />

3%<br />

OCW<br />

opdrachttaken<br />

30%<br />

OCW-overig<br />

9%<br />

landelijke<br />

instellingen<br />

5%<br />

provinciale<br />

instellingen<br />

1%<br />

gemeenten<br />

1%<br />

Grafiek 2: Overzicht van aantal uren per categorie van samenwerkende partijen<br />

Voorts wordt samengewerkt met musea zoals met de Nederlandse Museumvereniging, Museum De<br />

Fundatie in Zwolle en het Amsterdams Historisch Museum. Voor het onderwijs wordt samengewerkt<br />

met de programmagroep Innovatie en Kwaliteit van het Landelijk Platform Innovatie en Kwaliteit PO,<br />

als ook met Uitgeverij ThiemeMeulenhoff, Kennisnet en de lerarenopleidingen voor het basisonderwijs<br />

(pabo's) en voorts met de lerarenopleidingen voor het voortgezet onderwijs, de lectoraten en<br />

docentenopleidingen in het KUO, zoals de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, Codarts, Fontys<br />

14<br />

Zie onder andere: Piet Hagenaars, Judith Lieftink en Camiel Vingerhoets. (2006). Samenwerken is een kunst. Een inventarisatie van en<br />

een handreiking voor samenwerking en netwerkvorming tussen centra voor de kunsten en het primair onderwijs. <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland, Utrecht, april 2006.<br />

Piet Hagenaars, Judith Lieftink, Josefiene Poll en Marlies Tal. (2006). Cultuureducatie, samenwerken in de praktijk. Een studie naar<br />

samenwerkingsvormen van culturele instellingen in gemeenten. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht, november 2006.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Hogeschool voor de Kunsten en ArtEZ, het Landelijk Samenwerkingsberaad Kunstvakken (SBKV) en<br />

het tijdschrift Kunstzone.<br />

Daarnaast betreft het de Capaciteitsgroep Sociologie en de Faculteit Geesteswetenschappen en<br />

Letteren van de Universiteit Utrecht, de Erasmus Universiteit Rotterdam, IVA, Beleidsonderzoek en<br />

Advies van de Universiteit van Tilburg, de Rijksuniversiteit Groningen en een aantal BVE-instellingen<br />

in het kader van de Regeling Cultuureducatie en de BVE.<br />

Dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland ook met buite<strong>nl</strong>andse instellingen en organisaties samenwerkt, ligt<br />

gezien zijn doelstelling voor de hand. Voor de internationale coördinatie, op verzoek van het<br />

ministerie van OCW, van de European Glossary on Arts and Cultural Education en het Compendium<br />

wordt samengewerkt met een aantal onderwijs- en of cultuurministeries, zoals die van Frankrijk, het<br />

Verenigd Koninkrijk, Vlaanderen, Duitsland en Oostenrijk. Daarvoor wordt tevens samengewerkt met<br />

een vertegenwoordiging van de Europese Commissie en met die van Europese kenniscentra zoals<br />

Eurydice en ERICarts Compendium en enkele nationale organisaties zoals Kulturkontakt en Educult,<br />

beide gevestigd in Oostenrijk en is er een prille samenwerking met Creative Partnership in Engeland.<br />

CANON Cultuurcel Vlaanderen wordt hier uitdrukkelijk genoemd vanwege de verschillende manieren<br />

waarop met dit bureau van het Vlaamse ministerie van Onderwijs samengewerkt wordt zoals voor de<br />

Dag van de Cultuureducatie, voor Vlaams-Nederlandse expertmeetings, de uitwisseling van Vlaamse<br />

en Nederlandse pabo's en andere bilaterale activiteiten.<br />

Als laatste is de directeur van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland treasurer van The European Forum for the<br />

Arts and Heritage (EFAH), waardoor ook bestuurlijk op Europees niveau aandacht aan cultuureducatie<br />

besteed wordt.<br />

Analyse kengetallen 2005-2006<br />

In de zomer van 2006 is een eerste analyse gemaakt van in de periode 2005-2006 gerealiseerde<br />

prestaties geënt op de in het beleidsplan 2005-2008 opgenomen kengetallen van te leveren<br />

producten en diensten. Deze analyse is begin 2007 bewerkt en aangevuld en als bijlage bij dit rapport<br />

opgenomen (bijlage 1).<br />

Voorbeeld van overzichtsblad analyse kengetallen 2005-2006 (bijlage 1)<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

19


Per overzichtsblad van bijlage 1 staat in de eerste kolom het projectnummer waaronder de activiteit,<br />

het product of de dienst bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland in het <strong>Cultuurnetwerk</strong> Informatie Systeem<br />

(CIS) is geregistreerd. In de tweede kolom staan alle activiteiten, producten en diensten zoals deze in<br />

het beleidsplan 2005-2008 zijn beschreven. Daarbij wordt opgemerkt dat de projecten die niet in het<br />

beleidsplan werden voorzien en die gedurende de eerste twee jaar werden ondernomen (bijvoorbeeld<br />

op vraag of als gesubsidieerde opdracht van derden) ook in het overzicht zijn opgenomen. In de<br />

navolgende kolommen is opgenomen welk soort product de activiteit betreft (studies & onderzoek,<br />

advies & begeleiding of informatie & documentatie) en op welke manier die is verspreid (grafisch,<br />

digitaal en of mondeling). Daarna volgt de looptijd van het project, waarna in de volgende kolom de<br />

ambities zijn verwoord uit het beleidsplan 2005-2008. Bij elk nieuw project dat in het beleidsplan niet<br />

is voorzien zijn de ambities alsnog beschreven.<br />

Dan volgt de kolom met de resultaten van de tussentijdse projectevaluatie, die loopt van de periode<br />

01 januari 2005 tot en met 31 december 2006. Voor het verkrijgen van de gegevens hiervoor zijn<br />

verschillende bronnen in het instituut geraadpleegd.<br />

In de laatste kolom ten slotte staat de feitelijke stand van zaken afgezet tegen de vermelde ambities.<br />

Het prestatieoverzicht dat als bijlage 1 is toegevoegd bestaat uit drie onderdelen. Het betreft een<br />

overzicht van activiteiten, producten en diensten die als besteltaak aangemerkt zijn; een overzicht<br />

van projectactiviteiten en –producten die samen met derden uitgevoerd zijn of worden en een van de<br />

opdrachttaken (projectsubsidies OCW). 15 Achtereenvolgens wordt hierna kort op enkele van deze<br />

werkzaamheden ingegaan.<br />

Besteltaken 2005-2006<br />

Als besteltaken zijn voor de periode 2005-2006 35 projecten gepland naast alle werkzaamheden van<br />

bibliotheek en studiecentrum. Van 15 projecten (43%) zijn eind 2006 de voor 2008 geformuleerde<br />

ambities gerealiseerd. Van 11 projecten (31%) kan nu al gezegd worden dat ook die ambities in de<br />

planperiode gehaald zullen worden. De ambities van zes projecten (17%) worden waarschij<strong>nl</strong>ijk niet<br />

helemaal verweze<strong>nl</strong>ijkt en aan drie projecten (9%) is tot nu toe niet gewerkt.<br />

De producten en diensten van bibliotheek en studiecentrum zijn in achttien onderscheiden ambities<br />

onderverdeeld. Van deze achttien zijn er elf (61%) in 2006 gerealiseerd en vijf (28%) worden naar<br />

verwachting in de planperiode gehaald. Eén ambitie (6%) wordt waarschij<strong>nl</strong>ijk niet helemaal gehaald<br />

en aan een ambitie is nog niet gewerkt (6%).<br />

Activiteiten, producten en diensten die als besteltaak zijn uitgevoerd behoren tot de reguliere taken<br />

van <strong>Cultuurnetwerk</strong> of zijn in te delen in een van de vier eerder beschreven programmalijnen.<br />

Sommige ervan voerde <strong>Cultuurnetwerk</strong> samen met andere instellingen uit, zoals met De<br />

Kunstconnectie, Stichting Lezen, Erfgoed Actueel, TIN, Kunstgebouw en het Amsterdams Historisch<br />

Museum, andere zijn door het expertisecentrum alleen gedaan. Hierna worden enkele voorbeelden<br />

gegeven.<br />

15<br />

Het subsidiebeleid van het rijk kende in 2004 twee categorieën ondersteunende taken: bestel- en opdrachttaken. Het verschil tussen<br />

beide is, dat besteltaken per definitie duurzaam en structureel worden uitgevoerd, terwijl opdrachttaken een meer tijdelijk karakter<br />

hebben. Ministerie van OCW. (2004). Uitgangspuntenbrief Ondersteuningsstructuur. Brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur<br />

en Wetenschap aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Den Haag, 28 december 2004.<br />

20<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Bibliotheek en studiecentrum<br />

Voor het studiecentrum valt op dat het streefcijfer van het aantal bezoekers (1.500) wat aan de hoge<br />

kant geraamd is. In 2005 en ook in 2006 waren er ca. 1.100 bezoekers. Wat niet als ambitie is<br />

opgenomen is de duur van elk bezoek. Het blijkt dat bezoekers – en dat betreft dan vooral studenten<br />

van HBO en WO – meerdere uren tot een gehele dag van de faciliteiten van het studiecentrum<br />

gebruik maken. De introductie op het bibliotheek- en studiecentrumgebruik, die samen met opleiders<br />

van instellingen voor HBO en WO wordt verzorgd, draagt zeker aan het intensieve gebruik ervan bij.<br />

Wat daarnaast opvalt, is het aantal studiecentrumleden (325) dat als streefcijfer voor eind 2008 in<br />

het prestatieoverzicht is opgenomen. Het ziet er niet naar uit dat deze ambitie gehaald wordt. Naast<br />

het gegeven dat mensen het niet meer zo nodig vinden zich aan instituties via lidmaatschappen te<br />

verbinden, speelt zeker mee dat tot nu toe sprake is van een gecombineerd lidmaatschap. Dit bestaat<br />

uit een lidmaatschap van de bibliotheek en dat van Zicht op … voor de prijs van € 34,50. Omgekeerd<br />

geldt ook voor Zicht op … dat de ambitie, betreffende het aantal abonnees, waarschij<strong>nl</strong>ijk niet wordt<br />

gehaald. Het abonnement op dit blad is vanuit zijn ontstaansgeschiedenis direct gekoppeld aan het<br />

lidmaatschap van het studiecentrum en er kan geen los abonnement genomen worden. Om het blad<br />

een bredere fysieke verspreiding te geven wordt vanaf 2007 de koppeling met het lidmaatschap van<br />

het studiecentrum losgelaten. Overigens valt op dat van alle publicaties van <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland Zicht op … digitaal het meest via de websites wordt geraadpleegd en gedow<strong>nl</strong>oad.<br />

Voorts kent de collectie- en documentatievorming, die in afstemming met Kunstconnectie, Stichting<br />

Erfgoed Actueel en Stichting Lezen wordt uitgevoerd, een stevige stap voorwaarts. De ambities voor<br />

2008 lijken op dit gebied bijna alle gehaald te worden. Dit brengt met zich mee dat er langzamerhand<br />

een ruimteprobleem ontstaat voor de fysieke plaatsing van het dynamisch en semi-statische collectieen<br />

documentatiebestand.<br />

Rest nog een opmerking over informatieverzoeken van en vraagbeantwoording aan klanten. Ondanks<br />

het feit dat er zoveel mogelijk informatie op de sites wordt geplaatst, inclusief antwoorden op vaak<br />

gestelde vragen, blijft het aantal informatieverzoeken beduidend hoger dan verondersteld. Rekening<br />

houdend immers met een sterk toenemend bezoek aan de sites was het streefcijfer voor 2008 gesteld<br />

op 1.500 antwoorden op externe vragen per jaar. In 2005 blijken er 600 meer informatieverzoeken<br />

gedaan en 540 in 2006. De informatieverzoeken – en ook de antwoorden erop - worden door het<br />

studiecentrum bijgehouden om daaruit eventuele trends of ontwikkelingen op het terrein van beleid<br />

en praktijk af te kunnen leiden.<br />

Publicatiereeksen<br />

In het najaar 2006 is een intern gemaakte analyse van de door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland uitgegeven<br />

periodieken gereed gekomen. 16 Deze had als doel veranderingen en verbeteringen voor te stellen<br />

voor zaken als de bekendheid en het bereik van de publicaties, de uitbreiding van het aantal<br />

abonnees en voor meer onderlinge samenhang en afstemming van de periodieken.<br />

In de analyse is uitgegaan van de vijf periodieken die als besteltaak door <strong>Cultuurnetwerk</strong> worden<br />

uitgegeven: de Nieuwsbrief, de Aanwinste<strong>nl</strong>ijst, Cultuureducatie Actua, Zicht op … en Cultuur +<br />

Educatie. De onderwerpen waarop de periodieken zijn geanalyseerd zijn de doelgroepen, het niveau,<br />

de toon, de inhoud, de relatie met andere producten, het aantal abonnees, de losse verkoop, het<br />

bereik, de kosten en de marketing.<br />

16 Jan Ensink, Marjo van Hoorn en Max Lebouille. (2006). Analyse periodieken en websites <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Werkdocument,<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht. Werkdocument.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

21


De vijf periodieken richten zich alle op de sectoren cultuur, vrije tijd, overheden en het onderwijs.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland geeft dus geen enkele periodiek uit die specifiek bedoeld is voor een<br />

bepaalde sector. De Nieuwsbrief, de Aanwinste<strong>nl</strong>ijst en Cultuureducatie Actua blijken in de praktijk<br />

het beste in staat alle sectoren te bedienen. Bij de samenstelling van Zicht op … en<br />

Cultuur + Educatie vergt het soms hoofdbrekens de verschillende sectoren min of meer gelijk te<br />

bedienen. Het aantal afleveringen per jaar is immers beperkt en het vinden van geschikte<br />

onderwerpen of kopij waardoor alle sectoren evenwichtig bediend worden blijkt in de praktijk niet<br />

mogelijk.<br />

De toon die gebruikt wordt in de verschillende periodieken loopt van wetenschappelijk journalistiek<br />

via feitelijk en informatief naar enthousiasmerend en promotioneel. Zowel de toon als het type<br />

informatie en de hoofddoelgroep zijn, niet verwonderlijk, direct gekoppeld aan de doelstelling van de<br />

individuele periodieken.<br />

Bij de analyse is voorts gevraagd of en hoe sterk de relatie van de periodiek is met andere producten<br />

van <strong>Cultuurnetwerk</strong>. De Nieuwsbrief en Cultuureducatie Actua hebben een sterke relatie met andere<br />

producten van het kenniscentrum. Deze publicaties verspreiden informatie over onderzoeken die zijn<br />

uitgevoerd en bijeenkomsten die worden georganiseerd. Tevens maken ze de lezer attent op voor de<br />

doelgroep ter zake zijnde artikelen in Zicht op … en Cultuur + Educatie.<br />

De Aanwinste<strong>nl</strong>ijst heeft alleen een (directe) relatie met de bibliotheekcollectie en de catalogus. Bij<br />

Cultuur + Educatie is een relatie met andere producten afhankelijk van het onderwerp. Bij publicatie<br />

van eigen onderzoek is deze relatie maximaal, terwijl bij publicatie van extern verricht onderzoek<br />

deze relatie volledig afwezig kan zijn. De relatie tussen Zicht op … en Cultuur + Educatie wordt steeds<br />

sterker aangezien Zicht op … in toenemende mate gebruik maakt van de inhoud van Cultuur +<br />

Educatie.<br />

Het aantal abonnees van de verschillende periodieken verschilt sterk en loopt uiteen van 220 tot bijna<br />

2.500. De gratis Nieuwsbrief is het enige periodiek met een substantiële verspreiding. Cultuureducatie<br />

Actua heeft 367 abonnees, terwijl de Aanwinste<strong>nl</strong>ijst, Zicht op… en Cultuur + Educatie elk afzonderlijk<br />

een abonneebestand hebben dat onder de 250 ligt. Er is in de analyse ook aandacht besteed aan de<br />

losse verkoop. Dit is alleen van toepassing op Zicht op … en Cultuur + Educatie. Deze bedroeg voor<br />

Zicht op … in 2006 17 exemplaren. Dit lage aantal is niet verwonderlijk aangezien elk nummer een<br />

maand na verschijning als pdf bestand gratis gedow<strong>nl</strong>oad kan worden. En dat wordt gretig gedaan;<br />

het betreft in 2006 bijna 40.000 dow<strong>nl</strong>oad hits.<br />

Cultuur + Educatie laat een ander beeld zien. In 2005 zijn 464 exemplaren in de losse verkoop<br />

verkocht en in 2006 betreft dat 423 exemplaren. Het streefcijfer van gemiddeld 320 exemplaren per<br />

nummer (abonnementen plus losse verkoop) voor deze periodiek blijkt in beide jaren gehaald. Dat<br />

enkele uitgaven op de lijst van verplichte literatuur van (master)opleidingen staan en dat ten minste<br />

twee van deze uitgaven zijn aangeboden tijdens colleges draagt hier zeker toe bij.<br />

De indruk bestaat – en van een aantal afnemers is dit ook bekend - dat de digitale afleveringen van<br />

Cultuureducatie Actua regelmatig doorgemaild worden naar collega's maar concrete gegevens zijn<br />

hier niet over bekend. Het bereik van Cultuur + Educatie is ook moeilijk in te schatten. Aangenomen<br />

wordt dat het bereik via uitleningen door bibliotheken substantieel is. In scripties en andere<br />

publicaties opgenomen citaten en literatuuroverzichten wijzen daarop. Harde gegevens zijn hierover<br />

echter niet voorhanden. De losse verkoop van Cultuur + Educatie maakt wel duidelijk dat het blad, in<br />

ieder geval bij studenten die zich bezig houden met cultuureducatie, dankzij de publiciteit hierover<br />

per nummer, redelijk bekend moet zijn.<br />

22<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Actiepunten periodieken<br />

Er zijn gerichte marketing acties nodig om de abonneebestanden te vergroten. Per periodiek moet in<br />

overleg met de hoofdredacteur vastgesteld worden welke groepen personen of instellingen potentiële<br />

abonnees bevatten. Daarbij wordt gebruik gemaakt van alle abonnee- en adressenbestanden zoals<br />

die van de Dag van de Cultuureducatie, de CultuureducatieBELEIDdag en andere door <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

georganiseerde bijeenkomsten. Daarnaast moet meer promotie verricht worden om de losse verkoop<br />

van afzonderlijke nummers van Cultuur + Educatie en Zicht op … te stimuleren. Directe acties worden<br />

in 2007 ontwikkeld voor hogescholen en universiteiten. Daarnaast worden, om Cultuur + Educatie<br />

meer bekendheid te geven, delen of hoofdstukken van het blad full-text o<strong>nl</strong>ine toegankelijk gemaakt.<br />

Voorts is het wenselijk bij bijeenkomsten die <strong>Cultuurnetwerk</strong> organiseert standaard een uitstalruimte<br />

op te stellen waar alle producten ingezien kunnen worden. Bovendien is het internationaal gezien van<br />

belang dat geïnteresseerden in het buite<strong>nl</strong>and een beter beeld krijgen van de producten, onderzoeken<br />

en publicaties van <strong>Cultuurnetwerk</strong>. Om dit te bewerkstelligen moeten (delen van) onderzoeken en<br />

publicaties vertaald worden en op de sites geplaatst.<br />

Websites <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Opvallend is dat de streefcijfers voor de sites – ondanks de zorgvuldige wijze van vaststelling - begin<br />

2004 te laag lijken geschat. Zo is, gezien de ontwikkelingen, het aantal bezoekers per dag van de<br />

eigen sites cultuurnetwerk.<strong>nl</strong> en -.org relatief laag begroot. Eind 2005 bleek het genoemde streefcijfer<br />

voor 2008, van respectievelijk 900 en 1.200 bezoekers per dag voor de <strong>Cultuurnetwerk</strong>.<strong>nl</strong>- en -.orgsite,<br />

al gerealiseerd. In 2006 trok <strong>Cultuurnetwerk</strong>.<strong>nl</strong> 1.102 bezoekers per dag met een gemiddeld<br />

aantal pageviews per bezoeker van 3,0 pagina's (in 2005 gemiddeld 1,5 pagina per bezoeker) en<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong>.org 1.339 bezoekers per dag met een gemiddeld aantal pageviews per bezoeker van<br />

2,5 pagina's (in 2005 gemiddeld 1,4 pagina per bezoeker). 17<br />

De meeste pageviews worden gegenereerd door:<br />

A. Bronnenbundels.cultuurnetwerk.org krijgt in totaal 484.074 pageviews in 2006.<br />

B. De publicaties van <strong>Cultuurnetwerk</strong> blijven populair met in totaal bijna 114.437 dow<strong>nl</strong>oads in<br />

2006. De top 10 lijst:<br />

1. Werkmap Centra voor de kunsten<br />

2. Zicht op Cultuureducatie en basisonderwijs<br />

3. Zicht op Cultuureducatie in de nieuwe onderbouw<br />

4. Zicht op het nieuwe leren en cultuureducatie<br />

5. Kunst onder de 18 Rapclass<br />

6. Zicht op Kunst en Cultuureducatie in het basisonderwijs<br />

7. Zicht op literatuureducatie<br />

8. Zicht op Cultuureducatie en basisonderwijs, beleid en praktijk<br />

9. Zicht op CKV vmbo<br />

10. Lessen kunst van 4-12 18<br />

Het lijkt beter streefcijfers te bepalen voor het aantal bezoekers per dag, de duur van het bezoek én<br />

voor het aantal pageviews per bezoek. 19<br />

17<br />

De provider van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland heeft in 2006 een nieuw statistisch programma in gebruik genomen. Dit programma filtert de<br />

zoekrobots beter uit. Daardoor zijn de cijfers van 2006 niet spectaculair gestegen maar zijn ze wel veel realistischer.<br />

18 e<br />

Joanet van Hulzen. (2007). Statistieken websites 2 half jaar 2006. Memo. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Utrecht, 01 februari 2007.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

23


In 2007 worden beide sites tot één vernieuwde site omgezet. Zowel de vormgeving als de navigatie<br />

van de sites zullen daarbij worden aangepast met als doel de gebruiker makkelijker zijn weg te laten<br />

vinden en meer op maat gesneden informatie te bieden. Er wordt vanuit gegaan dat het aantal<br />

bezoekers van de nieuwe site minder zal zijn dan de som van het huidige aantal bezoekers van beide<br />

sites. Als streefcijfer wordt voor 2007 het aantal van 1.350 per dag genomen (nu samen 2.441) met<br />

een gemiddeld aantal page views van zeven (nu samen 5,5).<br />

Daarnaast worden de projectloketten onderwijs en community arts – aangevuld met andere<br />

databases zoals het projectloket plus, de onderzoeksdatabank en een databank voor<br />

amateurkunstprojecten – omgezet naar een aparte site: www.projectloketcultuur.<strong>nl</strong>.<br />

Studies en onderzoek<br />

Op dit moment worden meer sociaal geëngageerde kunstprojecten en producties ontwikkeld dan ooit<br />

tevoren. Bestuurders zijn bezorgd over de cohesie en samenhang in de same<strong>nl</strong>eving en over het<br />

afkalvende verenigingsleven en pleiten voor kunst- of cultuurprojecten die daar een stimulerende rol<br />

in kunnen vervullen. Kunstinstellingen zoals centra voor beeldende kunst en lokale centra voor de<br />

kunsten bereiken door sociaal geëngageerde kunstprojecten steeds meer nieuwe deelnemers in wijk<br />

en stad. Kunstvakopleidingen en sociaal-culturele opleidingen aan de Nederlandse Hogescholen zijn<br />

bezig met het opzetten van curricula en lectoraten op het vlak van geëngageerde kunst. 20<br />

Voor de werkzaamheden van <strong>Cultuurnetwerk</strong> leidde dit vooralsnog tot een uitvoerige inventarisatie<br />

van deze kunstprojecten. Ze zijn in 2006 in de daarvoor speciaal opgezette databank Community Arts<br />

ondergebracht die door belangstellenden digitaal kan worden geraadpleegd. De inventarisatie en de<br />

analyse ervan zijn, aangevuld met een theoretische studie en met interviews met kunstenaars uit de<br />

praktijk van de gemeenschapskunst, als uitgangspunten gebruikt voor een onderzoekspublicatie over<br />

theorie, praktijk en effecten van sociaal geëngageerde kunstprojecten (Cultuur + Educatie 17, 2006).<br />

Programmalijn Cultuur en cohesie<br />

Voorts is voor Zicht op … een uitvoerige i<strong>nl</strong>eiding over dit onderwerp geschreven die samen met een<br />

geannoteerde bibliografie in december 2006 is gepubliceerd. De databank Community Arts van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland bevat een overzicht van meer dan 150 verschillende kunstprojecten die<br />

vanaf 2004 in Nederland hebben plaatsgevonden. In 2007 en verder worden zoveel mogelijk nieuwe<br />

projecten op dit terrein geïnventariseerd en aan de databank community arts toegevoegd. 21<br />

Programmalijn Cultuur en cohesie<br />

Aan de programmalijn samenwerking en samenhang is aandacht besteed door de studie over<br />

samenwerking van culturele instellingen in gemeenten. Het doel was te achterhalen wat de motieven<br />

en doelen van culturele instellingen zijn om met andere partijen voor een bepaalde vorm van<br />

19<br />

De verhouding van het aantal bezoekers en page views van deze sites met andere, vergelijkbare sites over dit onderwerp is niet bekend.<br />

De ranking van de <strong>Cultuurnetwerk</strong>-sites op Google en Ilse voor het woord 'cultuureducatie' is respectievelijk de 1 e , 2 e , 3 e en 4 e plaats<br />

(Google) en de 1 e en 2 e plaats (Ilse); voor 'kunsteducatie' is dit de 1 e en 2 e plaats (Google) en de 1 e plaats (Ilse); voor 'erfgoededucatie'<br />

is dit de 1 e en 2 e plaats (Google) en de 1 e plaats (Ilse) (bekeken op 25 januari 2007).<br />

20<br />

Voorbeelden zijn het keuzevak 'Broeinesten in kunst en cultuur' van de Hogeschool voor de Kunsten Amsterdam (HKA), de voortgezette<br />

HBO-plus leergang 'Kunstenaars in Same<strong>nl</strong>eving' van de HKA in samenwerking met Kunstenaars & Co., het lectoraat 'Community arts'<br />

van Codarts Rotterdam, het lectoraal 'Popkunst' van ArtEZ, het lectoraat 'Creatief ondernemen' van de Hogeschool Amsterdam en het<br />

lectoraat 'Kunst en Economie' van de HKU.<br />

21<br />

Zie voorts www.cultuurenschool.net/projectloket/projectloket_cultuurcoh.asp.<br />

24<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


samenwerking te kiezen. Een bijkomende vraag was welke factoren van invloed zijn op het<br />

samenwerkingsproces?<br />

Als eerste is nagegaan wat er in de literatuur al geschreven is over vormen van samenwerken op het<br />

terrein van cultuureducatie. Daarnaast is gezocht naar theorieën over samenwerking met als doel een<br />

beeld te krijgen van mogelijke samenwerkingsvormen, hun voor- en nadelen en factoren die van<br />

invloed zijn op samenwerking. Hierna is getracht praktijkvoorbeelden te vinden van de acht in de<br />

theorie voorkomende samenwerkingsrelaties. Hoewel in eerste instantie breed is gezocht, is de keuze<br />

uiteindelijk beperkt tot samenwerkingsrelaties van centra voor de kunsten met andere partijen. Uit<br />

vele aanbieders werden uiteindelijk 26 bruikbare praktijkvoorbeelden gekozen in twintig gemeenten:<br />

drie in kleine, negen in middelgrote en veertien in grote gemeenten. 22<br />

In 2006 is de publicatie Cultuureducatie, samenwerken in de praktijk uitgebracht. De publicatie is<br />

bedoeld voor instellingen die samenwerking zoeken met andere partijen om voorafgaand daaraan de<br />

vormen van de samenwerking te overwegen. In 2007 wordt in enkele casestudies nader ingezoomd<br />

op lokaal samenwerkende culturele instellingen en de vijf stappen die bij actoren in het<br />

samenwerkingsproces aan de orde zijn.<br />

Programmalijn Samenwerking en samenhang<br />

In de periodiek Zicht op … is deze programmalijn ook aan de orde geweest. Aan het i<strong>nl</strong>eidend artikel<br />

In de luwte van beleid en praktijk: het lokaal bestel voor cultuureducatie is een geannoteerde<br />

bibliografie over dit onderwerp toegevoegd. 23<br />

Programmalijn Samenwerking en samenhang<br />

Bijzonder hoogleraar cultuureducatie en -participatie<br />

De bijzondere leerstoel heeft betrekking op een maatschappelijke sector die veelvuldig en intensief in<br />

de publieke belangstelling staat. De aandacht voor cultuureducatie in het onderwijs is geïntensiveerd<br />

door het streven van de overheid cultuureducatie in het beleid van basisscholen te verankeren, de<br />

tendens tot integratie van kunstvakken in een leergebied Kunst en cultuur in de onderbouw van het<br />

voortgezet onderwijs en de wijzigingen in de positie en inhoud van de kunstvakken – en de examens<br />

in die vakken – in de herziene Tweede Fase vanaf 2007. Daarnaast kent de cultuureducatie een<br />

verbreding tot nieuwe onderwijsterreinen, zoals cultureel erfgoed en nieuwe media, en is er op dit<br />

terrein sprake van veranderingen vanwege substantiële wijzigingen in de bevolkingssamenstelling.<br />

Het behoort tot de doelen van de leerstoel om in onderwijs en onderzoek deze ontwikkelingen in de<br />

relatie tussen cultuureducatie en cultuurparticipatie te belichten.<br />

Het College van Bestuur van de Universiteit Utrecht heeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland met ingang van<br />

1 januari 2006 opnieuw bevoegd verklaard tot vestiging van de bijzondere leerstoel<br />

Cultuurparticipatie en Cultuureducatie bij deze Faculteit. De leerstoelhouder is opnieuw Folkert<br />

Haanstra. Zijn taken zijn het verzorgen van onderwijs en het verrichten van onderzoek op het door de<br />

leerstoel gedekte vakgebied. <strong>Cultuurnetwerk</strong> vestigt de leerstoel voor vijf jaar (2006-2010), met als<br />

voorbehoud dat het instituut daartoe in de nieuwe Cultuurplanperiode (vanaf 2009) over voldoende<br />

middelen beschikt.<br />

22 Piet Hagenaars, Judith Lieftink, Josefiene Poll en Marlies Tal. (2006), Cultuureducatie, samenwerken in de praktijk. Een studie naar<br />

samenwerkingsvormen van culturele instellingen in gemeenten, <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht.<br />

23<br />

Piet Hagenaars. (2005). In de luwte van beleid en praktijk: het lokaal bestel cultuureducatie. In: Marie-José Kommers (hoofdredacteur).<br />

(2005). Gemeentelijk en provinciaal cultuureducatiebeleid. Achtergronden, literatuur en websites. Zicht op … nummer 4. <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland, Utrecht.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

25


Het vakgebied<br />

De bijzondere leerstoel is gericht op het geven van onderwijs in cultuureducatie en cultuurparticipatie<br />

en de bevordering van de wetenschappelijke belangstelling daarvoor door het doen van onderzoek en<br />

het verzorgen van publicaties op dat terrein. In het bijzonder onderzoek naar de relaties tussen<br />

cultuureducatie 24 , onderwijs, vrije tijd, amateurkunst, professionele kunst en beleid.<br />

Het onderwijs heeft betrekking op cultuureducatie en cultuurparticipatie en is toegankelijk voor<br />

studenten van de faculteit der Letteren, alsmede voldoende voorbereide aanschuifstudenten van<br />

elders. Beoogd worden in ieder geval enkele colleges in de cursus Overheid en Beleid voor<br />

bachelorstudenten, en een cursus Cultuurparticipatie en Cultuureducatie voor masterstudenten<br />

Kunstbeleid en –management en andere masterstudenten van de Faculteit der Letteren en de FSW te<br />

geven. Daarnaast zal de bijzonder hoogleraar tot taak hebben het begeleiden van leeronderzoek,<br />

begeleiding van stages, afstudeeronderzoek en van promotieonderzoek.<br />

Tot de onderzoekstaken behoren het verrichten en doen verrichten van wetenschappelijk onderzoek<br />

op het terrein van cultuureducatie en cultuurparticipatie, in het bijzonder over de relaties tussen<br />

cultuureducatie en onderwijs, amateurkunst en professionele kunstbeoefening. Daarnaast gaat het<br />

om het bevorderen van een infrastructuur voor onderzoek door de vorming van een<br />

onderzoekprogramma en het opzetten van en meewerken aan Utrechtse en landelijke netwerken van<br />

kunst- en cultuuronderzoekers, het verwerven van fondsen voor onderzoek en het openbaar maken<br />

van de resultaten voor nationale en internationale wetenschappelijke fora.<br />

Een voorbeeld van onderzoek dat door de leerstoelhouder samen met <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

wordt verricht is Culturele invloeden op de beoordeling van beeldende producten van leerlingen<br />

(2003-2007).<br />

Onderzoeken door het Cito in het primair onderwijs en evaluaties van de basisvorming door de<br />

Onderwijsinspectie laten zien dat het onderwijs in de kunstzinnige oriëntatie en de kunstvakken niet<br />

altijd even succesvol is. Vaak blijven de opbrengsten achter bij de gestelde (kern)doelen. Meer<br />

onderwijskundig onderzoek naar (kunstvak)docenten en hun lesstijlen en naar de leerprocessen en de<br />

kunstzinnige producten van leerlingen zou wenselijk zijn. Het onderzoek naar de beoordeling van<br />

tekeningen is een replicatie van verschillende Amerikaanse onderzoeken. Heel algemeen gaat het om<br />

de vraag of er zoiets is als een gemeenschappelijk beoordelingskader van professionals in de<br />

beeldende kunst (kunstenaars en docenten beeldende vorming) of dat er tussen beoordelaars zulke<br />

grote verschillen zijn (door verschillen in culturele en etnische achtergrond, sekse, leeftijd etc.) dat<br />

niet van zo’n kader gesproken kan worden. Sommige onderzoekers beweren het eerste en de<br />

meerderheid het laatste. Het onderzoek hoopt een bijdrage te leveren aan de discussie op<br />

(bijvoorbeeld) de docentenopleidingen over beoordelingscriteria die docenten gebruiken voor het<br />

beeldend werk van hun leerlingen. Het onderzoek wordt in 2007 afgerond.<br />

Programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

24<br />

Onder cultuureducatie wordt in brede zin verstaan elke vorm van educatie waarbij kunst en cultuur als doel of als middel worden<br />

ingezet. Daartoe behoort ook de bevordering van cultuurparticipatie door middel van voorlichting, instructie, oefening of anderszins.<br />

Cultuureducatie kan zowel binnen het reguliere onderwijs als buitenschools plaatsvinden en overlapt met culturele socialisatie en<br />

vorming die in familiekring wordt ondergaan.<br />

26<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Curatorium<br />

De leerstoelhouder wordt in zijn functioneren begeleid door een curatorium, bestaande uit Prof. Ton<br />

Bevers (Faculteit Historische en Kunstwetenschappen EUR), Vladimir Bina (Ministerie van OCW),<br />

Rients Slippens (Voorzitter Raad van Toezicht <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland), Hendrik Henrichs (Faculteit<br />

Letteren UU), Prof. Harry Ganzeboom (Faculteit der Sociale Wetenschappen VU Amsterdam), Piet<br />

Hagenaars (Directeur <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland) en Marjo van Hoorn (Senior Onderzoek en Beleid<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland).<br />

Advies en begeleiding<br />

In 2006 is gestart met een theorie- en praktijkstudie om scholen die zich (willen) ontwikkelen tot<br />

brede school te helpen om het onderdeel cultuur breder en kwalitatief beter in te kunnen vullen.<br />

Daartoe wordt een handreiking met ontwikkelscenario's uitgewerkt en getoetst door combinaties van<br />

scholen en culturele partner(s). De verzamelde informatie en ontwikkelde instrumenten worden met<br />

name via Cultuurplein.<strong>nl</strong> verspreid, volgens planning in maart 2007. Op basis van uitkomsten van een<br />

expertmeeting wordt besloten over de meest optimale vervolgstap, waarna een praktijkstimulerende<br />

vervolgfase wordt ingegaan.<br />

Programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

Een volgend voorbeeld in deze programmalijn is de Dag van de Cultuureducatie. In januari 2006 vond<br />

de tweede Dag plaats in Antwerpen in samenwerking met CANON Cultuurcel van het Departement<br />

Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap. Beider intentie is het om deze samenwerking de komende<br />

jaren voort te zetten. In 2006 ging de aandacht uit naar cultuureducatie in onderwijs én in vrije tijd<br />

voor jongeren van 12 tot 16 jaar. Hoewel de Nederlandse Dag (de derde dag) in het Museon meer<br />

ruimte voor deelname bood dan de eerste in 2005 in het Utrechtse Spoorwegmuseum bleken ook hier<br />

de driehonderd zitplaatsen bij lange na niet voldoende om alle belangstellenden een plek te geven.<br />

Uit de evaluatie – met een dikke 7 als waardering - blijkt dat de deelnemers de inhoud van de dag en<br />

het netwerken, de mogelijkheid met elkaar kennis te maken, bijzonder op prijs stellen. Opvallend is<br />

overigens dat in Nederland vooral medewerkers van culturele instellingen op de Dag aanwezig zijn en<br />

slechts een handjevol vertegenwoordigers uit het onderwijs, in Vlaanderen is dat precies andersom. 25<br />

De vierde Dag in januari 2007 in Brussel werd door CANON Cultuurcel georganiseerd, samen met<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. De vijfde vindt plaats in Nederland, vermoedelijk in Musis Sacrum te<br />

Arnhem. Ook in 2007 zijn de schijnwerpers op jongeren gericht en ook op jongeren van wat oudere<br />

leeftijd. Het dagonderwerp is cultuureducatie voor vmbo-leerlingen met praktijkgericht onderwijs<br />

alsmede voor mbo-cursisten en die van de afdelingen educatie van ROC's (inburgering, NT-2 en<br />

dergelijke). Gezien de populatie van de doelgroep worden ook sessies gewijd aan cultuureducatieve<br />

initiatieven die nadrukkelijk rekening houden met de culturele diversiteit van de deelnemers.<br />

Programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

Een voorbeeld voor activiteiten van de programmalijn Een leven lang leren is de expertmeeting die<br />

eind 2006 werd gehouden onder de titel Verschuivende paradigma's en authentieke kunsteducatie.<br />

De stellingen die tijdens de bijeenkomst aan bod kwamen waren gebaseerd op een meer filosofisch<br />

uitgangspunt: 'De maatschappij verandert in snel tempo, onze perceptie en beleving van de wereld<br />

en van onszelf evenzo. Nieuwe opvattingen doen hun invloed gelden op de wereld van de kunst en de<br />

25 Een digitaal verslag van de Dag van de Cultuureducatie 2006 in het Museon te Den Haag is te vinden op de site van <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland: www.cultuurnetwerk.org/dagvandece.asp.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

27


wereld van het onderwijs.' Met als kernvraag: 'Wat zien we daarvan terug in opvattingen, motivaties<br />

en didactische consequenties in de kunsteducatie?'. Na krachtige i<strong>nl</strong>eidingen van Vera Bergman,<br />

Willem Elias, Pieter Mols en Kees Vreugdenhil discussieerden een kleine tachtig genodigden over dit<br />

uitgangspunt.<br />

Programmalijn Een leven lang leren<br />

Als reguliere activiteit werd het debat over de (nationale) culturele canon en het voortgezet onderwijs<br />

georganiseerd op 1 december 2005 in Felix Meritis, Amsterdam door Erfgoed Actueel, Stichting Lezen<br />

en <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Een kleine honderd aanwezigen, onder wie veel docenten uit het<br />

voortgezet en het hoger onderwijs (lerarenopleidingen), namen deel aan het debat. De dag stond<br />

onder leiding van Kees Vuyk en werd ingeleid door Jan Blokker jr, Ton Bevers en Dick Schram. Zij<br />

lieten hun licht schijnen op het hoe en waarom van de canondiscussie. Daarna volgden drie<br />

themarondes, elk ingeleid door twee deskundigen, waarna er ruimte was voor het publiek debat. In<br />

de eerste themaronde stond de vraag centraal of een verplichte (nationale) canon en het<br />

leerlinggericht onderwijs wel samen kunnen gaan. Martin Sommer en Hendrik Henrichs verzorgden<br />

een i<strong>nl</strong>eiding. De tweede ronde was gewijd aan discussies over de praktijk van het onderwijs. Het<br />

betrof de canon en doorgaande leerlijnen, onderwijsniveaus, de kwaliteit van oude en jonge docenten<br />

en de kracht van samenwerking in vaksecties. Dit thema werd ingeleid door Ton van Haperen en<br />

Peter Wester. In de laatste themaronde gaven Edwin Jacobs en Zeki Arslan hun visie op de betekenis<br />

van de (nationale) canon voor burgerschap: het besef van de culturele omgeving, de rol van de<br />

ouders en een nieuwe kijk op de werkelijkheid. Elk thema werd afgerond met een discussie tussen<br />

i<strong>nl</strong>eiders en deelnemers.<br />

Besteltaken samen met derden 2005-2006<br />

Naast de subsidie voor besteltaken (basissubsidie) en opdrachttaken (projectsubsidies OCW) verplicht<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> zich tot het zelfstandig verwerven van inkomsten voor ca. 5% van zijn omzet, waarin<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> ook geslaagd is. 26<br />

Projecten worden dan naar wens of op initiatief van andere partijen, deels met het basissubsidie en<br />

met geld van andere partijen, samen met deze partners uitgevoerd.<br />

Een dergelijk project wordt alleen uitgevoerd wanneer dit past binnen de programmalijnen, zoals die<br />

in het beleidsplan 2005-2008 zijn vastgelegd of als <strong>Cultuurnetwerk</strong> voorziet dat het project een<br />

bijdrage levert aan, of een vermeerdering betekent van zijn kennisverzameling.<br />

Voor de periode 2005-2006 zijn 48 projecten als besteltaken samen met derden gepland. Van 34<br />

projecten (71%) zijn eind 2006 de in 2005 geformuleerde ambities gerealiseerd. Van 12 projecten<br />

(25%) kan nu al gezegd worden dat ook die ambities in de planperiode gehaald zullen worden. De<br />

ambities van twee projecten (4%) worden waarschij<strong>nl</strong>ijk niet helemaal verweze<strong>nl</strong>ijkt.<br />

Ook samen met derden zijn activiteiten, producten en diensten uitgevoerd die behoren tot de<br />

reguliere taken van <strong>Cultuurnetwerk</strong> of die in te delen zijn in een van de vier eerder beschreven<br />

programmalijnen. In het projectoverzicht in bijlage 1 zijn alle in 2005-2006 uitgevoerde projecten<br />

opgenomen. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland werkte hiertoe in 2006 samen met het ministerie van OCW en<br />

instellingen zoals de Universiteit Utrecht, Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, ArtEZ, Erasmus<br />

26 <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland verplichtte zich, conform het door de staatssecretaris in de beschikking 2006-2008 gestelde, dat de opbrengst<br />

28<br />

uit deze samenwerkingsprojecten hoger zal zijn dan die van de samenwerkingsprojecten met het ministerie van OCW.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Universiteit Rotterdam, Rijksuniversiteit Groningen, Nederlandse Museumvereniging, NIZW,<br />

Kunstconnectie, Sociaal Fonds Kunstzinnige Vorming (SFKV), Bisk, Kunststation C Groningen, SKVR<br />

Rotterdam, Mocca Amsterdam, VNG, IPO, Kennisnet, Museum De Fundatie Zwolle, PAK, Unisono,<br />

CANON Cultuurcel Vlaanderen, KulturKontakt Oostenrijk, European Forum for the Arts and Heritage<br />

(EFAH), ICC-projectleiding, SLO, Landelijk Platform Innovatie en Kwaliteit PO, Stichting Lezen en<br />

Stichting Erfgoed Nederland i.o.. Hierna worden enkele voorbeelden uit het overzicht gegeven.<br />

Website Cultuurplein<br />

De website Cultuurplein.<strong>nl</strong> wordt deels bekostigd uit het basissubsidie van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland,<br />

aangevuld met een projectsubsidie van het project Cultuur en School van het ministerie van OCW. De<br />

site wordt gehost door Kennisnet, die tevens zorg draagt voor een goede toegankelijkheid vanuit de<br />

Kennisnetportal.<br />

Op Cultuurplein.<strong>nl</strong> wordt uitgebreide informatie over kunst-, erfgoed-, literatuur- en media-educatie<br />

voor het onderwijs en culturele instellingen bij elkaar gebracht. Een specifiek onderdeel daarvan<br />

vormen de databases Projectloket cultuureducatie, Projectloket Plus en Podium op School. Naast de<br />

website worden specifiek voor de onderwijsdoelgroepen primair onderwijs, voortgezet onderwijs en<br />

de BVE periodiek e-zines op abonnement uitgebracht. Projectleiding en dagelijkse redactie worden<br />

verzorgd door <strong>Cultuurnetwerk</strong> die daarbij samenwerkt in een kernredactie met Kennisnet, SLO, KPC<br />

groep, Erfgoed Actueel, VOB en CJP. De redactie wordt geadviseerd en ondersteund door een<br />

redactieraad, waarin naast deze partners ook Kunstconnectie,, de Nederlandse Museumvereniging,<br />

Stichting Lezen, en tot voor kort Digitaal Erfgoed Nederland, zitting hebben.<br />

Het gebruik van het Cultuurplein groeit gestaag: in 2005 zijn er 420 bezoekers per dag, die elk<br />

gemiddeld 15,8 pagina's bezochten. In 2006 groeide dit tot 465 bezoekers per dag met elk een<br />

gemiddeld aantal van 8,2 pagina's, een beduidend lager aantal dan in 2005. Een verklaring is dat<br />

bezoekers beter hun weg kunnen vinden op de site en daardoor minder zoekpagina's nodig hebben.<br />

Het Projectloket cultuureducatie bevat 274 projectbeschrijvingen voor het basisonderwijs en 531 voor<br />

het voortgezet onderwijs. In het Projectloket Plus wordt elk jaar op ca. tien projecten nader ingegaan<br />

door uitvoeriger beschrijvingen, interviews en projectillustraties. In het digitale Podium op School<br />

kunnen culturele instellingen en kunstenaarsinitiatieven hun aanbod voor het onderwijs inbrengen. In<br />

2006 konden scholen uit 416 aanbiedingen hun keuze maken.<br />

Het totaal aantal abonnees in 2005 voor de e-zines po, vo en bve zijn respectievelijk 884, 361 en<br />

170. Eind 2006 waren de aantallen respectievelijk: 1.169, 462 en 235, hetgeen een groei betekent<br />

van achtereenvolgens 32%, 28% en 38%.<br />

Wat betreft de inhoudelijke richting van Cultuurplein.<strong>nl</strong> staan projectleiding en redactieraad aan het<br />

begin van een nieuwe fase. In de afgelopen jaren is er een portal opgebouwd met ontzaglijk veel<br />

informatie, heel specifiek op de doelgroepen toegesneden. Voor de meerderheid van de docenten en<br />

culturele instellingen vormt de site een optimale ondersteuning van hun werk. Wij denken dan vooral<br />

aan de huidige grote groep gebruikers die niet is opgegroeid met internet en die internet gebruikt als<br />

rijke informatiebron. Cultuurplein.<strong>nl</strong> biedt niet alleen een bundeling en selectie van informatie; de<br />

inhoud bestaat uit grotendeels speciaal voor hen geschreven gegevens die elders niet of nauwelijks te<br />

vinden zijn. Verdere optimalisatie vindt op dit moment plaats door een extern bureau dat gebruikers<br />

vraagt de navigatiestructuur te beoordelen waardoor deze aangepast en verbeterd kan worden. Ook<br />

de zoekfunctie wordt verbeterd. Daarnaast is in toenemende mate aandacht nodig voor het actueel<br />

houden van de informatie. Het werk voor cultuurplein.<strong>nl</strong> blijft dan ook arbeidsintensief en essentieel.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

29


Cultuurplein wil aansluiting houden met jongere generaties docenten en educatief medewerkers.<br />

Daarvoor is het niet alleen nodig goede actuele informatie te geven, maar ook meer accent te leggen<br />

op interactiviteit en communicatie. De helpdeskfunctie zal sterker aangezet worden. Ook zal gekeken<br />

worden naar recente digitale technieken die kennis- en ervaringsuitwisseling ondersteunen. In 2007<br />

wordt onderzocht of het haalbaar is met profielsites en wiki-technieken of anderszins gedeelde kennis<br />

en informatie op te bouwen via Cultuurplein.<strong>nl</strong>. Bij de start van Cultuurplein.<strong>nl</strong> bestond nog niets van<br />

dit alles, en het is nauwelijks in te schatten wat er over twee jaar (laat staan vijf jaar) mogelijk en<br />

populair is. Onze visie is dat ook in de toekomst goede bundeling, selectie, productie en ordening van<br />

informatie een essentiële basisfunctie blijft, maar dat er een groeiende nadruk zal komen te liggen op<br />

onderlinge interactie van de doelgroepen via digitale technieken. Dit heeft overigens ingrijpende<br />

consequenties. Het gaat niet simpelweg om het toevoegen van een forumpagina, maar om een<br />

grondige herziening van de interface, techniek en organisatie van de site. Dit brengt aanzie<strong>nl</strong>ijke<br />

kosten met zich mee.<br />

Studies en onderzoek<br />

Samenwerken is een kunst is de titel van de studie die voor De Kunstconnectie/VKV werd verricht<br />

naar samenwerkingspraktijken van centra voor de kunsten en het basisonderwijs. 27 Centra voor de<br />

kunsten en het primair onderwijs werken veel samen. In eerder onderzoek bleek echter niets terug te<br />

vinden over inhoud en vorm van die samenwerking. Vandaar dat Kunstconnectie aan <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

vroeg een studie uit te voeren naar samenwerking en netwerkvorming van centra voor de kunsten<br />

met het primair onderwijs. De studie mondt uit in een praktische handreiking met aanbevelingen. De<br />

handreiking wordt benut om de samenwerking en netwerkvorming van centra voor de kunsten met<br />

het primair onderwijs te stimuleren en professionaliseren.<br />

Programmalijn Samenwerking en samenhang<br />

Naar aa<strong>nl</strong>eiding van de studie Samenwerken is een kunst is op 30 maart 2006 in het Utrechtse Louis<br />

Hartloopercomplex door De Kunstconnectie/VKV een studiedag gehouden waar <strong>Cultuurnetwerk</strong> zijn<br />

bevindingen presenteerde en Kunststation C, Bureau cultuureducatie provincie Groningen,<br />

praktijkvoorbeelden van samenwerking gaf. Er waren zo'n 150 belangstellenden van centra voor de<br />

kunsten en provinciale intermediaire instellingen aanwezig. Tijdens deze studiedag vonden<br />

Kunststation C en <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland elkaar en hebben aan de door beide als succesvol<br />

beschouwde samenwerking een vervolg gegeven in Groningen.<br />

Op 2 november 2006 werd samen met Kunststation C in Hoogezand-Sappemeer de studiedag<br />

Samenwerking en Cultuureducatieve Innovaties gerealiseerd. De doelgroep ervan was allereerst de<br />

groep culturele instellingen in de provincie Groningen zelf, maar ook culturele instellingen uit<br />

Friesland en Drenthe werden uitgenodigd. Kleinere culturele instellingen bezoeken immers meestal<br />

geen landelijke studiedagen en het is van belang ook deze instellingen te informeren over<br />

onderwijsinnovatie en de mogelijkheden van samenwerking.<br />

Gezien de positieve ervaringen in Groningen vatte <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland het plan op deze<br />

studiedag de eerste te maken van een reeks studiedagen voor kleinere culturele instellingen, centra<br />

voor de kunsten en het basisonderwijs in de verschillende provincies. De opzet van de dag blijft<br />

dezelfde maar er wordt in iedere provincie samenwerking gezocht met een andere provinciale partij.<br />

Provincies waar zulke contacten met culturele instellingen al bestaan blijven voor deze tournee buiten<br />

27<br />

Piet Hagenaars, Judith Lieftink en Camiel Vingerhoets. (2006). Samenwerken is een kunst. Een inventarisatie van en een handreiking<br />

voor samenwerking en netwerkvorming tussen Centra voor de Kunsten en het primair onderwijs. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht,<br />

april 2006.<br />

30<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


eschouwing. Aldus worden in 2007 soortgelijke studiedagen georganiseerd in het oosten (met Edu-<br />

Art Gelderland), het westen (Delft) en het zuiden van Nederland. Steeds staat innovatie en<br />

samenwerking van centra voor de kunsten en basisonderwijs alsmede praktijkvoorbeelden van die<br />

samenwerking centraal.<br />

Programmalijn Samenwerking en samenhang<br />

Een ander voorbeeld van de programmalijn Samenwerking en samenhang is de studie die in 2006-<br />

2007 met De Kunstconnectie/VKV, PAK (Kunstfactor) en SFKV wordt uitgevoerd naar samenwerking<br />

van centra voor de kunsten met amateurkunstverenigingen. 28 Op uitnodiging van de Academie voor<br />

Muziek en Dans in Weert voerde <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland een gesprek over de veranderende rol die<br />

zij voor zichzelf wenst voor amateur-muziekverenigingen (hafabra) in haar werkgebied.<br />

Op dit moment hebben traditionele amateur-kunstverenigingen het moeilijk. Maatschappelijke<br />

veranderingen zoals die in het vrije tijdsgedrag, interesses van jongeren en een grotere<br />

maatschappelijke diversiteit leiden voor amateur-kunstverenigingen tot uitstroom van leden, een<br />

tekort aan aanwas van leerlingen en een andere positionering in buurt, wijk en stad. Ook de middelen<br />

zijn vaak te beperkt om op termijn oefenruimte, optredens, materiaal en professionele begeleiding te<br />

kunnen bekostigen.<br />

Gezien de grote relevantie van de vraag van de Weertse Academie voor Muziek en Dans verbreedde<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland de adviesvraag. Naast de inventarisatie van de amateur-muziekpraktijk in<br />

het werkgebied van de Academie worden nog drie andere praktijksituaties in kaart gebracht. Het<br />

betreft de gemeenten Smallingerland en Menaldumadeel, Tiel en zes omliggende gemeenten en<br />

Blaricum, Laren en Huizen in het Gooi. Uit de verzamelde data blijkt dat amateur-kunstverenigingen<br />

worstelen met hun positionering. Door de ontwikkeling van scenario's krijgen amateurkunstverenigingen<br />

en belanghebbende actoren in het amateurkunstenveld, zoals gemeenten, centra<br />

voor de kunsten en landelijk ondersteunende koepels zicht op hoe het beleid zich in de toekomst kan<br />

ontwikkelen. Tijdens enkele expertmeetings en bij de CultuureducatieBELEIDdag zijn<br />

conceptscenario's met geïnteresseerden besproken. Deze studie wordt in juni 2007 met publicatie en<br />

studiedag afgerond.<br />

Programmalijn Samenwerking en samenhang<br />

Een laatste voorbeeld van deze programmalijn is de expertmeeting naar aa<strong>nl</strong>eiding van de in 2005<br />

gemaakte quickscan over samenwerkingspraktijken tussen primair onderwijs en amateur-muziek. 29<br />

De landelijke instelling voor amateur-muziek Unisono was ervan overtuigd dat de kansen voor het<br />

onderwijs om met verenigingen voor amateur-muziek samen te werken voor het oprapen liggen.<br />

Tegelijkertijd constateerde het dat er veel onduidelijkheden over de mogelijkheden daarvan zijn, dat<br />

er weinig kennis en visie is op dat terrein en dat er bepaalde obstakels zijn die de samenwerking<br />

tussen onderwijs en amateur-muziek in de weg staan. Unisono en <strong>Cultuurnetwerk</strong> organiseerden<br />

gezame<strong>nl</strong>ijk een expertmeeting, die door ca. zestig belanghebbenden van amateurmuziekverenigingen,<br />

centra voor de kunsten en overheden werd bijgewoond. Vanwege het belang<br />

van het onderwerp droeg <strong>Cultuurnetwerk</strong> financieel bij uit zijn basissubsidie.<br />

Programmalijn Samenwerking en samenhang<br />

28<br />

Paul Vogelezang, Judith Lieftink, Josefiene Poll, Marlies Tal en Piet Hagenaars. (2006). Projectplan Amateurkunstbeoefening in<br />

middelgrote gemeenten. Samenwerking gemeenten, centra voor de kunsten en amateurkunstverenigingen. Utrecht, maart 2006.<br />

29<br />

Marjo van Hoorn, Jan Ensink, Max Lebouille, Marie-José Kommers, Marlies Tal en Camiel Vingerhoets. (2005). Amateurmuziek en primair<br />

onderwijs. Quick scan naar samenwerkingspraktijken tussen primair onderwijs en amateurmuziek. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht,<br />

juli 2005.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

31


Een voorbeeld van de programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie is de studie van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland samen met OCW, naar de financiering van cultuureducatie in de BVE.<br />

Het viel <strong>Cultuurnetwerk</strong> op dat bij de aanvragers van de Regeling Cultuur en School voor de BVE in<br />

2004-2005 enkele voorlopers, die vóór 2004 regelmatig gebruik hadden gemaakt van de regeling,<br />

ontbraken. Toch bestond het vermoeden dat deze instellingen nog steeds cultuureducatie hoog in het<br />

vaandel zouden hebben. Daarnaast bleek uit een inventarisatie van CINOP (2004) 30 dat ook<br />

instellingen die nog nooit een aanvraag hadden gedaan culturele activiteiten ondernamen.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland stelde OCW dan ook voor een beperkte inventarisatie te doen naar de<br />

wijze waarop BVE-instellingen hun culturele activiteiten financieren. De beschrijving hiervan zou tot<br />

voorbeeld en inspiratie kunnen dienen van andere BVE-instellingen.<br />

De studie werd in maart 2006 afgerond 31 met een beschrijving van vijf ROC's en hun activiteiten op<br />

het terrein van cultuureducatie. De enorme omvang van een gemiddelde BVE-instelling blijkt een<br />

grote handicap om cultuureducatie werkelijk instellingsbreed een plek te geven. Opvallend is voorts<br />

dat vrij veel culturele activiteiten worden georganiseerd op initiatief van individuele docenten. Op de<br />

omvang, de frequentie en de inhoud van deze activiteiten heeft niemand echt zicht. Bij geen van de<br />

vijf instellingen die werden geïnterviewd is werkelijk sprake van verankering van cultuureducatie.<br />

Evenmin is er door de geïnterviewde instellingen een apart budget voor cultuureducatie gereserveerd.<br />

De meeste activiteiten worden op ad hoc basis uitgevoerd. Enkele evenementen lijken een jaarlijks<br />

terugkerend karakter te krijgen en zich geleidelijk aan een vaste plek te verwerven in de opleiding.<br />

Verreweg de meeste gelden lijken afkomstig te zijn uit het algemene opleidingsbudget, per project<br />

doorgaans goedgekeurd door het College van Bestuur. Een aantal uren voor de contactpersoon voor<br />

cultuureducatie wordt gewoo<strong>nl</strong>ijk wel gefaciliteerd. Cultuureducatie staat weliswaar op de agenda van<br />

iedere instelling, maar kan daarvan ook zo weer verdwijnen. Bestuurlijk vindt men cultuureducatie<br />

belangrijk, maar van vastgesteld beleid is zelden sprake.<br />

Bestaat er al weinig zicht op de culturele activiteiten binnen het geheel van een ROC, er is al helemaal<br />

geen contact tussen ROC's onderling. Als voornaamste bron om op de hoogte te komen en te blijven<br />

van projecten van BVE-instellingen wordt de site Cultuurplein.<strong>nl</strong> genoemd. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

heeft in 2006 dan ook extra energie gestoken in het toegankelijk maken van informatie die voor de<br />

BVE-sector interessant kan zijn. <strong>Cultuurnetwerk</strong> wil in de toekomst meer gegevens boven water halen<br />

en op toegankelijke wijze beschikbaar te stellen.<br />

Programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

Een samenwerkingsactiviteit vormde het behoefteonderzoek naar scholing cultuureducatie<br />

basisonderwijs. 32 Sinds januari 2005 subsidieert de provincie Noord-Brabant scholing op het gebied<br />

van cultuureducatie. Docenten uit het basis- en voortgezet onderwijs kunnen subsidie aanvragen om<br />

via scholing meer te weten te komen over producten en werkwijzen van aanbieders. Ook<br />

medewerkers van culturele instellingen kunnen een subsidie voor scholing aanvragen om inzicht te<br />

krijgen in de praktijk van cultuureducatie in het basis- en voortgezet onderwijs. Er leek op deze<br />

gebieden vooralsnog weinig scholingsaanbod te zijn en daarom wilden het Brabants Instituut voor<br />

School en Kunst (Bisk) en de provincie Noord-Brabant de ontwikkeling ervan stimuleren. Om daar<br />

daadwerkelijk toe over te gaan, achtten Bisk en provincie het noodzakelijk gegevens te hebben over<br />

30<br />

R. Groenenberg, W. van Esch en A. Geertsema. (2004). Cultuur in de BVE-sector; Op de golven van enthousiasme. CINOP, Den Bosch.<br />

31<br />

Jan Ensink, Marie-José Kommers, Judith Lieftink en Melissa de Vreede. (2006). Inventarisatie financiering cultuureducatie in de BVE.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht, maart 2006.<br />

32<br />

Marie-Louise Damen en Marjo van Hoorn. (2006). Behoefteonderzoek scholing cultuureducatie. Basisonderwijs, centra voor de kunsten<br />

32<br />

en culturele instellingen in Noord-Brabant. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


de scholingsbehoefte van potentiële deelnemers aan de regeling. Op welk gebied zou men geschoold<br />

willen worden en in welke vorm zou dat moeten gebeuren? <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland voerde in<br />

opdracht van het Bisk en de provincie in maart en april 2006 een behoefteonderzoek uit onder<br />

belangrijke doelgroepen van de regeling. Het betrof leerkrachten in het basisonderwijs, docenten van<br />

centra voor de kunsten en (educatief) medewerkers van kunstproducenten, erfgoedinstellingen en<br />

musea. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland onderzocht ondermeer in hoeverre kenmerken van het<br />

scholingsaanbod en kenmerken van respondenten (en hun organisaties) de keuze voor een specifiek<br />

scholingsaanbod bepalen.<br />

Advies en begeleiding<br />

Een voorbeeld van advies en begeleiding is de op 30 mei 2006 gehouden expertmeeting die samen<br />

met Cultuur en School Nederland en CANON Cultuurcel Vlaanderen in Brussel werd georganiseerd. De<br />

expertmeeting was een vervolg op een eerdere bijeenkomst in december 2005. De twee<br />

bijeenkomsten hadden als onderwerp 'culturele diversiteit', een thema dat vele dilemma's kent zoals<br />

culturele verrijking of verarming en sociale samenhang of segregatie. In deze vervolgbijeenkomst<br />

verzorgde dr. Durre Ahmad een i<strong>nl</strong>eiding over Cultuur, Religie & Symbolisch bewustzijn, waarna<br />

ingegaan werd op interculturele veranderingen in de same<strong>nl</strong>eving en competenties van docenten in<br />

een veranderende onderwijssituatie. Een verslag van de expertmeeting is in gezame<strong>nl</strong>ijkheid<br />

gepubliceerd.<br />

Programmalijn Cultuur en cohesie<br />

Samen met OCW, VNG en Kunstconnectie is een brochure over kunsteducatiebeleid samengesteld<br />

voor bestuur en ambtenaren van gemeenten. Uit een analyse van 180 verkiezingsprogramma's uit de<br />

dertig grootste gemeenten blijkt dat politieke partijen sport en cultuur het meest noemen als actieve<br />

mogelijkheden om bevolkingsgroepen met elkaar te verbinden om zo sociale cohesie te versterken. In<br />

de brochure wordt aandacht besteed aan de verschillende doelen van kunsteducatiebeleid, daarnaast<br />

worden vijf veel gestelde beleidsvragen beantwoord en voorbeelden gegeven van gemeenten die in<br />

de praktijk op een interessante wijze vorm aan hun kunsteducatiebeleid geven.<br />

In 2006 heeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland werkzaamheden verricht voor het Platform Innovatie en<br />

Kwaliteit PO. Het betrof een aanvullende inventarisatie voor een studie van het SCO-Kohnstamm<br />

Instituut over kernactiviteiten voor het basisonderwijs op het terrein van cultuureducatie. 33 Daarnaast<br />

werd via Cultuurplein.<strong>nl</strong> ook meegewerkt aan informatiespreiding van werkzaamheden van dit<br />

Platform. In het najaar van 2006 is vervolgens door het Platform, samen met <strong>Cultuurnetwerk</strong>, een<br />

plan van aanpak ontworpen voor 2007-2008 waarin, op basis van concreet geformuleerde doelen en<br />

ambities, activiteiten voor cultuureducatie worden beschreven en opbrengsten benoemd. Voor de<br />

uitwerking ervan werkt het Platform zeer nauw samen met <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en andere<br />

betrokken landelijke instellingen, zoals de VOB, Stichting Erfgoed Nederland en Kunstconnectie. In<br />

het plan van aanpak staan de projecten Interne Cultuur Coördinator en Brede school en<br />

cultuureducatie centraal. In overleg met het ministerie van OCW moet nader bepaald worden hoe<br />

deze werkzaamheden van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland voor het Platform worden gefinancierd. Dit<br />

betreft ook de zogenoemde Pabotour, waarin vertegenwoordigers van landelijke projecten – zoals<br />

cultuureducatie, techniek, zorg, ict op school, kwaliteitszorg en teamonderwijs op maat –<br />

praktijkgerichte presentaties verzorgen voor studenten en alumni van vier pabo's per studiejaar.<br />

33 Linda Sontag [et al.]. (2006). Inventarisatie PO Platform Kwaliteit en Innovatie. IVA, Beleidsonderzoek en Advies, ITS, Instituut voor<br />

Toegepaste Sociale Wetenschappen en SCO-Kohnstamm Instituut. Nijmegen, juni 2006.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

33


Andere voorbeelden van reguliere samenwerkingsactiviteiten betroffen de inhoudelijke en<br />

organisatorische uitvoering van de werkbijeenkomst Koers cultuureducatie PO op 29 juni in het<br />

Utrechtse Vredenburg en de CultuureducatieBELEIDdag op 27 november in De Vereeniging te<br />

Nijmegen. Beide dagen werden samen met het ministerie van OCW uitgevoerd. Bij de voorbereiding<br />

van de CultuureducatieBELEIDdag waren ook de VNG en het IPO betrokken.<br />

Aa<strong>nl</strong>eiding voor de werkbijeenkomst in juni was het verschijnen van verschillende rapportages over<br />

cultuureducatie in het primair onderwijs, waarover het ministerie van OCW de meningen van het<br />

werkveld wilde horen. Het betrof het gezame<strong>nl</strong>ijke advies Onderwijs in Cultuur (2006) van de<br />

Onderwijsraad en de Raad voor Cultuur, de monitor over cultuureducatie in het basisonderwijs<br />

Cultuur in beweging (2006) van Sardes en Schoolportretten (2006) van Koningskunst. Ongeveer 200<br />

geïnteresseerden volgden de keynotes van Janna Voogt (Edu Design) en Ton Bevers (Erasmus<br />

Universiteit), de paneldiscussie met Anne Luc van der Vegt (Sardes) en Arie van der Rest<br />

(Onderwijsraad) en de zaaldiscussie over de verschillende adviezen en onderzoeken.<br />

De CultuureducatieBELEIDdag behelsde twee onderwerpen, waarvan overheidsbeleid en cultureel<br />

ondernemerschap in de ochtend aan bod kwam en buitenschoolse kunsteducatie en amateurkunst het<br />

middagprogramma bepaalde. De keynotes werden gehouden door Rob Boonzajer Flaes (Binocle) en<br />

Wim Knulst (emeritus hoogleraar UvT). Er waren bijna 130 geïnteresseerden aanwezig, voornamelijk<br />

van provinciale en gemeentelijke overheden, die deze dag met een gemiddeld cijfer van 7,15<br />

waardeerden. De verslagen van beide dagen zijn in te zien op www.cultuurnetwerk.org. 34<br />

Programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

Een ander voorbeeld voor deze programmalijn is de Cultuur Primair Prijs, die in opdracht van en in<br />

samenwerking met het projectbureau Versterking cultuureducatie primair onderwijs (OCW) in 2006 is<br />

voorbereid en uitgevoerd. De prijsvraag werd eenmalig ingesteld om goede voorbeelden te genereren<br />

als instrument bij de ontwikkeling van een cultuureducatief beleid van een school. Scholen kunnen zo<br />

effectief gebruik maken van elkaars ervaringen en expertise.<br />

De prijsvraag bleek zeer populair en er volgden 326 inzendingen. Een deskundige jury, bestaande uit<br />

Luc Stevens (emeritus hoogleraar), Henk van der Linden (secretaris GEU) en Peter Domen (directeur<br />

basisschool Toermalijn, Castricum), bekeek alle inzendingen en selecteerde er 44, waaruit de<br />

zeventien prijswinnaars werden gekozen. Op 13 december 2006 werden de prijzen door Hans<br />

Muiderman als vertegenwoordiger van de afwezige minister in een zeer sfeervolle ambiance in het<br />

Utrechtse Rasa uitgereikt.<br />

Programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

Een voorbeeld van een omvangrijk en meerjarig regulier samenwerkingsproject is het project<br />

Verdieping cultuureducatie in Pabo's 2006-2008. De kern voor dit project is gebaseerd op de<br />

resultaten uit een expertmeeting van 23 maart 2006 over ontwikkelingen in de projecten Verbreding<br />

Cultuur en School–Pabo's (2004-2006) en de Stimuleringsregeling Cultuureducatie Pabo's (2005-<br />

2006). Op grond hiervan zijn door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland verschillende activiteiten geformuleerd.<br />

De activiteiten die in dit project door ontwikkelgroepen van pabo's worden voorbereid en uitgevoerd<br />

zijn de jaarlijkse landelijk bijeenkomst voor het management van de opleidingen en een<br />

tweejaarlijkse bijeenkomst voor opleiders. De onderwerpen ervan zijn direct aan cultuureducatie<br />

34 Een journalistiek verslag alsmede een uitvoerig verslag van de CultuureducatieBELEIDdag zijn te vinden op de site van <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

34<br />

Nederland: /www.cultuurnetwerk.org/cultuureducatiebeleiddag2006.asp.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


gelieerd. Daarnaast betreft het de organisatie van zes Vlaams-Nederlandse bijeenkomsten voor<br />

pabodocenten en -studenten uit Nederland en Vlaanderen. Inmiddels is hierover ook<br />

overeenstemming bereikt met de Vlaamse CANON Cultuurcel. De uitwisseling van praktijkkennis staat<br />

hierbij centraal. Twee opleidingen werken aan de omzetting van de buiten-curriculaire cursus interne<br />

cultuurcoördinator naar het reguliere curriculum van de opleiding. Daarnaast werken vier opleidingen<br />

aan een meetinstrument voor cultuureducatie dat in eerste instantie door de opleidingen zelf en in<br />

tweede instantie door basisscholen en scholen voor speciaal onderwijs te gebruiken is.<br />

Voorts stellen drie opleidingen een basisprogramma cultuureducatie voor alle studenten samen en<br />

drie werken aan een minor met een verdiepingsprogramma cultuureducatie, dat door een beperkt<br />

aantal studenten gevolgd kan worden.<br />

De opleidingen zijn zelf verantwoordelijk voor wat in de ontwikkelgroepen wordt ontwikkeld, uiteraard<br />

binnen de richtlijnen van het project, en stellen daartoe ontwikkelingsplannen op. <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland begeleidt – samen met een stuurgroep van deskundigen – inhoudelijk en organisatorisch<br />

alle werkzaamheden.<br />

Opdrachttaken (projectsubsidies OCW) 2005-2006<br />

Op 11 oktober 2005 zijn door het ministerie van OCW en <strong>Cultuurnetwerk</strong> een aantal projectsubsidies<br />

besproken, die in het Beleidsplan 2006-2008 door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland werden voorgesteld. Het<br />

ministerie zegde in dat gesprek toe de hierna genoemde projecten te willen financieren door aparte<br />

subsidiebeschikkingen. 35<br />

Het betreft het Bulletin Cultuur & School, het project Verbreding Cultuur en School–Pabo's 36 , de beide<br />

projecten Versterking cultuureducatie lerarenopleiding VO en Verbreding cultuureducatie<br />

lerarenopleiding VO 37 , het Trendonderzoek Museumeducatie, het Onderzoekskader cultuureducatie<br />

(Onderzoeksprogrammering), de EU-Portal, inclusief Glossary en Compendium en de Bundeling<br />

Onderzoek Cultuureducatie.<br />

Over de voorgestelde opdrachttaken Monitorstudie naar toekomstige leraren als cultuurdrager en<br />

Onderzoek Doorlopende Leerlijnen en cultuureducatie is afgesproken dat uitvoering ervan afhankelijk<br />

is van de uitkomsten van de onderzoeksprogrammering.<br />

Over een mogelijke nieuwe Internationale conferentie cultuureducatie EU kon tijdens het overleg in<br />

oktober 2005 nog geen uitspraak worden gedaan. Inmiddels wil het ministerie van OCW samen met<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> en andere participanten de mogelijkheden verkennen in 2009 een internationale<br />

conferentie cultuureducatie te organiseren en het vraagt <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland daarbij te<br />

overwegen welke samenwerking inhoudelijk effectief en efficiënt kan zijn. 38<br />

Na dit overleg met OCW in oktober 2005 is in het voorjaar van 2006 nog een project toegevoegd. Het<br />

betreft werkzaamheden voor het Platform Innovatie en Kwaliteit primair onderwijs. Hoewel dit werk<br />

feitelijk door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland uit zijn basissubsidie is bekostigd is nader overleg over<br />

projectsubsidiëring nodig.<br />

35<br />

Zie: Verslag overleg ministerie van OCW en <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Den Haag, 11 oktober 2005.<br />

36<br />

Paul Vogelezang [et al]. (2004). Verbreding Cultuur en School – Lerarenopleiding basisonderwijs. Investeren in toekomstige<br />

cultuuroverdragers. Projectplan <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht, 23 maart 2004.<br />

Paul Vogelezang [et al]. (2006). Verdieping cultuureducatie in Pabo's 2006-2008. Projectplan <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht, 12<br />

september 2006.<br />

37<br />

Paul Vogelezang en Eeke Wervers [et al]. (2005, 2006). Versterking en verbreding cultuureducatie in lerarenopleidingen voortgezet<br />

onderwijs. Projectplannen <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht.<br />

38 Zie: Verslag gesprek ministerie van OCW en <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Den Haag, 20 oktober 2006.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

35


In totaal heeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland in zijn beleidsplan 2006-2008 in deze categorie dertien<br />

projecten opgenomen. Van 9 projecten (69%) neemt <strong>Cultuurnetwerk</strong> aan dat de beschreven ambities<br />

in de planperiode gehaald zullen worden. Aan vier projecten (31%) is tot nu toe niet gewerkt. Voor<br />

twee hiervan wordt in 2007 een projectplan voorbereid. Deze betreffen de Bundeling onderzoek<br />

cultuureducatie en de Internationale conferentie cultuureducatie EU. Ook nu zijn projecten, als dit aan<br />

de orde is, ondergebracht in de vier eerder beschreven programmalijnen.<br />

Het jaar 2006 stond voor het Bulletin Cultuur & School in het teken van gerichte marketingacties. Die<br />

acties hebben duidelijk hun vruchten afgeworpen, want het totale aantal abonnees is met ruim 15%<br />

gegroeid ten opzichte van 2005. Eind 2005 waren er 9.652 abonnees die van het Bulletin gebruik<br />

maakten, nu zijn dat er 11.140, wat een groei betekent van 1.488 abonnees (15,4%). In een aantal<br />

lezerscategorieën is een regulier verloop van abonnees te zien. De grote stijging is toe te schrijven<br />

aan het primair onderwijs met 834 nieuwe abonnees (58,5%), het voortgezet onderwijs met 496<br />

nieuwe abonnees (19%) en de culturele instellingen met 98 nieuwe abonnees (4,5%). Als gevolg van<br />

de sterke groei in het primair onderwijs is de oplage van het Katern Primair Onderwijs in 2006 ook<br />

flink gestegen (25,9%). Door verschillende gerichte marketingacties is deze fikse groei tot stand<br />

gekomen. Het bij het Bulletin uitgegeven Katern Primair Onderwijs, dat drie keer per jaar wordt<br />

verzorgd en inmiddels 6.595 abonnees kent, heeft zeker aan deze groei bijgedragen.<br />

De relatie van het Bulletin Cultuur & School met de website www.cultuurplein.<strong>nl</strong> is in 2006 verder<br />

versterkt. Blad en site vullen elkaar aan. Er is een nieuwe rubriek ingevoerd, Opinie, die lezers<br />

aanspoort hun mening op de site te geven over artikelen en stellingen in het bulletin en het katern.<br />

Ook wordt er regelmatig verwezen naar de site voor meer informatie, het bestellen van publicaties en<br />

het digitaal abonneren op het bulletin. Op de site zijn alle uitgaven van het bulletin en katern als pdf<br />

beschikbaar. Het dow<strong>nl</strong>oaden van pdf's was in 2005 voor het eerst mogelijk. Het aantal dow<strong>nl</strong>oads<br />

per bulletin is in 2006 gemiddeld bijna 200, ten opzichte van een gemiddelde dow<strong>nl</strong>oad van bijna 60<br />

in 2005. Verder is er afgelopen jaar ruim 10.000 keer een artikel uit het bulletin geraadpleegd via de<br />

site, tegenover ruim 5.000 keer in 2005. 39<br />

Programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

In december 2007 verschijnt het vijftigste Bulletin, een jubileumnummer waarin bijzondere aandacht<br />

is voor de lezers van het eerste uur en hun opvattingen over cultuureducatie in het onderwijs. Voor<br />

2008 wordt overwogen om aan elk Bulletin een los katern toe te voegen, met schoolportretten van<br />

basisscholen, scholen voor voortgezet onderwijs, pabo's, lerarenopleidingen en BVE-opleidingen. Het<br />

katern wordt op deze manier nog duidelijker verbonden aan het Bulletin Cultuur & School omdat het,<br />

in tegenstelling tot het huidige Katern Primair Onderwijs, naar alle doelgroepen van het blad wordt<br />

gezonden. Het is voor alle doelgroepen van het blad immers van belang te weten hoe diverse<br />

onderwijsinstellingen met cultuureducatie omgaan.<br />

Programmalijn Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

In het najaar van 2006 is het Trendonderzoek museumeducatie voorbereid, dat in de periode 2007-<br />

2008 door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland wordt uitgevoerd. Het betreft een onderzoek naar de stand van<br />

zaken van en visies op de museumeducatie van de Nederlandse musea zoals die in eerdere jaren ook<br />

al werden gedaan. 40 Het laatste, van 1996, beschreef de bij museumeducatie gehanteerde middelen,<br />

39 Marthe Bauwens, Marjo Vaessen en Miriam Schout. (2007). Jaaroverzicht Bulletin Cultuur & School 2006. Utrecht, februari 2007.<br />

40 Bert Holman. (1980). Opvattingen over het educatieve werk van musea: analyse van een twintigtal interviews. Kohnstamm Instituut<br />

36<br />

Amsterdam.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


het bereik van verschillende publieksgroepen, de relaties met andere publieksgerichte activiteiten en<br />

de evaluatie door musea naar de effecten ervan. Dit alles werd vergeleken met de situatie in de jaren<br />

zeventig en tachtig. Dat onderzoek gaf tevens inzicht in de verschillende opvattingen in de<br />

museumwereld over de educatieve taak zoals deze zich sinds de jaren zeventig heeft ontwikkeld. 41<br />

Met de uitkomsten van het huidige onderzoek wordt getracht een beeld te schetsen van de<br />

tegenwoordige aanpak van museumeducatie en de mogelijkheden die de musea voor de toekomst<br />

voorzien. Leerkrachten krijgen door dit onderzoek inzicht in de verschillende mogelijkheden en<br />

benaderingen van de samenwerking tussen musea en onderwijs.<br />

Programmalijn Een leven lang leren<br />

Op verzoek van OCW werkte <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland in de maanden maart tot en met september<br />

2006 aan een perspectief op onderzoek naar cultuureducatie, resulterend in een onderzoekskader. 42<br />

Het onderzoekskader dient voor de onderbouwing van een politiek maatschappelijke motivatie van<br />

toekomstig beleid en een legitimering van het bestaande beleid. Een belangrijk nevendoel is een<br />

verbeterde kennisuitwisseling tussen onderzoek en praktijk tot stand te brengen. Het is daarbij van<br />

belang dat een dergelijk onderzoekskader breed gedragen wordt door de betrokkenen in het veld van<br />

de cultuureducatie. Het betreft dan de sectoren vrije tijd, inclusief de amateursector, de professionele<br />

kunst en cultuur, het onderwijs, intermediaire en ondersteunende instellingen, overheden en<br />

wetenschappers. Omdat het de cultuureducatie tot nu toe ontbreekt aan een gestructureerd<br />

onderzoekskader, met dito onderzoeksvragen en -infrastructuur verzocht het ministerie van OCW om<br />

een (veld-)inventarisatie van onderzoekswensen en –behoeften te doen. Dit leidde tot een voorstel<br />

voor een kader waarin zwaartepunten van onderzoek voor de komende jaren gebundeld en<br />

vastgelegd zijn.<br />

In 2007 wordt een van de drie in het onderzoekskader genoemde domeinen inhoudelijk en<br />

procedureel verder uitgewerkt. Om de gewenste samenhang in en cumulatie van kennis van dit<br />

onderzoeksdomein tot stand te brengen wordt gebruik gemaakt van een werkgroep waarin onder<br />

andere vertegenwoordigers van universiteiten, lectoraten en onderzoeksbureaus zitting hebben.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland neemt het inhoudelijk secretariaat van de werkgroep op zich.<br />

De eerste fase van het project European Glossary is op basis van het in april 2006 goedgekeurde<br />

projectplan in juni afgerond met de presentatie ervan in Graz voor het EU-ambtenarennetwerk. 43<br />

Om tot een werkzame, effectieve en tevens duurzame aanpak te komen worden nu twee activiteiten<br />

tegelijkertijd en in samenhang ondernomen: de (verdere) uitwerking en uitbreiding van de Glossary<br />

en de start van een Compendium. Het is daarbij van belang dat het hiervoor gevestigde internationale<br />

netwerk van departementale ambtenaren van een aantal EU-landen wordt gemotiveerd om het werk<br />

efficiënt en effectief uit te voeren. Daarnaast blijkt de representatie in een dergelijk netwerk van een<br />

Harry Ganzeboom en Folkert Haanstra. (1989). Museum en publiek. Een onderzoek naar ontwikkelingen in publiek en<br />

publieksbenadering in de Nederlandse musea door middel van een heranalyse van bestaande publieksgegevens en herondervraging van<br />

educatieve medewerkers. Ministerie van WVC, Rijswijk.<br />

Folkert Haanstra en Jacob Oostwoud Wijdenes. (1996). Trendrapport museumeducatie. SCO-Kohnstamm Instituut, Faculteit der<br />

Pedagogische en Onderwijskundige wetenschappen. Amsterdam.<br />

41<br />

De huidige bekleder, Folkert Haanstra, van de Bijzondere Leerstoel Cultuureducatie en Cultuurparticipatie van de Universiteit Utrecht,<br />

gevestigd door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, was bij al deze trendonderzoeken als onderzoeker betrokken.<br />

42<br />

Marie-Louise Damen, Folkert Haanstra en Marjo van Hoorn. (2006). Onderzoekskader cultuureducatie in Nederland. Zwaartepunten van<br />

onderzoek naar cultuureducatie. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht, oktober 2006.<br />

43 Voor informatie over de Glossary on Arts and Cultural Education zie: www.cultuurnetwerk.<strong>nl</strong>/glossary/<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

37


ambtelijke vertegenwoordiging van de EU-Commissie en van Europese kenniscentra zoals Eurydice<br />

buitengewoon waardevol. Inmiddels hebben Nederland, Vlaanderen, Frankrijk, Oostenrijk, het<br />

Verenigd Koninkrijk en Duitsland te kennen gegeven met de Glossary verder te willen gaan. Tijdens<br />

het overleg van het ambtenarennetwerk in januari 2007 hebben ook Portugal en Grieke<strong>nl</strong>and<br />

toegezegd na te gaan of zij aan dit project deel kunnen gaan nemen.<br />

In 2007 wordt verder gegaan met de inventarisatiewerkzaamheden voor de Glossary en wordt een<br />

start gemaakt met het Compendium. Dit laatste in samenwerking en afstemming met het initiatief<br />

van het Oostenrijkse Educult voor het zogenaamde Research Project Cultural Education in Europe.<br />

Het is de bedoeling de ontwikkelde databases van Glossary en Compendium onder te brengen in een<br />

European Portal on Arts and Cultural Education, waarin naast deze databases ook algemene<br />

informatie en kennis opgenomen wordt over cultuureducatie in Europa.<br />

Dit alles is echter mede afhankelijk van de afspraken die middels OCW met het ambtenarennetwerk<br />

en de EU-Commissie worden gemaakt. Met het ministerie van OCW is voorts afgesproken dat<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland voor deze werkzaamheden ook budget inzet vanuit zijn basissubsidie.<br />

Programmalijn Samenwerking en samenhang<br />

38<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


4 Bedrijfsmatige kwaliteit<br />

In dit hoofdstuk wordt aandacht besteed aan de bedrijfsmatige kwaliteit van <strong>Cultuurnetwerk</strong>.<br />

Allereerst wordt een antwoord gegeven op de vraag hoe <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zijn projecten<br />

plant en hoe medewerkers hun uren daarvoor verantwoorden. Vervolgens wordt in dit hoofdstuk<br />

ingegaan op de begroting, het financiële resultaat van het boekjaar 2006 en de verhouding tussen<br />

kosten en opbrengsten per taakonderdeel.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Informatie Systeem (CIS)<br />

Het CIS is het informatiesysteem van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Het is een digitale database waarin<br />

elk project direct bij aanvang wordt geregistreerd met projectnaam, projectnummer, opdrachtgever,<br />

interne account, soort project, verantwoordelijke projectleider, projectteam, begrote uren en globale<br />

planning. Daarnaast functioneert het CIS ook als personeelsysteem waarin de formatieomvang,<br />

verlofuren en feitelijke werkurenomvang per medewerker per boekjaar is opgenomen.<br />

Bovendien wordt door de koppeling van beschikbare werkuren per medewerker, gerelateerd aan<br />

formatie, functie en competenties, en de begrote uren, gerelateerd aan reguliere taken en projecten,<br />

op jaarbasis de inzet en werkbelasting van elke medewerker in beeld gebracht en getoetst.<br />

Voorbeeld van een deel van het periodiek overzicht begrote uren versus werkelijk gemaakte uren per activiteit en project<br />

(Stand van zaken 22 december 2006; Bron CIS © <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2001)<br />

Voorafgaand aan het boekjaar en per elk nieuw project worden de uren van medewerkers begroot en<br />

wordt een globale jaarplanning bepaald. Hieraan kan elke medewerker afleiden voor welk project hij<br />

wordt ingezet en voor hoeveel uur hij daarvoor is belast. Uiteraard is elk project voorafgaand aan de<br />

planning in het Senior Team (ST) besproken en is met elke medewerker vooraf – zo mogelijk –<br />

overlegd aan welke projecten hij meewerkt.<br />

Het CIS is voor iedereen toegankelijk en in het CIS schrijft elke medewerker dagelijks de door haar of<br />

hem per projectnummer gemaakte uren, waarmee het CIS ook als tijdregistratiesysteem gebruikt<br />

wordt. Bovendien vult elke medewerker in wat voor taken in deze geschreven uren uitgevoerd zijn,<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

39


zoals voorbereiding, financiën, advies, overleg, planning, rapportage en evaluatie. Zo is voor het<br />

management en ook voor opdrachtgevers inzichtelijk wanneer, in welke omvang, waarvoor en door<br />

wie de per project begrote uren worden besteed.<br />

Periodiek wordt de informatie uit het CIS bilateraal en in het ST-overleg met de senior-medewerkers<br />

besproken. Hierbij wordt bekeken hoe de planning en uurbesteding ervoor staan en wordt ingegaan<br />

op over- en onderschrijdingen, de redenen daarvan en oplossingen om mogelijke overschrijdingen<br />

tegen te gaan.<br />

Het CIS, daterend van januari 2002, maakt ook deel uit van het historisch projectarchief.<br />

Financieel overzicht 2005 en 2006<br />

Per kwartaal wordt de Raad van Toezicht een financieel overzicht gegeven van de resultaten van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland met daarbij de prognose voor het gehele jaar. De periodieke bespreking<br />

hiervan in de Raad leidt tot bespiegelingen over groei of stabilisatie van personeelsomvang en<br />

projecten in relatie met de keuze voor autonomie of voor een meer afhankelijke positie ten opzichte<br />

van OCW. Naast het basissubsidie verstrekt het ministerie immers een zodanig aantal<br />

projectsubsidies dat de omzet voor een groot deel gevormd wordt door gelden van dit ministerie.<br />

De Raad constateert echter dat met de jaren een gezonde verhouding is ontstaan tussen OCW en het<br />

kenniscentrum waarin beide partijen inhoudelijk en uitvoerend afhankelijk van elkaar geworden zijn<br />

en toch autonoom ten opzichte van elkaar kunnen functioneren op grond van wederzijds gegroeid<br />

respect. Een zinsnede uit het overlegverslag van 15 januari 2007 ondersteunt deze opvatting: 'Het is<br />

duidelijk dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> door het ministerie gezien wordt als een goed functionerend<br />

bovensectoraal instituut dat in goede samenwerking en afstemming met OCW zijn taken uitvoert.' 44<br />

2005<br />

De jaaromzet kwam in 2005 uit op ca. 2,65 miljoen euro, een verschil met 2004 van ongeveer 0,15<br />

miljoen euro. Ongeveer 60 procent van de omzet is gefinancierd met de subsidie voor besteltaken<br />

van het ministerie van OCW (circa 1,65 miljoen euro) en ruwweg 40 procent door projectsubsidies<br />

van het ministerie van OCW en bijdragen van derden voor samenwerking met derden (circa 1.0<br />

miljoen euro). In deze cijfers is geen rekening gehouden met incidentele baten als frictiegelden voor<br />

de in 2005 gerealiseerde reorganisatie.<br />

2006<br />

De jaaromzet komt in 2006 uit op ca. 3,55 miljoen euro, waarvan ca. 0,55 miljoen euro aan<br />

projectsubsidies voor werkzaamheden in boekjaar 2007. Het verschil met 2005 is, uitgaande van een<br />

netto jaaromzet van 3.0 miljoen euro in 2006 ongeveer 0,5 miljoen. Rekening houdend met het<br />

budget voor onderhanden zijnd werk van 0,2 miljoen euro, dat van 2005 naar 2006 werd<br />

meegenomen, is ca. 58 procent van de netto omzet gefinancierd met de subsidie voor besteltaken<br />

van het ministerie van OCW en ca. 42 procent door subsidies en donaties van derden en door<br />

projectsubsidies van het ministerie van OCW.<br />

44 Zie: Verslag overleg Cultuur & School (Directie Kunsten, ministerie van OCW) en <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, 15 januari 2007, Den Haag.<br />

40<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Kosten en opbrengsten in beeld (2006)<br />

De kosten en opbrengsten zijn gerubriceerd op basis van de huidige indeling van de projecten:<br />

besteltaken, opdrachttaken (projectsubsidies), besteltaken in samenwerking met derden en projecten<br />

die (in principe) 100% bekostigd worden door derden. Voorts zijn er overheadkosten,<br />

beleggingsresultaten en extra tariefopbrengsten.<br />

De extra tariefopbrengsten ontstaan doordat er middels de werkelijk bestede uren meer kosten (en<br />

opbrengsten) aan genoemde projecten kunnen worden toegerekend dan het totale bedrag aan<br />

salariskosten. Dit komt voort uit het feit dat er meer productieve uren beschikbaar zijn of gemaakt<br />

worden dan waarmee bij de tariefsbepaling rekening is gehouden (1.300 productieve uren per jaar) of<br />

dat er voor een medewerker – overeenkomstig de goedgekeurde en vastgestelde tarifering - een<br />

hoger tarief moet worden doorberekend dan het tarief volgens zijn salariskosten plus overhead<br />

werkelijk zou zijn. 45<br />

projectsubsidies OCW<br />

(opdrachttaken)<br />

30%<br />

100% kosten<br />

opdrachtgever<br />

7%<br />

extra tariefopbrengst<br />

3%<br />

beleggingsresultaat<br />

2%<br />

2006 opbrengsten<br />

besteltaken<br />

28%<br />

overhead<br />

16%<br />

besteltaken met<br />

derden<br />

14%<br />

besteltaken overhead<br />

besteltaken met derden projectsubsidies OC W (opdrachttaken)<br />

100% kosten opdrachtgever extra tariefopbrengst<br />

beleggingsresultaat<br />

Grafiek 3: Herkomst opbrengsten <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

Grafiek 3 geeft de herkomst van de opbrengsten in het boekjaar 2006 weer. Besteltaken en overhead<br />

worden betaald door het Ministerie van OCW uit de reguliere subsidie.<br />

Besteltaken met derden, projectsubsidies OCW (opdrachttaken) en projecten bekostigd door derden<br />

worden deels betaald uit de reguliere basissubsidie en door de met <strong>Cultuurnetwerk</strong> samenwerkende<br />

partners en partijen. Het beleggingsresultaat bestaat uit rente, dividenden en gerealiseerde<br />

koerswinsten.<br />

45 Het uurtarief is vastgesteld conform het Model handleiding overheidstarieven 2000, Ministerie van Financiën.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

41


42<br />

projectsubsidies OCW<br />

(opdrachttaken)<br />

30%<br />

kosten opdrachtgever<br />

8%<br />

extra tariefopbrengst<br />

0%<br />

besteltaken met<br />

derden<br />

28%<br />

beleggingsresultaat<br />

0%<br />

2006 kosten<br />

besteltaken<br />

17%<br />

overhead<br />

17%<br />

besteltaken overhead<br />

besteltaken met derden projectsubsidies OCW (opdrachttaken)<br />

kosten opdrachtgever extra tariefopbrengst<br />

beleggingsresultaat<br />

Grafiek 4: Kostenoverzicht <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

Grafiek 4 geeft de kosten weer zoals die in het boekjaar 2006 gemaakt zijn, gerubriceerd conform de<br />

opbrengsten in grafiek 3.<br />

De kosten van besteltaken, besteltaken met derden, projectsubsidies OCW (opdrachttaken) en van de<br />

projecten bekostigd door derden zijn bepaald middels bestede uren maal tarief. De kosten zijn naast<br />

tariefkosten ook bepaald door de out of pocket kosten (directe projectkosten).<br />

De overhead betreft de overheadkosten na aftrek van de dekking uit de tarieven van de productieve<br />

uren. Het item beleggingsresultaat betreft de kosten die samenhangen met de beleggingen zoals<br />

provisies en dividendbelasting.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


1.200.000<br />

1.000.000<br />

800.000<br />

600.000<br />

400.000<br />

200.000<br />

0<br />

besteltaken<br />

2006 opbrengsten versus kosten<br />

overhead<br />

besteltaken met<br />

derden<br />

projectsubsidies<br />

OCW<br />

(opdrachttaken)<br />

Grafiek 5: Opbrengsten (blauw) versus kosten (paars) in euro's<br />

Grafiek 5 toont de opbrengsten (links) naast de kosten (rechts) per genoemde categorie. Uit de<br />

grafiek valt af te lezen dat met het overschot aan opbrengsten van besteltaken de kosten van<br />

besteltaken met derden, projectsubsidies OCW (opdrachttaken) en kosten opdrachtgever (projecten<br />

betaald door derden) helemaal of (groten)deels worden gedekt, conform de bedoeling van het<br />

basissubsidie. Het resultaat van <strong>Cultuurnetwerk</strong> over het boekjaar 2006 wordt voor het grootste deel<br />

gehaald uit extra tariefopbrengsten en het beleggingsresultaat. 46<br />

46 De gegevens voor deze paragraaf Kosten en opbrengsten in beeld zijn geleverd door de controller van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland Peter<br />

van den Esschert.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

kosten<br />

opdrachtgever<br />

extra<br />

tariefopbrengst<br />

beleggingsresultaat<br />

43


44<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


5 Klantgerichte kwaliteit<br />

Onder de klantgerichte kwaliteit verstaat <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland het beeld dat klanten van het<br />

kenniscentrum hebben en wat zij vinden van de activiteiten, diensten en producten van het<br />

expertisecentrum. Welk imago heeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en is dat ook het imago dat door de<br />

instelling wordt nagestreefd? Hoe klantgericht en hoe klantvriendelijk is het expertisecentrum in de<br />

ogen van subsidiënten, partners en afnemers? Hoe effectief en efficiënt handelt <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland en wordt voldaan aan de verwachtingen die klanten hebben?<br />

Om op deze vragen een beargumenteerd antwoord te geven wordt in dit hoofdstuk aandacht besteed<br />

aan de uitkomsten en aanbevelingen van het imago-onderzoek van begin 2005 47 en het<br />

klantenonderzoek van eind 2006. 48<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en zijn imago (mei 2005)<br />

In 2005 is door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland een imago-onderzoek gehouden in samenwerking met de<br />

Erasmus Universiteit Rotterdam, faculteit Bedrijfskunde. Het imago-onderzoek is uitgevoerd onder<br />

een geselecteerde groep culturele instellingen. Het onderzoek bestond uit een vrage<strong>nl</strong>ijst en negen<br />

gesprekken met vertegenwoordigers van culturele instellingen.<br />

Het gewenste imago<br />

Twee van de doelstellingen die <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland voor wat zijn gewenste imago betreft wil<br />

bereiken, is het vergroten van de naamsbekendheid en het versterken van het imago bij de vier<br />

doelgroepen, te weten onderwijs, cultuur, vrije tijd en overheden. Het imago dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> wil<br />

overbrengen is uitgedrukt in vijf karaktereigenschappen: klantvriendelijk, efficiënt, betrouwbaar,<br />

actueel en professioneel.<br />

Naar aa<strong>nl</strong>eiding van de onderzoeksvraag 'Op welke manier kan <strong>Cultuurnetwerk</strong> zijn huidige imago<br />

versterken, waarmee het zowel zijn gewenste imago kan versterken, als dit imago kan laten voldoen<br />

aan de verwachtingen van culturele instellingen?' geeft het imago-onderzoek een beschrijving van het<br />

beeld dat culturele instellingen op dat moment van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland hadden. Voorts wordt<br />

duidelijk of de vijf gewenste eigenschappen daadwerkelijk in het huidige imago terugkomen.<br />

Uitvoering van het onderzoek<br />

Het onderzoek is in twee delen uitgevoerd. Allereerst werden aan de hand van diepte-interviews de<br />

karaktereigenschappen van <strong>Cultuurnetwerk</strong> en de factoren waaruit deze eigenschappen zijn afgeleid<br />

onderzocht. Deze interviews zijn gehouden met negen culturele instellingen die regelmatig contacten<br />

met <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland onderhouden. Op basis van de gegevens uit de diepte-interviews is<br />

een vrage<strong>nl</strong>ijst opgesteld. Deze is samen met een begeleidende brief naar 1.011 culturele instellingen<br />

verzonden. 49 Omdat niet alle instellingen bekend zijn met <strong>Cultuurnetwerk</strong> konden respondenten ook<br />

volstaan met het insturen van een antwoordstrook, zonder de vrage<strong>nl</strong>ijst verder in te vullen.<br />

47<br />

Su Yin Man. (2005). Imago-onderzoek <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Erasmus Universiteit Rotterdam, Faculteit Bedrijfskunde.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht, mei 2005.<br />

48<br />

Bert de Groot. (2007). Klantenonderzoek <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Bureau Bert de Groot BV, Rotterdam, januari 2007.<br />

49<br />

Deze adreslijst is samengesteld uit de lede<strong>nl</strong>ijsten van theater- en dansgezelschappen (VNT), de Museumvereniging, de Vereniging van<br />

Schouwburg- en concertzaaldirecteuren (VSCD), erfgoedinstellingen (via Erfgoed Actueel), grotere bibliotheken in Nederland en de VIPlijst<br />

van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

45


Uiteindelijk hebben 156 organisaties gereageerd (respons: 15,4%). Van deze respondenten geven 43<br />

(27,6%) aan niet bekend te zijn met <strong>Cultuurnetwerk</strong>. 113 van de 156 (72,4%) respondenten zijn wel<br />

bekend met <strong>Cultuurnetwerk</strong>.<br />

Resultaten onderzoek<br />

Uit de antwoorden (begin 2005) wordt duidelijk dat culturele instellingen voornamelijk via publicaties<br />

en websites op de hoogte blijven van de activiteiten van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en de<br />

ontwikkelingen in cultuureducatie. Het medium dat het meest gelezen wordt – en waarvan bekend is<br />

dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland dit uitgeeft - is het Bulletin Cultuur & School. Daarmee is dit het<br />

belangrijkste communicatiemiddel voor de culturele instellingen. De culturele instellingen zijn over het<br />

algemeen redelijk tevreden over de kwaliteit van de verschillende informatiebronnen van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong>. Ze merken overigens op dat de organisatie meer informatie zou moeten geven over<br />

de eigen activiteiten. Daarnaast vindt een deel van de respondenten de informatie die <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

biedt niet voldoende vernieuwend en diepgaand. Dit geldt zowel voor de publicaties, als voor de<br />

websites, de bijeenkomsten als de andere activiteiten van <strong>Cultuurnetwerk</strong>.<br />

Als deze antwoorden gerelateerd worden aan de inhoud van het Bulletin, de belangrijkste bron van<br />

informatie immers voor deze instellingen, is deze constatering goed te verklaren. Al lezend vindt men<br />

in het Bulletin weinig terug over <strong>Cultuurnetwerk</strong>. Het Bulletin Cultuur & School is immers een breed,<br />

veelzijdig blad dat door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland voor de projectgroep Cultuur en School wordt<br />

samengesteld en uitgegeven.<br />

Opvallend is dat begin 2005 slechts een gering aantal respondenten zegt ooit een activiteit van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> bezocht te hebben of in een project te hebben samengewerkt. Omdat maar zo weinig<br />

culturele instellingen veelvuldig direct contact met <strong>Cultuurnetwerk</strong> hebben gehad, hebben zij over het<br />

algemeen slechts een oppervlakkig beeld van <strong>Cultuurnetwerk</strong>. Wel blijkt dat wanneer een respondent<br />

direct contact heeft gehad met medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong>, hij dit contact positief beoordeelt.<br />

Dit geldt ook voor de samenwerking tijdens projecten.<br />

Begin 2005 was slechts de helft van de respondenten op de hoogte van het feit dat <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

ook bijeenkomsten en studiedagen organiseert en projecten uitvoert. Volgens de culturele instellingen<br />

heeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> tot nu toe te weinig initiatief genomen om contacten met hen te zoeken. Naar<br />

eigen zeggen zijn zij vaak degene die toenadering zoeken.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland als organisatie<br />

Naast de beoordeling van activiteiten, producten en diensten is de culturele instellingen ook gevraagd<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> als organisatie te beoordelen. De respondenten zijn van mening dat <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

over voldoende expertise op het gebied van cultuureducatie beschikt, maar dat het deze kennis niet<br />

op de juiste manier verspreidt. Veel respondenten vinden dat het producten- en dienstenaanbod van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> niet aan hun behoeften voldoet. Culturele instellingen zeggen een sterke behoefte te<br />

hebben aan contact met andere instellingen in de sector. Zij vinden dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> de geschikte<br />

partij is om hierop in te spelen. De organisatie zou meer als intermediair moeten fungeren.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> heeft hierop ingespeeld met de organisatie van de Dag van de Cultuureducatie die<br />

specifiek voor medewerkers van culturele instellingen is bedoeld. De eerste vond plaats in juni 2005,<br />

met als onderwerp cultuureducatie en primair onderwijs, met ruim 200 deelnemers.<br />

46<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


<strong>Cultuurnetwerk</strong> is professioneel, betrouwbaar, actueel en klantvriendelijk<br />

De respondenten beoordelen <strong>Cultuurnetwerk</strong> positief op de eigenschappen die de organisatie in zijn<br />

marketingcommunicatiedoelstelling opgenomen heeft, te weten: klantvriendelijk, efficiënt, actueel<br />

betrouwbaar en professioneel. De respondenten zijn het meest positief over de eigenschappen<br />

professioneel, betrouwbaar, actueel en klantvriendelijk. Verschillende culturele instellingen zeggen<br />

niet voldoende bekend te zijn met <strong>Cultuurnetwerk</strong> om een oordeel te kunnen geven. De gewenste<br />

karaktereigenschap efficiëntie heeft in vergelijking met de andere vier gewenste eigenschappen een<br />

minder hoge beoordeling gekregen. De respondenten zeggen op dit gebied weinig ervaring met<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland te hebben.<br />

Naast de vraag of <strong>Cultuurnetwerk</strong> aan bovenstaande eigenschappen voldoet, werd de culturele<br />

instellingen ook gevraagd om de eigenschappen te rangschikken naar mate van belangrijkheid.<br />

Hieruit kwam naar voren dat de respondenten het meest waarde hechten aan de eigenschappen<br />

betrouwbaar, actueel, professioneel en toegankelijk. Dit komt redelijk goed overeen met het imago<br />

dat zij hebben van <strong>Cultuurnetwerk</strong>. Hoewel uit het onderzoek blijkt dat de respondenten een positief<br />

beeld van <strong>Cultuurnetwerk</strong> hebben, kwam ook naar voren dat velen weinig van <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

afweten. Dit blijkt onder andere uit het grote aantal respondenten dat bepaalde vragen onbeantwoord<br />

liet en uit de lage respons.<br />

Conclusies en aanbevelingen<br />

De resultaten van dit onderzoek van begin 2005 laten zien dat de respondenten over het algemeen<br />

een redelijk positief beeld hebben van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Alle karaktereigenschappen kregen<br />

gemiddeld een positieve score. Ook werd duidelijk dat het kennisinstituut het hoogst beoordeeld<br />

wordt op de eigenschappen professioneel, betrouwbaar, actueel en klantvriendelijk. Dit is ook wat<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> de afgelopen jaren aan het publiek heeft willen overbrengen.<br />

Culturele instellingen zijn vooral bekend met de publicaties en sites van <strong>Cultuurnetwerk</strong> en zijn verder<br />

niet op de hoogte van andere diensten. Wanneer <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland bekender wil worden in<br />

de culturele sector moeten het meer én beter vertellen welke activiteiten, producten en diensten het<br />

– samen met anderen - kan leveren. Bovendien moet <strong>Cultuurnetwerk</strong> open staan voor de wensen en<br />

behoeften van culturele instellingen; het moet gericht vragen, goed luisteren en mogelijkheden tot<br />

ontmoetingen verzorgen.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

47


Concrete acties<br />

De aanbevelingen van het imago-onderzoek hebben geleid tot concrete acties. Zo is de nieuwsbrief<br />

aangepast om ook culturele organisaties van informatie te voorzien en is het adresbestand ervan<br />

verrijkt met de deelnemers van de Dag van de cultuureducatie. Deze Dag, zoals gezegd voor het<br />

eerst georganiseerd in 2005, heeft in 2006 een vervolg gekregen met een nog grotere opkomst dan<br />

al in 2005 het geval was en wordt in ook in de volgende jaren voortgezet. Daarnaast zijn sinds 2005<br />

speciale expertmeetings en conferenties georganiseerd voor culturele instellingen, zoals musea en<br />

centra voor de kunsten.<br />

Er is bovendien veel aandacht besteed aan de mogelijkheden en vormen van samenwerking tussen<br />

culturele instellingen en het onderwijs en tussen deze instellingen en die voor amateurkunst.<br />

Op Cultuurplein.<strong>nl</strong> is een speciaal domein ingericht voor culturele instellingen met daarop informatie<br />

over het cultuurbeleid van de overheid en de samenwerking tussen culturele instellingen en het<br />

onderwijs. Daarnaast kan men informatie vinden over de cursus interne cultuurcoördinator (zowel<br />

voor docenten van het basisonderwijs als voor medewerkers van culturele instellingen), de praktijk<br />

van cultuureducatie en interessante adressen en links.<br />

De startpagina van Cultuurplein.<strong>nl</strong> met informatie voor onderwijs en culturele instellingen<br />

48<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Klantenonderzoek <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland (eind 2006)<br />

Eind 2006 heeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland aan Bureau Bert de Groot (Rotterdam) gevraagd een<br />

evaluatief onderzoek te doen onder zijn klanten. 50 Het onderzoek diende antwoord te geven op drie<br />

vragen:<br />

- Wat vinden de (potentiële) klanten van de geboden producten en diensten?<br />

- Welke producten en diensten missen de (potentiële) klanten?<br />

- Waaraan hebben de klanten in de nabije toekomst mogelijk behoefte?<br />

Het onderzoek bestond uit telefonische interviews met de gebruikers van producten en diensten van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. De respondenten zijn daartoe geselecteerd uit diverse bestanden van<br />

personen of instellingen die de afgelopen twee jaar met <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland contact hebben<br />

gehad of hun belangstelling voor producten of diensten hebben getoond. Zij zijn immers bekend met<br />

het aanbod en in staat om inhoudelijk te reageren op de kwaliteit van de geleverde producten en<br />

diensten.<br />

Werkwijze<br />

Voor dit onderzoek zijn veertien klantengroepen onderscheiden. Per klantengroep is gestreefd naar<br />

vijf geslaagde interviews. Vanwege de omvang van de klantengroep centra voor de kunsten zijn er<br />

tien interviews geweest met medewerkers van deze centra. Dit geldt ook voor de klantengroep<br />

provinciale instellingen voor cultuureducatie en amateurkunst.<br />

De geïnterviewde klantengroepen betreffen vertegenwoordigers van overheden zoals die van<br />

gemeenten tussen de 30.000 een 90.000 inwoners, gemeenten> 90.000 inwoners en provincies.<br />

Voorts gaat het om de klantengroep onderwijs met vertegenwoordigers van lerarenopleidingen<br />

voortgezet onderwijs, lerarenopleidingen kunstvakken hbo en wo, pabo's, ROC's en<br />

docentenvakverenigingen. Daarnaast is gesproken met vertegenwoordigers van instellingen zoals die<br />

voor beeldende kunst, met podia en gezelschappen en erfgoedinstellingen. Als laatste betreft het de<br />

klantengroep vrije tijd en intermediaire instellingen zoals provinciale instellingen voor cultuureducatie<br />

en/of amateurkunst, provinciale erfgoedhuizen en centra voor de kunsten.<br />

De beoogde respondenten zijn eerst telefonisch of per email benaderd om een afspraak te maken<br />

voor een interview op een later tijdstip. Aangezien voor het afnemen van de interviews slechts drie<br />

weken beschikbaar waren en het niet mogelijk was met iedere respondent op korte termijn een<br />

afspraak te maken, zijn meerdere klanten benaderd totdat het beoogde aantal interviews per<br />

klantengroep was bereikt. Bij de klantengroep lerarenopleiding kunstvakken hbo en wo is gesproken<br />

met zeven respondenten aangezien meer interviews konden worden gerealiseerd dan verwacht.<br />

Aangezien het onderzoek een kwalitatief en geen kwantitatief karakter heeft, zijn de resultaten van<br />

deze extra interviews in deze rapportage opgenomen. De interviews zijn afgenomen met behulp van<br />

een standaardvrage<strong>nl</strong>ijst met gesloten en open vragen. In totaal zijn 82 respondenten geïnterviewd.<br />

Bij de klantengroepen centra voor de kunsten en provinciale instellingen voor cultuureducatie en<br />

amateurkunst zijn veel directeuren geïnterviewd. Hierdoor kan mogelijk een beeld ontstaan dat deze<br />

klantengroepen minder gebruik maken van diensten en producten van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland dan<br />

in werkelijkheid het geval is. Directeuren staan soms verder af van de dagelijkse praktijk. Een aantal<br />

heeft dan ook te kennen gegeven dat hun medewerkers meer gebruik maken van de diensten en<br />

producten van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland dan zij zelf.<br />

50 Bert de Groot. (2007). Klantenonderzoek <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Bureau Bert de Groot BV, Rotterdam, januari 2007.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

49


Websites <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Van de 82 respondenten raadplegen 77 de websites van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Het betreft<br />

cultuurnetwerk.<strong>nl</strong>, cultuurplein.<strong>nl</strong>, cultuurbereik.<strong>nl</strong> en cultuurnetwerk.org. Daarnaast zijn vragen<br />

gesteld over drie subsites van cultuurnetwerk.<strong>nl</strong> te weten: Projectloket Cultuur, Podium op school en<br />

Databank Community Arts.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong>.<strong>nl</strong><br />

Bijna alle 77 bezoekers van de sites (95%) bezoeken wel eens www.cultuurnetwerk.<strong>nl</strong>. Meer dan de<br />

helft van de respondenten (51%) bezoekt deze site één keer of vaker per maand waarvan een kwart<br />

dit één keer of vaker per week doen. Vierendertig respondenten (44%) uit dit onderzoek bezoeken<br />

deze site slechts zelden.<br />

De startpagina van <strong>Cultuurnetwerk</strong>.<strong>nl</strong> met uitleg over de site, nieuws en agenda<br />

Het oordeel over deze site van alle klantengroepen is positief tot zeer positief. Men raadpleegt de site<br />

voor een breed scala van onderwerpen, zoals nieuws, agenda, een verwijzing in de digitale<br />

nieuwsbrief Actua en informatie voor het eigen werkveld. Maar ook voor beleidszaken, vacatures,<br />

publicaties, activiteiten, bronnenbundels, begrippen en definities. Men is tevreden over de helderheid<br />

en toegankelijkheid, de volledigheid van informatie, de actualiteit en de vormgeving. Slechts een<br />

enkele respondent maakt een kanttekening. De site trekt dagelijks gemiddeld 1.102 bezoekers<br />

(2006).<br />

Projectloket Cultuur<br />

Onderdeel van cultuurnetwerk.<strong>nl</strong> is het projectloket Cultuur. Dit projectloket bevat honderden<br />

beschrijvingen met het aanbod van erfgoed- en kunstprojecten vooral voor het onderwijs. Het bevat<br />

zowel het actuele projectenaanbod om bijvoorbeeld een culturele activiteit uit te zoeken, als<br />

afgeronde projecten om inspiratie op te doen. Op de site staat niet voor wie de informatie bedoeld is.<br />

Dertien van de 77 respondenten (17%) raadplegen het loket een keer of vaker per maand en een<br />

respondent doet dit zelfs één keer of vaker per week. De dertien gebruikers van de site zijn (zeer)<br />

tevreden. Een respondent vraagt zich af welke kwaliteitsmaatstaven bij plaatsing worden gehanteerd.<br />

50<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Dertig procent van de respondenten (39%) bezoekt het loket zelden. Ook zij zijn over het algemeen<br />

tevreden over de site. Gebruikers zijn in alle klantengroepen te vinden; het gaat echter vooral om<br />

cultuurcoördinatoren en onderwijsgevenden.<br />

Het commentaar van de gebruikers op het loket is overigens niet eenduidig. Sommigen noemen de<br />

site overzichtelijk en goed toegankelijk, anderen vinden dit juist weer niet. Hetzelfde geldt voor de<br />

actualiteit. Sommige respondenten zijn tevreden over de actualiteit, terwijl anderen dit weer juist niet<br />

vinden. Enkele bezoekers zijn ontevreden over de zoekmachine o.a. omdat je niet op twee<br />

trefwoorden kan zoeken.<br />

Podium op school<br />

De subsite Podium op School bevat gegevens over professionele voorstellingen voor kinderen en<br />

jongeren. Aanbieders voeren hier hun informatie in over concerten, theater-, mime- en<br />

dansvoorstellingen. Naast inhoudsbeschrijvingen en leeftijdsindicaties bevat Podium op School<br />

technische en organisatorische gegevens zoals adressen, speelperioden, prijzen et cetera. Podium op<br />

School is zowel een hulpmiddel voor leerkrachten en docenten of coördinatoren in het primair en<br />

voortgezet onderwijs, als voor bemiddelaars van kunstaanbod voor scholen.<br />

Tien van de 77 respondenten die de sites van <strong>Cultuurnetwerk</strong> bezoeken (13%), hebben de site<br />

Podium op school geraadpleegd. Eén respondent doet dit een keer of vaker per maand. Geen enkele<br />

respondent heeft wel eens informatie ingevoerd via het format van Podium op school. De gebruikers<br />

zijn tevreden over de site (het brede aanbod, de actualiteit, en toegankelijkheid). De meest frequente<br />

gebruiker van Podium op school (een medewerker van een centrum voor de kunsten) vraagt zich<br />

overigens af of de site voldoende bekend is bij de doelgroep. Verder zou een van de respondenten<br />

graag de omschrijving van de voorstellingen meer gekoppeld willen zien aan onderwijsdoelen.<br />

Het lijkt zinvol om de site meer te promoten bij zowel de culturele instellingen als de afnemers van<br />

het aanbod: onderwijsgevenden.<br />

Databank Community Arts<br />

In de Databank Community Arts zijn ruim honderd beschrijvingen van erfgoed- en kunstprojecten<br />

opgenomen. Het idee achter de databank is betrokkenen met elkaar in contact te brengen en<br />

geïnteresseerden van concrete informatie te voorzien. Bij deze projecten is sprake van een<br />

samenwerking tussen meerdere partners uit het onderwijs, het sociaal- en buurtwerk, het culturele<br />

veld, gemeente en/of de amateurkunst. De projecten variëren van kunst- tot cultuurprojecten, met<br />

vaak combinaties van meer dan een kunstdiscipline in een project. Kenmerkend is voorts dat deze<br />

projecten sociaal-maatschappelijke doelstellingen hebben of streven naar sociaal-maatschappelijke<br />

effecten.<br />

De Databank Community Arts is sinds augustus 2006 beschikbaar. Tweeëntwintig van de 77<br />

respondenten hebben de site bezocht (29%). Vier respondenten (5%) doen dit één keer of vaker per<br />

maand. Gebruikers zijn te vinden onder alle klantengroepen met uitzondering van de podia en<br />

erfgoedinstellingen. Alle 22 gebruikers laten zich positief uit over de site.<br />

Cultuurplein.<strong>nl</strong><br />

Cultuurplein.<strong>nl</strong> is de centrale plaats voor docenten, managers en culturele instellingen die actief bezig<br />

zijn met cultuur op school. Op de site staan lesmateriaal, praktijkbeschrijvingen en handreikingen<br />

voor diverse disciplines. Men vindt er verder inspirerende projecten, voorstellingen, concerten, en<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

51


dergelijke. Een deel van de site betreft het beleid en de beschikbare subsidies om met cultuur aan de<br />

slag te gaan op school. De site trekt dagelijks gemiddeld 452 bezoekers (2006).<br />

De website cultuurplein.<strong>nl</strong> wordt bezocht door 64 van de 77 respondenten (83%) die sites van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland raadplegen. Hiervan bezoekt precies de helft (32 personen) de site één<br />

keer of vaker per maand. Acht respondenten bezoeken de site minimaal een keer per week. De<br />

andere helft bezoekt de site zelden. Vergeleken met de andere klantengroepen wordt de site weinig<br />

bezocht door de medewerkers van de lerarenopleidingen voortgezet onderwijs en de<br />

lerarenopleidingen kunstvakken.<br />

Over de kwaliteit van de site www.cultuurplein.<strong>nl</strong> zijn de gebruikers tevreden. De site wordt<br />

overzichtelijk, goed toegankelijk, actueel, en informatief genoemd. Een klein aantal respondenten (5)<br />

heeft daarentegen wel moeite met het navigeren op de site en het zoeken naar de juiste informatie.<br />

Ook twijfelen vier respondenten aan de actualiteit van de gepresenteerde informatie. Een enkele<br />

respondent zou graag een rustiger, respectievelijk kunstzinniger vormgeving wensen.<br />

Cultuurbereik.<strong>nl</strong><br />

De site is gericht op contactpersonen bij gemeenten en provincies van het Actieplan Cultuurbereik. De<br />

inzet van het Actieplan Cultuurbereik 2005-2008 is cultuur bij een breder publiek op de agenda te<br />

krijgen. Ook biedt de site informatie over de geldstroom BKV die beschikbaar is ter versterking van de<br />

sector beeldende kunst en vormgeving. Hiernaast informeert deze site de doelgroep over het project<br />

Cultuur en School waarmee het ministerie van OCW beoogt meer onderwijs mét en over cultuur te<br />

realiseren.<br />

Vijf van de 77 respondenten (6%) raadplegen www.cultuurbereik.<strong>nl</strong> een keer of vaker per maand<br />

waarvan er één de site minstens een keer per week bezoekt. Dertig doen dat zelden (39%) en 42<br />

doen dat nooit (55%). Gezien de doelgroep is het niet verwonderlijk dat de meeste bezoekers van de<br />

site te vinden zijn bij de medewerkers van gemeenten en provincies, en de provinciale instellingen<br />

cultuureducatie. Toch bezoekt de helft van de respondenten uit deze groepen de site nooit.<br />

De gebruikers zijn over het algemeen tevreden over de site, zij het dat er iets minder enthousiaste<br />

geluiden te horen zijn dan over www.cultuurnetwerk.<strong>nl</strong> en www.cultuurplein.<strong>nl</strong>. Mogelijk komt dit<br />

omdat de site door sommigen saai wordt gevonden, hoewel dat door hen meestal niet als een<br />

probleem wordt ervaren. Wel hebben zes van de 35 gebruikers moeite met het vinden van de<br />

gewenste informatie.<br />

52<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


<strong>Cultuurnetwerk</strong>.org<br />

De taak van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland is kennis en informatie over theorie, beleid en praktijk van<br />

cultuureducatie te verzamelen en door onderzoek uit te breiden. Deze kennis wordt toegankelijk en<br />

toepasbaar gemaakt voor belanghebbenden en belangstellenden. De website cultuurnetwerk.org<br />

beoogt daar een centrale rol in te spelen. De site is in 2006 dagelijks 1.339 keer bezocht en is<br />

daarmee de populairste van de onderzochte sites.<br />

De startpagina van <strong>Cultuurnetwerk</strong>.org met informatie over <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland.<br />

Deze site wordt soms verward met cultuurnetwerk.<strong>nl</strong>. Mogelijk verklaart dat het geringe aantal<br />

respondenten (12%) die zeggen deze populaire site een keer of vaker per maand te bekijken.<br />

Tweeëntwintig procent raadpleegt de site zelden, tweederde van de respondenten doet dit nooit. De<br />

meest frequente gebruikers zijn medewerkers van de grote gemeenten en centra voor de kunsten.<br />

De gebruikers zoeken zoals te verwachten vooral informatie over diensten, producten en publicaties<br />

van <strong>Cultuurnetwerk</strong>, evenementen, cursussen, verslagen van bijeenkomsten, de catalogus van de<br />

bibliotheek, definities, adresgegevens en dergelijke. Zij zijn tevreden over de kwaliteit van de site.<br />

Samenvattend over de sites<br />

Het oordeel over de kwaliteit van alle onderzochte sites van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland is overwegend<br />

positief. Slechts enkele respondenten maken kanttekeningen, maar geen enkele respondent spreekt<br />

op grond daarvan een negatief oordeel uit. De resultaten van het onderzoek geven geen aa<strong>nl</strong>eiding<br />

tot rigoureuze aanpassingen. Wel is het zinvol na te gaan in hoeverre de genoemde suggesties ter<br />

verbeteringen overgenomen kunnen worden. De bezoekersaantallen en het gebruikersgedrag op de<br />

diverse sites zou nog gedetailleerder in beeld gebracht moeten worden. Mogelijk kan een permanente<br />

internetenquête onder de gebruikers bijdragen aan de kwaliteitsverbetering en meer inzicht geven in<br />

de achtergrond van de mensen die de sites bezoeken. De sites zouden dan meer gepromoot kunnen<br />

worden bij de beoogde doelgroepen. De site <strong>Cultuurnetwerk</strong>.org lijkt verward te worden met de<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong>.<strong>nl</strong>. Daarom lijkt het een juist voornemen van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland om beide<br />

sites in de eerste helft van 2007 te integreren.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

53


Publicaties<br />

De meeste respondenten zeggen geabonneerd te zijn op tenminste één van de zes periodieken die<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> uitgeeft. Slechts vier respondenten zijn op geen enkele periodiek geabonneerd. Eén<br />

van hen koopt wel eens een losse publicatie van het <strong>Cultuurnetwerk</strong>. Het blijkt dat de respondenten<br />

gemiddeld 2,9 abonnementen hebben op periodieken van <strong>Cultuurnetwerk</strong>. De provinciale instellingen<br />

voor cultuureducatie & amateurkunst scoren het hoogst; het laagst de docentenvakverenigingen. Het<br />

meest populair bij de respondenten is het abonnement op het Bulletin Cultuur & School, het minst<br />

populair is de Aanwinste<strong>nl</strong>ijst van de bibliotheek.<br />

Klantengroep N= Actua Nws-brief C&S C+Ed Zicht op Aanwinst Gem.*<br />

Gemeenten < 90.000 inwoners 5 2 3 4 1 2 0 2,4<br />

Gemeenten > 90.000 inwoners 5 3 1 5 3 1 1 2,8<br />

Afdelingen CE provincies 5 4 2 5 4 1 1 3,4<br />

Prov. instellingen voor CE/AK 10 9 8 10 7 5 4 4,3<br />

Prov. erfgoedhuizen 5 2 3 5 1 0 0 2,2<br />

Erfgoedinstellingen 5 4 3 4 0 0 1 2,4<br />

Instellingen beeldende kunst 5 4 1 5 2 4 2 3,6<br />

Podia en gezelschappen 5 3 0 5 1 1 1 2,2<br />

Centra voor de kunsten 10 6 2 7 6 6 3 3,0<br />

Docentenvakverenigingen 5 0 1 4 2 2 1 1,0<br />

Lerarenopleidingen v.o. 5 2 2 3 3 2 2 2,8<br />

Lerarenopleiding. kunstvakken 7 1 3 6 4 1 2 2,4<br />

Pabo's 5 3 1 5 5 2 1 3,4<br />

ROC 5 2 2 5 2 0 0 2,2<br />

Totaal 82 45 32 73 41 27 19 2,9<br />

Tabel: Abonnementen op periodieken van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland naar klantengroep (* Gemiddeld aantal abonnementen<br />

per klantengroep)<br />

Actua<br />

De digitale nieuwsbrief Actua telt 367 abonnees (2006). De verschijningsfrequentie is 23 uitgaven per<br />

jaar. Ruim de helft van de respondenten (55%) ontvangt de nieuwsbrief. De waardering voor deze<br />

periodiek is bij de meeste abonnees hoog tot zeer hoog. De verwijzingen in Actua leiden regelmatig<br />

tot bezoek aan sites en tot bestellingen van publicaties. Respondenten hebben nauwelijks suggesties<br />

ter verbetering.<br />

Nieuwsbrief<br />

Bijna veertig procent van de respondenten ontvangt de gratis nieuwsbrief van <strong>Cultuurnetwerk</strong> die<br />

viermaal per jaar verschijnt. Er zijn 3.298 abonnees (2006). De meningen over de kwaliteit van de<br />

nieuwsbrief lopen uiteen. Er zijn lezers die tevreden zijn met de geboden informatie, maar er zijn ook<br />

respondenten die de informatie als weinig actueel ervaren. Zij zien overlappingen met de andere<br />

periodieken en met name met Actua waardoor de nieuwsbrief weinig meer toevoegt. De meeste<br />

respondenten waarderen de nieuwsbrief overigens positief.<br />

54<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


De startpagina van het digitale Cultuureducatie Actua Nieuwsbrief <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Bulletin Cultuur & School<br />

Het Bulletin Cultuur & School telt 11.140 abonnees (2006). Het bulletin valt iedere twee maanden bij<br />

bijna negentig procent van de respondenten in de bus. Het gratis bulletin wordt alom gewaardeerd.<br />

Met name de leesbaarheid wordt door een aantal respondenten geroemd. Voor zover er kritiek is,<br />

betreft dit het wat brave karakter van het bulletin.<br />

De medewerkers van gemeenten en provincies zijn zelfs unaniem positief. Enkele respondenten<br />

zouden graag een kritischer houding zien. Ook de medewerkers van erfgoedhuizen en -instellingen<br />

waarderen het bulletin over het algemeen positief, zij constateren dat de laatste tijd meer aandacht<br />

voor erfgoedprojecten is, maar zouden hierover graag nog meer zien. De medewerkers van de<br />

instellingen beeldende kunst, podia en gezelschappen vinden het bulletin over het algemeen een<br />

prettig blad. Zij suggereren om meer leerlingen en docenten aan het woord te laten, en ook goede<br />

voorbeelden van culturele instellingen te belichten. De respondenten uit de klantengroep centra voor<br />

de kunsten lezen het bulletin weinig. Dit komt omdat in het kader van dit onderzoek vooral gesproken<br />

is met de directeuren en afdelingshoofden. Zij spelen het bulletin door naar hun medewerkers en<br />

kunnen zelf weinig over de kwaliteit ervan zeggen. De indruk bestaat wel dat het bulletin in het team<br />

veel gelezen wordt. De respondenten die de klantengroep docentenvakverenigingen in dit onderzoek<br />

vertegenwoordigen, zijn positief over het bulletin. Zij lezen het met plezier. Een respondent vindt het<br />

bulletin geschikt voor zijn/haar studenten. De respondenten uit de beide klantengroepen van<br />

lerarenopleidingen vinden het bulletin over het algemeen goed en informatief. De respondenten uit de<br />

klantengroep pabo's vinden het bulletin interessant. De portretbeschrijvingen van scholen zijn<br />

inspirerend. De respondenten uit de klantengroep ROC's vinden het bulletin een interessant blad en<br />

leuk om te lezen. Zij zouden echter graag meer aandacht zien voor het mbo.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

55


De voorkant van het Bulletin Cultuur & School Themareeks Cultuur+Educatie<br />

Themareeks Cultuur+Educatie<br />

De themareeks Cultuur+Educatie telt 224 abonnees. Daarnaast zijn er in 2006 in de losse verkoop<br />

423 exemplaren verkocht. De helft van de respondenten is geabonneerd op Cultuur+ Educatie. De<br />

waardering voor deze wetenschappelijke reeks is groot. De interesse van de lezers hangt nauw<br />

samen met de mate waarin het thema een raakvalk heeft met hun werk. Sommige uitgaven worden<br />

dan ook alleen doorgebladerd of blijven ongelezen op de plank liggen. Inhoudelijk omschrijven de<br />

respondenten de uitgaven over het algemeen als volledig en diepgravend vanwege de benadering van<br />

het thema vanuit verschillende invalshoeken. Deze inhoudelijke verdieping en de gevarieerdheid aan<br />

onderwerpen wordt op prijs gesteld.<br />

Gevraagd is om een betere koppeling tussen wetenschap en praktijk en om meer conclusies. Ook<br />

zouden sommigen een meer toegankelijke, kortere tekst onder ogen willen krijgen. Een andere layout<br />

van de grote hoeveelheid tekst en meer plaatjes zou hieraan kunnen bijdragen.<br />

Zicht op …<br />

De serie Zicht op … behandelt uitee<strong>nl</strong>opende actuele onderwerpen op het terrein van cultuureducatie.<br />

De uitgaven verschijnen onregelmatig en zijn gratis voor leden van het studiecentrum van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. De periodiek telt 220 abonnees. Gemiddeld wordt een nummer ongeveer<br />

6.000 keer gedow<strong>nl</strong>oad. Zevenentwintig van de 82 respondenten (33%) heeft een abonnement op<br />

Zicht op ….<br />

De belangstelling voor de uitgaven hangt af van de behandelde onderwerpen. Sommige abonnees<br />

hebben daarom moeite een mening te geven over de uitgaven omdat zij onvoldoende kennisnemen<br />

van de inhoud, maar de respondenten die de uitgaven wel lezen zijn tevreden over de inhoud. Minder<br />

56<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


tevreden is men over de vormgeving die weinig uitnodigt tot lezen. Sommigen suggereren de tekst te<br />

digitaliseren en op de site te plaatsen. Daaruit is af te leiden dat niet iedereen op de hoogte is van de<br />

mogelijkheid de uitgaven te dow<strong>nl</strong>oaden. De inhoud van de uitgaven is beknopter dan die van de<br />

themareeks Cultuur+Educatie. Zicht op … zou daarom mogelijk een goede introductie kunnen zijn<br />

voor (pabo)studenten.<br />

De voorkant van Zicht op … Aanwinste<strong>nl</strong>ijst Bibliotheek <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Aanwinste<strong>nl</strong>ijst bibliotheek<br />

De Aanwinste<strong>nl</strong>ijst van de bibliotheek verschijnt 11 keer per jaar en telt 220 abonnees. Negentien van<br />

de 82 respondenten (23%) zijn geabonneerd op deze lijst die zij maandelijks gratis per email<br />

ontvangen. De abonnees waarderen deze service. De informatie wordt echter vaak ter kennisname<br />

aangenomen. De ontvangst van de lijst leidt soms tot de bestelling van een publicatie. Maar er zijn<br />

ook respondenten die niets doen met de informatie en de lijst te onoverzichtelijk vinden.<br />

Gesuggereerd is om de lijst in te delen per discipline of werkveld. Opvallend is dat respondenten die<br />

geen abonnee zijn, vertelden niet van het bestaan van de lijst op de hoogte te zijn.<br />

Losse publicaties<br />

De uitgaven in de reeks Cultuur+Educatie en Zicht op … kunnen ook los worden aangeschaft. Tevens<br />

geeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> onderzoeksrapportages, verslagen van conferenties, analyses en handreikingen<br />

uit. Nagegaan is wat de respondenten van deze losse publicaties vinden. Van de 82 respondenten<br />

kopen 37 (45%) één of meer losse uitgaven per jaar. Acht respondenten doen dit zelfs regelmatig.<br />

De kopers zijn (zeer) tevreden over de kwaliteit van hun aankopen die doorgaans bruikbaar zijn voor<br />

het doel waar zij die voor kochten.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

57


Samenvattend over de publicaties<br />

De waardering voor Cultuureducatie Actua is hoog tot zeer hoog. Het aantal abonnees is relatief<br />

gering in vergelijking met de gratis periodieken, maar de indruk bestaat dat de digitale nieuwsbrief<br />

intern in de instellingen wijdverspreid wordt en dat het bereik veel groter is dan het aantal betalende<br />

abonnees. Deze e-mail nieuwsbrief is een belangrijk medium in het werkveld en voor <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland een goed medium om aandacht te vragen voor nieuwe producten en uitgaven.<br />

De meningen over de Nieuwsbrief van <strong>Cultuurnetwerk</strong> lopen uiteen. Men vindt de nieuwsbrief soms<br />

weinig actueel en een overlap vormend met andere publicaties.<br />

Het bereik van het Bulletin Cultuur & School is goed. Het blad wordt veel gelezen en alom<br />

gewaardeerd. Respondenten uit de erfgoedsector en het mbo zeggen graag meer over onderwerpen<br />

uit de eigen sector te willen lezen.<br />

De themareeks Cultuur+Educatie krijgt veel waardering. De belangstelling voor een bepaalde uitgave<br />

is afhankelijk van de mate waarin het behandelde onderwerp aansluit bij het werkterrein van de<br />

abonnee. De mogelijkheid om een uitgave los aan te schaffen is derhalve belangrijk. Gesuggereerd is<br />

om de tekst toegankelijker te maken door samenvattingen en meer beeldmateriaal op te nemen.<br />

Hiermee kan mogelijk een groter bereik gerealiseerd worden.<br />

Zicht op … lijkt minder goed gelezen te worden dan de themareeks, maar zij die dat wel doen zijn<br />

tevreden over de inhoud. Evenals bij de themareeks hangt de belangstelling af van het behandelde<br />

onderwerp. Losse verkoop en de mogelijkheid om de uitgaven te dow<strong>nl</strong>oaden blijven derhalve<br />

aantrekkelijk voor geïnteresseerden. De vormgeving zou aantrekkelijker gemaakt kunnen worden om<br />

de leesbaarheid te vergroten.<br />

Het lijkt erop dat er meer belangstellenden zijn voor de aanwinste<strong>nl</strong>ijst van de bibliotheek dan het<br />

huidig aantal geabonneerden. Deze lijst is een eenvoudige manier om <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland bij<br />

de klantengroepen op regelmatige basis onder de aandacht te brengen.<br />

De uitgaven van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland die als losse publicaties worden verkocht, krijgen een<br />

goede waardering.<br />

De waardering voor de publicaties van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland is net als voor de websites positief<br />

en soms zelfs zeer positief. Dit geldt met name voor Cultuureducatie Actua, Bulletin Cultuur & School<br />

en de wetenschappelijke themareeks. De waardering voor de inhoud van de publicaties is goed en<br />

geeft geen aa<strong>nl</strong>eiding wijzigingen aan te brengen. De enkele kanttekening die is gemaakt, zou op zijn<br />

merites beoordeeld moeten worden. De uitgaven van de themareeks Cultuur+Educatie en Zicht op …<br />

zouden qua vormgeving meer tot lezen moeten uitnodigen. Aangezien niet alle uitgaven bekend zijn<br />

bij de respondenten, lijkt het zinvol deze meer te promoten. Dit geldt met name voor de digitale<br />

Aanwinste<strong>nl</strong>ijst van de bibliotheek en het eveneens digitale Cultuureducatie Actua.<br />

58<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Bibliotheek en Studiecentrum<br />

De bibliotheek van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland in Utrecht trekt 1.100 fysieke bezoekers, die vaak lang<br />

(gemiddeld ca. 4 uur) van bibliotheek en studiecentrum gebruik maken. De o<strong>nl</strong>ine catalogus is in<br />

2006 door 3.123 unieke bezoekers geraadpleegd (59.632 page views). Er zijn 220 mensen lid van de<br />

bibliotheek. In 2006 zijn 1.820 publicaties uitgeleend. Via de bibliotheek worden per jaar ca. 2.040<br />

verzoeken om informatie afgehandeld. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland meent dat de aanwezige informatie<br />

voor aanzie<strong>nl</strong>ijk meer mensen interessant is dan die er op dit moment gebruik van maken. Daarom is<br />

in dit klantenonderzoek nagegaan in hoeverre de respondenten de bibliotheek van <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland in Utrecht benutten.<br />

Van de respondenten uit dit klantenonderzoek maken 21 gebruik van de diensten van bibliotheek of<br />

studiecentrum (26%). De gebruikers zijn voor een belangrijk deel werkzaam bij de<br />

lerarenopleidingen. Zestien respondenten bezoeken persoo<strong>nl</strong>ijk de bibliotheek in Utrecht (20%). Een<br />

klein aantal gebruikt alleen de o<strong>nl</strong>ine catalogus en vraagt boeken per post te leen aan. De overige 61<br />

respondenten maken in het geheel geen gebruik van de bibliotheek (74%). Een klein deel van de<br />

respondenten (13 van de 82 respondenten) weet niet van het bestaan van de bibliotheek. Aan de<br />

bibliotheekgebruikers is dan ook gevraagd hoe zij het bestaan van de bibliotheek kennen. Verreweg<br />

de meeste respondenten weten van het bestaan ervan uit de tijd van het LOKV, de rechtsvoorloper<br />

van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Een aantal mensen komt regelmatig in het gebouw aan de<br />

Ganzenmarkt in Utrecht en heeft zo de bibliotheek leren kennen. De respondenten zijn voorts ervan<br />

op de hoogte gekomen door werkcontacten met <strong>Cultuurnetwerk</strong>, door Google, via de websites van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, via de aanwinste<strong>nl</strong>ijst van de bibliotheek en/of via een collega.<br />

De gebruikers van de bibliotheek omschrijven de collectie als breed en uitgebreid. De aanwezigheid<br />

van scripties en historische publicaties worden gewaardeerd. Men vindt doorgaans wat men zoekt.<br />

Alle gebruikers van de bibliotheek zeggen volmondig tevreden te zijn over de manier waarop zij door<br />

de medewerkers van de bibliotheek en het studiecentrum geholpen zijn.<br />

Samenvattend over bibliotheek en studiecentrum<br />

De collectie van de bibliotheek wordt over het algemeen als uitgebreid en volledig beschouwd. De<br />

klantvriendelijkheid van de medewerkers is goed. Het (blijven) promoten van deze kwalitatief goede<br />

dienst onder potentiële gebruikers, met name bij docenten en studenten van lerarenopleidingen, is<br />

dus alleszins gerechtvaardigd.<br />

Het persoo<strong>nl</strong>ijk bezoek aan de bibliotheek zal echter beperkt blijven aangezien velen de afstand tot<br />

Utrecht te groot vinden. Het beschikbaar stellen van een gebruiksvriendelijke digitale catalogus en<br />

het aanbieden van on-line-informatie is daarom een goed alternatief. Met het nog steeds toenemend<br />

gebruik van het internet is het van belang dat de bibliotheek een hoge plaats scoort in zoekmachines<br />

als Google. 51<br />

51 Het zoeken op Google met als zoekterm 'cultuureducatie bibliotheek' levert als eerste hit de bibliotheek van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

op. De zoekterm 'kunsteducatie bibliotheek' leverde geen hit bij de eerste tien (27 januari 2007).<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

59


Evenementen<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland organiseert diverse evenementen zoals congressen, expertmeetings en<br />

studiedagen. Uit de tabel blijkt in hoeverre de respondenten daaraan deelgenomen hebben.<br />

Klantengroep N= Geen Dag CE Beleiddag Studiedag Expertmeeting Training<br />

Gemeenten < 90.000 inwoners 5 0 2 5 1 3 0<br />

Gemeenten > 90.000 inwoners 5 0 4 4 2 2 0<br />

Afdelingen CE provincies 5 0 2 5 2 1 1<br />

Prov. instellingen voor CE/AK 10 2 5 4 5 4 1<br />

Provinciale erfgoedhuizen 5 1 2 1 1 0 0<br />

Erfgoedinstellingen 5 0 5 1 1 2 0<br />

Instellingen beeldende kunst 5 0 5 0 2 2 1<br />

Podia en gezelschappen 5 1 4 0 2 2 0<br />

Centra voor de kunsten 10 2 2 3 5 5 0<br />

Docentenvakverenigingen 5 3 1 0 1 1 0<br />

Lerarenopleidingen v.o. 5 2 1 0 2 1 0<br />

Lerarenopleiding. kunstvakken 7 0 2 1 0 5 0<br />

Pabo's 5 0 3 0 3 4 2<br />

ROC 5 3 0 0 2 0 0<br />

Totaal 82 14 38 24 29 32 5<br />

Tabel: Deelname aan evenementen van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland naar klantengroep<br />

Dag van de cultuureducatie<br />

Het meest bezocht is de Dag van de Cultuureducatie. In 2005 trok dit evenement 217 bezoekers. In<br />

2006 waren dit er 275. Bijna de helft van de respondenten was hier een of meer keer aanwezig.<br />

Opvallend is de relatief hoge deelname van de culturele instellingen (erfgoed, beeldende kunst, podia<br />

en gezelschappen). Geen enkele respondent uit de klantengroep ROC was op de Dag van de<br />

Cultuureducatie aanwezig.<br />

Alle klantengroepen zijn overwegend positief over de Dag van de Cultuureducatie. Het evenement is<br />

zeer geschikt om te netwerken. De formule van de dag is goed, het programma wordt door sommigen<br />

als te algemeen ervaren. Enkele respondenten zouden graag zien dat er iets diepgravender op<br />

onderwerpen ingegaan zou worden. De klantengroepen in het onderwijs zijn relatief weinig aanwezig<br />

op deze jaarlijkse dag.<br />

CultuureducatieBELEIDdag<br />

De CultuureducatieBELEIDdag telde 130 deelnemers in 2006. In 2005 waren dit er 105. De dag is<br />

bestemd voor beleidsmedewerkers van gemeenten en provincies. Respondenten die de dag bezochten<br />

behoren dan ook vooral tot deze groep. Respondenten werkzaam bij onderwijsinstellingen en<br />

culturele instellingen waren hier dan ook nauwelijks aanwezig. De CultuureducatieBELEIDdag trekt<br />

vooral veel mensen die bij overheden werken. De reacties van de deelnemers aan dit evenement zijn<br />

overwegend positief en komen overeen met die over de Dag van de Cultuureducatie: er is behoefte<br />

aan meer gerichte thema's.<br />

Studiedagen en expertmeetings<br />

Studiedagen en expertmeetings mogen zich op de belangstelling van alle klantengroepen verheugen.<br />

Aangezien beide soorten bijeenkomsten veel op elkaar lijken, zijn diverse respondenten er helaas niet<br />

geheel zeker van aan welke soort bijeenkomst zij hebben deelgenomen. Slechts vier respondenten<br />

volgden een training Cultuureducatie.<br />

60<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


De studiedagen en expertmeetings worden door velen zeer positief beoordeeld. Waarschij<strong>nl</strong>ijk komt<br />

dit mede doordat deze evenementen doorgaans een duidelijk omschreven thema en een gerichte<br />

doelgroep hebben. De organisatie van de studiedagen en expertmeetings wordt over het algemeen<br />

goed gevonden.<br />

De enkele respondent die een training van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland heeft gevolgd, is tevreden over<br />

de kwaliteit hiervan, hoewel sommigen meer diepgang wensen.<br />

Uit de tabel blijkt dat veertien respondenten (17%) nooit deelgenomen hebben aan enig evenement<br />

dat georganiseerd is door <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. De in dit onderzoek betrokken medewerkers<br />

van ROC's en van de docentenvakverenigingen hebben het minst evenementen bijgewoond.<br />

Samenvattend over de evenementen<br />

Alle evenementen van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland worden door de respondenten goed georganiseerd<br />

genoemd. Ook inhoudelijk is men tevreden. Zij het dat de grote bijeenkomsten, te weten de Dag van<br />

de Cultuureducatie en de CultuureducatieBELEIDdag, door sommigen als te oppervlakkig worden<br />

aangeduid. Voor zover dit mogelijk is bij een evenement dat veel verschillende klantengroepen wil<br />

bereiken en de mogelijkheid tot netwerken wil bieden, zouden deze evenementen inhoudelijk een<br />

specifieker thema moeten krijgen. De keuze van een dergelijk thema zal overigens niet eenvoudig<br />

zijn. De respondenten hebben namelijk vele uitee<strong>nl</strong>opende thema's gesuggereerd waarin het moeilijk<br />

is een gemeenschappelijk onderwerp te ontdekken. Zo stelt men onder andere voor eerder aan de<br />

orde gestelde onderwerpen van de Dag van de Cultuureducatie en de CultuureducatieBELEIDdag uit<br />

te diepen. Of aandacht te besteden aan de relatie tussen amateurkunst en onderwijs of aan de relatie<br />

culturele instellingen en brede scholen of cultuurprofielscholen. Daarnaast noemt men als thema's:<br />

talentontwikkeling van jongeren in de creatieve industrie, de positie van muziekscholen en centra<br />

voor de kunsten in de culturele infrastructuur, cultuureducatie in het onderwijs na 2008 en de rol van<br />

centra voor de kunsten bij maatschappelijke cohesie. Vooral, zo wordt opgemerkt, zouden de<br />

workshops zeer geschikt zijn dieper op een onderwerp in te gaan.<br />

Dienstverlening<br />

Om een indruk te krijgen hoe de communicatie in het algemeen verloopt tussen de klanten en<br />

medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland is gevraagd of de respondent wel eens per email of<br />

telefonisch een vraag heeft gesteld aan <strong>Cultuurnetwerk</strong> en of deze naar tevredenheid beantwoord is.<br />

Ook is gevraagd of men tevreden was over de persoo<strong>nl</strong>ijke contacten met medewerkers van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> voor zover deze hadden plaatsgevonden. Bijna alle respondenten zijn tevreden over<br />

de wijze waarop zij beantwoord of te woord gestaan zijn. Bij de persoo<strong>nl</strong>ijke contacten is diverse<br />

malen door de respondenten geantwoord dat ze 'zeer' tevreden zijn.<br />

Wijze van vraagstelling N.v.t. Wel contact, tevreden Wel contact, ontevreden<br />

Vraag gesteld per email 62 35 2<br />

Vraag gesteld per telefoon 51 49 0<br />

Persoo<strong>nl</strong>ijk contact 18 80 1<br />

Tabel: Contacten met klanten per email, telefoon of persoo<strong>nl</strong>ijk, in procenten<br />

De respondent die niet tevreden is over het persoo<strong>nl</strong>ijke contact, is dit omdat hij zo nu en dan<br />

mensen tegenkomt waarvan hij vermoedt dat zij bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland werken, maar dat zij<br />

zich niet duidelijk als zodanig presenteren.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

61


Activiteiten, producten en diensten samen met derden<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> verricht op vraag van of samen met overheden, instellingen en organisaties studies<br />

en onderzoek, adviseert en begeleidt of organiseert expertmeetings, conferenties en dergelijke. De<br />

vragende partij investeert in tijd en of geld in de samenwerking evenals <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland.<br />

Negen van de 82 respondenten hebben van deze vorm van dienstverlening gebruik gemaakt. De<br />

samenwerkende partijen die hierover spreken, behoren tot de klantengroepen provinciale instellingen<br />

voor cultuureducatie en amateurkunst, provincies en gemeenten. Een partner werkt bij een centrum<br />

voor de kunsten. De ervaringen zijn over het algemeen positief.<br />

De meeste respondenten hebben echter op deze manier niet met <strong>Cultuurnetwerk</strong> samengewerkt. In<br />

onderstaande tabel worden de redenen hiervan gegeven. De meest genoemde reden is dat men niet<br />

wist dat zo met <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland kon worden samengewerkt. Een tweede vaak genoemde<br />

reden is dat men geen vraag heeft waar door beide partijen aan kan worden gewerkt.<br />

Reden Aantal<br />

Wist niet dat opdracht gegeven kan worden 19<br />

Heeft geen behoefte aan dergelijke dienstverlening 18<br />

Maakt gebruik van andere bureaus 9<br />

Tijdgebrek en/of geen financiën 8<br />

Is niet in de positie om externe opdrachten te geven 4<br />

Diverse redenen 9<br />

Totaal 67<br />

Tabel: Redenen waarom niet is samengewerkt met <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Presentaties<br />

De meeste respondenten hebben geen medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland ingeschakeld<br />

voor het verzorgen van presentaties zoals een lezing, gastdocentschap, workshop of een bijdrage aan<br />

een expertmeeting. Net als bij de opdrachten tot onderzoek en advisering noemden de respondenten<br />

regelmatig dat zij niet wisten dat dit mogelijk is. Zeventien van de 82 hebben <strong>Cultuurnetwerk</strong> wel<br />

ingeschakeld voor in totaal 19 presentaties. In onderstaande tabel staat voor welke soort activiteit.<br />

Presentatie aantal<br />

Gastdocentschap 5<br />

Lezing 7<br />

Workshop 4<br />

Bijdrage expertmeeting 3<br />

Tabel: Aantal opdrachten voor een presentatie naar soort<br />

De ervaringen van de respondenten met deze dienst zijn unaniem positief.<br />

Samenvattend over de dienstverlening<br />

De contacten met klanten verlopen over het algemeen naar wens. Vooral de persoo<strong>nl</strong>ijke contacten<br />

worden zeer goed gewaardeerd. Kritiek betreft het niet veranderen op de sites van gemelde fouten<br />

(een respondent) en problemen met het vinden van de juiste persoon bij telefonisch contact (een<br />

respondent). Het overnemen van de suggestie om een zogenoemd smoelenboek met foto en korte<br />

taakomschrijving van alle medewerkers op de sites te plaatsen, is het overwegen waard.<br />

Onbekend blijkt bij velen dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland samen met derden en met investering van<br />

beide partijen advies- en onderzoekswerkzaamheden verricht. De respondenten die samengewerkt<br />

hebben zijn over de geleverde diensten tevreden. Dit geldt ook voor de door medewerkers van<br />

62<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland verzorgde gastlessen, lezingen, workshops en dergelijke. Het lijkt daarom<br />

gerechtvaardigd deze vorm van dienstverlening meer bekend te maken. Naast een duidelijke<br />

vermelding op de sites van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zou hierover een folder verspreid kunnen<br />

worden onder de klantengroepen.<br />

Toekomst<br />

Tot slot is aan de respondenten de vraag gesteld wat <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland voor hen in de<br />

toekomst zou kunnen betekenen. Het meest genoemde antwoord hierop was: 'Doorgaan waar<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland mee bezig is'.<br />

Verder is veel genoemd dat medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong> vaker het land in moet trekken en het<br />

werkveld zelf moet opzoeken. Verschillende malen is ook gesteld dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland meer<br />

dan nu de toekomstige ontwikkelingen onder de aandacht zou moeten brengen van het werkveld en<br />

deze ook kritischer zou moeten beoordelen.<br />

Daarnaast hebben veel respondenten opgemerkt dat zij door dit interview gewezen zijn op producten<br />

en diensten die voor hen nog onbekend waren. Dit betreft niet alleen uitgaven en websites, maar ook<br />

de bibliotheek, onderzoeks- en adviesdiensten en het geven van gastlessen en dergelijke. Het lijkt<br />

dus zinvol om niet alleen afzonderlijke producten en diensten te promoten, maar voor de gehele<br />

organisatie een communicatiestrategie te ontwikkelen die de activiteiten, producten en diensten van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland bij alle relevante klantengroepen onder de aandacht brengt.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

63


64<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


6 Kwaliteit van het werkklimaat<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland verstaat onder de kwaliteit van het werkklimaat de wijze waarop het werk<br />

wordt georganiseerd en beleefd. Bovendien gaat het om de manier waarop de interne communicatie<br />

is geregeld en hoe de verschillende werkzaamheden en -processen op elkaar zijn afgestemd. Voorts<br />

betreft het de arbeidsomstandigheden en de mogelijkheden voor ontwikkeling, training, scholing en<br />

loopbaanplanning en hoe die worden ervaren.<br />

Achtereenvolgens wordt aandacht besteed aan de organisatievorm en werkwijze van <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland, de samenstelling van Raad van Toezicht, directie en medewerkers, de evaluatie van de<br />

interne communicatie, die in juni 2006 samen met de medewerkers is uitgevoerd. 52 Voorts wordt<br />

ingegaan op het Medewerker Tevredenheids Onderzoek (MTO) dat in het najaar van 2006 is<br />

gehouden in het kader van de Risico Inventarisatie en –Evaluatie (RIE). De Monitorgroep voerde deze<br />

TevredenheidsMonitor uit. 53 Het laatste onderdeel van dit hoofdstuk ten slotte is het scholingsbeleid,<br />

dat – geadviseerd door de OR – in gezame<strong>nl</strong>ijk overleg van MT en ST in de zomer van 2006 tot stand<br />

gekomen is. 54<br />

Organisatievorm<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland kent sinds mei 2005 drie bureaus – besteltaken, opdrachttaken en<br />

facilitaire taken – die efficiënt en hecht samenwerkend producten en diensten op het gebied van<br />

cultuureducatie realiseren. De organisatie is ingericht conform het vastgestelde organisatieschema<br />

van het Organisatie- en reorganisatieplan 2004-2005.<br />

Manager bureau besteltaken<br />

Seniors en medewerkers<br />

besteltaken<br />

Directeur<br />

Directieassistent<br />

Medewerkers staftaken<br />

Manager bureau opdrachttaken<br />

Seniors en medewerkers<br />

opdrachttaken<br />

Figuur: Organisatiestructuur <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005 en verder<br />

52 Piet Hagenaars, Marjo van Hoorn en Marlies Tal. (2006). Evaluatie van 3Bureauoverleg, Lunchbijeenkomsten en Intrafas. <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland, Utrecht, 31 augustus 2006.<br />

53<br />

MonitorGroep. (2006). TevredenheidsMonitor <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Onderzoeksrapport december 2006. Utrecht.<br />

54 Athy de With. (2006). Scholingsbeleid <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht, december 2006.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

Manager bureau facilitaire taken<br />

Senior en medewerkers facilitaire<br />

taken<br />

65


Werkwijze<br />

De ontwikkeling van producten en diensten vraagt om een intensieve samenwerking tussen de drie<br />

bureaus; vandaar dat de projectteams vaak wisselend zijn samengesteld, waarbij uiteraard rekening<br />

wordt gehouden met de beschikbare tijd en de inhoudelijke competenties van medewerkers. De een<br />

is daarbij bijvoorbeeld verantwoordelijk voor deskresearch en selectie van gegevens, de ander<br />

bewerkt deze gegevens en biedt deze in een bepaalde productvorm – grafisch, mondeling of digitaal –<br />

als kennis aan. Bij voorkeur wordt geselecteerde informatie of kennis, gebundeld op programmalijn,<br />

thema of rubriek aangeboden. Dat is noodzakelijk omdat er de afgelopen jaren een steeds complexer<br />

en omvangrijker vraag naar en aanbod van informatie en kennis over cultuureducatie is ontstaan. De<br />

kennisontwikkeling wordt nog eens verrijkt door samen met andere instellingen gericht informatie te<br />

zoeken, kennis te genereren en deze in toegankelijke vorm breed te verspreiden.<br />

Raad van Toezicht<br />

De Raad van Toezicht stelt de kaders van de programmering van de werkzaamheden vast. De Raad<br />

gebruikt daarbij als richtsnoer het vastgestelde beleidsplan 2005-2008. De Raad van Toezicht stelt<br />

bovendien – voorafgaand aan elk kalenderjaar – een begroting vast en na afloop van het boekjaar<br />

een inhoudelijk en financieel jaarverslag van activiteiten, producten en diensten die dat jaar geleverd<br />

zijn. Dit wordt ter beoordeling aan het ministerie van OCW gestuurd en in afschrift aan de Raad voor<br />

Cultuur.<br />

Samenstelling Raad van Toezicht 2006<br />

De Raad van Toezicht kende in 2006 op grond van het vigerend rooster van aftreden een wisseling<br />

van personen en functies.<br />

Rients Slippens voorzitter<br />

Cor Wijn vice-voorzitter (tot augustus 2006)<br />

Jos Darmanata penningmeester (vanaf april 2006)<br />

Ans Buys algemeen lid<br />

Wilbert van Herwijnen algemeen lid (vanaf september 2006)<br />

Henk Kraima algemeen lid (tot mei 2006)<br />

Gitta Luiten algemeen lid (tot mei 2006)<br />

Marion Schiffers algemeen lid<br />

Diederik Schönau algemeen lid (vanaf december 2006)<br />

Directie<br />

Na vaststelling van de hoofdlijnen van beleid door de Raad van Toezicht is de statutair directeur<br />

eindverantwoordelijk voor de uitvoering van beleid en programmering. Ook in 2006 was Piet<br />

Hagenaars statutair directeur van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland.<br />

Medewerkers<br />

Opbouw medewerkersbestand<br />

Eind 2005 telde <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 33 medewerkers waarvan 28 in vaste dienst, drie op<br />

tijdelijke basis en twee op basis van deeltijddetachering vanuit Stichting Ganzenmarkt 6.<br />

Ten opzichte van 2005 groeide de formatie en eind 2006 waren er 37 medewerkers in dienst waarvan<br />

26 in vaste dienst, acht op tijdelijke basis en drie op basis van deeltijddetachering vanuit Stichting<br />

Ganzenmarkt 6.<br />

66<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Het totale medewerkersbestand op 31 december 2006 bestond uit 27 vrouwen en 10 mannen.<br />

Leeftijd Man Vrouw Totaal<br />

tot 25 jaar 0 0 0<br />

25 – 35 1 9 10<br />

35 – 45 1 5 6<br />

45 – 55 2 11 13<br />

vanaf 55 jaar 6 2 8<br />

Tabel: Leeftijdsopbouw per 31 december 2006<br />

De gemiddelde leeftijd per 31 december 2006 was 44,1 jaar. Ruim 65% van de medewerkers is 45<br />

jaar of ouder. Ter vergelijking: in het verslagjaar 2005 was de gemiddelde leeftijd ca. 46 jaar en was<br />

ook ruim 65% van de medewerkers 45 jaar of ouder.<br />

De aandacht voor verjonging bij werving van nieuwe medewerkers heeft weliswaar enig effect gehad<br />

maar blijft vooralsnog een aandachtspunt.<br />

Deeltijdfactor Man Vrouw Totaal<br />

tot 0,5 1 1 2<br />

0,5 – 0,6 1 4 5<br />

0,6 – 0,7 0 3 3<br />

0,7 – 0,8 0 2 2<br />

0,8 – 0,9 6 10 16<br />

Tabel: Aantal parttimers per 31 december 2006<br />

Van de 37 medewerkers hadden er op 31 december 2006 negen een fulltime aanstelling. Circa 76%<br />

van de medewerkers heeft een parttime-aanstelling, waarbij het aantal vrouwen de overhand heeft.<br />

Om werk en zorgtaken goed te kunnen combineren, biedt <strong>Cultuurnetwerk</strong> zijn medewerkers de<br />

mogelijkheid om daar waar mogelijk parttime te werken.<br />

In– en uitstroom<br />

In 2006 vond een groot aantal personeelsmutaties plaats. Vier medewerkers verlieten <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland. Eén als gevolg van de reorganisatie in 2005, van een medewerker werd het tijdelijke<br />

dienstverband – op eigen verzoek – beëindigd. Een medewerker zette een nieuwe stap in zijn<br />

loopbaan en aanvaardde een functie buiten <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en van een medewerker tot<br />

slot eindigde het dienstverband wegens het bereiken van de OBU-gerechtigde leeftijd.<br />

In het verslagjaar werden negen nieuwe collega's verwelkomd. Twee van hen vervullen de functie van<br />

vertrokken collega's, voor de overige zeven geldt dat het gaat om vacatures die zijn ontstaan door<br />

herschikking van taken (al dan niet door vertrek van medewerkers) respectievelijk uitbreiding van<br />

werkzaamheden.<br />

Deskundigheidsbevordering<br />

In het jaar 2006 zijn vooral op individueel niveau scholingen en trainingen gevolgd. Naast de<br />

specifieke bijscholingscursussen, betrof het de training adviesvaardigheden voor junior adviseurs en<br />

de training goed waarnemen, juist interpreteren en effectief communiceren. Twee medewerkers<br />

volgden de training Word Expert (formulieren en sjablonen). Naast deze individuele scholingen vond<br />

in het najaar van 2006 een tweedaagse in company training projectmanagement plaats waar alle<br />

senior medewerkers aan deelnamen. Deze training was, naast de eerste aanzet voor scholingsbeleid,<br />

het eerste resultaat van twee beleidsmiddagen over dit onderwerp door MT en ST.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

67


Ziekteverzuim en Arbo<br />

Omdat alle medewerkers veelvuldig (en langdurig) beeldschermwerk verrichten – wat een arbo risico<br />

betekent - is in het voorjaar van 2006 een workshop beeldschermwerk georganiseerd. De workshop<br />

werd verzorgd door een arbo adviseur van Keur Company en behelsde tevens een ronde langs de<br />

individuele werkplekken. Een en ander resulteerde niet in alleen in diverse aanpassingen aan de<br />

werkplekken maar ook in de aanschaf van een groot aantal nieuwe bureaustoelen, in hoogte<br />

instelbare documenthouders en voetensteunen.<br />

Voor de verzuimbegeleiding heeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland een contract met ArboNed. In 2006 was<br />

er voor zover nodig telefonisch overleg met de casemanager van ArboNed over individuele<br />

medewerkers. De lijnen met ArboNed zijn kort en de goede bereikbaarheid van de casemanager komt<br />

de verzuimbegeleiding zeker ten goede. Het verzuimbeleid kenmerkt zich door een pro-actieve<br />

houding van het management en van personeelszaken.<br />

In 2006 bedroeg het ziekteverzuim 3 procent. Het bleef daarmee gelijk aan het verzuimpercentage in<br />

2005. Het aantal ziekmeldingen nam ten opzichte van 2005 iets af.<br />

Evaluatie van MT- en ST-overleg, 3Bureauoverleg, Lunchbijeenkomsten en<br />

Intrafas<br />

Het MT overleg<br />

Het MT bestaat uit de directeur, de managers van de drie bureaus en de ambtelijk secretaris. Het MT<br />

handelt conform hetgeen in het huishoudelijk reglement daarover is opgenomen. 55 Het MT vergadert<br />

een maal in de drie weken gedurende één uur. De directeur is voorzitter van de vergadering en hij<br />

stelt in overleg met de MT-leden de agenda vast. Het MT adviseert de directeur over beheerszaken<br />

(tijd, budget, personeel en gebouw) en stafzaken (waaronder personeel, beleid, marketing en in- en<br />

externe communicatie en internationaal beleid). In gezame<strong>nl</strong>ijkheid wordt gestreefd naar consensus,<br />

de directeur neemt de beslissingen. Het MT kan medewerkers (met staftaken) uitnodigen de<br />

vergadering bij te wonen teneinde een toelichting te geven op een op de agenda staand onderwerp<br />

en daarmee een bijdrage te leveren aan de discussie. De verslaglegging wordt verzorgd door de<br />

ambtelijk secretaris, die vervolgens de vastgestelde verslagen met daarin een besluite<strong>nl</strong>ijst van het<br />

overleg uiterlijk drie weken na de gehouden vergadering via Intrafas (intranet) verspreidt.<br />

Evaluatie<br />

Doordat de directeur de vergadering zeer doelgericht leidt creëert hij soms onvoldoende ruimte voor<br />

een goede discussie. Daarnaast schept de samenstelling van het MT-overleg enige onduidelijkheid.<br />

Zowel de senior-medewerker beleid als de consulent P&O zijn de gehele vergadering aanwezig, terwijl<br />

niet alle agendapunten hun aandacht behoeven. Vandaar dat afgesproken wordt dat het overleg,<br />

conform het huishoudelijk reglement, in principe gevoerd wordt door de managers van de drie<br />

bureaus en de directeur. Medewerkers met staftaken worden in het vervolg uitgenodigd bij díe<br />

agendapunten die met hun staftaak of staftaken te maken hebben.<br />

55 <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2006). Huishoudelijk reglement. Stichting <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Utrecht, 07 april 2006.<br />

68<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Het ST overleg<br />

Het seniorteam bestaat uit de directeur, de bureaumanagers - in hun rol van senior -, de senior<br />

medewerkers alsmede de ambtelijk secretaris. Het ST vergadert een maal in de drie weken<br />

gedurende maximaal twee uur. De directeur is voorzitter van de vergadering. De directeur stelt in<br />

overleg met de ST-leden de agendapunten vast en ST-leden voorzien de door hen ingebrachte<br />

agendapunten en of agendapunten binnen hun aandachtsgebied van korte, zakelijke notities. Het ST<br />

adviseert de directeur over de ontwikkeling van het strategisch en tactisch beleid. In gezame<strong>nl</strong>ijkheid<br />

wordt gestreefd naar consensus, de directeur neemt de beslissingen. Het ST houdt zich bezig met<br />

inhoudelijke zaken van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Onderwerpen van het ST-overleg zijn projecten op<br />

grond van besteltaken, projecten samen met derden, opdrachttaken, zijnde projectsubsidies van OCW<br />

(prioriteit, inhoud, acquisitie, offertes, personele inzet, voortgang en evaluatie) en secundaire<br />

analyses op verrichte projecten. Het ST kan medewerkers uitnodigen de vergadering bij te wonen<br />

teneinde een toelichting te geven op een op de agenda staand onderwerp en daarmee een bijdrage te<br />

leveren aan de discussie. De verslaglegging wordt verzorgd door de ambtelijk secretaris, die<br />

vervolgens de vastgestelde verslagen met daarin een besluite<strong>nl</strong>ijst van het overleg uiterlijk drie<br />

weken na de gehouden vergadering via Intrafas (intranet) verspreidt. 56<br />

Evaluatie<br />

De ST leden ervaren verschillen tussen de ST-overleggen: de ene keer is het overleg heel open en<br />

kan elke discussie gevoerd worden en een andere keer is dat helemaal niet zo. De communicatie<br />

verdient aandacht van voorzitter én deelnemers aan dit overleg zodat iedereen zijn bijdrage aan het<br />

overleg kan leveren. Om elkaar daarbij te helpen en hierop aan te kunnen spreken is in december<br />

2006 een projectmanagementcursus gehouden waarin alle betrokkenen hun kennis over het geven en<br />

ontvangen van feedback hebben opgefrist en waar afgesproken is dat zij dit waar nodig toe zullen<br />

passen.<br />

De onduidelijkheid over de status van agendapunten ervaren ST-leden soms als belemmerend. Over<br />

het algemeen worden onderwerpen zeer gedetailleerd besproken terwijl het ST toch bedoeld is voor<br />

advisering op hoofdlijnen. Zo zouden projecten in de ontwikkelfase in het ST-overleg besproken en<br />

getoetst moeten worden op relevantie voor het instituut. Definitieve projectplannen kunnen ter<br />

kennisname geagendeerd worden. Na de evaluatie is aan deze kanttekening gehoor gegeven.<br />

Voorts willen de ST-leden meer aandacht op de agenda voor beleidskwesties. Beleidsonderwerpen<br />

zouden een belangrijker onderdeel uit moeten maken van de agenda. Om tot meer inhoudelijke<br />

discussies over instituutsbeleid, aandachtsgebieden van seniors en programmalijnen te komen is<br />

voorgesteld praktische onderwerpen zoveel mogelijk te beperken. Een opbrengst van deze evaluatie<br />

is dat de agenda op een andere wijze is ingericht en dat de voorzitter de discussie, zoveel als in zijn<br />

vermogen ligt, op hoofdlijnen houdt.<br />

3Bureauoverleg, Lunchbijeenkomsten en Intrafas<br />

In het voorjaar van 2006 is aan alle medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland een vrage<strong>nl</strong>ijst<br />

voorgelegd over de interne communicatie in het instituut toegespitst op het 3Bureauoverleg, de<br />

lunchpresentaties en het digitale intranet. De antwoorden zijn geanalyseerd en in een rapportage<br />

vastgelegd. Deze is met de medewerkers besproken en aan de enkele genoemde verbeterpunten is<br />

gehoor gegeven. Daarnaast zijn in de zomer evaluaties gehouden met het management en de senior<br />

56 <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2006). Huishoudelijk reglement. Stichting <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Utrecht, 07 april 2006.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

69


medewerkers over het functioneren van het MT en het ST; ook hier is aan de voorgestelde<br />

verbeterpunten gewerkt.<br />

Aa<strong>nl</strong>eiding en opzet evaluatie<br />

Bij de reorganisatie in 2005 zijn als nieuwe fenomenen het 3Bureauoverleg, de Lunchbijeenkomst en<br />

het specifieke gebruik van Intrafas ingevoerd. Zoals bij de invoering destijds was afgesproken, zijn<br />

deze communicatievormen na driekwart jaar geëvalueerd (juni 2006). Daartoe werd een vrage<strong>nl</strong>ijst<br />

aan alle medewerkers verstrekt. Bij een aantal vragen kon één antwoordoptie worden gekozen.<br />

Voorts waren er vragen waar om een rapportcijfer werd gevraagd (1 tot en met 10). Bij de meeste<br />

vragen kon men een toelichting op het antwoord geven of een suggestie opperen. De antwoorden zijn<br />

anoniem verwerkt. Van de 31 medewerkers stuurden 23 de vrage<strong>nl</strong>ijst ingevuld terug (74%).<br />

Resultaten 3Bureauoverleg<br />

In de oude organisatie (2001-2005) vonden overleggen per bureau plaats. Vorm, inhoud en<br />

frequentie kregen in ieder bureau een eigen invulling. In de nieuwe organisatie is het 3Bureauoverleg<br />

geïntroduceerd en wordt wat dat betreft meer eenvormigheid nagestreefd. Het 3Bureauoverleg dient<br />

ter verspreiding en uitwisseling van informatie over de organisatie en projecten. Projecten en<br />

activiteiten worden in dit 3Bureauoverleg overigens niet inhoudelijk besproken, dat gebeurt in de<br />

projectteams.<br />

Frequentie, dag, duur en tijdstip<br />

Het 3Bureauoverleg wordt eens in de zes weken op maandag gehouden van 10.00 tot 11.30 uur en<br />

duurt ongeveer 1,5 uur.<br />

De meeste responderende medewerkers (78%) zijn tevreden over de frequentie van het overleg. Nog<br />

eens drie medewerkers (13%) is hier zeer tevreden over. Twee medewerkers antwoorden neutraal.<br />

Dat het 3Bureauoverleg op maandag wordt gehouden stemt zestien medewerkers tevreden en nog<br />

eens drie zeer tevreden (samen 83%). Twee medewerkers zijn ontevreden over de maandag als<br />

vergaderdag omdat deze dag normaal gesproken hun vrije dag is. Zij stellen voor het 3Bureauoverleg<br />

op dinsdag te houden. Twee medewerkers beantwoorden deze vraag neutraal.<br />

Achttien medewerkers (78%) zijn tevreden of zeer tevreden over het tijdstip waarop het overleg<br />

wordt gehouden. Twee medewerkers zijn minder tevreden met die tijd, zij vinden dat er dan weinig<br />

werktijd over blijft op maandag. Een van hen suggereert het 3Bureauoverleg van 12.00 tot 13.30 uur<br />

te houden. Drie medewerkers beantwoorden deze vraag neutraal.<br />

De meeste responderende medewerkers (74%) zijn tevreden over de duur van het 3Bureauoverleg<br />

(1,5 uur). Twee medewerkers zijn daar ontevreden over en vinden dat het overleg wel ingekort mag<br />

worden tot 1 uur. Vier medewerkers beantwoorden deze vraag neutraal.<br />

Samenstelling (schaal/omvang en deelnemers) van het 3Bureauoverleg<br />

De samenstelling van het 3Bureauoverleg ervaren twintig respondenten als goed. Bij de argumenten<br />

daarvoor zeggen meerdere medewerkers dat zij het goed vinden omdat alle medewerkers zo bij<br />

elkaar komen. Een andere medewerker merkt op dat je zo ook collega's hoort en ziet waar je via het<br />

werk geen contact mee hebt. Ook merken enkele medewerkers op dat iedereen zo dezelfde<br />

informatie krijgt. Twee respondenten vinden de samenstelling goed omdat zo alle medewerkers de<br />

gelegenheid krijgen om vragen te stellen en nog eens twee medewerkers vinden de samenstelling<br />

goed omdat het de betrokkenheid en de samenhang in de organisatie vergroot. Twee medewerkers<br />

vinden de samenstelling slecht en hebben als kanttekening bij de groepsgrootte dat die belemmerend<br />

werkt bij het stellen van vragen.<br />

70<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Kenmerken 3Bureauoverleg<br />

Een reden om een 3Bureauoverleg in te stellen was efficiëntie (meer mensen tegelijk dezelfde<br />

informatie verstrekken) en om meer eenvormigheid te creëren (minder verschillende boodschappers<br />

met hetzelfde bericht). Tijdens het 3Bureauoverleg wordt informatie uitgewisseld en worden<br />

medewerkers in de gelegenheid gesteld om vragen te stellen. De medewerkers is gevraagd een<br />

rapportcijfer te geven voor de efficiëntie, eenvormigheid, informatie uitwisseling, mogelijkheid om<br />

vragen te stellen en de waarde van het 3Bureauoverleg en dit cijfer toe te lichten.<br />

De efficiëntie waarderen de responderende medewerkers met gemiddeld een 7,4 (variërend van een<br />

6,5 tot een 9) en eenvormigheid met gemiddeld een 7,5 (variërend van een 7 tot een 9). Dat zijn dus<br />

twee ruime voldoendes.<br />

De uitwisseling van informatie waarderen de medewerkers met een 6,8 gemiddeld (variërend van een<br />

4 tot een 8). Twee medewerkers geven een onvoldoende. In de toelichting daarop wordt gezegd dat<br />

er wel informatie vanuit het MT en ST komt, maar weinig vanuit het personeel zelf. De verklaring<br />

daarbij is dat (onder andere) niet alle medewerkers even makkelijk spreken in een grote groep.<br />

De gelegenheid die het 3Bureauoverleg biedt om vragen te stellen wordt met een 6,8 gemiddeld<br />

gewaardeerd (variërend van een 4 tot een 8). Twee medewerkers geven een onvoldoende. Vier<br />

medewerkers merken op dat de groepsgrootte belemmerend is om inhoudelijke vragen te stellen.<br />

De waarde van het 3Bureauoverleg taxeren medewerkers gemiddeld met een 7,3 (variërend van een<br />

5 tot een 9). Een medewerker vindt het waardevol om zo bij elkaar te zitten. Twee medewerkers<br />

vinden het waardevol, maar missen naast het 3Bureauoverleg een kleinschalig overleg. Het cijfer vijf<br />

is gegeven door een medewerker die de feitelijke informatie waardeert, maar de informatieuitwisseling<br />

mist.<br />

De inhoud van het 3Bureauoverleg<br />

De vraag was hier wat de medewerkers inhoudelijk van het 3Bureauoverleg vinden (antwoordopties<br />

respectievelijk interessant, noodzakelijk of anders) en of ze dat wilden toelichten.<br />

Tien medewerkers vinden het 3Bureauoverleg inhoudelijk interessant, zeventien medewerkers vinden<br />

het inhoudelijk noodzakelijk en vier medewerkers missen inhoudelijke diepgang. Verschillende<br />

respondenten hebben hier meerdere antwoorden gegeven.<br />

De vaste onderwerpen van het 3Bureauoverleg<br />

Hoe de responderende medewerkers de onderwerpen waarderen van het 3Bureauoverleg maakten zij<br />

kenbaar door rapportcijfers te geven.<br />

De besluite<strong>nl</strong>ijst van het MT en ST waarderen zij met een 6,8 (variërend van een 5 tot een 9). Drie<br />

medewerkers vinden het goed dat zij de gelegenheid krijgen om daar vragen over te stellen; twee<br />

medewerkers vinden het lezen van de besluite<strong>nl</strong>ijsten informatief en drie medewerkers vinden de<br />

besluite<strong>nl</strong>ijsten te summier.<br />

Het onderwerp mededelingen wordt met een 7,5 gewaardeerd (variërend van een 6 tot een 9). Wel<br />

zou er nog iets meer uit bureaus en medewerkers zelf mogen worden ingebracht.<br />

Het overzicht werkzaamheden wordt gemiddeld met een 7 gewaardeerd (variërend van een 6 tot een<br />

9). Vier medewerkers ervaren het overzicht als informatief; twee vinden het onoverzichtelijk en een<br />

vindt dat het weinig toevoegt. Een medewerker vindt dat het niet inhoudelijk besproken hoeft te<br />

worden terwijl een andere medewerker graag van ieder project wat meer informatie zou krijgen.<br />

Het onderwerp toelichting nieuwe projecten wordt gewaardeerd met een 7,4 gemiddeld (variërend<br />

van een 6,5 tot een 9). De meeste medewerkers ervaren dit als een heel informatief onderwerp (6<br />

medewerkers). Wel zouden zij willen dat de informatie soms wat beknopter of duidelijker wordt<br />

gepresenteerd (4 medewerkers).<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

71


Verslag van het 3Bureauoverleg<br />

In het schema overlegstructuur staat dat het 3Bureauoverleg in een actielijst resulteert waarvan de<br />

relevante mededelingen op Intrafas worden geplaatst. In de praktijk levert dit een verslag van het<br />

overleg op. Wat is de mening van de medewerkers over dit verslag?<br />

Het verslag van het 3Bureauoverleg geeft eenentwintig medewerkers voldoende informatie over wat<br />

er besproken is.<br />

Wensen voor de toekomst<br />

Hier was de vraag wat medewerkers graag veranderd zien aan het 3Bureauoverleg als het gaat om de<br />

samenstelling, de duur, de frequentie, de onderwerpen en het verslag. Ook is hen gevraagd of ze<br />

andere suggesties hebben voor het 3Bureauoverleg.<br />

Twee medewerkers willen iets veranderen aan de duur (korter, bijvoorbeeld 1 uur), een medewerker<br />

wil de frequentie verlagen naar een paar keer per jaar over de koers van het instituut en vijf<br />

medewerkers willen de onderwerpen veranderen. Twee medewerkers vinden dat de onderwerpen nu<br />

te oppervlakkig worden besproken. Een medewerker zou niet zozeer de onderwerpen willen<br />

veranderen als wel de suggestie dat er van informatie-uitwisseling sprake zou zijn willen wegnemen<br />

en accepteren dat het 3Bureauoverleg eenrichtingsverkeer is. Twee medewerkers wensen meer<br />

inbreng van de medewerkers maar doen geen suggestie hoe dit gerealiseerd kan worden. Een<br />

medewerker wil graag alle vergaderstukken uitgeprint vinden in de postbakjes; dat zou efficiënter zijn<br />

en dan zouden de stukken compleet zijn. Een medewerker vindt dat projectleiders nu nog veel aan<br />

het woord zijn en zou het op prijs stellen als medewerkers meer aan het woord komen.<br />

Resultaten Lunchbijeenkomsten<br />

Na de reorganisatie zijn Lunchbijeenkomsten ingesteld. Bij de Lunchbijeenkomsten wordt een<br />

inhoudelijk onderwerp of project centraal gesteld waarover gediscussieerd kan worden en waarvoor<br />

een spreker (intern of extern) gevraagd wordt.<br />

Frequentie, dag, duur en tijdstip<br />

De Lunchbijeenkomsten worden eens in de zes weken op maandag gehouden van 12.30 tot 14.00 uur<br />

en duren ongeveer 1,5 uur. De medewerkers is gevraagd een mening te geven door middel van een<br />

kruisje, een toelichting er op en eventueel een suggestie. De antwoordopties waren: zeer tevreden;<br />

tevreden; neutraal; ontevreden en zeer ontevreden.<br />

Achttien van de 23 responderende medewerkers zijn tevreden of zeer tevreden over de frequentie<br />

van de Lunchbijeenkomsten. Twee medewerkers vinden de frequentie te hoog en zouden graag iets<br />

minder vaak bij elkaar komen. Een medewerker zou liever vaker en dan korter bij elkaar komen.<br />

Twee medewerkers beantwoorden deze vraag neutraal.<br />

Vijftien medewerkers zijn tevreden of zeer tevreden over de dag, maandag, van de<br />

Lunchbijeenkomsten. Twee medewerkers zijn ontevreden over de dag omdat zij dan niet werken. Zij<br />

zouden liever op een dinsdag of donderdag bij elkaar komen. Vijf medewerkers beantwoorden deze<br />

vraag neutraal.<br />

Over het tijdstip zijn vijftien medewerkers tevreden of zeer tevreden. Drie medewerkers zijn<br />

ontevreden over het tijdstip omdat de informatiebalie in de bibliotheek om 13.30 uur open gaat en<br />

stellen voor de lunchbijeenkomst iets te vervroegen van 12.00 tot 13.30 uur.<br />

Over de duur van de Lunchbijeenkomst, 1,5 uur, zijn veertien medewerkers tevreden of zeer<br />

tevreden. Zes medewerkers vinden de bijeenkomst te lang en zouden liever 1 uur bij elkaar komen.<br />

Drie medewerkers beantwoorden deze vraag neutraal.<br />

72<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


De samenstelling (schaal/omvang en deelnemers)<br />

De Lunchbijeenkomst is voor iedereen. Negentien medewerkers vinden de samenstelling goed. Vier<br />

medewerkers vinden de samenstelling slecht of hebben anders ingevuld. Zij hebben kanttekeningen<br />

bij het verschil in kennisniveau van de medewerkers: voor de een kan het onderwerp te oppervlakkig<br />

besproken worden en voor de ander is het juist te diepgaand waardoor hij het niet kan volgen. Een<br />

andere medewerker vulde in de toelichting in dat het goed is om alle medewerkers te betrekken bij<br />

onderwerpen die het instituut aangaan zodat zij er kennis van kunnen nemen.<br />

Waardering doelen Lunchbijeenkomsten<br />

Het organiseren van Lunchbijeenkomsten heeft als reden om de discussie te stimuleren die leidt tot<br />

het leggen van dwarsverbanden en aanknopingspunten en om gezame<strong>nl</strong>ijk over thema's inhoudelijk<br />

van gedachten te wisselen. Medewerkers waarderen deze aspecten met magere voldoendes: discussie<br />

krijgt gemiddeld een 6,2; dwarsverbanden gemiddeld een 6,1; aanknopingspunten gemiddeld een 6,3<br />

en de uitwisseling van gedachten krijgt gemiddeld een 6,5.<br />

Het resultaat van de lunchbijeenkomsten zou ook moeten zijn dat medewerkers informeel bij elkaar<br />

komen. De responderende medewerkers waarderen dit aspect met gemiddeld een 6,7. Acht<br />

medewerkers merken daarbij op dat zij de sfeer niet als informeel ervaren en een van hen denkt dat<br />

dit komt door de vergaderopstelling.<br />

De lunchbijeenkomsten die tot nu toe gehouden zijn werden gewaardeerd met gemiddeld een 6,8 tot<br />

en met een 7,6. Geen van de respondenten gaf een onvoldoende.<br />

Wensen en suggesties voor de toekomst<br />

Voor wat betreft de duur stellen vijf medewerkers voor de bijeenkomsten in te korten tot 1 uur. Drie<br />

medewerkers stellen voor om een duidelijk informeel lunchgedeelte in te bouwen.<br />

Bij de onderwerpen stellen twee medewerkers voor vaker praktijkmensen uit te nodigen en een<br />

medewerker geeft de voorkeur aan externe sprekers boven interne. Twee medewerkers zouden graag<br />

onderwerpen aan de orde stellen die meer gerelateerd zijn aan het werk. Een andere medewerker<br />

stelt voor om de onderwerpen telkens door wisselende groepen te laten voorbereiden om de<br />

betrokkenheid te vergroten. Over het informeel bijeenkomen worden veel opmerkingen gemaakt. Een<br />

van de medewerkers zou graag willen dat er een sfeer gecreëerd wordt waarin ook minder<br />

hoogdravende ideeën de ruimte krijgen. Twee medewerkers vinden dat er meer respect moet zijn<br />

voor verschillen in kennisniveaus. Drie medewerkers vinden de vergaderopstelling te formeel en een<br />

van hen suggereert om in de lounge bij elkaar te komen.<br />

Resultaten Intrafas<br />

De interne communicatie van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland gaat via Intrafas, Profit vandaag. Iedere<br />

medewerker is verzocht de link (http://lambik/INTRAFAS/Default.asp) als startpagina voor Internet in<br />

te stellen zodat geen interne berichten gemist worden. Het blijkt dat vijftien van de 23 responderende<br />

medewerkers dit ook hebben gedaan.<br />

Dagelijks gebruik Intrafas<br />

Alle 23 responderende medewerkers bekijken Intrafas wel eens. Vier doen dit dagelijks, vier doen dit<br />

twee keer per week, tien bekijken Intrafas wekelijks en vijf bekijken deze pagina eens per maand.<br />

De medewerkers is vervolgens gevraagd welke menu items zij raadplegen en waarvoor zij dit doen.<br />

Een medewerker zegt de genoemde menu items organisatie, personeelszaken besluite<strong>nl</strong>ijsten en<br />

ondernemingsraad nooit te raadplegen maar alleen profit vandaag te lezen. Andere medewerkers<br />

raadplegen de menuonderdelen wel.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

73


Kwaliteit van de informatie op Intrafas<br />

De vraag was of medewerkers een rapportcijfer wilden geven voor de kwaliteit van de informatie die<br />

je op Intrafas kunt vinden, zoals over de organisatie, personeelszaken, besluite<strong>nl</strong>ijsten en de<br />

ondernemingsraad en dit cijfer wilden toelichten.<br />

De responderende medewerkers waarderen de kwaliteit van de informatie die ze op Intrafas kunnen<br />

vinden zoals over organisatie, personeelszaken, besluite<strong>nl</strong>ijsten en de ondernemingsraad gemiddeld<br />

met een 7,3.<br />

Suggesties voor verbetering van Intrafas<br />

Medewerkers doen de volgende suggesties voor verbetering van Intrafas. Vier medewerker vinden<br />

dat Intrafas toegankelijker en aantrekkelijker gemaakt moet worden. Een medewerker bevestigt dit<br />

door het verzoek belangrijke berichten te allen tijde per email te willen ontvangen. Nog eens vier<br />

medewerkers zouden graag een gebruiksvriendelijker Intrafas zien waarbij documenten geprint<br />

kunnen worden, met de browserpijl teruggegaan kan worden in plaats van de pagina telkens te<br />

vernieuwen en een programma te gebruiken dat meer overeenkomst met andere programma's die we<br />

gebruiken zodat Intrafas minder weerstand op roept. Drie medewerkers stellen voor Intrafas<br />

overzichtelijker te maken door de indeling of structuur te verbeteren. Drie medewerkers vinden<br />

Intrafas nu saai, zij zouden ook wat meer informele rubriekjes willen die het geheel dan<br />

aantrekkelijker maken. Twee medewerkers vinden de informatie op Intrafas niet actueel en een mist<br />

een archief functie.<br />

Conclusies 3Bureauoverleg, Lunchbijeenkomsten, Intrafas<br />

Tijdens het 3Bureauoverleg van 4 september 2006 is deze rapportage besproken en zijn de volgende<br />

afspraken gemaakt.<br />

3Bureauoverleg<br />

Om het 3Bureauoverleg minder eenrichtingsverkeer te laten zijn wordt afgesproken op de agenda een<br />

agendapunt 'mededelingen werknemers' op te nemen.<br />

Om de kans op uitwisseling en verdieping te vergroten neemt de voorzitter gedurende de vergadering<br />

meer tijd om medewerkers de gelegenheid te bieden vragen over een bepaald onderwerp te stellen.<br />

De onderwerpen van het 3Bureauoverleg worden aangevuld met evaluatie van projecten, beleid van<br />

het instituut en landelijke inhoudelijke ontwikkelingen.<br />

Het MT heeft een format opgesteld voor toelichting op nieuwe projecten zodat dit meer eenvormig zal<br />

gebeuren. Daarnaast let de voorzitter erop dat men niet te veel uitweidt.<br />

Lunchbijeenkomsten<br />

Afgesproken is de tijd van de Lunchbijeenkomsten te vervroegen en om 12.00 uur te beginnen in<br />

plaats van 12.30 uur. Ook het programma van de Lunchbijeenkomsten wordt aangepast en kent nu<br />

een uur presentatie (zaal) en een half uur discussie met een zelf te verzorgen lunch (lounge).<br />

Voorts is afgesproken - conform de uitgesproken wensen van de medewerkers – dat de onderwerpen<br />

van de Lunchbijeenkomsten praktijk- en projectgerelateerd te zijn.<br />

Intrafas<br />

Om de actualiteit van Intrafas te waarborgen wordt de eindverantwoordelijkheid gelegd bij (interne)<br />

communicatie, die voorts gevraagd is na te denken over een mogelijk andere vormgeving.<br />

74<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Medewerkers Tevredenheids Onderzoek (MTO)<br />

Eind november 2006 is door de MonitorGroep een onderzoek uitgevoerd naar de tevredenheid van de<br />

medewerkers. De vrage<strong>nl</strong>ijst is door het MT in overleg met de OR voorbereid en voorgelegd aan alle<br />

personeelsleden. Medio december ontving <strong>Cultuurnetwerk</strong> de resultaten in een uitvoerige rapportage<br />

die in het MT en met de OR is besproken. Ook de bespreking met de medewerkers van de resultaten<br />

van dit MTO is samen met de OR voorbereid en uitgevoerd.<br />

Slotconclusie<br />

De slotconclusie van de MonitorGroep is dat er geen directe noodzaak is tot verbeteracties, maar dat<br />

het vasthouden van positieve punten wel van belang is. Hierna zijn de belangrijkste conclusies uit het<br />

onderzoek opgenomen zoals die zijn geformuleerd door de MonitorGroep. Bij een enkele conclusie van<br />

de Monitorgroep is een kanttekening van het MT in cursief toegevoegd.<br />

Algemene conclusies MTO MonitorGroep<br />

1. Aan het onderzoek hebben alle uitgenodigde medewerkers deelgenomen. Dit is een uitermate<br />

hoge respons en duidt erop dat de betrokkenheid optimaal is.<br />

De medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland geven gemiddeld een 7,4 (op een schaal van 1-<br />

10) als waardering voor de algemene tevredenheid met de organisatie en het werk. Dit is hoger<br />

dan het gemiddelde in andere organisaties in Nederland (7,1). Op alle vijf de hoofdgebieden 57<br />

blijken de medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland meer tevreden te zijn dan bij andere<br />

organisaties.<br />

2. Het hoofdgebied bedrijf en product wordt het meest positief beoordeeld. Minimaal driekwart van<br />

de medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland heeft affiniteit met het werk of product dat<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland levert, is trots op zijn werk en vindt dat hij bij een leuke organisatie<br />

werkt.<br />

3. De hoogst gewaardeerde stelling is De inhoud van mijn werk is leuk. Liefst 94% van de<br />

medewerkers is hier tevreden over. En voor eveneens 94% van de medewerkers is het de<br />

belangrijkste reden om bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland te blijven.<br />

4. Het hoofdgebied dat het minst positief wordt beoordeeld is de arbeidsvoorwaarden. Dit komt<br />

zeker niet door de materiële waardering (de primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden) want<br />

deze worden ruim hoger gewaardeerd dan bij andere organisaties. Kritiek is er vooral op het<br />

gebied van de gelijke behandeling. De laagst gewaardeerde stelling is namelijk In de organisatie<br />

wordt iedereen op dezelfde manier behandeld. Slechts 19% is het met deze stelling eens, 31%<br />

beantwoordt deze vraag neutraal en 50% is het met deze stelling oneens.<br />

5. De belangrijkste reden om <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland eventueel te verlaten is het gebrek aan<br />

doorgroeimogelijkheden. 36% van de medewerkers is deze mening toegedaan, hoewel er volgens<br />

86% van de medewerkers voldoende trainings- en opleidingsmogelijkheden zijn. Op dit punt is<br />

het grootste positieve verschil met de benchmark te zien (+32%).<br />

6. Het grootste negatieve verschil met de benchmark behoort toe aan de stelling Onze organisatie is<br />

modern en innovatief. Bijna de helft van de medewerkers beantwoordt deze vraag neutraal, 19%<br />

is het met deze stelling oneens en een derde van de medewerkers is het met deze stelling eens<br />

tegenover de helft van de medewerkers in andere organisaties (-17%). Het is niet helemaal<br />

duidelijk waaraan dit punt refereert. Wat betreft apparatuur lijkt dit geen aandachtpunt, want<br />

57 De vijf hoofdgebieden van het MTO betreffen bedrijf en product, arbeidsorganisatie, arbeidsinhoud, arbeidsvoorwaarden en<br />

arbeidsomstandigheden (Zie tevens bijlage 2 van dit rapport).<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

75


zowel de kwaliteit van de apparatuur (86% van de medewerkers is daar positief over) als de<br />

kwantiteit van de apparatuur (92% van de medewerkers is daar positief over) scoren hoog.<br />

7. Als de prioriteitenmatrix onder de loep genomen wordt, valt op dat er geen directe prioriteit tot<br />

verbetering van bepaalde onderwerpen noodzakelijk is bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Dit<br />

betekent niet dat er geen verbeterpunten zijn maar het accent ligt op het vasthouden.<br />

8. Het belangrijkste verbeterpunt bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland vindt men de communicatie en<br />

informatievoorziening. In de toelichting bij dit verbeterpunt, verwijst een enkele opmerking naar<br />

de afstemming van het werk tussen de afdelingen.<br />

Opmerking MT: Dit is opvallend omdat de stellingen over communicatie door ongeveer driekwart<br />

van de medewerkers positief worden beantwoord en ongeveer een vijfde van de medewerkers<br />

daar neutraal over is. Minder dan tien procent van de medewerkers is het met deze stellingen<br />

oneens (stellingen 14, 21 en 32). Met de stellingen over samenwerking in en tussen de bureaus<br />

(stellingen 13 en 31) is gemiddeld bijna vier vijfde van de medewerkers het eens en de werksfeer<br />

tussen collega's scoort zeer hoog (stelling 4).<br />

9. De loyaliteit naar de organisatie lijkt goed. De helft van de medewerkers werkt al meer dan 5 jaar<br />

bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en meer dan de helft (58%) van de medewerkers verwacht er nog<br />

langere tijd (3 jaar of langer) te zullen werken. Slechts 9% van de medewerkers verwacht binnen<br />

drie jaar te zullen vertrekken bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Anderzijds zegt een behoorlijk deel<br />

(33%) van de medewerkers nog niet te weten hoe lang ze bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> verwachten te<br />

blijven, terwijl iets meer dan de helft (53%) van de medewerkers er zeker van is dat hij zijn baan<br />

kan behouden.<br />

10. Van de vijf extra stellingen die door <strong>Cultuurnetwerk</strong> aan de vrage<strong>nl</strong>ijst zijn toegevoegd kreeg de<br />

stelling Ik weet wat mijn projectleider van mij verwacht de hoogste waardering: 61% van de<br />

medewerkers was het hiermee eens en 8% was het oneens. De laagste waardering gaven de<br />

medewerkers aan de toegevoegde stelling Conflictsituaties worden naar tevredenheid opgelost.<br />

Slechts 14% van de medewerkers was het eens met deze stelling en 38% oneens.<br />

11. Bezien vanuit het INK-model wordt het aspect Algemeen het laagst gewaardeerd. Ook gezien de<br />

opmerkingen die de medewerkers maken over de organisatie en resultaten van het onderzoek ligt<br />

hier een winstpunt.<br />

Opmerking MT en OR: Volgens MT en OR klopt deze conclusie van de MonitorGroep niet. Uit de<br />

rapportage blijkt dit juist het hoogst gewaardeerde aspect met 84% waardering. De andere<br />

aandachtsgebieden scoren ook allemaal voldoende tot ruim voldoende zoals 'Leiderschap' met<br />

67%, 'Strategie en beleid' met 68%, 'Personeelsmanagement' met 61%, 'Middelenmanagement'<br />

met 79% en 'Processen' met 60%. In deze gemiddelden zijn alleen de waarden 'helemaal eens'<br />

en 'eens' betrokken. De waarde 'neutraal' speelt bij de berekening geen rol.<br />

12. Bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland blijken de culturen redelijk evenwichtig verdeeld te zijn. Dit kan<br />

duiden op een cultuur waar de organisatie centraal wordt geregisseerd en waarbij de ambitie van<br />

de organisatie belangrijk is.<br />

13. Er zijn (grote) verschillen in tevredenheid tussen de verschillende afdelingen. De vervolg- en<br />

verbeteracties vergen per afdeling dan ook een andere aanpak. We adviseren om per afdeling<br />

een pagina op te stellen met de belangrijkste conclusies en verbeterpunten.<br />

Opmerking MT: In bijlage 2 is per stelling het antwoord van de bureaumedewerkers te zien,<br />

waardoor dit vergelijkbaar is met het gemiddeld antwoord van alle medewerkers. Voorts kan dit<br />

vergeleken worden met de gegevens van de benchmark. Weliswaar zijn er verschillen maar deze<br />

kunnen vaak verklaard worden uit de functies van het bureau.<br />

76<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


14. Samengevat constateert de MonitorGroep het volgende — algemene — beeld bij <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland: <strong>Cultuurnetwerk</strong> is een organisatie waar de medewerkers over het algemeen meer<br />

tevreden zijn dan gemiddeld. Op vrijwel alle onderwerpen zijn de medewerkers meer tevreden<br />

dan in andere organisaties. Ze zijn vooral te spreken over de inhoud van het werk. De primaire<br />

en secundaire arbeidsvoorwaarden worden ook erg goed gewaardeerd; over de gelijke<br />

behandeling zijn ze minder tevreden.<br />

Er is geen directe noodzaak tot grote verbeteracties, maar het vasthouden van positieve punten<br />

is wel van belang. Een slotwoord is daarbij wellicht op zijn plaats, namelijk dat het vaak nog<br />

moeilijker is om de tevredenheid vast te houden dan de tevredenheid te vergroten, aldus de<br />

MonitorGroep.<br />

In onderstaande 2 tabellen zijn de door de MonitorGroep weergegeven top 5 van genoemde sterke<br />

punten en de genoemde 5 belangrijkste te verbeteren (aandacht vragende) punten. Deze stellingen<br />

zijn gekozen uit de reguliere stellingen van de MonitorGroep.<br />

Vraag top 5 stellingen Gemiddeld (1-5) Benchmark<br />

De inhoud van mijn werk is leuk 4,2 4,0<br />

Ik heb plezierige werktijden 4,1 4,0<br />

Ik heb afwisselend werk 4,1 3,9<br />

Ik heb goede arbeidsvoorwaarden zoals pensioen, vakantiedagen etc. 4,1 3,5<br />

Ik heb affiniteit met het soort werk of het product dat onze organisatie<br />

levert<br />

4,1 4,0<br />

Top 5 genoemde sterke punten (schaal 1-5; 3 = gemiddeld)<br />

Vraag laagste 5 stellingen Gemiddeld (1-5) Benchmark<br />

In de organisatie wordt iedereen op dezelfde manier behandeld 2,7 2,9<br />

Ik kan verder doorgroeien in deze organisatie 2,8 2,9<br />

De samenwerking tussen de verschillende afdelingen is goed 2,9 2,9<br />

Er zijn voldoende collega's om het werk op mijn gebied te kunnen doen 3,1 3,1<br />

Onze organisatie is modern en innovatief 3,2 3,4<br />

Top 5 genoemde belangrijkste te verbeteren punten (schaal 1-5; 3 = gemiddeld)<br />

Op 25 januari 2007 zijn de resultaten van het MTO besproken met de OR, die zegt verheugd te zijn<br />

met de goede resultaten van het MTO. De OR merkt bovendien op dat het plezierig is dat iedereen in<br />

het bedrijf aan het onderzoek mee heeft gewerkt. Vervolgens is het MTO besproken in het 3B-overleg<br />

van 5 maart, dat gezame<strong>nl</strong>ijk door directeur en OR werd voorbereid.<br />

Pas na de bespreking in het 3B-overleg wordt besloten over eventuele vervolgstappen in relatie met<br />

de uitkomsten van de in de eerste helft van 2006 uitgevoerde evaluaties van het 3Bureauoverleg, de<br />

Lunchbijeenkomsten, Intrafas, MT en ST.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

77


Scholingsbeleid<br />

Tijdens twee beleidsdagen in juni en september 2006 is door het MT en ST een aantal doelstellingen<br />

voor het scholingsbeleid geformuleerd. 58 Voorafgaand aan deze beleidsdagen heeft de OR<br />

medewerkers geraadpleegd om na te gaan welke behoeften er zijn op het gebied van scholing. Uit de<br />

gesprekken bleek onder meer dat werknemers bij scholing niet alleen denken aan (externe of incompany)<br />

trainingen of cursussen, maar ook aan acties (zoals evaluaties), coaching, begeleiding bij<br />

het opdoen van (nieuwe) werkervaringen, of activiteiten die ten goede komen aan de werksfeer.<br />

Een samenvatting van deze raadpleging is door de OR in een notitie vastgelegd met als missie:<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> is een lerende organisatie die open staat voor ontwikkeling. 59 Deze notitie is door MT<br />

en ST tijdens de scholingsbeleidsdagen benut.<br />

Algemeen uitgangspunt voor het scholingsbeleid is dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> een lerende organisatie is<br />

vanuit de gedachte dat een dergelijke visie en aanpak bijdragen aan het succes van de organisatie.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> wil een lerende organisatie zijn waarin een leven lang leren door talentontwikkeling<br />

en samenwerking centraal staat. Medewerkers worden, gerelateerd aan hun functie, in staat gesteld<br />

te werken aan wat hen boeit. Bovendien is iedereen verantwoordelijk voor het creëren van een<br />

omgeving waarin leren mogelijk is, bijvoorbeeld door die mogelijkheden actief te zoeken, informatie<br />

en kennis te delen en feedback te geven.<br />

Er wordt vanuit gegaan dat iedere medewerker over bepaalde basisvaardigheden beschikt en voorts<br />

uitblinkt in een aandachtsgebied, een specialisme of juist door breed inzetbaar te zijn. <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

stimuleert dan ook dat elke medewerker zich (meer) specialiseert in bepaalde werkzaamheden en of<br />

in specifieke kennisgebieden waardoor hij of zij hierin excellent wordt.<br />

Vandaar dat bij de vaststelling van het scholingsbeleid rekening gehouden is met deze visie, zoals ook<br />

met het instituutsbeleid, klantengroepen, productgroepen informatie & documentatie, advies &<br />

begeleiding en studies & onderzoek alsook met de uitkomsten van de TevredenheidsMonitor.<br />

De concrete doelstellingen van het scholingsbeleid zijn dan ook:<br />

- scholing als middel om de in het beleidsplan geformuleerde doelstellingen te realiseren<br />

- scholing ten behoeve van het actualiseren van (vak) kennis<br />

- scholing ten behoeve van het bevorderen van verdieping, doorstroom en groei<br />

- scholing ter bevordering van binding met de organisatie en als motivatie-instrument<br />

Bij de eerste twee doelstellingen vindt scholing nadrukkelijk plaats in het bedrijfsbelang. Immers, de<br />

kwaliteit van het personeel heeft van binnenuit de meeste invloed op het functioneren van de<br />

organisatie. De laatste twee doelstellingen dienen niet alleen het bedrijfsbelang maar zeker ook dat<br />

van de individuele medewerker zelf. Scholing is in die gevallen meer ontwikkelingsgericht. 60 In de in<br />

november 2006 bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland gehouden TevredenheidsMonitor scoort de wens tot<br />

scholing, opleiding en ontwikkeling hoog.<br />

58<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2006). Aanzetten tot het scholingsbeleid <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. Utrecht, september 2006.<br />

59<br />

Ondernemingsraad <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2006). Notitie ondernemingsraad voor het Scholingsplan <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland.<br />

Utrecht, 29 mei 2006.<br />

60<br />

Uit recente onderzoeken blijkt overigens dat vooral de jongere werknemer veel belang hecht aan scholing en ontwikkeling, meer dan aan<br />

78<br />

een goed salaris bijvoorbeeld.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Scholingsbeleid in de praktijk<br />

Tijdens de beleidsmiddag in juni en september 2006 is door het MT en ST – al dan niet expliciet – een<br />

aantal competenties, bestaande uit kennisgebieden en vaardigheden, geformuleerd. Het betreft onder<br />

meer kennis van recente ontwikkelingen op het terrein van cultuureducatie, kennis van het<br />

cultuureducatieve veld, kennis van de doelgroepen van en voor cultuureducatie, kennis van kunst en<br />

cultuur, kennis van het verzamelen en beheren van bibliotheekcollecties en ICT-kennis.<br />

Vaardigheden die alle medewerkers moeten beheersen zijn onder meer klantgerichtheid (intern en<br />

extern), projectmatig werken, samenwerken, de organisatie van het eigen werk, besluitvaardigheid,<br />

resultaatgerichtheid, mondelinge communicatie, flexibiliteit, aanpassingsvermogen, luisteren,<br />

meedenken, organisatieloyaliteit en leervermogen.<br />

Vastgesteld is dat medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland de bovengenoemde kennisgebieden<br />

en vaardigheden al in verschillend mate beheersen, integreren en toepassen. Scholing echter is een<br />

belangrijk middel om de benoemde kennisgebieden en vaardigheden op peil te krijgen en te houden.<br />

Voor de praktijk van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zijn de volgende vormen van scholing onderscheiden:<br />

– leren door het kijken naar anderen, je afvragen 'wat werkt?', meeliften (bijvoorbeeld: best<br />

practices)<br />

– leren in dialoog, met anderen leren, samen iets uitzoeken, onderling vertrouwen (bijvoorbeeld:<br />

intervisie)<br />

– leren door kennis te verwerven: met een boek op de bank, een lezing, leren van experts<br />

(bijvoorbeeld: opleidingen, seminars, conferenties).<br />

Scholingsplan<br />

Zoals hiervoor beschreven kent scholing dus eige<strong>nl</strong>ijk twee parallel lopende sporen:<br />

Spoor 1: scholing ten behoeve van het verkrijgen en actualiseren van (vak)kennis, gericht op het<br />

realiseren van de doelstellingen van de organisatie<br />

Spoor 2: scholing als instrument voor de individuele ontwikkeling en ontplooiing.<br />

Spoor 1<br />

Op basis van de geformuleerde uitgangspunten en doelstellingen wordt jaarlijks een scholingsplan<br />

vastgesteld. De consulent Personeel & Organisatie verzamelt de scholingswensen die elk jaar tijdens<br />

de functioneringsgesprekken naar voren komen en inventariseert bij MT en ST welke algemene<br />

scholingswensen er zijn voor dat jaar. Deze informatie wordt samengevoegd in een overzicht, waarin<br />

tevens een indicatie van de kosten wordt gegeven. Dit overzicht wordt besproken in het MT en na<br />

advies van het MT vastgesteld door de directeur.<br />

De vaststelling van het scholingsplan vindt plaats op basis van de organisatiedoelen, functie en aard<br />

van de werkzaamheden van de medewerker en budget.<br />

Spoor 2<br />

Hoewel in de functioneringsgesprekken expliciet aandacht is voor wederzijdse wensen voor scholing<br />

en training met het bedrijfsbelang als uitgangspunt wordt ook gesproken over ontwikkelingswensen<br />

van de medewerker. Dit past bij de doelstelling van <strong>Cultuurnetwerk</strong> dat medewerkers moeten (gaan)<br />

uitblinken in bepaalde werkzaamheden en of in specifieke kennisgebieden. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

realiseert zich dat de verantwoordelijkheid om zich te (willen) ontwikkelen bij de medewerker zelf ligt.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

79


Het bedrijf kan suggesties doen, informatie geven, kansen bieden en feedback geven maar de<br />

medewerker is:<br />

– degene die moet weten wat hij wil van het bedrijf<br />

– degene die moet weten wat hij zélf bereid is bij te dragen<br />

– degene die kansen voor zichzelf moet creëren.<br />

De sporen 1 en 2 komen uiteindelijk bij elkaar in het – nog in de organisatie te introduceren -<br />

Persoo<strong>nl</strong>ijk Ontwikkelingsplan (POP) en het bijbehorende Persoo<strong>nl</strong>ijk Ontwikkelingsbudget (POB).<br />

80<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


7 Innoverende kwaliteit<br />

Dit hoofdstuk gaat in op de innoverende of vernieuwende kwaliteiten van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland.<br />

Het betreft dan het invoeren of doorvoeren van nieuwe ideeën, uitmondend in activiteiten, producten,<br />

diensten en of processen. Het proces van innovatie, van vernieuwing, draait om:<br />

- het vervangen van producten, diensten of processen die verouderd zijn door iets dat daar op<br />

geënt is<br />

- het aanvullen of op een andere manier voortzetten van activiteiten, producten, diensten of<br />

processen die voldoen<br />

- het introduceren van activiteiten, producten, diensten of processen die volstrekt nieuw zijn.<br />

De vernieuwingen zoals <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland die voor ogen staat zijn gerelateerd aan de vier<br />

kwaliteiten die in de vorige hoofdstukken beschreven zijn: de kwaliteit van activiteiten, producten en<br />

diensten, de bedrijfsmatige kwaliteit, de klantgerichte kwaliteit en de kwaliteit van het werkklimaat.<br />

Uit de voorgaande hoofdstukken blijkt dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> het vermogen heeft zich te ontwikkelen en<br />

te leren van kennis en ervaringen die het in zijn werkzaamheden door zijn activiteiten, producten en<br />

diensten heeft opgedaan. Dit wordt ondersteund door het tevredenheidsonderzoek waaruit blijkt dat<br />

de medewerkers tevreden zijn met de organisatie en het werk, als ook met de mogelijkheden om zich<br />

te ontwikkelen door scholing en training. 61<br />

In dit hoofdstuk wordt eerst ingegaan op het fenomeen 'programmalijnen', onderwerp van discussie<br />

van de beleidsmiddag van het Senior Team van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland op 19 februari 2007. De<br />

discussie op deze middag bracht een aantal kwesties naar voren die tot mogelijk nieuwe<br />

programmalijnen leiden. Vervolgens wordt in dit hoofdstuk aandacht besteed aan thema's in de<br />

huidige programmalijnen, die de komende jaren van belang zijn om doorontwikkeld te worden of om<br />

er nieuwe beleidsideeën of activiteiten op te baseren. Naast deze onderwerpen zijn er tal van<br />

basisactiviteiten, -producten en -diensten die vanwege hun belang voor het cultuureducatieve domein<br />

de komende jaren voortgezet worden. Ook hier past een kritische reflectie om na te gaan op welke<br />

wijze deze in nader vast te stellen programmalijnen ondergebracht kunnen worden en of actualisering<br />

nodig is. Uit projectbeschrijvingen in het hoofdstuk kwaliteit van activiteiten, producten en diensten<br />

en uit het prestatieoverzicht (bijlage 1) blijkt welke activiteiten hiermee bedoeld worden.<br />

Ten slotte wordt ingegaan op werkprocessen die ten dienste staan van het expertisecentrum als<br />

verbindende schakel.<br />

De overige in de vorige hoofdstukken voorgestelde kleine en grotere suggesties voor verbetering<br />

worden beschouwd als verbeterpunten voor de komende jaren. In dit kader wordt hierop niet nader<br />

ingegaan.<br />

61<br />

Medewerkers vinden volgens het Medewerkers Tevredenheids Onderzoek dat er voldoende trainings- en opleidingsmogelijkheden zijn.<br />

Men waardeert dit op een schaal van 1-5 met 4,0 gemiddeld. De benchmark toont op dezelfde schaal een gemiddelde van 3,4, hetgeen<br />

een overduidelijk verschil in tevredenheid te zien geeft van +0,6.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

81


Programmalijnen 2007 en verder<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland koos er in 2003 voor om naast zijn algemene taak ook specifieke taken uit<br />

te willen voeren. Het instituut verzamelt en verspreidt daarom – naast algemene informatie en kennis<br />

over cultuureducatie – specifieke kennis op grond van vraagstellingen, ontwikkelingen of<br />

vooronderstellingen, die passen binnen eigen beleidskaders. Met het oog op continuïteit, maar ook op<br />

verbreding en verdieping van activiteiten, selecteerde <strong>Cultuurnetwerk</strong> enkele programmalijnen<br />

Cultuur en cohesie, Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie, Samenwerking en samenhang en<br />

Een leven lang leren. 62 (Zie voor meer informatie ook hoofdstuk 1, pagina 9 van dit rapport.)<br />

Verschillende criteria vormen de basis voor de keuze van programmalijnen. Het betreft wijzigingen in<br />

publieke interesses en belangen, maatschappelijk veranderende trends en ontwikkelingen, het<br />

gewijzigde politieke beleid van overheden en beleidsveranderingen in branches en sectoren waarin<br />

cultuureducatie een rol speelt, alsmede op grond van eigen studies. Een groepering van begrippen,<br />

geënt op vier uitgangspunten (persoo<strong>nl</strong>ijk maatschappelijk en kunst onderwijs), afgeleid van<br />

producten en diensten van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland geeft de volgende globale schets op basis<br />

waarvan - na analyse - een keuze voor programmalijnen beargumenteerd kan worden.<br />

Een groepering van begrippen geënt op vier uitgangspunten, afgeleid van producten en diensten van <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland, Jan Ensink, 2006.<br />

62 <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2003). Cultuureducatie–op–maat. Plan voor vier jaar 2005–2008. Utrecht, november 2003.<br />

82<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland. (2005). Beleidsplan2 2005-2008. Utrecht, 12 april 2005, p. 11.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Beleidsdag Senior Team 19 februari 2007<br />

Op 19 februari 2007 is het concept Kwaliteitsrapport 2005-2006 met het Senior Team (ST) van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland besproken. Naar aa<strong>nl</strong>eiding van een aantal vragen is een discussie gevoerd<br />

over ontwikkelingen en trends zoals die door het ST voor de nabije toekomst worden gesignaleerd. De<br />

vragen hadden betrekking op de aandachtsgebieden van het expertisecentrum, zoals onderwijs, vrije<br />

tijd, culturele instellingen en overheden. Voorts is ingegaan op de kwesties en dilemma's die daar aan<br />

de orde zijn, de informatie die nodig is om deze te beantwoorden en of en hoe deze met de huidige<br />

programmalijn(en) in verband gebracht kunnen worden. Hieronder volgt een schematisch overzicht<br />

van enkele van de tijdens de beleidsmiddag naar voren gebrachte vragen, kwesties en dilemma's.<br />

Vraag, kwestie, dilemma Aa<strong>nl</strong>eiding Benodigde kennis Programmalijn<br />

Welke samenwerkingsverbanden<br />

zoeken burgers op het gebied van<br />

amateurkunst?<br />

Is er op het terrein van de<br />

amateurkunsten sprake van<br />

multi- en interdisciplinariteit en<br />

van culturele diversiteit? Hoe uit<br />

zich dat?<br />

Wat zijn persoo<strong>nl</strong>ijke en<br />

maatschappelijke effecten van<br />

cultuureducatie in het onderwijs<br />

en in de vrije tijd?<br />

Wat betekent competentiegericht<br />

leren in vmbo, mbo, hbo en bve<br />

voor cultuureducatie?<br />

Draagt kunst- en cultuureducatie<br />

in onderwijs en vrije tijd bij aan<br />

talentontwikkeling?<br />

Welke rol speelt het onderwijs,<br />

welke rol spelen culturele<br />

instellingen en welke rol speelt de<br />

amateurkunst daarin?<br />

Waarom wordt bij cultuureducatie<br />

niet aan ouderen gedacht<br />

(leeftijdsdiversiteit)?<br />

Wat kan de opleiding artiest<br />

betekenen voor de overige MBOopleidingen<br />

in de BVE (ROC)?<br />

Wat is het effect van deze<br />

opleiding op het totaal van de<br />

BVE-opleidingen en op het HBOkunstonderwijs?<br />

De komende jaren zal het<br />

verenigingsleven veranderen.<br />

Mensen binden zich niet meer<br />

voor langere tijd, maar willen<br />

wel, op een andere manier dan<br />

nu, samen actief de kunsten<br />

beoefenen (bijvoorbeeld meedoen<br />

aan korte producties).<br />

We weten veel van het 'hoe' en<br />

'hoeveel', maar te weinig van het<br />

'wat', van de inhoud en transfer<br />

van cultuureducatie.<br />

Afspraak '03-'04 Dublinakkoorden,<br />

veranderingen in<br />

hoger onderwijs.<br />

Topsport en topkunst worden<br />

beleidsmatig steeds meer met<br />

elkaar in verband gebracht alsof<br />

dezelfde toegangsstrategieën aan<br />

de orde zijn. Als dit zo is, welke<br />

strategieën betreft het dan?<br />

Gebrek aan aandacht voor<br />

veranderende samenstelling van<br />

groepen die aan cultuureducatie<br />

deelnemen.<br />

De MBO-opleiding artiest wordt in<br />

steeds meer BVE-instellingen<br />

ontwikkeld en aangeboden.<br />

Praktijkkennis maakt duidelijk dat<br />

er sprake is van een<br />

spanningsveld is tussen mbo- en<br />

hbo-kunstonderwijs.<br />

Meer kennis van het veld<br />

nodig.<br />

Weten hoe overheden<br />

met initiatieven van<br />

burgers omgaan.<br />

Praktijkbeschrijvingen<br />

en analyse.<br />

Beschrijvingen van<br />

voorbeelden en<br />

effectonderzoek<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

Cohesie;<br />

Leven lang leren;<br />

Evaluatie kunsteducatie<br />

Evaluatie<br />

cultuureducatie<br />

Onderzoekskennis Leven lang leren<br />

Praktijkbeschrijvingen,<br />

inventarisaties en<br />

analyse<br />

Analyse van bestaande<br />

onderzoeken<br />

Inventarisaties en<br />

praktijkbeschrijvingen<br />

Leven lang leren<br />

Leven lang leren<br />

Praktijk en evaluatie<br />

cultuureducatie<br />

83


84<br />

Vraag, kwestie, dilemma Aa<strong>nl</strong>eiding Benodigde kennis Programmalijn<br />

Aansluiting, samenhang,<br />

samenwerking transnationaal<br />

Wat is de kennisinfrastructuur<br />

van cultuureducatie voor formeel,<br />

non-formeel en informeel leren?<br />

In hoeverre kan de samenhang<br />

daarin worden aangebracht en<br />

versterkt?<br />

Hoe kunnen nieuwe media (alle<br />

digi/ict middelen) als<br />

communicatiemiddel en als<br />

informatie-instrument in relatie<br />

tot cultuureducatie verder<br />

ontwikkeld worden?<br />

Welke bijdrage levert<br />

cultuureducatie aan (cultureel)<br />

burgerschap?<br />

Welke rol kunnen musea spelen<br />

bij inburgering?<br />

Hoe kunnen musea bevorderen<br />

dat inwoners van de eigen stad of<br />

wijk hen ook bezoeken?<br />

Kan men door cultuureducatieve<br />

projecten de sociale cohesie in te<br />

renoveren wijken bevorderen?<br />

Leidt volwasseneneducatie en<br />

non-formeel leren in de toekomst<br />

tot werk of tot persoo<strong>nl</strong>ijke<br />

ontwikkeling/integratie?<br />

Hoe kan men cumulatie van<br />

kennis over cultuureducatie<br />

bevorderen en hoe kan kennis<br />

met kennis in verband gebracht<br />

worden?<br />

Wie betaalt, bepaalt. Wat doen<br />

leerlingen/scholen kwalitatief met<br />

het geld dat zij krijgen en wat<br />

betekent dat voor het aanbod van<br />

culturele instellingen?<br />

Uitbreiding EU Praktijkkennis,<br />

ervaringskennis,<br />

secundaire analyses<br />

Toenemende aandacht voor<br />

plaatsen en vormen van leren en<br />

persoo<strong>nl</strong>ijke ontplooiing.<br />

Snelle ontwikkeling van nieuwe<br />

media en problematisering t.a.v.<br />

cultuureducatie en het nieuwe<br />

leren.<br />

Discussie in gemeenten over de<br />

vraag waar publieke gelden aan<br />

moeten worden besteed.<br />

NT2 en musea (Stedelijk museum<br />

en AHK Amsterdam); Blauwdruk.<br />

In de praktijk blijkt dat vele<br />

musea dit nastreven, maar dat<br />

het maar weinige lukt.<br />

Een recent gehouden congres<br />

over Community Arts (ArtEZ)<br />

meldde dat de komende jaren<br />

honderden miljoenen besteed<br />

worden aan het opknappen en<br />

leefbaar maken van buurten waar<br />

ook community arts projecten bij<br />

betrokken worden.<br />

Volwasseneneducatie en nonformeel<br />

leren krijgen in de<br />

toekomst beleidsmatig veel<br />

aandacht.<br />

Vragen die wij onszelf stellen en<br />

waar al antwoorden op zijn.<br />

Afstand tussen culturele instelling<br />

(aanbieder) en leerling (vrager)<br />

wordt groter.<br />

Inventarisatie,<br />

praktijkbeschrijvingen,<br />

secundaire analyse<br />

Veldraadpleging Cohesie<br />

Beschrijving en evaluatie<br />

praktijkvoorbeelden<br />

Literatuur vergelijken en<br />

of secundaire analyses<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

?<br />

Leven lang leren<br />

Leven lang leren<br />

Cohesie<br />

Cohesie<br />

Enkele voorbeelden van vragen, kwesties en dilemma's die tijdens de ST-beleidsmiddag naar voren kwamen.<br />

Leven lang leren?<br />

?<br />

Samenwerking en<br />

samenhang


Tijdens de beleidsmiddag is ook de vraag gesteld in hoeverre de huidige programmalijnen van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland – gerelateerd aan de ondernomen activiteiten – opportuun zijn? En als dat<br />

niet het geval is, op welke wijze kunnen de programmalijnen dan inhoudelijk worden aangepast?<br />

De activiteiten van <strong>Cultuurnetwerk</strong> moeten niet alleen in de programmalijnen passen, ze moeten er<br />

ook uit voortkomen. De programmalijnen vormen de beleidskaders voor de werkzaamheden van<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en moeten dan ook zo veel als mogelijk autonoom worden bepaald. Er<br />

moet daarbij rekening worden gehouden met veranderde publieke interesses en belangen, met<br />

maatschappelijk veranderende trends en ontwikkelingen, met het zich wijzigende politieke beleid van<br />

overheden en met beleidsveranderingen in branches en sectoren waarin cultuureducatie een rol<br />

speelt. Daarnaast speelt zeker ook het in maart 2007 te verwachten advies van de Raad voor Cultuur<br />

een rol over de vraag van OCW naar de stedelijke en regionale infrastructuur van cultuureducatie,<br />

amateurkunst en cultureel erfgoed en de verhouding hiervan met de landelijke sectorinstituten? 63<br />

Conclusie beleidsmiddag<br />

Het ST sloot zijn beleidsmiddag af met de conclusie dat programmalijnen een nuttig en noodzakelijk<br />

raamwerk vormen voor de vaststelling en uitvoering van functies en taken.<br />

De werkzaamheden van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland die als basisactiviteit worden verricht, moeten dan<br />

ook alle in programmalijnen, instrumenteel, thematisch-inhoudelijk of anderszins van aard, worden<br />

ondergebracht.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> zal dan ook voor het beleidsplan 2009-2012 opnieuw zijn programmalijnen bepalen<br />

voor die functies en taken die vanuit de basisinfrastructuur gefinancierd worden alsmede voor die<br />

activiteiten die met gedeelde kosten worden uitgevoerd. Geconcludeerd is voorts dat een inhoudelijke<br />

samenhang en afstemming in en tussen programmalijnen van groot belang is om de programmalijnen<br />

te verrijken en een vermeerdering of cumulatie van kennis te realiseren.<br />

Bovendien is vastgesteld dat projecten die uit projectsubsidies of programmabudgetten 64 van het<br />

ministerie van OCW worden uitgevoerd niet onder de programmalijnen hoeven te vallen. Deze<br />

opdrachten kunnen op basis van – nog vast te stellen – inhoudelijke en bedrijfsmatige criteria<br />

verworven worden en hoeven minder principieel bij het reguliere werk van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

te passen.<br />

63<br />

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. (2006). Agenda cultuurbeleid en culturele basisinfrastructuur. Brief met<br />

adviesaanvraag aan de Raad voor Cultuur (DK/BB/2006/36812). Den Haag, 29 september 2006.<br />

64<br />

Raad voor Cultuur. (2007). Innoveren, participeren! Adviesagenda cultuurbeleid & culturele basisinfrastructuur. Den Haag, maart 2007.<br />

p. 34.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

85


Programmalijnen 2005-2008<br />

Voor de periode 2005-2008 is niet gekozen voor het onderbrengen van alle activiteiten, producten en<br />

diensten in programmalijnen. <strong>Cultuurnetwerk</strong> kent in deze periode, zoals eerder vermeld, reguliere<br />

taken en activiteiten samen met derden, beide bekostigd uit het basissubsidie, naast taken op grond<br />

van programmalijnen. De huidige programmalijnen bevatten onderwerpen die de komende jaren van<br />

belang zijn om hetzij doorontwikkeld te worden of om nieuwe beleidsvoornemens op te baseren.<br />

Cultuur en cohesie<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland bracht in 2006 een onderzoekspublicatie uit over de theorie, praktijk en<br />

effecten van gemeenschapskunstprojecten. 65 Ook Zicht op … besteedde hier aandacht aan (december<br />

2006). De in 2006 ingerichte databank Community Arts van <strong>Cultuurnetwerk</strong> bevat een overzicht van<br />

meer dan 150 verschillende kunstprojecten die vanaf 2004 in Nederland hebben plaatsgevonden.<br />

In 2007 en verder worden zoveel mogelijk nieuwe lokale, regionale en landelijke projecten op dit<br />

terrein geïnventariseerd, aan de databank community arts toegevoegd en geanalyseerd op<br />

vernieuwingen voor beleid en of praktijk.<br />

In een brief aan de Tweede Kamer van eind 2006 schrijft de minister van OCW over de bindende<br />

werking van kunst en cultuur voor specifieke groepen. Zo ziet zij interessante mogelijkheden om door<br />

kunstbeoefening jongeren met problemen te motiveren hun leven een positieve draai te geven. De<br />

minister wil de huidige initiatieven in kaart brengen en bezien hoe die benut kunnen worden. 66<br />

Beleid, praktijk en evaluatie cultuureducatie<br />

Basisonderwijs<br />

In het najaar van 2006 is door het Platform Kwaliteit en Innovatie PO, samen met <strong>Cultuurnetwerk</strong>,<br />

voor de komende jaren een plan van aanpak ontworpen waarin de projecten Interne Cultuur<br />

Coördinator Primair onderwijs en de Brede school en cultuureducatie centraal staan. Voor de<br />

uitwerking ervan in 2007 en verder werkt het Platform Kwaliteit en Innovatie zeer nauw samen met<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en andere betrokken landelijke instellingen, zoals de VOB, Stichting<br />

Erfgoed Nederland en Kunstconnectie.<br />

Brede School<br />

In 2006 is gestart met een theorie- en praktijkstudie om scholen die zich (willen) ontwikkelen tot<br />

brede school te helpen om het onderdeel cultuur breder en kwalitatief beter in te kunnen vullen.<br />

Daartoe wordt een handreiking met ontwikkelscenario's uitgewerkt en getoetst door combinaties van<br />

scholen en culturele partner(s). De verzamelde informatie en ontwikkelde instrumenten worden met<br />

name via Cultuurplein.<strong>nl</strong> verspreid, volgens planning in maart 2007. Op basis van uitkomsten van een<br />

expertmeeting wordt besloten voor een concreet vervolg, waarna in 2007 een praktijkstimulerende<br />

vervolgfase wordt ingegaan. 67<br />

65 Sandra Trienekens, Marjo van Hoorn en Marie-Louise Damen. (2006). Kunst en sociaal engagement. Een analyse van de relatie tussen<br />

86<br />

kunst, de wijk en de gemeenschap. In: Cultuur+Educatie 17, <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht.<br />

66 Maria J.A. van der Hoeven. (2006). Een brede basis voor cultuur. Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.<br />

Den Haag. 21 december 2006, p. 3.<br />

67<br />

Eeke Wervers [et al]. (2006). De brede school en cultuureducatie. Projectplan <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, Utrecht.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


In een brief aan de Tweede Kamer merkte de minister van OCW o<strong>nl</strong>angs op dat zij onderzoek wenst<br />

naar de exacte behoefte, de kansen en de mogelijke knelpunten bij de samenwerking op het gebied<br />

van de actieve kunstbeoefening tussen scholen en culturele instellingen in en rondom de Brede<br />

School. 68<br />

Beroepsgerichte Volwasseneneducatie (BVE)<br />

Bestaat er al weinig zicht op culturele activiteiten binnen het geheel van een ROC, er is al helemaal<br />

geen contact tussen ROC's onderling. Als voornaamste bron om op de hoogte te komen en te blijven<br />

van projecten van BVE-instellingen wordt de site Cultuurplein.<strong>nl</strong> genoemd. <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

heeft in 2006 dan ook extra energie gestoken in het zoeken, bewerken en toegankelijk maken van<br />

informatie die voor de BVE-sector interessant kan zijn. <strong>Cultuurnetwerk</strong> wil dit in de toekomst<br />

nadrukkelijk voortzetten en dit samen met BVE-instellingen op een toegankelijke wijze beschikbaar te<br />

stellen. 69<br />

Een leven lang leren<br />

Voor de programmalijn Een leven lang leren wordt in 2007 onder meer gewerkt aan het onderwerp<br />

talentontwikkeling. Niet iedereen in de culturele sector weet wat talentontwikkeling inhoudt en welke<br />

kansen dit kan scheppen voor kinderen en jongeren, maar ook voor ouderen.<br />

Juist nu talentontwikkeling steeds meer aandacht krijgt in de politiek, het beleid van overheden, de<br />

media en in het culturele werkveld, is het belangrijk dit begrip helder te omschrijven. Op basis<br />

hiervan is het mogelijk dit veelal voor gemeentelijke- en provinciale overheden, het onderwijs en voor<br />

culturele instellingen ‘verborgen’ circuit in kaart te brengen.<br />

Samenwerking en samenhang<br />

Culturele instellingen<br />

In 2006 is de publicatie Cultuureducatie, samenwerken in de praktijk uitgebracht. Deze is bedoeld<br />

voor culturele instellingen die samenwerking zoeken met andere partijen om voorafgaand daaraan de<br />

mogelijke samenwerkingsvormen te overwegen. In 2007 wordt in enkele casestudies nader ingegaan<br />

op lokaal samenwerkende culturele instellingen en de stappen die bij samenwerkende partijen in het<br />

samenwerkingsproces aan de orde zijn.<br />

Centra voor de kunsten en basisonderwijs<br />

Samenwerken is een kunst is de titel van de studie en handreiking die voor De Kunstconnectie/VKV<br />

werd verricht naar samenwerkingspraktijken van centra voor de kunsten en het basisonderwijs.<br />

Centra voor de kunsten en het basisonderwijs werken veel samen. In eerder onderzoek bleek echter<br />

niets terug te vinden over inhoud en vorm van die samenwerking. De handreiking wordt benut om<br />

samenwerking en netwerkvorming van centra voor de kunsten met het basisonderwijs te stimuleren<br />

en professionaliseren. Er worden vier studiedagen gehouden voor kleinere culturele instellingen,<br />

centra voor de kunsten en het basisonderwijs. In 2006 werd er al een georganiseerd samen met<br />

Kunststation C Groningen, in 2007 zijn er drie waarvan een in het oosten (met Edu-Art Gelderland),<br />

een in het westen (Delft) en een in het zuiden. Steeds staan samenwerking en innovatie van centra<br />

voor de kunsten en basisonderwijs, alsmede praktijkvoorbeelden van die samenwerking, centraal.<br />

68<br />

Maria J.A. van der Hoeven. (2006). Een brede basis voor cultuur. Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.<br />

Den Haag. 21 december 2006, p. 6.<br />

69<br />

Melissa de Vreede. (2006). Studiedag ter afsluiting van de regeling Cultuur en School voor de BVE-sector. Projectplan <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland, Utrecht.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

87


Amateurkunst<br />

Maatschappelijke veranderingen zoals die in het vrije tijdsgedrag, interesses van jongeren en een<br />

grotere maatschappelijke diversiteit leiden voor amateur-kunstverenigingen tot uitstroom van leden,<br />

een tekort aan aanwas van leerlingen en een andere positionering in buurt, wijk en stad. Ook de<br />

middelen zijn vaak te beperkt om op termijn oefenruimte, optredens, materiaal en professionele<br />

begeleiding te kunnen bekostigen. Naast en op grond van een inventarisatie van amateurkunst en –<br />

verenigingen in vier regio's worden scenario's ontwikkeld voor amateurkunstverbanden. De<br />

vraagstelling voor de scenarioverkenning luidt:<br />

'Wat kan de rol of positie van de amateurkunstverenigingen zijn in onze maatschappij over vijf à tien<br />

jaar? Wat speelt er momenteel op dit beleidsterrein en hoe zou dit beleidsveld zich naar de toekomst<br />

toe kunnen ontwikkelen? Wat betekent deze positie voor de rol van partners, zoals centra voor de<br />

kunsten, onderwijs en gemeenten?'<br />

Deze studie wordt in het voorjaar van 2007 afgerond met een publicatie en studiedag.<br />

Daarnaast wordt in het najaar van 2007 een Cultuur+Educatie (20) gewijd aan amateurkunst. Dit<br />

specifieke themanummer bestaat uit een i<strong>nl</strong>eiding en drie thema's, die elk in een artikel behandeld<br />

worden. Professor dr. Wim Knulst treedt als gastredacteur op. In het eerste artikel wordt de stand<br />

van de amateurkunst in Nederland vergeleken met die in Vlaanderen. Daarvoor wordt onder meer<br />

gebruik gemaakt van het zogenoemde Aanvullend Voorzieningengebruik Onderzoek (AVO) van het<br />

SCP en van de survey 'Re-Creatief Vlaanderen'. Het tweede behandelt de amateurkunst en de lokale<br />

gemeenschap, het derde zal gaan over amateurkunst als kweekvijver voor talentontwikkeling. Voor<br />

de keuze van kunstenaars voor dit laatste onderwerp wordt samengewerkt met Kunstfactor.<br />

In een brief aan de Tweede Kamer schrijft de minister eind 2006 dat ook zij aandacht wil voor<br />

andere, nieuwe samenwerkingsverbanden tussen onderwijs, culturele instellingen en amateurkunst. 70<br />

Samenwerking en samenhang internationaal<br />

De studie en inventarisatie van samenwerking en samenhang bekijkt <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland ook<br />

internationaal. In 2007 wordt verder gewerkt met ten minste zes EU-landen (Nederland, Verenigd<br />

Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland, Vlaanderen en Oostenrijk) aan de gemeenschappelijke Glossary on<br />

Arts and Cultural Education en wordt een start gemaakt met een Europees Compendium. Dit laatste<br />

in directe samenwerking en afstemming met het initiatief van het Oostenrijkse Educult voor het<br />

zogenaamde Research Project Cultural Education in Europe. Het is de bedoeling de ontwikkelde<br />

databases van the European Glossary en Compendium onder te brengen in een European Arts and<br />

Cultural Education Portal, waarin naast deze databases ook informatie en kennis opgenomen wordt<br />

over cultuureducatie in de andere landen van Europa.<br />

70 Maria J.A. van der Hoeven. (2006). Een brede basis voor cultuur. Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.<br />

88<br />

Den Haag. 21 december 2006, pp 2-3.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Reguliere taken<br />

Sites <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Beide sites van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland worden in de eerste helft van 2007 geïntegreerd. Zowel de<br />

vormgeving als de navigatie van de samengestelde site zullen daarbij worden aangepast met als doel<br />

de gebruiker makkelijker zijn weg te laten vinden en meer op maat gesneden informatie.<br />

Een permanente internetenquête onder de gebruikers van de samengestelde site kan bijdragen aan<br />

gewenste verbeteringen en deze geeft tegelijkertijd inzicht in de achtergrond van bezoekers van de<br />

site. De site zou dan meer gepromoot kunnen worden bij doelgroepen die er weinig gebruik van<br />

maken maar die <strong>Cultuurnetwerk</strong> wel wil bereiken.<br />

Daarnaast wordt een nieuwe site, projectloketcultuur.<strong>nl</strong>, in het leven geroepen met de projectloketten<br />

onderwijs en community arts, aangevuld met het projectloket plus, de nieuwe onderzoeksdatabank<br />

en een nieuw projectloket voor amateurkunstprojecten. Ook andere te ontwikkelen databanken<br />

kunnen op deze nieuwe site worden geplaatst.<br />

Periodieken <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

In 2007 wordt het lidmaatschap van bibliotheek en studiecentrum losgekoppeld van dat van de<br />

periodiek Zicht op …. Voorts zijn in 2007 gerichte marketing acties nodig om de abonneebestanden te<br />

vergroten. Daarnaast moet meer promotie verricht worden om de losse verkoop van afzonderlijke<br />

nummers van Cultuur + Educatie en Zicht op … te stimuleren.<br />

Bovendien is het internationaal gezien van belang dat geïnteresseerden in het buite<strong>nl</strong>and een beter<br />

beeld krijgen van de producten, onderzoeken en publicaties van <strong>Cultuurnetwerk</strong>. Om dit te<br />

bewerkstelligen worden (delen van) onderzoeken en publicaties vertaald en op de sites geplaatst. Met<br />

dit laatste wordt bij de geïntegreerde nieuwe site rekening gehouden.<br />

Cultuurplein<br />

Wat betreft de inhoudelijke richting van Cultuurplein.<strong>nl</strong> staan projectleiding en redactieraad aan het<br />

begin van een nieuwe fase. Cultuurplein wil aansluiting houden met jongere generaties docenten en<br />

educatief medewerkers. Daarvoor is het niet alleen nodig goede actuele informatie te geven maar ook<br />

meer accent te leggen op interactiviteit en communicatie. De helpdeskfunctie wordt sterker aangezet.<br />

Ook wordt gekeken naar recent ontwikkelde digitale technieken die kennis- en ervaringsuitwisseling<br />

ondersteunen. Vandaar dat samen met Cultuur & School (OCW) in 2007 een onderzoek wordt<br />

uitgevoerd om digitale en interactieve wensen en behoeften van oude en nieuwe gebruikers voor de<br />

toekomst vast te stellen.<br />

Opdrachttaken (projectsubsidies OCW)<br />

Onderzoekskader<br />

Op verzoek van en met een projectsubsidie van OCW werkte <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland in 2006 aan<br />

een perspectief op onderzoek naar cultuureducatie, resulterend in een onderzoekskader. In 2007<br />

wordt één van de drie in het onderzoekskader voorgestelde domeinen inhoudelijk en procedureel<br />

verder uitgewerkt. Het betreft de klassieke vragen over de gewenste doelen, methoden en effecten<br />

van cultuureducatie. Dit domein vraagt zowel om theoretische verheldering en fundamenteel<br />

onderzoek als om praktijkgericht onderzoek. Om de gewenste samenhang in en cumulatie van kennis<br />

van dit onderzoeksdomein tot stand te brengen wordt gebruik gemaakt van een werkgroep waarin<br />

onderzoekers van universiteiten, lectoraten en onderzoeksbureaus zitting hebben.<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland neemt de organisatie en het secretariaat van de werkgroep op zich.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

89


<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland als verbindende schakel<br />

Sleutelnetwerk cultuureducatie<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland wil ook in de komende jaren het sleutelnetwerk van landelijke instellingen<br />

zoals Kunstconnectie, Kunstfactor, Stichting Erfgoed Nederland, Stichting Lezen en de<br />

Boekmanstichting intensiveren. Daarvoor zijn met deze organisaties duurzame afspraken gemaakt,<br />

waaraan in 2007 vervolg gegeven wordt. Voorts worden bestaande contacten geïntensiveerd of<br />

nieuwe contacten gelegd met andere sector- en branche-instituten zoals het TIN, de VOB, de<br />

Museumvereniging en nieuwe sectorinstituten voor muziek, dans en beeldende kunst en vormgeving.<br />

Op initiatief van Kunstfactor, Kunstconnectie en <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland wordt daarnaast gewerkt<br />

aan de afstemming van functies en taken voor amateurkunst en kunsteducatie in school en vrije tijd<br />

die op de midde<strong>nl</strong>ange termijn kunnen leiden tot een virtueel Huis voor Kunst en Cultuur. Als eerste<br />

daartoe wordt op uitnodiging van het ministerie van OCW gewerkt aan planvorming en invulling van<br />

het Actieplan Amateurkunst. 71<br />

Bovendien streeft <strong>Cultuurnetwerk</strong> naar de uitbouw van een internationaal netwerk van deskundigen<br />

op het terrein van cultuureducatie, zoals met CANON Cultuurcel Vlaanderen, Creative Partnership<br />

Engeland, EFAH, Educult Oostenrijk en de NFER Engeland.<br />

Netwerkfunctie studies en onderzoek<br />

In een gesprek met vertegenwoordigers van het ministerie van OCW (januari 2007) is de toekomstige<br />

situatie van de productgroep studies & onderzoek van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland aan de orde<br />

geweest. Evenals <strong>Cultuurnetwerk</strong> ziet ook het ministerie voor het expertisecentrum een informatie-,<br />

advies- en netwerkfunctie voor onderzoek, onderzoekers en gebruikers weggelegd. 72 Het toegankelijk<br />

maken en verspreiden van onderzoeksresultaten via een portal Nederlands Onderzoek<br />

Cultuureducatie en een jaarlijkse Conferentie Onderzoek in Cultuureducatie, waarbij een inzicht in de<br />

actuele stand van zaken op het gebied van cultuureducatieonderzoek wordt gegeven zijn de eerste<br />

voorbeelden hiervan. Een uitwerking van deze beleidsvisie wordt in 2007 nader ter hand genomen.<br />

Samenwerking met andere partijen<br />

Uit het Klantenonderzoek komt naar voren dat medewerkers van <strong>Cultuurnetwerk</strong> vaker het land in<br />

moet trekken en het werkveld zelf op moeten zoeken. Verschillende malen is ook gesteld dat<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> meer dan nu de toekomstige ontwikkelingen onder de aandacht zou moeten brengen<br />

van het werkveld en deze ook kritischer zou moeten beoordelen.<br />

Onbekend blijkt bij velen dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland samen met derden en met investering van<br />

beide partijen advies- en onderzoekswerkzaamheden verricht.<br />

Daarnaast hebben veel respondenten opgemerkt dat zij door dit interview gewezen zijn op andere<br />

producten en diensten die voor hen nog onbekend waren. Dit betreft niet alleen uitgaven en websites,<br />

maar ook de bibliotheek en het geven van gastlessen en dergelijke. Het lijkt dus zinvol om niet alleen<br />

afzonderlijke producten en diensten te promoten, maar voor de gehele organisatie een<br />

communicatiestrategie te ontwikkelen die de activiteiten, producten en diensten van <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland bij alle relevante klantengroepen onder de aandacht brengt.<br />

71<br />

Maria J.A. van der Hoeven. (2006). Een brede basis voor cultuur. Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.<br />

Den Haag. 21 december 2006.<br />

Raad voor Cultuur. (2007). Innoveren, participeren! Advies Agenda Cultuurbeleid en Culturele Basisinfrastructuur. Den Haag, maart<br />

2007.<br />

72<br />

Zie: Verslag overleg 15 januari 2007 Cultuur & School (directie Kunsten, ministerie van OCW) en <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland.<br />

90<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Bijlage 1<br />

Prestatieoverzicht 2005-2006 73<br />

Het prestatieoverzicht is als bijlage 1 toegevoegd en bestaat uit drie onderdelen. Het betreft een<br />

overzicht van activiteiten, producten en diensten die als besteltaak aangemerkt zijn; een overzicht<br />

van projectactiviteiten en –producten die samen met derden uitgevoerd zijn of worden en een van de<br />

opdrachttaken (projectsubsidies OCW). 74<br />

Per overzichtsblad van bijlage 1 staat in de eerste kolom het projectnummer waaronder de activiteit,<br />

het product of de dienst bij <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland in het <strong>Cultuurnetwerk</strong> Informatie Systeem<br />

(CIS) is geregistreerd.<br />

In de tweede kolom staan alle activiteiten, producten en diensten zoals deze in het beleidsplan 2005-<br />

2008 zijn beschreven. Daarbij wordt opgemerkt dat de projecten die niet in het beleidsplan werden<br />

voorzien en die gedurende de eerste twee jaar werden ondernomen (bijvoorbeeld op vraag of als<br />

gesubsidieerde opdracht van derden) ook in het overzicht zijn opgenomen.<br />

In de navolgende kolommen is opgenomen welk soort product de activiteit betreft (studies &<br />

onderzoek, advies & begeleiding of informatie & documentatie) en op welke manier die is verspreid<br />

(grafisch, digitaal en of mondeling). Daarna volgt de looptijd van het project, waarna in de volgende<br />

kolom de ambities zijn verwoord uit het beleidsplan 2005-2008. Bij elk nieuw project dat in het<br />

beleidsplan niet is voorzien zijn de ambities alsnog beschreven.<br />

Dan volgt de kolom met de resultaten van de tussentijdse projectevaluatie, die loopt van de periode<br />

01 januari 2005 tot en met 31 december 2006. Voor het verkrijgen van de gegevens hiervoor zijn<br />

verschillende bronnen in het instituut geraadpleegd.<br />

In de laatste kolom ten slotte staat de feitelijke stand van zaken afgezet tegen de vermelde ambities.<br />

Een aantal projecten is in het hoofdstuk Kwaliteit activiteiten, producten en diensten beschreven. Het<br />

zijn de projecten waarvan het vakje met het projectnummer in de eerste kolom blauw is gemaakt.<br />

73<br />

Het prestatieoverzicht is in mei 2006 opgesteld door Marjo van Hoorn en Marlies Tal, naar aa<strong>nl</strong>eiding van het prestatieoverzicht in het<br />

Beleidsplan 2006-2008. In december 2006 - januari 2007 is dit bewerkt en geactualiseerd door Piet Hagenaars.<br />

74<br />

Het subsidiebeleid van het rijk kende in 2004 twee categorieën ondersteunende taken: bestel- en opdrachttaken. Het verschil tussen<br />

beide is, dat besteltaken per definitie duurzaam en structureel worden uitgevoerd, terwijl opdrachttaken een meer tijdelijk karakter<br />

hebben. Ministerie van OCW. (2004). Uitgangspuntenbrief Ondersteuningsstructuur. Brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur<br />

en Wetenschap aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Den Haag, 28 december 2004.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

91


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken<br />

projectnr.<br />

21004 www.cultuurnetwerk.<strong>nl</strong> 1 1 2005-2008<br />

21004 www.cultuurnetwerk.org 1 1 2005-2008<br />

16029 Collectie boeken, rapporten e.d. 1 1 2005-2008<br />

16029<br />

92<br />

Collectie audiovisuele middelen, cd-roms, dvd<br />

e.d.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008 Tussentijdse evaluatie (periode 2005 - 2006)<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 2005-2008<br />

16029 Collectie tijdschriftartikelen e.d. 1 1 2005-2008<br />

16028<br />

16004<br />

16004<br />

Instellingendocumentatie (De Kunstconnectie,<br />

Erfgoed Actueel, Stichting Lezen)<br />

Collectie tijdschriften en digitale periodieken<br />

Nederland e.d.<br />

Collectie tijdschriften en digitale periodieken<br />

buite<strong>nl</strong>and<br />

1 1 2005-2008<br />

1 1 2005-2008<br />

1 1 2005-2008<br />

22052 Databank collectie beleidsonderzoek 1 1 1 2005-2008<br />

Streefcijfer 2008: 900 bezoekers per dag<br />

Bezoek van meerdere pagina's<br />

Streefcijfer 2008: 1.200 bezoekers per dag<br />

Bezoek van meerdere pagina's<br />

Samenwerking De Kunstconnectie, Erfgoed<br />

Actueel, PAK en St. Lezen<br />

Streefcijfer 2008: 16.500 titels<br />

Samenwerking De Kunstconnectie, Erfgoed<br />

Actueel, PAK en St. Lezen<br />

Streefcijfer 2008: 1.200<br />

Samenwerking De Kunstconnectie, Erfgoed<br />

Actueel, PAK en St. Lezen<br />

Streefcijfer 2008: 5.000<br />

Samen met De Kunstconnectie, Erfgoed Actueel<br />

en St. Lezen<br />

Streefcijfer 2008: ca. 300 instellingen<br />

Advies De Kunstconnectie, Erfgoed Actueel,<br />

PAK en St. Lezen<br />

Streefcijfer 2008: abonnementen 165<br />

Advies De Kunstconnectie, Erfgoed Actueel,<br />

PAK en St. Lezen<br />

Streefcijfer 2008: abonnementen 65<br />

aantal onderzoek 2004: 50<br />

Streefcijfer 2008: 100 door deskresearch<br />

2004 – 775<br />

2005 - 1.060<br />

2006 - 1.102 (gemiddeld 3,0 pageviews per<br />

bezoeker)<br />

2004 – 930<br />

2005 - 1.240<br />

2006 - 1.339 (gemiddeld 2,5 pageviews per<br />

bezoeker)<br />

2004 - 13.800<br />

2005 - 14.350<br />

2006 - 14.900<br />

2004 - 1.150<br />

2005 - 1.250<br />

2006 - 1.300<br />

2004 - 3.800<br />

2005 - 5.500<br />

2006 - 5.800<br />

Publicaties: 2004 – 4.200; 2005 - 4.000, 2006 -<br />

4.100<br />

Instellingen: 2004 - 335; 2005 - 335; 2006 - 364<br />

Info over aanbod > 5 jaar wordt periodiek verwijderd<br />

2006 - 206 (idem 2005)<br />

Toename van collectie digitale publicaties<br />

2006 - 69 (idem 2005)<br />

Toename van collectie digitale publicaties<br />

Aantal publicaties stijgt met 1 - 4 per jaar; nadere<br />

uitwerking in activiteitenprogramma 2007<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

1<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

1<br />

niet aan gewerkt


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken<br />

projectnr.<br />

45013<br />

Geannoteerd overzicht Nederlandse en<br />

buite<strong>nl</strong>andse onderzoeken cultuureducatie<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008 Tussentijdse evaluatie (periode 2005 - 2006)<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 1 2005-2008<br />

16009 Aanwinste<strong>nl</strong>ijsten 1 1 2005-2008<br />

22999<br />

Informatieverzoeken en vraagbeantwoording<br />

extern < 4 klokuren<br />

1 1 1 1 2005-2008<br />

Streven 2008: Frequentie 1x per 2 jaar met<br />

i<strong>nl</strong>eidend overzichtsartikel<br />

Streven 2008: Frequentie 12 x per jaar<br />

gemiddeld 120 titels per aanwinste<strong>nl</strong>ijst<br />

Streefcijfer 2008: beantwoorden 1.500 per jaar<br />

Doorverwijzing naar De Kunstconnectie,<br />

Erfgoed Actueel, St. Lezen<br />

16012 Bezoekers extern 1 1 2005-2008 Streefcijfer 2008: 1.500<br />

16012 Uitleningen 1 1 1 1 2005-2008 Streefcijfer 2008: 2.000 uitleningen<br />

Abonnees/leden studiecentrum 1 2005-2008<br />

Streefcijfer 2008: 325<br />

Het lidmaatschap van studiecentrum en Zicht<br />

op… wordt ontkoppeld. Een abonnement voor<br />

het studiecentrum wordt heroverwogen.<br />

Gebruik on line catalogus bibliotheek 1 1 2005-2008 Streefcijfer 2008: 6.000<br />

Promotie bekendheid tijdschriften 1 1 1 2005-2008<br />

2x per jaar geannoteerd overzicht belangrijkste<br />

artikelen (inter)nationale tijdschriften<br />

Nadere uitwerking in activiteitenprogramma 2007 1<br />

2005 - 11 per jaar: 230 abonnees<br />

2006 - 11 per jaar: 230 abonnees / 630 titels<br />

2004 - 1.850<br />

2005 - 2.100<br />

2006 - 2.040<br />

2004 - 1.000<br />

2005 - 1.100<br />

2006 - 1.100<br />

2004 - 1.500<br />

2005 - 1.650<br />

2006 - 1.820<br />

2004 – 210<br />

2005 - 220<br />

2006 – 220<br />

2004 - 5.300; 2005 - 5.500<br />

2006 - 5.569 (3.123 unieke bezoekers; page views<br />

59.632)<br />

Start tweede helft 2007 1<br />

Bestellingen publicaties 1 1 1 1 2005-2008 Ca. 600 bestellingen per jaar Standaard - 400 bestellingen per jaar 1<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 93<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

1<br />

1<br />

1<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

1<br />

niet aan gewerkt


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken<br />

projectnr.<br />

94<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008 Tussentijdse evaluatie (periode 2005 - 2006)<br />

studies & onderzoek<br />

16005 Ontsluiten boeken, rapporten artikelen e.d. 1 1 2005-2008 Ca. 750 titels per jaar (2008)<br />

16004 Ontsluiten artikelen 1 1 2005-2008 Ca. 750 titels per jaar (2008)<br />

16006.01 Selectie informatie uit periodieken 1 1 2005-2008<br />

16006.01 Selectie informatie uit E-zines 1 1 2005-2008<br />

16006.01 Selectie informatie van websites 1 1 2005-2008<br />

30115<br />

30103<br />

Argumenten cultuureducatie - citaten uit<br />

wetenschap en politiek over cultuureducatie<br />

(samen met o.a. De Kunstconnectie)<br />

Samenwerking en afstemming bibliotheek<br />

Boekmanstichting<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 1 2005-2008<br />

1 1 2006-2008<br />

21007 Nieuwsbrief Cultuur(net)werk 1 1 2005-2008<br />

21003 Digitale nieuwsbrief Cultuureducatie Actua 1 1 2005-2008<br />

Streefcijfer 2008: ca. 230 abonnementen, die<br />

ontsloten worden<br />

Streefcijfer 2008: ca. 80 abonnementen<br />

selecteren op informatie en die informatie<br />

verspreiden<br />

Ca. 100 websites (scan 1 x per 2 weken) per<br />

jaar (2008)<br />

Samen met De Kunstconnectie; jaarlijkse<br />

aanvulling van bronnen en digitale publicatie;<br />

vanaf 2007 wordt deze dienst als besteltaak<br />

uitgevoerd<br />

Afstemming geautomatiseerde bibliotheek en<br />

digitaal loket voor bezoekers<br />

Frequentie 6 x per jaar<br />

Streefcijfer 2008: 3.500 abonnees<br />

Frequentie 23 x per jaar<br />

Streefcijfer 2008: 400 abonnees<br />

Boeken, rapporten plus artikelen e.d.: 2004 - 1.000<br />

2005 - 1.000<br />

2006 - 1.200<br />

2004 – 800<br />

2005 - 920<br />

2006 - 400 (


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken<br />

projectnr.<br />

22033.01<br />

21006.17<br />

21005.24<br />

Kennisverzameling Sociale Cohesie en<br />

cultuureducatie<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008 Tussentijdse evaluatie (periode 2005 - 2006)<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 2005-2008<br />

22033.02 Databank gemeenschapskunst 1 1 2006-2008<br />

30013.04<br />

Trendwatchrapportages samen met De<br />

Kunstconnectie<br />

Internationaal beleid en uitvoering<br />

kunsteducatie en erfgoededucatie<br />

1 1 1 1 2006-2008<br />

1 1 1 2005-2008<br />

19004 Internationale vertegenwoordiging en promotie 1 1 1 1 2005-2008<br />

21005<br />

Zicht op… thematische i<strong>nl</strong>eiding, geannoteerde<br />

bibliografie en bronnen<br />

1 1 1 2005-2008<br />

21006 Thematische reeks Cultuur+Educatie 1 1 2005-2008<br />

22009.05<br />

22012<br />

Vervolg Samenwerking cultuureducatie in<br />

gemeenten II<br />

Inventarisatie Brede school en cultuureducatie<br />

(incl. vergelijkbare vormen)<br />

1 1 1 2005-2008<br />

Bouw projectenbank community arts<br />

Beschrijving praktijk en effecten in C+E<br />

Geannoteerde bibliografie in Zicht op…<br />

Wordt regulier vervolg op Kennisverzameling<br />

Sociale Cohesie en cultuureducatie (22033.01)<br />

Het leveren en bespreken van trends voor<br />

centra voor de kunsten<br />

Inventarisatie en vergelijking nationaal en<br />

internationaal beleid cultuureducatie (EU en<br />

VS)<br />

Uitbreiding internationaal netwerk van go's en<br />

ngo's in EU<br />

Promotie cultuureducatie in EU<br />

Frequentie 4 x per jaar<br />

streefcijfers 2008: verspreiding 400; dow<strong>nl</strong>oads<br />

6.000 per nr. per jaar<br />

Frequentie 3 x per jaar;<br />

streefcijfer 2008: per nummer een verkoop van<br />

gemiddeld 320 exemplaren<br />

Beschrijving vormen, factoren en effecten van<br />

samenwerking cultuureducatie in gemeenten<br />

1 1 1 1 1 2005-2008 Handleiding Brede scholen en cultuureducatie<br />

2006 - Database gereed maart 2006 (108 proj.)<br />

2006 - Publicatie Cultuur+Educatie 17 (dec. 06)<br />

2006 - Publicatie Zicht op… (dec. 06)<br />

2006 - Wordt vanaf augustus 2006 onderhouden 1<br />

Nog geen werkzaamheden verricht; De<br />

Kunstconnectie is hiermee gestopt<br />

Verwezen wordt naar de Glossary on Arts and<br />

Cultural Education en het European Compendium<br />

.. Conferenties in het buite<strong>nl</strong>and bezocht<br />

.. Bijdragen geleverd aan conferenties in het<br />

buite<strong>nl</strong>and<br />

2004 - aantal abonnees - 225<br />

2005 - aantal abonnees - 220<br />

2006 - aantal abonnees - 220 (39.488 dow<strong>nl</strong>oad<br />

hits)<br />

Aantal abonnees 2004 - 180<br />

2005 - 206 abonnees; losse verkoop 2005: 464<br />

2006 - 224 abonnees; losse verkoop 2006: 423<br />

Eindrapport is in november opgeleverd tijdens de<br />

CultuureducatieBELEIDdag 2006<br />

Literatuuronderzoek en expertmeeting verricht;<br />

handleiding wordt samengesteld; eerste fase wordt<br />

in maart 2007 afgerond<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 95<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

1<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

niet aan gewerkt<br />

1


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken<br />

projectnr.<br />

22021<br />

22047<br />

22024<br />

22028<br />

22044<br />

22053<br />

22036<br />

96<br />

Overleg en advies Netwerken provinciale<br />

intermediaire instellingen<br />

Overleg (onderwijs)instellingen kunsteducatie<br />

en erfgoededucatie<br />

Overleg ondersteunende culturele instellingen<br />

over praktijkvoorbeelden<br />

U-bocht: Beoordeling beeldende producten van<br />

kinderen en jongeren<br />

Dag van de Cultuureducatie (jaarlijks ander<br />

onderwijsthema)<br />

Studiedagen binnen- en buitenschools, culturele<br />

instellingen, overheden<br />

Expertmeetings binnen- en buitenschools,<br />

culturele instellingen, overheden<br />

Productontwikkeling informatie en documentatie<br />

Amateurkunst<br />

Inventarisatie provinciaal beleid en beleid<br />

instellingen pk, ak en ce<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008 Tussentijdse evaluatie (periode 2005 - 2006)<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 1 2005-2008<br />

1 1 1 2005-2008<br />

1 1 2005-2008<br />

1 1 1 2005-2007<br />

1 1 1 2005-2008<br />

1 1 2005-2008<br />

1 1 1 2005-2008<br />

1 1 1 1 2005-2008<br />

1 1 1 2005-2008<br />

Frequentie 2 x per jaar; informeren en<br />

adviseren trends en beleid cultuureducatie<br />

Frequentie 2 x per jaar; informeren en<br />

adviseren trends en beleid cultuureducatie<br />

Frequentie 2 x per jaar; inventariseren van<br />

praktijkvoorbeelden voor brede spreiding<br />

Onderzoek naar gemeenschappelijk<br />

beoordelingskader van professionals<br />

(kunstenaars en docenten beeldende vorming)<br />

Frequentie 1 x per jaar<br />

Trends, beleid en praktijk cultuureducatie;<br />

uitwisseling Vlaanderen; doelgroep culturele<br />

instellingen<br />

Ook samen met De Kunstconnectie, St. Lezen,<br />

Erfgoed Actueel en PAK<br />

Ook samen met De Kunstconnectie, St. Lezen,<br />

Erfgoed Actueel en PAK<br />

Deelname regulier PAK-overleg; producten<br />

naar wensen en behoeften PAK-instellingen<br />

Inventarisatie en vergelijking provinciaal beleid<br />

en beleid provinciale instellingen pk ak ce<br />

Twee keer aanwezig geweest en een<br />

netwerkbijeenkomst verzorgd, o.m. over brede<br />

school en amateurkunst<br />

Verwezen wordt naar overleg over Cultuurplein.<strong>nl</strong> en<br />

naar lerarenopleidingen pabo's en voor het<br />

voortgezet onderwijs<br />

2006 - Expertmeeting Museum en Welzijn samen<br />

met AHM en landelijke welzijnsinstelling (ca. 60<br />

bezoekers)<br />

Looptijd 2 jaar<br />

Onderzoek wordt medio 2007 afgerond.<br />

Publicatie C+E 20 - 2007<br />

2005 - p.o 217 bezoekers<br />

2006 - v.o (samenwerking Vlaanderen) 275<br />

bezoekers<br />

2007 – bve<br />

2005 - De nationale canon in v.o (St. Lezen, EA) -<br />

106 pp<br />

2006 - Studiedag (De Kunstconnectie) & leiding<br />

Debat Erfgoedcanon in wording (Erfgoed Actueel)<br />

2006 - Expertmeeting Verschuivende paradigma's en<br />

authentieke kunsteducatie - ca. 80 bezoekers<br />

Regulier overleg met PAK - vanaf januari 2007<br />

Kunstfactor; Activiteiten zijn verantwoord onder<br />

'bijdragen derden'<br />

2005 - eerste deel studie afgerond<br />

2006 - rapportage tweede deel in de 2e helft 2006<br />

afgerond<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

niet aan gewerkt<br />

1


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken<br />

projectnr.<br />

22035<br />

30013<br />

45011.01<br />

Adviescommissies overheden en landelijke<br />

instellingen; bestuursfuncties (inter)nationaal<br />

namens <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Verkenning en uitvoering training<br />

cultuureducatie culturele instellingen<br />

Vlaams/Nederlandse samenwerking informatie<br />

en documentatie<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008 Tussentijdse evaluatie (periode 2005 - 2006)<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 2005-2008<br />

1 1 2005-2008<br />

1 1 1 1 1 2005-2008<br />

22049 TIN inventarisatie 1 1 2006<br />

22039<br />

Expertmeeting rol provinciale en bovenregionale<br />

intermediaire organisaties<br />

1 1 2005<br />

22045 Analyse beleidscyclus cultuur en school 1 1 2006-2007<br />

Bestuur en advies op internationaal, landelijk,<br />

provinciaal en lokaal niveau over<br />

cultuureducatie<br />

Na marktonderzoek frequentie 1 x per jaar<br />

deelname 12 tot 18 pp. culturele instellingen<br />

Advisering opzet en uitvoering<br />

www.cultuurplein.be; bibliotheek en<br />

periodieken<br />

Inventarisatie met De Kunstconnectie naar<br />

podia en vlakke vloertheaters in centra voor de<br />

kunsten<br />

Expertmeeting in 2005, samen met<br />

Kunstgebouw<br />

Analyse beleidsrapporten Cultuur en School,<br />

interviews en expertmeeting. Cultuur+Educatie<br />

18<br />

Bestuur en advies EFAH, DACI, PSAU, NPS, NVTO,<br />

Motley, BVE, Brede School, Onderbouw vo,<br />

gemeenten, provincies e.a.<br />

Productanalyse gepleegd en op grond daarvan<br />

besloten er niet mee door te gaan<br />

Alleen contact gelegd en ideeën uitgewisseld, in<br />

2007 worden concrete werkzaamheden afgesproken<br />

2005 – inventarisatie verricht<br />

2006 - nader uitgewerkt en afgerond<br />

2005 - expertmeeting en artikel in nieuwsbrief 24 -<br />

Kunstgebouw (Hofleverancier of marskramer)<br />

literatuuranalyse wordt uitgevoerd, interviews<br />

voorbereid alsmede expertmeeting - realisatie in juni<br />

2007<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 97<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

1<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

1<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

1<br />

niet aan gewerkt<br />

1


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken samen met derden<br />

projectnr<br />

45002<br />

98<br />

SAMENWERKING MET INITIATIEVEN DERDEN -<br />

BIJDRAGE BESTELTAKEN<br />

Cultuurplein.<strong>nl</strong> (redactieraad met landelijke<br />

instellingen)(samenwerking met OCW)<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 2005-2008<br />

45002 Cultuurplein.<strong>nl</strong> (samenwerking met OCW) 1 1 2005-2008<br />

45002 Cultuurplein.<strong>nl</strong> (samenwerking met OCW) 1 1 2005-2008<br />

45002 Cultuurplein.<strong>nl</strong> (samenwerking met OCW) 1 1 2005-2008<br />

45002 Cultuurplein.<strong>nl</strong> (samenwerking met OCW) 1 1 2005-2008<br />

45002.04<br />

Projectloket kunsteducatie, erfgoededucatie,<br />

amateurkunst en e-culture (samenwerking met<br />

OCW)<br />

1 1 2005-2008<br />

45002.06 Projectloket Plus (samenwerking met OCW) 1 1 2005-2008<br />

45002.05<br />

22051<br />

Digitaal loket aanbod culturele instellingen<br />

Podium op School (samenwerking met OCW)<br />

Advisering onderzoek werking subsidies<br />

muziekensembles (FAPK en Vereniging voor<br />

Nederlandse Muziek Ensembles)<br />

1 1 2005-2008<br />

1 1 2006<br />

Uitvoering projectplan met o.a. SLO, KPC-<br />

Groep, Erfgoed Actueel, CJP, St. Lezen en DEN<br />

Van 240 (2004) naar 650 bezoekers per dag<br />

(2008); bezoek van meerdere pagina's<br />

E-zine PO van 356 (2004) naar 600 abonnees<br />

(2008)<br />

E-zine VO van 196 (2004) naar 400 abonnees<br />

(2008)<br />

E-zine BVE van 84 (2004) naar 150 abonnees<br />

(2008)<br />

Uitvoering met o.a. De Kunstconnectie, Erfgoed<br />

Actueel,<br />

St. Lezen, PAK: streefcijfer 2008: 1.250<br />

Uitvoering met o.a. De Kunstconnectie, Erfgoed<br />

Actueel, St. Lezen, PAK: streefcijfer 2008: 30<br />

(10 per jaar vanaf 2006)<br />

Samenwerking met lokale, provinciale en<br />

landelijke culturele instellingen voor onderwijs<br />

Advies over onderzoek naar werking van<br />

subsidiëring muziekensembles en<br />

muziektheatergezelschappen onder het<br />

mandaat van het FAPK<br />

Tussentijdse evaluatie (periode 2005 -<br />

2006)<br />

In uitvoering; periodiek overleg met<br />

redactieraad<br />

2004 - 232 (8,4 pageviews per bezoeker)<br />

2005 - 420 (15,8 pageviews per bezoeker)<br />

2006 - 452 (8,0 pageviews per bezoeker)<br />

2004 - 356<br />

2005 - 884<br />

2006 - 1.169<br />

2004 - 196<br />

2005 - 361<br />

2006 - 462<br />

2004 - 84<br />

2005 - 170<br />

2006 - 235<br />

Projectvoorbeelden primair onderwijs: 274<br />

Projectvoorbeelden voortgezet onderwijs: 531<br />

2006: 291.766 pageviews<br />

2006 - Projectbeschrijvingen en interviews<br />

gereed (6); bij een aantal van 10 (2007)<br />

worden deze in het Projectloket Plus ingebracht<br />

2004 – 75 aanbiedingen<br />

2005 - 75 aanbiedingen<br />

2006 – 416 aanbiedingen<br />

2006 - Advies geformuleerd, besproken en<br />

afgerond<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

niet aan gewerkt<br />

ambitie (nog) niet<br />

gerealiseerd<br />

verwachting realisatie<br />

ambitie<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken samen met derden<br />

projectnr<br />

SAMENWERKING MET INITIATIEVEN DERDEN -<br />

BIJDRAGE BESTELTAKEN<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008<br />

30001.01 Gastdocentschappen 1 1 2006-2008<br />

30044<br />

30094<br />

30061<br />

30084<br />

30028<br />

30102<br />

45011.02<br />

30120<br />

Blauwdruk; Social inclusion - project Musea<br />

(samenwerking met NMV en VSBfonds + vier<br />

musea)<br />

EMU-vergelijking instrumentale curricula<br />

muziekscholen (samenwerking EMU)<br />

European Cultural Education: Conference<br />

Catalyst Arts Council UK (samenwerking AC UK)<br />

Onderzoek en advies Activiteiten Fondsen en<br />

Cultuureducatie (samen met 6 fondsen)<br />

Studiedagen De Kunstconnectie: Diner pensant<br />

(samenwerking met De Kunstconnectie)<br />

Verzameling kengetallen instellingen<br />

kunsteducatie (samenwerking met De<br />

Kunstconnectie)<br />

Vlaams-Nederlandse samenwerking<br />

cultuureducatie<br />

(samen met Cultuur en School Nederland/<br />

CANON Cultuurcel Vlaanderen)<br />

Brochure kunsteducatiebeleid gemeenten en<br />

advies handleiding kunsteducatiebeleid (samen<br />

met OCW, VNG en De Kunstconnectie)<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 1 1 2005<br />

1 1 2005<br />

1 1 1 1 2005<br />

1 1 2005-2006<br />

1 1 2005<br />

1 1 2005/2007<br />

1 1 2006<br />

1 1 1 2006-2008<br />

Spreiding van informatie en kennis over<br />

cultuureducatie aan specifieke doelgroep<br />

(studenten HBO- en WO)<br />

Publicatie en Conferentie (Zcala Den Haag) na<br />

monitoring vier musea (samen met NMV)<br />

Vergelijking curricula Vlaanderen, Duitsland,<br />

Frankrijk, Engeland en Nederland<br />

Bijdrage aan reader en key facilitator tijdens<br />

conferentie september 2005<br />

Inventarisatie activiteiten cultuureducatie en<br />

visie op toekomt; samen met MS, VSBfonds,<br />

PBC, FAPK e.a.<br />

Frequentie 3x; professionalisering<br />

middenmanagement centra voor de kunsten<br />

Tweejaarlijkse verzameling kengetallen<br />

instellingen kunsteducatie; met De<br />

Kunstconnectie<br />

Tweede expertmeeting Interculturaliteit -<br />

Brussel<br />

Verzameling beleidsrelevante - en<br />

praktijkinformatie voor beleidsontwikkeling<br />

(voorbeelden gemeentelijk beleid)<br />

Tussentijdse evaluatie (periode 2005 -<br />

2006)<br />

2005 - AHK<br />

2006 - AHK, ArteZ, RUG en UU<br />

2007 - AHK, ArteZ<br />

2005 - Publicatie en expertmeeting (Den Haag) 1<br />

2005 - Afgerond begin 2005 1<br />

2005 - Bijdrage reader en bijdragen als<br />

facilitator<br />

2005 - Onderzoek en publicatie gereed 1<br />

2005 - 2006 - drie diners-expertmeetings<br />

uitgevoerd alsmede afsluitende publicatie<br />

Eerste afronding 2005. De Kunstconnectie heeft<br />

de ambitie om dit weer te doen in 2007<br />

2006 - Expertmeeting Interculturele dialoog en<br />

publicatie mei 2006<br />

2006 - Brochure gereed maart<br />

2006 - Redactieraad kunsteducatiebeleid<br />

Kunstconnectie<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 99<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

1<br />

niet aan gewerkt


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken samen met derden<br />

projectnr<br />

30109<br />

30103<br />

30090.01<br />

30097<br />

21004<br />

30017.07<br />

30017.08<br />

30113<br />

30096<br />

100<br />

SAMENWERKING MET INITIATIEVEN DERDEN -<br />

BIJDRAGE BESTELTAKEN<br />

Quickscan en voorbeelden samenwerking<br />

amateur-muziek en onderwijs (samenwerking<br />

met Unisono)<br />

Dienstverlening instellingsbibliotheek voor<br />

ondersteunende instellingen (samenwerking<br />

Bisk)<br />

Vervolg nulmeting aanvragen Versterking<br />

cultuureducatie Basisonderwijs (samenwerking<br />

met OCW)<br />

Onderzoek cultuureducatie primair onderwijs<br />

Rotterdam (samenwerking met gemeente<br />

Rotterdam)<br />

Samenwerking en afstemming Internetsite De<br />

Kunstconnectie (met de Kunstconnectie)<br />

Begeleiding en monitoring Regeling<br />

Cultuureducatie in de BVE 2004-2005 (samen<br />

met OCW)<br />

Inventarisatie verankering cultuureducatie BVE<br />

2005 (samen met OCW)<br />

Begeleiding en monitoring Regeling<br />

Cultuureducatie in de BVE 2005-2006 (samen<br />

met OCW)<br />

ICT-GrassRoots cultuur Basisonderwijs (samen<br />

met Kennisnet)<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 1 2005<br />

1 1 1 2005-2008<br />

1 1 2005<br />

1 1 2005<br />

1 1 2005-2008<br />

Samen met Unisono; inventarisatie praktijken<br />

en innoverende expertmeeting<br />

Dienstverlening studiecentrum CNL aan BISK en<br />

mogelijk anderen<br />

Onderzoek naar landelijke aanvragers p.o. en<br />

relatie met scenario's Hard(t) voor cultuur<br />

Onderzoek naar aanvragers p.o. en relatie met<br />

scenario's Hard(t) voor cultuur<br />

Levering en gebruikmaking van elkaars content,<br />

nieuwsrubriek en agenda<br />

Tussentijdse evaluatie (periode 2005 -<br />

2006)<br />

2005 – Scan en publicatie gereed<br />

2005 – Expertmeeting ca. 60 deskundigen<br />

Gebruik geautomatiseerde subcatalogus C<strong>nl</strong> en<br />

catalogisering voor handbibliotheek BiSK, maar<br />

nog niet voor andere instellingen<br />

2005 - Onderzoek en publicatie gereed 1<br />

2005 - Onderzoek en publicatie gereed juni<br />

2005<br />

De Kunstconnectie gebruikt de nieuwsitems van<br />

CNL, andersom wordt wordt niet alles van<br />

Kunstconnectie overgenomen<br />

1 1 1 2005 Uitvoering projectplan 30017.07 Uitgevoerd in 2004/2005 1<br />

1 1 2006 Uitvoering projectplan 30017.08<br />

2006 - Inventarisatie verankering beleid in<br />

2006 afgerond<br />

1 1 1 1 2005-2007 Uitvoering projectplan 30113 2006 - Deels uitgevoerd, afronding in 2007 1<br />

1 1 1 2005-2006 Uitvoering projectplan 30096<br />

2006 - Alle projecten en doelstellingen zijn<br />

gerealiseerd m.b.v. locatiehouders; extra is een<br />

boekje met 30 voorbeeldprojecten<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

1<br />

niet aan gewerkt


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken samen met derden<br />

projectnr<br />

30110<br />

30098<br />

30061.01<br />

30105<br />

30051.01<br />

30111.01<br />

30111.02<br />

30116<br />

30117<br />

30118<br />

SAMENWERKING MET INITIATIEVEN DERDEN -<br />

BIJDRAGE BESTELTAKEN<br />

Ontwerp en uitvoering Prijs versterking<br />

cultuureducatie Basisonderwijs (Cultuur Primair<br />

Prijs)(samen met OCW)<br />

SWOT-analyse Windesheim Zwolle (samen met<br />

Widesheim)<br />

Uitvoering secretariaat Netwerk EU-ambtenaren<br />

cultuureducatie (samen met OCW)<br />

Studiedag lokaal bestuur en cultuureducatie<br />

regio Weert (samen met zes gemeenten Weert<br />

e.o.)<br />

Inhoudelijke begeleiding Museumeducatie De<br />

Fundatie Zwolle (samen met De Fundatie<br />

Zwolle)<br />

CultuureducatieBELEIDdag en voorbereidende<br />

expertmeeting (samen met OCW, IPO en VNG)<br />

Behoefteonderzoek naar scholing in Noord-<br />

Brabant (samen met provincie en Bisk)<br />

Stimuleringsregeling cultuureducatie II Pabo's<br />

(samen met OCW)<br />

Samenwerking centra voor de kunsten en<br />

primair onderwijs (samen met De<br />

Kunstconnectie)<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 1 2005 e.v. Voorbereiding en uitvoering projectplan 30110<br />

1 1 2005<br />

Analyse naar mogelijkheden major en minor<br />

aanpalende opleidingsgebieden<br />

1 1 1 2005 Project uit 2002-2005 van OCW<br />

1 1 2005<br />

Zeven gemeenten en lange termijnbeleid<br />

cultuureducatie<br />

1 1 2005 Voorbereiding en uitvoering projectplan 30111<br />

1 1 2005-2008<br />

1 1 2006<br />

1 1 2005-2007<br />

1 1 1 2006<br />

Voorbereidende expertmeeting en Dag speciaal<br />

voor ambtenaren gemeenten: samenwerking<br />

OCW, VNG en IPO/start 2005<br />

Project (2005) van provincie Noord-Brabant en<br />

Bisk naar scholingsbehoefte leerkrachten<br />

p.o./medewerkers culturele instellingen en<br />

centra voor de kunsten<br />

Stimuleringsregeling voor opleidingen die kiezen<br />

voor cultuureducatief partnerschap<br />

Inventarisatie samenwerking, interviews en<br />

publicatie<br />

Tussentijdse evaluatie (periode 2005 -<br />

2006)<br />

2005 - Voorbereiding prijsvraag<br />

2006 - Start inzendingen (voorjaar) en<br />

prijsuitreiking december 2006 door Maria van<br />

der Hoeven<br />

2005 - Afgerond 1<br />

2005 - Uitgevoerd en overgedragen aan<br />

Oostenrijk<br />

2006 - Website wordt nog steeds onderhouden<br />

2005 - Uitgevoerd 1<br />

2004 - Behoeftenonderzoek uitgevoerd<br />

2005 - Uitvoering educatieplan<br />

2006 - Begeleiding educatiewerkzaamheden<br />

2005 - gerealiseerd: 105 bezoekers<br />

2006 - gerealiseerd: 130 bezoekers (vooraf<br />

expertmeeting 10 experts)<br />

2006 - Onderzoek gereed augustus 2006 1<br />

2005 - 2007 - 16 pabo's zijn - op grond van<br />

door begeleidingscommissie goedgekeurde<br />

aanvragen - met de uitvoering bezig -<br />

afronding 2007<br />

2006 - Afgerond: Samenwerken is een kunst;<br />

samenwerking en netwerkvorming tussen<br />

centra voor de kunsten en het primair<br />

onderwijs<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 101<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

1<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

niet aan gewerkt


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken samen met derden<br />

projectnr<br />

30118.01<br />

30119<br />

30121<br />

30122<br />

30123<br />

30123.01<br />

30125<br />

30127<br />

30128<br />

30129<br />

102<br />

SAMENWERKING MET INITIATIEVEN DERDEN -<br />

BIJDRAGE BESTELTAKEN<br />

Spin off samenwerking Centra voor de Kunsten<br />

en primair onderwijs (samen met provinciale<br />

kunsteducatie instellingen)<br />

Inventarisatie samenwerking centra voor de<br />

kunsten en amateurkunst (samen met De<br />

Kunstconnectie en SFKV)<br />

Studiedag samenwerking centra voor de<br />

kunsten en primair onderwijs (samen met De<br />

Kunstconnectie en Kunststation C)<br />

Functionaliteit Cultuurplein en extranet ICC-ers<br />

(samen met landelijke ICC-leiders)<br />

Beheer en onderhoud website Actieplan<br />

Cultuurbereik (samen met OCW)<br />

Inhoudelijke verdieping cultuureducatie pabo's<br />

(samen met OCW)<br />

Evaluatie Cultuurtraject voor SKVR (samen met<br />

gemeente Rotterdam)<br />

Werkbijeenkomst Koers 2006; cultuureducatie<br />

en primair onderwijs (samen met OCW)<br />

Inhoudelijke voorbereiding en conferentie<br />

Visuele geletterdheid (samen met SLO)<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 2006-2007<br />

Vier bijeenkomsten in de vier windstreken van<br />

Nederland over samenwerking en<br />

netwerkvorming van culturele instellingen met<br />

het primair onderwijs<br />

1 1 1 2006-2007 Uitvoering projectplan 30119<br />

1 1 2006<br />

Presentatie uitkomsten project 30118 tijdens<br />

conferentie De Kunstconnectie in Louis<br />

Hartloopercomplex Utrecht<br />

1 1 2006 Uitvoering projectplan 30122<br />

1 1 2006-2007<br />

Uitvoering projectplan en bijgesteld projectplan<br />

30123<br />

1 1 1 2006-2008 Uitvoering projectplan 30125<br />

1 1 2006<br />

1 1 2006<br />

1 1 1 2006<br />

Advies over evaluatie en bijstelling<br />

evaluatieformulieren<br />

Conferentie over ontwikkelingen cultuureducatie<br />

in primair onderwijs (meting Sardes, advies<br />

Onderwijsraad en Raad voor Cultuur)<br />

Advisering en uitvoering project Visuele<br />

geletterdheid SLO<br />

Tussentijdse evaluatie (periode 2005 -<br />

2006)<br />

2006 - Bijeenkomst in november 2006 in<br />

Hoogezand Sappemeer (met Kunststation C)<br />

2007 - Drie bijeenkomsten (west, oost en zuid)<br />

Enquête en expertmeetings voor publicatie met<br />

scenario's voor amateurkunst-verenigingen en<br />

centra voor de kunsten (publicatie mei 2007)<br />

2006 - Overleg over inhoud studiedag en<br />

uitvoering op 30 maart<br />

2006 - Extranet voor aanbod ICC-cursussen en<br />

dataverzameling ICC-trainers<br />

2006 - Update website Actieplan Cultuurbereik,<br />

toevoer en invoer content (afronding 2007)<br />

2006 – 235 bezoekers per dag (2,5 pagina<br />

gemiddeld per bezoeker)<br />

Inhoudelijke ontwikkeling en verankering<br />

cultuureducatie in curriculum pabo's (major en<br />

minoren) - alle pabo's kunnen deelnemen<br />

2006 - start maart 2006- afgerond juli 2006 1<br />

2006 - Uitgevoerd op 29 juni 2006 in<br />

Vredenburg Utrecht, ca. 180 deelnemers.<br />

Uitgevoerd najaar 2006 1<br />

ambitie gerealiseerd<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

niet aan gewerkt<br />

ambitie (nog) niet<br />

gerealiseerd<br />

verwachting realisatie<br />

ambitie<br />

1<br />

1<br />

1


activiteiten, producten en diensten<br />

besteltaken samen met derden<br />

projectnr<br />

30131<br />

30132<br />

30133<br />

SAMENWERKING MET INITIATIEVEN DERDEN -<br />

BIJDRAGE BESTELTAKEN<br />

Uitvoering cultuureducatie tijdens Pabotour:<br />

Innovatieplatform primair onderwijs (samen<br />

met OCW)<br />

Onderzoek Mocca; cultuureducatie in het<br />

voortgezet onderwijs (samen met Mocca<br />

Amsterdam)<br />

Kwaliteit en Innovatie primair onderwijs (samen<br />

met Platform Kwaliteit en Innovatie primair<br />

onderwijs)<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 2006-2008<br />

1 1 2006-2007<br />

1 1 2006-2008<br />

Uitvoering presentaties cultuureducatie voor<br />

pabo's in het kader van primair onderwijs<br />

Innovatie en Kwaliteit<br />

Onderzoek naar data cultuureducatie voortgezet<br />

onderwijs en wensen en behoeften van scholen<br />

over de bemiddelende rol van Mocca<br />

Communicatie over cultuureducatie voor primair<br />

onderwijs en de activiteiten van het Platform<br />

Kwaliteit en Innovatie<br />

Tussentijdse evaluatie (periode 2005 -<br />

2006)<br />

2006 - Een pilot uitgevoerd op pabo Eindhoven;<br />

in 2007 e.v. volgen meerdere presentaties in<br />

pabo's voor studenten en alumni<br />

Inventarisatie is voorbereid; vervolg<br />

werkzaamheden in 2007<br />

Communicatie over o.m. algemene doelen<br />

innovatie cultuureducatie en<br />

projectsubsidieaanvragen<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 103<br />

ambitie gerealiseerd<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

1<br />

1<br />

1<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

niet aan gewerkt


activiteiten, producten en diensten<br />

projectsubsidies OCW<br />

projectnr. PROJECTSUBSIDIES OCW<br />

45001 Bulletin Cultuur & School + katern p.o 1 1 1 2005-2008<br />

45003 Verbreding Cultuur en School - Pabo's 1 1 1 2005-2007<br />

45004<br />

45004.01<br />

45005<br />

45006<br />

104<br />

Versterking cultuureducatie lerarenopleiding vo<br />

Verbreding cultuureducatie lerarenopleidingen<br />

vo<br />

Monitorstudie naar toekomstige leraren als<br />

cultuurdrager<br />

Onderzoek Doorlopende Leerlijnen en<br />

cultuureducatie<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 1 2005-2008<br />

1 1 1 1 2006-2008<br />

1 1 1 1 2006-2007<br />

45007 Trendonderzoek Museumeducatie 1 1 1 2006-2008<br />

45009 Onderzoeksprogrammering 1 1 1 2005-2006<br />

45011<br />

Cultuurplein internationaal (EU) inclusief<br />

glossary and compendium<br />

1 1 1 1 2006-2008<br />

Frequentie 5 x per jaar; 3 x katern p.o.<br />

Streefcijfer 2008: 11.000 individuele abonnees<br />

Uitvoering projectplan met Erfgoed Actueel;<br />

betreft alle Pabo's in Nederland<br />

Uitvoering projectplan met Erfgoed Actueel<br />

2004: pilot met 4 opleidingen<br />

streefcijfer 2008: vervolg met 12 opleidingen<br />

Studie uitmondend in rapport, expertmeeting<br />

en advies<br />

Inventarisatie van praktijk van 'verticaal'<br />

doorlopende leerlijnen en theoretische studie<br />

Onderzoek naar visies op en positie van<br />

museumeducatie in Nederlandse Musea<br />

Ontwikkeling onderzoekskader ce dmv<br />

literatuurstudies, expertmeetings (looptijd<br />

02.06 - 1.10.06)<br />

Portal voor digitale informatie over beleid en<br />

onderzoek cultuureducatie in de EU; links naar<br />

praktijkvoorbeelden EU<br />

Tussentijdse evaluatie (periode 2005-<br />

2006)<br />

2004 - 9.500 abonnees<br />

2005 - 9.652 abonnees<br />

2006 - 11.140 abonnees (waarvan 6.595 ook<br />

van het katern)<br />

2006 - Oplevering resultaten en voorbereiding<br />

publicatie<br />

2007 - Publicatie en slotconferentie april 2007<br />

2004 - pilot 4 opleidingen<br />

2006 - vervolg met 6 opleidingen<br />

2007 - vervolg met nog eens 6 opleidingen<br />

Nog geen werkzaamheden verricht 1<br />

Nog geen werkzaamheden verricht 1<br />

2006 - projectplan gereed en uitvoering gestart<br />

2007 - literatuurstudie, interviews, enquête en<br />

publicatie<br />

2006 - studies en meetings afgerond.<br />

2006 - oplevering onderzoekskader<br />

cultuureducatie<br />

2007 - uitwerking en uitvoering<br />

onderzoekskader<br />

2006 - start met planvorming en overleg met<br />

OCW en civil servants network EU<br />

2007 - uitvoering met deelnemende landen aan<br />

glossary<br />

ambitie gerealiseerd<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

niet aan gewerkt


activiteiten, producten en diensten<br />

projectsubsidies OCW<br />

projectnr. OPDRACHTTAKEN<br />

45012<br />

Onderzoek EU-glossary for culture and arts<br />

education (samen met civil servants network<br />

EU)<br />

producten looptijd ambities beleidsplan 2005-2008<br />

studies & onderzoek<br />

advies & begeleiding<br />

informatie & documentatie<br />

grafisch<br />

digitaal<br />

mondeling<br />

1 1 1 1 2006-2008<br />

45013 Bundeling Onderzoek Cultuureducatie 1 1 1 2007-2008<br />

45014.01<br />

Kennisnetwerk programmagroep Landelijke<br />

Projecten Primair Onderwijs (OCW en Platform<br />

Innovatie en Kwaliteit primair onderwijs)<br />

Internationale conferentie Europese Unie 1 1 1 1 1 2008<br />

2005-2008<br />

Ontwikkeling glossary en indicatoren voor<br />

vergelijkende EU-inventarisaties en studies<br />

Inspirerende bundel met voor cultuureducatie<br />

belangrijke feiten, begrippen en theorieën<br />

Werkzaamheden voor de ondersteuning<br />

cultuureducatie bij ontwikkeling school en<br />

innovatie<br />

Presentatie en discussie bereikte resultaten EUnetwerk<br />

cultuureducatie<br />

Tussentijdse evaluatie (periode 2005-<br />

2006)<br />

2006 - pilot gestart, presentatie Graz juni 2006<br />

- deelname Nederland, Vlaanderen, Oostenrijk,<br />

Frankrijk, Duitsland en UK<br />

2007 - uitbreiding met Portugal en Grieke<strong>nl</strong>and<br />

Nog geen werkzaamheden verricht 1<br />

2006 - Innovatieve impulsen cultuureducatie po<br />

2007 - Innovatieve impulsen cultuureducatie po 1<br />

Nog geen werkzaamheden verricht 1<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 105<br />

ambitie gerealiseerd<br />

verwachting realisatie ambitie<br />

1<br />

ambitie (nog) niet gerealiseerd<br />

niet aan gewerkt


106<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Bijlage 2<br />

Wensen klantengroepen<br />

De belangrijkste overige wensen die de respondenten van de verschillende klantengroepen tijdens het<br />

klantenonderzoek hebben genoemd worden in deze bijlage opgesomd. De gehele wense<strong>nl</strong>ijst is in het<br />

onderzoek zelf terug te vinden.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

107


Klantengroep Opmerkingen, wensen en behoeften<br />

Gemeenten < 90.000 inwoners - De link tussen <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en de amateurkunst optimaliseren.<br />

- Meer praktijkvoorbeelden van wat elders gebeurt, met name ook bij<br />

schouwburgen.<br />

- Onderkenning van de kwalitatieve verschuivingen in de cultuureducatie. Deze<br />

moeten in de toekomst bewaakt worden vanwege de plannen van de overheid.<br />

- Jammer is dat veel scholen <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland niet kennen, bekendheid<br />

zou beter kunnen.<br />

- Door beleidswijzigingen valt er een gat waardoor cultuureducatie decentraler<br />

wordt, op zo'n moment <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland inschakelen.<br />

Gemeenten > 90.000 inwoners - Kritischer zijn op het beleid en dat naar voren brengen op congressen.<br />

- De samenwerking bewaken.<br />

- Hoe kan <strong>Cultuurnetwerk</strong> alles wat leeft op het gebied van cultuureducatie het<br />

best onder de aandacht brengen?<br />

- Theorie en praktijk integreren: beleid van school, gemeente en instellingen<br />

integreren.<br />

- Meer coördinatie van en voor het onderzoek in Nederland.<br />

Afdelingen cultuureducatie<br />

provincies<br />

Provinciale instellingen<br />

cultuureducatie en<br />

amateurkunst<br />

108<br />

- Het terrein van de kunsteducatie wordt breder, er ontstaan overlappingen:<br />

onderwijs/brede school/AK/erfgoed. Hoe gaat dat allemaal samenkomen?<br />

- Er zouden meer expertmeetings moeten komen waarbij nagedacht wordt, een<br />

denktank en niet waar alleen iedereen zijn eigen verhaal houdt.<br />

- Hoe gaan we verder na 2008, over dit onderwerp gastsprekers vragen.<br />

- <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland is een goede trendwatcher, zou ook trendsetter<br />

kunnen zijn, meer lef.<br />

- Meer samenwerking van cultuureducatie met bijvoorbeeld economie en toerisme,<br />

kijken buiten de grenzen en bewust zijn van toekomstige ontwikkelingen.<br />

- Zou graag zien dat <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland wat explicieter en uitgewerkter<br />

voor erfgoededucatie zou zijn.<br />

- Meer actie en prikkels vanuit <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zelf.<br />

Provinciale erfgoedhuizen - We zitten te springen om een theoretische onderbouwing van erfgoededucatie.<br />

- Internationale contacten leggen op erfgoedgebied.<br />

- Nauwer samenwerken met Stichting Erfgoed Nederland en Open (Overleg<br />

Provinciale instellingen en Erfgoedhuizen Nederland).<br />

- <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland moet lobby naar regering doen bij alles wat de<br />

provincie overstijgt.<br />

- Onderzoek en theorievorming is voor mij belangrijker dan de projectenbank e.d.<br />

Erfgoedinstellingen - Onderzoek doen naar vernieuwende projecten die instellingen aanbieden.<br />

- Meer deskundigheid gericht op erfgoed.<br />

Instellingen beeldende kunst - Meer samenwerkingspartners van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland die als intermediair<br />

in het noorden kunnen optreden.<br />

- Publiciteit maken voor onze activiteiten.<br />

Podia en gezelschappen - Meer cursussen, bijvoorbeeld vervolgcursus CKV.<br />

- Expertmeetings organiseren.<br />

Centra voor de kunsten - Bijeenbrengen van landelijke ontwikkelingen cultuureducatie<br />

- Meer aandacht voor de profielverandering van de centra voor de kunsten in het<br />

bijzonder het multifunctionele aspect.<br />

- Inhoudelijke ondersteuning t.a.v. de ontwikkeling en uitvoering van beleid.<br />

- Informatiebron voor relevante projecten vooral gericht op primair onderwijs.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Klantengroep Opmerkingen, wensen en behoeften<br />

Docentenvakverenigingen - Projecten rond beleidsmatige zaken zoals waarom wordt het onderwijs steeds<br />

zelfstandiger en hoe maken we goed onderbouwde programma's voor studenten;<br />

aanpassing van werkvormen vanwege de onderwijsvernieuwing.<br />

- Project in samenwerking met OCW om buitenschoolse instellingen te stimuleren<br />

meer te doen aan cultuureducatie.<br />

Lerarenopleidingen v.o. - Een gastcollege geven.<br />

Lerarenopleiding kunstvakken - Er zijn grote veranderingen op komst. Er moet ingespeeld worden op de<br />

veranderende mogelijkheden van kinderen. Hoe ziet de kunsteducatie er in de<br />

toekomst uit; <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zou suggesties moeten geven over de<br />

nieuwe geletterdheid.<br />

- Een aanvulling zijn voor onze nieuwe mastersopleiding Kunsteducatie die in<br />

september start.<br />

- (Nog) meer contact met studenten in termen van scripties of onderzoek.<br />

Pabo's - Veel inhoudelijke ondersteuning; coaching en projectleiding.<br />

- Ondersteuning bij het in stand houden van kunst en cultuureducatie/onderwijs.<br />

- Het voorbereiden van studiedagen voor het pabo-netwerk en<br />

achtergrondmateriaal voor pabo's.<br />

- Wat is de functie van de pabo binnen de culturele instellingen? <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland zou nog sterker het netwerk moeten stimuleren.<br />

- <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zet hoog in, hun idealisme past niet altijd binnen een<br />

pabo-organisatie.<br />

ROC's - Meedenken over hoe je cultuur een plek geeft binnen het college. <strong>Cultuurnetwerk</strong><br />

Nederland moet hier eens een dag komen meelopen en meedenken, zoals over<br />

de ontwikkeling van burgerschapscompetenties.<br />

- Intermediair zijn met name bij subsidies.<br />

- Rol spelen in het overdragen van projecten van de ene school naar de andere<br />

school, spin in het web zijn.<br />

- <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland zou een samenwerking moeten bewerkstelligen in het<br />

beroepsonderwijs.<br />

- Ontwikkelingen in binnen- en buite<strong>nl</strong>and.<br />

Tabel: Overige wensen ten aanzien van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland, per klantengroep<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

109


110<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Bijlage 3<br />

TevredenheidsMonitor <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

Het in bijlage 3 opgenomen overzicht is gemaakt uitgaande van een vijfpuntschaal. Dit overzicht kent<br />

als indeling in de eerste kolom de stellingen zoals die in de enquête geformuleerd zijn, gegroepeerd<br />

op thema's zoals in de TevredenheidsMonitor. Daarna volgt per stelling de uitslag in percentages van<br />

'helemaal oneens' tot en met 'helemaal eens'. In de hierna volgende kolom is de omrekening naar het<br />

gemiddelde per stelling volgens de vijfpuntschaal te zien (helemaal oneens = 1, oneens = 2, neutraal<br />

= 3, eens = 4 en helemaal eens = 5). De MonitorGroep heeft ook de benchmark op dezelfde manier<br />

berekend en deze in de kolom ernaast toegevoegd. Dan een kolom met het verschil tussen de score<br />

van <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland en die van de benchmark. Daar waar het verschil 0,2 of meer is (zowel<br />

plus als min) is dit door de MonitorGroep als indicatief aangemerkt.<br />

Vervolgens komen na de dubbele verticale lijn de resultaten per bureau in een vijfpuntschaal (deze<br />

zijn te vergelijken met de benchmark). De laatste kolom laat de resultaten zien van een 'restgroep'<br />

van medewerkers die niet opgegeven hebben bij welk bureau ze werkzaam zijn.<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

111


nummer enquêtevraag<br />

112<br />

TevredenheidsMonitor<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland (n=36)<br />

schaal 1 - 5 1 2 3 4 5<br />

helemaal oneens - helemaal eens h o o n e h e<br />

Bedrijf en product<br />

Bedrijf<br />

29 Ik ben trots op mijn werk 0 0 25 56 19 3,9 3,9 0,0 4,40 3,55 3,87<br />

30 Ik werk bij een leuke organisatie 0 6 14 67 14 3,9 3,9 0,0 4,10 3,89 4,00<br />

Product/dienst<br />

28 Ik heb affiniteit met het soort werk of het product<br />

dat onze organisatie levert<br />

gemiddeld bedrijf en product in percentage en<br />

bandbreedte<br />

Arbeidsorganisatie<br />

Efficiency<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

Gemiddeld schaal 1-5<br />

Benchmark 1-5<br />

0 3 11 64 22 4,1 4,0 0,1 4,50 3,89 3,62 4,07<br />

0 3 17 62 18 4,0 3,9 0,1 4,33 3,78 3,83 3,83<br />

16 Het werk is goed georganiseerd 0 14 31 44 11 3,5 3,2 0,3 3,70 3,33 3,75<br />

Leiderschap<br />

5 Mijn direct leidinggevende is een goede baas 3 22 17 53 6 3,4 3,6 -0,2 3,60 3,45 3,38<br />

34 De organisatie wordt goed geleid 3 6 42 44 6 3,4 3,2 0,2 3,60 3,33 3,62<br />

42 Bij een probleem kan ik altijd bij mijn<br />

leidinggevende terecht<br />

Communicatie<br />

14 Ik weet precies welke resultaten er van mij in mijn<br />

werk worden verwacht<br />

21 Ik krijg alle informatie die ik nodig heb om mijn<br />

werk goed te kunnen doen<br />

0 19 14 56 11 3,6 3,8 -0,2 3,70 3,67 3,75<br />

0 3 19 72 6 3,8 3,6 0,2 4,00 4,00 3,50 3,67<br />

0 11 22 56 11 3,7 3,4 0,3 4,20 3,45 3,61 3,30<br />

Verschil benchmark<br />

Opdrachttaken (n=10)<br />

Besteltaken (n=9)<br />

Facilitaire taken (n=8)<br />

Restcategorie (n=9)<br />

3,89<br />

3,52<br />

3,30<br />

2,97<br />

3,19<br />

3,19


nummer<br />

enquêtevraag<br />

TevredenheidsMonitor<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland (n=36)<br />

schaal 1 - 5 1 2 3 4 5<br />

helemaal oneens - helemaal eens h o o n e h e<br />

32 Ik word voldoende geïnformeerd over<br />

ontwikkelingen in de organisatie die voor mij van<br />

belang zijn<br />

Strategie en beleid<br />

Gemiddeld schaal 1-5<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 113<br />

Benchmark 1-5<br />

0 11 14 72 3 3,7 3,2 0,5 3,80 3,56 3,87 3,45<br />

15 Ik ken de doelstellingen van onze organisatie 0 0 11 75 14 4,0 3,7 0,3 4,40 3,78 4,00<br />

Algemene cultuur<br />

17 Onze organisatie levert goede kwaliteit 0 3 22 67 8 3,8 3,6 0,2 3,80 3,89 3,87<br />

18 Onze organisatie is modern of innovatief 0 19 47 31 3 3,2 3,4 -0,2 3,00 3,45 3,25<br />

35 Beslissingen worden in de organisatie snel<br />

genomen<br />

3 8 31 56 3 3,5 2,9 0,6 3,30 3,67 3,62<br />

36 Onze organisatie wil beter zijn dan anderen 0 6 25 61 8 3,7 3,7 0,0 3,70 3,67 3,75<br />

41 De organisatie is klantgericht 0 11 25 58 6 3,6 3,7 -0,1 3,80 3,78 3,75<br />

Samenwerking<br />

13 De mensen binnen mijn afdeling werken echt met<br />

elkaar samen<br />

31 De samenwerking tussen de verschillende<br />

afdelingen is goed<br />

Sfeer en collega's<br />

4 Op mijn werk is er een goede werksfeer tussen de<br />

collega's<br />

gemiddeld arbeidsorganisatie in percentage en<br />

bandbreedte<br />

0 8 36 44 11 3,6 3,5 0,1 3,80 4,00 3,00<br />

0 36 36 28 0 2,9 2,9 0,0 2,90 2,78 3,12<br />

0 3 22 64 11 3,8 3,9 -0,1 3,90 4,11 3,75<br />

1 11 26 55 7 3,6 3,5 0,1 3,70 3,62 3,60 3,34<br />

Verschil benchmark<br />

Opdrachttaken (n=10)<br />

Besteltaken (n=9)<br />

Facilitaire taken (n=8)<br />

Restcategorie (n=9)<br />

3,89<br />

3,63<br />

3,00<br />

3,34<br />

3,78<br />

2,97<br />

3,44<br />

2,86<br />

3,52


nummer enquêtevraag<br />

114<br />

TevredenheidsMonitor<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland (n=36)<br />

schaal 1 - 5 1 2 3 4 5<br />

helemaal oneens - helemaal eens h o o n e h e<br />

Arbeidsinhoud<br />

Werkinhoud<br />

19 De inhoud van mijn werk is leuk 0 0 6 69 25 4,2 4,0 0,2 4,60 3,89 4,12<br />

27 Ik heb afwisselend werk 0 3 6 72 19 4,1 3,9 0,2 4,60 3,78 3,87<br />

45 In mijn werk worden mijn kennis en vaardigheden<br />

voldoende benut<br />

Ontwikkeling<br />

20 Ik heb voldoende trainings- en<br />

opleidingsmogelijkheden<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

Gemiddeld schaal 1-5<br />

Benchmark 1-5<br />

6 8 17 61 8 3,6 3,5 0,1 3,80 3,67 3,87<br />

0 0 14 72 14 4,0 3,4 0,6 4,30 3,89 3,88<br />

25 Ik kan verder doorgroeien in deze organisatie 3 44 25 22 3 2,8 2,9 -0,1 2,90 2,89 2,58<br />

38 Ik krijg in de organisatie voldoende kans om<br />

mijzelf te ontwikkelen<br />

Autonomie, invloed<br />

12 Ik kan zelf beslissen over de manier waarop ik<br />

mijn werk doe<br />

0 8 28 56 8 3,6 3,5 0,1 3,80 3,67 3,62<br />

0 3 3 83 11 4,0 3,8 0,2 4,10 4,11 4,00<br />

22 Er wordt naar mij geluisterd 3 3 17 69 8 3,8 3,5 0,3 4,10 3,78 3,87<br />

gemiddeld arbeidsinhoud in percentage en<br />

bandbreedte<br />

2 9 15 63 12 3,8 3,6 0,2 4,03 3,71 3,73 3,54<br />

Verschil benchmark<br />

Opdrachttaken (n=10)<br />

Besteltaken (n=9)<br />

Facilitaire taken (n=8)<br />

Restcategorie (n=9)<br />

4,11<br />

4,00<br />

2,97<br />

3,89<br />

2,64<br />

3,45<br />

3,89<br />

3,34


nummer enquêtevraag<br />

TevredenheidsMonitor<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland (n=36)<br />

schaal 1 - 5 1 2 3 4 5<br />

helemaal oneens - helemaal eens h o o n e h e<br />

Arbeidsvoorwaarden<br />

Beloning<br />

8 Mijn salaris is vergelijkbaar met dat van mensen<br />

met een vergelijkbare baan in een andere<br />

organisatie<br />

Secundaire arbeidsvoorwaarden<br />

9 Ik heb goede overige arbeidsvoorwaarden zoals<br />

pensioen, vakantiedagen, kinderopvangregeling<br />

e.a.<br />

Waardering<br />

Gemiddeld schaal 1-5<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 115<br />

Benchmark 1-5<br />

0 6 36 53 6 3,6 3,0 0,6 3,30 3,89 3,50 3,67<br />

0 0 11 69 19 4,1 3,5 0,6 4,10 4,00 4,38 3,89<br />

2 Mijn inzet wordt gewaardeerd 0 3 14 61 22 4,0 3,6 0,4 4,30 3,89 3,99<br />

23 Ik word met respect behandeld 0 3 19 67 11 3,9 3,8 0,1 4,00 3,89 4,00<br />

24 Ik hoor vaak genoeg of ik mijn werk goed doe 0 14 31 47 8 3,5 3,1 0,4 3,60 3,11 3,75<br />

Baanzekerheid<br />

26 Ik ben er zeker van dat ik mijn baan kan houden 3 19 25 44 8 3,4 3,4 0,0 3,90 3,33 3,12<br />

Beoordeling<br />

37 Het is mij duidelijk waarop ik word beoordeeld 3 17 31 47 3 3,3 3,4 -0,1 3,40 3,56 3,24<br />

40 In de organisatie wordt iedereen op dezelfde<br />

manier behandeld<br />

44 De beoordeling van mijn werk komt op een eerlijke<br />

manier tot stand<br />

gemiddeld arbeidsvoorwaarden in percentages en<br />

bandbreedte<br />

8 42 31 17 3 2,7 2,9 -0,2 3,00 2,89 2,50<br />

0 19 22 56 3 3,4 3,4 0,0 3,20 3,78 3,50<br />

2 14 24 51 9 3,5 3,3 0,2 3,64 3,59 3,55 3,32<br />

Verschil benchmark<br />

Opdrachttaken (n=10)<br />

Besteltaken (n=9)<br />

Facilitaire taken (n=8)<br />

Restcategorie (n=9)<br />

3,89<br />

3,56<br />

3,56<br />

2,97<br />

3,00<br />

2,10<br />

3,23


nummer enquêtevraag<br />

116<br />

TevredenheidsMonitor<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland (n=36)<br />

schaal 1 - 5 1 2 3 4 5<br />

helemaal oneens - helemaal eens h o o n e h e<br />

Arbeidsomstandigheden<br />

Condities<br />

6 Mijn werkomstandigheden (klimaat, geluid en<br />

werkplek) zijn goed<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

Gemiddeld schaal 1-5<br />

Benchmark 1-5<br />

0 36 14 44 6 3,2 3,4 -0,2 3,20 2,77 3,39<br />

7 Ik heb plezierige werktijden 0 6 3 64 28 4,1 3,9 0,2 4,00 4,11 4,62<br />

43 Er is voldoende aandacht voor veiligheid op mijn<br />

werk<br />

Faciliteiten<br />

3 De kwaliteit van de apparatuur en het materiaal is<br />

goed<br />

11 Er is voldoende apparatuur en materiaal om mijn<br />

werk goed te kunnen doen<br />

Werkdruk<br />

0 0 28 67 6 3,8 3,7 0,1 3,60 3,89 3,75<br />

0 3 11 72 14 4,0 3,5 0,5 4,00 3,78 4,25<br />

0 0 8 86 6 4,0 3,7 0,3 4,10 3,67 4,13 4,00<br />

10 De werkdruk is acceptabel 6 11 17 67 0 3,4 3,5 -0,1 3,20 3,45 3,74<br />

33 De organisatie heeft oog voor de relatie tussen<br />

mijn privéleven en mijn werk<br />

39 Er zijn voldoende collega's om het werk op mijn<br />

gebied te kunnen doen<br />

gemiddeld arbeidsomstandigheden in percentage<br />

en bandbreedte<br />

0 6 31 61 3 3,6 3,4 0,2 3,60 3,67 3,63 3,56<br />

3 25 31 39 3 3,1 3,1 0,0 3,10 3,56 2,62 3,19<br />

1 11 18 63 8 3,7 3,5 0,2 3,60 3,61 3,77 3,67<br />

Verschil benchmark<br />

Opdrachttaken (n=10)<br />

Besteltaken (n=9)<br />

Facilitaire taken (n=8)<br />

Restcategorie (n=9)<br />

3,45<br />

3,89<br />

3,89<br />

3,89<br />

3,45


nummer enquêtevraag<br />

TevredenheidsMonitor<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland (n=36)<br />

schaal 1 - 5 1 2 3 4 5<br />

helemaal oneens - helemaal eens h o o n e h e<br />

Extra vragen<br />

46 Conflictsituaties worden naar tevredenheid<br />

opgelost<br />

Gemiddeld schaal 1-5<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007 117<br />

Benchmark 1-5<br />

6 31 50 11 3 2,7 2,70 2,78 3,00<br />

47 Ik weet wat mijn projectleider van mij verwacht 0 8 28 58 3 3,6 3,40 3,33 3,85<br />

48 Het is mij duidelijk wie waarvoor verantwoordelijk<br />

is in de projectteams<br />

3 19 33 33 8 3,3 3,20 3,33 3,28 3,22<br />

49 Bij onze organisatie mag ik fouten maken 0 11 33 56 0 3,5 3,20 3,78 3,62<br />

50 In de projecten wordt het werk qua te besteden<br />

uren reëel begroot<br />

gemiddeld extra vragen in percentage en<br />

bandbreedte<br />

59 Wat is volgens u het belangrijkste verbeterpunt<br />

van de organisatie of uw afdeling<br />

3 33 42 17 0 2,8 2,40 3,00 3,00<br />

2 20 37 35 3 3,2 2,98 3,24 3,35 3,09<br />

% %<br />

de organisatie van het werk 25 25 0<br />

de inhoud van het werk 8 7 1<br />

de arbeidsvoorwaarden 0 9 -9<br />

de arbeidsomstandigheden 3 4 -1<br />

de sfeer en de mensen 8 4 4<br />

de communicatie en informatievoorziening 36 24 12<br />

overig 8 19 -11<br />

geen antwoord 11 7 4<br />

totaal 99 99<br />

Verschil benchmark<br />

Opdrachttaken (n=10)<br />

Besteltaken (n=9)<br />

Facilitaire taken (n=8)<br />

Restcategorie (n=9)<br />

2,53<br />

3,78<br />

3,19<br />

2,75


nummer enquêtevraag<br />

118<br />

TevredenheidsMonitor<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

Reden om te blijven of te vertrekken<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland (n=36)<br />

51 De inhoud van mijn werk 3 9 94 75 -6 19<br />

52 De manier waarop het werk is georganiseerd en de<br />

organisatie wordt geleid<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

weggaan<br />

benchmark<br />

blijven<br />

benchmark<br />

25 21 58 47 4 11<br />

53 De werksfeer en collega's 6 7 86 78 -1 8<br />

54 De arbeidsomstandigheden zoals apparatuur en<br />

werktempo<br />

3 10 78 60 -7 18<br />

55 Het salaris en de salarisvooruitzichten 11 25 83 45 -14 38<br />

56 De overige arbeidsvoorwaarden zoals pensioen,<br />

vakantiedagen, kinderopvangregeling enzovoort<br />

0 12 83 57 -12 26<br />

57 De doorgroeimogelijkheden 36 28 19 30 8 -11<br />

Aantal jaren 1 1-3 3-5 >5 w n<br />

58 Hoe lang verwacht u te blijven werken voor deze<br />

organisatie<br />

3 6 25 33 33<br />

1 2 9 12 12<br />

Cijfer algemene tevredenheid


Bijlage 4<br />

Medewerkers <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

119


Medewerkers <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2006<br />

Eind 2006 telde <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 37 medewerkers waarvan 26 vast en 8 op tijdelijke basis.<br />

Daarnaast werkten drie medewerkers bij het instituut via deeltijddetachering vanuit Stichting<br />

Ganzenmarkt 6. Het totale medewerkersbestand op 31 december 2006 bestond uit 27 vrouwen en 10<br />

mannen. Van de 37 medewerkers hadden er negen een fulltime aanstelling.<br />

Directie<br />

Piet Hagenaars: directeur<br />

Bureau besteltaken<br />

Max Lebouille: bureaumanager<br />

Jan Ensink: senior besteltaken / staftaak secundaire analyses<br />

Petra Faber: infospecialist<br />

Heleen de Groot: webredacteur<br />

Folkert Haanstra: buitengewoon hoogleraar cultuurparticipatie en -educatie<br />

Heidi Heinonen: bureauassistent<br />

Leontine Herschoe: infospecialist<br />

Marjo van Hoorn: senior besteltaken / staftaak instituutsbeleid<br />

Joanet van Hulzen: webmaster<br />

Marie-José Kommers: medewerker besteltaken<br />

Petra de Regt: medewerker projecten / infospecialist<br />

Lenie Riegen: bureauassistent<br />

Ralf Steenbeek: medewerker projecten / administratief assistent<br />

Laura Stoové: medewerker projecten / infospecialist<br />

Bureau opdrachttaken<br />

Piet Hagenaars: bureaumanager<br />

Marthe Bauwens: hoofdredacteur Bulletin Cultuur & School<br />

Marie-Louise Damen: medewerker opdrachttaken<br />

Marjo van Hoorn: senior opdrachttaken<br />

Bart Krieger: medewerker projecten opdrachttaken<br />

Karin Laarakker: medewerker projecten opdrachttaken<br />

Judith Lieftink: medewerker opdrachttaken<br />

Josefiene Poll: medewerker projecten opdrachttaken<br />

Marlies Tal: directieassistent / medewerker projecten opdrachttaken<br />

Kirsten Vogd: bureauassistent<br />

Paul Vogelezang: senior opdrachttaken<br />

Melissa de Vreede: senior opdrachttaken<br />

Eeke Wervers: senior opdrachttaken<br />

Bureau facilitaire taken<br />

Peter van den Esschert: controller tevens bureaumanager<br />

Joke Bik: medewerker financiële administratie<br />

Zeljana Bura: medewerker automatisering<br />

Ton Dijst: medewerker financiële administratie<br />

Milou Hopmans: medewerker productorganisatie en -begeleiding<br />

120<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007


Miriam Schout: medewerker productorganisatie en -begeleiding<br />

Petra van der Tuijn: medewerker financiële administratie<br />

Marjo Vaessen: senior productmarketing en -communicatie / staftaak corporate communication<br />

Jan Visscher: medewerker financiële administratie<br />

Athy de With: consulent personeel & organisatie<br />

Vertrokken in 2006<br />

Vera Bergman<br />

Sanne Eggenkamp<br />

Pia Plas<br />

Camiel Vingerhoets<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007<br />

121


Colofon<br />

Maat houden. Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006<br />

Tekst en samenstelling kwaliteitsrapport<br />

Piet Hagenaars<br />

Redactie en productie<br />

<strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Ontwerp en vormgeving<br />

Huisstijl <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

© <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland<br />

Ganzenmarkt 6<br />

Postbus 61<br />

3500 AB Utrecht<br />

Telefoon 030-236 12 00<br />

Fax 030-236 12 90<br />

E-mail info@cultuurnetwerk.<strong>nl</strong><br />

Internet www.cultuurnetwerk.<strong>nl</strong>/www.cultuurnetwerk.org<br />

Bespreking concept Maat houden, kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland; Senior Team beleidsmiddag 19 02 2007<br />

122<br />

Maat houden – Kwaliteitsrapport <strong>Cultuurnetwerk</strong> Nederland 2005-2006 – 23 maart 2007

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!