01.09.2013 Views

Handleiding InDesign - Adobe

Handleiding InDesign - Adobe

Handleiding InDesign - Adobe

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Lijninstellingen toepassen<br />

Lijnen instellen<br />

Opties in het deelvenster Lijn<br />

Begin- en eindvormen toevoegen<br />

Aangepaste lijnstijlen definiëren<br />

Aangepaste lijnstijlen opslaan<br />

Lijnen instellen<br />

Naar boven<br />

U kunt lijnen (of lijnstijlen) toepassen op paden, vormen, tekstkaders en tekstcontouren. In het deelvenster Lijn staan opties voor de dikte en<br />

vormgeving van de lijn, waaronder de wijze van samenvoeging van segmenten, begin- en eindvormen en hoekopties. U kunt ook lijninstellingen<br />

selecteren in het regelpaneel wanneer er een pad of kader is geselecteerd.<br />

Lijnen toepassen<br />

A. Lijn die op een tekstkader is toegepast B. Lijn die op een tekstcontour is toegepast C. Lijn die op een cirkel is toegepast<br />

Als u regelmatig dezelfde lijninstellingen gebruikt, kunt u de instellingen opslaan in een objectstijl en snel dezelfde instellingen toepassen op elk<br />

willekeurig object. Zie Objectstijlen voor meer informatie.<br />

1. Selecteer het pad waarvan u de lijn wilt wijzigen.<br />

Opmerking: Wanneer u met het gereedschap Selecteren een pad selecteert, activeert u een selectiekader dat het hele object omsluit.<br />

Als u het werkelijke pad wilt zien, selecteert u het pad met het gereedschap Direct selecteren .<br />

2. Kies Venster > Lijn om het deelvenster Lijn weer te geven.<br />

3. Kies voor Dikte een lijndikte in het menu of voer een waarde in en druk op Enter of Return.<br />

Opmerking: Lijnen die dunner zijn dan 0,25 punten, kunnen slecht of niet zichtbaar zijn als deze worden afgedrukt op uitvoerapparatuur<br />

met een hoge resolutie, zoals een imagesetter. Als u een lijn wilt verwijderen, typt u de waarde 0 (nul).<br />

4. Als er geen extra opties zichtbaar zijn, kiest u Opties tonen in het menu van het deelvenster om de andere lijnkenmerken weer te geven.<br />

5. Wijzig indien gewenst de andere lijnkenmerken.<br />

Opmerking: Met de gereedschapsset en het deelvenster Stalen kunt u de kleur van een lijn wijzigen. Zie Kleur toepassen.<br />

Opties in het deelvenster Lijn<br />

Naar boven<br />

Afknotlimiet Hiermee wordt de limiet van de puntlengte ten opzichte van de lijndikte weergegeven voordat een puntvormige samenvoeging<br />

verandert in een afgekante vierkante samenvoeging. Bij bijvoorbeeld een waarde van 9 moet de puntlengte 9 maal de lijndikte zijn voordat de punt<br />

wordt afgekant. Typ een waarde (tussen 1 en 500) en druk op Enter of Return. De optie Afknotlimiet heeft geen effect op een ronde<br />

samenvoeging.<br />

U kunt instellingen voor de afknotlimiet en lijnuitlijning opnemen in een alinea- of tekenstijl. Klik in het gedeelte Tekenkleur en klik vervolgens<br />

op het lijnpictogram om de opties weer te geven.<br />

Uiteinde Selecteer een stijl voor de beide uiteinden van een open pad:<br />

Hoekig Hiermee maakt u rechte uiteinden die de eindpunten raken.<br />

Rond Hiermee maakt u halfronde uiteinden die een halve lijndikte voorbij de eindpunten liggen.<br />

Uitstekend Hiermee maakt u rechte uiteinden die een halve lijndikte voorbij de eindpunten liggen. Bij deze optie wordt de lijndikte<br />

gelijkmatig in alle richtingen rond het pad verdeeld.<br />

Opmerking: U kunt voor een gesloten pad een optie voor uiteinden opgeven, maar het uiteinde is pas zichtbaar als het pad is geopend<br />

(bijvoorbeeld als u met het gereedschap Schaar knipt). Stijlen voor uiteinden zijn overigens duidelijker zichtbaar in combinatie met een wat<br />

dikkere lijn.<br />

Samenvoeging Geef de vormgeving van de lijn bij hoekpunten op:<br />

472

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!