13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann
13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann
13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 13 Datum: <strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong><br />
Gegevens onderneming : Van Hoorn Company B.V.<br />
Faillissementsnummer : 03.0319F<br />
Datum uitspraak : 17 juni 2003<br />
Curator : mr. M.R. van Zanten<br />
R-C : mr. R.H.C. Jongeneel<br />
Activiteiten onderneming : dienstverlening op het gebied van leisure- en<br />
entertainmentmarketing, het organiseren en/of<br />
produceren van deze evenementen, het<br />
verzorgen van publiciteit ten behoeve van deze<br />
evenementen, alsmede het (doen) sponsoren<br />
van deze evenementen.<br />
Omzetgegevens : 2001: € 1.070.829<br />
Personeel gemiddeld aantal : 4<br />
2002: € 2.674.057<br />
Verslagperiode : 18 januari <strong>2008</strong> - <strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong><br />
Bestede uren in <strong>verslag</strong>periode : 70u en 45m<br />
Bestede uren Totaal : 1040u en 10m<br />
1. Inventarisatie<br />
1.1 Directie en organisatie<br />
Zie <strong>verslag</strong> 1<br />
1.2 Winst en verlies<br />
Zie <strong>verslag</strong> 1<br />
1.3 Balanstotaal<br />
Zie <strong>verslag</strong> 1<br />
1.4 Lopende procedures<br />
Zie <strong>verslag</strong> 1
1.5 Verzekeringen<br />
1.6 Huur<br />
Zie <strong>verslag</strong> 1<br />
Zie <strong>verslag</strong> 1<br />
1.7 Oorzaak faillissement<br />
Zie <strong>verslag</strong> 1<br />
2. Personeel<br />
2.1 Aantal ten tijde van faillissement : ***<br />
2.2 Aantal in jaar voor faillissement : ***<br />
2.3 Datum ontslagaanzegging : ***<br />
Werkzaamheden<br />
afgerond<br />
3. Activa<br />
Onroerende zaken<br />
3.1 Beschrijving<br />
***<br />
3.2 Verkoopopbrengst<br />
***<br />
3.3 Hoogte hypotheek<br />
***<br />
3.4 Boedelbijdrage<br />
***<br />
Werkzaamheden<br />
afgerond
Bedrijfsmiddelen<br />
3.5 Beschrijving<br />
***<br />
3.6 Verkoopopbrengst<br />
***<br />
3.7 Boedelbijdrage<br />
***<br />
3.8 Bodemvoorrecht fiscus<br />
***<br />
Werkzaamheden<br />
afgerond<br />
Voorraden/ onderhanden werk<br />
3.9 Beschrijving<br />
***<br />
3.10 Verkoopopbrengst<br />
***<br />
3.11 Boedelbijdrage<br />
***<br />
Werkzaamheden<br />
afgerond<br />
Andere activa<br />
3.12 Beschrijving<br />
***<br />
3.13 Verkoopopbrengst<br />
***
Werkzaamheden<br />
In afwachting van afwikkeling Van Hoorn Company Inc.<br />
4. Debiteuren<br />
4.1 Omvang debiteuren<br />
***<br />
4.2 Opbrengst<br />
***<br />
4.3 Boedelbijdrage<br />
***<br />
Werkzaamheden<br />
afgerond<br />
5. Bank / Zekerheden<br />
5.1 Vordering van bank(en)<br />
***<br />
5.2 Leasecontracten<br />
***<br />
5.3 Beschrijving zekerheden<br />
***<br />
5.4 Separatistenpositie<br />
***<br />
5.5 Boedelbijdragen<br />
***<br />
5.6 Eigendomsvoorbehoud<br />
***
5.7 Reclamerechten<br />
***<br />
5.8 Retentierechten<br />
***<br />
Werkzaamheden<br />
De curator heeft ook in de afgelopen <strong>verslag</strong>periode regelmatig overleg<br />
gevoerd met de Rabobank Achterhoek-Noord U.A. (“Rabobank”) met<br />
betrekking tot de tegen Heineken Nederland B.V. (“Heineken”) aangevangen<br />
procedure.<br />
6. Doorstart / voortzetten<br />
Voortzetten<br />
6.1 Exploitatie / zekerheden<br />
***<br />
6.2 Financiële <strong>verslag</strong>legging<br />
***<br />
Werkzaamheden<br />
afgerond<br />
Doorstart<br />
6.3 Beschrijving<br />
***<br />
6.4 Verantwoording<br />
***<br />
6.5 Opbrengst<br />
***<br />
6.6 Boedelbijdrage<br />
***
Werkzaamheden<br />
afgerond<br />
7. Rechtmatigheid<br />
7.1 Boekhoudplicht<br />
***<br />
7.2 Depot jaarrekeningen<br />
***<br />
7.3 Goedk. Verklaring Accountant<br />
***<br />
7.4 Stortingsverpl. Aandelen<br />
***<br />
7.5 Onbehoorlijk bestuur<br />
***<br />
7.6 Paulianeus handelen<br />
***<br />
Werkzaamheden<br />
Na verkregen machtiging van de Rechter-Commissaris is de dagvaarding op<br />
<strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong> aan Heineken betekend terzake van de vordering van de<br />
curator ad ± € 2,6 miljoen. De zaak zal voor het eerst dienen op 19 maart<br />
<strong>2008</strong> bij de Rechtbank Amsterdam. Voor de (grondslagen van de)<br />
vorderingen van de curator, verwijst de curator naar de als bijlage aan dit<br />
openbare <strong>verslag</strong> gehechte tekst van de uitgebrachte dagvaarding. De<br />
curator verwacht dat met de procedure tegen Heineken geruime tijd zal zijn<br />
gemoeid.
De heer van Hoorn overweegt zelf ook een procedure te starten waarin hij<br />
veroordeling van Heineken in de door hem geleden schade zal vorderen.<br />
8. Crediteuren<br />
8.1 Boedelvorderingen<br />
€ 79.766,97<br />
8.2 Preferente vordering van de fiscus<br />
€ 280.673,00<br />
8.3 Preferente vordering van het UWV : € 28.940,30<br />
8.4 Andere preferente crediteuren : nvt<br />
8.5 Aantal concurrente crediteuren : 129<br />
8.6 Bedrag concurrente crediteuren : € 1.968.591,55 ; £ 7.500<br />
Bedrag betwiste concurrente crediteuren: € 885.001,55<br />
8.7 Verwachte wijze van afwikkeling<br />
De wijze van afwikkeling is afhankelijk van de afloop van de procedure tegen<br />
Heineken.<br />
Werkzaamheden<br />
Er heeft overleg plaatsgevonden met de advocaat van (crediteur en<br />
pandhouder) Rabobank, met betrekking tot de aan te vangen procedure<br />
tegen Heineken.<br />
9. Overig<br />
9.1 Termijn afwikkeling faillissement<br />
Onbekend<br />
9.2 Plan van aanpak<br />
De procedure tegen Heineken dient te worden gevoerd.
9.3 Saldo van de faillissementsrekening<br />
Het saldo van de faillissementsrekening aangehouden bij Kas Bank N.V. te<br />
Amsterdam onder nummer <strong>22</strong>.27.41.031 bedraagt per 9 januari <strong>2008</strong><br />
€ 1.202,25.<br />
9.4 Indiening volgend <strong>verslag</strong><br />
Voorzover tussentijdse ontwikkelingen niet tot eerdere <strong>verslag</strong>legging nopen,<br />
zal een volgend <strong>verslag</strong> worden uitgebracht rond <strong>22</strong> augustus <strong>2008</strong>.<br />
Werkzaamheden<br />
Er dient nog een kunstwerk te worden verkocht. De curator verwacht ook in<br />
de komende maanden veel tijd te besteden aan de procedure tegen<br />
Heineken. Van Hoorn Company Inc. zal moeten worden geliquideerd.<br />
10 Publicatie op website<br />
Dit openbare <strong>verslag</strong> en alle overige openbare faillissements<strong>verslag</strong>en ex art.<br />
73a Fw zullen tevens worden gepubliceerd op de website van <strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong><br />
<strong>Busmann</strong> N.V. (www.cms-dsb.com, zie onder: /downloaden/<strong>verslag</strong>en<br />
faillissementen).<br />
De curator wijst er tenslotte op dat noch aan dit <strong>verslag</strong>, noch aan de plaatsing van<br />
de crediteuren op de lijst van ingediende crediteuren, rechten kunnen worden<br />
ontleend.<br />
Amsterdam, <strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong><br />
Mr. M.R. van Zanten<br />
Curator<br />
<strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong> <strong>Busmann</strong> N.V.<br />
Advocaten-Notarissen-Belastingadviseurs<br />
Postbus 94700<br />
1090 GS Amsterdam<br />
Telefoon: 020- 301 6311<br />
Telefax: 020- 301 6331<br />
Email: marc.vanzanten@cms-dsb.com
DAGVAARDING<br />
20300560/MVZ/cp<br />
Heden, de<br />
tweeduizendacht, op verzoek van MR. MARC ROBERT VAN ZANTEN, in zijn<br />
hoedanigheid van curator in het faillissement van de besloten vennootschap met beperkte<br />
aansprakelijkheid VAN HOORN COMPANY B.V., hierna ook: “de curator”, woonplaats<br />
kiezende ten kantore van de naamloze vennootschap <strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong> <strong>Busmann</strong> N.V. te (1096<br />
BC) Amsterdam aan het adres Mondriaantoren, Amstelplein 8A (postbus 94700, 1090 GS,<br />
Amsterdam), van welk kantoor de advocaat en procureur mr. M.R. van Zanten in deze zaak<br />
tot procureur wordt gesteld en als zodanig zal optreden.<br />
GEDAGVAARD:<br />
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid HEINEKEN NEDERLAND B.V.,<br />
statutair gevestigd en kantoorhoudende te (1017 ZD) Amsterdam aan het adres Tweede<br />
Weteringplantsoen 21, aldaar aan dat kantooradres mijn exploot doende en afschrift dezes en<br />
van na te melden stukken latende aan:<br />
OM:<br />
op woensdag, de negentiende maart tweeduizendacht, des voormiddag te 10.00 uur, niet in<br />
persoon doch vertegenwoordigd door een procureur, te verschijnen ter terechtzitting voor<br />
burgerlijke zaken van de sector civiel recht van de rechtbank te Amsterdam, alsdan aldaar<br />
zitting houdende in één der lokalen van het Paleis van Justitie aan de Parnassusweg <strong>22</strong>0-<strong>22</strong>8;<br />
MET AANZEGGING:<br />
dat indien gedaagde niet bij procureur in het geding verschijnt en de voorgeschreven termijn<br />
en de formaliteiten in acht zijn genomen, de rechtbank aan gedaagde verstek zal verlenen en<br />
de hierna te formuleren vordering zal toewijzen tenzij deze hem onrechtmatig of ongegrond<br />
voorkomt;<br />
TENEINDE:<br />
Eiser op de volgende gronden te horen vorderen als volgt.<br />
1
INHOUDSOPGAVE<br />
20300560/MVZ/cp<br />
Hoofdstuk I Kern van de zaak<br />
Algemeen (§ 1.1-§ 1.3)....................................................................... 3<br />
Kern van de zaak ( § 1.4- § 1.9) ......................................................... 4<br />
Hoofdstuk II Feiten<br />
Voorgeschiedenis (§ 2.1-§ 2.2) .......................................................... 6<br />
Sponsorovereenkomst (§ 2.3-§ 2.4) ................................................... 7<br />
Evaluatie HNL 2002 (§ 2.5)............................................................... 8<br />
ENECO zegt subsponsorovereenkomst met Heineken op (§ 2.6)...... 8<br />
Gesprekken over verplaatsing van het evenement (§ 2.7-§ 2.8) ........ 8<br />
Kort Geding Heineken-ENECO (§ 2.9) ............................................. 9<br />
Wederom gesprekken tussen Heineken en curanda over<br />
mogelijk uitstel van HNL (§ 2.10-§ 2.13) ....................................... 10<br />
Artiesten zeggen intussen toe op te treden (§ 2.14) ......................... 13<br />
Discussie met ENECO (§ 2.15-§ 2.16) ............................................ 13<br />
Oorlog VS-Irak breekt uit; curanda stelt verplaatsing van het<br />
evenement voor (§ 2.17-§ 2.59)....................................................... 14<br />
Afwikkeling sponsorrelatie Heineken met ENECO<br />
(§ 2.60-§ 2.64).................................................................................. 26<br />
Faillissement curanda (§ 2.65-§ 2.66).............................................. 28<br />
Correspondentie curator-Heineken (§ 2.67-§ 2.68).......................... 29<br />
Correspondentie F.J.P. van Hoorn-Heineken (§ 2.69-§ 2.70).......... 30<br />
Toestand van de boedel (§ 2.71) ...................................................... 30<br />
Hoofdstuk III Voorlopig getuigenverhoor (§ 3.1-§ 3.8)......................................... 31<br />
Hoofdstuk IV Tijdens het getuigenverhoor bewezen feiten<br />
Algemeen (§ 4.1).............................................................................. 32<br />
Getuigenverhoor van F.J.P. van Hoorn d.d. 5 <strong>februari</strong> 2007<br />
(§ 4.2.1-§ 4.2.15).............................................................................. 32<br />
Hoofdstuk V Juridisch kader<br />
Algemeen (§ 5.1) ............................................................................. 39<br />
Vereisten toerekenbare tekortkoming (§ 5.2)................................... 40<br />
Inhoud overeenkomst (§ 5.3)............................................................ 40<br />
Tekortkoming (§ 5.4-§ 5.7) .............................................................. 41<br />
Nakoming blijvend onmogelijk (§ 5.8) ............................................ 42<br />
Schadevergoeding (§ 5.9)................................................................. 42<br />
Subsidiair: onvoorziene omstandigheden (§ 5.10-§ 5.12)................ 43<br />
Onrechtmatige daad: algemeen (§ 5.13 -§ 5.14) .............................. 44<br />
Onrechtmatige daad (§ 5.15)............................................................ 44<br />
Toerekenbaarheid (§ 5.16) ............................................................... 45<br />
Schade (§ 5.17)................................................................................. 45<br />
Causaal verband tussen daad en schade (§ 5.18).............................. 45<br />
Relativiteit (§ 5.19)........................................................................... 45<br />
2
20300560/MVZ/cp<br />
Onrechtmatigheid handelwijze Heineken (§ 5.20)........................... 45<br />
Hoofdstuk VI De door gedaagde tegen de eis aangevoerde verweren en de<br />
gronden daarvan (§ 6.1-§ 6.8).......................................................... 47<br />
Hoofdstuk VII Bewijsmiddelen en getuigen (§ 7.1)................................................. 51<br />
Hoofdstuk VIII Machtiging Rechter-commissaris ex art. 68 Fw (§ 8.1)................... 52<br />
Hoofdstuk IX Vorderingen (§ 9.1-§ 9.3)................................................................. 52<br />
(Overzicht) producties<br />
I KERN VAN DE ZAAK<br />
Algemeen<br />
1.1 Bij vonnis van de Rechtbank Amsterdam van 17 juni 2003 is de besloten<br />
vennootschap met beperkte aansprakelijkheid VAN HOORN COMPANY B.V.,<br />
statutair gevestigd te Amsterdam, kantoorhoudende te (1071 HH) Amsterdam aan het<br />
adres Willemsparkweg 46 (correspondentieadres: postbus 75808, 1070 AV<br />
Amsterdam) in staat van faillissement verklaard, zulks met benoeming van (thans) mr.<br />
R.H.C. Jongeneel tot Rechter-Commissaris en met aanstelling van eiser tot curator<br />
(productie 1).<br />
1.2 Van Hoorn Company B.V., hierna: “curanda”, verleende diensten op het gebied van<br />
management, organisatie en consultancy van muziekevenementen.<br />
1.3 De curator heeft een onderzoek ingesteld naar de oorzaken van het faillissement van<br />
curanda. Hiertoe heeft hij diverse besprekingen gevoerd met betrokkenen, waaronder<br />
de heer F.J.P. van Hoorn (directeur van curanda), Coöperatieve Rabobank Graafschap-<br />
Noord U.A, voorheen genaamd: Rabobank Achterhoek-Noord U.A. en Rabobank<br />
Berkelland U.A. te Lochem (financier van curanda, hierna: “Rabobank”), alsmede<br />
betrokkenen zijdens gedaagde, hierna: “Heineken”. Voorts zijn de relevante stukken<br />
met betrekking tot de samenwerking tussen Heineken en curanda bestudeerd. Naar<br />
aanleiding van dit onderzoek is de curator tot het oordeel gekomen dat Heineken<br />
toerekenbaar tekort is geschoten in haar uit de sponsorovereenkomst voortvloeiende<br />
verplichtingen, dat het faillissement van curanda in overwegende mate is veroorzaakt<br />
door Heineken dan wel dat zij op grond van onrechtmatig handelen jegens de boedel<br />
aansprakelijk moet worden gehouden voor de door curanda en de gezamenlijke<br />
crediteuren deswege geleden schade. Deze schade bedraagt ± € 2.5 miljoen. Aan dit<br />
oordeel liggen hierna in hoofdstuk 2 gememoreerde feiten en omstandigheden ten<br />
grondslag. Vervolgens zal in hoofdstuk 3 het voorlopig getuigenverhoor (procedureel)<br />
worden besproken. De relevante passages uit de getuigenverklaring die de stellingen<br />
van de curator ondersteunen zullen in hoofdstuk 4 worden behandeld. In hoofdstuk 5<br />
zal het juridisch kader worden geschetst. In hoofdstuk 6 zullen de verweren van<br />
Heineken worden besproken en weerlegd. In hoofdstuk 7 wordt (getuigen)bewijs<br />
aangeboden en worden namen van mogelijk nog te horen getuigen genoemd. In<br />
3
20300560/MVZ/cp<br />
hoofdstuk 8 wordt aangegeven dat de rechter-commissaris de curator heeft gemachtigd<br />
tot het treffen van rechtsmaatregelen jegens Heineken over te gaan. Ten slotte zal in<br />
hoofdstuk 9 worden geconcludeerd dat Heineken jegens curanda toerekenbaar tekort is<br />
geschoten in de nakoming van haar verplichtingen, danwel onrechtmatig jegens haar<br />
heeft gehandeld en deswege verplicht is de hierdoor geleden schade te vergoeden.<br />
Kern van de zaak<br />
1.4 In de kern gaat deze zaak om het volgende. Curanda organiseerde het<br />
muziekevenement Heineken NightLive 2003 voor eigen rekening en risico. Daarbij<br />
moest zij een groot deel van de kosten voorfinancieren, voordat het evenement zelf<br />
inkomsten had gegenereerd uit bijvoorbeeld kaartverkoop en verkoop van hospitality<br />
pakketten. Dit is gebruikelijk bij de organisatie van dergelijke evenementen. De<br />
voorfinanciering hiervoor vindt in belangrijke mate plaats door middel van een<br />
bankkrediet. In deze zaak verstrekt door Rabobank. Voorts wordt liquiditeit verschaft<br />
door sponsors. In deze zaak vooral door hoofdsponsor Heineken. Deze<br />
sponsorbijdragen vormen ook een zekerheid van curanda aan de bank door middel van<br />
verpanding van de aanspraken op sponsorgelden. In deze zaak was Heineken niet<br />
alleen hoofdsponsor, maar ook “naamgever” van het evenement en zelfs- gelet op haar<br />
grote invloed en bemoeienis met het evenement- feitelijk ook een soort<br />
medeorganisator, met dien verstande echter dat het financiële risico uiteindelijk geheel<br />
bij curanda lag. Als hoofdsponsor en naamgever speelde Heineken een cruciale rol.<br />
Indien zij zich zou terugtrekken zou dit het evenement ernstig in gevaar brengen.<br />
Immers, dit zou leiden tot verlies van sponsorinkomsten, minder zekerheid voor de<br />
bank en dus waarschijnlijk een geringere kredietfaciliteit en vermoedelijk ook<br />
aantasting van het imago van het evenement, met als gevolg minder kaartverkoop.<br />
1.5 Eind maart 2003 hebben de 2 hoofdacts (“headliners”) afgezegd vanwege de oorlog in<br />
Irak. Deze oorlog hing al enige tijd in de lucht en curanda en Heineken hadden<br />
hierover diverse keren gesproken. Hierbij is tussen partijen ook de mogelijkheid<br />
besproken het evenement ingeval van een Irak-oorlog uit te stellen tot september 2003.<br />
Curanda heeft diverse keren gesteld dat een oorlog in Irak waarschijnlijk tot afzegging<br />
van Amerikaanse artiesten zou leiden en dat dit overmacht zou opleveren. Heineken<br />
heeft dit, tot aan haar dreiging van ontbinding van de sponsorovereenkomst eind maart<br />
2003, nimmer weersproken. Curanda heeft na het uitbreken van de oorlog en de<br />
afzegging van de headliners, zoals eerder besproken, voorgesteld het evenement uit te<br />
stellen tot september 2003. De artiesten hadden hun medewerking hieraan toegezegd<br />
waardoor het uitstel een reële optie was. Het laten doorgaan van het evenement in april<br />
2003 was geen reële optie, aangezien het evenement door het wegvallen van de<br />
belangrijkste artiesten, voor het publiek niet aantrekkelijk meer zou zijn. Dit was niet<br />
alleen onwenselijk voor curanda, maar ook voor Heineken. Wie sponsort immers een<br />
lege zaal? Afstel van het evenement was ook geen reële optie, omdat in dat geval alle<br />
investeringen verloren zouden gaan, ook de reeds door Heineken betaalde<br />
sponsorbijdrage. Deze bijdrage was immers door curanda gebruikt bij de<br />
voorfinanciering van de kosten. Heineken zou bij afstel feitelijk haar investering kwijt<br />
raken, terwijl curanda hierdoor zelfs in acute liquiditeitsnood komen, omdat zij niet<br />
meer de gelegenheid zou hebben haar investering terug te verdienen. De advocaat van<br />
curanda had Heineken hierop reeds gewezen. Ook zou de positie van curanda<br />
4
20300560/MVZ/cp<br />
verzwakken ten opzichte van haar eigen financiers, met name Rabobank en (in de<br />
nabije toekomst) haar Amerikaanse partner. Uitstel van het evenement zou ook tot<br />
schade leiden in de vorm van extra kosten, maar deze schade zou aanmerkelijk kleiner<br />
zijn dan de schade in geval van het laten doorgaan van het evenement zonder de<br />
headliners of afstel en curanda had aangeboden deze extra kosten volledig voor haar<br />
rekening te nemen. Heineken zou dan ook geen enkel financieel risico lopen bij uitstel.<br />
Uitstel van het evenement zou wellicht ook tot enige negatieve publiciteit leiden, maar<br />
een lege zaal (zoals Heineken ook zelf erkent) of afstel zou in de publiciteit veel<br />
nadeliger uitpakken.<br />
1.6 Ondanks het feit dat uitstel tot minder schade zou leiden dan laten doorgaan (zonder<br />
de headliners) of afstellen heeft Heineken toch eind maart 2003 gedreigd met<br />
beëindiging van de sponsorovereenkomst. Daarnaast heeft Heineken, zonder de<br />
sponsorovereenkomst te hebben beëindigd conservatoire beslagen ten laste van<br />
curanda gelegd, onder meer onder de Rabobank, en alle sponsorbijdragen<br />
teruggevorderd. Ten gevolge van de beslaglegging onder de Rabobank kwam curanda<br />
in acute liquiditeitsnood en werd het faillissement onafwendbaar, te meer daar geen<br />
inkomsten meer konden worden gegenereerd uit het afgelaste evenement.<br />
1.7.1 Onder de gegeven omstandigheden had Heineken de sponsorovereenkomst niet mogen<br />
beëindigen, althans zich niet op het standpunt mogen stellen dat zij deze had beëindigd<br />
en de sponsorbijdragen niet mogen terugvorderen. De reden hiervoor is gelegen in de<br />
navolgende feiten en omstandigheden.<br />
1.7.2 Afzegging van Amerikaanse artiesten vanwege de Irak-oorlog was door partijen als<br />
overmacht aangemerkt, althans een bevestiging van deze afspraak tussen partijen d.d.<br />
3 maart 2003 is door Heineken niet weersproken.<br />
1.7.3 Partijen hadden afgesproken dat in geval van afzegging van Amerikaanse artiesten het<br />
evenement zou worden uitgesteld naar september 2003, althans dat deze optie in ieder<br />
geval serieus zou worden onderzocht.<br />
1.7.4 Uitstel van het evenement tot september 2003 was een reële optie, mede gelet op de<br />
toezeggingen van de artiesten hieraan mee te werken en de beschikbaarheid van de<br />
locatie Ahoy te Rotterdam.<br />
1.7.5 Heineken zou in geval van uitstel geen of nauwelijks financiële schade leiden,<br />
aangezien alle (meer)kosten van het uitstel voor rekening van curanda zouden komen,<br />
zoals curanda ook meermalen heeft bevestigd aan Heineken. Anders gezegd: de<br />
sponsorbijdrage van Heineken zou niet hoger worden.<br />
1.7.6 Afstel zou voor beide partijen schadelijk zijn. Immers, de investering zou dan geheel<br />
verloren gaan en er zou reputatieschade kunnen ontstaan. Bezoekers van een<br />
muziekevenement hebben nu eenmaal meer begrip voor uitstel dan afstel.<br />
1.7.7 Heineken wist, althans behoorde redelijkerwijs te begrijpen, dat curanda door<br />
opzegging van de sponsorovereenkomst in grote problemen zou geraken.<br />
5
20300560/MVZ/cp<br />
1.7.8 Partijen hadden al een jarenlange relatie waarin zij samen, met succes, een groot aantal<br />
vergelijkbare evenementen hadden georganiseerd. Gelet op deze langjarige relatie had<br />
Heineken meer rekening moeten houden met de belangen van curanda.<br />
1.8 Voorts had Heineken de sponsorbijdrage niet direct mogen terugvorderen van curanda<br />
en had zij hiervoor geen beslagen mogen leggen, omdat:<br />
a. de sponsorovereenkomst ten tijde van de beslaglegging nog niet was ontbonden,<br />
terwijl deze ontbinding bovendien niet rechtsgeldig was. Heineken bezat dus (nog)<br />
niet een titel voor de terugvordering en de beslaglegging, die zij in het beslagrekest<br />
wel stelde te hebben;<br />
b. Heineken wist dat curanda door de beslaglegging in acute liquiditeitsproblemen<br />
zou komen waardoor het voor curanda niet meer mogelijk zou zijn het evenement<br />
door te laten gaan of uit te stellen. Er kon, na de beslaglegging zonder de<br />
medewerking van Heineken, alleen nog maar sprake zijn van afstel, met alle<br />
schadelijke gevolgen voor curanda van dien;<br />
c. beslaglegging geen zin had, omdat curanda op dat moment geen verhaal bood voor<br />
de, niet bestaande, door Heineken gepretendeerde vordering. Uit de jarenlange<br />
samenwerking wist Heineken dat evenementen zoals deze altijd worden<br />
voorgefinancierd en dat- afgezien van sponsorbijdragen- inkomsten pas kort voor<br />
het evenement worden genoten. Bij uitstel van het evenement zouden deze<br />
inkomsten alsnog worden gegenereerd;<br />
Gelet op het vorenstaande was het beslag gelegd zonder titel en bovendien onnodig, en<br />
dus vexatoir en daarmee onrechtmatig jegens curanda.<br />
1.9 Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat Heineken toerekenbaar tekort is geschoten<br />
in de nakoming van haar verplichtingen uit de sponsorovereenkomst, danwel<br />
onrechtmatig heeft gehandeld jegens curanda. Zowel curanda als de curator hebben<br />
Heineken aansprakelijk gesteld en aanspraak gemaakt op vergoeding van de door<br />
curanda (alsmede haar gezamenlijke crediteuren) geleden schade. Ondanks diverse<br />
gesprekken en sommatie is geen betaling van Heineken ontvangen, zodat de curator<br />
genoodzaakt is geworden rechtsmaatregelen te treffen jegens Heineken.<br />
II FEITEN<br />
Voorgeschiedenis<br />
2.1 Sinds 1999 heeft Heineken opdracht gegeven aan curanda een muziekevenement te<br />
organiseren onder de naam Heineken Night Live (“HNL”). Het evenement was een<br />
jaarlijks “ankerevenement” van de muzieksponsoring-strategie van (het merk)<br />
Heineken. Dit evenement vond voor het eerst plaats in het najaar van 1999 en<br />
vervolgens in april 2001 en april 2002.<br />
2.2 In verband met het hiervoor genoemde evenement heeft Heineken op <strong>22</strong> december<br />
2000 een intentieverklaring gesloten met ENECO ter zake van de (sub)sponsoring van<br />
het evenement door ENECO. Op 30 maart 2001 is ter uitvoering van de<br />
6
20300560/MVZ/cp<br />
intentieverklaring tussen Heineken en ENECO een sponsorovereenkomst gesloten per<br />
1 januari 2001 voor een periode van een jaar, met automatische verlenging voor<br />
telkens 1 jaar, tenzij een der partijen uiterlijk drie maanden voor het einde van de<br />
lopende contractperiode de overeenkomst heeft opgezegd.<br />
Sponsorovereenkomst<br />
2.3 Tussen Heineken en curanda is in verband met het hiervoor genoemde evenement een<br />
schriftelijke sponsorovereenkomst gesloten, ingaande op 1 november 2001 en<br />
eindigende op 31 oktober 2004 (hierna: “Sponsorovereenkomst”). De overeenkomst is<br />
gedateerd 28 augustus 2002. De Sponsorovereenkomst wordt als productie 2 aan deze<br />
dagvaarding gehecht. In de Sponsorovereenkomst is de relatie tussen Heineken en<br />
curanda op een andere wijze vastgelegd dan voorheen. Overeenkomsten tussen<br />
Heineken en curanda met betrekking tot evenementen vóór het jaar 2002 betroffen<br />
opdrachten van Heineken aan curanda tot het organiseren van een evenement volledig<br />
voor rekening en risico van Heineken, die daarmee ook verantwoordelijk werd voor<br />
een eventueel exploitatietekort. In de Sponsorovereenkomst waren partijen evenwel<br />
overeengekomen dat de verantwoordelijkheid voor de organisatie geheel lag bij<br />
curanda en Heineken slechts een (gelimiteerde) sponsorbijdrage aan curanda diende te<br />
betalen. Het evenement werd aldus voor rekening en risico van curanda georganiseerd<br />
en Heineken werd sponsor in plaats van eigenaar die een producent inhuurde die in<br />
opdracht van Heineken werkte. Artikel 3.1 van de Sponsorovereenkomst luidt als<br />
volgt:<br />
“VHC verplicht zich om voor eigen rekening en risico naar beste weten en kunnen jaarlijks in<br />
april en/of mei een Evenementenreeks van ‘Heineken NightLive, Dance to the Music!’ te<br />
organiseren, bestaande uit ten minste 3 (drie) Evenementen. VHC stelt Heineken steeds<br />
uiterlijk zes (6) maanden vóór iedere Evenementenreeks op de hoogte van het aantal te<br />
realiseren Evenementen.”<br />
Via een door beide partijen geaccepteerd redactiestatuut (als Bijlage 1 aan de<br />
Sponsorovereenkomst gehecht) en een aantal ijkpunten werd bevorderd dat het<br />
evenement zou voldoen aan de wensen van de sponsor Heineken. Later bleek dat<br />
Heineken ondanks dit gewijzigde, en voor haar minder risicovolle, concept zich nauw<br />
met de organisatie bleef bemoeien (op de wijze waarop zij dit voorheen ook had<br />
gedaan), hoewel dit op basis van de Sponsorovereenkomst niet (meer) op haar weg<br />
lag.<br />
2.4 Heineken heeft overigens de ondertekening van de Sponsorovereenkomst vanaf begin<br />
2002, ondanks herhaalde toezeggingen en om onduidelijk redenen, geruime tijd<br />
uitgesteld. Curanda had zich jegens de Rabobank verplicht de vorderingen<br />
voortvloeiende uit de Sponsorovereenkomst aan de Rabobank te verpanden, hetgeen<br />
derhalve geruime tijd niet mogelijk was. Tegenover de verpanding zou de<br />
kredietfaciliteit worden verruimd. De getekende Sponsorovereenkomst is door curanda<br />
uiteindelijk pas in september 2002 ontvangen, waarna curanda tot verpanding kon<br />
overgaan.<br />
7
20300560/MVZ/cp<br />
Evaluatie HNL 2001 en 2002<br />
2.5 Het evenement HNL was in 2001 en 2002 voor Heineken succesvol afgesloten. Uit het<br />
door Heineken naar aanleiding van HNL 2001 en 2002 ingestelde onderzoek is<br />
namelijk gebleken dat het evenement op vrijwel alle contractuele voorwaarden heeft<br />
gescoord (productie 3).<br />
ENECO zegt subsponsorovereenkomst met Heineken op<br />
2.6 In oktober 2002 ontstond een probleem met ENECO. ENECO deelde curanda namelijk<br />
bij e-mail d.d. <strong>22</strong> oktober 2002 (productie 4) mede dat zij afziet van het sponsoren van<br />
het evenement. In deze e-mail stelde ENECO dat zij zich genoodzaakt ziet deze stap te<br />
nemen uit het oogpunt van kostenbeheersing en wegens het, naar haar oordeel,<br />
tegenvallend succes van het evenement. Heineken heeft rond deze datum een concept<br />
opzeggingsbrief ontvangen van ENECO. Na ontvangst van deze e-mail heeft curanda er<br />
alles aan gedaan Heineken te ondersteunen in haar vordering jegens ENECO teneinde<br />
de tussen Heineken en ENECO gesloten sponsorovereenkomst na te komen. Zonder<br />
financiële steun van ENECO was de organisatie van het evenement niet haalbaar.<br />
Inmiddels was curanda reeds verscheidene verplichtingen aangegaan, mede gelet op het<br />
feit dat zij na 1 oktober 2002 (voor welke datum ENECO de sponsorovereenkomst had<br />
behoren op te zeggen) niet meer behoefde te voorzien dat ENECO de<br />
sponsorovereenkomst zou beëindigen. Bij brief d.d. 25 oktober 2002 (productie 5)<br />
heeft ENECO aan Heineken de sponsorovereenkomst met onmiddellijke ingang<br />
opgezegd. Curanda voorziet Heineken van de nodige informatie zodat Heineken in kort<br />
geding veroordeling van ENECO tot betaling van de sponsorbijdrage kan vorderen.<br />
Gesprekken over verplaatsing van het evenement<br />
2.7 In een e-mail van 3 <strong>februari</strong> 2003 (productie 6) heeft curanda aan Heineken gemeld dat<br />
het de Amerikaanse bevolking inclusief artiesten duidelijk begint te worden dat er een<br />
oorlog komt met Irak. Het is ook vrij duidelijk wanneer deze oorlog gaat uitbreken, dat<br />
is in <strong>februari</strong>. Het gevolg zal volgens curanda zijn, net zoals na 11 september 2001, dat<br />
Amerikaanse artiesten al hun buitenlandse verplichtingen afzeggen. Noodlot wil,<br />
volgens curanda, dat men voor het concept HNL/Steam 2003 vrij sterk aangewezen is<br />
op Amerikaanse artiesten. Voorts heeft curanda erop gewezen dat de World Music<br />
Awards in Monaco, die op 5 maart 2003 zouden plaatsvinden, vanwege het feit dat<br />
artiesten zoals Mariah Carey, Beyoncé en Christina Aguilera, weigeren een<br />
commitment af te geven, zojuist is verschoven naar juni 2003. Curanda heeft<br />
aangegeven dat bevestigingen van artiesten waardeloos worden zodra de oorlog<br />
uitbarst. Tevens heeft curanda gemeld dat zij de week ervoor is begonnen een aantal<br />
noodscenario’s te plannen en graag met Heineken wil bespreken wat het beste scenario<br />
is voor alle betrokkenen.<br />
2.8 Bij e-mail van 4 <strong>februari</strong> 2003 (productie 7) heeft de heer M.P.J. Ruygrok van<br />
Heineken aan curanda, naar aanleiding van een gezamenlijke bespreking in<br />
Leidschendam, scenario 2 bevestigd, te weten:<br />
“Verplaatsen naar september indien artiesten niet op tijd Alleen in uiterste nood en na<br />
nader overleg.”<br />
8
20300560/MVZ/cp<br />
De context waarin deze opmerking is geplaatst had vooral betrekking op een situatie<br />
waarin curanda niet op tijd artiesten zou kunnen boeken. Dit werd op dat moment<br />
namelijk al moeilijk omdat er al gesproken werd over een mogelijke oorlog en er sprake<br />
was van SARS. De belangrijkste artiesten Jay-Z en Erykah Badu werden derhalve<br />
geboekt in een tijd waarin over een mogelijke Irak-oorlog wel al werd gespeculeerd.<br />
Curanda heeft een en ander ook aan Heineken uitgelegd. Artiesten wilden zich wel<br />
vastleggen maar zij zouden bij het uitbreken van een oorlog altijd het daadwerkelijk<br />
vliegen naar Nederland heroverwegen, met andere woorden dat hier, gelet op de<br />
omstandigheden, ondanks bevestigingen altijd een onzekerheid zou bestaan. Curanda<br />
heeft bij e-mail van 5 <strong>februari</strong> 2003 (productie 8) een reactie gestuurd op de hiervoor<br />
genoemde mail, waarin tevens is aangegeven dat het gesprek van 4 <strong>februari</strong> 2003 een<br />
constructief gesprek was. In dat gesprek heeft curanda het ook gehad over de situatie<br />
van overmacht. Deze kwam ter sprake omdat curanda in principe de topartiesten Busta<br />
Rhymes en Missy Elliot had vastgelegd, die echter in december 2002 aangaven de optie<br />
niet definitief te willen maken in verband met de oplopende onzekerheid met<br />
betrekking tot de oorlog. Hierop heeft curanda aan Heineken medegedeeld dat zij wel<br />
door kon gaan met het boeken van de artiesten maar dat er dus een risico bestond.<br />
Kort Geding Heineken-ENECO<br />
2.9 De behandeling van het kort geding tussen Heineken en ENECO vond uiteindelijk<br />
plaats op 6 <strong>februari</strong> 2003.<br />
Uit de op 30 januari 2003 door Heineken aan ENECO betekende kort geding<br />
dagvaarding (productie 9) en de pleitnotities van de advocaat van Heineken (productie<br />
10) blijkt van de stellingen van Heineken. Bij deze dagvaarding is tevens overgelegd de<br />
tussen Heineken en ENECO gesloten sponsorovereenkomst. Deze stellingen van<br />
Heineken zijn uiteraard ook van belang bij de beoordeling van de vorderingen van de<br />
curator op Heineken. Heineken heeft in rechte onder meer betoogd dat ENECO ten<br />
onrechte heeft gesteld dat zij een concreet toetsbaar plan inclusief een lijst met<br />
gecontracteerde artiesten zou hebben moeten ontvangen voor 1 augustus 2002. Dat was<br />
niet de bedoeling en ook niet mogelijk. Ten eerste omdat de laatst gehouden editie eerst<br />
dient te worden geëvalueerd alvorens tot het plannen van het nieuwe evenement wordt<br />
overgegaan. Tussen medio april en 1 augustus is dat traject niet te doorlopen. Daarnaast<br />
heeft Heineken erop gewezen dat het merendeel van de artiesten zich überhaupt niet op<br />
een zo lange termijn van tevoren wenst vast te leggen en zich ook niet laat vastleggen.<br />
De concrete artiesten worden pas in de loop van januari/<strong>februari</strong> van het daarop<br />
volgende kalenderjaar geboekt en kunnen ook eerst in die periode worden geboekt. In<br />
de maanden daaraan voorafgaand worden slechts oriënterende gesprekken gevoerd met<br />
de artiesten, onder andere teneinde hun eigen agenda met die van een evenement te<br />
laten samen vallen. Voorts heeft Heineken erop gewezen dat het in de voorgaande jaren<br />
niet anders ging en ENECO daar toen ook vrede mee had. Daarnaast heeft ENECO<br />
nimmer aangegeven dat de plannen zoals tot dusver gepresenteerd voor haar<br />
onvoldoende zouden zijn en dat zij een concrete uitwerking daarvan verlangde. Ten<br />
slotte heeft Heineken er in haar pleidooi op gewezen dat het noodzakelijk is dat over de<br />
gebondenheid van ENECO voor het komende evenement duidelijkheid wordt<br />
gecreëerd. Dat is allereerst nodig voor de goede verdere organisatie van het evenement<br />
en het daarvoor beschikbare budget. De door ENECO verschuldigde bijdrage beloopt<br />
een niet onaanzienlijk bedrag, welk bedrag vanzelfsprekend weegt in het voor de<br />
9
20300560/MVZ/cp<br />
organisatie van het totale evenement beschikbare budget, en daarmee dan ook voor de<br />
bepaling van de mogelijke uitgaven, en daarvan dan vanzelfsprekend met name die<br />
voor de artiesten. Ten tweede is enige helderheid geboden aangezien thans een aanvang<br />
zal worden gemaakt met de reclame voor het evenement en de vraag rijst of daarin nu<br />
wel of niet tevens ENECO dient te worden vermeld.<br />
Bij vonnis d.d. 13 <strong>februari</strong> 2003 (productie 11) overwoog de voorzieningenrechter<br />
onder meer:<br />
“4.8 Het voorgaande leidt tot de slotsom dat naar voorlopig oordeel boven redelijke twijfel is<br />
verheven dat de bodemrechter zal oordelen dat Eneco tot nakoming van de tussen partijen<br />
gesloten sponsorovereenkomst gehouden is, zodat de vordering van Heineken voor toewijzing<br />
gereed ligt.”<br />
De vordering van Heineken tot nakoming van de overeenkomst en betaling van een<br />
bedrag ad € 158.823,08 kon derhalve worden toegewezen. Dit betrof de eerste<br />
termijnbetaling van 50% van de totaal tussen Heineken en ENECO overeengekomen<br />
sponsorbijdrage.<br />
Wederom gesprekken tussen Heineken en curanda over mogelijk uitstel van HNL<br />
2.10 Bij brief van Heineken d.d. 14 <strong>februari</strong> 2003 (productie 12) heeft de heer M.P.J.<br />
Ruygrok van Heineken (met een kopie aan de heren H.H.F. Jansen, A.H. Scholten, P.<br />
Vertregt, allen werkzaam bij Heineken, alsmede aan de heer E. van Manen, consultant<br />
van Heineken) het kort geding vonnis aan curanda gezonden en haar gevraagd om een<br />
bevestiging dat het evenement doorgaat op 10, 11 en 12 april 2003 en dat op zijn minst<br />
de main acts zijn gecontracteerd. Verder heeft Heineken geschreven:<br />
“Als er gegronde redenen zijn om het evenement enkele maanden uit te stellen, staan we daar<br />
niet afwijzend tegenover, maar we moeten dan wel aan ENECO kunnen uitleggen dat er<br />
werkelijk sprake is van een overmachtsituatie. Op dit moment zijn we daar nog niet van<br />
overtuigd.”<br />
2.11 ENECO heeft Heineken bij brief van 26 <strong>februari</strong> 2003 (productie 13) bevestigd dat zij<br />
heeft voldaan aan het kort geding vonnis. Voorts heeft zij verwezen naar de<br />
verklaringen die Heineken tijdens de zitting heeft gedaan met betrekking tot de<br />
bekendmaking van de gecontracteerde artiesten. ENECO heeft Heineken in de<br />
gelegenheid gesteld binnen 30 dagen schriftelijk te bevestigen dat Heineken aan de<br />
door ENECO gestelde voorwaarden zal voldoen.<br />
Heineken heeft curanda deze brief van ENECO bij e-mail van 27 <strong>februari</strong> 2003<br />
(productie 14) gezonden. In deze e-mail heeft Heineken geschreven:<br />
“Je kunt nu niet langer wachten: uitstellen of doorgaan?<br />
Elk van die scenario’s heeft overigens serieuze consequenties die we eerst goed met elkaar<br />
moeten doornemen.<br />
Voor nu zal je een waterdichte case moeten hebben waarom er nog steeds geen artiesten zijn.<br />
Dus harde zwart op wit faxen enzo van meerdere topartiesten waar je een deal mee had maar<br />
die cancellen vanwege oorlog. Want Eneco gaat sowieso in hoger beroep.”<br />
10
20300560/MVZ/cp<br />
Curanda heeft Heineken per e-mail van 27 <strong>februari</strong> 2003 een concept reactie gezonden<br />
(productie 15). Hierin heeft curanda aangegeven dat het evenement hetzij in april 2003<br />
zal plaatsvinden, hetzij in september 2003. De oorzaak van deze 2 opties ligt in de<br />
schade die curanda heeft geleden door de opstelling van ENECO, alsmede in het feit dat<br />
er door de oorlogsdreiging van dat moment sprake is van een weigering van<br />
toonaangevende artiesten om te reizen, respectievelijk om alsnog commitments voor<br />
optredens af te geven. Voorts heeft curanda aangegeven dat indien HNL alsnog in april<br />
zal doorgaan zij hetzij op 6 maart hetzij op 13 maart het programma zal presenteren,<br />
waarna de voorverkoop direct zal aanvangen. Indien zij zal besluiten tot uitstel zal zij<br />
direct daarna overleg met ENECO voeren, aldus de tekst van de concept brief van<br />
curanda voor ENECO, gezonden aan Heineken op 27 <strong>februari</strong> 2003.<br />
2.12 Uit de door Heineken gemaakte agenda voor een bijeenkomst d.d. 28 <strong>februari</strong> 2003<br />
(productie 16) blijkt dat partijen de consequenties van doorgaan van het evenement in<br />
april 2003 en van uitstel naar september 2003 zouden bespreken. Tevens blijkt hieruit<br />
dat Heineken belang hecht aan haar positie ten opzichte van ENECO. Zo heeft zij<br />
geschreven:<br />
“We moeten hem (lees: Van Hoorn, toev. proc.) en onszelf aan de uitgangspunten van het hele<br />
verhaal houden, waarin we het Kort geding ingegaan zijn met Franks input (notabene uit zijn<br />
eigen presentatie aan Eneco), waarin we aangaven door te gaan met NightLive en met potentie<br />
voor 4 shows. Daarom moest Eneco gewoon meedoen.<br />
We kunnen die uitgangspunten niet zomaar straffeloos wijzigen. Hooguit door overleggen van<br />
echt keiharde, waterdichte contracten die er al lagen met topartiesten maar die door<br />
oorlogsdreiging schriftelijk gecancelled zijn. Alles minder dan dat maakt onze positie zo zwak<br />
dat het risico dat we de 7 ton van Eneco weer verliezen zeer groot is, zoniet 100%.<br />
De agenda zal dus eerder worden:<br />
AGENDA 28.02.2003 bij VHC<br />
1. Consequenties bij doorgaan in april: (…)<br />
Conclusie: nu doorgaan of toch uitstellen?<br />
2. Consequenties van uitstel naar september<br />
a. Eneco zal in een hoger beroep in dit geval vrijwel zeker haar geld terugkrijgen, tenzij er<br />
100% waterdicht en keihard bewijs van VHC is van getekende en daarna gecancellede<br />
contracten. Reken dus met 7 ton gulden minder!<br />
b. Risico’s van uitstel:<br />
- ‘van uitstel komt afstel’<br />
- ook dan nog onzekerheid over artiesten<br />
- verlies van geloofwaardigheid in de branche, intern bij Heineken en bij<br />
consumenten<br />
c. kosten van uitstel<br />
d. Voordeel: meer promotietijd, meer tijd om artiesten te regelen.”<br />
Curanda heeft op deze agenda gereageerd bij e-mail van 28 <strong>februari</strong> 2003 (productie<br />
17). Hierin heeft curanda onder meer het navolgende gesteld:<br />
11
20300560/MVZ/cp<br />
“In de eerste plaats wil ik je bij deze vriendelijk doch dringend verzoeken uitvoering te geven<br />
aan je contractuele verplichting tot betaling van het Eneco sponsorgeld. In je laatste brief<br />
daarover eis je van mij een verklaring omtrent het doorgaan van het evenement. Gezien het feit<br />
dat wij voortdurend overleg hebben over de voortgang van het evenement, gezien het feit dat<br />
met Heineken uitgebreid alle scenario’s rondom de show zijn doorgenomen en akkoord<br />
bevonden (uiterste datum rondkomen artiesten en start promotie op 13 maart as. en anders<br />
verschuiven naar september) gezien het feit dat wij beiden uitvoering dienen te geven aan een<br />
lopende overeenkomst heb ik geen enkele verplichting laat staan noodzaak tot het afgeven van<br />
een dergelijke verklaring. Ik wil je daarom vriendelijk doch dringend verzoeken het<br />
sponsorbedrag vandaag middels telefonische overboeking te voldoen. Ik stel Heineken bij deze<br />
in gebreke.”<br />
Het sponsorbedrag dat ENECO had betaald op basis van het kort geding vonnis (de<br />
eerste termijnbetaling van 50% van het overeengekomen bedrag) is vervolgens door<br />
curanda van Heineken ontvangen.<br />
2.13 Bij e-mail d.d. 3 maart 2003 (productie 18) heeft curanda (de heer M.P.J. Ruygrok<br />
van) Heineken als volgt geïnformeerd:<br />
“Conform je verzoek bevestig ik hiermee nogmaals onze recente gesprekken.<br />
Heineken NightLive aka Steam gaat door in April (behoudens zeer onvoorziene<br />
omstandigheden) zoals besproken op 11 en 12 april aanstaande. Onder onvoorziene<br />
omstandigheden moet je bijvoorbeeld een VS-Irak oorlog verstaan of een grote terreuraanslag.<br />
De door ons besproken verschuiving naar september komt daarmee te vervallen.<br />
Wij zijn in principe rond met Erykah Badu als ‘headliner’. We denken aanstaande donderdag<br />
in de publiciteit te gaan. Momenteel ben ik druk doende andere acts te boeken, die zullen tzt<br />
worden toegevoegd in de communicatie. Als DJ werken we nu aan de legendarische<br />
Grandmaster Flash en als host van de show DMC (van Run-DMC). Verder staan aanbiedingen<br />
open aan Jay-Z (via Scott Hunter Smith Heineken USA) en Eve.”<br />
Uit de hiervoor gememoreerde e-mail van curanda, alsmede uit het voorgaande overleg<br />
over mogelijke verplaatsing van het evenement blijkt dat de eerder besproken data van<br />
11 en 12 april 2003 niet “hard” zijn en curanda er ook mocht vertrouwen dat deze data<br />
bij de uitvoering van de Sponsorovereenkomst voor het geval een oorlog tussen de VS<br />
en Irak zou uitbreken niet “hard” waren.<br />
In een e-mail van 5 maart 2003 van Mark Ruygrok, met een cc naar onder meer<br />
bedrijfsjurist mr H.H.F. Jansen, heeft Heineken gereageerd op de e-mail van curanda<br />
van 3 maart 2003 (productie 19). In deze e-mail is geen bezwaar gemaakt tegen de<br />
bevestiging van curanda van de recente gesprekken, en meer speciaal de bevestiging<br />
van curanda dat HNL doorgaat in april, behoudens zeer onvoorziene omstandigheden<br />
(zoals bijvoorbeeld een VS-Irak oorlog of een grote terreuraanslag). Heineken schrijft<br />
onder meer:<br />
“Beste Frank,<br />
Hartelijk dank voor je mail over de doorgang van Heineken NightLive, en je eerdere mail met<br />
suggesties voor Eneco.”<br />
12
20300560/MVZ/cp<br />
Vervolgens bespreekt Heineken een aantal zaken waaruit geenszins blijkt van een<br />
betwisting van de in de e-mail van 3 maart 2003 bevestigde gesprekken tussen curanda<br />
en Heineken. Voorts heeft Heineken curanda verzocht te proberen vier shows, in plaats<br />
van 2, te organiseren.<br />
Curanda heeft per e-mail van 5 maart 2003 (productie 20) bevestigd dat conform<br />
afspraak met Mark Ruygrok en Peter Vertregt alle contracten met artiesten voor 2<br />
shows worden gesloten, evenals een optionele show op 10 april 2003. Curanda heeft<br />
gewezen op het feit dat de voorzieningenrechter het beroep van ENECO op 4 shows<br />
heeft afgewezen.<br />
Artiesten zeggen intussen toe op te treden<br />
2.14 Uit de als productie 21 overgelegde overeenkomst met betrekking tot Erykah Badu,<br />
opgesteld door William Morris Agency, Inc, blijkt dat op 5 maart 2003 is bevestigd dat<br />
Erykah Badu zal optreden op 11 en 12 april 2003.<br />
Tevens wordt als productie <strong>22</strong> overgelegd een bevestiging d.d. 12 maart 2003 van<br />
Evolution Talent Agency LLC met betrekking tot het optreden van Run DMC op 11 en<br />
12 april 2003.<br />
De contacten met Jay-Z waren opgezet door Heineken via Scott Hunter Smith van<br />
Heineken USA, waardoor mag Heineken ermee bekend worden geacht dat Jay-Z<br />
inderdaad had toegezegd tijdens HNL 2003 op te treden. Ten bewijze van de boeking<br />
van Jay-Z legt de curator als productie 23 enige correspondentie van curanda met de<br />
manager van Jay-Z, John Meneilly (om privacyredenen is het e-mail adres van de heer<br />
Meneilly door de procureur weggelakt) d.d. 10 maart 2003, 11 maart 2003 en 17 maart<br />
2003, waarbij tevens de concept overeenkomst is meegezonden. Overigens worden in<br />
de branche overeenkomsten tussen organisator en artiest steeds pas na de optredens<br />
ondertekend. Tevens wordt hierbij overgelegd een e-mail van curanda aan Scott Hunter<br />
Smith met betrekking tot de bevestiging dat Jay-Z zal optreden. Bij e-mail van 10 maart<br />
2003 (productie 24) heeft curanda overigens aan Heineken bevestigd dat Jay-Z rond is.<br />
Aangezien de contacten via Heineken USA liepen, en de hiervoor genoemde<br />
correspondentie, kan er overigens van worden uitgegaan dat Heineken reeds op de<br />
hoogte was van de toezegging van Jay-Z van 10 maart 2003.<br />
Discussie met ENECO<br />
2.15 Bij e-mail van 5 maart 2003 (productie 25) heeft Heineken gereageerd op een brief van<br />
ENECO d.d. 26 <strong>februari</strong> 2003. Belangrijke argumenten die Heineken in deze brief naar<br />
voren heeft gebracht zijn onder meer:<br />
1) de voorbereidingen zijn ernstig bemoeilijkt omdat ENECO weigerde de<br />
sponsorovereenkomst na te komen en als gevolg daarvan een gat in de begroting is<br />
geslagen;<br />
2) deze situatie blijft voortbestaan zolang ENECO de onzekerheid rond de<br />
sponsorbijdrage laat voortbestaan, o.a. door hoger beroep in te stellen tegen het kort<br />
geding vonnis;<br />
3) evenals in voorgaande jaren wordt eerst begonnen met de kaartverkoop voor de data<br />
11 en 12 april. Zodra die avonden zijn uitverkocht gaan andere data in de verkoop;<br />
13
20300560/MVZ/cp<br />
4) onvoorziene omstandigheden kunnen reden zijn voor uitstel van het evenement,<br />
omdat die aanleiding kunnen zijn voor artiesten om niet naar Ahoy te komen, zoals<br />
bijvoorbeeld een VS-Irak oorlog, of een grote terreuraanslag. Nu reeds heeft Van Hoorn<br />
Company ervaren dat door de oorlogsdreiging van dit moment toonaangevende<br />
artiesten- met name die uit de Angelsaksische wereld- huiverig zijn om naar Nederland<br />
te reizen, c.q. om alsnog commitments voor optredens te geven, aldus Heineken.<br />
2.16 Bij brief d.d. 10 maart 2003 (productie 26) heeft ENECO gereageerd op de brief van<br />
Heineken d.d. 6 maart 2003. ENECO heeft onder meer gesteld dat oorlog geen<br />
overmachtfeit is en dat curanda het evenement onvoldoende zou hebben voorbereid.<br />
Curanda heeft Heineken bericht bij e-mail d.d. 11 maart 2003 (productie 27) dat het<br />
terugbrengen van HNL 2003 van 4 naar 3 en wellicht zelfs naar 2 avonden desastreuze<br />
gevolgen heeft voor de opbrengst van de show. Curanda duikt derhalve wederom in de<br />
verliezen, en dat was in 2002 ook al het geval. Curanda heeft zich derhalve ingespannen<br />
om met een groot aantal leveranciers van het evenement de bestaande overeenkomsten<br />
open te breken en de prijzen aan te passen aan de nieuwe situatie. Voorts heeft curanda<br />
gemeld dat er “zéér positieve bedrijfswijzigingen op komst” zijn. Gevolg daarvan zal<br />
zijn dat curanda in 2003 en 2004 (de resterende looptijd van de Sponsorovereenkomst)<br />
in staat zal zijn haar activiteiten enorm uit te breiden hetgeen ook een gunstig effect zal<br />
hebben op de wijze waarop ze de HNL shows zal organiseren.<br />
Bij e-mail van 15 maart 2003 (productie 28) heeft curanda, onder meer aan Heineken,<br />
de line-up voor alle marketinguitingen bevestigd.<br />
Op 18 maart 2003 (productie 29) heeft curanda in een e-mail aan Heineken gereageerd<br />
op de brief van ENECO. Belangrijkste punten uit deze e-mail zijn dat ENECO volgens<br />
curanda ondeskundig oordeelt en ieder overleg over de inhoud van de show heeft<br />
geweigerd. Daarnaast heeft curanda aangegeven dat het er op lijkt dat ENECO wellicht<br />
wil schikken op 80% van het door haar te betalen bedrag.<br />
Bij e-mail van dezelfde datum (productie 30) heeft curanda aan Heineken bevestigd<br />
dat op dat moment overeenstemming is bereikt met de artiesten Grandmaster Flash,<br />
Postmen, Jay-Z, Erykah Badu en DMC. Curanda had aan Badu overigens in het kader<br />
van de met haar gesloten overeenkomst, reeds USD 142.500 betaald als voorschot. De<br />
curator heeft nog getracht betaling van dit voorschot na datum faillissement te vorderen.<br />
Echter, op basis van de inhoud van de tussen partijen gesloten overeenkomst was<br />
terugbetaling gelet op de feiten en omstandigheden in deze onderhavige zaak niet<br />
mogelijk. Uiteindelijk heeft de curator een overeenkomst met Badu gesloten op grond<br />
waarvan slechts USD 7.500 kon worden terug ontvangen. Duidelijk is wel, voor zover<br />
hier van belang, dat er met Badu een overeenkomst was gesloten en dat zij dus<br />
inderdaad vastgelegd was. Hiermee is een volledige “line-up” tot stand gebracht die<br />
voldoet aan de doelstellingen van Heineken.<br />
Oorlog VS-Irak breekt uit; curanda stelt verplaatsing van het evenement voor<br />
2.17 Op 20 maart 2003 om kwart over vier ’s ochtends maakte President Bush de oorlog<br />
tussen de VS en Irak bekend. Direct na de bekendmaking roerde de popwereld zich als<br />
14
20300560/MVZ/cp<br />
gevolg van de oorlog. Artiesten spraken zich uit tegen een oorlog en riepen op tot actie.<br />
Festivals dachten net als andere evenementen na over extra maatregelen en bereidden<br />
zich voor op mogelijke afzeggingen van optredens. De eerste artiesten bevestigden<br />
dadelijk uitstel van hun Europese optredens (productie 31).<br />
2.18 Bij e-mail van 26 maart 2003 (productie 32) heeft curanda Heineken bericht dat er<br />
onvoldoende kaarten worden verkocht voor HNL/Steam 2003. De oorzaak hiervan zou<br />
kunnen worden gevonden in:<br />
- de eerdere afzeggingen van artiesten (Missy Elliott en Busta Rhymes, zie hiervoor<br />
onder 2.11) en de daardoor bekorte promotieperiode. Tegelijkertijd stelt curanda zich<br />
op het standpunt dat artiesten als Jay-Z en Erykah Badu per act toch 5.000 à 7.000<br />
kaarten per artiest hadden moeten verkopen;<br />
- de oorlog in Irak heeft een negatieve invloed op het bestedingspatroon van de<br />
consument.<br />
Curanda heeft dan ook voorgesteld het evenement te verplaatsen naar het najaar 2003.<br />
Andere argumenten zijn dat nu de kaartverkoop achterblijft het evenement wellicht zal<br />
moeten worden teruggebracht tot één show, hetgeen niet goed is voor de exposure van<br />
Heineken, onoverkomelijke financiële risico’s voor curanda met zich brengt en de<br />
slagingskans van ENECO in de appelprocedure van het kort geding tegen Heineken<br />
vergroot. Verplaatsing lijkt voor alle partijen de beste oplossing onder de huidige,<br />
onvoorziene omstandigheden. Curanda heeft daarbij wel een voorbehoud gemaakt met<br />
betrekking tot de opstelling van de artiesten. Indien zij namelijk nakoming eisen<br />
ontstaat een andere situatie. Curanda gaf aan op dat moment overleg te voeren met de<br />
artiesten. Curanda deelde Heineken mede dat het op dat moment afzeggingen regent in<br />
de concertindustrie waardoor de gemiddelde consument begrip zal kunnen opbrengen<br />
voor het besluit. Men kan vervolgens besluiten de kaarten te houden of geld terug te<br />
vragen bij TicketService. Met betrekking tot ENECO heeft curanda voorgesteld met de<br />
3 juristen tijdens een conference call een gezamenlijk standpunt te bepalen. Ten slotte<br />
heeft curanda aangegeven dat vanwege het feit dat men in de tweede helft van die week<br />
op een point-of-no-return komt ten aanzien van productiewerkzaamheden men de<br />
volgende dag een besluit dient te nemen.<br />
2.19 Bij fax van 26 maart 2003 (productie 33) heeft Heineken curanda bericht dat zij het<br />
verzoek tot uitstel niet kan honoreren. Heineken heeft aangegeven dat curanda het jaar<br />
ervoor de opzet van het evenement (ook aan ENECO) heeft gepresenteerd, waarin de<br />
data 10, 11 en 12 april 2003 en een optie voor 9 april 2003 zijn genoemd. Daarom<br />
houdt ENECO Heineken nu aan die 4 data. Heineken heeft gesteld dat ENECO<br />
ongetwijfeld zal afhaken en het betaalde bedrag zal terugeisen indien het evenement<br />
wordt uitgesteld. Heineken zal curanda houden aan het organiseren van 3 avonden<br />
conform de overeenkomst. Mocht curanda besluiten niet 3 avonden te organiseren dan<br />
behoudt Heineken zich het recht voor de overeenkomst te ontbinden. Tevens zal<br />
Heineken een en ander in dat geval financieel moeten verrekenen, aangezien de<br />
vergoeding is gebaseerd op 3 avonden. Alle risico’s van terugvorderingen en<br />
schadeclaims van ENECO zijn volgens Heineken voor rekening van curanda. Heineken<br />
achtte een achterblijvende kaartverkoop een onvoldoende rechtvaardiging en wees ook<br />
het argument betreffende de economische voorspellingen van curanda van de hand.<br />
15
20300560/MVZ/cp<br />
Heineken hield curanda aan de data in april, met name uit angst voor het feit dat<br />
ENECO alsnog zal opzeggen.<br />
2.20 Bij fax van 26 maart 2003 heeft Heineken ENECO een reactie gestuurd op de brieven<br />
van 26 <strong>februari</strong> 2003 en 10 maart 2003 van ENECO (productie 34). Hierin heeft<br />
Heineken onder meer aangegeven dat zij heeft gewezen op de huidige situatie in de<br />
wereld om duidelijk te maken dat harde garanties (zoals door ENECO gevraagd) niet<br />
gegeven kunnen worden. Er wordt, aldus Heineken, hard gewerkt aan het evenement<br />
maar het is niet uitgesloten dat een of meer van de geboekte artiesten op het allerlaatste<br />
moment verstek laat gaan. Artiesten uit het buitenland (niet alleen de VS) plegen per<br />
vliegtuig te reizen en het is algemeen bekend dat de dreiging van terroristische<br />
aanslagen zodanig is dat veel reizigers- ook artiesten- huiverig zijn te vliegen. Voorts<br />
heeft Heineken aan ENECO geschreven:<br />
“Door de ontwikkelingen, in het bijzonder het uitbreken van de oorlog in Irak, houden wij in<br />
beraad of het laten doorgaan van het evenement in april a.s. opportuun en wenselijk is.<br />
Dienaangaande houden wij vooralsnog de mogelijkheid open het evenement te verplaatsen<br />
naar een later tijdstip in dit jaar (…). Dienaangaande wijzen wij u erop dat overeenkomstig het<br />
sponsorcontract de data waarop jaarlijks het evenement zal worden georganiseerd vrij zijn.”<br />
2.21 Bij e-mail d.d. 27 maart 2003 (productie 35) heeft curanda gereageerd op de hiervoor<br />
genoemde fax van Heineken. Hierin heeft curanda aangegeven dat uitstel van het<br />
evenement naar haar mening de enige reële optie is. Bij een zo lage kaartverkoop is het<br />
financieel niet haalbaar het evenement te laten doorgaan. Curanda kan deze verliezen<br />
niet opvangen. Door de gebeurtenissen in het verleden rond de organisatie, waaronder<br />
het geruime tijd niet ondertekend zijn van de overeenkomst en het uitblijven van de<br />
betaling van ENECO, is de Rabobank wantrouwig geworden en curanda vreest dat de<br />
Rabobank haar op basis van de lage kaartverkoop geen verdere financiering zal<br />
verstrekken. Voorts is er gegronde vrees dat verschillende artiesten op het allerlaatste<br />
moment nog zullen afzeggen, in verband met de weerzin voor reizen bij met name<br />
Amerikaanse artiesten, veroorzaakt door de oorlog in Irak en het SARS virus. Indien<br />
het evenement om wat voor reden dan ook op het allerlaatste moment moet worden<br />
afgelast zal er een duidelijk negatieve exposure zijn voor Heineken. De nadelen van het<br />
op dat moment tijdig aankondigen van uitstel om voor ieder begrijpelijke redenen, zijn<br />
vele malen kleiner dan de nadelen van een plotselinge totale afgelasting. Curanda<br />
verwachtte dat ENECO zeker problemen gaat maken in geval van een niet geslaagd<br />
evenement, hetgeen het geval zal zijn als er nauwelijks kaarten zijn verkocht. Curanda<br />
verwachtte dat de problemen met ENECO minder groot zijn bij uitstel. Immers, in de<br />
overeenkomst tussen Heineken en ENECO staat geen verplichting het evenement in<br />
april te organiseren en ook een rechter zal begrijpen dat er bij doorgaan in september<br />
een grotere exposure bestaat dan bij een niet geslaagd evenement in april. Uitstel is ook<br />
in het belang van ENECO, aldus curanda. Uitstel brengt voor Heineken en ENECO<br />
geen extra kosten met zich. De communicatiegelden zijn niet tevergeefs uitgegeven.<br />
Het belangrijkste doel van communicatie is exposure voor Heineken, die er immers in<br />
de periode van de communicatie volop is geweest. Curanda betwistte dat er sprake zou<br />
zijn van een toerekenbare tekortkoming harerzijds. Zij verwees naar een in de<br />
correspondentie neergelegde stelling dat het niet halen van bepaalde termijnen niet<br />
16
20300560/MVZ/cp<br />
mogelijk was door handelen van Heineken zelf. Curanda wees er op dat het laten<br />
doorgaan van het evenement op 11 en 12 april volstrekt onverantwoord is.<br />
In tegenstelling tot hetgeen de advocaat van Heineken later heeft gesteld heeft curanda<br />
met deze brief het evenement geenszins geannuleerd. Door curanda is aangegeven dat<br />
uitstel (niet annulering/afstel) de enige optie is.<br />
2.<strong>22</strong> Bij fax van 28 maart 2003 (productie 36) heeft Heineken (de heer H.H.F. Jansen, met<br />
kopie aan de heren P. Vertregt, A.H. Scholten en M.P.J. Ruygrok) gereageerd op de<br />
hiervoor genoemde e-mail van curanda. Heineken heeft curanda gehouden aan de<br />
verplichting van art. 3.1 van de Sponsorovereenkomst, te weten de organisatie van een<br />
evenement van ten minste drie dagen in de periode april-mei. Voor dat jaar zijn de<br />
uiterste begin- en einddatum nader bepaald op 9, respectievelijk 12 april 2003.<br />
Tegenvallende kaartverkoop, om welke reden dan ook, en eventuele financiële risico’s<br />
voor curanda kunnen volgens Heineken geen reden zijn het evenement uit te stellen en<br />
risico’s naar Heineken te schuiven, omdat expliciet is overeengekomen dat het<br />
evenement voor rekening en risico van curanda wordt georganiseerd. Uitstel van het<br />
evenement zou betekenen dat ENECO de reeds door haar aan Heineken betaalde<br />
bijdrage terugvordert en Heineken aansprakelijk stelt. Ook Heineken ondervindt bij<br />
uitstel imagoschade. Heineken heeft ontkend te zijn tekortgeschoten. Er zijn volgens<br />
Heineken geen goede redenen om het evenement te verplaatsen. Heineken heeft<br />
curanda gesommeerd voor 31 maart 2003 schriftelijk aan haar te bevestigen dat<br />
HNL/Steam volgens de afgesproken planning doorgaat in april 2003, bij gebreke<br />
waarvan Heineken zich het recht voorbehoudt haar bijdrage(n) in de ondersteuning van<br />
het evenement onmiddellijk te zullen opschorten.<br />
2.23 Bij e-mail van maandag 31 maart 2003 heeft de directeur van curanda aangegeven dat<br />
hij vanaf de volgende dag in New York zal zijn en dat hij donderdag 3 april 2003 weer<br />
terug zou zijn. Voorts gaf hij aan via zijn mobiele telefoon en de e-mail bereikbaar te<br />
zijn en dat de advocaat van curanda een reactie zou sturen aan Heineken naar<br />
aanleiding van het gesprek dat op 31 maart 2003 had plaatsgevonden.<br />
2.24 Curanda heeft, gelet op het feit dat Heineken die dag overleg over de kwestie had, in<br />
een e-mail van 1 april 2003 om 12.27 uur (productie 37) de concept e-mail van de<br />
advocaat van curanda gezonden. In deze e-mail bevestigde de advocaat van curanda aan<br />
Heineken het met Heineken gevoerde telefoongesprek van 31 maart 2003. Zij heeft<br />
Heineken in genoemd telefoongesprek medegedeeld dat curanda thans in de<br />
onmogelijkheid verkeert om na te komen. Immers, er doet zich een evidente<br />
overmachtsituatie voor, omdat inmiddels twee artiesten, Jay-Z en Erykah Badu, hebben<br />
laten weten dat zij niet naar Nederland zullen reizen en niet aanwezig zullen zijn op de<br />
evenementen van 11 en 12 april 2003. Het betreft een afzegging van de twee hoofdacts<br />
en het is naar de mening van curanda absoluut niet zinvol evenementen zonder deze<br />
twee belangrijke artiesten door te laten gaan. Het is onmogelijk in de korte resterende<br />
tijd van 10 dagen vervanging voor deze topacts te regelen. Op dit moment bestaat er<br />
geen andere mogelijkheid dan uitstel van het evenement tot september 2003. AHOY (de<br />
locatie waarin HNL/Steam zou plaatsvinden) heeft de enige nog beschikbare data in<br />
2003 vrijgemaakt voor HNL/Steam en wel 24 en 25 september 2003, alsmede 23<br />
september 2003 voor een optionele show. Een uitgewerkt plan, met<br />
17
20300560/MVZ/cp<br />
communicatiemogelijkheden zal curanda op korte termijn aan Heineken zenden. De<br />
schade is bij uitstel veel geringer dan de schade bij doorgang met slechts één van de<br />
drie aangeboden topattracties. Curanda stelt zich op het standpunt dat er geen sprake is<br />
van een toerekenbare tekortkoming van haar, nu het niet doorgaan van de evenementen<br />
in april niet te wijten is aan haar schuld en ook niet voor haar rekening kan komen. De<br />
overmacht impliceert geen blijvende onmogelijkheid, het is mogelijk een goed<br />
evenement te organiseren in september 2003. Heineken kan derhalve niet ontbinden.<br />
Indien zij dat wel zal doen stelt curanda Heineken reeds nu voor alsdan aansprakelijk<br />
voor alle schade die curanda zal lijden. Daarnaast zal curanda alsdan het<br />
contractsbelang als schade vorderen. Immers, curanda zou nog voor volgend jaar<br />
evenementen organiseren en de daarmee verwachte winst zal onderdeel uitmaken van<br />
de schadevergoeding. Daarnaast lijdt curanda aanzienlijke reputatieschade. Curanda<br />
heeft Heineken in deze e-mail gevraagd akkoord te gaan met uitstel tot september 2003<br />
in verband met de ontstane overmachtsituatie.<br />
2.25 Bij e-mail van dezelfde datum, verzonden om 12.44 uur (productie 38), heeft curanda<br />
Heineken nader bericht met betrekking tot de praktische kant van de zaak. Verschuiven<br />
is de enige reële optie. Curanda heeft in deze e-mail een groot aantal stappen<br />
voorgesteld om een verplaatsing zo soepel mogelijk te laten verlopen met de minst<br />
mogelijke schade voor alle betrokkenen. Verplaatsing zou zelfs nog een aantal extra<br />
mogelijkheden kunnen bieden waarmee het project wellicht nog interessanter gemaakt<br />
zou kunnen worden. Curanda zal onder meer voor eigen rekening en risico (dat wil<br />
zeggen zonder dat Heineken nadere kosten behoeft te maken) het evenement de<br />
komende 5 maanden blijven promoten, door middel van minimaal print en radio en<br />
wellicht televisie. In principe hebben alle artiesten mondeling gezegd te willen<br />
meewerken aan het verplaatsen van de show. Het lijkt er dus op dat de “line-up” intact<br />
blijft. Curanda zal voor eigen rekening en risico, indien nodig, additionele artiesten<br />
bijboeken om het programma nog spraakmakender te maken en een extra impuls te<br />
geven aan de kaartverkoop. Ook dit brengt dus voor Heineken geen extra kosten met<br />
zich. Curanda zal zorgen voor “bewijslast” met name ook naar ENECO met betrekking<br />
tot de overmacht, c.q. het afzeggen van de artiesten. Curanda vergoedt kaartverkopers<br />
die eventueel hun geld terugvragen. De directeur van curanda deelde mede nog dezelfde<br />
dag naar New York te vertrekken voor bespreking met de managers van de artiesten<br />
teneinde de verplaatsing definitief te maken. Curanda heeft er nogmaals op gewezen dat<br />
dit soort uitstel in deze branche, en zeker onder deze omstandigheden, zeer gebruikelijk<br />
is en door de consumenten goed zal worden opgepikt. Dus ook hier ontstaat geen<br />
schade of risico voor Heineken, aldus curanda. Bovendien heeft curanda erop gewezen<br />
dat Heineken reeds de positieve effecten van alle publiciteit heeft gekregen en die<br />
positieve effecten uiteraard in stand blijven bij verplaatsing. Juist bij definitieve<br />
afgelasting van het evenement zouden deze positieve effecten te niet gedaan worden.<br />
Curanda neemt aan dat er nog overleg zal worden gevoerd. Enkele voorbeelden van<br />
afgelastingen van evenementen in de onderhavige periode alsmede ten gevolge van<br />
andere oorlogen/terreurdreiging (Afghanistan/terreuraanvallen) waarbij Amerika recent<br />
betrokken was worden als productie 39 in het geding gebracht.<br />
2.26 Bij e-mail d.d. 1 april 2003 (productie 40) heeft de heer P. Vertregt van Heineken<br />
gereageerd op de e-mails van 31 maart 2003 en 1 april 2003 door aan te geven dat hij<br />
18
20300560/MVZ/cp<br />
erg “pissed off” is over deze gang van zaken en dat hij stopt per e-mail te reageren.<br />
Verder wenst hij de directeur van curanda veel plezier in New York.<br />
2.27 Bij e-mail van 2 april 2003 te 14.37 uur (productie 41) heeft curanda de heer Vertregt<br />
(in kopie naar de andere betrokkenen verzonden) bericht dat er ten gevolge van de zeer<br />
bijzondere omstandigheden, respectievelijk overmacht, nog maar één keuze is die beide<br />
partijen niet willen. Overigens is dat een optie die curanda “bakken met geld kost”,<br />
maar curanda geeft aan dat zij zo goed mogelijk onder de omstandigheden haar<br />
verplichtingen wil nakomen en er het beste van wil maken met het oog op de belangen<br />
van alle partijen, inclusief en vooral die van Heineken. Curanda heeft tevens<br />
aangegeven dat Heineken tot op dat moment kiest voor een juridisch breekscenario.<br />
Voorts heeft curanda aangegeven dat zij niet in New York zit voor plezier maar tussen<br />
9.00 uur en 12.00 uur besprekingen heeft met de managers van alle 4 betrokken<br />
artiesten om voor september 2003 alles op de rit te krijgen. Curanda wijst er op dat het<br />
feit dat Heineken nu afhaakt en blijkbaar aanstuurt op contractbreuk uitermate<br />
contraproductief en schadelijk is, terwijl curanda er alles aan doet om haar<br />
verplichtingen na te komen en juist aankondigt extra investeringen te gaan doen.<br />
2.28 Bij e-mail d.d. 2 april 2003 te 15.17 uur (productie 42) heeft curanda vanuit Amerika<br />
bericht dat zij, bij gebrek aan medewerking van Heineken, inmiddels alle<br />
voorbereidingen heeft afgerond voor het noodscenario van “verzetten”. Alles is voor<br />
verdere input verzonden aan de consultant van Heineken, de heer E. van Manen.<br />
Curanda verzoekt Heineken dringend zich te conformeren aan dit plan en zij verzoekt<br />
om nader overleg omtrent de ten opzichte van ENECO te volgen strategie.<br />
2.29 Bij brief (tevens e-mail) d.d. 2 april 2003 (productie 43) aan curanda heeft (de heer<br />
H.H.F. Jansen van) Heineken bevestigd dat curanda niet heeft voldaan aan haar<br />
verzoek, respectievelijk sommatie, om uiterlijk 31 maart 2003 om 12.00 uur schriftelijk<br />
aan haar te bevestigen dat HNL volgens het afgesproken concept en volgens de<br />
afgesproken planning, dat wil zeggen in april 2003, doorgaat. Heineken heeft verwezen<br />
naar het bepaalde in art. 3.1 van de Sponsorovereenkomst, waarin is bepaald dat de<br />
evenementenreeks dient plaats te vinden in april en/of mei. Op grond van het bepaalde<br />
in art. 8.1 van de Sponsorovereenkomst is de sponsorvergoeding uitsluitend door<br />
Heineken verschuldigd indien 3 of meer evenementen in deze periode plaatsvinden. De<br />
weigering of onmogelijkheid van curanda het evenement op de afgesproken dagen in<br />
april aanstaande te doen doorgaan impliceert dat de door Heineken betaalde bedragen<br />
ad totaal € 650.998,66 onverschuldigd zijn betaald. Hetzelfde geldt voor de door<br />
Heineken nu nodeloos gemaakte uitzendkosten voor commercials, welke kosten<br />
volgens Heineken € 150.000,00 bedroegen. Heineken is het niet eens met curanda dat<br />
zij met haar zou zijn overeengekomen dat de gevolgen van afgelasting of verschuiving<br />
van het evenement voor rekening en risico van Heineken komen, ook niet indien sprake<br />
zou zijn van overmacht. Heineken verzoekt curanda het bedrag ad € 800.998,66 binnen<br />
5 dagen na 2 april 2003 te voldoen, bij gebreke waarvan zij zal overgaan tot<br />
rechtsmaatregelen. Overigens is zij van mening dat curanda toerekenbaar tekortschiet in<br />
de nakoming van haar verplichtingen. Het verzuim rechtvaardigt ontbinding. Of zij tot<br />
ontbinding zal overgaan houdt zij op dat moment nog in beraad. Ontbinding van de<br />
Sponsorovereenkomst door Heineken heeft overigens ook nadien nimmer<br />
19
20300560/MVZ/cp<br />
plaatsgevonden. Heineken stelt dat er geen sprake is van overmacht of begrijpelijke<br />
afzeggingen. Daarnaast deelde Heineken mede dat zij niet kan inzien hoe uitstel kan<br />
worden gerealiseerd zonder dat Heineken nog meer risico’s loopt en de daaraan<br />
verbonden kosten worden gedekt.<br />
2.30 Bij brief en fax d.d. 3 april 2003 van 9.41 uur (productie 44) heeft de advocaat van<br />
curanda, mevrouw mr. J.A. Schaap te Amsterdam, Heineken nader geïnformeerd in<br />
vervolg op de e-mail van curanda aan Heineken van 27 maart 2003 over het uitstel.<br />
Zekerheidshalve heeft mr. Schaap Heineken nogmaals haar brief van 1 april 2003<br />
gezonden, alsmede de nadere uitwerking door curanda van het uitstel. Bij deze brief<br />
heeft mr. Schaap tevens de e-mail zijdens Jay-Z d.d. 1 april 2003 aan Heineken<br />
gezonden waaruit blijkt dat Jay-Z in verband met de onzekerheden ten gevolge van de<br />
oorlog niet naar Nederland reist. Curanda is nog in afwachting van een schriftelijke<br />
bevestiging van het afzeggen van Erykah Badu. Curanda heeft in deze brief gesteld dat<br />
overduidelijk sprake is van een situatie van overmacht. Curanda heeft bestreden dat er<br />
sprake zou zijn van een toerekenbare tekortkoming. De slechte kaartverkoop is nooit<br />
gebruikt als reden voor uitstel. Curanda heeft op de slechte verkoop gewezen als reden<br />
voor een uitstel. De reden waarom uitstel nu geen optie meer is (maar noodzaak) en<br />
waarom op de geplande data eenvoudigweg niet kan worden nagekomen is echter<br />
gelegen in de afzeggende artiesten en niet in de slechte kaartverkoop. Curanda heeft<br />
betwist dat Heineken recht heeft tot ontbinding van de overeenkomst. Er is geen sprake<br />
van een mogelijke ontbinding op grond van overmacht, aangezien op korte termijn<br />
alsnog een evenement is te organiseren. Een uitstel is ook in het belang van Heineken<br />
en de schade die Heineken bij een uitstel zal lijden is beduidend minder dan bij afstel.<br />
Curanda bevestigt nogmaals dat Heineken geen extra risico zal lopen bij uitstel en geen<br />
extra kosten zal hoeven te maken. Curanda bevestigde dat zij ingeval van uitstel bereid<br />
is tot het volgende:<br />
- curanda kondigt het uitstel aan door middel van een persbericht en eventueel een<br />
advertentie in De Telegraaf;<br />
- curanda zal (voor eigen rekening en risico) het evenement de komende 5 maanden<br />
blijven promoten door middel van minimaal print en radio en wellicht televisie;<br />
- curanda zal (voor eigen rekening en risico) artiesten bijboeken om het programma nog<br />
spraakmakender te maken en een extra impuls te geven aan de kaartverkoop, gedacht<br />
wordt aan The Roots en Miss Dynamite;<br />
- curanda zal kaartkopers die hun geld terugvragen vergoeden.<br />
Alle artiesten die in april waren geboekt hebben reeds mondeling verklaard in beginsel<br />
te willen meewerken aan verplaatsing van het evenement. Verder heeft curanda<br />
voorgesteld dat zodra de heer Van Hoorn op vrijdag 4 april 2003 terug is uit Amerika<br />
partijen om de tafel gaan zitten om deze optie serieus te bespreken. Uit de stukken blijkt<br />
dat door de houding van Heineken hier feitelijk een sponsor (Heineken), die geen<br />
verantwoordelijkheid heeft voor de organisatie van een muziekevenement, voor<br />
afgelasting zorgt.<br />
2.31 Bij e-mail van 3 april 2003 heeft curanda aan de heer E. van Manen een concept tekst<br />
gezonden voor de advertentie voor de verplaatsing van het evenement naar 24 en 25<br />
september 2003 (productie 45).<br />
20
20300560/MVZ/cp<br />
2.32 Bij nadere e-mail van 3 april 2003 (productie 46) heeft curanda Heineken en haar<br />
consultant laten weten dat zij zojuist is geïnformeerd dat Heineken beslag heeft doen<br />
leggen op haar bankrekening. De consequenties voor de door curanda in AHOY, daags<br />
voor HNL/Steam georganiseerde shows van Gordon, met alle verplichtingen van dien<br />
(die ten gevolge van de beslaglegging door Heineken niet meer door curanda kunnen<br />
worden nagekomen), en de verplichtingen inzake HNL/Steam laten zich raden. Voorts<br />
geeft curanda aan dat het erop lijkt dat Heineken het project Steam alsmede het bedrijf<br />
van curanda ten gronde wil richten.<br />
2.33 Inmiddels was Heineken dus gestart met het treffen van rechtsmaatregelen jegens<br />
curanda. Dit terwijl zij de overeenkomst niet had ontbonden en de sommatietermijn van<br />
5 dagen na 2 april 2003 nog niet was verstreken. Bij verzoekschrift d.d. 1 april 2003<br />
(productie 47) had Heineken verlof gevraagd voor het leggen van conservatoir beslag<br />
onder de Rabobank en op de onroerende zaak van curanda aan de Willemsparkweg 46<br />
te Amsterdam, zulks ter verzekering van een begrote vordering ad € 950.000,00. In het<br />
verzoekschrift had Heineken onder meer gesteld:<br />
“Gelet op de verzuimen van Van Hoorn Company heeft Heineken de overeenkomst tussen<br />
partijen bij schrijven van 1 april 2003 buitengerechtelijk ontbonden.”<br />
Van ontbinding is echter, zoals reeds hiervoor is aangegeven, geen sprake. Er bestaat<br />
niet eens een brief van Heineken van 1 april 2003, laat staan een ontbindingsverklaring.<br />
Op dit punt is de voorzieningenrechter derhalve door Heineken misleid. Bovendien<br />
bestond er geen grond voor Heineken om de Sponsorovereenkomst te ontbinden.<br />
Immers van toerekenbare tekortkoming in de nakoming aan de zijde van curanda was<br />
geen sprake.<br />
2.34 Op 2 april 2003 heeft Heineken, na op die datum verkregen verlof, conservatoir<br />
derdenbeslag doen leggen onder de Rabobank, welke bank aan curanda een<br />
kredietfaciliteit had verstrekt (productie 48). Tevens heeft Heineken op 2 april 2003,<br />
derhalve op een moment dat de sommatietermijn nog niet was verstreken, conservatoir<br />
beslag doen leggen op het kantoorpand van curanda aan de Willemsparkweg 46 te<br />
Amsterdam (productie 49). De beslagstukken zijn overigens op 7 april 2003 aan<br />
curanda betekend (productie 50).<br />
2.35 Bij e-mail d.d. 3 april 2003 (productie 51) heeft de advocaat van Heineken, mr.<br />
Ch.Y.M. Moons te Amsterdam, aan de advocaat van curanda voorgesteld een<br />
bespreking te beleggen op zijn kantoor aan het begin van de volgende week.<br />
2.36 Bij e-mail van 3 april 2003 (productie 52) heeft Heineken curanda een reactie<br />
gezonden op het conceptpersbericht. Hierin heeft Heineken ervoor gekozen niet een<br />
uitstel van het evenement maar een afgelasting hiervan te vermelden. Voorts werd<br />
aangegeven dat nog niet bekend was of en wanneer het evenement plaats gaat vinden.<br />
2.37 Bij e-mail van 3 april 2003 (productie 53) heeft curanda gereageerd op de hiervoor<br />
genoemde e-mail van Heineken. Hierin heeft curanda aangegeven dat Heineken ten<br />
21
20300560/MVZ/cp<br />
gevolge van het door Heineken gelegde beslag haar relatie met de bank heeft laten<br />
ontploffen en dat curanda ten gevolge van dit beslag ook geen financiële mogelijkheden<br />
meer heeft. De bank is na de beslaglegging niet overgegaan tot opzegging van de<br />
financieringsrelatie. De bank was na het door Heineken gelegde beslag evenwel niet<br />
meer bereid betalingsopdrachten uit te voeren, welke de ongeoorloofde overstand had<br />
doen vergroten. Feitelijk betekende de beslaglegging dan ook dat de bedrijfsvoering<br />
van curanda was stilgelegd. Curanda heeft Heineken medegedeeld dat iedere plaatsing<br />
door Heineken van welke advertentie dan ook als een onrechtmatige daad wordt gezien.<br />
Curanda heeft bevestigd dat zij Heineken uitdrukkelijk geen toestemming geeft tot<br />
plaatsing van de advertenties over te gaan.<br />
2.38 Bij e-mail van 4 april 2003 van 12.32 uur (productie 54) heeft Heineken curanda<br />
bevestigd dat zij die ochtend voor de keuze stond om de volgende dag (zaterdag), of<br />
desnoods nog later bekend te maken aan het publiek dat Heineken NightLive Steam niet<br />
doorgaat op 11 en 12 april. Heineken heeft curanda medegedeeld dat zij aanstaande<br />
dinsdag de door Heineken aan haar toegezonden tekst voor de op die dag te publiceren<br />
advertentie zal gebruiken.<br />
2.39 Bij e-mail van 4 april 2003 van 13.42 uur (productie 55) heeft Heineken ENECO<br />
geïnformeerd. Curanda had geen afschrift van deze brief ontvangen. De curator heeft<br />
deze brief na datum faillissement van ENECO ontvangen. Heineken heeft in deze brief<br />
onder meer geschreven:<br />
“Tot onze grote spijt moeten wij u berichten dat Heineken NightLive hoogstwaarschijnlijk niet<br />
kan doorgaan in april 2003. Wij hebben alles in het werk gesteld om het evenement te<br />
realiseren. De zaal is gehuurd, artiesten zijn geboekt, etc.<br />
Onlangs berichtte Van Hoorn Company ons dat de topacts op het laatste moment besloten<br />
hebben niet naar Ahoy’ te komen. Een en ander houdt verband met de actuele toestand in de<br />
wereld.<br />
In de afgelopen weken zijn her en der optredens van artiesten om deze reden afgelast. Zeer<br />
recent zegden onder meer Nelly, Eve, Sharon Ozbourne, Kelly Rowland en Rolling Stones<br />
optredens af i.v.m. de voortdurende oorlogstoestand en/of SARS.<br />
Van Hoorn Company wil het evenement enkele maanden verschuiven. Hij overlegt deze week<br />
met artiesten.<br />
Wij beraden ons thans over de consequenties en de te ondernemen stappen, waarbij wij ook de<br />
belangen van Eneco in ogenschouw nemen.<br />
Op korte termijn zullen wij u nader informeren.”<br />
Op het moment dat Heineken deze e-mail aan ENECO zond had Heineken reeds<br />
beslagen gelegd ten laste van curanda en dreigde zij met ontbinding van de<br />
Sponsorovereenkomst. Tevens had zij op dat moment al een concept advertentietekst<br />
gemaakt waarin het evenement werd afgelast, in plaats van uitgesteld. Heineken heeft<br />
er van afgezien ENECO van vorenstaande feiten in kennis te stellen.<br />
<strong>22</strong>
20300560/MVZ/cp<br />
2.40 Bij e-mail van 4 april 2003 van 18.41 uur (productie 56) heeft Heineken aan curanda<br />
bericht dat zij zich het recht voorbehoudt actie te ondernemen om de consumenten te<br />
informeren.<br />
2.41 Bij e-mail van 4 april 2003 van 20.59 uur (productie 57) heeft curanda Heineken<br />
bericht dat zij zich beraadt over de ontstane- uitzichtloze- situatie en dat zij zich<br />
maandag weer meldt.<br />
2.42 Bij e-mail d.d. 7 april 2003 (productie 58) heeft mr. Moons mr. Schaap medegedeeld<br />
dat Heineken, desgevraagd, bereid is te bezien of het beslag kan worden opgeheven.<br />
Heineken heeft daar geen bezwaar tegen, indien curanda, ter beperking van haar schade,<br />
ter vervanging van het evenement zoals dat was gepland voor 9-12 april a.s. een<br />
daarmee vergelijkbaar, zelfstandig, evenement voor eigen rekening en risico in<br />
september a.s. organiseert, met dien verstande dat Heineken daar geen bemoeienissen<br />
of betrokkenheid meer mee zal hebben, geen gebruik zal kunnen worden gemaakt van<br />
naam/merk Heineken en/of NightLive en de sponsorgelden van Heineken niet<br />
beschikbaar zijn. Met andere woorden de reeds betaalde sponsorbedragen dienden door<br />
curanda aan Heineken te worden terugbetaald. Dit was voor curanda geen reële optie.<br />
Immers zij was niet in staat een dergelijk bedrag terug te betalen en was ook voor het<br />
overige van mening dat er geen rechtsgrond voor terugbetaling bestond. Bovendien<br />
was, gelet op de verwevenheid van Heineken bij het evenement (het evenement heette<br />
ten slotte Heineken NightLive), voortzetting van het evenement zonder sponsor<br />
Heineken ook om praktische redenen niet meer mogelijk gelet op de fase waarin het<br />
evenement was gekomen.<br />
2.43 Bij e-mail van 8 april 2004 om 10.57 uur (productie 59) heeft curanda gereageerd op<br />
de e-mail van Heineken van 4 april 2003 over de tekst van de te plaatsen advertentie.<br />
Curanda heeft aangegeven dat zij met de heer P. Vertregt gesproken heeft en dat een<br />
onafhankelijke bemiddelaar wordt aangesteld die op zeer korte termijn moet kijken of<br />
een oplossing kan worden gevonden. Ten gevolge van de gelegde beslagen kan curanda<br />
niet zelf adverteren. Curanda begrijpt dat de mensen moeten worden geïnformeerd maar<br />
het is voor curanda van groot belang in de advertentietekst rekening te houden met de<br />
mogelijkheid van uitstel. Immers, voorkomen moet worden dat de ticketkopers nu al<br />
hun geld (kunnen) terugvragen terwijl bij uitstel de normale regel is dat de kaarten<br />
geldig blijven voor het uitgestelde evenement. Curanda heeft aangegeven dat geld<br />
terugvragen voor onoverkomelijke problemen zal zorgen. Daarom heeft curanda<br />
voorgesteld te melden dat het evenement wordt afgelast omdat de Amerikaanse<br />
artiesten hebben afgezegd en dat nog gewerkt wordt aan een mogelijk doorgaan van het<br />
evenement op een later tijdstip en dat hierover zo spoedig mogelijk nadere informatie<br />
volgt. Bij de mail heeft curanda een tekstvoorstel van een advertentie gevoegd.<br />
2.44 Bij e-mail van 8 april 2004 om 11.18 uur (productie 60) heeft Heineken het voorstel tot<br />
mediation door advocatenkantoor Boekel De Nerée afgewezen. Voorts heeft Heineken<br />
aangegeven dat de deadline voor het plaatsen van de noodzakelijke advertentie voor het<br />
publiek 12.00 uur is. Heineken heeft curanda medegedeeld dat zij er niet mee akkoord<br />
gaat dat in de advertentie wordt verklaard dat het evenement verplaatst wordt, omdat dit<br />
niet is afgesproken met Heineken. Aangezien Heineken van mening is dat zij toe dan<br />
23
20300560/MVZ/cp<br />
toe nog geen afdoende bewijzen heeft ontvangen van annuleringen van artiesten, maar<br />
tegelijk curanda niet zwart wil maken, heeft zij in de advertentie in het midden gelaten<br />
of het juist is dat de artiesten hebben geannuleerd. Dat verklaart de toevoeging: “aldus<br />
de organisator”. Ten slotte heeft Heineken gesteld dat zij zich genoodzaakt ziet om<br />
contact op te nemen met Ticketservice en eindelijk de advertentie te plaatsen.<br />
2.45 Bij e-mail van 8 april 2003 van 11.31 uur (productie 61) heeft Heineken curanda,<br />
onder verwijzing naar haar mail van kort daarvoor dat zij niet akkoord kan gaan met het<br />
door curanda aangeleverde concept persbericht. Heineken heeft curanda geadviseerd<br />
een persbericht te maken dat qua tekst naadloos aansluit bij de advertentie die Heineken<br />
gaat plaatsen.<br />
2.46 Bij e-mail van 8 april 2003 van 11.37 uur (productie 62) heeft de heer Van Hoorn van<br />
curanda de heer Ruygrok van Heineken aangegeven dat hij die ochtend herhaaldelijk<br />
contact met hem heeft opgenomen inzake de advertentie, maar dat de heer Ruygrok had<br />
geweigerd hem te woord te staan. Curanda heeft aangegeven niet akkoord te gaan met<br />
de tekst van de advertentie aangezien deze suggestief en misleidend is ten aanzien van<br />
curanda. Voorts heeft curanda Heineken erop gewezen dat curanda opdrachtgever voor<br />
TicketService is en TicketService geen opdracht van Heineken zal aannemen.<br />
2.47 Bij e-mail van 8 april 2003 van 11.45 uur (productie 63) heeft curanda Heineken<br />
bevestigd dat het geen zin heeft een voorstel voor een persbericht te maken op basis van<br />
een advertentietekst waar zij het niet mee eens is en die schadelijk is voor de<br />
consument, TicketService, curanda en Heineken zelf. Wederom heeft curanda<br />
benadrukt dat het niet mogelijk is gebleken de heer Ruygrok te spreken die ochtend.<br />
2.48 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.15 uur (productie 64) heeft curanda aan Heineken<br />
de tekst van het persbericht verzonden.<br />
2.49 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.<strong>22</strong> uur (productie 65) heeft Heineken curanda de<br />
definitieve tekst voor de advertentie gezonden, welke tekst inmiddels was aangeleverd<br />
en zou worden geplaatst. Voorts heeft Heineken onder meer opgemerkt dat zij geen<br />
sluitende bewijzen heeft ontvangen van annulering door meerdere Amerikaanse<br />
artiesten. Daarom had zij in de oorspronkelijke versie van de advertentie de woorden<br />
“aldus de organisator” opgenomen. Curanda had geëist dat Heineken deze woorden zou<br />
schrappen. Heineken heeft deze woorden geschrapt maar aan curanda medegedeeld dat<br />
hiermee door Heineken niet wordt geaccepteerd dat de reden van het vervallen van<br />
NightLive in april (uitsluitend) is gelegen in annulering door artiesten. Daarom kon<br />
Heineken ook niet akkoord gaan met de door curanda gevraagde toevoeging “wegens<br />
de oorlog in Irak en SARS”. Aangezien Heineken daarvoor geen bewijs heeft<br />
ontvangen kan zij een en ander ook niet melden aan het publiek.<br />
Met betrekking tot de afmeldingen wordt in deze procedure door de curator verwezen<br />
naar de navolgende stukken. Bij e-mail d.d. 1 april 2003, die door Heineken als<br />
productie 11 aan haar dagvaarding is gehecht (waarmee tevens vaststaat dat zij dit<br />
bewijs van de annulering in haar bezit had gekregen), heeft de platenmaatschappij van<br />
Jay-Z bevestigd:<br />
24
20300560/MVZ/cp<br />
“Due to uncertainty caused by this war, Jay-Z will not be travelling to Holland as planned.”<br />
Deze e-mail is dadelijk doorgezonden door een medewerkster van curanda aan Mark<br />
Ruygrok. De advocaat van Jay-Z heeft vervolgens bij brief van 3 april 2003 aan<br />
curanda nogmaals bevestigd dat Jay-Z in verband met de verhoogde veiligheidsrisico’s<br />
en de bedreigingen tengevolge van de oorlog, niet zal optreden. Deze brief is door de<br />
curator tijdens een bespreking tussen alle betrokken partijen op 20 juli 2005 aan<br />
Heineken en haar advocaat overhandigd. De e-mail van 1 april 2003, alsmede de brief<br />
van 3 april 2003 worden als productie 66 aan de dagvaarding gehecht.<br />
Curanda heeft contact onderhouden met het management van Erykah Badu over de<br />
voorstellen tot verplaatsing naar september 2003, waaraan Erykah Badu haar<br />
medewerking wilde verlenen. Bij e-mail van 17 juni 2003 (productie 67) heeft de<br />
advocaat van Erykah Badu aan curanda het navolgende bevestigd, toen duidelijk was<br />
dat in verband met de gestarte procedure tussen curanda en Heineken verplaatsing naar<br />
september 2003 niet meer mogelijk was:<br />
“We understand that you will not be able to re-schedule the April 11th and 12th shows for<br />
September 26 th and 27 th as planned. While we understand that everyone agreed it would be<br />
better to postpone the April shows because of everyone’s general apprehension about the war<br />
in Iraq and the threat of terrorism, now we believe that we are entitled to retain the deposit<br />
paid to us for the show in full settlement of our and your obligations.”<br />
2.50 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.33 uur (productie 68) heeft Heineken curanda<br />
bericht dat de tekst van het persbericht akkoord is onder de voorwaarde van een<br />
verandering: Steam moet worden Heineken NightLive Steam.<br />
2.51 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.49 uur (productie 69) heeft curanda Heineken<br />
bevestigd dat zij uitdrukkelijk heeft gezegd geen akkoord te hebben gegeven voor de<br />
tekst van de advertentie zoals op verzoek van Heineken geplaatst.<br />
2.52 Bij e-mail van 8 april 2003 van 15.11 uur (productie 70) heeft Heineken curanda<br />
bericht naar aanleiding van haar mail van 11.37 uur van die datum.<br />
2.53 Bij e-mail van 9 april 2003 van 11.41 uur (productie 71) heeft curanda haar voorstel tot<br />
mediation via Boekel De Nerée nader onderbouwd door aan te geven dat beide partijen<br />
banden met dit advocatenkantoor hebben. Voorts heeft curanda aangegeven dat door<br />
Heineken als voorwaarde voor opheffing van het beslag is gesteld het stellen van een<br />
bankgarantie van € 950.000,00, hetgeen onmogelijk is voor curanda. Curanda heeft er<br />
derhalve tot het laatste moment alles aan gedaan een oplossing te bereiken.<br />
2.54 Bij e-mail van 9 april 2003 van 18.17 uur heeft mr. Moons mr. Schaap nader bericht<br />
(productie 72). In deze e-mail wordt zijdens Heineken betwist dat als voorwaarde voor<br />
de opheffing van het conservatoir beslag is gesteld zekerheidstelling door middel van<br />
een bankgarantie ter hoogte van € 950.000.<br />
25
20300560/MVZ/cp<br />
2.55 Bij e-mail van 10 april 2003 van 16.51 uur (productie 73) heeft curanda aan Heineken<br />
nogmaals bevestigd niet akkoord te zijn gegaan met de inhoud van de advertenties zoals<br />
deze op dat moment door Heineken werden geplaatst. Tevens heeft curanda Heineken<br />
er op gewezen dat Heineken eigenmachtig de website, www.heinekennightlive.nl, heeft<br />
omgeleid naar www.heineken.nl.<br />
2.56 Bij e-mail van 10 april 2003 van 18.43 uur (productie 74) heeft curanda Heineken<br />
geïnformeerd omtrent de beveiligingsmaatregelen die curanda in optie had genomen.<br />
Curanda heeft Heineken in deze e-mail alle informatie verstrekt over de door de<br />
beveiliging te verrichten werkzaamheden op 11 en 12 april 2003 in verband met de<br />
opvang van gasten bij Ahoy die niet op de hoogte waren van het feit dat de shows niet<br />
doorgaan, alsmede contactgegevens van het beveiligingsbedrijf.<br />
2.57 Bij e-mail van 11 april 2003 (productie 75) heeft mr. Schaap mr. Moons nader bericht.<br />
Curanda heeft bevestigd dat tijdens de bespreking van 4 april 2003 reeds was<br />
aangegeven dat het beslag onder de Rabobank geen doel had getroffen, althans dat de<br />
bankrekening een negatief saldo had. Voorts is bevestigd dat tijdens de bespreking van<br />
4 april 2003 door mr. Moons slechts is gemeld dat het beslag kan worden opgeheven<br />
indien er “voldoende” zekerheid tegenover kan worden gesteld. Curanda kon niet aan<br />
die eis voldoen. Het woord voldoende is door curanda niet onbegrijpelijk uitgelegd in<br />
die zin dat daaronder moest worden begrepen een zekerheid gelijk aan de vordering in<br />
het beslagrekest. Curanda heeft gesteld dat de inhoud van de mailberichten van mr.<br />
Moons van 7 en 9 april 2003 niet geheel in overeenstemming is met hetgeen partijen op<br />
4 april 2003 hebben besproken. De voorwaarden die door Heineken in die bespreking<br />
aan een uitstel werden gesteld zijn voor curanda niet haalbaar. Dit is duidelijk gesteld.<br />
Over andere voorwaarden wilde Heineken niet spreken. Ook organisatie van het<br />
evenement in september 2003 door uitsluitend curanda is voor curanda niet haalbaar.<br />
2.58 Bij e-mail van 11 april 2003 (productie 76) heeft mr. Moons gereageerd op de hiervoor<br />
genoemde e-mail van mr. Schaap. In deze mail betwist Heineken de stellingen van<br />
curanda.<br />
2.59 Op 16 april 2003 heeft Heineken de dagvaarding aan curanda laten betekenen<br />
(productie 77). Curanda was gedagvaard tegen de zitting van 25 juni 2003. In het<br />
petitum van de dagvaarding is onder meer (sub c) gevorderd dat de rechtbank de<br />
overeenkomst d.d. 28 augustus 2002 zal ontbinden. De ingestelde vordering bevestigt<br />
de stelling van de curator dat Heineken de Sponsorovereenkomst noch ten tijde van de<br />
beslaglegging, noch daarna had ontbonden.<br />
Afwikkeling sponsorrelatie Heineken met ENECO<br />
2.60 Bij brief van 24 april 2003 (productie 78) heeft Heineken, in vervolg op haar e-mail<br />
van 4 april 2003 (hiervoor overgelegd als productie 55) ENECO nader bericht.<br />
Curanda had geen afschrift van deze brief ontvangen. In deze brief heeft Heineken<br />
onder meer aangegeven:<br />
“De concerten van Heineken NightLive, die deze maand zouden plaatsvinden, zijn niet<br />
doorgegaan. De redenen daarvoor hebben wij u in onze e-mail van 4 april jl. reeds uiteen<br />
26
20300560/MVZ/cp<br />
gezet. De afzegging door artiesten in verband met de actuele toestand in de wereld wordt door<br />
Van Hoorn Company aangemerkt als (tijdelijke) overmacht. Van Hoorn Company staat voor de<br />
concerten te verplaatsen naar een later tijdstip dit jaar. Op dit moment kan echter geen<br />
zekerheid worden verstrekt of, hoe en wanneer de concerten door gaan.”<br />
In de periode waarin Heineken deze brief heeft geschreven aan ENECO had Heineken<br />
aan curanda reeds duidelijk aangegeven dat zij niet wil en (mede in verband met<br />
ENECO) niet kan meewerken aan verplaatsing naar september. Begin april had curanda<br />
Heineken reeds bericht dat het evenement verplaatst kon worden naar 23-25 september<br />
2003 in AHOY. In deze periode heeft Heineken ook beslagmaatregelen getroffen<br />
jegens curanda en vordert zij in de uitgebrachte dagvaarding onder meer ontbinding van<br />
de overeenkomst met curanda. Heineken informeert ENECO hierover niet. Voorts heeft<br />
Heineken geschreven:<br />
“Gelet op het bovenstaande achten wij het op dit moment vooralsnog niet opportuun u te<br />
houden aan de met u gesloten sponsorovereenkomst.<br />
Gelet op bovenstaande berichten wij u hierbij dat wij geen rechten zullen ontlenen aan het<br />
gewezen kort geding vonnis van 13 <strong>februari</strong> jl. Wij zullen de door u uit hoofde van dat vonnis<br />
betaalde bedrag, te weten Euro 192.983,08 restitueren.”<br />
Uit het vorenstaande blijkt dat Heineken, zonder daartoe door ENECO te zijn verzocht,<br />
laat staan gesommeerd, en geheel onverplicht overgaat tot terugstorting van de van<br />
ENECO ontvangen sponsorbijdrage en (onverplicht) geen rechten meer ontleent aan het<br />
kort geding vonnis. Zij laat na zich te beroepen op de overmachtclausule van art. 8 van<br />
de sponsorovereenkomst die zij heeft gesloten met ENECO en heeft voorts nagelaten<br />
met ENECO overleg te voeren over de door curanda begin april 2003 voorgestelde<br />
verplaatsing. Onduidelijk is derhalve of ENECO inderdaad, zoals Heineken had gesteld,<br />
bezwaar zou hebben gehad tegen de verplaatsing. Heineken stuurt op dat moment reeds<br />
aan op een volledige afwikkeling van het dossier zonder zich in deze fase van de zaak<br />
te richten op een mogelijke verplaatsing van het evenement. Voorts heeft Heineken<br />
geschreven:<br />
“Wij nemen aan dat met het bovenstaande er evenmin nog reden is om het door u ingestelde<br />
hoger beroep voort te zetten.<br />
Ter vermijding van misverstanden wijzen wij u er op dat, mocht Heineken NightLive alsnog<br />
later in het jaar doorgang vinden, wij ons het recht voorbehouden alsdan alsnog aanspraak te<br />
maken op de lopende sponsovereenkomst en uw bijdragen daaruit.”<br />
2.61 Bij brief van 29 april 2003 (productie 79) heeft ENECO gereageerd op de brief van<br />
Heineken van 24 april 2003. ENECO heeft, naar aanleiding van een telefoongesprek<br />
met Heineken van die dag, onder meer het navolgende aan Heineken geschreven:<br />
“Je gaf zelf al aan niet te verwachten dat het evenement dit jaar nog doorgaat. Is het dan niet<br />
beter af te spreken dat wij ons geld terugkrijgen en de sponsorovereenkomst daarmee is<br />
beëindigd zonder verdere verplichtingen over en weer?<br />
Zolang dat laatste niet vaststaat moeten we helaas verder met de zaak (hoger beroep).”<br />
Hieruit blijkt dat Heineken, zonder overleg met curanda, zich jegens ENECO op het<br />
standpunt heeft gesteld dat het evenement niet doorgaat, terwijl curanda de verplaatsing<br />
27
20300560/MVZ/cp<br />
had voorbereid en daartoe ook voorstellen had gedaan aan Heineken. Mede omdat<br />
onduidelijk was of ENECO met verplaatsing kon instemmen heeft Heineken steeds<br />
vastgehouden aan doorgang van het evenement in april 2003. Uit deze brief van<br />
ENECO blijkt geenszins dat ENECO niet met verplaatsing zou hebben ingestemd, zo<br />
Heineken dit aan haar had voorgesteld.<br />
2.62 Bij e-mail van 2 mei 2003 (productie 80) heeft Heineken gereageerd op de brief van<br />
ENECO van 29 april 2003. Hierin heeft Heineken onder meer het volgende geschreven:<br />
“Echter, zoals ik u in mijn brief van 7 april j.l. reeds onvoorwaardelijk heb bevestigd, zal<br />
Heineken aan het gewezen kort geding geen rechten jegens u meer ontlenen.<br />
Een en ander betekent, dat gezien de ontwikkelingen, wij geen enkel beroep zullen doen op de<br />
veroordeling bij het kort geding vonnis en in zoverre dat vonnis als non-existent is te<br />
beschouwen. Daarmee dient m.i. het hoger beroep geen begrijpelijk doel meer. (…)<br />
Zoals u weet, heeft Van Hoorn aangegeven de mogelijkheid nog open te houden om het<br />
evenement alsnog later dit jaar te organiseren. Mocht dat het geval zijn, en mocht in dat kader<br />
er nogmaals onoverbrugbare meningsverschillen rijzen tussen ons uit hoofde van de<br />
sponsovereenkomst, dan behouden wij ons het recht die meningsverschillen alsdan middels een<br />
nieuwe procedure aan de rechter voor te leggen.”<br />
Nogmaals heeft Heineken aangegeven geen beroep te zullen doen op het vonnis van de<br />
voorzieningenrechter waarbij ENECO was veroordeeld om de sponsorbijdrage te<br />
voldoen. Zij refereert aan de mededelingen van curanda voor organisatie later dat jaar,<br />
maar dat is voor Heineken kennelijk onvoldoende voor haar om ENECO aan haar<br />
verplichtingen uit hoofde van de subsponsorovereenkomst te houden.<br />
2.63 Bij brief van 13 mei 2003 (productie 81) heeft ENECO Heineken onder meer als volgt<br />
bericht:<br />
“Het feit dat Heineken verklaart geen enkel beroep te doen op het vonnis in kort geding van 13<br />
<strong>februari</strong> jl. en dat vonnis als non-existent beschouwt is voor ons aanleiding om het hoger<br />
beroep tegen dit kort gedingvonnis niet te vervolgen.”<br />
2.64 Als productie 82 legt de curator een verklaring van ENECO over d.d. 26 juli 2007<br />
verklaring van ENECO over waarin het vorenstaande is bevestigd.<br />
Faillissement curanda<br />
2.65 Curanda was door Heineken gedagvaard tegen de zitting van 25 juni 2003. Op 17 juni<br />
2003 is curanda, naar aanleiding van een op 12 juni 2003 ingediend eigen verzoek, in<br />
staat van faillissement verklaard. In het verzoek heeft curanda ter zake van de oorzaak<br />
van de financiële problemen aangegeven dat ten gevolge van een (onterechte)<br />
beslaglegging van Heineken een keten van schade is ontstaan en de bank heeft<br />
opgehouden te financieren. De bij de Rechtbank Amsterdam aanhangige procedure<br />
tussen Heineken en curanda is vervolgens in verband met het faillissement geschorst<br />
op grond van art. 29 Fw.<br />
2.66 Heineken heeft bij brief van haar advocaat d.d. 26 juni 2003 haar vordering ad €<br />
650.998,66, zoals opgenomen in haar dagvaarding, ter verificatie ingediend. Bij brief<br />
28
20300560/MVZ/cp<br />
d.d. 3 juli 2003 heeft Heineken een aanvullende vordering ad € 234.002,89 ter<br />
verificatie ingediend. Totaal stelt zij derhalve € 885.001,55 te vorderen te hebben van<br />
curanda. Bij brief d.d. 30 augustus 2004 heeft de curator bevestigd aan de advocaat<br />
van Heineken dat de vordering van Heineken is geplaatst op de lijst der ingediende<br />
betwiste crediteuren, zulks in afwachting van de uitkomst van de onderhavige<br />
procedure.<br />
Correspondentie curator-Heineken<br />
2.67 Bij brief d.d. 18 augustus 2004 (productie 83) heeft de curator zijn voorlopig oordeel<br />
bevestigd aan Heineken. In deze brief is Heineken nadrukkelijk aansprakelijk gesteld<br />
voor de schade die curanda heeft geleden door de toerekenbare tekortkoming zijdens<br />
Heineken. Immers, Heineken had gelet op de omstandigheden moeten meewerken aan<br />
verplaatsing van HNL naar een later tijdstip, hetgeen reeds door curanda was<br />
voorbereid, waarbij curanda bereid was de kosten te dragen. Van toerekenbare<br />
tekortkoming aan de zijde van curanda is geen sprake. De beslaglegging op 2 april<br />
2003 geeft aan dat Heineken de voor haar uit de Sponsorovereenkomst, alsmede uit de<br />
redelijkheid en billijkheid, voortvloeiende verplichtingen niet wenste na te komen.<br />
Voorts is Heineken aansprakelijk gesteld voor de schade die curanda lijdt ten gevolge<br />
van het onrechtmatig handelen van Heineken, bestaande uit de beslaglegging op 2<br />
april 2003.<br />
Ten slotte is Heineken aansprakelijk gesteld voor de schade die curanda heeft geleden,<br />
welke schade kan worden begroot op het tekort in het faillissement.<br />
2.68 Bij brief van 15 september 2004 (productie 84) van haar advocaat heeft Heineken de<br />
aansprakelijkheid betwist. Hierbij heeft Heineken onder meer gesteld dat curanda de<br />
organisatie van HNL niet langer zou willen voortzetten wegens de geringe<br />
kaartverkoop. Aangezien curanda op grond van financiële overwegingen zelf de<br />
organisatie van het evenement op de overeengekomen dagen zou hebben beëindigd<br />
zou curanda in verzuim zijn en zou het beroep van curanda op de latere beweerdelijke<br />
afzeggingen van geboekte artiesten wegens de oorlog in Irak niet op gaan. Voorts<br />
heeft Heineken gesteld dat zij niet goed kon zien hoe een verplaatsing van het<br />
evenement mogelijk zou zijn zonder extra risico’s en kosten voor Heineken. Heineken<br />
heeft betwist dat het in de branche gebruikelijk is dat indien er sprake is van een<br />
gebeurtenis waardoor artiesten genoodzaakt worden hun concerten af te zeggen de<br />
data van het evenement moeten worden verplaatst. Heineken heeft ook de afzegging<br />
door Jay-Z en Erykah Badu betwist.<br />
Met betrekking tot de vordering van de curator ter zake van het onrechtmatig handelen<br />
van Heineken, bestaande uit de beslaglegging, heeft Heineken onder meer, gesteld dat<br />
sprake was van een toerekenbare tekortkoming van curanda. Ontbinding werd in de<br />
inleidende dagvaarding gevorderd. Heineken heeft betwist dat zij wist dat het beslag<br />
onder de Rabobank voor haar geen verhaal van haar vordering zou kunnen opleveren.<br />
Heineken heeft gesteld dat curanda niet in kort geding opheffing van de gelegde<br />
beslagen heeft gevorderd. Indien de opzegging van de kredietovereenkomst door de<br />
Rabobank onterecht was, dan dient de curator zich met de bank te verstaan in plaats<br />
van met Heineken.<br />
29
20300560/MVZ/cp<br />
Met betrekking tot de vordering van de curator ter zake van het tekort in het<br />
faillissement heeft Heineken, onder meer, het navolgende gesteld. Heineken heeft €<br />
651.000 aan voorschotbedragen voor het evenement in april 2003 betaald, welk<br />
evenement overigens voor rekening en risico van curanda zou worden georganiseerd,<br />
en welk evenement door curanda zou zijn geannuleerd, aldus Heineken. Heineken<br />
heeft gesteld dat curanda met het annuleren van het evenement toerekenbaar tekort is<br />
geschoten en dat in ieder geval de betaalde voorschotten zouden moeten worden<br />
gerestitueerd aan Heineken. Verder heeft Heineken gesteld dat het curanda is geweest<br />
die niet bereid zou zijn geweest de consequenties van het annuleren van het evenement<br />
in april te dragen, die niet bereid zou zijn geweest voor zijn rekening en risico een<br />
verplaatsing van het evenement naar september 2003 te organiseren en die niet bereid<br />
zou zijn geweest te komen tot een opheffing van het beslag op zijn bankrekening. De<br />
oorzaak van het faillissement is volgens Heineken de deplorabele financiële situatie<br />
waarin curanda reeds sinds begin 2003 verkeerde.<br />
De curator zal dit verweer van Heineken nader bespreken en weerleggen in Hoofdstuk<br />
VI van deze dagvaarding.<br />
Correspondentie F.J.P. van Hoorn-Heineken<br />
2.69 De directeur van curanda heeft Heineken bij brief van zijn advocaat, mr J.<br />
Wendelgelst, op 6 september 2004 aansprakelijk gesteld voor de door hem geleden<br />
schade (productie 85). Onder meer was het ten gevolge van de beslaglegging niet<br />
meer mogelijk om uitvoering te geven aan de voorgenomen, en Heineken bekende,<br />
overname van de onderneming van curanda door Worldwide Entertainment Inc. Deze<br />
vennootschap zou de belangrijkste financier worden van curanda en een aanzienlijke<br />
expansie van de onderneming mogelijk hebben gemaakt.<br />
2.70 Heineken heeft de aansprakelijkheid bij brief (van haar advocaat) van 15 september<br />
2004 (productie 86) betwist.<br />
Toestand van de boedel<br />
2.71 Inmiddels zijn in het faillissement de navolgende vorderingen geplaatst:<br />
- boedelcrediteuren: € 79.766,97<br />
- concurrente crediteuren: €1.968.591,55 + £ 7.500,00 (+/- € 10.040,16)<br />
- preferente crediteuren: € 309.613,30<br />
Totaal: €2.357.971,82 + £ 7.500,00 (+/- € 10.040,16)<br />
Een bedrag ad € 885.001,55 (de door Heineken ingediende vordering) is geplaatst op<br />
de lijst van betwiste crediteuren. De crediteurenlijsten worden als productie 87<br />
overgelegd. Het financieel overzicht per 9 januari <strong>2008</strong> wordt als productie 88<br />
overgelegd.<br />
Alle activa zijn op dit moment door de curator uitgewonnen. Er is onvoldoende actief<br />
voor de (volledige) betaling van de (nog niet betaalde) faillissementskosten per 10<br />
<strong>februari</strong> <strong>2008</strong> bedragende (€ 324.430,79 -/- € 88.972,36) € 235.458,43, te<br />
vermeerderen met de faillissementskosten vanaf 10 <strong>februari</strong> <strong>2008</strong> tot de opheffing van<br />
het faillissement ad pm. Bij opheffing op dit moment zou derhalve aan geen van de<br />
30
20300560/MVZ/cp<br />
crediteuren enige betaling kunnen worden voldaan. Het volledige actief is te gelde<br />
gemaakt, met uitzondering van de door de curator gestelde vorderingen op Heineken.<br />
III VOORLOPIG GETUIGENVERHOOR<br />
3.1 Vooruitlopend op de met de onderhavige dagvaarding aangevangen procedure heeft de<br />
curator op 24 januari 2006 de Rechtbank Amsterdam, nadat de Rechter-commissaris in<br />
het faillissement de curator daartoe mondeling op 10 maart 2005 en schriftelijk op 18<br />
januari 2006 had gemachtigd, verzocht een voorlopig getuigenverhoor te bevelen. Het<br />
verzoekschrift (zonder bijlagen) wordt als productie 89 overgelegd. De zaak werd bij<br />
de rechtbank ingeschreven onder zaaknummer/rekestnummer: 334196/ HA RK 06-47.<br />
3.2 Heineken heeft tegen dit verzoek verweer gevoerd bij het op 20 <strong>februari</strong> 2006 ter<br />
griffie ingekomen verweerschrift, dat als productie 90 wordt overgelegd.<br />
3.3 Bij beschikking van 23 maart 2006 heeft de rechtbank een mondelinge behandeling<br />
bepaald (productie 91). De aantekeningen van de curator ter zake van deze<br />
mondelinge behandeling, die op 2 mei 2006 is gehouden, worden als productie 92<br />
overgelegd.<br />
3.4 Bij beschikking van 15 juni 2006 heeft de rechtbank het verzoek toegewezen en mr.<br />
A.V.T. de Bie tot Rechter-commissaris benoemd. Het proces-verbaal van de zitting<br />
van 2 mei 2006 alsmede de beschikking van 15 juni 2006 worden als productie 93<br />
overgelegd.<br />
3.5 Bij brief d.d. 13 oktober 2006 heeft de advocaat van Heineken de navolgende stukken<br />
in het geding gebracht:<br />
- e-mail van Heineken aan curanda d.d. 29 januari 2003<br />
- e-mail van Heineken aan curanda d.d. 5 maart 2003<br />
- e-mail van curanda aan Heineken d.d. 26 maart 2003<br />
- e-mail van Heineken aan curanda d.d. 26 maart 2003<br />
- e-mail mr. Moons aan mr. Schaap d.d. 7 april 2003<br />
- e-mail mr. Moons aan mr. Schaap d.d. 9 april 2003<br />
- e-mail mr. Schaap aan mr. Moons d.d. 11 april 2003<br />
- e-mail mr. Moons aan mr. Schaap d.d. 11 april 2003<br />
- brief mr. Moons aan curator d.d. 15 september 2004<br />
Voor zover thans nog van belang zijn deze producties hiervoor reeds aan de orde<br />
gekomen en aan de dagvaarding gehecht.<br />
3.6 Op 20 oktober 2006 heeft de rechter-commissaris getuige mr. H.H.F. Jansen gehoord.<br />
Het proces-verbaal van dit verhoor wordt als productie 94 overgelegd.<br />
31
20300560/MVZ/cp<br />
3.7 Op 5 <strong>februari</strong> 2007 heeft de rechter-commissaris getuigen P. Vertregt en F.J.P. van<br />
Hoorn gehoord. Het proces-verbaal van dit verhoor wordt als productie 95<br />
overgelegd.<br />
3.8 Op 1 mei 2007 is een comparitie van partijen gehouden. Het proces-verbaal van deze<br />
comparitie wordt als productie 96 overgelegd. Partijen hebben de rechtbank tijdens de<br />
comparitie medegedeeld dat zij geen bezwaar hebben tegen een behandeling van de<br />
onderhavige procedure door de rechter die de getuigenverhoren heeft afgenomen.<br />
IV TIJDENS HET GETUIGENVERHOOR BEWEZEN FEITEN<br />
Algemeen<br />
4.1 De curator zal de tijdens het getuigenverhoor bewezen feiten in het hierna volgende<br />
opnemen. Voorts zal in dit hoofdstuk worden verwezen naar overige, schriftelijke,<br />
getuigenverklaringen die de stellingen van de curator onderbouwen.<br />
4.2 Getuigenverhoor van F.J.P. van Hoorn d.d. 5 <strong>februari</strong> 2007<br />
4.2.1 De getuigenverklaring van getuige Van Hoorn levert op vele punten bewijs van de<br />
stellingen van de curator. Verwezen wordt naar de hierna aangehaalde passages.<br />
4.2.2 “Onder de vlag van mijn vennootschap Van Hoorn Company B.V. heb ik vanaf 1990 met<br />
Heineken zaken gedaan. (…) Ik heb voor Heineken diverse muziekevenementen in de markt<br />
gezet waaronder als bekendste Heineken Night of the Proms. Die heb ik van een klein<br />
evenement uitgebouwd tot het grootste jaarlijkse muziekevenement in Nederland.” (p. 6)<br />
Hieruit blijkt dat partijen reeds 14 jaar zaken met elkaar deden alvorens de relatie eind<br />
maart 2003 in een paar dagen abrupt werd beëindigd door Heineken. Tot dan toe was<br />
de samenwerking succesvol voor Heineken. De redelijkheid en billijkheid die<br />
Heineken gelet op deze omstandigheden in acht had behoren te nemen jegens curanda<br />
rechtvaardigde een andere handelwijze dan abrupte beëindiging.<br />
4.2.3 “Vervolgens duurde het nog anderhalf jaar voordat het contract gereed was. In de tussentijd<br />
had ik al wel de evenementen voor 2001 en 2002 voor eigen risico georganiseerd. Dat het<br />
contract uitbleef gaf problemen met mijn bank omdat ik mijn vorderingen uit contracten aan<br />
de bank cedeerde. Ook was ik in die periode in gesprek met twee Amerikaanse bedrijven voor<br />
een overname van mijn bedrijf. Daar begon men ook wat nerveus te worden. Zij wilden verder<br />
maar het kabbelde maar voort omdat het contract uitbleef.” (p. 6)<br />
In deze verklaring heeft getuige Van Hoorn de stellingen van de curator bevestigd met<br />
betrekking tot de totstandkoming van de Sponsorovereenkomst. Voorts blijkt hieruit<br />
van de gesprekken van curanda met overnamekandidaten.<br />
4.2.4 “Idealiter is de line-up drie maanden voor het evenement gereed en kan twee tot drie maanden<br />
voor het evenement de promotie beginnen. Er zijn uitzonderingen, maar meestal komt de lineup<br />
dus pas vrij laat gereed. Daarvan was Heineken overigens volledig op de hoogte. Mr.<br />
Moons wijst mij op artikel 4.2 van het contract waarin staat dat uiterlijk zes maanden voor<br />
iedere evenementenreeks Van Hoorn Company een eerste showconcept en een shortlist van<br />
artiesten aan Heineken moet voorleggen, alsmede op artikel 4.3, waarin staat dat het<br />
programma drie maanden voor het evenement gereed moet zijn. Ik heb steeds de bepalingen<br />
32
20300560/MVZ/cp<br />
uit het contract nageleefd. Zo zorgde ik ervoor dat vrijwel direct na een evenement de shortlist<br />
voor het evenement van het jaar daarop gereed was. Er waren misschien wel wat<br />
uitzonderingen. De gebeurtenissen in 2003 vormen wellicht zo’n uitzondering, maar er was<br />
dan ook sprake van bijzondere omstandigheden en alles is steeds in overleg met Heineken<br />
gegaan.” (p. 7)<br />
Getuige Van Hoorn verklaart dat curanda niet toerekenbaar tekort is geschoten ter<br />
zake van de communicatie van de artiesten. Dit is juist. Tijdens de presentatie door<br />
curanda aan ENECO op 26 september 2002, waarbij namens Heineken aanwezig<br />
waren Eymert van Manen en Mark Ruygrok, zijn door curanda nogmaals de plannen<br />
uitgewerkt met een shortlist van artiesten. Een shortlist is een lijst waarop de<br />
organisator “target artiesten” plaatst . Vanuit deze lijst gaat de organisator de artiesten<br />
benaderen. Ook de voorzieningenrechter heeft in de kort geding procedure tussen<br />
Heineken en ENECO geoordeeld dat van toerekenbare tekortkoming op dit punt geen<br />
sprake was.<br />
4.2.5 “In de periode na de uitspraak in kort geding van 13 <strong>februari</strong> 2003 speelden er twee zaken.<br />
Op de eerste plaats was er de dreiging van een oorlog tussen de V.S. en Irak. Daarover had ik<br />
al in december mondeling contacten met Heineken gehad. De aard van dat gesprek was dat<br />
als de oorlog zou uitbreken het wel duidelijk was dat de Amerikaanse artiesten dan hun shows<br />
zouden afzeggen. In de contracten met die artiesten wordt dat ook als overmachtssituatie<br />
aangeduid, maar zij moeten dan wel meewerken aan een verplaatsing van de show. Ruijgrok<br />
gaf aan dat hij dit heel goed begreep. Ik heb dit ook nog in een e-mail aan hem bevestigd en<br />
daar kwam geen reactie op dat Heineken daarmee niet akkoord was. Overigens kwam in het<br />
voorjaar 2003 daarbij nog de SARS-crisis in de luchtvaart. Op de tweede plaats bleek dat<br />
naarmate het evenement dichterbij kwam, de kaartverkoop onverwacht tegenviel. Ik heb<br />
daarover gesproken met collega’s in de industrie en onze indruk was dat mensen door<br />
ontwikkelingen als oorlogsdreiging de hand op de knip hielden. Als eerste zal dan de<br />
kaartverkoop van een evenement als de Heineken NightLIve teruglopen, omdat dit evenement<br />
in tegenstelling tot bijvoorbeeld een concert van een specifieke groep, geen harde fanbase<br />
heeft. Voor mij was dit aanleiding om bij Heineken in een e-mail aan de orde te stellen dat het<br />
verstandig was het evenement uit te stellen. Heineken wilde dat echter absoluut niet.<br />
Enkele dagen later brak de oorlog in Irak uit en al snel bleek dat de Amerikaanse artiesten<br />
afzegden. In december en januari had ik al besproken dat er in dat geval een uitstelscenario<br />
moest komen. Ik heb daar met Vertregt en Ruijgrok afspraken over gemaakt en deze afspraken<br />
zijn neergelegd in een e-mail van 3 maart 2003 (productie 6 bij het verzoekschrift). Er is toen<br />
ook besproken dat als er uitstel zou komen, het evenement in principe zou worden uitgesteld<br />
naar september 2003. De zomervakantie was geen optie en in november zou in Ahoy de Night<br />
of the Proms van de concurrent plaatsvinden. Daarvoor zou in oktober de publiciteit starten.<br />
Bovendien was het toch ook nodig om een zekere tijdsduur in te bouwen in verband met de<br />
oorlog. Om al die redenen werden partijen het dus eens over september als tijdstip voor het<br />
eventueel uitgestelde evenement. Ik heb van Heineken geen reactie ontvangen waaruit bleek<br />
dat men zich niet kon vinden in die afspraak.” (p. 7/8)<br />
Uit deze verklaring blijkt dat partijen overeenstemming hebben bereikt omtrent een<br />
eventueel uitstel in verband met een oorlog in Irak. Er was zelfs overeenstemming<br />
tussen partijen bereikt over een uitstel naar speciaal de maand september. Zulks in<br />
verband met de zomervakantie, een concurrerend evenement en het in acht nemen van<br />
een zekere marge tussen de uitbraak van de oorlog en het evenement.<br />
33
20300560/MVZ/cp<br />
4.2.6 “Het evenement kende twee zogenaamde headliners, namelijk Jay-Z en Erykah Badu. Jay-Z<br />
had al een zakelijke relatie met Heineken in Amerika, waardoor we die voor het evenement<br />
hebben kunnen binnenhalen. Op de ochtend van 1 of 2 april 2003 ontving ik een aan mij<br />
geforwarde e-mail van Universal V.S. aan Universal Nederland waaruit bleek dat alle promooptredens<br />
van Jay-Z werden afgezegd. Ik heb deze e-mail meteen aan Ruijgrok doorgestuurd.<br />
Direct daarna heb ik gebeld met de agent van Erykah Badu. Contractueel had die er recht op<br />
te weten dat de mede-headliner niet meer zou komen en ik vroeg hem of dit ook gold voor<br />
Erykah Badu. Hij zei dat hij mij geen garantie meer durfde te geven omtrent haar komst. Ik<br />
heb ook direct contact opgenomen met Ahoy en van hen nieuwe data in september gekregen.<br />
Daarna heb ik aan Ruijgrok meegedeeld dat het noodscenario van verplaatsing naar<br />
september in werking zou moeten treden en dat ik naar New York zou afreizen om met de<br />
agenten van de artiesten in persoon zaken te doen. Ik kreeg van Ruijgrok toen een wat vage<br />
reactie dat ze erover moesten nadenken. In New York heb ik de manager van Jay-Z en de<br />
agent van Erykah Badu gesproken. Erykah Badu ging akkoord met een nieuwe datum. Ook<br />
Jay-Z ging akkoord als hij in staat zou zijn de nieuwe datum te combineren met enkele<br />
optredens in Engeland. Gezien zijn populariteit ging ik er vanuit dat dat geen probleem zou<br />
zijn. Ik heb aan de manager van Jay-Z een formele bevestiging van de afzegging gevraagd en<br />
dit heb ik enkele dagen later ook gekregen. Daarna heb ik nog gepraat met<br />
vertegenwoordigers van kleine artiesten als Grandmaster Flash en DMC. Zij gaven aan dat<br />
het uitstel geen probleem was. Ook heb ik daar nog met agenten gesproken over het eventueel<br />
vastleggen voor een derde headliner voor het evenement in september.” (p. 8)<br />
Uit deze verklaring blijkt dat Heineken dadelijk omtrent de afzegging van Jay-Z is<br />
geïnformeerd en het achterwege blijven van een garantie van Erykah Badu dat zij nog<br />
zou komen. Voorts blijkt dat curanda dadelijk contact heeft opgenomen met Heineken<br />
en, succesvol, alle noodzakelijke voorbereidingen heeft getroffen voor verplaatsing<br />
naar september, een en ander conform de hiervoor beschreven afspraken.<br />
4.2.7 “Toen ik uit New York terugkeerde bleek er beslag te liggen op de rekeningen en het<br />
kantoorpand van Van Hoorn Company B.V. Ik was stupéfait. Dit kwam voor mij volledig uit<br />
de lucht vallen. Ik had geen idee waar dit vandaan kwam, na alles wat we besproken hadden<br />
en terwijl wij al veertien jaar zaken deden. Men wist bij Heineken dat ik in een<br />
overmachtssituatie was beland. Dan probeer je elkaar juist voor verdere schade te behoeden<br />
in plaats van verdere schade aan te richten.” (p. 8)<br />
De getuige benadrukt dat de actie van Heineken in strijd was met de gemaakte<br />
afspraken en ook geen recht deed aan het vertrouwen dat curanda mocht hebben in een<br />
contractspartij met wie reeds veertien jaren zaken was gedaan om ervoor te zorgen dat<br />
zij geen schade zou lijden.<br />
4.2.8 “Ik heb rond die tijd in een e-mail of fax aan Heineken een voorstel gedaan waarbij ik<br />
aanbood Heineken te vrijwaren voor de extra reclamekosten in verband met het verplaatsen<br />
van het evenement. Daarmee was volgens Heineken EUR 150.000,-- gemoeid. Ook deelde ik<br />
mee dat Ahoy akkoord was met het uitstel en dat ik bereid was in september onverplicht een<br />
derde headliner te boeken, waarmee EUR 100.000,-- tot 150.000,-- gemoeid was. Voor zover<br />
ik mij kan herinneren werd in reactie hierop beslag gelegd. Als u mij zegt dat een e-mail met<br />
dit voorstel dateert van 1 april 2003 dan kan dat goed kloppen. Het is ook mogelijk dat ik deze<br />
vanuit New York verzonden heb. Ik had ook al een advertentie en een persbericht voorbereid<br />
waarin stond dat in verband met de oorlogssituatie de Heineken NightLive zou worden<br />
uitgesteld naar 23 en 24 september. Toen ik terug was uit New York bleek mij dat Heineken<br />
weigerde het evenement uit te stellen. Ik kan me eigenlijk niet meer herinneren welke redenen<br />
Heineken had om te kiezen voor afgelasten in plaats van uitstel. Of daar voor Heineken<br />
34
20300560/MVZ/cp<br />
verschil tussen was moet u maar aan Heineken vragen. Ik weet wel dat het publiek eraan<br />
gewend is dat evenementen wel worden uitgesteld waarbij de kaarten geldig blijven, maar op<br />
verzoek weer worden ingekocht. Dat is bijvoorbeeld gisteren nog gebeurd met betrekking tot<br />
een optreden van Shakira in het Gelredome. De afsteloptie was echter desastreus. Dan moeten<br />
alle entreegelden worden terugbetaald. Er waren al duizenden kaarten verkocht, bovendien<br />
waren er ook al bedragen aan artiesten en leveranciers betaald. Dat geld zou dan verloren<br />
zijn.” (p. 8/9)<br />
Uit deze verklaring blijkt dat curanda concreet heeft voorgesteld Heineken schadeloos<br />
te stellen voor het feit dat de afgesproken verplaatsing moest worden geëffectueerd.<br />
Voorts blijkt dat curanda nog een extra headliner zou trachten te boeken. Curanda is<br />
dan ook niet toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen<br />
jegens Heineken nadat de artiesten hadden afgezegd en heeft zich zelfs nog tot meer<br />
verplicht dan waartoe zij zich contractueel jegens Heineken had verbonden. Voorts<br />
blijkt uit de verklaring het essentiële verschil tussen het plaatsen van een advertentie<br />
waarin wordt aangekondigd dat het evenement wordt uitgesteld en een advertentie<br />
waaruit blijkt dat sprake is van afgelasting. In het laatste, door Heineken gewenste<br />
geval, was het evenement voorgoed van de baan, dienden alle kaarten te worden<br />
vergoed aan de bezoekers en kon curanda nimmer haar investeringen terugverdienen<br />
aangezien er geen evenement meer zou plaatsvinden. Door de weigering van Heineken<br />
om mee te werken aan de door curanda opgestelde advertentie waarin het uitstel werd<br />
aangekondigd werd curanda zonder rechtens te respecteren reden extra schade<br />
toegebracht door Heineken.<br />
4.2.9 “U houdt mij voor dat ik kennelijk wel in staat was EUR 300.000,-- extra te investeren in een<br />
derde headliner en in reclamekosten. Dat klopt, ik had dit scenario van tevoren doorgenomen<br />
met de Amerikaanse investeerder met wie ik een principeakkoord had bereikt voor de<br />
overname van mijn bedrijf. Hij was bereid dit bedrag op tafel te leggen. Overigens wist<br />
Heineken heel goed dat ik in gesprek was over een overname. In verband hiermee heb ik<br />
ervoor gezorgd dat in het contract een specifieke bepaling werd opgenomen dat het mij vrij<br />
was het bedrijf te verkopen als ik er maar persoonlijk betrokken bij zou blijven.” (p. 9)<br />
Uit deze verklaring blijkt dat curanda maatregelen had getroffen ter financiering van<br />
het uitstel en dat Heineken op de hoogte was, c.q. kon zijn van een mogelijke<br />
overname door een buitenlandse partij. Dientengevolge was de door Heineken gestelde<br />
twijfel die na de afzegging bij haar zou zijn ontstaan over de financiering van het<br />
uitstel onterecht en overigens ook niet van belang. Curanda had zich immers verplicht<br />
voor eigen rekening en risico het evenement te organiseren. Dit was een uitvloeisel<br />
van de door Heineken gewenste wijziging van de opzet van de Sponsorovereenkomst.<br />
Indien zij dit risico niet had willen lopen had zij de oude opzet moeten handhaven.<br />
4.2.10 “Na de beslaglegging zijn er gesprekken geweest tussen Heineken en mij. Ik werd daarin<br />
bijgestaan door mijn advocaat mr. Schaap. Heineken stelde mij voor dat ik het evenement zou<br />
voortzetten zonder gebruikmaking van de merknaam Heineken en onder terugbetaling van de<br />
sponsorbedragen van Heineken en ENECO alsmede vergoeding van de door Heineken<br />
gemaakte communicatiekosten. In mijn herinnering ging dit om zo’n EUR 850.000,--. Ik kon<br />
onmogelijk daaraan voldoen en beschouwde dit voorstel als chantage. Mijn voorstellen tot<br />
mediation werden van de hand gewezen. Uiteindelijk was er een bijeenkomst op het kantoor<br />
van mr. Moons waarbij mr. Jansen eerst mompelde, maar op mijn verzoek hardop herhaalde,<br />
dat ik geld verstopt zou hebben in Costa Rica. Toen zijn mijn advocaat en ik weggegaan. Mr.<br />
Moons vraagt of hij toen nog andere voorstellen heeft gedaan. Volgens mij niet, in elk geval<br />
35
20300560/MVZ/cp<br />
geen redelijke voorstellen. Het was mijn advocaat en mij duidelijk dat Heineken er vanaf<br />
wilde, het evenement de nek wilde omdraaien. Na een week of twee weken na de beslaglegging<br />
had ik een telefoongesprek met Vertregt waarin deze mij meedeelde dat er bezuinigd moest<br />
worden op de sponsorbudgetten en dat mr. Jansen tegen hem had gezegd dat Heineken<br />
eenvoudig van het contract met Van Hoorn Company af zou komen. Later werd ik nog<br />
geconfronteerd met boze schuldeisers die mij vertelde(n) dat Jansen had gezegd dat ik nog wel<br />
ergens geld had liggen. Het werd een nare zaak.” (p. 9/10)<br />
Uit deze verklaring alsmede uit de als productie 97 overgelegde verklaring van mr.<br />
J.A. Schaap d.d. 7 januari <strong>2008</strong> blijkt dat curanda er alles aan heeft gedaan ook na de<br />
beslaglegging nog te komen tot een oplossing. Tijdens het overleg met Heineken is<br />
gebleken dat onmogelijke eisen werden gesteld die ook geen recht deden aan de tussen<br />
partijen gemaakte afspraken. Bovendien werden ongefundeerde verwijten gemaakt ten<br />
aanzien van de heer Van Hoorn, kennelijk ingegeven door het feit dat hij in januari<br />
2003 op Costa Rica was getrouwd. Ten slotte blijkt uit deze verklaring omtrent de<br />
daadwerkelijke reden: Heineken wilde in verband met de bezuiniging op de<br />
sponsorbudgetten af van de Sponsorovereenkomst en meende kennelijk in de<br />
afzegging van de artiesten een stok te hebben gevonden om de hond te slaan. Een<br />
dergelijke handelwijze is te kwalificeren als toerekenbare tekortkoming danwel<br />
onrechtmatig jegens curanda.<br />
In haar verklaring onderschrijft mr. Schaap de hiervoor genoemde verklaring van<br />
getuige Van Hoorn. Mr. Schaap heeft (op pagina 3-4) onder meer het navolgende<br />
gesteld:<br />
“(…) Heineken wees echter mediation en bemiddeling telkens van de hand. Heineken ging ook<br />
niet in op voorstellen van onze kant, zij stelde slechts eisen waarvan zij wist dat deze niet voor<br />
Van Hoorn Company acceptabel waren.<br />
Op 4 april 2003 heeft er naar aanleiding van het gelegde beslag bij Van Hoorn Company een<br />
bespreking plaatsgevonden bij mr. Moons op kantoor. Ik ben daar samen met Frank van<br />
Hoorn van Van Hoorn Company naartoe gegaan. Ik kan de bespreking niet meer woordelijk<br />
herinneren, maar de sfeer van de bespreking staat mij nog goed bij. Die sfeer was zeer<br />
onvriendelijk en zelfs vijandig. Frank van Hoorn werd zeer badinerend tegemoet getreden en<br />
Heineken weigerde te geloven in wat hij ook zei. Heineken wilde niet geloven dat de twee<br />
hoofdacts hadden afgezegd en ook niet dat het beslag geen doel had getroffen omdat er een<br />
negatief banksaldo was. Er was een allesbehalve constructieve houding van Heineken, er was<br />
geen bereidheid om te luisteren naar de argumenten van Van Hoorn Company waarom uitstel<br />
van het evenement naar september de beste oplossing was voor alle partijen. Mijn indruk was<br />
dat wij voor niets naar de bespreking waren gekomen. Heineken wilde helemaal geen beste<br />
oplossing voor alle partijen, zij wilde van het contract, het evenement en Van Hoorn Company<br />
af en zag daarvoor nu de mogelijkheid. Het was een frustrerende bespreking, alles dat van de<br />
zijde van Van Hoorn Company werd gezegd ketste af op een muur van onwil en ongeloof.<br />
Heineken opperde slechts dat het beslag kon worden opgeheven bij het stellen van ‘voldoende’<br />
zekerheid en aan uitstel in september werden zodanige voorwaarden gesteld dat dit uitstel<br />
voor Van Hoorn Company onmogelijk was. De term ‘voldoende zekerheid’ heb ik opgevat als<br />
een bedrag dat de vordering zou dekken. Dit lijkt mij voor de hand liggen. Heineken heeft ook<br />
niet aangegeven wat daar dan anders onder verstaan zou moeten worden. Ik stelde duidelijk<br />
dat er geen ‘voldoende’ zekerheid kon worden gesteld omdat er geen geld was en de bank als<br />
gevolg van het beslag niet meer wilde meewerken.<br />
Er zat geen enkel schot in de bespreking. Toen mr. Jansen na mijn herhaling dat er geen geld<br />
was, insinueerde dat Van Hoorn wellicht geld in Costa Rica had (waarbij hij zinspeelde op de<br />
36
20300560/MVZ/cp<br />
trouwerij van Frank van Hoorn in dat land), werd duidelijk dat wat er ook door Frank en mij<br />
zou worden gezegd, Heineken het toch naast zich neer zou leggen. Na die opmerking over<br />
verborgen geld werd het bereiken van een minnelijke regeling een illusie. Verder praten in<br />
deze sfeer had geen enkele zin. Boos en gefrustreerd hebben Frank en ik de bespreking toen<br />
beëindigd. Ik zag dit niet als het dichtgooien van de deur naar nader overleg, die deur was<br />
immers allang dichtgegooid door (de houding van) Heineken.<br />
Na de bespreking werd Frank uit contacten met Ruijgrok van Heineken duidelijk dat Heineken<br />
de beslissing van afstel en geen uitstel had genomen. Hier viel niets meer aan te veranderen.<br />
Later ontving ik nog van Frank een (her)bevestiging van het afzeggen van Jay-Z. Ik heb toen<br />
tegen Frank opgemerkt dat ik niet geloofde dat het sturen van die bevestiging aan Heineken<br />
nog iets zou uitmaken, de beslissing was immers al genomen en aan die beslissing werd al<br />
uitvoering gegeven. (…)”<br />
Aldus de getuigenverklaring van mr. Schaap. Voorts heeft getuige Van Hoorn het<br />
navolgende verklaard.<br />
4.2.11 “De gevolgen van de beslaglegging en het afgelasten van het evenement waren desastreus.<br />
Weliswaar stond er niet veel geld op de bankrekeningen maar het beslag had wel tot gevolg<br />
dat mijn lange relatie met de Rabobank Berkelland helemaal verstoord werd. De bank was<br />
door de jaren heen gewend aan grote schommelingen in mijn inkomsten en werd daar niet<br />
nerveus van, maar dit deed wel de deur dicht. Mijn financieringsmogelijkheden vielen dus<br />
weg. Als gezegd had ik ook al artiesten en leveranciers vooruit betaald. Uitstel zou geen ramp<br />
zijn geweest, maar afstel betekende dat ik richting hen niet zou kunnen nakomen en dat zij<br />
deze betalingen zouden kunnen houden. Omdat ik er niet met Heineken uit kon komen was ik<br />
genoodzaakt het faillissement van Van Hoorn Company aan te vragen. Dat leidde er ook toe<br />
dat mijn Amerikaanse gesprekspartner voor de overname meteen afhaakte. Ik had daar al een<br />
principeakkoord mee, en dat Heineken dit ook wist blijkt ook uit de clausule in het contract dat<br />
ik soortgelijke evenementen ook in het buitenland zou mogen organiseren, met of zonder de<br />
naam Heineken.” (p. 10)<br />
Uit deze verklaring blijkt omtrent de gevolgen van de beslaglegging, die hoewel er<br />
sprake was van een financiering door de Rabobank, en derhalve van een debetstand,<br />
grote gevolgen had voor de bedrijfsvoering van curanda. Getuige Van Hoorn bevestigt<br />
dat de door Heineken afgedwongen afgelasting van het evenement, alsmede de door<br />
haar getroffen beslagmaatregelen feitelijk hebben geleid tot het faillissement.<br />
Uit de verklaring van de directeur Corporate & Private Banking van de Rabobank<br />
Achterhoek-Noord d.d. 18 oktober 2007 (productie 98) blijkt het navolgende met<br />
betrekking tot de, goede, relatie tussen de bank en curanda:<br />
“Rabobank Achterhoek-Noord (voorheen Rabobank Berkelland) heeft een langdurige relatie<br />
gehad met van Hoorn c.s. Tot aan de beslaglegging kan de relatie tussen Rabobank<br />
Achterhoek-Noord en van Hoorn, met de gebruikelijke ups- en downs, als normaal worden<br />
betiteld. Er waren wel overstanden doch dat was gezien de branche (entertainment) niet<br />
ongebruikelijk. De bank had vertrouwen in de heer van Hoorn en de wijze waarop hij zijn<br />
verplichtingen nakwam. Door verbetering van de resultaten was het vertrouwen juist gestegen.<br />
Dit getuige ook de bereidheid van de bank om de betalingsopdracht groot € 300.000,-- te<br />
fiatteren. De bank had geen negatieve ervaringen met van Hoorn c.s. De handelwijze van het<br />
toestaan van een kortstondige overstand voor de betaling van kosten voor een groot<br />
evenement, die direct na de afloop van het evenement weer werd ingelopen, was al eerder<br />
37
20300560/MVZ/cp<br />
zonder problemen toegepast. Daarnaast was als aanvullende zekerheid voor de ontstane<br />
overstand het contract met Heineken aan de bank verpand.”<br />
Uit de verklaring van de bank blijkt tevens dat het wantrouwen dat Heineken had ten<br />
aanzien van de financiële positie en de mogelijkheden van curanda het uitstel te<br />
financieren ongegrond was. De door de bank gememoreerde betaling van € 300.000<br />
zag onder meer op de aan Erykah Badu betaalde bedragen. Het gebrek aan vertrouwen<br />
bij Heineken is door haar derhalve ten onrechte aangegeven als een van de redenen<br />
voor haar weigering medewerking te verlenen aan de een verplaatsing naar september.<br />
Voorts blijkt uit de verklaring van de heer Van Hoorn dat de gevolgen van afstel voor<br />
curanda zeer ernstig waren. Voorgeschoten betalingen aan artiesten konden niet<br />
worden terug gevorderd op basis van de met deze artiesten gesloten overeenkomsten.<br />
De curator heeft zich na datum faillissement met deze, in de muziekbranche<br />
gebruikelijke contracten geconfronteerd gezien en moest inderdaad concluderen dat de<br />
artiesten recht hadden de aan hen betaalde voorschotten te behouden, aangezien sprake<br />
was van een annulering zonder dat een andere datum werd bepaald. Dat was nu juist<br />
wat curanda wel had voorgesteld aan Heineken, maar waarmee Heineken niet heeft<br />
ingestemd. Voorts blijkt dat er een direct verband is tussen de beslaglegging door<br />
Heineken en de noodzaak tot het aanvragen van het eigen faillissement, hetgeen voorts<br />
tot gevolg had dat de Amerikaanse gesprekspartner voor de overname afhaakte.<br />
Overigens heeft deze gesprekspartner na faillissement wel een doorstart gemaakt,<br />
nadat zij- voor een uiteraard geringere prijs dan buiten faillissement- enige activa uit<br />
de boedel had gekocht.<br />
4.2.12 “De e-mail van Universal waarbij de optredens van Jay-Z werden afgezegd heb ik meteen<br />
doorgestuurd naar Ruijgrok. Daarna kreeg ik een schriftelijke bevestiging van de advocaat<br />
van Jay-Z. Pas veel later kwam er een verzoek van Heineken om die brief te mogen inzien. De<br />
sfeer was toen al zodanig dat ik op advies van mijn advocaat mr. Schaap niet op dat verzoek<br />
ben ingegaan.” (p. 10)<br />
Getuige Van Hoorn heeft hierbij aangegeven dat hij Heineken heeft geïnformeerd,<br />
voorzien van bewijs, van de afzegging van Jay-Z. Hij heeft hier ook verklaard waarom<br />
is afgezien van toezending van verdere, kater door hem ontvangen, bewijsstukken aan<br />
Heineken, zulks in overeenstemming met hetgeen mr. Schaap heeft verklaard.<br />
4.2.13 “U vraagt mij of ik aan Heineken heb toegelicht hoe ik een uitstel naar september financieel<br />
zou kunnen rondbreien. Als gezegd heb ik aangeboden de extra communicatiekosten voor mijn<br />
rekening te nemen en een derde headliner te boeken. Heineken heeft verder niet eens naar een<br />
onderbouwing gevraagd en was er bovendien bekend mee dat mijn Amerikaanse partner erin<br />
wilde investeren. U wijst mij op een e-mail van 26 maart 2003 aan Ruijgrok, waarin ik<br />
aangeef dat er sprake is van tegenvallende kaartverkoop, dat het verstandig zou zijn het<br />
evenement uit te stellen naar september, maar dat dat niet aan de orde zou zijn als de artiesten<br />
toch in april wilden optreden en dat ik daarover met die artiesten in overleg was. U vraagt mij<br />
met wie ik dit overleg heb gevoerd. Ik weet niet of er wel echt overleg gevoerd is, maar ik heb<br />
wel met de agent van Erykah Badu gesproken. Ik moest namelijk aan de agenten van geboekte<br />
artiesten de ticketcounts doorgeven. In die gesprekken heb ik wel met de agent van Erykah<br />
Badu gesproken over verplaatsing naar september, maar dit was eigenlijk alleen in<br />
informerende zin.<br />
De line-up van het evenement is volgens mij uiteindelijk eind <strong>februari</strong> 2003 gereedgekomen.<br />
Dat was wel laat, maar dit is steeds in nauw overleg met Heineken gegaan.” (p. 10/11)<br />
38
20300560/MVZ/cp<br />
Uit deze verklaring blijkt dat de door Heineken gestelde twijfel over de financiële<br />
haalbaarheid van de door curanda voorgestelde activiteiten ter ondersteuning van de<br />
noodzakelijke verplaatsing naar september 2003 niet gebaseerd was op feiten. Curanda<br />
zou, daarvoor was nu juist gekozen, het evenement voor eigen rekening en risico<br />
organiseren, met sponsorgelden van Heineken (en ENECO). Op welke wijze curanda<br />
tot dan toe het evenement had gefinancierd was ook geen zaak van Heineken. Tot het<br />
moment van beslaglegging was er voor Heineken geen aanleiding om te twijfelen aan<br />
de haalbaarheid van het voorstel van curanda van verplaatsing van het evenement naar<br />
september 2003. In ieder geval bracht de door Heineken jegens curanda in acht te<br />
nemen zorgvuldigheid, gelet op de gemaakte afspraken over verplaatsing ingeval van<br />
de uitbraak van een oorlog in Irak, met zich dat Heineken curanda de gelegenheid<br />
moest bieden het evenement in september 2003 te organiseren. Er was dan ook geen<br />
sprake van een toerekenbare tekortkoming zijdens curanda maar zijdens Heineken.<br />
Uit de verklaring blijkt tevens dat er een line-up was. Het concert had, indien de<br />
headliners niet zouden hebben afgezegd ten gevolge van de uitbraak van de Irakoorlog,<br />
kunnen plaatsvinden in april 2003.<br />
4.2.14 “U vraagt mij wat ik zou hebben gedaan als er definitief geen ENECO-bijdrage zou zijn<br />
gekomen. Dat is een hypothetische vraag, ik weet het niet. Mogelijk zou ik met mijn<br />
Amerikaanse partner overleggen of een kort geding tegen Heineken aanspannen. U vraagt mij<br />
of Heineken tijdens de gesprekken in april na de beslaglegging ook het voorstel heeft gedaan<br />
dat het evenement in september zonder eventuele bijdrage van ENECO zou worden<br />
georganiseerd waarbij ik Heineken zou vrijwaren voor de communicatiekosten en waarbij<br />
onze relatie na het evenement zou worden beëindigd. Ik kan mij zoiets niet herinneren, maar ik<br />
zou dat voorstel niet aanvaardbaar hebben geacht. Het uitstel van april naar september zou al<br />
geld hebben gekost. De beslaglegging heeft mij geld gekost en mijn financiers zaten in de<br />
hoogste boom. Zoiets zou neer zijn gekomen op chantage. Ik wil nog opmerken dat Heineken<br />
altijd aan opheffing van het beslag als voorwaarde heeft verbonden dat ik zou betalen.” (p.<br />
11)<br />
Deze vraag is aan de getuige gesteld op verzoek van Heineken. Uit de vraagstelling<br />
blijkt dat Heineken veronderstelde dat ENECO niet zou meewerken aan verplaatsing<br />
naar september 2003, althans dat dit een reden zou zijn de sponsorbijdrage van<br />
ENECO kwijt te raken. Deze veronderstelling wordt niet gestaafd door de stukken in<br />
deze zaak, die ook bij deze dagvaarding zijn gevoegd. De curator verwijst hiervoor<br />
naar de als productie 82 overgelegde verklaring van mevrouw mr. J.Y.M. Mels van<br />
ENECO. Heineken heeft niet eens voorgesteld aan ENECO of zij wilde meewerken<br />
aan verplaatsing. Zij heeft dadelijk in april 2003 feitelijk voorgesteld de sponsorrelatie<br />
tussen Heineken en ENECO aldus te beëindigen dat Heineken geen beroep zou doen<br />
op het kort geding vonnis. Curanda mocht dan ook uitgaan van het behoud van<br />
(sub)sponsor ENECO, te meer daar in de overeenkomst Heineken-ENECO een<br />
overmachtclausule was opgenomen, waarop Heineken zich niet heeft beroepen.<br />
V JURIDISCH KADER<br />
Algemeen<br />
5.1 Gelet op vorenstaande feiten en omstandigheden, onderbouwd door middel van de in<br />
de dagvaarding opgenomen schriftelijke bewijsstukken en getuigenverklaringen,<br />
vordert de curator in deze procedure vergoeding van Heineken van de door curanda<br />
39
20300560/MVZ/cp<br />
geleden schade ten gevolge van de handelwijze van Heineken na het uitbreken van de<br />
VS-Irak oorlog en de afzegging van de twee belangrijkste artiesten. Deze handelwijze<br />
kan worden aangemerkt als toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige<br />
daad van Heineken jegens curanda, respectievelijk haar gezamenlijke schuldeisers.<br />
Indien in deze procedure niet zou komen vast te staan, ondanks het door de curator<br />
geleverde bewijs van deze stelling, dat partijen zijn overeengekomen dat de VS-Irak<br />
oorlog als overmacht zou kunnen worden gekwalificeerd stelt de curator dat de VS-<br />
Irak oorlog, alsmede de afzeggingen van de twee headliners ten gevolge van het<br />
uitbreken van deze oorlog in dat geval dienen te worden gekwalificeerd als<br />
onvoorziene omstandigheden in de zin van art. 6: 258 BW. De curator zal de<br />
grondslagen van zijn vordering in het hiernavolgende nader onderbouwen.<br />
Vereisten toerekenbare tekortkoming<br />
5.2 Art. 6: 74 lid 1 BW bepaalt dat iedere tekortkoming in de nakoming van een<br />
verbintenis de schuldenaar verplicht de schade die de schuldeiser daardoor lijdt te<br />
vergoeden, tenzij de tekortkoming de schuldenaar niet kan worden toegerekend. Voor<br />
het intreden van een verplichting tot schadevergoeding stelt dit artikel derhalve de<br />
navolgende vereisten:<br />
1. Er moet sprake zijn van een tekortkoming in de nakoming van een verbintenis;<br />
2. Buiten gevallen van blijvende onmogelijkheid van nakoming vereist lid 2 verzuim;<br />
3. De tekortkoming moet toerekenbaar zijn aan de schuldenaar;<br />
4. Er moet sprake zijn van (potentiële) schade;<br />
5. Ten slotte is causaal verband tussen de tekortkoming en de schade vereist.<br />
Inhoud overeenkomst<br />
5.3 Wil er sprake zijn van een tekortkoming van Heineken in de nakoming van een<br />
verbintenis dient eerst vast te staan dat er een verbintenis bestaat. Uit de overwegingen<br />
van de Sponsorovereenkomst blijkt dat partijen afspraken wensen te maken omtrent de<br />
realisatie van een muziekevenement door curanda, waarbij Heineken als naamdragend<br />
hoofdsponsor zal optreden. In art. 7.2 van de Sponsorovereenkomst wordt gesproken<br />
over de subsponsorovereenkomst die is gesloten tussen Heineken en ENECO. Op<br />
basis van deze overeenkomst was ENECO een sponsorbijdrage verschuldigd ad €<br />
317.646,15 exclusief BTW. Op grond van art. 7.3 heeft Heineken zich verplicht zich<br />
in te spannen om te bewerkstelligen dat ENECO een sponsorovereenkomst aangaat<br />
met curanda, hetgeen, ondanks verzoeken van curanda daartoe, niet is geschied. Aldus<br />
liep de ontvangst van de bijdrage van deze subsponsor via Heineken. Op grond van<br />
artikel 8.1 sub A van de Sponsorovereenkomst is sprake van een verplichting van<br />
Heineken tot de betaling van een sponsorvergoeding van € 317,646,15 indien in een<br />
jaar 3 of 4 evenementen plaatsvinden. Op grond van art. 8.1 sub B van de<br />
Sponsorovereenkomst reserveert Heineken ten gunste van curanda een budget van ten<br />
hoogste van € 68.067,03 per jaar, uitsluitend ten behoeve van publiciteit voor de<br />
kaartverkoop. Ten behoeve van Steam is dit budget vermeerderd met € 150.000.<br />
Kortom, Heineken heeft zich verplicht tot het verstrekken van een overeengekomen<br />
financiële bijdrage ten behoeve van de organisatie van Steam. Voorts zijn partijen<br />
overeengekomen dat het evenement in april 2003 doorgaat (en de besproken<br />
verschuiving naar september vervalt) behoudens onvoorziene omstandigheden zoals<br />
40
20300560/MVZ/cp<br />
het uitbreken van een oorlog tussen de VS en Irak. Alsdan zou het evenement<br />
verplaatst worden naar september, zoals eerder door partijen was besproken. Een<br />
dergelijke afspraak brengt met zich dat Heineken aan een verplaatsing naar september<br />
zal dienen mee te werken indien en zodra het evenement in april 2003 niet kan<br />
doorgaan als gevolg van het uitbreken van een oorlog tussen de VS en Irak.<br />
Tekortkoming<br />
5.4 De begrippen tekortkomen en tekortschieten hebben een ruime en neutrale betekenis:<br />
zij omvatten alle gevallen waarin hetgeen de schuldenaar verricht in enig opzicht ten<br />
achter blijft bij hetgeen de verbintenis vergt, ongeacht of deze handelwijze de<br />
schuldenaar toerekenbaar is of niet. De tekortkoming kan zowel bestaan in het geheel<br />
of gedeeltelijk uitblijven van de nakoming, als in niet-tijdige of niet-behoorlijke<br />
nakoming. Tot de laatste categorie wordt niet alleen het geval gerekend dat de<br />
prestatie zelf niet aan de verbintenis beantwoordt, maar ook het geval dat die prestatie<br />
of daarmee samenhangende gedragingen aan de zijde van de schuldenaar aan de<br />
schuldeiser op de een of andere wijze schade toebrengen. 1<br />
5.5 Daar waar partijen nadrukkelijk gesproken hebben over een verplaatsing naar<br />
september, de twee belangrijkste artiesten (headliners) daadwerkelijk hebben afgezegd<br />
ten gevolge van de uitgebroken Irak-oorlog en daardoor het evenement feitelijk niet<br />
meer succesvol kon worden voortgezet, is de weigering van Heineken mee te werken<br />
aan verplaatsing, sterker nog zelfstandig over te gaan tot bekendmaking van<br />
afgelasting van het evenement, aan te merken als een toerekenbare tekortkoming. De<br />
tussen partijen besproken data in april 2003 waren ingeval van het uitbreken van een<br />
Irak-oorlog derhalve niet zo hard als Heineken eind maart 2003, toen zij curanda aan<br />
deze data hield, deed voorkomen. Er is dan ook geen enkele rechtvaardiging te vinden<br />
voor de weigering van Heineken mee te werken aan de verplaatsing naar september<br />
2003. Bij de uitleg van hetgeen tussen partijen is overeengekomen dient acht te<br />
worden geslagen op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer<br />
aan elkaars verklaringen en gedragingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien<br />
aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten (Haviltex-criterium, HR 13<br />
maart 1981, NJ 1981/635). De uitleg die Heineken, opeens eind maart 2003, gaf aan<br />
de overeenstemming tussen partijen als verwoord in de e-mail van curanda d.d. 3<br />
maart 2003 (productie 18) en het vasthouden aan het laten doorgaan van het aldus<br />
sterk geamputeerde evenement komt in strijd met deze rechtsregel.<br />
5.6 Curanda mocht erop vertrouwen dat Heineken, conform afspraak, zou meewerken aan<br />
de door haar georganiseerde, en tussen partijen eerder overeengekomen, verplaatsing.<br />
De belangen van curanda, maar ook die van Heineken zelf, brachten dit met zich mee.<br />
Van Heineken had verwacht mogen worden dat zij, ter beperking van de schade van<br />
curanda die zoals Heineken kon verwachten- en op het bestaan waarvan curanda<br />
Heineken schriftelijk meermalen heeft gewezen en waarvoor zij Heineken ook<br />
schriftelijk bij voorbaat aansprakelijk heeft gesteld- bij afgelasting enorm was, haar<br />
medewerking zou verlenen aan de verplaatsing, in plaats van dat zij aanstuurde op een<br />
afgelasting met alle negatieve gevolgen voor beide partijen van dien.<br />
1 Olthof 2005 (T&C BW), art. 6: 74 BW, aantekening 2.<br />
41
20300560/MVZ/cp<br />
5.7 Niet alleen weigerde Heineken de Sponsorovereenkomst na te komen, zij heeft door<br />
middel van de beslaglegging en haar handelen na de beslaglegging (weigerachtig enige<br />
regeling te treffen waarbij rekening werd gehouden met de belangen van curanda),<br />
curanda voorts ernstige schade toegebracht. Deze tekortkomingen zijn Heineken<br />
toerekenbaar en zijn conditio sine qua non voor de schade die curanda dientengevolge<br />
heeft geleden.<br />
Nakoming blijvend onmogelijk<br />
5.8 De vraag wanneer een- op schadevergoeding recht gevende- tekortkoming bestaat,<br />
wordt in art. 6: 74 lid 2 BW beantwoord. Is het niet-nakomen de schuldenaar<br />
toerekenbaar, dan is het ontstaan van de tekortkoming blijkens lid 2 afhankelijk van de<br />
vraag of nakoming blijvend onmogelijk is of niet. Indien nakoming blijvend<br />
onmogelijk is, dat wil zeggen indien de tekortkoming niet door nadere nakoming kan<br />
worden geheeld (definitieve niet-nakoming, onherstelbare ondeugdelijke nakoming),<br />
vormt de niet-nakoming reeds aanstonds na opeisbaarheid een tekortkoming, zonder<br />
dat nog nadere vereisten behoeven te worden vervuld. Na de beslaglegging en de<br />
afgelasting van het evenement was nakoming blijvend onmogelijk voor Heineken.<br />
Immers, het evenement waaraan Heineken haar medewerking diende te verlenen op<br />
grond van de Sponsorovereenkomst, kon (door haar toedoen) niet meer worden<br />
georganiseerd. Na de afgelasting dienden alle kaarthouders schadeloos gesteld te<br />
worden en konden de artiesten aan hen betaalde voorschotten behouden. Het<br />
evenement was daarmee de nek omgedraaid.<br />
Schadevergoeding<br />
5.9 De hiervoor beschreven toerekenbare tekortkoming in de nakoming geeft ex art. 6: 74<br />
lid 1 BW recht op vergoeding van de door de tekortkoming veroorzaakte schade. Nu<br />
de nakoming blijvend onmogelijk is ontstaat zowel de verbintenis tot het betalen van<br />
aanvullende schadevergoeding als die tot het betalen van vervangende<br />
schadevergoeding op het moment van de tekortkoming rechtstreeks op grond van art.<br />
6: 74 BW. De curator heeft deswege recht en belang bij zijn vordering op vergoeding<br />
door Heineken van de door curanda geleden schade. Deze kan worden begroot op het<br />
tekort in het faillissement. Immers, ten gevolge van de weigering mee te werken aan<br />
verplaatsing, de beslaglegging en de afgelasting van het evenement kon curanda de<br />
aanzienlijke investeringen die zij reeds had gepleegd in het kader van de organisatie<br />
van HNL niet meer terugverdienen en kon zij geen inkomsten meer uit HNL<br />
genereren. Zij had zich evenwel jegens derden reeds verbonden tot betaling van alle<br />
met de organisatie van het evenement samenhangende kosten. Voorzover deze<br />
onbetaald zijn gelaten zijn deze terug te vinden op de als productie 87 in het geding<br />
gebrachte crediteurenlijsten. De kosten die de boedel heeft gemaakt (lees: de<br />
faillissementskosten bestaande uit het salaris en de verschotten van de curator,<br />
alsmede de overige boedelkosten) zijn ook te beschouwen als schade die curanda heeft<br />
geleden tengevolge van de toerekenbare tekortkoming van Heineken. Immers, indien<br />
Heineken niet tekort zou zijn geschoten in de nakoming van haar verplichtingen jegens<br />
curanda zouden deze kosten niet gemaakt hoeven te worden. Het causale verband<br />
tussen de tekortkoming en de schade is gelet op het vorenstaande gegeven.<br />
42
20300560/MVZ/cp<br />
Subsidiair: onvoorziene omstandigheden<br />
5.10 Voor het geval uw rechtbank niet bewezen acht dat het niet doorgaan van het<br />
evenement ten gevolge van het uitbreken van de VS-Irak oorlog als een niet<br />
toerekenbare tekortkoming (door partijen geformuleerd als: “overmacht”) zijdens<br />
curanda is aan te merken stelt de curator zich subsidiair op het standpunt dat deze<br />
oorlog en de hierdoor veroorzaakte afzegging van de twee hoofdartiesten alsdan<br />
kunnen worden beschouwd als onvoorziene omstandigheden.<br />
5.11 Op grond van het bepaalde in art. 6: 258 lid 1 BW kunnen de gevolgen van de<br />
overeenkomst op verlangen van een der partijen door de rechter worden gewijzigd op<br />
grond van<br />
“onvoorziene omstandigheden welke van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven<br />
van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag<br />
verwachten.”<br />
Door de rechter kan aan de wijziging of ontbinding terugwerkende kracht worden<br />
verleend, hetgeen betekent dat een en ander rechtstreeks gevolgen kan hebben voor<br />
reeds verrichte prestaties. Ingevolge het bepaalde in art. 6: 258 lid 2 BW zal wijziging<br />
of ontbinding niet door de rechter worden uitgesproken,<br />
“voor zover de omstandigheden krachtens de aard van de overeenkomst of de in het verkeer<br />
geldende opvattingen voor rekening komen van degene die zich erop beroept.”<br />
Volgens Hartkamp 2 dient onder onvoorziene omstandigheden te worden verstaan:<br />
“omstandigheden, ingetreden na het sluiten van de overeenkomst, die partijen niet<br />
(uitdrukkelijk of stilzwijgend) in hun overeenkomst hebben verdisconteerd, omstandigheden<br />
waarin zij niet hebben voorzien. Bij het stilzwijgen van de overeenkomst moet daartoe worden<br />
gelet op de aard en strekking van de overeenkomst, de omstandigheden waaronder zij tot<br />
stand is gekomen, de verkeersopvattingen, de redelijkheid en billijkheid. Onverschillig is of<br />
partijen al dan niet feitelijk aan de mogelijkheid van het intreden der omstandigheden hebben<br />
gedacht, dus deze hebben voorzien en eveneens of die omstandigheden redelijkerwijze<br />
voorzienbaar waren of niet.”<br />
Het beslissende criterium is dus of de onvoorziene omstandigheden al dan niet door de<br />
contractspartijen in de overeenkomst zijn verdisconteerd, en zo ja, in welke mate. Is<br />
dat niet of maar in beperkte mate het geval, dan kan er aanleiding zijn de<br />
overeenkomst aan te passen, wat dan zoveel mogelijk moet geschieden, aldus de MvA<br />
I art. 6: 258 3 in aansluiting op hetgeen partijen reeds aan rechtsgevolgen hebben<br />
geregeld of in de overeenkomst opgesloten lag.<br />
Bij onvoorziene, nà het sluiten van de overeenkomst ingetreden omstandigheden, zal<br />
het vaak gaan om omstandigheden- aldus Hartkamp 4 :<br />
2 Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 333.<br />
3 Zie: Parl. Gesch. Boek 6, p. 974; zie ook Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 333.<br />
4 Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 334.<br />
43
“die de gehele grondslag aan de overeenkomst doen ontvallen.”<br />
20300560/MVZ/cp<br />
Daarbij valt te denken aan spectaculaire omstandigheden van algemene aard 5 , zoals<br />
een oorlog, natuurramp of wereldwijde financiële crisis (geldontwaarding, beurskrach,<br />
e.d.). Meestal hebben onvoorziene omstandigheden echter betrekking op bepaalde<br />
overeenkomsten, die daardoor zódanig worden aangetast dat de ene partij van de<br />
andere partij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde<br />
instandhouding niet mag verwachten. 6<br />
5.12 In de onderhavige zaak leidt toepassing van art. 6: 258 BW er, subsidiair, toe dat het<br />
uitbreken van de oorlog tussen de VS en Irak en de afzegging van twee headliners<br />
grond zijn voor uw rechtbank de gevolgen van de Sponsorovereenkomst te wijzigen in<br />
dier voege dat van curanda niet verwacht had mogen worden dat zij op de eerder,<br />
namelijk toen nog niet bekend was dat kort voor die data een oorlog zou uitbreken<br />
waardoor artiesten niet naar Europa zouden reizen, afgesproken data in april 2003<br />
HNL zou organiseren en dat van Heineken verwacht had mogen worden dat zij haar<br />
medewerking zou verlenen aan een, besproken, verplaatsing naar september 2003. Er<br />
zal dan, met terugwerkende kracht, geen sprake kunnen zijn van een toerekenbare<br />
tekortkoming zijdens curanda, nu zij ten gevolge van de onvoorziene omstandigheden<br />
niet gehouden kan worden tot het organiseren van het evenement in april 2003. Tevens<br />
zorgt toepassing van deze bepaling en de wijziging van de Sponsovereenkomst door<br />
uw rechtbank er in dit geval voor dat Heineken schadeplichtig is jegens curanda door<br />
curanda wel te houden aan de data in april 2003 en niet mee te werken aan<br />
verplaatsing naar september 2003. De hoogte van de schade is hiervoor reeds<br />
besproken sub 5.9.<br />
Onrechtmatige daad: algemeen<br />
5.13 De schuldenaar die tekortschiet in de nakoming van zijn verbintenis, pleegt daarmee<br />
op zichzelf nog geen onrechtmatige daad. Levert zijn gedrag echter zelfstandig, dat wil<br />
zeggen onafhankelijk van de schending van zijn contractuele verplichtingen, ook een<br />
onrechtmatige daad op, dan kan de benadeelde kiezen of hij de weg van art. 6: 74 e.v.<br />
BW, dan wel die van art. 6: 162 BW wil bewandelen. In beide gevallen zal hij<br />
hetzelfde resultaat bereiken. Als standaardarrest geldt het arrest Boogaard/Vesta. 7<br />
5.14 Voor de aansprakelijkheid ex art. 6: 162 BW dient voldaan te zijn aan vijf vereisten, te<br />
weten: onrechtmatige daad, toerekenbaarheid van de daad aan de dader, schade,<br />
causaal verband tussen daad en schade en relativiteit.<br />
Onrechtmatige daad<br />
5.15 Op grond van art. 6: 162 lid 2 worden als onrechtmatige daad aangemerkt een inbreuk<br />
op een recht en een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen<br />
volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, een en ander<br />
behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond.<br />
5 Zie daarover: Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 337.<br />
6 Art. 6: 258 lid 1 BW.<br />
7 HR 9 december 1955, NJ 1956/57.<br />
44
20300560/MVZ/cp<br />
Toerekenbaarheid<br />
5.16 Op grond van art. 6: 162 lid 3 BW kan een onrechtmatige daad worden toegerekend<br />
aan de dader, indien zij te wijten is aan zijn schuld of aan een oorzaak welke krachtens<br />
de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt.<br />
Schade<br />
5.17 Voor de vestiging van aansprakelijkheid is voldoende dat enige schade is geleden. Aan<br />
de hand van de regels in art. 6: 95 e.v. BW moet vervolgens de omvang van de<br />
schadevergoedingsplicht worden vastgesteld.<br />
Causaal verband tussen daad en schade<br />
5.18 Voor de vestiging van aansprakelijkheid is in het algemeen voldoende dat tussen daad<br />
en geleden schade een conditio sine qua non-verband bestaat.<br />
Relativiteit<br />
5.19 Op grond van art. 6: 163 BW bestaat geen verplichting tot schadevergoeding, wanneer<br />
de geschonden norm niet strekt tot bescherming tegen de schade zoals de benadeelde<br />
die heeft geleden.<br />
Onrechtmatigheid handelwijze Heineken<br />
5.20 Aangezien in deze zaak voldaan is aan de hiervoor genoemde vereisten dient de<br />
handelwijze van Heineken, ook los van de verplichtingen die voor Heineken uit de<br />
Sponsorovereenkomst voortvloeien, te worden beschouwd als onrechtmatig jegens<br />
curanda en/of haar gezamenlijke crediteuren. Uit de stukken en de afgelegde<br />
getuigenverklaringen blijkt dat ten gevolge van de afgelasting en de beslaglegging,<br />
waardoor de bedrijfsvoering van curanda volledig stil kwam te liggen, het<br />
faillissement onafwendbaar was geworden. Immers de voorgeschoten, aanzienlijke,<br />
kosten die curanda had gemaakt in het kader van de voorbereidingen van HNL 2003<br />
konden niet meer worden terugverdiend en ten gevolge van de beslaglegging konden<br />
lopende kosten niet meer worden betaald. Er is derhalve een duidelijk causaal verband<br />
tussen de gedragingen van Heineken en het faillissement. Uit de stukken blijkt dat<br />
Heineken slechts in wilde stemmen met opheffing van het beslag nadat voldoende<br />
zekerheid door curanda was gesteld, hetgeen inhoudt het stellen van een bankgarantie<br />
tot het bedrag van de begrote vordering (€ 950.000!), waartoe curanda niet in staat<br />
was. Uit de getuigenverklaringen van de heer Van Hoorn en mr. J.A. Schaap blijkt dat<br />
Heineken van het contract af wilde, waarbij zij zich had moeten realiseren dat zij<br />
curanda daarmee onevenredig veel schade zou berokkenen. De schade die curanda<br />
en/of de gezamenlijke crediteuren van curanda heeft/hebben geleden ten gevolge van<br />
de onrechtmatige daad van Heineken kan worden becijferd op het faillissementstekort,<br />
te weten de in het faillissement ingediende, en door de curator erkende,<br />
schuldvorderingen (waarvoor verwezen wordt naar de als productie 87 overgelegde<br />
crediteurenlijsten), te vermeerderen met de faillissementskosten (zoals salaris curator<br />
en verschotten), te verminderen met het faillissementsactief, dat per 9 januari <strong>2008</strong><br />
bedraagt € 1.202,25.<br />
45
20300560/MVZ/cp<br />
Ter zake van de bevoegdheid van de curator in deze zaak te ageren op grond van<br />
onrechtmatige daad wordt verwezen naar de arresten Peeters/Gatzen 8 en<br />
Lunderstädt/de Kok. 9<br />
De handelwijze van Heineken is des te meer te kwalificeren als onrechtmatig<br />
aangezien Heineken zelf, bij aanbeveling van haar toenmalige voorzitter van de Raad<br />
van Bestuur, de heer A. Ruys, d.d. 19 <strong>februari</strong> 2003 (productie 99) zich nog op een<br />
zeer positieve wijze heeft uitgelaten over de heer Van Hoorn. Zo schreef de heer Ruys<br />
op deze datum:<br />
“This is to confirm that Mr. Frank van Hoorn has worked for Heineken N.V. on various<br />
projects during the past 10 years, always with impressive result. (…) Mr. Van Hoorn has been<br />
actively involved both in the creative process of preparation and in the down to earth detailed<br />
execution of a number of our music sponsoring programs.<br />
I was personally impressed with his determination, skills, negotiating power and client<br />
awareness. His help in organizing/producing was very well appreciated with the following<br />
events:<br />
- Heineken Green Room (European dance-tour)<br />
- Heineken red <strong>Star</strong> in the US<br />
- Heineken Music Horizons in Hong Kong<br />
- Heineken Night of the Proms in the Netherlands, Switzerland and Spain<br />
- Heineken NightLive and<br />
- Heineken Crossover Awards in the Netherlands.<br />
I am pleased to recommend Frank van Hoorn on behalf of Heineken N.V.”<br />
Een dergelijke positieve beoordeling over de jarenlange werkzaamheden van de heer<br />
Van Hoorn (lees: curanda) voor Heineken maken de handelwijze van Heineken slechts<br />
5 weken later uiterst onverwacht voor curanda en onrechtmatig. Ten overvloede<br />
worden twee andere aanbevelingen van Pryor Cashman Sherman & Flynn LLP d.d. 14<br />
<strong>februari</strong> 2003 (productie 100) en van MTV Networks Europe d.d. 17 <strong>februari</strong> 2003<br />
(productie 101) in het geding gebracht. Howard Siegel advocaat bij Pryor Cashman<br />
Sherman & Flynn LLP, auteur van diverse artikelen en een boek en adjunct Professor<br />
of Law aan Fordham Law School heeft onder meer het navolgende over Frank van<br />
hoorn verklaard:<br />
“Frank van Hoorn is an individual of exceptional integrity. He conducts his business affairs in<br />
a manner that is not only extremely efficient (as evidenced by his extraordinary success over<br />
the years), but also with a refreshingly high regard for ethical rectitude and fair dealing.<br />
Frank is universally regarded as one of the most respected consultants, promoters and<br />
production entities not only throughout Europe, but around the world. His professional<br />
experiences cover the broadest possible spectrum of concert productions including several of<br />
the highly successful Heineken concert presentations, equally successful projects with Coca-<br />
Cola and a number of MTV-related concerts, all involving some of the world’s most preeminent<br />
music arts.<br />
Mr. Van Hoorn is a thoroughly professional and consistently reliable businessman. He is<br />
conscientious and thoughtful in his approach to all of his projects, irrespective of their size or<br />
economic promise. He has adapted well to the ever-shifting landscape of musical tastes and<br />
8 HR 14 januari 1983, NJ 1983/597.<br />
9 HR 21 december 2001, NJ 2005/95.<br />
46
20300560/MVZ/cp<br />
genres. Time and again he has proven himself to be among the most respected and recognized<br />
leaders in his field.<br />
I recommend Frank Van Hoorn to you unreservedly.”<br />
Op grond van deze verklaringen, enkele weken voor de door Heineken geforceerde<br />
breuk, kan worden voorbij gegaan aan de stellingen van Heineken die twijfels<br />
proberen te zaaien met betrekking tot de alom erkende integriteit, ervaring en kennis<br />
van (de directeur van) curanda. Door desalniettemin aan deze, door Heineken zelf en<br />
derden, erkende eigenschappen voorbij te gaan en, naar haar zeggen, op grond van een<br />
gebrek aan vertrouwen (in mededelingen van curanda en haar mogelijkheden<br />
verplaatsing te kunnen regelen) de keuze te maken niet mede te werken aan<br />
verplaatsing van het evenement, sterker nog beslagen te leggen en te dreigen met<br />
ontbinding van de Sponsorovereenkomst, heeft Heineken evident onrechtmatig<br />
gehandeld jegens curanda. Uit de in het geding gebrachte stukken en uit de<br />
verklaringen blijkt voldoende dat Heineken, ook los van de afspraken die partijen<br />
hadden gemaakt over verplaatsing naar september 2003, geen enkele reden had het<br />
evenement af te gelasten.<br />
VI DE DOOR GEDAAGDE TEGEN DE EIS AANGEVOERDE VERWEREN EN DE<br />
GRONDEN DAARVAN<br />
6.1 Voor de door Heineken tegen de eis aangevoerde verweren en de gronden daarvan<br />
verwijst de curator naar de brief van mr. Moons aan de curator d.d. 15 september 2004<br />
(productie 84), het hiervoor gestelde onder 2.68, alsmede naar de<br />
getuigenverklaringen van de heren H.H.F. Jansen d.d. 20 oktober 2006 (productie 94)<br />
en P. Vertregt d.d. 5 <strong>februari</strong> 2007 (productie 95). Uit deze stukken blijkt dat het<br />
verweer van Heineken kort gezegd op het volgende neerkomt.<br />
6.2 Allereerst stelt Heineken zich op het standpunt dat de oorzaak van het faillissement<br />
niet gelegen zou zijn in enige handelwijze van Heineken, maar in het aanzienlijk<br />
negatief eigen vermogen van curanda en de jaar op jaar geleden verliezen (productie<br />
84, p. 1, 2 e alinea).<br />
Dit verweer dient te worden verworpen. Uit de verklaring van Rabobank d.d. 18<br />
oktober 2007 (productie 98) blijkt dat de bancaire relatie tot de beslaglegging goed<br />
was. De bank was uiteraard op de hoogte van de jaarlijkse resultaten van curanda en<br />
het negatief eigen vermogen, maar had daarmee geen problemen. De relatie was zo<br />
goed dat kort voor het evenement nog een betaling van € 300.000 werd gefiatteerd<br />
door de bank. Er waren geen negatieve ervaringen met curanda. De medewerking van<br />
hoofdsponsor Heineken was voor financier Rabobank van essentieel belang. Dit blijkt<br />
ook uit de verklaring van Rabobank. De sponsorbijdrage van Heineken vormde<br />
immers een belangrijke zekerheid voor het verleende krediet door middel van<br />
verpanding van deze bijdrage aan de bank. Met het wegvallen van Heineken kwam de<br />
basis onder de financiering door Rabobank te vervallen. Te meer daar Heineken ook<br />
nog beslag liet leggen op activa van curanda. Onder die omstandigheden is het heel<br />
gebruikelijk dat een bank weigert nog betalingsopdrachten goed te keuren die de<br />
overstand vergroten. Voorts was Heineken ermee bekend dat het evenement<br />
47
20300560/MVZ/cp<br />
aanzienlijke aanloopkosten heeft, die pas met onder meer de kaartverkoop en de<br />
verkoop van hospitality pakketten kunnen worden terugverdiend. Een onderneming<br />
zoals curanda die zich volledig toelegt op de organisatie van een beperkt aantal grote<br />
evenementen per jaar, is dus financieel in grote mate afhankelijk van het slagen van<br />
het evenement. Onder deze omstandigheden wist Heineken, althans behoorde zij te<br />
begrijpen dat het beëindigen van de Sponsorovereenkomst en daarnaast ook nog de<br />
beslaglegging zouden leiden tot acute financiële problemen bij curanda met als direct<br />
te verwachten gevolg (indien zij de beslaglegging niet zou opheffen) een faillissement.<br />
6.3 Voorts betwist Heineken de stelling van de curator dat sprake is van een toerekenbare<br />
tekortkoming in de nakoming van de Sponsorovereenkomst, met name door niet mee<br />
te werken aan een verplaatsing van het evenement naar september 2003 (productie 84,<br />
p. 2, 2 e alinea). Daarbij voert zij onder meer aan dat curanda op grond van financiële<br />
overwegingen (de slechte kaartverkoop) niet langer zou doorgaan met de organisatie<br />
van het evenement (productie 84, p. 3, sub e). Hiermee zou het verzuim zijn<br />
ingetreden en zou een later beroep op afzeggingen wegens de oorlog niet meer opgaan.<br />
Voorts wijst Heineken erop dat zij nooit een verifieerbare mededeling van afzegging<br />
heeft ontvangen. Tevens wijst Heineken erop dat door haar in de bespreking van 4<br />
april 2003 diverse scenario’s zijn aangegeven waaronder de eventuele mogelijkheid<br />
van een noodgedwongen verplaatsing van het evenement naar september, mits onder<br />
andere daaraan voor Heineken geen verdere kosten zouden zijn verbonden. Deze<br />
voorwaarde zou niet zijn aanvaard door curanda.<br />
Dit verweer dient te worden verworpen.<br />
De curator heeft in het voorgaande zijn stelling dat sprake is van een toerekenbare<br />
tekortkoming zijdens Heineken door niet mee te werken aan verplaatsing naar<br />
september genoegzaam onderbouwd. De reden van de noodzaak van verplaatsing was<br />
niet gelegen in de tegenvallende kaartverkoop. De afzegging van de twee belangrijkste<br />
artiesten vormde de noodzaak verplaatsing van het evenement voor te stellen. Curanda<br />
is niet in verzuim geraakt ten gevolge van de afzegging van de artiesten. Aan<br />
Heineken was op 3 april 2003 de e-mail van de platenmaatschappij ter zake van de<br />
afzegging van Jay-Z doorgezonden. De stellingen van Heineken met betrekking tot de<br />
besproken scenario’s tijdens de bespreking van 4 april 2003 worden ontkracht door de<br />
verklaringen van Van Hoorn en mr. Schaap. Curanda had Heineken voorgesteld op<br />
haar kosten zorg te dragen voor de verplaatsing en het aantrekken van nog een<br />
headliner.<br />
6.4 Heineken betwist dat de beslaglegging onrechtmatig jegens curanda was (productie<br />
84, p. 5, laatste alinea). Heineken ontkent dat zij wist respectievelijk behoorde te<br />
weten dat het beslag onder de Rabobank geen verhaal voor haar vordering zou kunnen<br />
opleveren. Voorts stelt zij dat zij tijdens de bespreking van 4 april 2003 heeft<br />
medegedeeld bereid te zijn het beslag op te heffen indien curanda zou aantonen dat het<br />
beslag onder de Rabobank inderdaad geen doel diende. Heineken stelt tevens dat het<br />
niet ten gevolge van de beslagen was dat curanda niet langer in staat was aan haar<br />
lopende verplichtingen te voldoen.<br />
48
20300560/MVZ/cp<br />
Dit verweer dient te worden verworpen. Het was Heineken bekend dat curanda als<br />
zekerheid voor de met Rabobank gesloten kredietovereenkomst moest overgaan tot<br />
verpanding van haar rechten uit hoofde van de Sponsorovereenkomst. Daarmee moet<br />
het Heineken ook bekend zijn geweest dat beslag onder deze crediteur van curanda<br />
geen doel zou kunnen treffen. Het enige dat bereikt kon worden, en ook werd, was een<br />
blokkade van het onbenutte deel van de kredietruimte, c.q. de nog door de bank te<br />
accepteren overstand. Daaruit had curanda aan haar verplichtingen jegens haar<br />
crediteuren kunnen voldoen. De stelling van Heineken dat zij niet in staat zou zijn<br />
geweest aan haar verplichtingen te voldoen omdat het beslag onder Rabobank geen<br />
doel heeft getroffen is dan ook onjuist. Dit verweer is voorts ook in strijd met de<br />
verklaringen van Van Hoorn en mr Schaap.<br />
6.5 Heineken stelt dat curanda zelf verantwoordelijk is voor schade en kosten omdat zij<br />
met het annuleren van het evenement toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming<br />
van haar verplichtingen.<br />
Dit verweer dient te worden verworpen. Curanda heeft het evenement niet<br />
geannuleerd. Na afzegging van de twee belangrijkste artiesten deed zich de tussen<br />
partijen besproken situatie voor die zou moeten leiden tot verplaatsing naar september<br />
2003. Van annulering door curanda was geen sprake. Uit het vorenstaande blijkt<br />
genoegzaam dat het Heineken is geweest die het evenement heeft afgelast. Curanda<br />
wenste het evenement te verplaatsen.<br />
6.6 Heineken beschikt slechts over verklaringen van haar eigen (voormalige)<br />
medewerkers, de heren H.H.F. Jansen en P. Vertregt. De curator acht deze<br />
verklaringen onbetrouwbaar, omdat deze door werknemers van gedaagde zijn afgelegd<br />
die (in ieder geval indirect) belang hebben bij de uitkomst van deze procedure.<br />
Bovendien zijn deze verklaringen op meerdere punten strijdig met elkaar én de inhoud<br />
van de andere, meer objectieve bewijsmiddelen zoals de correspondentie tussen<br />
partijen en de verklaringen van mr. Schaap, Rabobank en Van Hoorn. De verklaringen<br />
van Heineken zijn bovendien zelfs strijdig met de standpunten die Heineken zelf, bij<br />
monde van dezelfde medewerkers, heeft ingenomen in een gerechtelijke procedure<br />
tegen ENECO. Aldus lijkt Heineken er in dit opzicht twee waarheden op na te houden<br />
en kunnen deze verklaringen het verweer van Heineken niet met succes ondersteunen.<br />
6.7. De verklaring van getuige Vertregt met betrekking tot de wijze waarop door Heineken<br />
werd omgegaan met de bevestigde afspraak ter zake van overmacht is voor de<br />
beoordeling van het geschil relevant en verdient derhalve opname in de dagvaarding.<br />
De getuige verklaart namelijk:<br />
“U houdt mij voor een e-mail van Van Hoorn aan Ruijgrok van 3 maart 2003, productie 6 bij<br />
het verzoekschrift, waarin Van Hoorn mailt dat het evenement in april doorgaat behoudens<br />
onvoorziene omstandigheden zoals een oorlog tussen de V.S. en Irak of een grote<br />
terreuraanslag. Ik ben niet op de hoogte van deze e-mail. Dit kan in elk geval geen weergave<br />
zijn van de woorden van Ruijgrok. Ik wil benadrukken dat Heineken nooit Van Hoorn heeft<br />
verplicht tot het contracteren van artiesten uit de V.S. Dat was haar eigen keuze. Voor ons was<br />
een eventuele oorlog tussen de V.S. en Irak dan ook niet relevant en wij zijn dan ook niet<br />
ingegaan op dit kunstje. We hebben steeds tegen Van Hoorn gezegd dat wij wilden dat het<br />
49
20300560/MVZ/cp<br />
doorging en dat hij dat moest regelen. Wij hadden al geïnvesteerd in de communicatie en wij<br />
beschikten niet over een open portemonnee. Het is mogelijk dat wij intern wel over de<br />
mogelijkheid van een oorlog tussen de V.S. en Irak hebben gesproken in relatie tot dit<br />
evenement, maar zeker niet zo stellig als Van Hoorn in deze e-mail weergeeft. Wij hebben<br />
herhaaldelijk tegen hem gezegd dat hij dan maar voor een andere line-up moest zorgen, zowel<br />
Ruijgrok als Scholten als ikzelf. Dit soort gesprekken zijn lang niet allemaal vastgelegd. Wij<br />
werkten al tien jaar samen, dan doe je dat niet meer.” (p. 3)<br />
In deze passage stelt getuige Vertregt dat een eventuele oorlog niet relevant zou zijn,<br />
terwijl op de overmachtmail van 3 maart 2003 van curanda aan Heineken nimmer een<br />
ontkenning van de afspraken is ontvangen door curanda. Getuige Jansen kon zich ook<br />
niet herinneren dat op deze mail, anders dan de mail van Mark Ruygrok van 5 maart<br />
2003 (waarin deze curanda bedankt voor de mail en verder niet de vastlegging van de<br />
afspraken met betrekking tot de gevolgen van een eventuele oorlog ontkent en betwist)<br />
is gereageerd. Het lijkt erop alsof Heineken intern anders met de afspraken met<br />
curanda omging dan extern en daarbij curanda in ieder geval onwetend liet van<br />
mogelijke andere bedoelingen. Vertregt spreekt over een “kunstje”, hetgeen aangeeft<br />
op welke wijze Heineken aankeek tegen curanda. Heineken hoefde niet over een “open<br />
portemonnee” te beschikken. Curanda kon uiteraard niet zo maar voor een andere lineup<br />
zorgdragen, te meer daar op verzoek van Heineken een jonger publiek moest<br />
worden bereikt, waarvoor zelfs met de hulp van Heineken USA Jay-Z is<br />
gecontracteerd (zie verklaring Van Hoorn, p. 10, 2 e alinea). Van de door getuige<br />
Vertregt gestelde gesprekken is niet gebleken.<br />
Voorts verklaarde de getuige:<br />
“U houdt mij een faxbrief van 3 april 2003 voor van de advocaat van Van Hoorn Company<br />
aan onze bedrijfsjurist Jansen, productie 17 bij het verzoekschrift. U zegt mij dat in deze brief<br />
de advocaat voorstelt het evenement uit te stellen tot september 2003, waarbij Van Hoorn<br />
Company alle daaruit voortvloeiende kosten voor haar rekening zou nemen. Ik kan mij dit<br />
voorstel niet letterlijk herinneren. Ik heb ook geen concrete herinnering aan deze brief. U zegt<br />
mij dat Van Hoorn dit voorstel op 1 april 2003 ook rechtstreeks aan mij heeft gemaild. Dat<br />
kan ik mij ook niet herinneren. Uitstel was voor Heineken ook geen optie, omdat de<br />
organisatie voor het evenement in april paste in de kalender voor jaarevenementen die wij<br />
hadden, terwijl in het najaar bovendien een concurrent in Ahoy een Night of the Proms<br />
organiseerde. Ik kan me wel discussies over uitstel herinneren, maar ons standpunt was dus<br />
steeds om dat niet te doen. Op de achtergrond speelde ook mee dat wij geen enkel inzicht<br />
kregen in de besteding van onze betaling van EUR 650.000,--. Dat was een zwart gat. Daar<br />
kwam bij dat Van Hoorn ook geen enkel inzicht verstrekte over de vraag hoe hij het op een<br />
later tijdstip financieel rond wilde breien.” (p. 4)<br />
Getuige Vertregt herinnert zich bepaalde brieven niet, die hem wel per e-mail zijn<br />
toegestuurd. Wel bevestigt Vertregt dat er over uitstel is gesproken binnen Heineken.<br />
Eigenlijk waren er volgens Vertregt op dit punt van het verhoor twee (hierna volgt<br />
ENECO nog) redenen om niet mee te werken: er was in het najaar al een ander<br />
evenement in AHOY (uit de verklaring van Van Hoorn, p. 8, 1 e alinea, blijkt dat in<br />
overleg met Heineken nu juist voor september was gekozen in verband met een aantal<br />
omstandigheden waaronder de Night of the Proms die in november 2003 zou<br />
plaatsvinden en HNL dus enige tijd daarvoor zou moeten worden georganiseerd) en<br />
Heineken had geen inzicht in de besteding. Dit punt is in de periode tot en met april<br />
2003 niet aan de orde geweest in de correspondentie. Gelet op de omstandigheden van<br />
50
20300560/MVZ/cp<br />
deze zaak en de tussen partijen gesloten overeenkomst kon Heineken dit niet als<br />
argument gebruiken om haar medewerking aan verplaatsing te onthouden. De<br />
sponsorovereenkomst legt geen enkele verplichting op curanda om de uitgaven van de<br />
sponsorvergoeding te verantwoorden aan Heineken. Slechts daar waar in art. 8.1 sub B<br />
van de sponsorovereenkomst wordt gesproken over een vergoeding van ten hoogste €<br />
68.067,03 ter zake van publiciteit is curanda verplicht bij het in rekening brengen van<br />
deze kosten aan Heineken, facturen over te leggen. Voorts bevat art. 13.4 een bepaling<br />
over de hospitality-pakketten waarover curanda recht op vergoeding van Heineken had<br />
van een bepaald bedrag van de niet genoten, maar wel begrote, winst. Ter<br />
onderbouwing van deze vordering van curanda op Heineken zou curanda financiële<br />
stukken moeten tonen aan Heineken.<br />
Voorts geldt ook dat curanda volgens de Sponsorovereenkomst niet verplicht was om<br />
aan Heineken vooraf te bewijzen hoe zij voor financiering zou zorgdragen van de 5<br />
maanden tot het verplaatste evenement in september 2003 zou plaatsvinden. Uit de<br />
verklaring van Van Hoorn (p. 10/11) blijkt dat hierbij, indien nodig, onder meer de<br />
Amerikaanse potentiële koper om hulp zou zijn gevraagd.<br />
6.8 Getuige Vertregt verklaart over het beleid van Heineken in de periode 2002 en 2003<br />
als volgt:<br />
“In 2002 en 2003 werden de sponsorbudgetten van Heineken niet groter. Ze bleven ongeveer<br />
gelijk. Wel was onze doelstelling om overschrijdingen daarvan te voorkomen door onze<br />
risico’s te verminderen en door onze directe financiële bijdrage aan een aantal grote<br />
evenementen te verlagen. Dat was ook de reden om voor dit evenement een pitch uit te<br />
schrijven. Het ging er dus om, om de beschikbare sponsorbudgetten op een slimme manier te<br />
besteden.” (p. 5)<br />
Deze verklaring vormt de kern van de zaak: de sponsorbudgetten moesten worden<br />
verlaagd en, zoals Vertregt aan Van Hoorn had medegedeeld (zie verklaring Van<br />
Hoorn, p. 9/10), werd er gewoonweg intern bekeken van welk contract Heineken<br />
zonder problemen af zou kunnen. Aldus werd een dossier gevormd tegen curanda,<br />
hoewel curanda in de veronderstelling verkeerde dat zij alles in goed overleg had<br />
geregeld ter zake van mogelijke verplaatsing en overmacht, en werd op het moment<br />
dat er inderdaad afzeggingen van de belangrijkste artiesten waren een streep onder de<br />
jarenlange relatie gezet. De afzeggingen, die partijen hadden voorzien en waarvoor<br />
partijen een regeling hadden getroffen, werden door Heineken zonder enige reden<br />
gebruikt om van het contract af te komen. Dit leidde, tezamen met de getroffen<br />
rechtsmaatregelen waardoor de bedrijfsvoering van curanda werd stilgelegd,<br />
vervolgens rechtstreeks tot de, voor Heineken te verwachten, ondergang van curanda,<br />
te meer daar de geplande overname van de baan was. Uiteindelijk heeft de curator de<br />
activa verkocht aan deze Amerikaanse partij voor een fractie van de waarde van de<br />
onderneming going concern. Hiermee staat vast dat Heineken jegens curanda<br />
toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de Sponsorovereenkomst, danwel<br />
onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld en derhalve schadeplichtig is geworden.<br />
VII BEWIJSMIDDELEN EN GETUIGEN<br />
7.1 De curator biedt aan zijn stellingen te bewijzen door middel van alle middelen<br />
rechtens waaronder het horen van getuigen. In aansluiting op de reeds tijdens het<br />
51
20300560/MVZ/cp<br />
voorlopig getuigenverhoor gehoorde getuigen zou bewijs van de stellingen van de<br />
curator kunnen worden verkregen door het horen onder meer de heren F.J.P. van<br />
Hoorn, M.P.J. Ruygrok, A.H. Scholten en E. van Manen, alsmede mevrouw mr. J.A.<br />
Schaap.<br />
VIII MACHTIGING RECHTER-COMMISSARIS EX ART. 68 FW<br />
8.1 De Rechter-commissaris in het faillissement van Van Hoorn Company B.V. heeft de<br />
curator d.d. 17 januari <strong>2008</strong> ex art. 68 lid 2 Fw gemachtigd de onderhavige procedure<br />
te voeren.<br />
IX VORDERING<br />
9.1 Gelet op het vorenstaande heeft de curator dan ook recht en belang bij een verklaring<br />
voor recht dat Heineken toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de<br />
tussen partijen gesloten Sponsorovereenkomst, danwel onrechtmatig heeft gehandeld<br />
jegens curanda en dat Heineken derhalve gehouden is de als gevolg van de<br />
toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige daad, door curanda en/of<br />
haar gezamenlijke schuldeisers geleden schade te vergoeden op grond van de artikelen<br />
6: 74 BW, respectievelijk 6: 162 BW. De hoogte van de schadevergoeding is gelijk<br />
aan de schulden van curanda voor zover deze schulden niet door vereffening van de<br />
overige baten kunnen worden voldaan, vermeerderd met de wettelijke rente daarover<br />
vanaf 18 augustus 2004 tot de dag der algehele voldoening. Onder verwijzing naar<br />
§2.71 is de vordering als volgt te specificeren:<br />
- crediteuren (inclusief engelse crediteur): € 2.368.011,98<br />
- onbetaalde boedelkosten per 10 <strong>februari</strong> <strong>2008</strong>: € 235.458,43<br />
- Totaal: € 2.603.470,41<br />
9.2 Voorts verzoekt de curator uw rechtbank Heineken te veroordelen in de<br />
buitengerechtelijke kosten. De curator heeft meermalen getracht Heineken te bewegen<br />
om aan de vorderingen te voldoen dan wel een regeling in der minne te treffen.<br />
Hiervoor zijn kosten gemaakt die ten laste van de boedel (en daarmee ten laste van de<br />
gezamenlijke crediteuren komen) die hierdoor schade lijden. Voor deze kosten wordt<br />
niet voorzien in de proceskostenveroordeling omdat deze werkzaamheden niet zijn te<br />
beschouwen als voorbereidende werkzaamheden op de procedure. De curator vordert<br />
vergoeding van deze kosten ex art. 6: 96 lid 2 sub c BW. De kosten bedragen<br />
(afgerond) € 10.000,00. Voor een specificatie wordt verwezen naar de tijdregistratie<br />
van de curator en diens medewerkers over de periode 2003-aanvang van de procedure<br />
ter zake van het voorlopig getuigenverhoor (productie 102). Een groot deel van de in<br />
2003 en 2004 bestede tijd is ten gevolge van het door de curator toen gehanteerde<br />
administratieve systeem niet meer toe te rekenen aan werkzaamheden in de<br />
onderhavige zaak. De daadwerkelijk aan deze zaak bestede tijd teneinde tot een<br />
regeling te komen en betaling in der minne te kunnen verkrijgen zal derhalve (vele<br />
malen) groter zijn.<br />
52
20300560/MVZ/cp<br />
9.3 Voor zover de hoogte van de door curanda geleden schade in deze procedure door uw<br />
Rechtbank nog niet zou kunnen worden vastgesteld verzoekt de curator uw Rechtbank<br />
op grond van art. 612 Rv Heineken te veroordelen tot schadevergoeding op te maken<br />
bij staat.<br />
MITSDIEN:<br />
het de rechtbank te Amsterdam moge behagen bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:<br />
I te verklaren voor recht dat Heineken toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming<br />
van de tussen partijen gesloten Sponsorovereenkomst, danwel dat Heineken<br />
onrechtmatig heeft gehandeld jegens curanda en dat Heineken derhalve gehouden is de<br />
als gevolg van deze toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige daad,<br />
door curanda en/of haar gezamenlijke schuldeisers geleden schade te vergoeden op<br />
grond van art. 6: 74 BW, respectievelijk 6: 162 BW;<br />
II -primair Heineken te veroordelen tot betaling ten behoeve van de boedel aan eiser van<br />
de schade die curanda en/of haar gezamenlijke schuldeisers heeft/hebben geleden tot<br />
het bedrag van € 2.603.470,41, te vermeerderen met de buitengerechtelijke kosten ad €<br />
10.000,00, totaal derhalve € 2.613.470,41, zegge: tweemiljoen zeshonderddrieduizend<br />
vierhonderdzeventig euro en eenenveertig eurocent, vermeerderd met de wettelijke<br />
rente daarover vanaf 18 augustus 2004 tot de dag der algehele betaling;<br />
- subsidiair Heineken te veroordelen tot betaling ten behoeve van de boedel aan eiser<br />
van het bedrag van de schulden van curanda voor zover deze schulden niet door<br />
vereffening van de overige baten kunnen worden voldaan, vermeerderd met de<br />
buitengerechtelijke kosten ad € 10.000,00 en de wettelijke rente over deze bedragen<br />
vanaf 18 augustus 2004 tot de dag der algehele voldoening;<br />
-meer subsidiair Heineken te veroordelen tot betaling ten behoeve van de boedel aan<br />
eiser van de schade die curanda en/of haar gezamenlijk schuldeisers heeft/hebben<br />
geleden als gevolg van de aan gedaagde toe te rekenen tekortkoming(en), en/of<br />
onrechtmatig handelen als omschreven in deze dagvaarding, onder bepaling dat deze<br />
schadevergoeding nader opgemaakt dient te worden bij staat en vereffend dient te<br />
worden volgens de wet, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 18<br />
augustus 2004 tot de dag van algehele voldoening;<br />
III Heineken te veroordelen in de kosten van deze procedure, te vermeerderen met de<br />
kosten voor het voorlopig getuigenverhoor, te vermeerderen met de wettelijke rente<br />
over voornoemde kosten vanaf 14 dagen na de datum van het vonnis;<br />
IV het vonnis, met inbegrip van de kostenveroordeling te waarmerken als Europese<br />
executoriale titel;<br />
53
De kosten van dit exploot zijn voor mij, deurwaarder:<br />
Deze zaak wordt behandeld door:<br />
M.R. van Zanten<br />
<strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong> <strong>Busmann</strong> NV<br />
Postbus 94700<br />
1090 GS Amsterdam<br />
T 020 - 301 63 11<br />
F 020 - 301 63 31<br />
E marc.vanzanten@cms-dsb.com<br />
20300560/MVZ/cp<br />
54
TUSSENTIJDS FINANCIEEL VERSLAG d.d. 9 januari <strong>2008</strong><br />
in het faillissement van: Van Hoorn Company B.V.<br />
Faillissementsnummer 03.0319F<br />
Datum uitspraak 17 juni 2003<br />
Rechter-commissaris mr. R.H.C. Jongeneel<br />
Curator mr. M.R. van Zanten<br />
betrekking hebbend op <strong>verslag</strong> nrs. 1 - 12<br />
A. BATEN subtot. incl. BTW mutaties totaal Af te dragen BTW<br />
1. aangetroffen middelen<br />
kas € 40,00 € - € 40,00<br />
bank € 1.614,72 € - € 1.614,72<br />
giro € - € - € -<br />
2. opbrengsten verkopen<br />
opbrengsten verkopen € 65.135,00 € - € 65.135,00 €<br />
239,50<br />
kosten ivm verkoop € - € - € - €<br />
-<br />
3. debiteuren<br />
prae-faillissement debiteuren € - € - € -<br />
boedeldebiteuren € 133.875,00 € - € 133.875,00 € 21.375,00<br />
4. overige baten<br />
boedelbijdrage € 13.783,05 € - € 13.783,05<br />
restituties verzekeringen € 1.624,71 € - € 1.624,71<br />
rente € 810,55 € 34,83 € 845,38<br />
5. totaal € 216.883,03 € 34,83 € 216.917,86 € 21.614,50<br />
B.<br />
REEDS BETAALDE<br />
VERSCHOTTEN /<br />
BOEDELSCHULDEN subtot. incl. BTW mutaties totaal<br />
Terug te ontvangen<br />
BTW<br />
salaris curator € 85.400,09 € - € 85.400,09 € 13.635,31<br />
publicatiekosten € - € - € - €<br />
-<br />
uittreksel € - € - € - €<br />
-<br />
gas / water / electra € - € - € - €<br />
-<br />
verzekeringen € - € - € - €<br />
-<br />
fiscus € - € - € -<br />
bedrijfsvereniging € - € - € -<br />
taxatiekostsen schilderijen € 238,00 € - € 238,00 €<br />
38,00<br />
afdracht Rabobank debiteur € 126.375,00 € - € 126.375,00 €<br />
-<br />
veilingkosten schilderijen € 130,25 € - € 130,25 €<br />
20,81<br />
voorschot verschotten curator € 3.572,27 € - € 3.572,27 €<br />
570,36<br />
6. totaal € 215.715,61 € - € 215.715,61 € 14.264,48<br />
C. THANS NOG BESCHIKBAAR<br />
totaal A € 216.795,60 € - € 216.917,86<br />
totaal B € 203.815,61 € - € 215.715,61<br />
7. saldo boedelrekening € 12.979,99<br />
€<br />
1.202,25
Lijst der ingediende boedelcrediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod<br />
e<br />
plaats referentie €<br />
Nuon Customer Care Center Postbus 40021 6803 HA ARNHEM Contractrekening € 1.632,02<br />
: 3001606383<br />
Rabobank Achterhoek<br />
p/a Mr D.J. Kramer Koopmanslaan 3 7005 BK DOETINCH Boedelbijdrage € 77.250,00<br />
Noord<br />
EM procedure<br />
Heineken<br />
Fendere Legal<br />
T.a.v. mevrouw M.C.L.<br />
1058 BC Amsterdam Factuur 6.043 € 884,95<br />
Consulting<br />
Roet Hoofdweg 30<br />
Totaal € 79.766,97<br />
1/1
Lijst der ingediende preferente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod<br />
e<br />
plaats referentie €<br />
Belastingdienst<br />
Postbus 58977 1040 EH Amsterdam Omzetbelasting; € 123.318,00<br />
Amsterdam<br />
8068.71.477.F01<br />
2501<br />
openstaande € 5.510,00<br />
kosten<br />
Omzetbelasting; € 151.836,00<br />
8068.71.477.F01<br />
1501<br />
openstaande<br />
kosten<br />
€ 9,00<br />
UWV GAK Afdeling Incasso-ABB Postbus 8300 1005 CA Amsterdam INC-ABB 025-<br />
1<strong>22</strong>.829.69-01-<br />
01<br />
€ 28.940,30<br />
Totaal € 309.613,30<br />
1/1
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
1. Ahoy Rotterdam T.a.v. Mw. M. Postbus 5106 3008 AC ROTTERDAM Factuurnummer: 20- € 101.559,36<br />
Pubben<br />
30.089.<br />
Debiteurnummer:<br />
94092<br />
2. Airworks B.V. T.a.v. L.R.J.M. Maes Bloemendalerw 1382 KB WEESP Factuurnummer: 541. € 1.863,00<br />
eg 51<br />
Maskers Gordon<br />
Airworks B.V. T.a.v. Alex van<br />
Oostrom<br />
Jacob van<br />
Lennepstraat<br />
32 hs<br />
1053 HJ AMSTERDAM Factuurnummer:<br />
23230<br />
€ 2.380,00<br />
3. All Arts<br />
T.a.v. D. Molenaar Postbus 867 3000 AW ROTTERDAM Factuurnr.: 20807; € 3.303,44<br />
Belastingadviseurs<br />
21273; 30261; 30449<br />
4. Ampco Pro Rent B.V. T.a.v. de heer W. Zonnebaan 42 3542 EG UTRECHT Factuurnummer: € 54.659,68<br />
Kurpershoek<br />
0302140439 en<br />
0302140437<br />
5. Amsterdamse<br />
Assurantie Groep<br />
T.a.v. Ger Balk Postbus 75846 1070 AV AMSTERDAM € 243,95<br />
6. Aqua System B.V. T.a.v. A.J. van Edelgasstraat 2718 SX ZOETERMEE<br />
Factuurnummer: € 21,39<br />
Heeschwijk 50<br />
R<br />
687437.Klantnummer:<br />
7. AT5 T.a.v. mevrouw C.<br />
Scheelings<br />
8. Bazar B.V. T.a.v. N.A. van<br />
Rijswijk<br />
9. Belaf Van<br />
Schoonhoven B.V.<br />
10. Bizon Mediagroep T.a.v. mevrouw E.<br />
B.V.<br />
de Wijer<br />
Postbus 3976 1001 AT AMSTERDAM Factuurnrs. 20320372<br />
en 20320394<br />
€ 3.566,64<br />
Postbus 23106 3001 KC ROTTERDAM Factuurnummer: H /<br />
03020097<br />
€ 300,00<br />
Postbus 82 2990 AB BARENDREC<br />
HT<br />
0802/JK/PW € 1.200,71<br />
Spinnerij 21 1185 ZN AMSTELVEEN Factuurnummer:<br />
<strong>22</strong>010431.20030443<br />
€ 12.127,39<br />
1/13
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
11. Blue in Green T.a.v. de heer E. Nieuwe 1018 EG AMSTERDAM Factuurnummer: € 30.202,20<br />
entertainment Holman<br />
Prinsengracht<br />
2003004; 2003010;<br />
consultancy<br />
31<br />
2003011<br />
12. Boukje van der Kemp Argonautenstra 1076 KR AMSTERDAM Factuurnummer: € 1.803,06<br />
at 40-1<br />
200318<br />
13. Brandwacht & Meijer T.a.v. J. Margarita Hyperonenweg 3542 AG UTRECHT Factuur:<br />
€ 18.267,29<br />
B.V.<br />
30<br />
20030147;20030180;2<br />
0030194;20030197;20<br />
030<strong>22</strong>9;20030234;200<br />
30306<br />
14. Buma Mw. A. Bosman Postbus 3080 2130 KB HOOFDDORP 130023 € 65.914,23<br />
15. Business Variety<br />
Services<br />
T.a.v. de heer F.<br />
Alyan<br />
Postbus 9340 1006 AH AMSTERDAM Factuurnr.: 520657;<br />
530035; 530061;<br />
530083; 530106;<br />
5301<strong>22</strong>; 530150;<br />
530172; 530211<br />
€ 2.066,27<br />
16. C.Iris F&A<br />
Debiteurenbeheer<br />
Betty Hesterman P.O. Box 98 1200 AB HILVERSUM € 156,01<br />
17. C.P. Harleman GRONINGEN € 130,95<br />
18. Carmenian Gospel T.a.v. C. Ritfeld Voorhaven 149 3025 HE ROTTERDAM "Gordon met z'n Lijf in € 4.500,00<br />
Singers<br />
Ahoy" 5 en 6 april<br />
2003<br />
19. Centraal beheer T.a.v. J.D. van Postbus 700 7300 HC APELDOORN Beëindiging WAO- € 212,05<br />
achmea<br />
Veenendaal<br />
Zekerheidsplan Van<br />
Hoorn Company B.V.<br />
Centraal beheer<br />
achmea<br />
T. Karelse Postbus 700 7300 HC APELDOORN 32-67-00214938 € 141,99<br />
20. CFS Bakel B.V. T.a.v. de heer H. P.O. Box 1 5760 AA BAKEL Factuurnummer: € 6.316,91<br />
Nooyen<br />
2003092<br />
2/13
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
21. Coöperatieve P/a<br />
Koopmanslaan 7005 DK Doetinchem € 926.991,16<br />
Rabobank Berkelland Advocatenkantoor 3<br />
U.A.<br />
DKA B.V. i.o., t.a.v.<br />
de weledelgestrenge<br />
heer mr. D. K ramer<br />
<strong>22</strong>. Cue 4 You B.V. Postbus 101 1110 AC DIEMEN Factuurnummer: 1365- € 14.200,51<br />
C03<strong>22</strong>45<br />
23. Culligan B.V. T.a.v. mevrouw A. Lemelerbergwe 1101 AH AMSTERDAM<br />
Factuurnummers: € 101,75<br />
van Tol<br />
g 35-B<br />
ZUIDOOST<br />
23019959 en<br />
23088545.<br />
Debiteurnummer<br />
201170<br />
24. Cum Laude Events T.a.v. W.H. Ter Steeghe 3331 LX ZWIJNDRECH<br />
Factuurnummer: € 455,66<br />
Wapenaar Ring 55<br />
T<br />
230498<br />
25. Cupie Producties T.a.v. mevrouw G. Nieuw 1231 KT LOOSDRECH<br />
Factuurnummer: € 11.014,71<br />
Cupers<br />
Loosdrechtsedij<br />
k 199<br />
T<br />
030328 en 030429<br />
26. D.C. & C Payroll T.a.v. Mw. S. van Postbus 2642 1000 CP AMSTERDAM<br />
€ 7.494,62<br />
Holding B.V. Soest<br />
27. Danka Nederland<br />
B.V.<br />
28. De heer A.D.J.<br />
Idenburg<br />
29. De heer/mevrouw R.<br />
Waldt<br />
Factuur:<br />
308828;316269;316<br />
287;317159;317203<br />
T.a.v. S. Arslan Postbus 256 3440 AG WOERDEN 134813 € 210,78<br />
Nassaukade<br />
317-3<br />
Zandershoeve<br />
56<br />
1053 LS AMSTERDAM Rekening nr. 03-001 € 1.190,00<br />
5708 TC HELMOND € 43,65<br />
3/13
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
30. De Volkskrant Afdeling<br />
Debiteurenbeheer<br />
Postbus 2104 1000 LC AMSTERDAM Abonneenr.: 2424085 € 27,63<br />
31. Debitel Nederland BV T.a.v. R. Lieman Postbus 6700 2130 LT HOOFDDORP Debiteurennummer:<br />
7100160310<br />
€ 118,70<br />
32. Deniz Kumas Amsteldijk 103d 1074 JE AMSTERDAM GORDON met z'n<br />
LIJF IN AHOY<br />
€ 1.763,00<br />
33. Drukkerij van Soelen Via Loyens & Loeff, Postbus 71170 1008 BD AMSTERDAM Fact. nr. 618,orde € 39.728,15<br />
B.V.<br />
mr. W.A.<br />
nr.8446; fact. Nr.<br />
Westenbroek<br />
6217, orde nr.8482;<br />
fact. Nr. 6218,orde<br />
nr.8481; fact. Nr.<br />
6219, orde nr.8480<br />
34. Ducos/ACR T.a.v. mevrouw K.<br />
Touw<br />
P.O. Box 19153 3001 BD ROTTERDAM 3.165 € 2.014,00<br />
35. Dutch View B.V. T.a.v. mevrouw A. Postbus 116 1200 AC HILVERSUM Factuurnummer: € 33.736,50<br />
Dekker<br />
101<strong>22</strong>82.4 Gordon<br />
Concert Ahoy -<br />
Deelbetaling 2<br />
36. Waternet P/a Dienst Postbus 12142 1100 AC AMSTERDAM Aanslagnummers: O3- € 179,49<br />
Belastingen<br />
20511348 en O3-<br />
<strong>22</strong>415274<br />
37. Ecco Fatto! B.V. T.a.v. de heer J.P. Nieuwe 1011 RN AMSTERDAM Factuurnummer: € 5.414,50<br />
Commandeur Herengracht 47<br />
0310007 en 0310055<br />
38. Emergency Responce T.a.v. de heer<br />
Unit<br />
M.G.J. Fabels<br />
39. EMI Compact Disc<br />
(Holland) B.V.<br />
40. EnRico glas &<br />
Keramiek bedrukking<br />
Hulshorststraat 2573 ER DEN HAAG Factuurnummer: 2003- € 5.149,01<br />
206<br />
006; 2003-007<br />
Industrielaan 24 5406 XC UDEN Transaction Number<br />
0352985<br />
€ 9.460,50<br />
Heuveloord 130 3523 CK UTRECHT Factuurnummer:<br />
1569; 1570<br />
€ 2.451,40<br />
4/13
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
41. Entertainment Group T.a.v. C.T. Pince P.O. Box 27 1200 AA HILVERSUM Factuurnummer: € 1.060,00<br />
Music<br />
van der Aa<br />
30144.<br />
Projectnummer: 3326<br />
42. Esther Brokke<br />
Communicatie<br />
training events<br />
T.a.v. mevrouw E.<br />
Brokke<br />
Tweede Hugo<br />
de Grootstraat<br />
10-2hg<br />
1052 LC AMSTERDAM Showcalling<br />
"Heineken Night Live<br />
Steam"<br />
7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />
00/021466<br />
7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />
00/021466<br />
7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />
00/011175<br />
7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />
00/021466<br />
€ 3.641,00<br />
43. Eswé Autoleasing Laan van de<br />
Dierenriem 41<br />
€ 594,63<br />
44. Eswé Autoleasing Laan van de<br />
Dierenriem 41<br />
€ 247,52<br />
Eswé Autoleasing Laan van de<br />
Dierenriem 41<br />
€ 2.284,80<br />
Eswé Autoleasing Laan van de<br />
Dierenriem 41<br />
€ 275,99<br />
45. Falck Nederland B.V. T.a.v. mevrouw G.<br />
van Elk<br />
Postbus 3101 <strong>22</strong>80 GC RIJSWIJK Klant 9000242 € 1.267,04<br />
46. Flashlight Rental B.V. T.a.v. de heer W. P/a Zonnebaan 3542 EG UTRECHT Factuurnummer: € 714,00<br />
Kurpershoek 42<br />
0332140674<br />
47. Flynt Bed & Breakfast T.a.v. I. Sap 1e<br />
Helmersstraat<br />
34<br />
1054 DH AMSTERDAM Van Hoorn Company € 780,00<br />
48. FNV KIEM T.a.v. N.H.G. Postbus 9354 1006 AJ AMSTERDAM Factuurnummer: 03- € 1.590,00<br />
Beltman<br />
008<br />
49. Focus<br />
T.a.v. O.J.Q.M. Isolatorweg 36 1014 AS AMSTERDAM Factuurnummer: VF3- € 8.635,44<br />
Showequipment B.V. Sikking<br />
01192; VF3-01288;<br />
VF3-01291; VF3-<br />
01306; VF3-01290<br />
5/13
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
50. G&D Promotions T.a.v. de<br />
Postbus 1178 1500 AD ZAANDAM dossier 16706, € 2.754,85<br />
weledelgestrenge<br />
heer mr. F.R. Duijn<br />
G&D/Van Hoorn, FD/jl<br />
51. Gemeente<br />
Waterleidingbedrijf Postbus 8169 1005 AD AMSTERDAM Relatienummer: € 114,88<br />
Amsterdam<br />
5114556<br />
52. Gemeente<br />
Amsterdam Dienst<br />
Belastingen<br />
Postbus 23475 1100 DZ AMSTERDAM 903272 € 5.526,20<br />
53. Gordon Made in<br />
p/a Postbus 1250 AP LAREN Factuurnummer: € 37.264,85<br />
Holland B.V.<br />
631<br />
06079; 06080;06082<br />
54. Guyra International Afdeling<br />
K.P. van der 3062 MB ROTTERDAM Ref.nr.: 000779 € 61,29<br />
B.V. Arbodienst Debiteurenbeheer Mandelelaan 30<br />
55. Hays<br />
Informatiebeheer B.V.<br />
T.a.v. de heer D.<br />
Baarda<br />
Schepenbergw<br />
eg 1<br />
1105 AS AMSTERDAM<br />
ZUIDOOST<br />
Factuurnummer: VHC-<br />
INC 303 t/m 306 en<br />
VHC-COM 303 t/m<br />
306<br />
€ 1.121,16<br />
56. Het Parool B.V. Postbus 507 1000 AM AMSTERDAM Nota nr. 000189813 € 2.864,57<br />
57. Holland Media Groep T.a.v. mevrouw T.<br />
Hilligehekken<br />
Postbus 15016 1200 TV HILVERSUM Factuur: 60000152;<br />
Debiteur: 12003;<br />
Bedrijfsnummer: N120<br />
€ 199,92<br />
58. Hotel New York B.V. T.a.v. de heer M. Koninginnenho 3072 AD ROTTERDAM Factuur: 003412; € 5.642,10<br />
van Os<br />
ofd 1<br />
003487<br />
59. Ibis Accor Hotels T.a.v. mevrouw K. Bizetlaan 1 3533 KC UTRECHT Factuurnummer: 0880- € 358,19<br />
van Dam<br />
35482<br />
60. Iding & Franssen B.V. T.a.v. Drs. B. Iding Postbus 93013 1090 BA AMSTERDAM Factuurnummer:<br />
3056/1862; 3056/1906<br />
€ 3.312,37<br />
6/13
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
61. Image Hosting B.V. Postbus 101 1110 AC DIEMEN Factuurnummer: 1365- € 2.650,00<br />
I031393<br />
62. Imprimerie Hecht P/a Mr R. Forestini Avenue<br />
Adolphe Buyl,<br />
173<br />
1050 BRUXELLES België 11288805/RF/MBR/11 € 3.851,35 + PM<br />
63. Intrum Justitia T.a.v. mevrouw M. Postbus 84096 2508 AB DEN HAAG Ref. 71034391 € 6.026,07<br />
van Campenhout<br />
America Express<br />
Services<br />
64. Jac van der Veen T.a.v. J.Th.C. Konijn Postbus 3262 <strong>22</strong>80 GG RIJSWIJK Factuurnummer:<br />
031385<br />
Debiteurnummer:<br />
11106<br />
€ 1.679,02<br />
65. Jacbell Productions T.a.v. J.W. Versteeg PC Hooftstraat 1071 CG AMSTERDAM Factuurnummer: JB- € 10.600,00<br />
B.V.<br />
154<br />
030-03<br />
66. JVR audiovisual B.V. postbus 3111 4700 GC ROOSENDAA<br />
Factuurnummer:3001 € 11.751,25<br />
L<br />
31; Debiteurnummer:<br />
4005<br />
67. Kamer van<br />
Koophandel<br />
Amsterdam<br />
68. Karin Amatmoekrim Nwe<br />
Prinsengracht<br />
86 hs<br />
69. Karis van Cadsand Minervalaan 67ll<br />
70. Klos Morel Vos & Jacqueline A.<br />
Schaap<br />
71. Kluwer Credit<br />
Management<br />
Schaap<br />
De heer W.J.M. van<br />
Leeuwen<br />
Postbus 2852 1000 CW AMSTERDAM Factuurnr. 500432857 € 16,00<br />
1018 VV AMSTERDAM Kenmerk: Hoorn 03;<br />
Hoorn 04; Hoorn 05<br />
€ 10.160,00<br />
1077 NR AMSTERDAM Factuurnummer:<br />
030414-09<br />
€ 1.803,06<br />
Postbus 75988 1070 AZ AMSTERDAM JS030091 € 2.545,02<br />
Postbus 4 2400 MA ALPHEN A/D<br />
RIJN<br />
7/13<br />
Factuurnrs. 84730093<br />
en 100535749<br />
€ 384,72
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
72. Kooyman Publiciteit T.a.v. D.W. Zegenstraat 53 3082 XP ROTTERDAM Factuurnummer: € 4.599,35<br />
Koouman<br />
b<br />
20030305<br />
73. Koppig Make-up & T.a.v. J. de Vries Oud<br />
3741 MP BAARN Factuurnummer: € 1.298,53<br />
Haar<br />
Eemnesserweg<br />
5 G<br />
030.309<br />
74. KPMG & Co T.a.v. A.J. de Bruin Postbus 74600 1070 DE AMSTERDAM 4049400 / 2504160 /<br />
3365730<br />
€ 6.235,60<br />
75. KPN Billing Postbus 13000 9700 AE GRONINGEN deb.nr. 000034451,<br />
factuurnrs. 20030600<br />
en 20030300<br />
€ 61,86<br />
76. KPN NV T.a.v. de<br />
Postbus 58800 1040 JA AMSTERDAM Telefoonaansluitnum € 156,94<br />
heer/mevrouw R.R.<br />
Haring<br />
mer: 020-6715730<br />
77. Lassche Advocaten T.a.v. N. ter Heegde Postbus 7 7500 AA ENSCHEDE Factuurnummer:<br />
107146; 107145<br />
€ 15.900,00<br />
78. Lila T.a.v. mevrouw L. Gouwe <strong>22</strong> 2911 GA NIEUWERKE<br />
Lila voor Gordon 2003 € 3.700,53<br />
Ammerlaan<br />
RK A/D<br />
IJSSEL<br />
79. Metin Kumas Amsteldijk 103d 1074 JE AMSTERDAM GORDON met z'n<br />
LIJF IN AHOY<br />
€ 1.763,00<br />
80. Metro Holland B.V. T.a.v. de heer A. Postbus 90009 1006 BA AMSTERDAM Factuurnummer: € 12.138,00<br />
Bokma<br />
29750; 29960<br />
81. MSN & Operations Boeing Avenue 1119 PE SCHIPHOL-<br />
Invoice MSN € 1.500,00<br />
30<br />
RIJK<br />
230448903 date 25<br />
april 2003<br />
82. Muziek- en<br />
Renata Vis Graafsebaan 5242 JM ROSMALEN € 4.462,50<br />
Showbureau Jan Vis<br />
40<br />
83. MW-Events T.a.v. M.C. Ertskade 346 1019 EZ AMSTERDAM Factuurnummer: € 38.615,50<br />
Wijnands<br />
200303; 200301;<br />
200304<br />
8/13
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
84. Nederlands Instituut T.a.v. H. Post Postbus 1060 1200 BB HILVERSUM Factuurnummer: € 1.933,16<br />
voor Beeld en Geluid<br />
50031775;50030961<br />
85.<br />
Palmpolstraat 5<br />
ALMERE<br />
Neopost B.V.<br />
1327 CA STAD D 100064 € 239,19<br />
86. Nespresso Nederland<br />
Burg.<br />
1101 AA AMSTERDAM klantnummer 30086 € 102,85<br />
B.V.<br />
Stramanweg<br />
108-B<br />
87. NO Strezz Fatma Seref Karaca Asterweg 20 P1 1031 HN AMSTERDAM € 2.082,50<br />
88. NOB Decor B.V. T.a.v. A. Beemer Postbus 203 1200 AE HILVERSUM VKF21658;<br />
VKF<strong>22</strong>154;VKF<strong>22</strong>523<br />
€ 49.087,50<br />
89. Noordzee 100.7 FM De heer M. Brian Postbus 102 1200 AC HILVERSUM Ref.nr.:<br />
NFM/MBr/0059.2003<br />
€ 892,50<br />
90. Nuon Customer Care Postbus 40021 6803 HA ARNHEM Contractrekening: € 1.632,02<br />
Center<br />
T.a.v. mevrouw M.<br />
3001606383<br />
Nuon<br />
Prins-Koster Postbus 384 1800 AJ ALKMAAR 3001606383 € 2.335,55<br />
91. Opta Postbus 90420 2509 LK DEN HAAG OPTA/BDV/2003/2033 € 61,00<br />
57<br />
92. Park Plaza Utrecht T.a.v. J. Soedamah Westplein 50 3531 BL UTRECHT Factuurnummer:<br />
211542<br />
€ 315,74<br />
93. PCM Landelijke T.a.v. Mr. A.E.M. Postbus 92 5460 AB VEGHEL 20031453.AB.MV € 16.653,77<br />
Dagbladen B.V. Bierens<br />
94. Powerplay Agency T.a.v. de heer E.R. Koningshof 3 1211 MG HILVERSUM Factuurnummer: € 2.120,00<br />
Fijn<br />
03101<br />
95. Pricewaterhouse T.a.v. de heer H. Pot Postbus 379 1800 AJ ALKMAAR Declaratienummer: € 10.174,50<br />
Coopers Accountants RA<br />
2873-1324; 2873-<br />
N.V.<br />
1431;2873-1357<br />
9/13
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod<br />
e<br />
96. Primary Talent Peter Maloney 2-12 Pentonville<br />
International<br />
Road<br />
plaats<br />
LONDEN N1<br />
9PL<br />
referentie € Eng<br />
Ponden<br />
97. RDNA T.a.v. N.W.A. Sloestraat 10-3 1078 BG AMSTERDAM Factuurnummer: 0304<br />
Hverkort<br />
03; 0401 03<br />
98. Reed Business T.a.v. M. de Koning Postbus 4 7000 BA DOETINCHEM Debiteurnummer:<br />
Information<br />
70023704<br />
99. Rob Schreuder T.a.v. R. Schreuder Ploeglaan 60 3755 HV EEMNES Factuurnummer:<br />
Fotografie<br />
030624<br />
100. Roturs Enetco Groep T.a.v. de heer Torenmolen 81 2992 DH BARENDREC<br />
klantnummer 152074 /<br />
B.V.<br />
R.D.M. Tielen<br />
HT<br />
factuurnummer 30137<br />
101. Sanne van<br />
Nieuwenhuijzen<br />
T.a.v. S. van<br />
Nieuwenhuijzen<br />
Silodam 240 1013 AS AMSTERDAM Factuurnummer:<br />
2003/004; 2003/005<br />
€ 690,20<br />
€ 150,00<br />
€ 1.661,49<br />
€ 2.451,40<br />
€ 9.586,04<br />
102.<br />
producties<br />
Sargentini B.V. Bolstoen 30 1046 AV AMSTERDAM Sargentini B.V. tegen<br />
Van Hoorn Company<br />
B.V.<br />
€ 341,20 £7.500,00<br />
103. Seabourne Express T.a.v. Mw. S. Postbus 75060 1117 ZP Schiphol-Oost Factuurnummer: € 308,92<br />
Couriers B.V. Hassankhan<br />
40100331; 00177457<br />
104. Security Concepts<br />
Postbus 101 1110 AC DIEMEN Factuurnummer: 1365- € 21.505,04<br />
B.V.<br />
S032669; 1365-<br />
S032645<br />
105. SENA Administratie T.a.v. I. Soria Postbus 969 3000 AZ ROTTERDAM Debiteurnummer:<br />
414963561<br />
€ 244,49<br />
106. Sightline Productions T.a.v. J. Huele Keulsekade 3534 AC UTRECHT Factuurnummer: 2003- € 43.371,50<br />
216<br />
066; 2003-067; 2003-<br />
092<br />
107. SNT Connect B.V. T.a.v. J. Bos Postbus 253 2700 AG ZOETERMEE<br />
R<br />
Kenmerk: 901438700 € 980,65<br />
10/13
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
108. <strong>Star</strong> Koeriers T.a.v. G.E. Postbus 374 1200 AJ HILVERSUM Factuurnummer:0171 € 65,45<br />
Timmermans<br />
04<br />
109. Stay-tuned Luitgardeweg 1211 NB HILVERSUM Factuurnummer: € 1.416,00<br />
24<br />
03012<br />
110. Stichting<br />
T.a.v. C. Cordova Verwersstraat 5211 HZ s-<br />
Nota nr. 2003.005 opt € 5.300,00<br />
Medicamento<br />
88<br />
Hertogenbosc<br />
h<br />
111. Tailor-Made Incasso T.a.v. Mw. A.E. de Postbus 4114 6803 EC ARNHEM WEKA-<strong>22</strong>1070- € 276,66<br />
B.V.<br />
Vries<br />
314699<br />
112. Ten Feet B.V. T.a.v. de heer W. P/a Zonnebaan 3542 EG UTRECHT Factuurnummer: € 9.018,71<br />
Kurpershoek 42<br />
0335140055<br />
113. The Mojo Barriers T.a.v. de heer P. P.O. Box 196 3417 ZK MONTFOORT<br />
Factuurnummer: € 4.364,92<br />
Jordan<br />
HOLLAND<br />
190.02; 051.03<br />
114. Ticket Service T.a.v. P.A. van Eisenhouwerlaa 2517 KM DEN HAAG 44503081 Ticket € 36.000,00<br />
Nederland B.V. Ruijver<br />
n 118<br />
Service Nederland<br />
B.V./ Van Hoorn<br />
Company B.V.<br />
115. TKB B.V. T.a.v. L. Immerzeel Postbus 117 1000 AC AMSTERDAM 50423 € 30.325,16<br />
116. Total Transport<br />
Services B.V.<br />
Tienboerenweg<br />
26<br />
3641 RA MIJDRECHT Factuurnummer: 1365-<br />
T021855; 1365-<br />
T031885; 1365-<br />
T031880;<br />
117. TPG Post Postbus 6500 2130 LB HOOFDDORP Klantnummer:<br />
9175266<br />
118. Uniglobe Landzichtweg 4105 DP CULEMBORG Factuurnummer:<br />
66<br />
110131, 110299,<br />
110326, 110384,<br />
110403 en 110414<br />
11/13<br />
€ 711,26<br />
€ 1.482,93<br />
€ 249,83
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
119. United<br />
T.a.v. de heer R. Naarderweg 16 1217 GL HILVERSUM Factuurnummer: € 3.596,17<br />
PostProduction B.V. Massier<br />
030865, 030795,<br />
030607 en 030644<br />
120. UOME B.V. T.a.v. Frank van<br />
Hoorn<br />
Postbus 94266 1090 GG AMSTERDAM € 20.420,10<br />
UOME B.V. T.a.v. Frank van<br />
Hoorn<br />
Postbus 94266 1090 GG AMSTERDAM Invoice no. 2005-02 € 35.700,00<br />
121. Van Der elst B.V. Weesperstraat 1112 AP AMSTERDAM Factuurnummer: € 148,76<br />
136<br />
20030529; 20030898;<br />
20031290; 20031603<br />
1<strong>22</strong>. Van Rossum<br />
Entertainment<br />
Facilities BV<br />
T.a.v. Marc Voorn Westerdreef 5p 2152 CS NIEUW<br />
VENNEP<br />
€ 2.908,36<br />
123. Vereniging Buma Postbus 3080 2130 KB HOOFDDORP Factuurnummer<br />
100381506<br />
€ 43.307,28<br />
124. Viking Direct Columbusweg<br />
33<br />
5928 LA VENLO € 198,37<br />
125. W. van Delsen kornet 18 3068 LN ROTTERDAM Factuurnummer:<br />
200310<br />
€ 2.082,39<br />
126. XS4All Afdeling Incasso Postbus 1848 1000 BV AMSTERDAM 131524 € 365,87<br />
XS4All Internet B.V. T.a.v. Edmond Tse Postbus 1848 1000 BV AMSTERDAM 80061 € 60,99<br />
127. Young Urbans v.o.f. T.a.v. de heer J.A. Hoogstraat 43A 3011 PE ROTTERDAM Factuurnummer:<br />
Prins<br />
YU00<strong>22</strong><br />
128. C.P. den Heijn Trompetstraat 3335 DG ZWIJNDRECH<br />
45<br />
T<br />
12/13<br />
€ 2.945,25<br />
€ 176,40
Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />
e<br />
Ponden<br />
129. Martijn van der Werff T.a.v. de heer M. <strong>Star</strong>ingplein 2 1054 VK AMSTERDAM Factuurnummers € 3.658,14<br />
Project Management, van der Werff<br />
03/017/011 en<br />
Productie, Stage<br />
Management<br />
03/017/012<br />
Totaal € 1.968.591,55 + PM<br />
13/13<br />
£7.500,00
Lijst der ingediende betwiste concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />
Rechter-Commissaris:<br />
mr R.H.C. Jongeneel<br />
Curator: mr M.R. van Zanten<br />
bedrijf T.a.v. adres postcod<br />
e<br />
plaats referentie €<br />
Heineken Nederland P/a de<br />
Herengracht 1017 BR AMSTERDAM € 650.998,66<br />
B.V.<br />
weledelgestrenge<br />
heer mr. Ch.Y.M.<br />
Moons<br />
425-429<br />
Heineken Nederland P/a de<br />
Herengracht 1017 BR AMSTERDAM € 234.002,89<br />
B.V.<br />
weledelgestrenge<br />
heer mr. Ch.Y.M.<br />
Moons<br />
425-429<br />
Totaal € 885.001,55<br />
1/1