09.09.2013 Views

13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann

13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann

13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 13 Datum: <strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong><br />

Gegevens onderneming : Van Hoorn Company B.V.<br />

Faillissementsnummer : 03.0319F<br />

Datum uitspraak : 17 juni 2003<br />

Curator : mr. M.R. van Zanten<br />

R-C : mr. R.H.C. Jongeneel<br />

Activiteiten onderneming : dienstverlening op het gebied van leisure- en<br />

entertainmentmarketing, het organiseren en/of<br />

produceren van deze evenementen, het<br />

verzorgen van publiciteit ten behoeve van deze<br />

evenementen, alsmede het (doen) sponsoren<br />

van deze evenementen.<br />

Omzetgegevens : 2001: € 1.070.829<br />

Personeel gemiddeld aantal : 4<br />

2002: € 2.674.057<br />

Verslagperiode : 18 januari <strong>2008</strong> - <strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong><br />

Bestede uren in <strong>verslag</strong>periode : 70u en 45m<br />

Bestede uren Totaal : 1040u en 10m<br />

1. Inventarisatie<br />

1.1 Directie en organisatie<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

1.2 Winst en verlies<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

1.3 Balanstotaal<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

1.4 Lopende procedures<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1


1.5 Verzekeringen<br />

1.6 Huur<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

1.7 Oorzaak faillissement<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

2. Personeel<br />

2.1 Aantal ten tijde van faillissement : ***<br />

2.2 Aantal in jaar voor faillissement : ***<br />

2.3 Datum ontslagaanzegging : ***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

3. Activa<br />

Onroerende zaken<br />

3.1 Beschrijving<br />

***<br />

3.2 Verkoopopbrengst<br />

***<br />

3.3 Hoogte hypotheek<br />

***<br />

3.4 Boedelbijdrage<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond


Bedrijfsmiddelen<br />

3.5 Beschrijving<br />

***<br />

3.6 Verkoopopbrengst<br />

***<br />

3.7 Boedelbijdrage<br />

***<br />

3.8 Bodemvoorrecht fiscus<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

Voorraden/ onderhanden werk<br />

3.9 Beschrijving<br />

***<br />

3.10 Verkoopopbrengst<br />

***<br />

3.11 Boedelbijdrage<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

Andere activa<br />

3.12 Beschrijving<br />

***<br />

3.13 Verkoopopbrengst<br />

***


Werkzaamheden<br />

In afwachting van afwikkeling Van Hoorn Company Inc.<br />

4. Debiteuren<br />

4.1 Omvang debiteuren<br />

***<br />

4.2 Opbrengst<br />

***<br />

4.3 Boedelbijdrage<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

5. Bank / Zekerheden<br />

5.1 Vordering van bank(en)<br />

***<br />

5.2 Leasecontracten<br />

***<br />

5.3 Beschrijving zekerheden<br />

***<br />

5.4 Separatistenpositie<br />

***<br />

5.5 Boedelbijdragen<br />

***<br />

5.6 Eigendomsvoorbehoud<br />

***


5.7 Reclamerechten<br />

***<br />

5.8 Retentierechten<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

De curator heeft ook in de afgelopen <strong>verslag</strong>periode regelmatig overleg<br />

gevoerd met de Rabobank Achterhoek-Noord U.A. (“Rabobank”) met<br />

betrekking tot de tegen Heineken Nederland B.V. (“Heineken”) aangevangen<br />

procedure.<br />

6. Doorstart / voortzetten<br />

Voortzetten<br />

6.1 Exploitatie / zekerheden<br />

***<br />

6.2 Financiële <strong>verslag</strong>legging<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

Doorstart<br />

6.3 Beschrijving<br />

***<br />

6.4 Verantwoording<br />

***<br />

6.5 Opbrengst<br />

***<br />

6.6 Boedelbijdrage<br />

***


Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

7. Rechtmatigheid<br />

7.1 Boekhoudplicht<br />

***<br />

7.2 Depot jaarrekeningen<br />

***<br />

7.3 Goedk. Verklaring Accountant<br />

***<br />

7.4 Stortingsverpl. Aandelen<br />

***<br />

7.5 Onbehoorlijk bestuur<br />

***<br />

7.6 Paulianeus handelen<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

Na verkregen machtiging van de Rechter-Commissaris is de dagvaarding op<br />

<strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong> aan Heineken betekend terzake van de vordering van de<br />

curator ad ± € 2,6 miljoen. De zaak zal voor het eerst dienen op 19 maart<br />

<strong>2008</strong> bij de Rechtbank Amsterdam. Voor de (grondslagen van de)<br />

vorderingen van de curator, verwijst de curator naar de als bijlage aan dit<br />

openbare <strong>verslag</strong> gehechte tekst van de uitgebrachte dagvaarding. De<br />

curator verwacht dat met de procedure tegen Heineken geruime tijd zal zijn<br />

gemoeid.


De heer van Hoorn overweegt zelf ook een procedure te starten waarin hij<br />

veroordeling van Heineken in de door hem geleden schade zal vorderen.<br />

8. Crediteuren<br />

8.1 Boedelvorderingen<br />

€ 79.766,97<br />

8.2 Preferente vordering van de fiscus<br />

€ 280.673,00<br />

8.3 Preferente vordering van het UWV : € 28.940,30<br />

8.4 Andere preferente crediteuren : nvt<br />

8.5 Aantal concurrente crediteuren : 129<br />

8.6 Bedrag concurrente crediteuren : € 1.968.591,55 ; £ 7.500<br />

Bedrag betwiste concurrente crediteuren: € 885.001,55<br />

8.7 Verwachte wijze van afwikkeling<br />

De wijze van afwikkeling is afhankelijk van de afloop van de procedure tegen<br />

Heineken.<br />

Werkzaamheden<br />

Er heeft overleg plaatsgevonden met de advocaat van (crediteur en<br />

pandhouder) Rabobank, met betrekking tot de aan te vangen procedure<br />

tegen Heineken.<br />

9. Overig<br />

9.1 Termijn afwikkeling faillissement<br />

Onbekend<br />

9.2 Plan van aanpak<br />

De procedure tegen Heineken dient te worden gevoerd.


9.3 Saldo van de faillissementsrekening<br />

Het saldo van de faillissementsrekening aangehouden bij Kas Bank N.V. te<br />

Amsterdam onder nummer <strong>22</strong>.27.41.031 bedraagt per 9 januari <strong>2008</strong><br />

€ 1.202,25.<br />

9.4 Indiening volgend <strong>verslag</strong><br />

Voorzover tussentijdse ontwikkelingen niet tot eerdere <strong>verslag</strong>legging nopen,<br />

zal een volgend <strong>verslag</strong> worden uitgebracht rond <strong>22</strong> augustus <strong>2008</strong>.<br />

Werkzaamheden<br />

Er dient nog een kunstwerk te worden verkocht. De curator verwacht ook in<br />

de komende maanden veel tijd te besteden aan de procedure tegen<br />

Heineken. Van Hoorn Company Inc. zal moeten worden geliquideerd.<br />

10 Publicatie op website<br />

Dit openbare <strong>verslag</strong> en alle overige openbare faillissements<strong>verslag</strong>en ex art.<br />

73a Fw zullen tevens worden gepubliceerd op de website van <strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong><br />

<strong>Busmann</strong> N.V. (www.cms-dsb.com, zie onder: /downloaden/<strong>verslag</strong>en<br />

faillissementen).<br />

De curator wijst er tenslotte op dat noch aan dit <strong>verslag</strong>, noch aan de plaatsing van<br />

de crediteuren op de lijst van ingediende crediteuren, rechten kunnen worden<br />

ontleend.<br />

Amsterdam, <strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong><br />

Mr. M.R. van Zanten<br />

Curator<br />

<strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong> <strong>Busmann</strong> N.V.<br />

Advocaten-Notarissen-Belastingadviseurs<br />

Postbus 94700<br />

1090 GS Amsterdam<br />

Telefoon: 020- 301 6311<br />

Telefax: 020- 301 6331<br />

Email: marc.vanzanten@cms-dsb.com


DAGVAARDING<br />

20300560/MVZ/cp<br />

Heden, de<br />

tweeduizendacht, op verzoek van MR. MARC ROBERT VAN ZANTEN, in zijn<br />

hoedanigheid van curator in het faillissement van de besloten vennootschap met beperkte<br />

aansprakelijkheid VAN HOORN COMPANY B.V., hierna ook: “de curator”, woonplaats<br />

kiezende ten kantore van de naamloze vennootschap <strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong> <strong>Busmann</strong> N.V. te (1096<br />

BC) Amsterdam aan het adres Mondriaantoren, Amstelplein 8A (postbus 94700, 1090 GS,<br />

Amsterdam), van welk kantoor de advocaat en procureur mr. M.R. van Zanten in deze zaak<br />

tot procureur wordt gesteld en als zodanig zal optreden.<br />

GEDAGVAARD:<br />

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid HEINEKEN NEDERLAND B.V.,<br />

statutair gevestigd en kantoorhoudende te (1017 ZD) Amsterdam aan het adres Tweede<br />

Weteringplantsoen 21, aldaar aan dat kantooradres mijn exploot doende en afschrift dezes en<br />

van na te melden stukken latende aan:<br />

OM:<br />

op woensdag, de negentiende maart tweeduizendacht, des voormiddag te 10.00 uur, niet in<br />

persoon doch vertegenwoordigd door een procureur, te verschijnen ter terechtzitting voor<br />

burgerlijke zaken van de sector civiel recht van de rechtbank te Amsterdam, alsdan aldaar<br />

zitting houdende in één der lokalen van het Paleis van Justitie aan de Parnassusweg <strong>22</strong>0-<strong>22</strong>8;<br />

MET AANZEGGING:<br />

dat indien gedaagde niet bij procureur in het geding verschijnt en de voorgeschreven termijn<br />

en de formaliteiten in acht zijn genomen, de rechtbank aan gedaagde verstek zal verlenen en<br />

de hierna te formuleren vordering zal toewijzen tenzij deze hem onrechtmatig of ongegrond<br />

voorkomt;<br />

TENEINDE:<br />

Eiser op de volgende gronden te horen vorderen als volgt.<br />

1


INHOUDSOPGAVE<br />

20300560/MVZ/cp<br />

Hoofdstuk I Kern van de zaak<br />

Algemeen (§ 1.1-§ 1.3)....................................................................... 3<br />

Kern van de zaak ( § 1.4- § 1.9) ......................................................... 4<br />

Hoofdstuk II Feiten<br />

Voorgeschiedenis (§ 2.1-§ 2.2) .......................................................... 6<br />

Sponsorovereenkomst (§ 2.3-§ 2.4) ................................................... 7<br />

Evaluatie HNL 2002 (§ 2.5)............................................................... 8<br />

ENECO zegt subsponsorovereenkomst met Heineken op (§ 2.6)...... 8<br />

Gesprekken over verplaatsing van het evenement (§ 2.7-§ 2.8) ........ 8<br />

Kort Geding Heineken-ENECO (§ 2.9) ............................................. 9<br />

Wederom gesprekken tussen Heineken en curanda over<br />

mogelijk uitstel van HNL (§ 2.10-§ 2.13) ....................................... 10<br />

Artiesten zeggen intussen toe op te treden (§ 2.14) ......................... 13<br />

Discussie met ENECO (§ 2.15-§ 2.16) ............................................ 13<br />

Oorlog VS-Irak breekt uit; curanda stelt verplaatsing van het<br />

evenement voor (§ 2.17-§ 2.59)....................................................... 14<br />

Afwikkeling sponsorrelatie Heineken met ENECO<br />

(§ 2.60-§ 2.64).................................................................................. 26<br />

Faillissement curanda (§ 2.65-§ 2.66).............................................. 28<br />

Correspondentie curator-Heineken (§ 2.67-§ 2.68).......................... 29<br />

Correspondentie F.J.P. van Hoorn-Heineken (§ 2.69-§ 2.70).......... 30<br />

Toestand van de boedel (§ 2.71) ...................................................... 30<br />

Hoofdstuk III Voorlopig getuigenverhoor (§ 3.1-§ 3.8)......................................... 31<br />

Hoofdstuk IV Tijdens het getuigenverhoor bewezen feiten<br />

Algemeen (§ 4.1).............................................................................. 32<br />

Getuigenverhoor van F.J.P. van Hoorn d.d. 5 <strong>februari</strong> 2007<br />

(§ 4.2.1-§ 4.2.15).............................................................................. 32<br />

Hoofdstuk V Juridisch kader<br />

Algemeen (§ 5.1) ............................................................................. 39<br />

Vereisten toerekenbare tekortkoming (§ 5.2)................................... 40<br />

Inhoud overeenkomst (§ 5.3)............................................................ 40<br />

Tekortkoming (§ 5.4-§ 5.7) .............................................................. 41<br />

Nakoming blijvend onmogelijk (§ 5.8) ............................................ 42<br />

Schadevergoeding (§ 5.9)................................................................. 42<br />

Subsidiair: onvoorziene omstandigheden (§ 5.10-§ 5.12)................ 43<br />

Onrechtmatige daad: algemeen (§ 5.13 -§ 5.14) .............................. 44<br />

Onrechtmatige daad (§ 5.15)............................................................ 44<br />

Toerekenbaarheid (§ 5.16) ............................................................... 45<br />

Schade (§ 5.17)................................................................................. 45<br />

Causaal verband tussen daad en schade (§ 5.18).............................. 45<br />

Relativiteit (§ 5.19)........................................................................... 45<br />

2


20300560/MVZ/cp<br />

Onrechtmatigheid handelwijze Heineken (§ 5.20)........................... 45<br />

Hoofdstuk VI De door gedaagde tegen de eis aangevoerde verweren en de<br />

gronden daarvan (§ 6.1-§ 6.8).......................................................... 47<br />

Hoofdstuk VII Bewijsmiddelen en getuigen (§ 7.1)................................................. 51<br />

Hoofdstuk VIII Machtiging Rechter-commissaris ex art. 68 Fw (§ 8.1)................... 52<br />

Hoofdstuk IX Vorderingen (§ 9.1-§ 9.3)................................................................. 52<br />

(Overzicht) producties<br />

I KERN VAN DE ZAAK<br />

Algemeen<br />

1.1 Bij vonnis van de Rechtbank Amsterdam van 17 juni 2003 is de besloten<br />

vennootschap met beperkte aansprakelijkheid VAN HOORN COMPANY B.V.,<br />

statutair gevestigd te Amsterdam, kantoorhoudende te (1071 HH) Amsterdam aan het<br />

adres Willemsparkweg 46 (correspondentieadres: postbus 75808, 1070 AV<br />

Amsterdam) in staat van faillissement verklaard, zulks met benoeming van (thans) mr.<br />

R.H.C. Jongeneel tot Rechter-Commissaris en met aanstelling van eiser tot curator<br />

(productie 1).<br />

1.2 Van Hoorn Company B.V., hierna: “curanda”, verleende diensten op het gebied van<br />

management, organisatie en consultancy van muziekevenementen.<br />

1.3 De curator heeft een onderzoek ingesteld naar de oorzaken van het faillissement van<br />

curanda. Hiertoe heeft hij diverse besprekingen gevoerd met betrokkenen, waaronder<br />

de heer F.J.P. van Hoorn (directeur van curanda), Coöperatieve Rabobank Graafschap-<br />

Noord U.A, voorheen genaamd: Rabobank Achterhoek-Noord U.A. en Rabobank<br />

Berkelland U.A. te Lochem (financier van curanda, hierna: “Rabobank”), alsmede<br />

betrokkenen zijdens gedaagde, hierna: “Heineken”. Voorts zijn de relevante stukken<br />

met betrekking tot de samenwerking tussen Heineken en curanda bestudeerd. Naar<br />

aanleiding van dit onderzoek is de curator tot het oordeel gekomen dat Heineken<br />

toerekenbaar tekort is geschoten in haar uit de sponsorovereenkomst voortvloeiende<br />

verplichtingen, dat het faillissement van curanda in overwegende mate is veroorzaakt<br />

door Heineken dan wel dat zij op grond van onrechtmatig handelen jegens de boedel<br />

aansprakelijk moet worden gehouden voor de door curanda en de gezamenlijke<br />

crediteuren deswege geleden schade. Deze schade bedraagt ± € 2.5 miljoen. Aan dit<br />

oordeel liggen hierna in hoofdstuk 2 gememoreerde feiten en omstandigheden ten<br />

grondslag. Vervolgens zal in hoofdstuk 3 het voorlopig getuigenverhoor (procedureel)<br />

worden besproken. De relevante passages uit de getuigenverklaring die de stellingen<br />

van de curator ondersteunen zullen in hoofdstuk 4 worden behandeld. In hoofdstuk 5<br />

zal het juridisch kader worden geschetst. In hoofdstuk 6 zullen de verweren van<br />

Heineken worden besproken en weerlegd. In hoofdstuk 7 wordt (getuigen)bewijs<br />

aangeboden en worden namen van mogelijk nog te horen getuigen genoemd. In<br />

3


20300560/MVZ/cp<br />

hoofdstuk 8 wordt aangegeven dat de rechter-commissaris de curator heeft gemachtigd<br />

tot het treffen van rechtsmaatregelen jegens Heineken over te gaan. Ten slotte zal in<br />

hoofdstuk 9 worden geconcludeerd dat Heineken jegens curanda toerekenbaar tekort is<br />

geschoten in de nakoming van haar verplichtingen, danwel onrechtmatig jegens haar<br />

heeft gehandeld en deswege verplicht is de hierdoor geleden schade te vergoeden.<br />

Kern van de zaak<br />

1.4 In de kern gaat deze zaak om het volgende. Curanda organiseerde het<br />

muziekevenement Heineken NightLive 2003 voor eigen rekening en risico. Daarbij<br />

moest zij een groot deel van de kosten voorfinancieren, voordat het evenement zelf<br />

inkomsten had gegenereerd uit bijvoorbeeld kaartverkoop en verkoop van hospitality<br />

pakketten. Dit is gebruikelijk bij de organisatie van dergelijke evenementen. De<br />

voorfinanciering hiervoor vindt in belangrijke mate plaats door middel van een<br />

bankkrediet. In deze zaak verstrekt door Rabobank. Voorts wordt liquiditeit verschaft<br />

door sponsors. In deze zaak vooral door hoofdsponsor Heineken. Deze<br />

sponsorbijdragen vormen ook een zekerheid van curanda aan de bank door middel van<br />

verpanding van de aanspraken op sponsorgelden. In deze zaak was Heineken niet<br />

alleen hoofdsponsor, maar ook “naamgever” van het evenement en zelfs- gelet op haar<br />

grote invloed en bemoeienis met het evenement- feitelijk ook een soort<br />

medeorganisator, met dien verstande echter dat het financiële risico uiteindelijk geheel<br />

bij curanda lag. Als hoofdsponsor en naamgever speelde Heineken een cruciale rol.<br />

Indien zij zich zou terugtrekken zou dit het evenement ernstig in gevaar brengen.<br />

Immers, dit zou leiden tot verlies van sponsorinkomsten, minder zekerheid voor de<br />

bank en dus waarschijnlijk een geringere kredietfaciliteit en vermoedelijk ook<br />

aantasting van het imago van het evenement, met als gevolg minder kaartverkoop.<br />

1.5 Eind maart 2003 hebben de 2 hoofdacts (“headliners”) afgezegd vanwege de oorlog in<br />

Irak. Deze oorlog hing al enige tijd in de lucht en curanda en Heineken hadden<br />

hierover diverse keren gesproken. Hierbij is tussen partijen ook de mogelijkheid<br />

besproken het evenement ingeval van een Irak-oorlog uit te stellen tot september 2003.<br />

Curanda heeft diverse keren gesteld dat een oorlog in Irak waarschijnlijk tot afzegging<br />

van Amerikaanse artiesten zou leiden en dat dit overmacht zou opleveren. Heineken<br />

heeft dit, tot aan haar dreiging van ontbinding van de sponsorovereenkomst eind maart<br />

2003, nimmer weersproken. Curanda heeft na het uitbreken van de oorlog en de<br />

afzegging van de headliners, zoals eerder besproken, voorgesteld het evenement uit te<br />

stellen tot september 2003. De artiesten hadden hun medewerking hieraan toegezegd<br />

waardoor het uitstel een reële optie was. Het laten doorgaan van het evenement in april<br />

2003 was geen reële optie, aangezien het evenement door het wegvallen van de<br />

belangrijkste artiesten, voor het publiek niet aantrekkelijk meer zou zijn. Dit was niet<br />

alleen onwenselijk voor curanda, maar ook voor Heineken. Wie sponsort immers een<br />

lege zaal? Afstel van het evenement was ook geen reële optie, omdat in dat geval alle<br />

investeringen verloren zouden gaan, ook de reeds door Heineken betaalde<br />

sponsorbijdrage. Deze bijdrage was immers door curanda gebruikt bij de<br />

voorfinanciering van de kosten. Heineken zou bij afstel feitelijk haar investering kwijt<br />

raken, terwijl curanda hierdoor zelfs in acute liquiditeitsnood komen, omdat zij niet<br />

meer de gelegenheid zou hebben haar investering terug te verdienen. De advocaat van<br />

curanda had Heineken hierop reeds gewezen. Ook zou de positie van curanda<br />

4


20300560/MVZ/cp<br />

verzwakken ten opzichte van haar eigen financiers, met name Rabobank en (in de<br />

nabije toekomst) haar Amerikaanse partner. Uitstel van het evenement zou ook tot<br />

schade leiden in de vorm van extra kosten, maar deze schade zou aanmerkelijk kleiner<br />

zijn dan de schade in geval van het laten doorgaan van het evenement zonder de<br />

headliners of afstel en curanda had aangeboden deze extra kosten volledig voor haar<br />

rekening te nemen. Heineken zou dan ook geen enkel financieel risico lopen bij uitstel.<br />

Uitstel van het evenement zou wellicht ook tot enige negatieve publiciteit leiden, maar<br />

een lege zaal (zoals Heineken ook zelf erkent) of afstel zou in de publiciteit veel<br />

nadeliger uitpakken.<br />

1.6 Ondanks het feit dat uitstel tot minder schade zou leiden dan laten doorgaan (zonder<br />

de headliners) of afstellen heeft Heineken toch eind maart 2003 gedreigd met<br />

beëindiging van de sponsorovereenkomst. Daarnaast heeft Heineken, zonder de<br />

sponsorovereenkomst te hebben beëindigd conservatoire beslagen ten laste van<br />

curanda gelegd, onder meer onder de Rabobank, en alle sponsorbijdragen<br />

teruggevorderd. Ten gevolge van de beslaglegging onder de Rabobank kwam curanda<br />

in acute liquiditeitsnood en werd het faillissement onafwendbaar, te meer daar geen<br />

inkomsten meer konden worden gegenereerd uit het afgelaste evenement.<br />

1.7.1 Onder de gegeven omstandigheden had Heineken de sponsorovereenkomst niet mogen<br />

beëindigen, althans zich niet op het standpunt mogen stellen dat zij deze had beëindigd<br />

en de sponsorbijdragen niet mogen terugvorderen. De reden hiervoor is gelegen in de<br />

navolgende feiten en omstandigheden.<br />

1.7.2 Afzegging van Amerikaanse artiesten vanwege de Irak-oorlog was door partijen als<br />

overmacht aangemerkt, althans een bevestiging van deze afspraak tussen partijen d.d.<br />

3 maart 2003 is door Heineken niet weersproken.<br />

1.7.3 Partijen hadden afgesproken dat in geval van afzegging van Amerikaanse artiesten het<br />

evenement zou worden uitgesteld naar september 2003, althans dat deze optie in ieder<br />

geval serieus zou worden onderzocht.<br />

1.7.4 Uitstel van het evenement tot september 2003 was een reële optie, mede gelet op de<br />

toezeggingen van de artiesten hieraan mee te werken en de beschikbaarheid van de<br />

locatie Ahoy te Rotterdam.<br />

1.7.5 Heineken zou in geval van uitstel geen of nauwelijks financiële schade leiden,<br />

aangezien alle (meer)kosten van het uitstel voor rekening van curanda zouden komen,<br />

zoals curanda ook meermalen heeft bevestigd aan Heineken. Anders gezegd: de<br />

sponsorbijdrage van Heineken zou niet hoger worden.<br />

1.7.6 Afstel zou voor beide partijen schadelijk zijn. Immers, de investering zou dan geheel<br />

verloren gaan en er zou reputatieschade kunnen ontstaan. Bezoekers van een<br />

muziekevenement hebben nu eenmaal meer begrip voor uitstel dan afstel.<br />

1.7.7 Heineken wist, althans behoorde redelijkerwijs te begrijpen, dat curanda door<br />

opzegging van de sponsorovereenkomst in grote problemen zou geraken.<br />

5


20300560/MVZ/cp<br />

1.7.8 Partijen hadden al een jarenlange relatie waarin zij samen, met succes, een groot aantal<br />

vergelijkbare evenementen hadden georganiseerd. Gelet op deze langjarige relatie had<br />

Heineken meer rekening moeten houden met de belangen van curanda.<br />

1.8 Voorts had Heineken de sponsorbijdrage niet direct mogen terugvorderen van curanda<br />

en had zij hiervoor geen beslagen mogen leggen, omdat:<br />

a. de sponsorovereenkomst ten tijde van de beslaglegging nog niet was ontbonden,<br />

terwijl deze ontbinding bovendien niet rechtsgeldig was. Heineken bezat dus (nog)<br />

niet een titel voor de terugvordering en de beslaglegging, die zij in het beslagrekest<br />

wel stelde te hebben;<br />

b. Heineken wist dat curanda door de beslaglegging in acute liquiditeitsproblemen<br />

zou komen waardoor het voor curanda niet meer mogelijk zou zijn het evenement<br />

door te laten gaan of uit te stellen. Er kon, na de beslaglegging zonder de<br />

medewerking van Heineken, alleen nog maar sprake zijn van afstel, met alle<br />

schadelijke gevolgen voor curanda van dien;<br />

c. beslaglegging geen zin had, omdat curanda op dat moment geen verhaal bood voor<br />

de, niet bestaande, door Heineken gepretendeerde vordering. Uit de jarenlange<br />

samenwerking wist Heineken dat evenementen zoals deze altijd worden<br />

voorgefinancierd en dat- afgezien van sponsorbijdragen- inkomsten pas kort voor<br />

het evenement worden genoten. Bij uitstel van het evenement zouden deze<br />

inkomsten alsnog worden gegenereerd;<br />

Gelet op het vorenstaande was het beslag gelegd zonder titel en bovendien onnodig, en<br />

dus vexatoir en daarmee onrechtmatig jegens curanda.<br />

1.9 Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat Heineken toerekenbaar tekort is geschoten<br />

in de nakoming van haar verplichtingen uit de sponsorovereenkomst, danwel<br />

onrechtmatig heeft gehandeld jegens curanda. Zowel curanda als de curator hebben<br />

Heineken aansprakelijk gesteld en aanspraak gemaakt op vergoeding van de door<br />

curanda (alsmede haar gezamenlijke crediteuren) geleden schade. Ondanks diverse<br />

gesprekken en sommatie is geen betaling van Heineken ontvangen, zodat de curator<br />

genoodzaakt is geworden rechtsmaatregelen te treffen jegens Heineken.<br />

II FEITEN<br />

Voorgeschiedenis<br />

2.1 Sinds 1999 heeft Heineken opdracht gegeven aan curanda een muziekevenement te<br />

organiseren onder de naam Heineken Night Live (“HNL”). Het evenement was een<br />

jaarlijks “ankerevenement” van de muzieksponsoring-strategie van (het merk)<br />

Heineken. Dit evenement vond voor het eerst plaats in het najaar van 1999 en<br />

vervolgens in april 2001 en april 2002.<br />

2.2 In verband met het hiervoor genoemde evenement heeft Heineken op <strong>22</strong> december<br />

2000 een intentieverklaring gesloten met ENECO ter zake van de (sub)sponsoring van<br />

het evenement door ENECO. Op 30 maart 2001 is ter uitvoering van de<br />

6


20300560/MVZ/cp<br />

intentieverklaring tussen Heineken en ENECO een sponsorovereenkomst gesloten per<br />

1 januari 2001 voor een periode van een jaar, met automatische verlenging voor<br />

telkens 1 jaar, tenzij een der partijen uiterlijk drie maanden voor het einde van de<br />

lopende contractperiode de overeenkomst heeft opgezegd.<br />

Sponsorovereenkomst<br />

2.3 Tussen Heineken en curanda is in verband met het hiervoor genoemde evenement een<br />

schriftelijke sponsorovereenkomst gesloten, ingaande op 1 november 2001 en<br />

eindigende op 31 oktober 2004 (hierna: “Sponsorovereenkomst”). De overeenkomst is<br />

gedateerd 28 augustus 2002. De Sponsorovereenkomst wordt als productie 2 aan deze<br />

dagvaarding gehecht. In de Sponsorovereenkomst is de relatie tussen Heineken en<br />

curanda op een andere wijze vastgelegd dan voorheen. Overeenkomsten tussen<br />

Heineken en curanda met betrekking tot evenementen vóór het jaar 2002 betroffen<br />

opdrachten van Heineken aan curanda tot het organiseren van een evenement volledig<br />

voor rekening en risico van Heineken, die daarmee ook verantwoordelijk werd voor<br />

een eventueel exploitatietekort. In de Sponsorovereenkomst waren partijen evenwel<br />

overeengekomen dat de verantwoordelijkheid voor de organisatie geheel lag bij<br />

curanda en Heineken slechts een (gelimiteerde) sponsorbijdrage aan curanda diende te<br />

betalen. Het evenement werd aldus voor rekening en risico van curanda georganiseerd<br />

en Heineken werd sponsor in plaats van eigenaar die een producent inhuurde die in<br />

opdracht van Heineken werkte. Artikel 3.1 van de Sponsorovereenkomst luidt als<br />

volgt:<br />

“VHC verplicht zich om voor eigen rekening en risico naar beste weten en kunnen jaarlijks in<br />

april en/of mei een Evenementenreeks van ‘Heineken NightLive, Dance to the Music!’ te<br />

organiseren, bestaande uit ten minste 3 (drie) Evenementen. VHC stelt Heineken steeds<br />

uiterlijk zes (6) maanden vóór iedere Evenementenreeks op de hoogte van het aantal te<br />

realiseren Evenementen.”<br />

Via een door beide partijen geaccepteerd redactiestatuut (als Bijlage 1 aan de<br />

Sponsorovereenkomst gehecht) en een aantal ijkpunten werd bevorderd dat het<br />

evenement zou voldoen aan de wensen van de sponsor Heineken. Later bleek dat<br />

Heineken ondanks dit gewijzigde, en voor haar minder risicovolle, concept zich nauw<br />

met de organisatie bleef bemoeien (op de wijze waarop zij dit voorheen ook had<br />

gedaan), hoewel dit op basis van de Sponsorovereenkomst niet (meer) op haar weg<br />

lag.<br />

2.4 Heineken heeft overigens de ondertekening van de Sponsorovereenkomst vanaf begin<br />

2002, ondanks herhaalde toezeggingen en om onduidelijk redenen, geruime tijd<br />

uitgesteld. Curanda had zich jegens de Rabobank verplicht de vorderingen<br />

voortvloeiende uit de Sponsorovereenkomst aan de Rabobank te verpanden, hetgeen<br />

derhalve geruime tijd niet mogelijk was. Tegenover de verpanding zou de<br />

kredietfaciliteit worden verruimd. De getekende Sponsorovereenkomst is door curanda<br />

uiteindelijk pas in september 2002 ontvangen, waarna curanda tot verpanding kon<br />

overgaan.<br />

7


20300560/MVZ/cp<br />

Evaluatie HNL 2001 en 2002<br />

2.5 Het evenement HNL was in 2001 en 2002 voor Heineken succesvol afgesloten. Uit het<br />

door Heineken naar aanleiding van HNL 2001 en 2002 ingestelde onderzoek is<br />

namelijk gebleken dat het evenement op vrijwel alle contractuele voorwaarden heeft<br />

gescoord (productie 3).<br />

ENECO zegt subsponsorovereenkomst met Heineken op<br />

2.6 In oktober 2002 ontstond een probleem met ENECO. ENECO deelde curanda namelijk<br />

bij e-mail d.d. <strong>22</strong> oktober 2002 (productie 4) mede dat zij afziet van het sponsoren van<br />

het evenement. In deze e-mail stelde ENECO dat zij zich genoodzaakt ziet deze stap te<br />

nemen uit het oogpunt van kostenbeheersing en wegens het, naar haar oordeel,<br />

tegenvallend succes van het evenement. Heineken heeft rond deze datum een concept<br />

opzeggingsbrief ontvangen van ENECO. Na ontvangst van deze e-mail heeft curanda er<br />

alles aan gedaan Heineken te ondersteunen in haar vordering jegens ENECO teneinde<br />

de tussen Heineken en ENECO gesloten sponsorovereenkomst na te komen. Zonder<br />

financiële steun van ENECO was de organisatie van het evenement niet haalbaar.<br />

Inmiddels was curanda reeds verscheidene verplichtingen aangegaan, mede gelet op het<br />

feit dat zij na 1 oktober 2002 (voor welke datum ENECO de sponsorovereenkomst had<br />

behoren op te zeggen) niet meer behoefde te voorzien dat ENECO de<br />

sponsorovereenkomst zou beëindigen. Bij brief d.d. 25 oktober 2002 (productie 5)<br />

heeft ENECO aan Heineken de sponsorovereenkomst met onmiddellijke ingang<br />

opgezegd. Curanda voorziet Heineken van de nodige informatie zodat Heineken in kort<br />

geding veroordeling van ENECO tot betaling van de sponsorbijdrage kan vorderen.<br />

Gesprekken over verplaatsing van het evenement<br />

2.7 In een e-mail van 3 <strong>februari</strong> 2003 (productie 6) heeft curanda aan Heineken gemeld dat<br />

het de Amerikaanse bevolking inclusief artiesten duidelijk begint te worden dat er een<br />

oorlog komt met Irak. Het is ook vrij duidelijk wanneer deze oorlog gaat uitbreken, dat<br />

is in <strong>februari</strong>. Het gevolg zal volgens curanda zijn, net zoals na 11 september 2001, dat<br />

Amerikaanse artiesten al hun buitenlandse verplichtingen afzeggen. Noodlot wil,<br />

volgens curanda, dat men voor het concept HNL/Steam 2003 vrij sterk aangewezen is<br />

op Amerikaanse artiesten. Voorts heeft curanda erop gewezen dat de World Music<br />

Awards in Monaco, die op 5 maart 2003 zouden plaatsvinden, vanwege het feit dat<br />

artiesten zoals Mariah Carey, Beyoncé en Christina Aguilera, weigeren een<br />

commitment af te geven, zojuist is verschoven naar juni 2003. Curanda heeft<br />

aangegeven dat bevestigingen van artiesten waardeloos worden zodra de oorlog<br />

uitbarst. Tevens heeft curanda gemeld dat zij de week ervoor is begonnen een aantal<br />

noodscenario’s te plannen en graag met Heineken wil bespreken wat het beste scenario<br />

is voor alle betrokkenen.<br />

2.8 Bij e-mail van 4 <strong>februari</strong> 2003 (productie 7) heeft de heer M.P.J. Ruygrok van<br />

Heineken aan curanda, naar aanleiding van een gezamenlijke bespreking in<br />

Leidschendam, scenario 2 bevestigd, te weten:<br />

“Verplaatsen naar september indien artiesten niet op tijd Alleen in uiterste nood en na<br />

nader overleg.”<br />

8


20300560/MVZ/cp<br />

De context waarin deze opmerking is geplaatst had vooral betrekking op een situatie<br />

waarin curanda niet op tijd artiesten zou kunnen boeken. Dit werd op dat moment<br />

namelijk al moeilijk omdat er al gesproken werd over een mogelijke oorlog en er sprake<br />

was van SARS. De belangrijkste artiesten Jay-Z en Erykah Badu werden derhalve<br />

geboekt in een tijd waarin over een mogelijke Irak-oorlog wel al werd gespeculeerd.<br />

Curanda heeft een en ander ook aan Heineken uitgelegd. Artiesten wilden zich wel<br />

vastleggen maar zij zouden bij het uitbreken van een oorlog altijd het daadwerkelijk<br />

vliegen naar Nederland heroverwegen, met andere woorden dat hier, gelet op de<br />

omstandigheden, ondanks bevestigingen altijd een onzekerheid zou bestaan. Curanda<br />

heeft bij e-mail van 5 <strong>februari</strong> 2003 (productie 8) een reactie gestuurd op de hiervoor<br />

genoemde mail, waarin tevens is aangegeven dat het gesprek van 4 <strong>februari</strong> 2003 een<br />

constructief gesprek was. In dat gesprek heeft curanda het ook gehad over de situatie<br />

van overmacht. Deze kwam ter sprake omdat curanda in principe de topartiesten Busta<br />

Rhymes en Missy Elliot had vastgelegd, die echter in december 2002 aangaven de optie<br />

niet definitief te willen maken in verband met de oplopende onzekerheid met<br />

betrekking tot de oorlog. Hierop heeft curanda aan Heineken medegedeeld dat zij wel<br />

door kon gaan met het boeken van de artiesten maar dat er dus een risico bestond.<br />

Kort Geding Heineken-ENECO<br />

2.9 De behandeling van het kort geding tussen Heineken en ENECO vond uiteindelijk<br />

plaats op 6 <strong>februari</strong> 2003.<br />

Uit de op 30 januari 2003 door Heineken aan ENECO betekende kort geding<br />

dagvaarding (productie 9) en de pleitnotities van de advocaat van Heineken (productie<br />

10) blijkt van de stellingen van Heineken. Bij deze dagvaarding is tevens overgelegd de<br />

tussen Heineken en ENECO gesloten sponsorovereenkomst. Deze stellingen van<br />

Heineken zijn uiteraard ook van belang bij de beoordeling van de vorderingen van de<br />

curator op Heineken. Heineken heeft in rechte onder meer betoogd dat ENECO ten<br />

onrechte heeft gesteld dat zij een concreet toetsbaar plan inclusief een lijst met<br />

gecontracteerde artiesten zou hebben moeten ontvangen voor 1 augustus 2002. Dat was<br />

niet de bedoeling en ook niet mogelijk. Ten eerste omdat de laatst gehouden editie eerst<br />

dient te worden geëvalueerd alvorens tot het plannen van het nieuwe evenement wordt<br />

overgegaan. Tussen medio april en 1 augustus is dat traject niet te doorlopen. Daarnaast<br />

heeft Heineken erop gewezen dat het merendeel van de artiesten zich überhaupt niet op<br />

een zo lange termijn van tevoren wenst vast te leggen en zich ook niet laat vastleggen.<br />

De concrete artiesten worden pas in de loop van januari/<strong>februari</strong> van het daarop<br />

volgende kalenderjaar geboekt en kunnen ook eerst in die periode worden geboekt. In<br />

de maanden daaraan voorafgaand worden slechts oriënterende gesprekken gevoerd met<br />

de artiesten, onder andere teneinde hun eigen agenda met die van een evenement te<br />

laten samen vallen. Voorts heeft Heineken erop gewezen dat het in de voorgaande jaren<br />

niet anders ging en ENECO daar toen ook vrede mee had. Daarnaast heeft ENECO<br />

nimmer aangegeven dat de plannen zoals tot dusver gepresenteerd voor haar<br />

onvoldoende zouden zijn en dat zij een concrete uitwerking daarvan verlangde. Ten<br />

slotte heeft Heineken er in haar pleidooi op gewezen dat het noodzakelijk is dat over de<br />

gebondenheid van ENECO voor het komende evenement duidelijkheid wordt<br />

gecreëerd. Dat is allereerst nodig voor de goede verdere organisatie van het evenement<br />

en het daarvoor beschikbare budget. De door ENECO verschuldigde bijdrage beloopt<br />

een niet onaanzienlijk bedrag, welk bedrag vanzelfsprekend weegt in het voor de<br />

9


20300560/MVZ/cp<br />

organisatie van het totale evenement beschikbare budget, en daarmee dan ook voor de<br />

bepaling van de mogelijke uitgaven, en daarvan dan vanzelfsprekend met name die<br />

voor de artiesten. Ten tweede is enige helderheid geboden aangezien thans een aanvang<br />

zal worden gemaakt met de reclame voor het evenement en de vraag rijst of daarin nu<br />

wel of niet tevens ENECO dient te worden vermeld.<br />

Bij vonnis d.d. 13 <strong>februari</strong> 2003 (productie 11) overwoog de voorzieningenrechter<br />

onder meer:<br />

“4.8 Het voorgaande leidt tot de slotsom dat naar voorlopig oordeel boven redelijke twijfel is<br />

verheven dat de bodemrechter zal oordelen dat Eneco tot nakoming van de tussen partijen<br />

gesloten sponsorovereenkomst gehouden is, zodat de vordering van Heineken voor toewijzing<br />

gereed ligt.”<br />

De vordering van Heineken tot nakoming van de overeenkomst en betaling van een<br />

bedrag ad € 158.823,08 kon derhalve worden toegewezen. Dit betrof de eerste<br />

termijnbetaling van 50% van de totaal tussen Heineken en ENECO overeengekomen<br />

sponsorbijdrage.<br />

Wederom gesprekken tussen Heineken en curanda over mogelijk uitstel van HNL<br />

2.10 Bij brief van Heineken d.d. 14 <strong>februari</strong> 2003 (productie 12) heeft de heer M.P.J.<br />

Ruygrok van Heineken (met een kopie aan de heren H.H.F. Jansen, A.H. Scholten, P.<br />

Vertregt, allen werkzaam bij Heineken, alsmede aan de heer E. van Manen, consultant<br />

van Heineken) het kort geding vonnis aan curanda gezonden en haar gevraagd om een<br />

bevestiging dat het evenement doorgaat op 10, 11 en 12 april 2003 en dat op zijn minst<br />

de main acts zijn gecontracteerd. Verder heeft Heineken geschreven:<br />

“Als er gegronde redenen zijn om het evenement enkele maanden uit te stellen, staan we daar<br />

niet afwijzend tegenover, maar we moeten dan wel aan ENECO kunnen uitleggen dat er<br />

werkelijk sprake is van een overmachtsituatie. Op dit moment zijn we daar nog niet van<br />

overtuigd.”<br />

2.11 ENECO heeft Heineken bij brief van 26 <strong>februari</strong> 2003 (productie 13) bevestigd dat zij<br />

heeft voldaan aan het kort geding vonnis. Voorts heeft zij verwezen naar de<br />

verklaringen die Heineken tijdens de zitting heeft gedaan met betrekking tot de<br />

bekendmaking van de gecontracteerde artiesten. ENECO heeft Heineken in de<br />

gelegenheid gesteld binnen 30 dagen schriftelijk te bevestigen dat Heineken aan de<br />

door ENECO gestelde voorwaarden zal voldoen.<br />

Heineken heeft curanda deze brief van ENECO bij e-mail van 27 <strong>februari</strong> 2003<br />

(productie 14) gezonden. In deze e-mail heeft Heineken geschreven:<br />

“Je kunt nu niet langer wachten: uitstellen of doorgaan?<br />

Elk van die scenario’s heeft overigens serieuze consequenties die we eerst goed met elkaar<br />

moeten doornemen.<br />

Voor nu zal je een waterdichte case moeten hebben waarom er nog steeds geen artiesten zijn.<br />

Dus harde zwart op wit faxen enzo van meerdere topartiesten waar je een deal mee had maar<br />

die cancellen vanwege oorlog. Want Eneco gaat sowieso in hoger beroep.”<br />

10


20300560/MVZ/cp<br />

Curanda heeft Heineken per e-mail van 27 <strong>februari</strong> 2003 een concept reactie gezonden<br />

(productie 15). Hierin heeft curanda aangegeven dat het evenement hetzij in april 2003<br />

zal plaatsvinden, hetzij in september 2003. De oorzaak van deze 2 opties ligt in de<br />

schade die curanda heeft geleden door de opstelling van ENECO, alsmede in het feit dat<br />

er door de oorlogsdreiging van dat moment sprake is van een weigering van<br />

toonaangevende artiesten om te reizen, respectievelijk om alsnog commitments voor<br />

optredens af te geven. Voorts heeft curanda aangegeven dat indien HNL alsnog in april<br />

zal doorgaan zij hetzij op 6 maart hetzij op 13 maart het programma zal presenteren,<br />

waarna de voorverkoop direct zal aanvangen. Indien zij zal besluiten tot uitstel zal zij<br />

direct daarna overleg met ENECO voeren, aldus de tekst van de concept brief van<br />

curanda voor ENECO, gezonden aan Heineken op 27 <strong>februari</strong> 2003.<br />

2.12 Uit de door Heineken gemaakte agenda voor een bijeenkomst d.d. 28 <strong>februari</strong> 2003<br />

(productie 16) blijkt dat partijen de consequenties van doorgaan van het evenement in<br />

april 2003 en van uitstel naar september 2003 zouden bespreken. Tevens blijkt hieruit<br />

dat Heineken belang hecht aan haar positie ten opzichte van ENECO. Zo heeft zij<br />

geschreven:<br />

“We moeten hem (lees: Van Hoorn, toev. proc.) en onszelf aan de uitgangspunten van het hele<br />

verhaal houden, waarin we het Kort geding ingegaan zijn met Franks input (notabene uit zijn<br />

eigen presentatie aan Eneco), waarin we aangaven door te gaan met NightLive en met potentie<br />

voor 4 shows. Daarom moest Eneco gewoon meedoen.<br />

We kunnen die uitgangspunten niet zomaar straffeloos wijzigen. Hooguit door overleggen van<br />

echt keiharde, waterdichte contracten die er al lagen met topartiesten maar die door<br />

oorlogsdreiging schriftelijk gecancelled zijn. Alles minder dan dat maakt onze positie zo zwak<br />

dat het risico dat we de 7 ton van Eneco weer verliezen zeer groot is, zoniet 100%.<br />

De agenda zal dus eerder worden:<br />

AGENDA 28.02.2003 bij VHC<br />

1. Consequenties bij doorgaan in april: (…)<br />

Conclusie: nu doorgaan of toch uitstellen?<br />

2. Consequenties van uitstel naar september<br />

a. Eneco zal in een hoger beroep in dit geval vrijwel zeker haar geld terugkrijgen, tenzij er<br />

100% waterdicht en keihard bewijs van VHC is van getekende en daarna gecancellede<br />

contracten. Reken dus met 7 ton gulden minder!<br />

b. Risico’s van uitstel:<br />

- ‘van uitstel komt afstel’<br />

- ook dan nog onzekerheid over artiesten<br />

- verlies van geloofwaardigheid in de branche, intern bij Heineken en bij<br />

consumenten<br />

c. kosten van uitstel<br />

d. Voordeel: meer promotietijd, meer tijd om artiesten te regelen.”<br />

Curanda heeft op deze agenda gereageerd bij e-mail van 28 <strong>februari</strong> 2003 (productie<br />

17). Hierin heeft curanda onder meer het navolgende gesteld:<br />

11


20300560/MVZ/cp<br />

“In de eerste plaats wil ik je bij deze vriendelijk doch dringend verzoeken uitvoering te geven<br />

aan je contractuele verplichting tot betaling van het Eneco sponsorgeld. In je laatste brief<br />

daarover eis je van mij een verklaring omtrent het doorgaan van het evenement. Gezien het feit<br />

dat wij voortdurend overleg hebben over de voortgang van het evenement, gezien het feit dat<br />

met Heineken uitgebreid alle scenario’s rondom de show zijn doorgenomen en akkoord<br />

bevonden (uiterste datum rondkomen artiesten en start promotie op 13 maart as. en anders<br />

verschuiven naar september) gezien het feit dat wij beiden uitvoering dienen te geven aan een<br />

lopende overeenkomst heb ik geen enkele verplichting laat staan noodzaak tot het afgeven van<br />

een dergelijke verklaring. Ik wil je daarom vriendelijk doch dringend verzoeken het<br />

sponsorbedrag vandaag middels telefonische overboeking te voldoen. Ik stel Heineken bij deze<br />

in gebreke.”<br />

Het sponsorbedrag dat ENECO had betaald op basis van het kort geding vonnis (de<br />

eerste termijnbetaling van 50% van het overeengekomen bedrag) is vervolgens door<br />

curanda van Heineken ontvangen.<br />

2.13 Bij e-mail d.d. 3 maart 2003 (productie 18) heeft curanda (de heer M.P.J. Ruygrok<br />

van) Heineken als volgt geïnformeerd:<br />

“Conform je verzoek bevestig ik hiermee nogmaals onze recente gesprekken.<br />

Heineken NightLive aka Steam gaat door in April (behoudens zeer onvoorziene<br />

omstandigheden) zoals besproken op 11 en 12 april aanstaande. Onder onvoorziene<br />

omstandigheden moet je bijvoorbeeld een VS-Irak oorlog verstaan of een grote terreuraanslag.<br />

De door ons besproken verschuiving naar september komt daarmee te vervallen.<br />

Wij zijn in principe rond met Erykah Badu als ‘headliner’. We denken aanstaande donderdag<br />

in de publiciteit te gaan. Momenteel ben ik druk doende andere acts te boeken, die zullen tzt<br />

worden toegevoegd in de communicatie. Als DJ werken we nu aan de legendarische<br />

Grandmaster Flash en als host van de show DMC (van Run-DMC). Verder staan aanbiedingen<br />

open aan Jay-Z (via Scott Hunter Smith Heineken USA) en Eve.”<br />

Uit de hiervoor gememoreerde e-mail van curanda, alsmede uit het voorgaande overleg<br />

over mogelijke verplaatsing van het evenement blijkt dat de eerder besproken data van<br />

11 en 12 april 2003 niet “hard” zijn en curanda er ook mocht vertrouwen dat deze data<br />

bij de uitvoering van de Sponsorovereenkomst voor het geval een oorlog tussen de VS<br />

en Irak zou uitbreken niet “hard” waren.<br />

In een e-mail van 5 maart 2003 van Mark Ruygrok, met een cc naar onder meer<br />

bedrijfsjurist mr H.H.F. Jansen, heeft Heineken gereageerd op de e-mail van curanda<br />

van 3 maart 2003 (productie 19). In deze e-mail is geen bezwaar gemaakt tegen de<br />

bevestiging van curanda van de recente gesprekken, en meer speciaal de bevestiging<br />

van curanda dat HNL doorgaat in april, behoudens zeer onvoorziene omstandigheden<br />

(zoals bijvoorbeeld een VS-Irak oorlog of een grote terreuraanslag). Heineken schrijft<br />

onder meer:<br />

“Beste Frank,<br />

Hartelijk dank voor je mail over de doorgang van Heineken NightLive, en je eerdere mail met<br />

suggesties voor Eneco.”<br />

12


20300560/MVZ/cp<br />

Vervolgens bespreekt Heineken een aantal zaken waaruit geenszins blijkt van een<br />

betwisting van de in de e-mail van 3 maart 2003 bevestigde gesprekken tussen curanda<br />

en Heineken. Voorts heeft Heineken curanda verzocht te proberen vier shows, in plaats<br />

van 2, te organiseren.<br />

Curanda heeft per e-mail van 5 maart 2003 (productie 20) bevestigd dat conform<br />

afspraak met Mark Ruygrok en Peter Vertregt alle contracten met artiesten voor 2<br />

shows worden gesloten, evenals een optionele show op 10 april 2003. Curanda heeft<br />

gewezen op het feit dat de voorzieningenrechter het beroep van ENECO op 4 shows<br />

heeft afgewezen.<br />

Artiesten zeggen intussen toe op te treden<br />

2.14 Uit de als productie 21 overgelegde overeenkomst met betrekking tot Erykah Badu,<br />

opgesteld door William Morris Agency, Inc, blijkt dat op 5 maart 2003 is bevestigd dat<br />

Erykah Badu zal optreden op 11 en 12 april 2003.<br />

Tevens wordt als productie <strong>22</strong> overgelegd een bevestiging d.d. 12 maart 2003 van<br />

Evolution Talent Agency LLC met betrekking tot het optreden van Run DMC op 11 en<br />

12 april 2003.<br />

De contacten met Jay-Z waren opgezet door Heineken via Scott Hunter Smith van<br />

Heineken USA, waardoor mag Heineken ermee bekend worden geacht dat Jay-Z<br />

inderdaad had toegezegd tijdens HNL 2003 op te treden. Ten bewijze van de boeking<br />

van Jay-Z legt de curator als productie 23 enige correspondentie van curanda met de<br />

manager van Jay-Z, John Meneilly (om privacyredenen is het e-mail adres van de heer<br />

Meneilly door de procureur weggelakt) d.d. 10 maart 2003, 11 maart 2003 en 17 maart<br />

2003, waarbij tevens de concept overeenkomst is meegezonden. Overigens worden in<br />

de branche overeenkomsten tussen organisator en artiest steeds pas na de optredens<br />

ondertekend. Tevens wordt hierbij overgelegd een e-mail van curanda aan Scott Hunter<br />

Smith met betrekking tot de bevestiging dat Jay-Z zal optreden. Bij e-mail van 10 maart<br />

2003 (productie 24) heeft curanda overigens aan Heineken bevestigd dat Jay-Z rond is.<br />

Aangezien de contacten via Heineken USA liepen, en de hiervoor genoemde<br />

correspondentie, kan er overigens van worden uitgegaan dat Heineken reeds op de<br />

hoogte was van de toezegging van Jay-Z van 10 maart 2003.<br />

Discussie met ENECO<br />

2.15 Bij e-mail van 5 maart 2003 (productie 25) heeft Heineken gereageerd op een brief van<br />

ENECO d.d. 26 <strong>februari</strong> 2003. Belangrijke argumenten die Heineken in deze brief naar<br />

voren heeft gebracht zijn onder meer:<br />

1) de voorbereidingen zijn ernstig bemoeilijkt omdat ENECO weigerde de<br />

sponsorovereenkomst na te komen en als gevolg daarvan een gat in de begroting is<br />

geslagen;<br />

2) deze situatie blijft voortbestaan zolang ENECO de onzekerheid rond de<br />

sponsorbijdrage laat voortbestaan, o.a. door hoger beroep in te stellen tegen het kort<br />

geding vonnis;<br />

3) evenals in voorgaande jaren wordt eerst begonnen met de kaartverkoop voor de data<br />

11 en 12 april. Zodra die avonden zijn uitverkocht gaan andere data in de verkoop;<br />

13


20300560/MVZ/cp<br />

4) onvoorziene omstandigheden kunnen reden zijn voor uitstel van het evenement,<br />

omdat die aanleiding kunnen zijn voor artiesten om niet naar Ahoy te komen, zoals<br />

bijvoorbeeld een VS-Irak oorlog, of een grote terreuraanslag. Nu reeds heeft Van Hoorn<br />

Company ervaren dat door de oorlogsdreiging van dit moment toonaangevende<br />

artiesten- met name die uit de Angelsaksische wereld- huiverig zijn om naar Nederland<br />

te reizen, c.q. om alsnog commitments voor optredens te geven, aldus Heineken.<br />

2.16 Bij brief d.d. 10 maart 2003 (productie 26) heeft ENECO gereageerd op de brief van<br />

Heineken d.d. 6 maart 2003. ENECO heeft onder meer gesteld dat oorlog geen<br />

overmachtfeit is en dat curanda het evenement onvoldoende zou hebben voorbereid.<br />

Curanda heeft Heineken bericht bij e-mail d.d. 11 maart 2003 (productie 27) dat het<br />

terugbrengen van HNL 2003 van 4 naar 3 en wellicht zelfs naar 2 avonden desastreuze<br />

gevolgen heeft voor de opbrengst van de show. Curanda duikt derhalve wederom in de<br />

verliezen, en dat was in 2002 ook al het geval. Curanda heeft zich derhalve ingespannen<br />

om met een groot aantal leveranciers van het evenement de bestaande overeenkomsten<br />

open te breken en de prijzen aan te passen aan de nieuwe situatie. Voorts heeft curanda<br />

gemeld dat er “zéér positieve bedrijfswijzigingen op komst” zijn. Gevolg daarvan zal<br />

zijn dat curanda in 2003 en 2004 (de resterende looptijd van de Sponsorovereenkomst)<br />

in staat zal zijn haar activiteiten enorm uit te breiden hetgeen ook een gunstig effect zal<br />

hebben op de wijze waarop ze de HNL shows zal organiseren.<br />

Bij e-mail van 15 maart 2003 (productie 28) heeft curanda, onder meer aan Heineken,<br />

de line-up voor alle marketinguitingen bevestigd.<br />

Op 18 maart 2003 (productie 29) heeft curanda in een e-mail aan Heineken gereageerd<br />

op de brief van ENECO. Belangrijkste punten uit deze e-mail zijn dat ENECO volgens<br />

curanda ondeskundig oordeelt en ieder overleg over de inhoud van de show heeft<br />

geweigerd. Daarnaast heeft curanda aangegeven dat het er op lijkt dat ENECO wellicht<br />

wil schikken op 80% van het door haar te betalen bedrag.<br />

Bij e-mail van dezelfde datum (productie 30) heeft curanda aan Heineken bevestigd<br />

dat op dat moment overeenstemming is bereikt met de artiesten Grandmaster Flash,<br />

Postmen, Jay-Z, Erykah Badu en DMC. Curanda had aan Badu overigens in het kader<br />

van de met haar gesloten overeenkomst, reeds USD 142.500 betaald als voorschot. De<br />

curator heeft nog getracht betaling van dit voorschot na datum faillissement te vorderen.<br />

Echter, op basis van de inhoud van de tussen partijen gesloten overeenkomst was<br />

terugbetaling gelet op de feiten en omstandigheden in deze onderhavige zaak niet<br />

mogelijk. Uiteindelijk heeft de curator een overeenkomst met Badu gesloten op grond<br />

waarvan slechts USD 7.500 kon worden terug ontvangen. Duidelijk is wel, voor zover<br />

hier van belang, dat er met Badu een overeenkomst was gesloten en dat zij dus<br />

inderdaad vastgelegd was. Hiermee is een volledige “line-up” tot stand gebracht die<br />

voldoet aan de doelstellingen van Heineken.<br />

Oorlog VS-Irak breekt uit; curanda stelt verplaatsing van het evenement voor<br />

2.17 Op 20 maart 2003 om kwart over vier ’s ochtends maakte President Bush de oorlog<br />

tussen de VS en Irak bekend. Direct na de bekendmaking roerde de popwereld zich als<br />

14


20300560/MVZ/cp<br />

gevolg van de oorlog. Artiesten spraken zich uit tegen een oorlog en riepen op tot actie.<br />

Festivals dachten net als andere evenementen na over extra maatregelen en bereidden<br />

zich voor op mogelijke afzeggingen van optredens. De eerste artiesten bevestigden<br />

dadelijk uitstel van hun Europese optredens (productie 31).<br />

2.18 Bij e-mail van 26 maart 2003 (productie 32) heeft curanda Heineken bericht dat er<br />

onvoldoende kaarten worden verkocht voor HNL/Steam 2003. De oorzaak hiervan zou<br />

kunnen worden gevonden in:<br />

- de eerdere afzeggingen van artiesten (Missy Elliott en Busta Rhymes, zie hiervoor<br />

onder 2.11) en de daardoor bekorte promotieperiode. Tegelijkertijd stelt curanda zich<br />

op het standpunt dat artiesten als Jay-Z en Erykah Badu per act toch 5.000 à 7.000<br />

kaarten per artiest hadden moeten verkopen;<br />

- de oorlog in Irak heeft een negatieve invloed op het bestedingspatroon van de<br />

consument.<br />

Curanda heeft dan ook voorgesteld het evenement te verplaatsen naar het najaar 2003.<br />

Andere argumenten zijn dat nu de kaartverkoop achterblijft het evenement wellicht zal<br />

moeten worden teruggebracht tot één show, hetgeen niet goed is voor de exposure van<br />

Heineken, onoverkomelijke financiële risico’s voor curanda met zich brengt en de<br />

slagingskans van ENECO in de appelprocedure van het kort geding tegen Heineken<br />

vergroot. Verplaatsing lijkt voor alle partijen de beste oplossing onder de huidige,<br />

onvoorziene omstandigheden. Curanda heeft daarbij wel een voorbehoud gemaakt met<br />

betrekking tot de opstelling van de artiesten. Indien zij namelijk nakoming eisen<br />

ontstaat een andere situatie. Curanda gaf aan op dat moment overleg te voeren met de<br />

artiesten. Curanda deelde Heineken mede dat het op dat moment afzeggingen regent in<br />

de concertindustrie waardoor de gemiddelde consument begrip zal kunnen opbrengen<br />

voor het besluit. Men kan vervolgens besluiten de kaarten te houden of geld terug te<br />

vragen bij TicketService. Met betrekking tot ENECO heeft curanda voorgesteld met de<br />

3 juristen tijdens een conference call een gezamenlijk standpunt te bepalen. Ten slotte<br />

heeft curanda aangegeven dat vanwege het feit dat men in de tweede helft van die week<br />

op een point-of-no-return komt ten aanzien van productiewerkzaamheden men de<br />

volgende dag een besluit dient te nemen.<br />

2.19 Bij fax van 26 maart 2003 (productie 33) heeft Heineken curanda bericht dat zij het<br />

verzoek tot uitstel niet kan honoreren. Heineken heeft aangegeven dat curanda het jaar<br />

ervoor de opzet van het evenement (ook aan ENECO) heeft gepresenteerd, waarin de<br />

data 10, 11 en 12 april 2003 en een optie voor 9 april 2003 zijn genoemd. Daarom<br />

houdt ENECO Heineken nu aan die 4 data. Heineken heeft gesteld dat ENECO<br />

ongetwijfeld zal afhaken en het betaalde bedrag zal terugeisen indien het evenement<br />

wordt uitgesteld. Heineken zal curanda houden aan het organiseren van 3 avonden<br />

conform de overeenkomst. Mocht curanda besluiten niet 3 avonden te organiseren dan<br />

behoudt Heineken zich het recht voor de overeenkomst te ontbinden. Tevens zal<br />

Heineken een en ander in dat geval financieel moeten verrekenen, aangezien de<br />

vergoeding is gebaseerd op 3 avonden. Alle risico’s van terugvorderingen en<br />

schadeclaims van ENECO zijn volgens Heineken voor rekening van curanda. Heineken<br />

achtte een achterblijvende kaartverkoop een onvoldoende rechtvaardiging en wees ook<br />

het argument betreffende de economische voorspellingen van curanda van de hand.<br />

15


20300560/MVZ/cp<br />

Heineken hield curanda aan de data in april, met name uit angst voor het feit dat<br />

ENECO alsnog zal opzeggen.<br />

2.20 Bij fax van 26 maart 2003 heeft Heineken ENECO een reactie gestuurd op de brieven<br />

van 26 <strong>februari</strong> 2003 en 10 maart 2003 van ENECO (productie 34). Hierin heeft<br />

Heineken onder meer aangegeven dat zij heeft gewezen op de huidige situatie in de<br />

wereld om duidelijk te maken dat harde garanties (zoals door ENECO gevraagd) niet<br />

gegeven kunnen worden. Er wordt, aldus Heineken, hard gewerkt aan het evenement<br />

maar het is niet uitgesloten dat een of meer van de geboekte artiesten op het allerlaatste<br />

moment verstek laat gaan. Artiesten uit het buitenland (niet alleen de VS) plegen per<br />

vliegtuig te reizen en het is algemeen bekend dat de dreiging van terroristische<br />

aanslagen zodanig is dat veel reizigers- ook artiesten- huiverig zijn te vliegen. Voorts<br />

heeft Heineken aan ENECO geschreven:<br />

“Door de ontwikkelingen, in het bijzonder het uitbreken van de oorlog in Irak, houden wij in<br />

beraad of het laten doorgaan van het evenement in april a.s. opportuun en wenselijk is.<br />

Dienaangaande houden wij vooralsnog de mogelijkheid open het evenement te verplaatsen<br />

naar een later tijdstip in dit jaar (…). Dienaangaande wijzen wij u erop dat overeenkomstig het<br />

sponsorcontract de data waarop jaarlijks het evenement zal worden georganiseerd vrij zijn.”<br />

2.21 Bij e-mail d.d. 27 maart 2003 (productie 35) heeft curanda gereageerd op de hiervoor<br />

genoemde fax van Heineken. Hierin heeft curanda aangegeven dat uitstel van het<br />

evenement naar haar mening de enige reële optie is. Bij een zo lage kaartverkoop is het<br />

financieel niet haalbaar het evenement te laten doorgaan. Curanda kan deze verliezen<br />

niet opvangen. Door de gebeurtenissen in het verleden rond de organisatie, waaronder<br />

het geruime tijd niet ondertekend zijn van de overeenkomst en het uitblijven van de<br />

betaling van ENECO, is de Rabobank wantrouwig geworden en curanda vreest dat de<br />

Rabobank haar op basis van de lage kaartverkoop geen verdere financiering zal<br />

verstrekken. Voorts is er gegronde vrees dat verschillende artiesten op het allerlaatste<br />

moment nog zullen afzeggen, in verband met de weerzin voor reizen bij met name<br />

Amerikaanse artiesten, veroorzaakt door de oorlog in Irak en het SARS virus. Indien<br />

het evenement om wat voor reden dan ook op het allerlaatste moment moet worden<br />

afgelast zal er een duidelijk negatieve exposure zijn voor Heineken. De nadelen van het<br />

op dat moment tijdig aankondigen van uitstel om voor ieder begrijpelijke redenen, zijn<br />

vele malen kleiner dan de nadelen van een plotselinge totale afgelasting. Curanda<br />

verwachtte dat ENECO zeker problemen gaat maken in geval van een niet geslaagd<br />

evenement, hetgeen het geval zal zijn als er nauwelijks kaarten zijn verkocht. Curanda<br />

verwachtte dat de problemen met ENECO minder groot zijn bij uitstel. Immers, in de<br />

overeenkomst tussen Heineken en ENECO staat geen verplichting het evenement in<br />

april te organiseren en ook een rechter zal begrijpen dat er bij doorgaan in september<br />

een grotere exposure bestaat dan bij een niet geslaagd evenement in april. Uitstel is ook<br />

in het belang van ENECO, aldus curanda. Uitstel brengt voor Heineken en ENECO<br />

geen extra kosten met zich. De communicatiegelden zijn niet tevergeefs uitgegeven.<br />

Het belangrijkste doel van communicatie is exposure voor Heineken, die er immers in<br />

de periode van de communicatie volop is geweest. Curanda betwistte dat er sprake zou<br />

zijn van een toerekenbare tekortkoming harerzijds. Zij verwees naar een in de<br />

correspondentie neergelegde stelling dat het niet halen van bepaalde termijnen niet<br />

16


20300560/MVZ/cp<br />

mogelijk was door handelen van Heineken zelf. Curanda wees er op dat het laten<br />

doorgaan van het evenement op 11 en 12 april volstrekt onverantwoord is.<br />

In tegenstelling tot hetgeen de advocaat van Heineken later heeft gesteld heeft curanda<br />

met deze brief het evenement geenszins geannuleerd. Door curanda is aangegeven dat<br />

uitstel (niet annulering/afstel) de enige optie is.<br />

2.<strong>22</strong> Bij fax van 28 maart 2003 (productie 36) heeft Heineken (de heer H.H.F. Jansen, met<br />

kopie aan de heren P. Vertregt, A.H. Scholten en M.P.J. Ruygrok) gereageerd op de<br />

hiervoor genoemde e-mail van curanda. Heineken heeft curanda gehouden aan de<br />

verplichting van art. 3.1 van de Sponsorovereenkomst, te weten de organisatie van een<br />

evenement van ten minste drie dagen in de periode april-mei. Voor dat jaar zijn de<br />

uiterste begin- en einddatum nader bepaald op 9, respectievelijk 12 april 2003.<br />

Tegenvallende kaartverkoop, om welke reden dan ook, en eventuele financiële risico’s<br />

voor curanda kunnen volgens Heineken geen reden zijn het evenement uit te stellen en<br />

risico’s naar Heineken te schuiven, omdat expliciet is overeengekomen dat het<br />

evenement voor rekening en risico van curanda wordt georganiseerd. Uitstel van het<br />

evenement zou betekenen dat ENECO de reeds door haar aan Heineken betaalde<br />

bijdrage terugvordert en Heineken aansprakelijk stelt. Ook Heineken ondervindt bij<br />

uitstel imagoschade. Heineken heeft ontkend te zijn tekortgeschoten. Er zijn volgens<br />

Heineken geen goede redenen om het evenement te verplaatsen. Heineken heeft<br />

curanda gesommeerd voor 31 maart 2003 schriftelijk aan haar te bevestigen dat<br />

HNL/Steam volgens de afgesproken planning doorgaat in april 2003, bij gebreke<br />

waarvan Heineken zich het recht voorbehoudt haar bijdrage(n) in de ondersteuning van<br />

het evenement onmiddellijk te zullen opschorten.<br />

2.23 Bij e-mail van maandag 31 maart 2003 heeft de directeur van curanda aangegeven dat<br />

hij vanaf de volgende dag in New York zal zijn en dat hij donderdag 3 april 2003 weer<br />

terug zou zijn. Voorts gaf hij aan via zijn mobiele telefoon en de e-mail bereikbaar te<br />

zijn en dat de advocaat van curanda een reactie zou sturen aan Heineken naar<br />

aanleiding van het gesprek dat op 31 maart 2003 had plaatsgevonden.<br />

2.24 Curanda heeft, gelet op het feit dat Heineken die dag overleg over de kwestie had, in<br />

een e-mail van 1 april 2003 om 12.27 uur (productie 37) de concept e-mail van de<br />

advocaat van curanda gezonden. In deze e-mail bevestigde de advocaat van curanda aan<br />

Heineken het met Heineken gevoerde telefoongesprek van 31 maart 2003. Zij heeft<br />

Heineken in genoemd telefoongesprek medegedeeld dat curanda thans in de<br />

onmogelijkheid verkeert om na te komen. Immers, er doet zich een evidente<br />

overmachtsituatie voor, omdat inmiddels twee artiesten, Jay-Z en Erykah Badu, hebben<br />

laten weten dat zij niet naar Nederland zullen reizen en niet aanwezig zullen zijn op de<br />

evenementen van 11 en 12 april 2003. Het betreft een afzegging van de twee hoofdacts<br />

en het is naar de mening van curanda absoluut niet zinvol evenementen zonder deze<br />

twee belangrijke artiesten door te laten gaan. Het is onmogelijk in de korte resterende<br />

tijd van 10 dagen vervanging voor deze topacts te regelen. Op dit moment bestaat er<br />

geen andere mogelijkheid dan uitstel van het evenement tot september 2003. AHOY (de<br />

locatie waarin HNL/Steam zou plaatsvinden) heeft de enige nog beschikbare data in<br />

2003 vrijgemaakt voor HNL/Steam en wel 24 en 25 september 2003, alsmede 23<br />

september 2003 voor een optionele show. Een uitgewerkt plan, met<br />

17


20300560/MVZ/cp<br />

communicatiemogelijkheden zal curanda op korte termijn aan Heineken zenden. De<br />

schade is bij uitstel veel geringer dan de schade bij doorgang met slechts één van de<br />

drie aangeboden topattracties. Curanda stelt zich op het standpunt dat er geen sprake is<br />

van een toerekenbare tekortkoming van haar, nu het niet doorgaan van de evenementen<br />

in april niet te wijten is aan haar schuld en ook niet voor haar rekening kan komen. De<br />

overmacht impliceert geen blijvende onmogelijkheid, het is mogelijk een goed<br />

evenement te organiseren in september 2003. Heineken kan derhalve niet ontbinden.<br />

Indien zij dat wel zal doen stelt curanda Heineken reeds nu voor alsdan aansprakelijk<br />

voor alle schade die curanda zal lijden. Daarnaast zal curanda alsdan het<br />

contractsbelang als schade vorderen. Immers, curanda zou nog voor volgend jaar<br />

evenementen organiseren en de daarmee verwachte winst zal onderdeel uitmaken van<br />

de schadevergoeding. Daarnaast lijdt curanda aanzienlijke reputatieschade. Curanda<br />

heeft Heineken in deze e-mail gevraagd akkoord te gaan met uitstel tot september 2003<br />

in verband met de ontstane overmachtsituatie.<br />

2.25 Bij e-mail van dezelfde datum, verzonden om 12.44 uur (productie 38), heeft curanda<br />

Heineken nader bericht met betrekking tot de praktische kant van de zaak. Verschuiven<br />

is de enige reële optie. Curanda heeft in deze e-mail een groot aantal stappen<br />

voorgesteld om een verplaatsing zo soepel mogelijk te laten verlopen met de minst<br />

mogelijke schade voor alle betrokkenen. Verplaatsing zou zelfs nog een aantal extra<br />

mogelijkheden kunnen bieden waarmee het project wellicht nog interessanter gemaakt<br />

zou kunnen worden. Curanda zal onder meer voor eigen rekening en risico (dat wil<br />

zeggen zonder dat Heineken nadere kosten behoeft te maken) het evenement de<br />

komende 5 maanden blijven promoten, door middel van minimaal print en radio en<br />

wellicht televisie. In principe hebben alle artiesten mondeling gezegd te willen<br />

meewerken aan het verplaatsen van de show. Het lijkt er dus op dat de “line-up” intact<br />

blijft. Curanda zal voor eigen rekening en risico, indien nodig, additionele artiesten<br />

bijboeken om het programma nog spraakmakender te maken en een extra impuls te<br />

geven aan de kaartverkoop. Ook dit brengt dus voor Heineken geen extra kosten met<br />

zich. Curanda zal zorgen voor “bewijslast” met name ook naar ENECO met betrekking<br />

tot de overmacht, c.q. het afzeggen van de artiesten. Curanda vergoedt kaartverkopers<br />

die eventueel hun geld terugvragen. De directeur van curanda deelde mede nog dezelfde<br />

dag naar New York te vertrekken voor bespreking met de managers van de artiesten<br />

teneinde de verplaatsing definitief te maken. Curanda heeft er nogmaals op gewezen dat<br />

dit soort uitstel in deze branche, en zeker onder deze omstandigheden, zeer gebruikelijk<br />

is en door de consumenten goed zal worden opgepikt. Dus ook hier ontstaat geen<br />

schade of risico voor Heineken, aldus curanda. Bovendien heeft curanda erop gewezen<br />

dat Heineken reeds de positieve effecten van alle publiciteit heeft gekregen en die<br />

positieve effecten uiteraard in stand blijven bij verplaatsing. Juist bij definitieve<br />

afgelasting van het evenement zouden deze positieve effecten te niet gedaan worden.<br />

Curanda neemt aan dat er nog overleg zal worden gevoerd. Enkele voorbeelden van<br />

afgelastingen van evenementen in de onderhavige periode alsmede ten gevolge van<br />

andere oorlogen/terreurdreiging (Afghanistan/terreuraanvallen) waarbij Amerika recent<br />

betrokken was worden als productie 39 in het geding gebracht.<br />

2.26 Bij e-mail d.d. 1 april 2003 (productie 40) heeft de heer P. Vertregt van Heineken<br />

gereageerd op de e-mails van 31 maart 2003 en 1 april 2003 door aan te geven dat hij<br />

18


20300560/MVZ/cp<br />

erg “pissed off” is over deze gang van zaken en dat hij stopt per e-mail te reageren.<br />

Verder wenst hij de directeur van curanda veel plezier in New York.<br />

2.27 Bij e-mail van 2 april 2003 te 14.37 uur (productie 41) heeft curanda de heer Vertregt<br />

(in kopie naar de andere betrokkenen verzonden) bericht dat er ten gevolge van de zeer<br />

bijzondere omstandigheden, respectievelijk overmacht, nog maar één keuze is die beide<br />

partijen niet willen. Overigens is dat een optie die curanda “bakken met geld kost”,<br />

maar curanda geeft aan dat zij zo goed mogelijk onder de omstandigheden haar<br />

verplichtingen wil nakomen en er het beste van wil maken met het oog op de belangen<br />

van alle partijen, inclusief en vooral die van Heineken. Curanda heeft tevens<br />

aangegeven dat Heineken tot op dat moment kiest voor een juridisch breekscenario.<br />

Voorts heeft curanda aangegeven dat zij niet in New York zit voor plezier maar tussen<br />

9.00 uur en 12.00 uur besprekingen heeft met de managers van alle 4 betrokken<br />

artiesten om voor september 2003 alles op de rit te krijgen. Curanda wijst er op dat het<br />

feit dat Heineken nu afhaakt en blijkbaar aanstuurt op contractbreuk uitermate<br />

contraproductief en schadelijk is, terwijl curanda er alles aan doet om haar<br />

verplichtingen na te komen en juist aankondigt extra investeringen te gaan doen.<br />

2.28 Bij e-mail d.d. 2 april 2003 te 15.17 uur (productie 42) heeft curanda vanuit Amerika<br />

bericht dat zij, bij gebrek aan medewerking van Heineken, inmiddels alle<br />

voorbereidingen heeft afgerond voor het noodscenario van “verzetten”. Alles is voor<br />

verdere input verzonden aan de consultant van Heineken, de heer E. van Manen.<br />

Curanda verzoekt Heineken dringend zich te conformeren aan dit plan en zij verzoekt<br />

om nader overleg omtrent de ten opzichte van ENECO te volgen strategie.<br />

2.29 Bij brief (tevens e-mail) d.d. 2 april 2003 (productie 43) aan curanda heeft (de heer<br />

H.H.F. Jansen van) Heineken bevestigd dat curanda niet heeft voldaan aan haar<br />

verzoek, respectievelijk sommatie, om uiterlijk 31 maart 2003 om 12.00 uur schriftelijk<br />

aan haar te bevestigen dat HNL volgens het afgesproken concept en volgens de<br />

afgesproken planning, dat wil zeggen in april 2003, doorgaat. Heineken heeft verwezen<br />

naar het bepaalde in art. 3.1 van de Sponsorovereenkomst, waarin is bepaald dat de<br />

evenementenreeks dient plaats te vinden in april en/of mei. Op grond van het bepaalde<br />

in art. 8.1 van de Sponsorovereenkomst is de sponsorvergoeding uitsluitend door<br />

Heineken verschuldigd indien 3 of meer evenementen in deze periode plaatsvinden. De<br />

weigering of onmogelijkheid van curanda het evenement op de afgesproken dagen in<br />

april aanstaande te doen doorgaan impliceert dat de door Heineken betaalde bedragen<br />

ad totaal € 650.998,66 onverschuldigd zijn betaald. Hetzelfde geldt voor de door<br />

Heineken nu nodeloos gemaakte uitzendkosten voor commercials, welke kosten<br />

volgens Heineken € 150.000,00 bedroegen. Heineken is het niet eens met curanda dat<br />

zij met haar zou zijn overeengekomen dat de gevolgen van afgelasting of verschuiving<br />

van het evenement voor rekening en risico van Heineken komen, ook niet indien sprake<br />

zou zijn van overmacht. Heineken verzoekt curanda het bedrag ad € 800.998,66 binnen<br />

5 dagen na 2 april 2003 te voldoen, bij gebreke waarvan zij zal overgaan tot<br />

rechtsmaatregelen. Overigens is zij van mening dat curanda toerekenbaar tekortschiet in<br />

de nakoming van haar verplichtingen. Het verzuim rechtvaardigt ontbinding. Of zij tot<br />

ontbinding zal overgaan houdt zij op dat moment nog in beraad. Ontbinding van de<br />

Sponsorovereenkomst door Heineken heeft overigens ook nadien nimmer<br />

19


20300560/MVZ/cp<br />

plaatsgevonden. Heineken stelt dat er geen sprake is van overmacht of begrijpelijke<br />

afzeggingen. Daarnaast deelde Heineken mede dat zij niet kan inzien hoe uitstel kan<br />

worden gerealiseerd zonder dat Heineken nog meer risico’s loopt en de daaraan<br />

verbonden kosten worden gedekt.<br />

2.30 Bij brief en fax d.d. 3 april 2003 van 9.41 uur (productie 44) heeft de advocaat van<br />

curanda, mevrouw mr. J.A. Schaap te Amsterdam, Heineken nader geïnformeerd in<br />

vervolg op de e-mail van curanda aan Heineken van 27 maart 2003 over het uitstel.<br />

Zekerheidshalve heeft mr. Schaap Heineken nogmaals haar brief van 1 april 2003<br />

gezonden, alsmede de nadere uitwerking door curanda van het uitstel. Bij deze brief<br />

heeft mr. Schaap tevens de e-mail zijdens Jay-Z d.d. 1 april 2003 aan Heineken<br />

gezonden waaruit blijkt dat Jay-Z in verband met de onzekerheden ten gevolge van de<br />

oorlog niet naar Nederland reist. Curanda is nog in afwachting van een schriftelijke<br />

bevestiging van het afzeggen van Erykah Badu. Curanda heeft in deze brief gesteld dat<br />

overduidelijk sprake is van een situatie van overmacht. Curanda heeft bestreden dat er<br />

sprake zou zijn van een toerekenbare tekortkoming. De slechte kaartverkoop is nooit<br />

gebruikt als reden voor uitstel. Curanda heeft op de slechte verkoop gewezen als reden<br />

voor een uitstel. De reden waarom uitstel nu geen optie meer is (maar noodzaak) en<br />

waarom op de geplande data eenvoudigweg niet kan worden nagekomen is echter<br />

gelegen in de afzeggende artiesten en niet in de slechte kaartverkoop. Curanda heeft<br />

betwist dat Heineken recht heeft tot ontbinding van de overeenkomst. Er is geen sprake<br />

van een mogelijke ontbinding op grond van overmacht, aangezien op korte termijn<br />

alsnog een evenement is te organiseren. Een uitstel is ook in het belang van Heineken<br />

en de schade die Heineken bij een uitstel zal lijden is beduidend minder dan bij afstel.<br />

Curanda bevestigt nogmaals dat Heineken geen extra risico zal lopen bij uitstel en geen<br />

extra kosten zal hoeven te maken. Curanda bevestigde dat zij ingeval van uitstel bereid<br />

is tot het volgende:<br />

- curanda kondigt het uitstel aan door middel van een persbericht en eventueel een<br />

advertentie in De Telegraaf;<br />

- curanda zal (voor eigen rekening en risico) het evenement de komende 5 maanden<br />

blijven promoten door middel van minimaal print en radio en wellicht televisie;<br />

- curanda zal (voor eigen rekening en risico) artiesten bijboeken om het programma nog<br />

spraakmakender te maken en een extra impuls te geven aan de kaartverkoop, gedacht<br />

wordt aan The Roots en Miss Dynamite;<br />

- curanda zal kaartkopers die hun geld terugvragen vergoeden.<br />

Alle artiesten die in april waren geboekt hebben reeds mondeling verklaard in beginsel<br />

te willen meewerken aan verplaatsing van het evenement. Verder heeft curanda<br />

voorgesteld dat zodra de heer Van Hoorn op vrijdag 4 april 2003 terug is uit Amerika<br />

partijen om de tafel gaan zitten om deze optie serieus te bespreken. Uit de stukken blijkt<br />

dat door de houding van Heineken hier feitelijk een sponsor (Heineken), die geen<br />

verantwoordelijkheid heeft voor de organisatie van een muziekevenement, voor<br />

afgelasting zorgt.<br />

2.31 Bij e-mail van 3 april 2003 heeft curanda aan de heer E. van Manen een concept tekst<br />

gezonden voor de advertentie voor de verplaatsing van het evenement naar 24 en 25<br />

september 2003 (productie 45).<br />

20


20300560/MVZ/cp<br />

2.32 Bij nadere e-mail van 3 april 2003 (productie 46) heeft curanda Heineken en haar<br />

consultant laten weten dat zij zojuist is geïnformeerd dat Heineken beslag heeft doen<br />

leggen op haar bankrekening. De consequenties voor de door curanda in AHOY, daags<br />

voor HNL/Steam georganiseerde shows van Gordon, met alle verplichtingen van dien<br />

(die ten gevolge van de beslaglegging door Heineken niet meer door curanda kunnen<br />

worden nagekomen), en de verplichtingen inzake HNL/Steam laten zich raden. Voorts<br />

geeft curanda aan dat het erop lijkt dat Heineken het project Steam alsmede het bedrijf<br />

van curanda ten gronde wil richten.<br />

2.33 Inmiddels was Heineken dus gestart met het treffen van rechtsmaatregelen jegens<br />

curanda. Dit terwijl zij de overeenkomst niet had ontbonden en de sommatietermijn van<br />

5 dagen na 2 april 2003 nog niet was verstreken. Bij verzoekschrift d.d. 1 april 2003<br />

(productie 47) had Heineken verlof gevraagd voor het leggen van conservatoir beslag<br />

onder de Rabobank en op de onroerende zaak van curanda aan de Willemsparkweg 46<br />

te Amsterdam, zulks ter verzekering van een begrote vordering ad € 950.000,00. In het<br />

verzoekschrift had Heineken onder meer gesteld:<br />

“Gelet op de verzuimen van Van Hoorn Company heeft Heineken de overeenkomst tussen<br />

partijen bij schrijven van 1 april 2003 buitengerechtelijk ontbonden.”<br />

Van ontbinding is echter, zoals reeds hiervoor is aangegeven, geen sprake. Er bestaat<br />

niet eens een brief van Heineken van 1 april 2003, laat staan een ontbindingsverklaring.<br />

Op dit punt is de voorzieningenrechter derhalve door Heineken misleid. Bovendien<br />

bestond er geen grond voor Heineken om de Sponsorovereenkomst te ontbinden.<br />

Immers van toerekenbare tekortkoming in de nakoming aan de zijde van curanda was<br />

geen sprake.<br />

2.34 Op 2 april 2003 heeft Heineken, na op die datum verkregen verlof, conservatoir<br />

derdenbeslag doen leggen onder de Rabobank, welke bank aan curanda een<br />

kredietfaciliteit had verstrekt (productie 48). Tevens heeft Heineken op 2 april 2003,<br />

derhalve op een moment dat de sommatietermijn nog niet was verstreken, conservatoir<br />

beslag doen leggen op het kantoorpand van curanda aan de Willemsparkweg 46 te<br />

Amsterdam (productie 49). De beslagstukken zijn overigens op 7 april 2003 aan<br />

curanda betekend (productie 50).<br />

2.35 Bij e-mail d.d. 3 april 2003 (productie 51) heeft de advocaat van Heineken, mr.<br />

Ch.Y.M. Moons te Amsterdam, aan de advocaat van curanda voorgesteld een<br />

bespreking te beleggen op zijn kantoor aan het begin van de volgende week.<br />

2.36 Bij e-mail van 3 april 2003 (productie 52) heeft Heineken curanda een reactie<br />

gezonden op het conceptpersbericht. Hierin heeft Heineken ervoor gekozen niet een<br />

uitstel van het evenement maar een afgelasting hiervan te vermelden. Voorts werd<br />

aangegeven dat nog niet bekend was of en wanneer het evenement plaats gaat vinden.<br />

2.37 Bij e-mail van 3 april 2003 (productie 53) heeft curanda gereageerd op de hiervoor<br />

genoemde e-mail van Heineken. Hierin heeft curanda aangegeven dat Heineken ten<br />

21


20300560/MVZ/cp<br />

gevolge van het door Heineken gelegde beslag haar relatie met de bank heeft laten<br />

ontploffen en dat curanda ten gevolge van dit beslag ook geen financiële mogelijkheden<br />

meer heeft. De bank is na de beslaglegging niet overgegaan tot opzegging van de<br />

financieringsrelatie. De bank was na het door Heineken gelegde beslag evenwel niet<br />

meer bereid betalingsopdrachten uit te voeren, welke de ongeoorloofde overstand had<br />

doen vergroten. Feitelijk betekende de beslaglegging dan ook dat de bedrijfsvoering<br />

van curanda was stilgelegd. Curanda heeft Heineken medegedeeld dat iedere plaatsing<br />

door Heineken van welke advertentie dan ook als een onrechtmatige daad wordt gezien.<br />

Curanda heeft bevestigd dat zij Heineken uitdrukkelijk geen toestemming geeft tot<br />

plaatsing van de advertenties over te gaan.<br />

2.38 Bij e-mail van 4 april 2003 van 12.32 uur (productie 54) heeft Heineken curanda<br />

bevestigd dat zij die ochtend voor de keuze stond om de volgende dag (zaterdag), of<br />

desnoods nog later bekend te maken aan het publiek dat Heineken NightLive Steam niet<br />

doorgaat op 11 en 12 april. Heineken heeft curanda medegedeeld dat zij aanstaande<br />

dinsdag de door Heineken aan haar toegezonden tekst voor de op die dag te publiceren<br />

advertentie zal gebruiken.<br />

2.39 Bij e-mail van 4 april 2003 van 13.42 uur (productie 55) heeft Heineken ENECO<br />

geïnformeerd. Curanda had geen afschrift van deze brief ontvangen. De curator heeft<br />

deze brief na datum faillissement van ENECO ontvangen. Heineken heeft in deze brief<br />

onder meer geschreven:<br />

“Tot onze grote spijt moeten wij u berichten dat Heineken NightLive hoogstwaarschijnlijk niet<br />

kan doorgaan in april 2003. Wij hebben alles in het werk gesteld om het evenement te<br />

realiseren. De zaal is gehuurd, artiesten zijn geboekt, etc.<br />

Onlangs berichtte Van Hoorn Company ons dat de topacts op het laatste moment besloten<br />

hebben niet naar Ahoy’ te komen. Een en ander houdt verband met de actuele toestand in de<br />

wereld.<br />

In de afgelopen weken zijn her en der optredens van artiesten om deze reden afgelast. Zeer<br />

recent zegden onder meer Nelly, Eve, Sharon Ozbourne, Kelly Rowland en Rolling Stones<br />

optredens af i.v.m. de voortdurende oorlogstoestand en/of SARS.<br />

Van Hoorn Company wil het evenement enkele maanden verschuiven. Hij overlegt deze week<br />

met artiesten.<br />

Wij beraden ons thans over de consequenties en de te ondernemen stappen, waarbij wij ook de<br />

belangen van Eneco in ogenschouw nemen.<br />

Op korte termijn zullen wij u nader informeren.”<br />

Op het moment dat Heineken deze e-mail aan ENECO zond had Heineken reeds<br />

beslagen gelegd ten laste van curanda en dreigde zij met ontbinding van de<br />

Sponsorovereenkomst. Tevens had zij op dat moment al een concept advertentietekst<br />

gemaakt waarin het evenement werd afgelast, in plaats van uitgesteld. Heineken heeft<br />

er van afgezien ENECO van vorenstaande feiten in kennis te stellen.<br />

<strong>22</strong>


20300560/MVZ/cp<br />

2.40 Bij e-mail van 4 april 2003 van 18.41 uur (productie 56) heeft Heineken aan curanda<br />

bericht dat zij zich het recht voorbehoudt actie te ondernemen om de consumenten te<br />

informeren.<br />

2.41 Bij e-mail van 4 april 2003 van 20.59 uur (productie 57) heeft curanda Heineken<br />

bericht dat zij zich beraadt over de ontstane- uitzichtloze- situatie en dat zij zich<br />

maandag weer meldt.<br />

2.42 Bij e-mail d.d. 7 april 2003 (productie 58) heeft mr. Moons mr. Schaap medegedeeld<br />

dat Heineken, desgevraagd, bereid is te bezien of het beslag kan worden opgeheven.<br />

Heineken heeft daar geen bezwaar tegen, indien curanda, ter beperking van haar schade,<br />

ter vervanging van het evenement zoals dat was gepland voor 9-12 april a.s. een<br />

daarmee vergelijkbaar, zelfstandig, evenement voor eigen rekening en risico in<br />

september a.s. organiseert, met dien verstande dat Heineken daar geen bemoeienissen<br />

of betrokkenheid meer mee zal hebben, geen gebruik zal kunnen worden gemaakt van<br />

naam/merk Heineken en/of NightLive en de sponsorgelden van Heineken niet<br />

beschikbaar zijn. Met andere woorden de reeds betaalde sponsorbedragen dienden door<br />

curanda aan Heineken te worden terugbetaald. Dit was voor curanda geen reële optie.<br />

Immers zij was niet in staat een dergelijk bedrag terug te betalen en was ook voor het<br />

overige van mening dat er geen rechtsgrond voor terugbetaling bestond. Bovendien<br />

was, gelet op de verwevenheid van Heineken bij het evenement (het evenement heette<br />

ten slotte Heineken NightLive), voortzetting van het evenement zonder sponsor<br />

Heineken ook om praktische redenen niet meer mogelijk gelet op de fase waarin het<br />

evenement was gekomen.<br />

2.43 Bij e-mail van 8 april 2004 om 10.57 uur (productie 59) heeft curanda gereageerd op<br />

de e-mail van Heineken van 4 april 2003 over de tekst van de te plaatsen advertentie.<br />

Curanda heeft aangegeven dat zij met de heer P. Vertregt gesproken heeft en dat een<br />

onafhankelijke bemiddelaar wordt aangesteld die op zeer korte termijn moet kijken of<br />

een oplossing kan worden gevonden. Ten gevolge van de gelegde beslagen kan curanda<br />

niet zelf adverteren. Curanda begrijpt dat de mensen moeten worden geïnformeerd maar<br />

het is voor curanda van groot belang in de advertentietekst rekening te houden met de<br />

mogelijkheid van uitstel. Immers, voorkomen moet worden dat de ticketkopers nu al<br />

hun geld (kunnen) terugvragen terwijl bij uitstel de normale regel is dat de kaarten<br />

geldig blijven voor het uitgestelde evenement. Curanda heeft aangegeven dat geld<br />

terugvragen voor onoverkomelijke problemen zal zorgen. Daarom heeft curanda<br />

voorgesteld te melden dat het evenement wordt afgelast omdat de Amerikaanse<br />

artiesten hebben afgezegd en dat nog gewerkt wordt aan een mogelijk doorgaan van het<br />

evenement op een later tijdstip en dat hierover zo spoedig mogelijk nadere informatie<br />

volgt. Bij de mail heeft curanda een tekstvoorstel van een advertentie gevoegd.<br />

2.44 Bij e-mail van 8 april 2004 om 11.18 uur (productie 60) heeft Heineken het voorstel tot<br />

mediation door advocatenkantoor Boekel De Nerée afgewezen. Voorts heeft Heineken<br />

aangegeven dat de deadline voor het plaatsen van de noodzakelijke advertentie voor het<br />

publiek 12.00 uur is. Heineken heeft curanda medegedeeld dat zij er niet mee akkoord<br />

gaat dat in de advertentie wordt verklaard dat het evenement verplaatst wordt, omdat dit<br />

niet is afgesproken met Heineken. Aangezien Heineken van mening is dat zij toe dan<br />

23


20300560/MVZ/cp<br />

toe nog geen afdoende bewijzen heeft ontvangen van annuleringen van artiesten, maar<br />

tegelijk curanda niet zwart wil maken, heeft zij in de advertentie in het midden gelaten<br />

of het juist is dat de artiesten hebben geannuleerd. Dat verklaart de toevoeging: “aldus<br />

de organisator”. Ten slotte heeft Heineken gesteld dat zij zich genoodzaakt ziet om<br />

contact op te nemen met Ticketservice en eindelijk de advertentie te plaatsen.<br />

2.45 Bij e-mail van 8 april 2003 van 11.31 uur (productie 61) heeft Heineken curanda,<br />

onder verwijzing naar haar mail van kort daarvoor dat zij niet akkoord kan gaan met het<br />

door curanda aangeleverde concept persbericht. Heineken heeft curanda geadviseerd<br />

een persbericht te maken dat qua tekst naadloos aansluit bij de advertentie die Heineken<br />

gaat plaatsen.<br />

2.46 Bij e-mail van 8 april 2003 van 11.37 uur (productie 62) heeft de heer Van Hoorn van<br />

curanda de heer Ruygrok van Heineken aangegeven dat hij die ochtend herhaaldelijk<br />

contact met hem heeft opgenomen inzake de advertentie, maar dat de heer Ruygrok had<br />

geweigerd hem te woord te staan. Curanda heeft aangegeven niet akkoord te gaan met<br />

de tekst van de advertentie aangezien deze suggestief en misleidend is ten aanzien van<br />

curanda. Voorts heeft curanda Heineken erop gewezen dat curanda opdrachtgever voor<br />

TicketService is en TicketService geen opdracht van Heineken zal aannemen.<br />

2.47 Bij e-mail van 8 april 2003 van 11.45 uur (productie 63) heeft curanda Heineken<br />

bevestigd dat het geen zin heeft een voorstel voor een persbericht te maken op basis van<br />

een advertentietekst waar zij het niet mee eens is en die schadelijk is voor de<br />

consument, TicketService, curanda en Heineken zelf. Wederom heeft curanda<br />

benadrukt dat het niet mogelijk is gebleken de heer Ruygrok te spreken die ochtend.<br />

2.48 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.15 uur (productie 64) heeft curanda aan Heineken<br />

de tekst van het persbericht verzonden.<br />

2.49 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.<strong>22</strong> uur (productie 65) heeft Heineken curanda de<br />

definitieve tekst voor de advertentie gezonden, welke tekst inmiddels was aangeleverd<br />

en zou worden geplaatst. Voorts heeft Heineken onder meer opgemerkt dat zij geen<br />

sluitende bewijzen heeft ontvangen van annulering door meerdere Amerikaanse<br />

artiesten. Daarom had zij in de oorspronkelijke versie van de advertentie de woorden<br />

“aldus de organisator” opgenomen. Curanda had geëist dat Heineken deze woorden zou<br />

schrappen. Heineken heeft deze woorden geschrapt maar aan curanda medegedeeld dat<br />

hiermee door Heineken niet wordt geaccepteerd dat de reden van het vervallen van<br />

NightLive in april (uitsluitend) is gelegen in annulering door artiesten. Daarom kon<br />

Heineken ook niet akkoord gaan met de door curanda gevraagde toevoeging “wegens<br />

de oorlog in Irak en SARS”. Aangezien Heineken daarvoor geen bewijs heeft<br />

ontvangen kan zij een en ander ook niet melden aan het publiek.<br />

Met betrekking tot de afmeldingen wordt in deze procedure door de curator verwezen<br />

naar de navolgende stukken. Bij e-mail d.d. 1 april 2003, die door Heineken als<br />

productie 11 aan haar dagvaarding is gehecht (waarmee tevens vaststaat dat zij dit<br />

bewijs van de annulering in haar bezit had gekregen), heeft de platenmaatschappij van<br />

Jay-Z bevestigd:<br />

24


20300560/MVZ/cp<br />

“Due to uncertainty caused by this war, Jay-Z will not be travelling to Holland as planned.”<br />

Deze e-mail is dadelijk doorgezonden door een medewerkster van curanda aan Mark<br />

Ruygrok. De advocaat van Jay-Z heeft vervolgens bij brief van 3 april 2003 aan<br />

curanda nogmaals bevestigd dat Jay-Z in verband met de verhoogde veiligheidsrisico’s<br />

en de bedreigingen tengevolge van de oorlog, niet zal optreden. Deze brief is door de<br />

curator tijdens een bespreking tussen alle betrokken partijen op 20 juli 2005 aan<br />

Heineken en haar advocaat overhandigd. De e-mail van 1 april 2003, alsmede de brief<br />

van 3 april 2003 worden als productie 66 aan de dagvaarding gehecht.<br />

Curanda heeft contact onderhouden met het management van Erykah Badu over de<br />

voorstellen tot verplaatsing naar september 2003, waaraan Erykah Badu haar<br />

medewerking wilde verlenen. Bij e-mail van 17 juni 2003 (productie 67) heeft de<br />

advocaat van Erykah Badu aan curanda het navolgende bevestigd, toen duidelijk was<br />

dat in verband met de gestarte procedure tussen curanda en Heineken verplaatsing naar<br />

september 2003 niet meer mogelijk was:<br />

“We understand that you will not be able to re-schedule the April 11th and 12th shows for<br />

September 26 th and 27 th as planned. While we understand that everyone agreed it would be<br />

better to postpone the April shows because of everyone’s general apprehension about the war<br />

in Iraq and the threat of terrorism, now we believe that we are entitled to retain the deposit<br />

paid to us for the show in full settlement of our and your obligations.”<br />

2.50 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.33 uur (productie 68) heeft Heineken curanda<br />

bericht dat de tekst van het persbericht akkoord is onder de voorwaarde van een<br />

verandering: Steam moet worden Heineken NightLive Steam.<br />

2.51 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.49 uur (productie 69) heeft curanda Heineken<br />

bevestigd dat zij uitdrukkelijk heeft gezegd geen akkoord te hebben gegeven voor de<br />

tekst van de advertentie zoals op verzoek van Heineken geplaatst.<br />

2.52 Bij e-mail van 8 april 2003 van 15.11 uur (productie 70) heeft Heineken curanda<br />

bericht naar aanleiding van haar mail van 11.37 uur van die datum.<br />

2.53 Bij e-mail van 9 april 2003 van 11.41 uur (productie 71) heeft curanda haar voorstel tot<br />

mediation via Boekel De Nerée nader onderbouwd door aan te geven dat beide partijen<br />

banden met dit advocatenkantoor hebben. Voorts heeft curanda aangegeven dat door<br />

Heineken als voorwaarde voor opheffing van het beslag is gesteld het stellen van een<br />

bankgarantie van € 950.000,00, hetgeen onmogelijk is voor curanda. Curanda heeft er<br />

derhalve tot het laatste moment alles aan gedaan een oplossing te bereiken.<br />

2.54 Bij e-mail van 9 april 2003 van 18.17 uur heeft mr. Moons mr. Schaap nader bericht<br />

(productie 72). In deze e-mail wordt zijdens Heineken betwist dat als voorwaarde voor<br />

de opheffing van het conservatoir beslag is gesteld zekerheidstelling door middel van<br />

een bankgarantie ter hoogte van € 950.000.<br />

25


20300560/MVZ/cp<br />

2.55 Bij e-mail van 10 april 2003 van 16.51 uur (productie 73) heeft curanda aan Heineken<br />

nogmaals bevestigd niet akkoord te zijn gegaan met de inhoud van de advertenties zoals<br />

deze op dat moment door Heineken werden geplaatst. Tevens heeft curanda Heineken<br />

er op gewezen dat Heineken eigenmachtig de website, www.heinekennightlive.nl, heeft<br />

omgeleid naar www.heineken.nl.<br />

2.56 Bij e-mail van 10 april 2003 van 18.43 uur (productie 74) heeft curanda Heineken<br />

geïnformeerd omtrent de beveiligingsmaatregelen die curanda in optie had genomen.<br />

Curanda heeft Heineken in deze e-mail alle informatie verstrekt over de door de<br />

beveiliging te verrichten werkzaamheden op 11 en 12 april 2003 in verband met de<br />

opvang van gasten bij Ahoy die niet op de hoogte waren van het feit dat de shows niet<br />

doorgaan, alsmede contactgegevens van het beveiligingsbedrijf.<br />

2.57 Bij e-mail van 11 april 2003 (productie 75) heeft mr. Schaap mr. Moons nader bericht.<br />

Curanda heeft bevestigd dat tijdens de bespreking van 4 april 2003 reeds was<br />

aangegeven dat het beslag onder de Rabobank geen doel had getroffen, althans dat de<br />

bankrekening een negatief saldo had. Voorts is bevestigd dat tijdens de bespreking van<br />

4 april 2003 door mr. Moons slechts is gemeld dat het beslag kan worden opgeheven<br />

indien er “voldoende” zekerheid tegenover kan worden gesteld. Curanda kon niet aan<br />

die eis voldoen. Het woord voldoende is door curanda niet onbegrijpelijk uitgelegd in<br />

die zin dat daaronder moest worden begrepen een zekerheid gelijk aan de vordering in<br />

het beslagrekest. Curanda heeft gesteld dat de inhoud van de mailberichten van mr.<br />

Moons van 7 en 9 april 2003 niet geheel in overeenstemming is met hetgeen partijen op<br />

4 april 2003 hebben besproken. De voorwaarden die door Heineken in die bespreking<br />

aan een uitstel werden gesteld zijn voor curanda niet haalbaar. Dit is duidelijk gesteld.<br />

Over andere voorwaarden wilde Heineken niet spreken. Ook organisatie van het<br />

evenement in september 2003 door uitsluitend curanda is voor curanda niet haalbaar.<br />

2.58 Bij e-mail van 11 april 2003 (productie 76) heeft mr. Moons gereageerd op de hiervoor<br />

genoemde e-mail van mr. Schaap. In deze mail betwist Heineken de stellingen van<br />

curanda.<br />

2.59 Op 16 april 2003 heeft Heineken de dagvaarding aan curanda laten betekenen<br />

(productie 77). Curanda was gedagvaard tegen de zitting van 25 juni 2003. In het<br />

petitum van de dagvaarding is onder meer (sub c) gevorderd dat de rechtbank de<br />

overeenkomst d.d. 28 augustus 2002 zal ontbinden. De ingestelde vordering bevestigt<br />

de stelling van de curator dat Heineken de Sponsorovereenkomst noch ten tijde van de<br />

beslaglegging, noch daarna had ontbonden.<br />

Afwikkeling sponsorrelatie Heineken met ENECO<br />

2.60 Bij brief van 24 april 2003 (productie 78) heeft Heineken, in vervolg op haar e-mail<br />

van 4 april 2003 (hiervoor overgelegd als productie 55) ENECO nader bericht.<br />

Curanda had geen afschrift van deze brief ontvangen. In deze brief heeft Heineken<br />

onder meer aangegeven:<br />

“De concerten van Heineken NightLive, die deze maand zouden plaatsvinden, zijn niet<br />

doorgegaan. De redenen daarvoor hebben wij u in onze e-mail van 4 april jl. reeds uiteen<br />

26


20300560/MVZ/cp<br />

gezet. De afzegging door artiesten in verband met de actuele toestand in de wereld wordt door<br />

Van Hoorn Company aangemerkt als (tijdelijke) overmacht. Van Hoorn Company staat voor de<br />

concerten te verplaatsen naar een later tijdstip dit jaar. Op dit moment kan echter geen<br />

zekerheid worden verstrekt of, hoe en wanneer de concerten door gaan.”<br />

In de periode waarin Heineken deze brief heeft geschreven aan ENECO had Heineken<br />

aan curanda reeds duidelijk aangegeven dat zij niet wil en (mede in verband met<br />

ENECO) niet kan meewerken aan verplaatsing naar september. Begin april had curanda<br />

Heineken reeds bericht dat het evenement verplaatst kon worden naar 23-25 september<br />

2003 in AHOY. In deze periode heeft Heineken ook beslagmaatregelen getroffen<br />

jegens curanda en vordert zij in de uitgebrachte dagvaarding onder meer ontbinding van<br />

de overeenkomst met curanda. Heineken informeert ENECO hierover niet. Voorts heeft<br />

Heineken geschreven:<br />

“Gelet op het bovenstaande achten wij het op dit moment vooralsnog niet opportuun u te<br />

houden aan de met u gesloten sponsorovereenkomst.<br />

Gelet op bovenstaande berichten wij u hierbij dat wij geen rechten zullen ontlenen aan het<br />

gewezen kort geding vonnis van 13 <strong>februari</strong> jl. Wij zullen de door u uit hoofde van dat vonnis<br />

betaalde bedrag, te weten Euro 192.983,08 restitueren.”<br />

Uit het vorenstaande blijkt dat Heineken, zonder daartoe door ENECO te zijn verzocht,<br />

laat staan gesommeerd, en geheel onverplicht overgaat tot terugstorting van de van<br />

ENECO ontvangen sponsorbijdrage en (onverplicht) geen rechten meer ontleent aan het<br />

kort geding vonnis. Zij laat na zich te beroepen op de overmachtclausule van art. 8 van<br />

de sponsorovereenkomst die zij heeft gesloten met ENECO en heeft voorts nagelaten<br />

met ENECO overleg te voeren over de door curanda begin april 2003 voorgestelde<br />

verplaatsing. Onduidelijk is derhalve of ENECO inderdaad, zoals Heineken had gesteld,<br />

bezwaar zou hebben gehad tegen de verplaatsing. Heineken stuurt op dat moment reeds<br />

aan op een volledige afwikkeling van het dossier zonder zich in deze fase van de zaak<br />

te richten op een mogelijke verplaatsing van het evenement. Voorts heeft Heineken<br />

geschreven:<br />

“Wij nemen aan dat met het bovenstaande er evenmin nog reden is om het door u ingestelde<br />

hoger beroep voort te zetten.<br />

Ter vermijding van misverstanden wijzen wij u er op dat, mocht Heineken NightLive alsnog<br />

later in het jaar doorgang vinden, wij ons het recht voorbehouden alsdan alsnog aanspraak te<br />

maken op de lopende sponsovereenkomst en uw bijdragen daaruit.”<br />

2.61 Bij brief van 29 april 2003 (productie 79) heeft ENECO gereageerd op de brief van<br />

Heineken van 24 april 2003. ENECO heeft, naar aanleiding van een telefoongesprek<br />

met Heineken van die dag, onder meer het navolgende aan Heineken geschreven:<br />

“Je gaf zelf al aan niet te verwachten dat het evenement dit jaar nog doorgaat. Is het dan niet<br />

beter af te spreken dat wij ons geld terugkrijgen en de sponsorovereenkomst daarmee is<br />

beëindigd zonder verdere verplichtingen over en weer?<br />

Zolang dat laatste niet vaststaat moeten we helaas verder met de zaak (hoger beroep).”<br />

Hieruit blijkt dat Heineken, zonder overleg met curanda, zich jegens ENECO op het<br />

standpunt heeft gesteld dat het evenement niet doorgaat, terwijl curanda de verplaatsing<br />

27


20300560/MVZ/cp<br />

had voorbereid en daartoe ook voorstellen had gedaan aan Heineken. Mede omdat<br />

onduidelijk was of ENECO met verplaatsing kon instemmen heeft Heineken steeds<br />

vastgehouden aan doorgang van het evenement in april 2003. Uit deze brief van<br />

ENECO blijkt geenszins dat ENECO niet met verplaatsing zou hebben ingestemd, zo<br />

Heineken dit aan haar had voorgesteld.<br />

2.62 Bij e-mail van 2 mei 2003 (productie 80) heeft Heineken gereageerd op de brief van<br />

ENECO van 29 april 2003. Hierin heeft Heineken onder meer het volgende geschreven:<br />

“Echter, zoals ik u in mijn brief van 7 april j.l. reeds onvoorwaardelijk heb bevestigd, zal<br />

Heineken aan het gewezen kort geding geen rechten jegens u meer ontlenen.<br />

Een en ander betekent, dat gezien de ontwikkelingen, wij geen enkel beroep zullen doen op de<br />

veroordeling bij het kort geding vonnis en in zoverre dat vonnis als non-existent is te<br />

beschouwen. Daarmee dient m.i. het hoger beroep geen begrijpelijk doel meer. (…)<br />

Zoals u weet, heeft Van Hoorn aangegeven de mogelijkheid nog open te houden om het<br />

evenement alsnog later dit jaar te organiseren. Mocht dat het geval zijn, en mocht in dat kader<br />

er nogmaals onoverbrugbare meningsverschillen rijzen tussen ons uit hoofde van de<br />

sponsovereenkomst, dan behouden wij ons het recht die meningsverschillen alsdan middels een<br />

nieuwe procedure aan de rechter voor te leggen.”<br />

Nogmaals heeft Heineken aangegeven geen beroep te zullen doen op het vonnis van de<br />

voorzieningenrechter waarbij ENECO was veroordeeld om de sponsorbijdrage te<br />

voldoen. Zij refereert aan de mededelingen van curanda voor organisatie later dat jaar,<br />

maar dat is voor Heineken kennelijk onvoldoende voor haar om ENECO aan haar<br />

verplichtingen uit hoofde van de subsponsorovereenkomst te houden.<br />

2.63 Bij brief van 13 mei 2003 (productie 81) heeft ENECO Heineken onder meer als volgt<br />

bericht:<br />

“Het feit dat Heineken verklaart geen enkel beroep te doen op het vonnis in kort geding van 13<br />

<strong>februari</strong> jl. en dat vonnis als non-existent beschouwt is voor ons aanleiding om het hoger<br />

beroep tegen dit kort gedingvonnis niet te vervolgen.”<br />

2.64 Als productie 82 legt de curator een verklaring van ENECO over d.d. 26 juli 2007<br />

verklaring van ENECO over waarin het vorenstaande is bevestigd.<br />

Faillissement curanda<br />

2.65 Curanda was door Heineken gedagvaard tegen de zitting van 25 juni 2003. Op 17 juni<br />

2003 is curanda, naar aanleiding van een op 12 juni 2003 ingediend eigen verzoek, in<br />

staat van faillissement verklaard. In het verzoek heeft curanda ter zake van de oorzaak<br />

van de financiële problemen aangegeven dat ten gevolge van een (onterechte)<br />

beslaglegging van Heineken een keten van schade is ontstaan en de bank heeft<br />

opgehouden te financieren. De bij de Rechtbank Amsterdam aanhangige procedure<br />

tussen Heineken en curanda is vervolgens in verband met het faillissement geschorst<br />

op grond van art. 29 Fw.<br />

2.66 Heineken heeft bij brief van haar advocaat d.d. 26 juni 2003 haar vordering ad €<br />

650.998,66, zoals opgenomen in haar dagvaarding, ter verificatie ingediend. Bij brief<br />

28


20300560/MVZ/cp<br />

d.d. 3 juli 2003 heeft Heineken een aanvullende vordering ad € 234.002,89 ter<br />

verificatie ingediend. Totaal stelt zij derhalve € 885.001,55 te vorderen te hebben van<br />

curanda. Bij brief d.d. 30 augustus 2004 heeft de curator bevestigd aan de advocaat<br />

van Heineken dat de vordering van Heineken is geplaatst op de lijst der ingediende<br />

betwiste crediteuren, zulks in afwachting van de uitkomst van de onderhavige<br />

procedure.<br />

Correspondentie curator-Heineken<br />

2.67 Bij brief d.d. 18 augustus 2004 (productie 83) heeft de curator zijn voorlopig oordeel<br />

bevestigd aan Heineken. In deze brief is Heineken nadrukkelijk aansprakelijk gesteld<br />

voor de schade die curanda heeft geleden door de toerekenbare tekortkoming zijdens<br />

Heineken. Immers, Heineken had gelet op de omstandigheden moeten meewerken aan<br />

verplaatsing van HNL naar een later tijdstip, hetgeen reeds door curanda was<br />

voorbereid, waarbij curanda bereid was de kosten te dragen. Van toerekenbare<br />

tekortkoming aan de zijde van curanda is geen sprake. De beslaglegging op 2 april<br />

2003 geeft aan dat Heineken de voor haar uit de Sponsorovereenkomst, alsmede uit de<br />

redelijkheid en billijkheid, voortvloeiende verplichtingen niet wenste na te komen.<br />

Voorts is Heineken aansprakelijk gesteld voor de schade die curanda lijdt ten gevolge<br />

van het onrechtmatig handelen van Heineken, bestaande uit de beslaglegging op 2<br />

april 2003.<br />

Ten slotte is Heineken aansprakelijk gesteld voor de schade die curanda heeft geleden,<br />

welke schade kan worden begroot op het tekort in het faillissement.<br />

2.68 Bij brief van 15 september 2004 (productie 84) van haar advocaat heeft Heineken de<br />

aansprakelijkheid betwist. Hierbij heeft Heineken onder meer gesteld dat curanda de<br />

organisatie van HNL niet langer zou willen voortzetten wegens de geringe<br />

kaartverkoop. Aangezien curanda op grond van financiële overwegingen zelf de<br />

organisatie van het evenement op de overeengekomen dagen zou hebben beëindigd<br />

zou curanda in verzuim zijn en zou het beroep van curanda op de latere beweerdelijke<br />

afzeggingen van geboekte artiesten wegens de oorlog in Irak niet op gaan. Voorts<br />

heeft Heineken gesteld dat zij niet goed kon zien hoe een verplaatsing van het<br />

evenement mogelijk zou zijn zonder extra risico’s en kosten voor Heineken. Heineken<br />

heeft betwist dat het in de branche gebruikelijk is dat indien er sprake is van een<br />

gebeurtenis waardoor artiesten genoodzaakt worden hun concerten af te zeggen de<br />

data van het evenement moeten worden verplaatst. Heineken heeft ook de afzegging<br />

door Jay-Z en Erykah Badu betwist.<br />

Met betrekking tot de vordering van de curator ter zake van het onrechtmatig handelen<br />

van Heineken, bestaande uit de beslaglegging, heeft Heineken onder meer, gesteld dat<br />

sprake was van een toerekenbare tekortkoming van curanda. Ontbinding werd in de<br />

inleidende dagvaarding gevorderd. Heineken heeft betwist dat zij wist dat het beslag<br />

onder de Rabobank voor haar geen verhaal van haar vordering zou kunnen opleveren.<br />

Heineken heeft gesteld dat curanda niet in kort geding opheffing van de gelegde<br />

beslagen heeft gevorderd. Indien de opzegging van de kredietovereenkomst door de<br />

Rabobank onterecht was, dan dient de curator zich met de bank te verstaan in plaats<br />

van met Heineken.<br />

29


20300560/MVZ/cp<br />

Met betrekking tot de vordering van de curator ter zake van het tekort in het<br />

faillissement heeft Heineken, onder meer, het navolgende gesteld. Heineken heeft €<br />

651.000 aan voorschotbedragen voor het evenement in april 2003 betaald, welk<br />

evenement overigens voor rekening en risico van curanda zou worden georganiseerd,<br />

en welk evenement door curanda zou zijn geannuleerd, aldus Heineken. Heineken<br />

heeft gesteld dat curanda met het annuleren van het evenement toerekenbaar tekort is<br />

geschoten en dat in ieder geval de betaalde voorschotten zouden moeten worden<br />

gerestitueerd aan Heineken. Verder heeft Heineken gesteld dat het curanda is geweest<br />

die niet bereid zou zijn geweest de consequenties van het annuleren van het evenement<br />

in april te dragen, die niet bereid zou zijn geweest voor zijn rekening en risico een<br />

verplaatsing van het evenement naar september 2003 te organiseren en die niet bereid<br />

zou zijn geweest te komen tot een opheffing van het beslag op zijn bankrekening. De<br />

oorzaak van het faillissement is volgens Heineken de deplorabele financiële situatie<br />

waarin curanda reeds sinds begin 2003 verkeerde.<br />

De curator zal dit verweer van Heineken nader bespreken en weerleggen in Hoofdstuk<br />

VI van deze dagvaarding.<br />

Correspondentie F.J.P. van Hoorn-Heineken<br />

2.69 De directeur van curanda heeft Heineken bij brief van zijn advocaat, mr J.<br />

Wendelgelst, op 6 september 2004 aansprakelijk gesteld voor de door hem geleden<br />

schade (productie 85). Onder meer was het ten gevolge van de beslaglegging niet<br />

meer mogelijk om uitvoering te geven aan de voorgenomen, en Heineken bekende,<br />

overname van de onderneming van curanda door Worldwide Entertainment Inc. Deze<br />

vennootschap zou de belangrijkste financier worden van curanda en een aanzienlijke<br />

expansie van de onderneming mogelijk hebben gemaakt.<br />

2.70 Heineken heeft de aansprakelijkheid bij brief (van haar advocaat) van 15 september<br />

2004 (productie 86) betwist.<br />

Toestand van de boedel<br />

2.71 Inmiddels zijn in het faillissement de navolgende vorderingen geplaatst:<br />

- boedelcrediteuren: € 79.766,97<br />

- concurrente crediteuren: €1.968.591,55 + £ 7.500,00 (+/- € 10.040,16)<br />

- preferente crediteuren: € 309.613,30<br />

Totaal: €2.357.971,82 + £ 7.500,00 (+/- € 10.040,16)<br />

Een bedrag ad € 885.001,55 (de door Heineken ingediende vordering) is geplaatst op<br />

de lijst van betwiste crediteuren. De crediteurenlijsten worden als productie 87<br />

overgelegd. Het financieel overzicht per 9 januari <strong>2008</strong> wordt als productie 88<br />

overgelegd.<br />

Alle activa zijn op dit moment door de curator uitgewonnen. Er is onvoldoende actief<br />

voor de (volledige) betaling van de (nog niet betaalde) faillissementskosten per 10<br />

<strong>februari</strong> <strong>2008</strong> bedragende (€ 324.430,79 -/- € 88.972,36) € 235.458,43, te<br />

vermeerderen met de faillissementskosten vanaf 10 <strong>februari</strong> <strong>2008</strong> tot de opheffing van<br />

het faillissement ad pm. Bij opheffing op dit moment zou derhalve aan geen van de<br />

30


20300560/MVZ/cp<br />

crediteuren enige betaling kunnen worden voldaan. Het volledige actief is te gelde<br />

gemaakt, met uitzondering van de door de curator gestelde vorderingen op Heineken.<br />

III VOORLOPIG GETUIGENVERHOOR<br />

3.1 Vooruitlopend op de met de onderhavige dagvaarding aangevangen procedure heeft de<br />

curator op 24 januari 2006 de Rechtbank Amsterdam, nadat de Rechter-commissaris in<br />

het faillissement de curator daartoe mondeling op 10 maart 2005 en schriftelijk op 18<br />

januari 2006 had gemachtigd, verzocht een voorlopig getuigenverhoor te bevelen. Het<br />

verzoekschrift (zonder bijlagen) wordt als productie 89 overgelegd. De zaak werd bij<br />

de rechtbank ingeschreven onder zaaknummer/rekestnummer: 334196/ HA RK 06-47.<br />

3.2 Heineken heeft tegen dit verzoek verweer gevoerd bij het op 20 <strong>februari</strong> 2006 ter<br />

griffie ingekomen verweerschrift, dat als productie 90 wordt overgelegd.<br />

3.3 Bij beschikking van 23 maart 2006 heeft de rechtbank een mondelinge behandeling<br />

bepaald (productie 91). De aantekeningen van de curator ter zake van deze<br />

mondelinge behandeling, die op 2 mei 2006 is gehouden, worden als productie 92<br />

overgelegd.<br />

3.4 Bij beschikking van 15 juni 2006 heeft de rechtbank het verzoek toegewezen en mr.<br />

A.V.T. de Bie tot Rechter-commissaris benoemd. Het proces-verbaal van de zitting<br />

van 2 mei 2006 alsmede de beschikking van 15 juni 2006 worden als productie 93<br />

overgelegd.<br />

3.5 Bij brief d.d. 13 oktober 2006 heeft de advocaat van Heineken de navolgende stukken<br />

in het geding gebracht:<br />

- e-mail van Heineken aan curanda d.d. 29 januari 2003<br />

- e-mail van Heineken aan curanda d.d. 5 maart 2003<br />

- e-mail van curanda aan Heineken d.d. 26 maart 2003<br />

- e-mail van Heineken aan curanda d.d. 26 maart 2003<br />

- e-mail mr. Moons aan mr. Schaap d.d. 7 april 2003<br />

- e-mail mr. Moons aan mr. Schaap d.d. 9 april 2003<br />

- e-mail mr. Schaap aan mr. Moons d.d. 11 april 2003<br />

- e-mail mr. Moons aan mr. Schaap d.d. 11 april 2003<br />

- brief mr. Moons aan curator d.d. 15 september 2004<br />

Voor zover thans nog van belang zijn deze producties hiervoor reeds aan de orde<br />

gekomen en aan de dagvaarding gehecht.<br />

3.6 Op 20 oktober 2006 heeft de rechter-commissaris getuige mr. H.H.F. Jansen gehoord.<br />

Het proces-verbaal van dit verhoor wordt als productie 94 overgelegd.<br />

31


20300560/MVZ/cp<br />

3.7 Op 5 <strong>februari</strong> 2007 heeft de rechter-commissaris getuigen P. Vertregt en F.J.P. van<br />

Hoorn gehoord. Het proces-verbaal van dit verhoor wordt als productie 95<br />

overgelegd.<br />

3.8 Op 1 mei 2007 is een comparitie van partijen gehouden. Het proces-verbaal van deze<br />

comparitie wordt als productie 96 overgelegd. Partijen hebben de rechtbank tijdens de<br />

comparitie medegedeeld dat zij geen bezwaar hebben tegen een behandeling van de<br />

onderhavige procedure door de rechter die de getuigenverhoren heeft afgenomen.<br />

IV TIJDENS HET GETUIGENVERHOOR BEWEZEN FEITEN<br />

Algemeen<br />

4.1 De curator zal de tijdens het getuigenverhoor bewezen feiten in het hierna volgende<br />

opnemen. Voorts zal in dit hoofdstuk worden verwezen naar overige, schriftelijke,<br />

getuigenverklaringen die de stellingen van de curator onderbouwen.<br />

4.2 Getuigenverhoor van F.J.P. van Hoorn d.d. 5 <strong>februari</strong> 2007<br />

4.2.1 De getuigenverklaring van getuige Van Hoorn levert op vele punten bewijs van de<br />

stellingen van de curator. Verwezen wordt naar de hierna aangehaalde passages.<br />

4.2.2 “Onder de vlag van mijn vennootschap Van Hoorn Company B.V. heb ik vanaf 1990 met<br />

Heineken zaken gedaan. (…) Ik heb voor Heineken diverse muziekevenementen in de markt<br />

gezet waaronder als bekendste Heineken Night of the Proms. Die heb ik van een klein<br />

evenement uitgebouwd tot het grootste jaarlijkse muziekevenement in Nederland.” (p. 6)<br />

Hieruit blijkt dat partijen reeds 14 jaar zaken met elkaar deden alvorens de relatie eind<br />

maart 2003 in een paar dagen abrupt werd beëindigd door Heineken. Tot dan toe was<br />

de samenwerking succesvol voor Heineken. De redelijkheid en billijkheid die<br />

Heineken gelet op deze omstandigheden in acht had behoren te nemen jegens curanda<br />

rechtvaardigde een andere handelwijze dan abrupte beëindiging.<br />

4.2.3 “Vervolgens duurde het nog anderhalf jaar voordat het contract gereed was. In de tussentijd<br />

had ik al wel de evenementen voor 2001 en 2002 voor eigen risico georganiseerd. Dat het<br />

contract uitbleef gaf problemen met mijn bank omdat ik mijn vorderingen uit contracten aan<br />

de bank cedeerde. Ook was ik in die periode in gesprek met twee Amerikaanse bedrijven voor<br />

een overname van mijn bedrijf. Daar begon men ook wat nerveus te worden. Zij wilden verder<br />

maar het kabbelde maar voort omdat het contract uitbleef.” (p. 6)<br />

In deze verklaring heeft getuige Van Hoorn de stellingen van de curator bevestigd met<br />

betrekking tot de totstandkoming van de Sponsorovereenkomst. Voorts blijkt hieruit<br />

van de gesprekken van curanda met overnamekandidaten.<br />

4.2.4 “Idealiter is de line-up drie maanden voor het evenement gereed en kan twee tot drie maanden<br />

voor het evenement de promotie beginnen. Er zijn uitzonderingen, maar meestal komt de lineup<br />

dus pas vrij laat gereed. Daarvan was Heineken overigens volledig op de hoogte. Mr.<br />

Moons wijst mij op artikel 4.2 van het contract waarin staat dat uiterlijk zes maanden voor<br />

iedere evenementenreeks Van Hoorn Company een eerste showconcept en een shortlist van<br />

artiesten aan Heineken moet voorleggen, alsmede op artikel 4.3, waarin staat dat het<br />

programma drie maanden voor het evenement gereed moet zijn. Ik heb steeds de bepalingen<br />

32


20300560/MVZ/cp<br />

uit het contract nageleefd. Zo zorgde ik ervoor dat vrijwel direct na een evenement de shortlist<br />

voor het evenement van het jaar daarop gereed was. Er waren misschien wel wat<br />

uitzonderingen. De gebeurtenissen in 2003 vormen wellicht zo’n uitzondering, maar er was<br />

dan ook sprake van bijzondere omstandigheden en alles is steeds in overleg met Heineken<br />

gegaan.” (p. 7)<br />

Getuige Van Hoorn verklaart dat curanda niet toerekenbaar tekort is geschoten ter<br />

zake van de communicatie van de artiesten. Dit is juist. Tijdens de presentatie door<br />

curanda aan ENECO op 26 september 2002, waarbij namens Heineken aanwezig<br />

waren Eymert van Manen en Mark Ruygrok, zijn door curanda nogmaals de plannen<br />

uitgewerkt met een shortlist van artiesten. Een shortlist is een lijst waarop de<br />

organisator “target artiesten” plaatst . Vanuit deze lijst gaat de organisator de artiesten<br />

benaderen. Ook de voorzieningenrechter heeft in de kort geding procedure tussen<br />

Heineken en ENECO geoordeeld dat van toerekenbare tekortkoming op dit punt geen<br />

sprake was.<br />

4.2.5 “In de periode na de uitspraak in kort geding van 13 <strong>februari</strong> 2003 speelden er twee zaken.<br />

Op de eerste plaats was er de dreiging van een oorlog tussen de V.S. en Irak. Daarover had ik<br />

al in december mondeling contacten met Heineken gehad. De aard van dat gesprek was dat<br />

als de oorlog zou uitbreken het wel duidelijk was dat de Amerikaanse artiesten dan hun shows<br />

zouden afzeggen. In de contracten met die artiesten wordt dat ook als overmachtssituatie<br />

aangeduid, maar zij moeten dan wel meewerken aan een verplaatsing van de show. Ruijgrok<br />

gaf aan dat hij dit heel goed begreep. Ik heb dit ook nog in een e-mail aan hem bevestigd en<br />

daar kwam geen reactie op dat Heineken daarmee niet akkoord was. Overigens kwam in het<br />

voorjaar 2003 daarbij nog de SARS-crisis in de luchtvaart. Op de tweede plaats bleek dat<br />

naarmate het evenement dichterbij kwam, de kaartverkoop onverwacht tegenviel. Ik heb<br />

daarover gesproken met collega’s in de industrie en onze indruk was dat mensen door<br />

ontwikkelingen als oorlogsdreiging de hand op de knip hielden. Als eerste zal dan de<br />

kaartverkoop van een evenement als de Heineken NightLIve teruglopen, omdat dit evenement<br />

in tegenstelling tot bijvoorbeeld een concert van een specifieke groep, geen harde fanbase<br />

heeft. Voor mij was dit aanleiding om bij Heineken in een e-mail aan de orde te stellen dat het<br />

verstandig was het evenement uit te stellen. Heineken wilde dat echter absoluut niet.<br />

Enkele dagen later brak de oorlog in Irak uit en al snel bleek dat de Amerikaanse artiesten<br />

afzegden. In december en januari had ik al besproken dat er in dat geval een uitstelscenario<br />

moest komen. Ik heb daar met Vertregt en Ruijgrok afspraken over gemaakt en deze afspraken<br />

zijn neergelegd in een e-mail van 3 maart 2003 (productie 6 bij het verzoekschrift). Er is toen<br />

ook besproken dat als er uitstel zou komen, het evenement in principe zou worden uitgesteld<br />

naar september 2003. De zomervakantie was geen optie en in november zou in Ahoy de Night<br />

of the Proms van de concurrent plaatsvinden. Daarvoor zou in oktober de publiciteit starten.<br />

Bovendien was het toch ook nodig om een zekere tijdsduur in te bouwen in verband met de<br />

oorlog. Om al die redenen werden partijen het dus eens over september als tijdstip voor het<br />

eventueel uitgestelde evenement. Ik heb van Heineken geen reactie ontvangen waaruit bleek<br />

dat men zich niet kon vinden in die afspraak.” (p. 7/8)<br />

Uit deze verklaring blijkt dat partijen overeenstemming hebben bereikt omtrent een<br />

eventueel uitstel in verband met een oorlog in Irak. Er was zelfs overeenstemming<br />

tussen partijen bereikt over een uitstel naar speciaal de maand september. Zulks in<br />

verband met de zomervakantie, een concurrerend evenement en het in acht nemen van<br />

een zekere marge tussen de uitbraak van de oorlog en het evenement.<br />

33


20300560/MVZ/cp<br />

4.2.6 “Het evenement kende twee zogenaamde headliners, namelijk Jay-Z en Erykah Badu. Jay-Z<br />

had al een zakelijke relatie met Heineken in Amerika, waardoor we die voor het evenement<br />

hebben kunnen binnenhalen. Op de ochtend van 1 of 2 april 2003 ontving ik een aan mij<br />

geforwarde e-mail van Universal V.S. aan Universal Nederland waaruit bleek dat alle promooptredens<br />

van Jay-Z werden afgezegd. Ik heb deze e-mail meteen aan Ruijgrok doorgestuurd.<br />

Direct daarna heb ik gebeld met de agent van Erykah Badu. Contractueel had die er recht op<br />

te weten dat de mede-headliner niet meer zou komen en ik vroeg hem of dit ook gold voor<br />

Erykah Badu. Hij zei dat hij mij geen garantie meer durfde te geven omtrent haar komst. Ik<br />

heb ook direct contact opgenomen met Ahoy en van hen nieuwe data in september gekregen.<br />

Daarna heb ik aan Ruijgrok meegedeeld dat het noodscenario van verplaatsing naar<br />

september in werking zou moeten treden en dat ik naar New York zou afreizen om met de<br />

agenten van de artiesten in persoon zaken te doen. Ik kreeg van Ruijgrok toen een wat vage<br />

reactie dat ze erover moesten nadenken. In New York heb ik de manager van Jay-Z en de<br />

agent van Erykah Badu gesproken. Erykah Badu ging akkoord met een nieuwe datum. Ook<br />

Jay-Z ging akkoord als hij in staat zou zijn de nieuwe datum te combineren met enkele<br />

optredens in Engeland. Gezien zijn populariteit ging ik er vanuit dat dat geen probleem zou<br />

zijn. Ik heb aan de manager van Jay-Z een formele bevestiging van de afzegging gevraagd en<br />

dit heb ik enkele dagen later ook gekregen. Daarna heb ik nog gepraat met<br />

vertegenwoordigers van kleine artiesten als Grandmaster Flash en DMC. Zij gaven aan dat<br />

het uitstel geen probleem was. Ook heb ik daar nog met agenten gesproken over het eventueel<br />

vastleggen voor een derde headliner voor het evenement in september.” (p. 8)<br />

Uit deze verklaring blijkt dat Heineken dadelijk omtrent de afzegging van Jay-Z is<br />

geïnformeerd en het achterwege blijven van een garantie van Erykah Badu dat zij nog<br />

zou komen. Voorts blijkt dat curanda dadelijk contact heeft opgenomen met Heineken<br />

en, succesvol, alle noodzakelijke voorbereidingen heeft getroffen voor verplaatsing<br />

naar september, een en ander conform de hiervoor beschreven afspraken.<br />

4.2.7 “Toen ik uit New York terugkeerde bleek er beslag te liggen op de rekeningen en het<br />

kantoorpand van Van Hoorn Company B.V. Ik was stupéfait. Dit kwam voor mij volledig uit<br />

de lucht vallen. Ik had geen idee waar dit vandaan kwam, na alles wat we besproken hadden<br />

en terwijl wij al veertien jaar zaken deden. Men wist bij Heineken dat ik in een<br />

overmachtssituatie was beland. Dan probeer je elkaar juist voor verdere schade te behoeden<br />

in plaats van verdere schade aan te richten.” (p. 8)<br />

De getuige benadrukt dat de actie van Heineken in strijd was met de gemaakte<br />

afspraken en ook geen recht deed aan het vertrouwen dat curanda mocht hebben in een<br />

contractspartij met wie reeds veertien jaren zaken was gedaan om ervoor te zorgen dat<br />

zij geen schade zou lijden.<br />

4.2.8 “Ik heb rond die tijd in een e-mail of fax aan Heineken een voorstel gedaan waarbij ik<br />

aanbood Heineken te vrijwaren voor de extra reclamekosten in verband met het verplaatsen<br />

van het evenement. Daarmee was volgens Heineken EUR 150.000,-- gemoeid. Ook deelde ik<br />

mee dat Ahoy akkoord was met het uitstel en dat ik bereid was in september onverplicht een<br />

derde headliner te boeken, waarmee EUR 100.000,-- tot 150.000,-- gemoeid was. Voor zover<br />

ik mij kan herinneren werd in reactie hierop beslag gelegd. Als u mij zegt dat een e-mail met<br />

dit voorstel dateert van 1 april 2003 dan kan dat goed kloppen. Het is ook mogelijk dat ik deze<br />

vanuit New York verzonden heb. Ik had ook al een advertentie en een persbericht voorbereid<br />

waarin stond dat in verband met de oorlogssituatie de Heineken NightLive zou worden<br />

uitgesteld naar 23 en 24 september. Toen ik terug was uit New York bleek mij dat Heineken<br />

weigerde het evenement uit te stellen. Ik kan me eigenlijk niet meer herinneren welke redenen<br />

Heineken had om te kiezen voor afgelasten in plaats van uitstel. Of daar voor Heineken<br />

34


20300560/MVZ/cp<br />

verschil tussen was moet u maar aan Heineken vragen. Ik weet wel dat het publiek eraan<br />

gewend is dat evenementen wel worden uitgesteld waarbij de kaarten geldig blijven, maar op<br />

verzoek weer worden ingekocht. Dat is bijvoorbeeld gisteren nog gebeurd met betrekking tot<br />

een optreden van Shakira in het Gelredome. De afsteloptie was echter desastreus. Dan moeten<br />

alle entreegelden worden terugbetaald. Er waren al duizenden kaarten verkocht, bovendien<br />

waren er ook al bedragen aan artiesten en leveranciers betaald. Dat geld zou dan verloren<br />

zijn.” (p. 8/9)<br />

Uit deze verklaring blijkt dat curanda concreet heeft voorgesteld Heineken schadeloos<br />

te stellen voor het feit dat de afgesproken verplaatsing moest worden geëffectueerd.<br />

Voorts blijkt dat curanda nog een extra headliner zou trachten te boeken. Curanda is<br />

dan ook niet toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen<br />

jegens Heineken nadat de artiesten hadden afgezegd en heeft zich zelfs nog tot meer<br />

verplicht dan waartoe zij zich contractueel jegens Heineken had verbonden. Voorts<br />

blijkt uit de verklaring het essentiële verschil tussen het plaatsen van een advertentie<br />

waarin wordt aangekondigd dat het evenement wordt uitgesteld en een advertentie<br />

waaruit blijkt dat sprake is van afgelasting. In het laatste, door Heineken gewenste<br />

geval, was het evenement voorgoed van de baan, dienden alle kaarten te worden<br />

vergoed aan de bezoekers en kon curanda nimmer haar investeringen terugverdienen<br />

aangezien er geen evenement meer zou plaatsvinden. Door de weigering van Heineken<br />

om mee te werken aan de door curanda opgestelde advertentie waarin het uitstel werd<br />

aangekondigd werd curanda zonder rechtens te respecteren reden extra schade<br />

toegebracht door Heineken.<br />

4.2.9 “U houdt mij voor dat ik kennelijk wel in staat was EUR 300.000,-- extra te investeren in een<br />

derde headliner en in reclamekosten. Dat klopt, ik had dit scenario van tevoren doorgenomen<br />

met de Amerikaanse investeerder met wie ik een principeakkoord had bereikt voor de<br />

overname van mijn bedrijf. Hij was bereid dit bedrag op tafel te leggen. Overigens wist<br />

Heineken heel goed dat ik in gesprek was over een overname. In verband hiermee heb ik<br />

ervoor gezorgd dat in het contract een specifieke bepaling werd opgenomen dat het mij vrij<br />

was het bedrijf te verkopen als ik er maar persoonlijk betrokken bij zou blijven.” (p. 9)<br />

Uit deze verklaring blijkt dat curanda maatregelen had getroffen ter financiering van<br />

het uitstel en dat Heineken op de hoogte was, c.q. kon zijn van een mogelijke<br />

overname door een buitenlandse partij. Dientengevolge was de door Heineken gestelde<br />

twijfel die na de afzegging bij haar zou zijn ontstaan over de financiering van het<br />

uitstel onterecht en overigens ook niet van belang. Curanda had zich immers verplicht<br />

voor eigen rekening en risico het evenement te organiseren. Dit was een uitvloeisel<br />

van de door Heineken gewenste wijziging van de opzet van de Sponsorovereenkomst.<br />

Indien zij dit risico niet had willen lopen had zij de oude opzet moeten handhaven.<br />

4.2.10 “Na de beslaglegging zijn er gesprekken geweest tussen Heineken en mij. Ik werd daarin<br />

bijgestaan door mijn advocaat mr. Schaap. Heineken stelde mij voor dat ik het evenement zou<br />

voortzetten zonder gebruikmaking van de merknaam Heineken en onder terugbetaling van de<br />

sponsorbedragen van Heineken en ENECO alsmede vergoeding van de door Heineken<br />

gemaakte communicatiekosten. In mijn herinnering ging dit om zo’n EUR 850.000,--. Ik kon<br />

onmogelijk daaraan voldoen en beschouwde dit voorstel als chantage. Mijn voorstellen tot<br />

mediation werden van de hand gewezen. Uiteindelijk was er een bijeenkomst op het kantoor<br />

van mr. Moons waarbij mr. Jansen eerst mompelde, maar op mijn verzoek hardop herhaalde,<br />

dat ik geld verstopt zou hebben in Costa Rica. Toen zijn mijn advocaat en ik weggegaan. Mr.<br />

Moons vraagt of hij toen nog andere voorstellen heeft gedaan. Volgens mij niet, in elk geval<br />

35


20300560/MVZ/cp<br />

geen redelijke voorstellen. Het was mijn advocaat en mij duidelijk dat Heineken er vanaf<br />

wilde, het evenement de nek wilde omdraaien. Na een week of twee weken na de beslaglegging<br />

had ik een telefoongesprek met Vertregt waarin deze mij meedeelde dat er bezuinigd moest<br />

worden op de sponsorbudgetten en dat mr. Jansen tegen hem had gezegd dat Heineken<br />

eenvoudig van het contract met Van Hoorn Company af zou komen. Later werd ik nog<br />

geconfronteerd met boze schuldeisers die mij vertelde(n) dat Jansen had gezegd dat ik nog wel<br />

ergens geld had liggen. Het werd een nare zaak.” (p. 9/10)<br />

Uit deze verklaring alsmede uit de als productie 97 overgelegde verklaring van mr.<br />

J.A. Schaap d.d. 7 januari <strong>2008</strong> blijkt dat curanda er alles aan heeft gedaan ook na de<br />

beslaglegging nog te komen tot een oplossing. Tijdens het overleg met Heineken is<br />

gebleken dat onmogelijke eisen werden gesteld die ook geen recht deden aan de tussen<br />

partijen gemaakte afspraken. Bovendien werden ongefundeerde verwijten gemaakt ten<br />

aanzien van de heer Van Hoorn, kennelijk ingegeven door het feit dat hij in januari<br />

2003 op Costa Rica was getrouwd. Ten slotte blijkt uit deze verklaring omtrent de<br />

daadwerkelijke reden: Heineken wilde in verband met de bezuiniging op de<br />

sponsorbudgetten af van de Sponsorovereenkomst en meende kennelijk in de<br />

afzegging van de artiesten een stok te hebben gevonden om de hond te slaan. Een<br />

dergelijke handelwijze is te kwalificeren als toerekenbare tekortkoming danwel<br />

onrechtmatig jegens curanda.<br />

In haar verklaring onderschrijft mr. Schaap de hiervoor genoemde verklaring van<br />

getuige Van Hoorn. Mr. Schaap heeft (op pagina 3-4) onder meer het navolgende<br />

gesteld:<br />

“(…) Heineken wees echter mediation en bemiddeling telkens van de hand. Heineken ging ook<br />

niet in op voorstellen van onze kant, zij stelde slechts eisen waarvan zij wist dat deze niet voor<br />

Van Hoorn Company acceptabel waren.<br />

Op 4 april 2003 heeft er naar aanleiding van het gelegde beslag bij Van Hoorn Company een<br />

bespreking plaatsgevonden bij mr. Moons op kantoor. Ik ben daar samen met Frank van<br />

Hoorn van Van Hoorn Company naartoe gegaan. Ik kan de bespreking niet meer woordelijk<br />

herinneren, maar de sfeer van de bespreking staat mij nog goed bij. Die sfeer was zeer<br />

onvriendelijk en zelfs vijandig. Frank van Hoorn werd zeer badinerend tegemoet getreden en<br />

Heineken weigerde te geloven in wat hij ook zei. Heineken wilde niet geloven dat de twee<br />

hoofdacts hadden afgezegd en ook niet dat het beslag geen doel had getroffen omdat er een<br />

negatief banksaldo was. Er was een allesbehalve constructieve houding van Heineken, er was<br />

geen bereidheid om te luisteren naar de argumenten van Van Hoorn Company waarom uitstel<br />

van het evenement naar september de beste oplossing was voor alle partijen. Mijn indruk was<br />

dat wij voor niets naar de bespreking waren gekomen. Heineken wilde helemaal geen beste<br />

oplossing voor alle partijen, zij wilde van het contract, het evenement en Van Hoorn Company<br />

af en zag daarvoor nu de mogelijkheid. Het was een frustrerende bespreking, alles dat van de<br />

zijde van Van Hoorn Company werd gezegd ketste af op een muur van onwil en ongeloof.<br />

Heineken opperde slechts dat het beslag kon worden opgeheven bij het stellen van ‘voldoende’<br />

zekerheid en aan uitstel in september werden zodanige voorwaarden gesteld dat dit uitstel<br />

voor Van Hoorn Company onmogelijk was. De term ‘voldoende zekerheid’ heb ik opgevat als<br />

een bedrag dat de vordering zou dekken. Dit lijkt mij voor de hand liggen. Heineken heeft ook<br />

niet aangegeven wat daar dan anders onder verstaan zou moeten worden. Ik stelde duidelijk<br />

dat er geen ‘voldoende’ zekerheid kon worden gesteld omdat er geen geld was en de bank als<br />

gevolg van het beslag niet meer wilde meewerken.<br />

Er zat geen enkel schot in de bespreking. Toen mr. Jansen na mijn herhaling dat er geen geld<br />

was, insinueerde dat Van Hoorn wellicht geld in Costa Rica had (waarbij hij zinspeelde op de<br />

36


20300560/MVZ/cp<br />

trouwerij van Frank van Hoorn in dat land), werd duidelijk dat wat er ook door Frank en mij<br />

zou worden gezegd, Heineken het toch naast zich neer zou leggen. Na die opmerking over<br />

verborgen geld werd het bereiken van een minnelijke regeling een illusie. Verder praten in<br />

deze sfeer had geen enkele zin. Boos en gefrustreerd hebben Frank en ik de bespreking toen<br />

beëindigd. Ik zag dit niet als het dichtgooien van de deur naar nader overleg, die deur was<br />

immers allang dichtgegooid door (de houding van) Heineken.<br />

Na de bespreking werd Frank uit contacten met Ruijgrok van Heineken duidelijk dat Heineken<br />

de beslissing van afstel en geen uitstel had genomen. Hier viel niets meer aan te veranderen.<br />

Later ontving ik nog van Frank een (her)bevestiging van het afzeggen van Jay-Z. Ik heb toen<br />

tegen Frank opgemerkt dat ik niet geloofde dat het sturen van die bevestiging aan Heineken<br />

nog iets zou uitmaken, de beslissing was immers al genomen en aan die beslissing werd al<br />

uitvoering gegeven. (…)”<br />

Aldus de getuigenverklaring van mr. Schaap. Voorts heeft getuige Van Hoorn het<br />

navolgende verklaard.<br />

4.2.11 “De gevolgen van de beslaglegging en het afgelasten van het evenement waren desastreus.<br />

Weliswaar stond er niet veel geld op de bankrekeningen maar het beslag had wel tot gevolg<br />

dat mijn lange relatie met de Rabobank Berkelland helemaal verstoord werd. De bank was<br />

door de jaren heen gewend aan grote schommelingen in mijn inkomsten en werd daar niet<br />

nerveus van, maar dit deed wel de deur dicht. Mijn financieringsmogelijkheden vielen dus<br />

weg. Als gezegd had ik ook al artiesten en leveranciers vooruit betaald. Uitstel zou geen ramp<br />

zijn geweest, maar afstel betekende dat ik richting hen niet zou kunnen nakomen en dat zij<br />

deze betalingen zouden kunnen houden. Omdat ik er niet met Heineken uit kon komen was ik<br />

genoodzaakt het faillissement van Van Hoorn Company aan te vragen. Dat leidde er ook toe<br />

dat mijn Amerikaanse gesprekspartner voor de overname meteen afhaakte. Ik had daar al een<br />

principeakkoord mee, en dat Heineken dit ook wist blijkt ook uit de clausule in het contract dat<br />

ik soortgelijke evenementen ook in het buitenland zou mogen organiseren, met of zonder de<br />

naam Heineken.” (p. 10)<br />

Uit deze verklaring blijkt omtrent de gevolgen van de beslaglegging, die hoewel er<br />

sprake was van een financiering door de Rabobank, en derhalve van een debetstand,<br />

grote gevolgen had voor de bedrijfsvoering van curanda. Getuige Van Hoorn bevestigt<br />

dat de door Heineken afgedwongen afgelasting van het evenement, alsmede de door<br />

haar getroffen beslagmaatregelen feitelijk hebben geleid tot het faillissement.<br />

Uit de verklaring van de directeur Corporate & Private Banking van de Rabobank<br />

Achterhoek-Noord d.d. 18 oktober 2007 (productie 98) blijkt het navolgende met<br />

betrekking tot de, goede, relatie tussen de bank en curanda:<br />

“Rabobank Achterhoek-Noord (voorheen Rabobank Berkelland) heeft een langdurige relatie<br />

gehad met van Hoorn c.s. Tot aan de beslaglegging kan de relatie tussen Rabobank<br />

Achterhoek-Noord en van Hoorn, met de gebruikelijke ups- en downs, als normaal worden<br />

betiteld. Er waren wel overstanden doch dat was gezien de branche (entertainment) niet<br />

ongebruikelijk. De bank had vertrouwen in de heer van Hoorn en de wijze waarop hij zijn<br />

verplichtingen nakwam. Door verbetering van de resultaten was het vertrouwen juist gestegen.<br />

Dit getuige ook de bereidheid van de bank om de betalingsopdracht groot € 300.000,-- te<br />

fiatteren. De bank had geen negatieve ervaringen met van Hoorn c.s. De handelwijze van het<br />

toestaan van een kortstondige overstand voor de betaling van kosten voor een groot<br />

evenement, die direct na de afloop van het evenement weer werd ingelopen, was al eerder<br />

37


20300560/MVZ/cp<br />

zonder problemen toegepast. Daarnaast was als aanvullende zekerheid voor de ontstane<br />

overstand het contract met Heineken aan de bank verpand.”<br />

Uit de verklaring van de bank blijkt tevens dat het wantrouwen dat Heineken had ten<br />

aanzien van de financiële positie en de mogelijkheden van curanda het uitstel te<br />

financieren ongegrond was. De door de bank gememoreerde betaling van € 300.000<br />

zag onder meer op de aan Erykah Badu betaalde bedragen. Het gebrek aan vertrouwen<br />

bij Heineken is door haar derhalve ten onrechte aangegeven als een van de redenen<br />

voor haar weigering medewerking te verlenen aan de een verplaatsing naar september.<br />

Voorts blijkt uit de verklaring van de heer Van Hoorn dat de gevolgen van afstel voor<br />

curanda zeer ernstig waren. Voorgeschoten betalingen aan artiesten konden niet<br />

worden terug gevorderd op basis van de met deze artiesten gesloten overeenkomsten.<br />

De curator heeft zich na datum faillissement met deze, in de muziekbranche<br />

gebruikelijke contracten geconfronteerd gezien en moest inderdaad concluderen dat de<br />

artiesten recht hadden de aan hen betaalde voorschotten te behouden, aangezien sprake<br />

was van een annulering zonder dat een andere datum werd bepaald. Dat was nu juist<br />

wat curanda wel had voorgesteld aan Heineken, maar waarmee Heineken niet heeft<br />

ingestemd. Voorts blijkt dat er een direct verband is tussen de beslaglegging door<br />

Heineken en de noodzaak tot het aanvragen van het eigen faillissement, hetgeen voorts<br />

tot gevolg had dat de Amerikaanse gesprekspartner voor de overname afhaakte.<br />

Overigens heeft deze gesprekspartner na faillissement wel een doorstart gemaakt,<br />

nadat zij- voor een uiteraard geringere prijs dan buiten faillissement- enige activa uit<br />

de boedel had gekocht.<br />

4.2.12 “De e-mail van Universal waarbij de optredens van Jay-Z werden afgezegd heb ik meteen<br />

doorgestuurd naar Ruijgrok. Daarna kreeg ik een schriftelijke bevestiging van de advocaat<br />

van Jay-Z. Pas veel later kwam er een verzoek van Heineken om die brief te mogen inzien. De<br />

sfeer was toen al zodanig dat ik op advies van mijn advocaat mr. Schaap niet op dat verzoek<br />

ben ingegaan.” (p. 10)<br />

Getuige Van Hoorn heeft hierbij aangegeven dat hij Heineken heeft geïnformeerd,<br />

voorzien van bewijs, van de afzegging van Jay-Z. Hij heeft hier ook verklaard waarom<br />

is afgezien van toezending van verdere, kater door hem ontvangen, bewijsstukken aan<br />

Heineken, zulks in overeenstemming met hetgeen mr. Schaap heeft verklaard.<br />

4.2.13 “U vraagt mij of ik aan Heineken heb toegelicht hoe ik een uitstel naar september financieel<br />

zou kunnen rondbreien. Als gezegd heb ik aangeboden de extra communicatiekosten voor mijn<br />

rekening te nemen en een derde headliner te boeken. Heineken heeft verder niet eens naar een<br />

onderbouwing gevraagd en was er bovendien bekend mee dat mijn Amerikaanse partner erin<br />

wilde investeren. U wijst mij op een e-mail van 26 maart 2003 aan Ruijgrok, waarin ik<br />

aangeef dat er sprake is van tegenvallende kaartverkoop, dat het verstandig zou zijn het<br />

evenement uit te stellen naar september, maar dat dat niet aan de orde zou zijn als de artiesten<br />

toch in april wilden optreden en dat ik daarover met die artiesten in overleg was. U vraagt mij<br />

met wie ik dit overleg heb gevoerd. Ik weet niet of er wel echt overleg gevoerd is, maar ik heb<br />

wel met de agent van Erykah Badu gesproken. Ik moest namelijk aan de agenten van geboekte<br />

artiesten de ticketcounts doorgeven. In die gesprekken heb ik wel met de agent van Erykah<br />

Badu gesproken over verplaatsing naar september, maar dit was eigenlijk alleen in<br />

informerende zin.<br />

De line-up van het evenement is volgens mij uiteindelijk eind <strong>februari</strong> 2003 gereedgekomen.<br />

Dat was wel laat, maar dit is steeds in nauw overleg met Heineken gegaan.” (p. 10/11)<br />

38


20300560/MVZ/cp<br />

Uit deze verklaring blijkt dat de door Heineken gestelde twijfel over de financiële<br />

haalbaarheid van de door curanda voorgestelde activiteiten ter ondersteuning van de<br />

noodzakelijke verplaatsing naar september 2003 niet gebaseerd was op feiten. Curanda<br />

zou, daarvoor was nu juist gekozen, het evenement voor eigen rekening en risico<br />

organiseren, met sponsorgelden van Heineken (en ENECO). Op welke wijze curanda<br />

tot dan toe het evenement had gefinancierd was ook geen zaak van Heineken. Tot het<br />

moment van beslaglegging was er voor Heineken geen aanleiding om te twijfelen aan<br />

de haalbaarheid van het voorstel van curanda van verplaatsing van het evenement naar<br />

september 2003. In ieder geval bracht de door Heineken jegens curanda in acht te<br />

nemen zorgvuldigheid, gelet op de gemaakte afspraken over verplaatsing ingeval van<br />

de uitbraak van een oorlog in Irak, met zich dat Heineken curanda de gelegenheid<br />

moest bieden het evenement in september 2003 te organiseren. Er was dan ook geen<br />

sprake van een toerekenbare tekortkoming zijdens curanda maar zijdens Heineken.<br />

Uit de verklaring blijkt tevens dat er een line-up was. Het concert had, indien de<br />

headliners niet zouden hebben afgezegd ten gevolge van de uitbraak van de Irakoorlog,<br />

kunnen plaatsvinden in april 2003.<br />

4.2.14 “U vraagt mij wat ik zou hebben gedaan als er definitief geen ENECO-bijdrage zou zijn<br />

gekomen. Dat is een hypothetische vraag, ik weet het niet. Mogelijk zou ik met mijn<br />

Amerikaanse partner overleggen of een kort geding tegen Heineken aanspannen. U vraagt mij<br />

of Heineken tijdens de gesprekken in april na de beslaglegging ook het voorstel heeft gedaan<br />

dat het evenement in september zonder eventuele bijdrage van ENECO zou worden<br />

georganiseerd waarbij ik Heineken zou vrijwaren voor de communicatiekosten en waarbij<br />

onze relatie na het evenement zou worden beëindigd. Ik kan mij zoiets niet herinneren, maar ik<br />

zou dat voorstel niet aanvaardbaar hebben geacht. Het uitstel van april naar september zou al<br />

geld hebben gekost. De beslaglegging heeft mij geld gekost en mijn financiers zaten in de<br />

hoogste boom. Zoiets zou neer zijn gekomen op chantage. Ik wil nog opmerken dat Heineken<br />

altijd aan opheffing van het beslag als voorwaarde heeft verbonden dat ik zou betalen.” (p.<br />

11)<br />

Deze vraag is aan de getuige gesteld op verzoek van Heineken. Uit de vraagstelling<br />

blijkt dat Heineken veronderstelde dat ENECO niet zou meewerken aan verplaatsing<br />

naar september 2003, althans dat dit een reden zou zijn de sponsorbijdrage van<br />

ENECO kwijt te raken. Deze veronderstelling wordt niet gestaafd door de stukken in<br />

deze zaak, die ook bij deze dagvaarding zijn gevoegd. De curator verwijst hiervoor<br />

naar de als productie 82 overgelegde verklaring van mevrouw mr. J.Y.M. Mels van<br />

ENECO. Heineken heeft niet eens voorgesteld aan ENECO of zij wilde meewerken<br />

aan verplaatsing. Zij heeft dadelijk in april 2003 feitelijk voorgesteld de sponsorrelatie<br />

tussen Heineken en ENECO aldus te beëindigen dat Heineken geen beroep zou doen<br />

op het kort geding vonnis. Curanda mocht dan ook uitgaan van het behoud van<br />

(sub)sponsor ENECO, te meer daar in de overeenkomst Heineken-ENECO een<br />

overmachtclausule was opgenomen, waarop Heineken zich niet heeft beroepen.<br />

V JURIDISCH KADER<br />

Algemeen<br />

5.1 Gelet op vorenstaande feiten en omstandigheden, onderbouwd door middel van de in<br />

de dagvaarding opgenomen schriftelijke bewijsstukken en getuigenverklaringen,<br />

vordert de curator in deze procedure vergoeding van Heineken van de door curanda<br />

39


20300560/MVZ/cp<br />

geleden schade ten gevolge van de handelwijze van Heineken na het uitbreken van de<br />

VS-Irak oorlog en de afzegging van de twee belangrijkste artiesten. Deze handelwijze<br />

kan worden aangemerkt als toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige<br />

daad van Heineken jegens curanda, respectievelijk haar gezamenlijke schuldeisers.<br />

Indien in deze procedure niet zou komen vast te staan, ondanks het door de curator<br />

geleverde bewijs van deze stelling, dat partijen zijn overeengekomen dat de VS-Irak<br />

oorlog als overmacht zou kunnen worden gekwalificeerd stelt de curator dat de VS-<br />

Irak oorlog, alsmede de afzeggingen van de twee headliners ten gevolge van het<br />

uitbreken van deze oorlog in dat geval dienen te worden gekwalificeerd als<br />

onvoorziene omstandigheden in de zin van art. 6: 258 BW. De curator zal de<br />

grondslagen van zijn vordering in het hiernavolgende nader onderbouwen.<br />

Vereisten toerekenbare tekortkoming<br />

5.2 Art. 6: 74 lid 1 BW bepaalt dat iedere tekortkoming in de nakoming van een<br />

verbintenis de schuldenaar verplicht de schade die de schuldeiser daardoor lijdt te<br />

vergoeden, tenzij de tekortkoming de schuldenaar niet kan worden toegerekend. Voor<br />

het intreden van een verplichting tot schadevergoeding stelt dit artikel derhalve de<br />

navolgende vereisten:<br />

1. Er moet sprake zijn van een tekortkoming in de nakoming van een verbintenis;<br />

2. Buiten gevallen van blijvende onmogelijkheid van nakoming vereist lid 2 verzuim;<br />

3. De tekortkoming moet toerekenbaar zijn aan de schuldenaar;<br />

4. Er moet sprake zijn van (potentiële) schade;<br />

5. Ten slotte is causaal verband tussen de tekortkoming en de schade vereist.<br />

Inhoud overeenkomst<br />

5.3 Wil er sprake zijn van een tekortkoming van Heineken in de nakoming van een<br />

verbintenis dient eerst vast te staan dat er een verbintenis bestaat. Uit de overwegingen<br />

van de Sponsorovereenkomst blijkt dat partijen afspraken wensen te maken omtrent de<br />

realisatie van een muziekevenement door curanda, waarbij Heineken als naamdragend<br />

hoofdsponsor zal optreden. In art. 7.2 van de Sponsorovereenkomst wordt gesproken<br />

over de subsponsorovereenkomst die is gesloten tussen Heineken en ENECO. Op<br />

basis van deze overeenkomst was ENECO een sponsorbijdrage verschuldigd ad €<br />

317.646,15 exclusief BTW. Op grond van art. 7.3 heeft Heineken zich verplicht zich<br />

in te spannen om te bewerkstelligen dat ENECO een sponsorovereenkomst aangaat<br />

met curanda, hetgeen, ondanks verzoeken van curanda daartoe, niet is geschied. Aldus<br />

liep de ontvangst van de bijdrage van deze subsponsor via Heineken. Op grond van<br />

artikel 8.1 sub A van de Sponsorovereenkomst is sprake van een verplichting van<br />

Heineken tot de betaling van een sponsorvergoeding van € 317,646,15 indien in een<br />

jaar 3 of 4 evenementen plaatsvinden. Op grond van art. 8.1 sub B van de<br />

Sponsorovereenkomst reserveert Heineken ten gunste van curanda een budget van ten<br />

hoogste van € 68.067,03 per jaar, uitsluitend ten behoeve van publiciteit voor de<br />

kaartverkoop. Ten behoeve van Steam is dit budget vermeerderd met € 150.000.<br />

Kortom, Heineken heeft zich verplicht tot het verstrekken van een overeengekomen<br />

financiële bijdrage ten behoeve van de organisatie van Steam. Voorts zijn partijen<br />

overeengekomen dat het evenement in april 2003 doorgaat (en de besproken<br />

verschuiving naar september vervalt) behoudens onvoorziene omstandigheden zoals<br />

40


20300560/MVZ/cp<br />

het uitbreken van een oorlog tussen de VS en Irak. Alsdan zou het evenement<br />

verplaatst worden naar september, zoals eerder door partijen was besproken. Een<br />

dergelijke afspraak brengt met zich dat Heineken aan een verplaatsing naar september<br />

zal dienen mee te werken indien en zodra het evenement in april 2003 niet kan<br />

doorgaan als gevolg van het uitbreken van een oorlog tussen de VS en Irak.<br />

Tekortkoming<br />

5.4 De begrippen tekortkomen en tekortschieten hebben een ruime en neutrale betekenis:<br />

zij omvatten alle gevallen waarin hetgeen de schuldenaar verricht in enig opzicht ten<br />

achter blijft bij hetgeen de verbintenis vergt, ongeacht of deze handelwijze de<br />

schuldenaar toerekenbaar is of niet. De tekortkoming kan zowel bestaan in het geheel<br />

of gedeeltelijk uitblijven van de nakoming, als in niet-tijdige of niet-behoorlijke<br />

nakoming. Tot de laatste categorie wordt niet alleen het geval gerekend dat de<br />

prestatie zelf niet aan de verbintenis beantwoordt, maar ook het geval dat die prestatie<br />

of daarmee samenhangende gedragingen aan de zijde van de schuldenaar aan de<br />

schuldeiser op de een of andere wijze schade toebrengen. 1<br />

5.5 Daar waar partijen nadrukkelijk gesproken hebben over een verplaatsing naar<br />

september, de twee belangrijkste artiesten (headliners) daadwerkelijk hebben afgezegd<br />

ten gevolge van de uitgebroken Irak-oorlog en daardoor het evenement feitelijk niet<br />

meer succesvol kon worden voortgezet, is de weigering van Heineken mee te werken<br />

aan verplaatsing, sterker nog zelfstandig over te gaan tot bekendmaking van<br />

afgelasting van het evenement, aan te merken als een toerekenbare tekortkoming. De<br />

tussen partijen besproken data in april 2003 waren ingeval van het uitbreken van een<br />

Irak-oorlog derhalve niet zo hard als Heineken eind maart 2003, toen zij curanda aan<br />

deze data hield, deed voorkomen. Er is dan ook geen enkele rechtvaardiging te vinden<br />

voor de weigering van Heineken mee te werken aan de verplaatsing naar september<br />

2003. Bij de uitleg van hetgeen tussen partijen is overeengekomen dient acht te<br />

worden geslagen op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer<br />

aan elkaars verklaringen en gedragingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien<br />

aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten (Haviltex-criterium, HR 13<br />

maart 1981, NJ 1981/635). De uitleg die Heineken, opeens eind maart 2003, gaf aan<br />

de overeenstemming tussen partijen als verwoord in de e-mail van curanda d.d. 3<br />

maart 2003 (productie 18) en het vasthouden aan het laten doorgaan van het aldus<br />

sterk geamputeerde evenement komt in strijd met deze rechtsregel.<br />

5.6 Curanda mocht erop vertrouwen dat Heineken, conform afspraak, zou meewerken aan<br />

de door haar georganiseerde, en tussen partijen eerder overeengekomen, verplaatsing.<br />

De belangen van curanda, maar ook die van Heineken zelf, brachten dit met zich mee.<br />

Van Heineken had verwacht mogen worden dat zij, ter beperking van de schade van<br />

curanda die zoals Heineken kon verwachten- en op het bestaan waarvan curanda<br />

Heineken schriftelijk meermalen heeft gewezen en waarvoor zij Heineken ook<br />

schriftelijk bij voorbaat aansprakelijk heeft gesteld- bij afgelasting enorm was, haar<br />

medewerking zou verlenen aan de verplaatsing, in plaats van dat zij aanstuurde op een<br />

afgelasting met alle negatieve gevolgen voor beide partijen van dien.<br />

1 Olthof 2005 (T&C BW), art. 6: 74 BW, aantekening 2.<br />

41


20300560/MVZ/cp<br />

5.7 Niet alleen weigerde Heineken de Sponsorovereenkomst na te komen, zij heeft door<br />

middel van de beslaglegging en haar handelen na de beslaglegging (weigerachtig enige<br />

regeling te treffen waarbij rekening werd gehouden met de belangen van curanda),<br />

curanda voorts ernstige schade toegebracht. Deze tekortkomingen zijn Heineken<br />

toerekenbaar en zijn conditio sine qua non voor de schade die curanda dientengevolge<br />

heeft geleden.<br />

Nakoming blijvend onmogelijk<br />

5.8 De vraag wanneer een- op schadevergoeding recht gevende- tekortkoming bestaat,<br />

wordt in art. 6: 74 lid 2 BW beantwoord. Is het niet-nakomen de schuldenaar<br />

toerekenbaar, dan is het ontstaan van de tekortkoming blijkens lid 2 afhankelijk van de<br />

vraag of nakoming blijvend onmogelijk is of niet. Indien nakoming blijvend<br />

onmogelijk is, dat wil zeggen indien de tekortkoming niet door nadere nakoming kan<br />

worden geheeld (definitieve niet-nakoming, onherstelbare ondeugdelijke nakoming),<br />

vormt de niet-nakoming reeds aanstonds na opeisbaarheid een tekortkoming, zonder<br />

dat nog nadere vereisten behoeven te worden vervuld. Na de beslaglegging en de<br />

afgelasting van het evenement was nakoming blijvend onmogelijk voor Heineken.<br />

Immers, het evenement waaraan Heineken haar medewerking diende te verlenen op<br />

grond van de Sponsorovereenkomst, kon (door haar toedoen) niet meer worden<br />

georganiseerd. Na de afgelasting dienden alle kaarthouders schadeloos gesteld te<br />

worden en konden de artiesten aan hen betaalde voorschotten behouden. Het<br />

evenement was daarmee de nek omgedraaid.<br />

Schadevergoeding<br />

5.9 De hiervoor beschreven toerekenbare tekortkoming in de nakoming geeft ex art. 6: 74<br />

lid 1 BW recht op vergoeding van de door de tekortkoming veroorzaakte schade. Nu<br />

de nakoming blijvend onmogelijk is ontstaat zowel de verbintenis tot het betalen van<br />

aanvullende schadevergoeding als die tot het betalen van vervangende<br />

schadevergoeding op het moment van de tekortkoming rechtstreeks op grond van art.<br />

6: 74 BW. De curator heeft deswege recht en belang bij zijn vordering op vergoeding<br />

door Heineken van de door curanda geleden schade. Deze kan worden begroot op het<br />

tekort in het faillissement. Immers, ten gevolge van de weigering mee te werken aan<br />

verplaatsing, de beslaglegging en de afgelasting van het evenement kon curanda de<br />

aanzienlijke investeringen die zij reeds had gepleegd in het kader van de organisatie<br />

van HNL niet meer terugverdienen en kon zij geen inkomsten meer uit HNL<br />

genereren. Zij had zich evenwel jegens derden reeds verbonden tot betaling van alle<br />

met de organisatie van het evenement samenhangende kosten. Voorzover deze<br />

onbetaald zijn gelaten zijn deze terug te vinden op de als productie 87 in het geding<br />

gebrachte crediteurenlijsten. De kosten die de boedel heeft gemaakt (lees: de<br />

faillissementskosten bestaande uit het salaris en de verschotten van de curator,<br />

alsmede de overige boedelkosten) zijn ook te beschouwen als schade die curanda heeft<br />

geleden tengevolge van de toerekenbare tekortkoming van Heineken. Immers, indien<br />

Heineken niet tekort zou zijn geschoten in de nakoming van haar verplichtingen jegens<br />

curanda zouden deze kosten niet gemaakt hoeven te worden. Het causale verband<br />

tussen de tekortkoming en de schade is gelet op het vorenstaande gegeven.<br />

42


20300560/MVZ/cp<br />

Subsidiair: onvoorziene omstandigheden<br />

5.10 Voor het geval uw rechtbank niet bewezen acht dat het niet doorgaan van het<br />

evenement ten gevolge van het uitbreken van de VS-Irak oorlog als een niet<br />

toerekenbare tekortkoming (door partijen geformuleerd als: “overmacht”) zijdens<br />

curanda is aan te merken stelt de curator zich subsidiair op het standpunt dat deze<br />

oorlog en de hierdoor veroorzaakte afzegging van de twee hoofdartiesten alsdan<br />

kunnen worden beschouwd als onvoorziene omstandigheden.<br />

5.11 Op grond van het bepaalde in art. 6: 258 lid 1 BW kunnen de gevolgen van de<br />

overeenkomst op verlangen van een der partijen door de rechter worden gewijzigd op<br />

grond van<br />

“onvoorziene omstandigheden welke van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven<br />

van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag<br />

verwachten.”<br />

Door de rechter kan aan de wijziging of ontbinding terugwerkende kracht worden<br />

verleend, hetgeen betekent dat een en ander rechtstreeks gevolgen kan hebben voor<br />

reeds verrichte prestaties. Ingevolge het bepaalde in art. 6: 258 lid 2 BW zal wijziging<br />

of ontbinding niet door de rechter worden uitgesproken,<br />

“voor zover de omstandigheden krachtens de aard van de overeenkomst of de in het verkeer<br />

geldende opvattingen voor rekening komen van degene die zich erop beroept.”<br />

Volgens Hartkamp 2 dient onder onvoorziene omstandigheden te worden verstaan:<br />

“omstandigheden, ingetreden na het sluiten van de overeenkomst, die partijen niet<br />

(uitdrukkelijk of stilzwijgend) in hun overeenkomst hebben verdisconteerd, omstandigheden<br />

waarin zij niet hebben voorzien. Bij het stilzwijgen van de overeenkomst moet daartoe worden<br />

gelet op de aard en strekking van de overeenkomst, de omstandigheden waaronder zij tot<br />

stand is gekomen, de verkeersopvattingen, de redelijkheid en billijkheid. Onverschillig is of<br />

partijen al dan niet feitelijk aan de mogelijkheid van het intreden der omstandigheden hebben<br />

gedacht, dus deze hebben voorzien en eveneens of die omstandigheden redelijkerwijze<br />

voorzienbaar waren of niet.”<br />

Het beslissende criterium is dus of de onvoorziene omstandigheden al dan niet door de<br />

contractspartijen in de overeenkomst zijn verdisconteerd, en zo ja, in welke mate. Is<br />

dat niet of maar in beperkte mate het geval, dan kan er aanleiding zijn de<br />

overeenkomst aan te passen, wat dan zoveel mogelijk moet geschieden, aldus de MvA<br />

I art. 6: 258 3 in aansluiting op hetgeen partijen reeds aan rechtsgevolgen hebben<br />

geregeld of in de overeenkomst opgesloten lag.<br />

Bij onvoorziene, nà het sluiten van de overeenkomst ingetreden omstandigheden, zal<br />

het vaak gaan om omstandigheden- aldus Hartkamp 4 :<br />

2 Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 333.<br />

3 Zie: Parl. Gesch. Boek 6, p. 974; zie ook Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 333.<br />

4 Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 334.<br />

43


“die de gehele grondslag aan de overeenkomst doen ontvallen.”<br />

20300560/MVZ/cp<br />

Daarbij valt te denken aan spectaculaire omstandigheden van algemene aard 5 , zoals<br />

een oorlog, natuurramp of wereldwijde financiële crisis (geldontwaarding, beurskrach,<br />

e.d.). Meestal hebben onvoorziene omstandigheden echter betrekking op bepaalde<br />

overeenkomsten, die daardoor zódanig worden aangetast dat de ene partij van de<br />

andere partij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde<br />

instandhouding niet mag verwachten. 6<br />

5.12 In de onderhavige zaak leidt toepassing van art. 6: 258 BW er, subsidiair, toe dat het<br />

uitbreken van de oorlog tussen de VS en Irak en de afzegging van twee headliners<br />

grond zijn voor uw rechtbank de gevolgen van de Sponsorovereenkomst te wijzigen in<br />

dier voege dat van curanda niet verwacht had mogen worden dat zij op de eerder,<br />

namelijk toen nog niet bekend was dat kort voor die data een oorlog zou uitbreken<br />

waardoor artiesten niet naar Europa zouden reizen, afgesproken data in april 2003<br />

HNL zou organiseren en dat van Heineken verwacht had mogen worden dat zij haar<br />

medewerking zou verlenen aan een, besproken, verplaatsing naar september 2003. Er<br />

zal dan, met terugwerkende kracht, geen sprake kunnen zijn van een toerekenbare<br />

tekortkoming zijdens curanda, nu zij ten gevolge van de onvoorziene omstandigheden<br />

niet gehouden kan worden tot het organiseren van het evenement in april 2003. Tevens<br />

zorgt toepassing van deze bepaling en de wijziging van de Sponsovereenkomst door<br />

uw rechtbank er in dit geval voor dat Heineken schadeplichtig is jegens curanda door<br />

curanda wel te houden aan de data in april 2003 en niet mee te werken aan<br />

verplaatsing naar september 2003. De hoogte van de schade is hiervoor reeds<br />

besproken sub 5.9.<br />

Onrechtmatige daad: algemeen<br />

5.13 De schuldenaar die tekortschiet in de nakoming van zijn verbintenis, pleegt daarmee<br />

op zichzelf nog geen onrechtmatige daad. Levert zijn gedrag echter zelfstandig, dat wil<br />

zeggen onafhankelijk van de schending van zijn contractuele verplichtingen, ook een<br />

onrechtmatige daad op, dan kan de benadeelde kiezen of hij de weg van art. 6: 74 e.v.<br />

BW, dan wel die van art. 6: 162 BW wil bewandelen. In beide gevallen zal hij<br />

hetzelfde resultaat bereiken. Als standaardarrest geldt het arrest Boogaard/Vesta. 7<br />

5.14 Voor de aansprakelijkheid ex art. 6: 162 BW dient voldaan te zijn aan vijf vereisten, te<br />

weten: onrechtmatige daad, toerekenbaarheid van de daad aan de dader, schade,<br />

causaal verband tussen daad en schade en relativiteit.<br />

Onrechtmatige daad<br />

5.15 Op grond van art. 6: 162 lid 2 worden als onrechtmatige daad aangemerkt een inbreuk<br />

op een recht en een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen<br />

volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, een en ander<br />

behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond.<br />

5 Zie daarover: Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 337.<br />

6 Art. 6: 258 lid 1 BW.<br />

7 HR 9 december 1955, NJ 1956/57.<br />

44


20300560/MVZ/cp<br />

Toerekenbaarheid<br />

5.16 Op grond van art. 6: 162 lid 3 BW kan een onrechtmatige daad worden toegerekend<br />

aan de dader, indien zij te wijten is aan zijn schuld of aan een oorzaak welke krachtens<br />

de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt.<br />

Schade<br />

5.17 Voor de vestiging van aansprakelijkheid is voldoende dat enige schade is geleden. Aan<br />

de hand van de regels in art. 6: 95 e.v. BW moet vervolgens de omvang van de<br />

schadevergoedingsplicht worden vastgesteld.<br />

Causaal verband tussen daad en schade<br />

5.18 Voor de vestiging van aansprakelijkheid is in het algemeen voldoende dat tussen daad<br />

en geleden schade een conditio sine qua non-verband bestaat.<br />

Relativiteit<br />

5.19 Op grond van art. 6: 163 BW bestaat geen verplichting tot schadevergoeding, wanneer<br />

de geschonden norm niet strekt tot bescherming tegen de schade zoals de benadeelde<br />

die heeft geleden.<br />

Onrechtmatigheid handelwijze Heineken<br />

5.20 Aangezien in deze zaak voldaan is aan de hiervoor genoemde vereisten dient de<br />

handelwijze van Heineken, ook los van de verplichtingen die voor Heineken uit de<br />

Sponsorovereenkomst voortvloeien, te worden beschouwd als onrechtmatig jegens<br />

curanda en/of haar gezamenlijke crediteuren. Uit de stukken en de afgelegde<br />

getuigenverklaringen blijkt dat ten gevolge van de afgelasting en de beslaglegging,<br />

waardoor de bedrijfsvoering van curanda volledig stil kwam te liggen, het<br />

faillissement onafwendbaar was geworden. Immers de voorgeschoten, aanzienlijke,<br />

kosten die curanda had gemaakt in het kader van de voorbereidingen van HNL 2003<br />

konden niet meer worden terugverdiend en ten gevolge van de beslaglegging konden<br />

lopende kosten niet meer worden betaald. Er is derhalve een duidelijk causaal verband<br />

tussen de gedragingen van Heineken en het faillissement. Uit de stukken blijkt dat<br />

Heineken slechts in wilde stemmen met opheffing van het beslag nadat voldoende<br />

zekerheid door curanda was gesteld, hetgeen inhoudt het stellen van een bankgarantie<br />

tot het bedrag van de begrote vordering (€ 950.000!), waartoe curanda niet in staat<br />

was. Uit de getuigenverklaringen van de heer Van Hoorn en mr. J.A. Schaap blijkt dat<br />

Heineken van het contract af wilde, waarbij zij zich had moeten realiseren dat zij<br />

curanda daarmee onevenredig veel schade zou berokkenen. De schade die curanda<br />

en/of de gezamenlijke crediteuren van curanda heeft/hebben geleden ten gevolge van<br />

de onrechtmatige daad van Heineken kan worden becijferd op het faillissementstekort,<br />

te weten de in het faillissement ingediende, en door de curator erkende,<br />

schuldvorderingen (waarvoor verwezen wordt naar de als productie 87 overgelegde<br />

crediteurenlijsten), te vermeerderen met de faillissementskosten (zoals salaris curator<br />

en verschotten), te verminderen met het faillissementsactief, dat per 9 januari <strong>2008</strong><br />

bedraagt € 1.202,25.<br />

45


20300560/MVZ/cp<br />

Ter zake van de bevoegdheid van de curator in deze zaak te ageren op grond van<br />

onrechtmatige daad wordt verwezen naar de arresten Peeters/Gatzen 8 en<br />

Lunderstädt/de Kok. 9<br />

De handelwijze van Heineken is des te meer te kwalificeren als onrechtmatig<br />

aangezien Heineken zelf, bij aanbeveling van haar toenmalige voorzitter van de Raad<br />

van Bestuur, de heer A. Ruys, d.d. 19 <strong>februari</strong> 2003 (productie 99) zich nog op een<br />

zeer positieve wijze heeft uitgelaten over de heer Van Hoorn. Zo schreef de heer Ruys<br />

op deze datum:<br />

“This is to confirm that Mr. Frank van Hoorn has worked for Heineken N.V. on various<br />

projects during the past 10 years, always with impressive result. (…) Mr. Van Hoorn has been<br />

actively involved both in the creative process of preparation and in the down to earth detailed<br />

execution of a number of our music sponsoring programs.<br />

I was personally impressed with his determination, skills, negotiating power and client<br />

awareness. His help in organizing/producing was very well appreciated with the following<br />

events:<br />

- Heineken Green Room (European dance-tour)<br />

- Heineken red <strong>Star</strong> in the US<br />

- Heineken Music Horizons in Hong Kong<br />

- Heineken Night of the Proms in the Netherlands, Switzerland and Spain<br />

- Heineken NightLive and<br />

- Heineken Crossover Awards in the Netherlands.<br />

I am pleased to recommend Frank van Hoorn on behalf of Heineken N.V.”<br />

Een dergelijke positieve beoordeling over de jarenlange werkzaamheden van de heer<br />

Van Hoorn (lees: curanda) voor Heineken maken de handelwijze van Heineken slechts<br />

5 weken later uiterst onverwacht voor curanda en onrechtmatig. Ten overvloede<br />

worden twee andere aanbevelingen van Pryor Cashman Sherman & Flynn LLP d.d. 14<br />

<strong>februari</strong> 2003 (productie 100) en van MTV Networks Europe d.d. 17 <strong>februari</strong> 2003<br />

(productie 101) in het geding gebracht. Howard Siegel advocaat bij Pryor Cashman<br />

Sherman & Flynn LLP, auteur van diverse artikelen en een boek en adjunct Professor<br />

of Law aan Fordham Law School heeft onder meer het navolgende over Frank van<br />

hoorn verklaard:<br />

“Frank van Hoorn is an individual of exceptional integrity. He conducts his business affairs in<br />

a manner that is not only extremely efficient (as evidenced by his extraordinary success over<br />

the years), but also with a refreshingly high regard for ethical rectitude and fair dealing.<br />

Frank is universally regarded as one of the most respected consultants, promoters and<br />

production entities not only throughout Europe, but around the world. His professional<br />

experiences cover the broadest possible spectrum of concert productions including several of<br />

the highly successful Heineken concert presentations, equally successful projects with Coca-<br />

Cola and a number of MTV-related concerts, all involving some of the world’s most preeminent<br />

music arts.<br />

Mr. Van Hoorn is a thoroughly professional and consistently reliable businessman. He is<br />

conscientious and thoughtful in his approach to all of his projects, irrespective of their size or<br />

economic promise. He has adapted well to the ever-shifting landscape of musical tastes and<br />

8 HR 14 januari 1983, NJ 1983/597.<br />

9 HR 21 december 2001, NJ 2005/95.<br />

46


20300560/MVZ/cp<br />

genres. Time and again he has proven himself to be among the most respected and recognized<br />

leaders in his field.<br />

I recommend Frank Van Hoorn to you unreservedly.”<br />

Op grond van deze verklaringen, enkele weken voor de door Heineken geforceerde<br />

breuk, kan worden voorbij gegaan aan de stellingen van Heineken die twijfels<br />

proberen te zaaien met betrekking tot de alom erkende integriteit, ervaring en kennis<br />

van (de directeur van) curanda. Door desalniettemin aan deze, door Heineken zelf en<br />

derden, erkende eigenschappen voorbij te gaan en, naar haar zeggen, op grond van een<br />

gebrek aan vertrouwen (in mededelingen van curanda en haar mogelijkheden<br />

verplaatsing te kunnen regelen) de keuze te maken niet mede te werken aan<br />

verplaatsing van het evenement, sterker nog beslagen te leggen en te dreigen met<br />

ontbinding van de Sponsorovereenkomst, heeft Heineken evident onrechtmatig<br />

gehandeld jegens curanda. Uit de in het geding gebrachte stukken en uit de<br />

verklaringen blijkt voldoende dat Heineken, ook los van de afspraken die partijen<br />

hadden gemaakt over verplaatsing naar september 2003, geen enkele reden had het<br />

evenement af te gelasten.<br />

VI DE DOOR GEDAAGDE TEGEN DE EIS AANGEVOERDE VERWEREN EN DE<br />

GRONDEN DAARVAN<br />

6.1 Voor de door Heineken tegen de eis aangevoerde verweren en de gronden daarvan<br />

verwijst de curator naar de brief van mr. Moons aan de curator d.d. 15 september 2004<br />

(productie 84), het hiervoor gestelde onder 2.68, alsmede naar de<br />

getuigenverklaringen van de heren H.H.F. Jansen d.d. 20 oktober 2006 (productie 94)<br />

en P. Vertregt d.d. 5 <strong>februari</strong> 2007 (productie 95). Uit deze stukken blijkt dat het<br />

verweer van Heineken kort gezegd op het volgende neerkomt.<br />

6.2 Allereerst stelt Heineken zich op het standpunt dat de oorzaak van het faillissement<br />

niet gelegen zou zijn in enige handelwijze van Heineken, maar in het aanzienlijk<br />

negatief eigen vermogen van curanda en de jaar op jaar geleden verliezen (productie<br />

84, p. 1, 2 e alinea).<br />

Dit verweer dient te worden verworpen. Uit de verklaring van Rabobank d.d. 18<br />

oktober 2007 (productie 98) blijkt dat de bancaire relatie tot de beslaglegging goed<br />

was. De bank was uiteraard op de hoogte van de jaarlijkse resultaten van curanda en<br />

het negatief eigen vermogen, maar had daarmee geen problemen. De relatie was zo<br />

goed dat kort voor het evenement nog een betaling van € 300.000 werd gefiatteerd<br />

door de bank. Er waren geen negatieve ervaringen met curanda. De medewerking van<br />

hoofdsponsor Heineken was voor financier Rabobank van essentieel belang. Dit blijkt<br />

ook uit de verklaring van Rabobank. De sponsorbijdrage van Heineken vormde<br />

immers een belangrijke zekerheid voor het verleende krediet door middel van<br />

verpanding van deze bijdrage aan de bank. Met het wegvallen van Heineken kwam de<br />

basis onder de financiering door Rabobank te vervallen. Te meer daar Heineken ook<br />

nog beslag liet leggen op activa van curanda. Onder die omstandigheden is het heel<br />

gebruikelijk dat een bank weigert nog betalingsopdrachten goed te keuren die de<br />

overstand vergroten. Voorts was Heineken ermee bekend dat het evenement<br />

47


20300560/MVZ/cp<br />

aanzienlijke aanloopkosten heeft, die pas met onder meer de kaartverkoop en de<br />

verkoop van hospitality pakketten kunnen worden terugverdiend. Een onderneming<br />

zoals curanda die zich volledig toelegt op de organisatie van een beperkt aantal grote<br />

evenementen per jaar, is dus financieel in grote mate afhankelijk van het slagen van<br />

het evenement. Onder deze omstandigheden wist Heineken, althans behoorde zij te<br />

begrijpen dat het beëindigen van de Sponsorovereenkomst en daarnaast ook nog de<br />

beslaglegging zouden leiden tot acute financiële problemen bij curanda met als direct<br />

te verwachten gevolg (indien zij de beslaglegging niet zou opheffen) een faillissement.<br />

6.3 Voorts betwist Heineken de stelling van de curator dat sprake is van een toerekenbare<br />

tekortkoming in de nakoming van de Sponsorovereenkomst, met name door niet mee<br />

te werken aan een verplaatsing van het evenement naar september 2003 (productie 84,<br />

p. 2, 2 e alinea). Daarbij voert zij onder meer aan dat curanda op grond van financiële<br />

overwegingen (de slechte kaartverkoop) niet langer zou doorgaan met de organisatie<br />

van het evenement (productie 84, p. 3, sub e). Hiermee zou het verzuim zijn<br />

ingetreden en zou een later beroep op afzeggingen wegens de oorlog niet meer opgaan.<br />

Voorts wijst Heineken erop dat zij nooit een verifieerbare mededeling van afzegging<br />

heeft ontvangen. Tevens wijst Heineken erop dat door haar in de bespreking van 4<br />

april 2003 diverse scenario’s zijn aangegeven waaronder de eventuele mogelijkheid<br />

van een noodgedwongen verplaatsing van het evenement naar september, mits onder<br />

andere daaraan voor Heineken geen verdere kosten zouden zijn verbonden. Deze<br />

voorwaarde zou niet zijn aanvaard door curanda.<br />

Dit verweer dient te worden verworpen.<br />

De curator heeft in het voorgaande zijn stelling dat sprake is van een toerekenbare<br />

tekortkoming zijdens Heineken door niet mee te werken aan verplaatsing naar<br />

september genoegzaam onderbouwd. De reden van de noodzaak van verplaatsing was<br />

niet gelegen in de tegenvallende kaartverkoop. De afzegging van de twee belangrijkste<br />

artiesten vormde de noodzaak verplaatsing van het evenement voor te stellen. Curanda<br />

is niet in verzuim geraakt ten gevolge van de afzegging van de artiesten. Aan<br />

Heineken was op 3 april 2003 de e-mail van de platenmaatschappij ter zake van de<br />

afzegging van Jay-Z doorgezonden. De stellingen van Heineken met betrekking tot de<br />

besproken scenario’s tijdens de bespreking van 4 april 2003 worden ontkracht door de<br />

verklaringen van Van Hoorn en mr. Schaap. Curanda had Heineken voorgesteld op<br />

haar kosten zorg te dragen voor de verplaatsing en het aantrekken van nog een<br />

headliner.<br />

6.4 Heineken betwist dat de beslaglegging onrechtmatig jegens curanda was (productie<br />

84, p. 5, laatste alinea). Heineken ontkent dat zij wist respectievelijk behoorde te<br />

weten dat het beslag onder de Rabobank geen verhaal voor haar vordering zou kunnen<br />

opleveren. Voorts stelt zij dat zij tijdens de bespreking van 4 april 2003 heeft<br />

medegedeeld bereid te zijn het beslag op te heffen indien curanda zou aantonen dat het<br />

beslag onder de Rabobank inderdaad geen doel diende. Heineken stelt tevens dat het<br />

niet ten gevolge van de beslagen was dat curanda niet langer in staat was aan haar<br />

lopende verplichtingen te voldoen.<br />

48


20300560/MVZ/cp<br />

Dit verweer dient te worden verworpen. Het was Heineken bekend dat curanda als<br />

zekerheid voor de met Rabobank gesloten kredietovereenkomst moest overgaan tot<br />

verpanding van haar rechten uit hoofde van de Sponsorovereenkomst. Daarmee moet<br />

het Heineken ook bekend zijn geweest dat beslag onder deze crediteur van curanda<br />

geen doel zou kunnen treffen. Het enige dat bereikt kon worden, en ook werd, was een<br />

blokkade van het onbenutte deel van de kredietruimte, c.q. de nog door de bank te<br />

accepteren overstand. Daaruit had curanda aan haar verplichtingen jegens haar<br />

crediteuren kunnen voldoen. De stelling van Heineken dat zij niet in staat zou zijn<br />

geweest aan haar verplichtingen te voldoen omdat het beslag onder Rabobank geen<br />

doel heeft getroffen is dan ook onjuist. Dit verweer is voorts ook in strijd met de<br />

verklaringen van Van Hoorn en mr Schaap.<br />

6.5 Heineken stelt dat curanda zelf verantwoordelijk is voor schade en kosten omdat zij<br />

met het annuleren van het evenement toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming<br />

van haar verplichtingen.<br />

Dit verweer dient te worden verworpen. Curanda heeft het evenement niet<br />

geannuleerd. Na afzegging van de twee belangrijkste artiesten deed zich de tussen<br />

partijen besproken situatie voor die zou moeten leiden tot verplaatsing naar september<br />

2003. Van annulering door curanda was geen sprake. Uit het vorenstaande blijkt<br />

genoegzaam dat het Heineken is geweest die het evenement heeft afgelast. Curanda<br />

wenste het evenement te verplaatsen.<br />

6.6 Heineken beschikt slechts over verklaringen van haar eigen (voormalige)<br />

medewerkers, de heren H.H.F. Jansen en P. Vertregt. De curator acht deze<br />

verklaringen onbetrouwbaar, omdat deze door werknemers van gedaagde zijn afgelegd<br />

die (in ieder geval indirect) belang hebben bij de uitkomst van deze procedure.<br />

Bovendien zijn deze verklaringen op meerdere punten strijdig met elkaar én de inhoud<br />

van de andere, meer objectieve bewijsmiddelen zoals de correspondentie tussen<br />

partijen en de verklaringen van mr. Schaap, Rabobank en Van Hoorn. De verklaringen<br />

van Heineken zijn bovendien zelfs strijdig met de standpunten die Heineken zelf, bij<br />

monde van dezelfde medewerkers, heeft ingenomen in een gerechtelijke procedure<br />

tegen ENECO. Aldus lijkt Heineken er in dit opzicht twee waarheden op na te houden<br />

en kunnen deze verklaringen het verweer van Heineken niet met succes ondersteunen.<br />

6.7. De verklaring van getuige Vertregt met betrekking tot de wijze waarop door Heineken<br />

werd omgegaan met de bevestigde afspraak ter zake van overmacht is voor de<br />

beoordeling van het geschil relevant en verdient derhalve opname in de dagvaarding.<br />

De getuige verklaart namelijk:<br />

“U houdt mij voor een e-mail van Van Hoorn aan Ruijgrok van 3 maart 2003, productie 6 bij<br />

het verzoekschrift, waarin Van Hoorn mailt dat het evenement in april doorgaat behoudens<br />

onvoorziene omstandigheden zoals een oorlog tussen de V.S. en Irak of een grote<br />

terreuraanslag. Ik ben niet op de hoogte van deze e-mail. Dit kan in elk geval geen weergave<br />

zijn van de woorden van Ruijgrok. Ik wil benadrukken dat Heineken nooit Van Hoorn heeft<br />

verplicht tot het contracteren van artiesten uit de V.S. Dat was haar eigen keuze. Voor ons was<br />

een eventuele oorlog tussen de V.S. en Irak dan ook niet relevant en wij zijn dan ook niet<br />

ingegaan op dit kunstje. We hebben steeds tegen Van Hoorn gezegd dat wij wilden dat het<br />

49


20300560/MVZ/cp<br />

doorging en dat hij dat moest regelen. Wij hadden al geïnvesteerd in de communicatie en wij<br />

beschikten niet over een open portemonnee. Het is mogelijk dat wij intern wel over de<br />

mogelijkheid van een oorlog tussen de V.S. en Irak hebben gesproken in relatie tot dit<br />

evenement, maar zeker niet zo stellig als Van Hoorn in deze e-mail weergeeft. Wij hebben<br />

herhaaldelijk tegen hem gezegd dat hij dan maar voor een andere line-up moest zorgen, zowel<br />

Ruijgrok als Scholten als ikzelf. Dit soort gesprekken zijn lang niet allemaal vastgelegd. Wij<br />

werkten al tien jaar samen, dan doe je dat niet meer.” (p. 3)<br />

In deze passage stelt getuige Vertregt dat een eventuele oorlog niet relevant zou zijn,<br />

terwijl op de overmachtmail van 3 maart 2003 van curanda aan Heineken nimmer een<br />

ontkenning van de afspraken is ontvangen door curanda. Getuige Jansen kon zich ook<br />

niet herinneren dat op deze mail, anders dan de mail van Mark Ruygrok van 5 maart<br />

2003 (waarin deze curanda bedankt voor de mail en verder niet de vastlegging van de<br />

afspraken met betrekking tot de gevolgen van een eventuele oorlog ontkent en betwist)<br />

is gereageerd. Het lijkt erop alsof Heineken intern anders met de afspraken met<br />

curanda omging dan extern en daarbij curanda in ieder geval onwetend liet van<br />

mogelijke andere bedoelingen. Vertregt spreekt over een “kunstje”, hetgeen aangeeft<br />

op welke wijze Heineken aankeek tegen curanda. Heineken hoefde niet over een “open<br />

portemonnee” te beschikken. Curanda kon uiteraard niet zo maar voor een andere lineup<br />

zorgdragen, te meer daar op verzoek van Heineken een jonger publiek moest<br />

worden bereikt, waarvoor zelfs met de hulp van Heineken USA Jay-Z is<br />

gecontracteerd (zie verklaring Van Hoorn, p. 10, 2 e alinea). Van de door getuige<br />

Vertregt gestelde gesprekken is niet gebleken.<br />

Voorts verklaarde de getuige:<br />

“U houdt mij een faxbrief van 3 april 2003 voor van de advocaat van Van Hoorn Company<br />

aan onze bedrijfsjurist Jansen, productie 17 bij het verzoekschrift. U zegt mij dat in deze brief<br />

de advocaat voorstelt het evenement uit te stellen tot september 2003, waarbij Van Hoorn<br />

Company alle daaruit voortvloeiende kosten voor haar rekening zou nemen. Ik kan mij dit<br />

voorstel niet letterlijk herinneren. Ik heb ook geen concrete herinnering aan deze brief. U zegt<br />

mij dat Van Hoorn dit voorstel op 1 april 2003 ook rechtstreeks aan mij heeft gemaild. Dat<br />

kan ik mij ook niet herinneren. Uitstel was voor Heineken ook geen optie, omdat de<br />

organisatie voor het evenement in april paste in de kalender voor jaarevenementen die wij<br />

hadden, terwijl in het najaar bovendien een concurrent in Ahoy een Night of the Proms<br />

organiseerde. Ik kan me wel discussies over uitstel herinneren, maar ons standpunt was dus<br />

steeds om dat niet te doen. Op de achtergrond speelde ook mee dat wij geen enkel inzicht<br />

kregen in de besteding van onze betaling van EUR 650.000,--. Dat was een zwart gat. Daar<br />

kwam bij dat Van Hoorn ook geen enkel inzicht verstrekte over de vraag hoe hij het op een<br />

later tijdstip financieel rond wilde breien.” (p. 4)<br />

Getuige Vertregt herinnert zich bepaalde brieven niet, die hem wel per e-mail zijn<br />

toegestuurd. Wel bevestigt Vertregt dat er over uitstel is gesproken binnen Heineken.<br />

Eigenlijk waren er volgens Vertregt op dit punt van het verhoor twee (hierna volgt<br />

ENECO nog) redenen om niet mee te werken: er was in het najaar al een ander<br />

evenement in AHOY (uit de verklaring van Van Hoorn, p. 8, 1 e alinea, blijkt dat in<br />

overleg met Heineken nu juist voor september was gekozen in verband met een aantal<br />

omstandigheden waaronder de Night of the Proms die in november 2003 zou<br />

plaatsvinden en HNL dus enige tijd daarvoor zou moeten worden georganiseerd) en<br />

Heineken had geen inzicht in de besteding. Dit punt is in de periode tot en met april<br />

2003 niet aan de orde geweest in de correspondentie. Gelet op de omstandigheden van<br />

50


20300560/MVZ/cp<br />

deze zaak en de tussen partijen gesloten overeenkomst kon Heineken dit niet als<br />

argument gebruiken om haar medewerking aan verplaatsing te onthouden. De<br />

sponsorovereenkomst legt geen enkele verplichting op curanda om de uitgaven van de<br />

sponsorvergoeding te verantwoorden aan Heineken. Slechts daar waar in art. 8.1 sub B<br />

van de sponsorovereenkomst wordt gesproken over een vergoeding van ten hoogste €<br />

68.067,03 ter zake van publiciteit is curanda verplicht bij het in rekening brengen van<br />

deze kosten aan Heineken, facturen over te leggen. Voorts bevat art. 13.4 een bepaling<br />

over de hospitality-pakketten waarover curanda recht op vergoeding van Heineken had<br />

van een bepaald bedrag van de niet genoten, maar wel begrote, winst. Ter<br />

onderbouwing van deze vordering van curanda op Heineken zou curanda financiële<br />

stukken moeten tonen aan Heineken.<br />

Voorts geldt ook dat curanda volgens de Sponsorovereenkomst niet verplicht was om<br />

aan Heineken vooraf te bewijzen hoe zij voor financiering zou zorgdragen van de 5<br />

maanden tot het verplaatste evenement in september 2003 zou plaatsvinden. Uit de<br />

verklaring van Van Hoorn (p. 10/11) blijkt dat hierbij, indien nodig, onder meer de<br />

Amerikaanse potentiële koper om hulp zou zijn gevraagd.<br />

6.8 Getuige Vertregt verklaart over het beleid van Heineken in de periode 2002 en 2003<br />

als volgt:<br />

“In 2002 en 2003 werden de sponsorbudgetten van Heineken niet groter. Ze bleven ongeveer<br />

gelijk. Wel was onze doelstelling om overschrijdingen daarvan te voorkomen door onze<br />

risico’s te verminderen en door onze directe financiële bijdrage aan een aantal grote<br />

evenementen te verlagen. Dat was ook de reden om voor dit evenement een pitch uit te<br />

schrijven. Het ging er dus om, om de beschikbare sponsorbudgetten op een slimme manier te<br />

besteden.” (p. 5)<br />

Deze verklaring vormt de kern van de zaak: de sponsorbudgetten moesten worden<br />

verlaagd en, zoals Vertregt aan Van Hoorn had medegedeeld (zie verklaring Van<br />

Hoorn, p. 9/10), werd er gewoonweg intern bekeken van welk contract Heineken<br />

zonder problemen af zou kunnen. Aldus werd een dossier gevormd tegen curanda,<br />

hoewel curanda in de veronderstelling verkeerde dat zij alles in goed overleg had<br />

geregeld ter zake van mogelijke verplaatsing en overmacht, en werd op het moment<br />

dat er inderdaad afzeggingen van de belangrijkste artiesten waren een streep onder de<br />

jarenlange relatie gezet. De afzeggingen, die partijen hadden voorzien en waarvoor<br />

partijen een regeling hadden getroffen, werden door Heineken zonder enige reden<br />

gebruikt om van het contract af te komen. Dit leidde, tezamen met de getroffen<br />

rechtsmaatregelen waardoor de bedrijfsvoering van curanda werd stilgelegd,<br />

vervolgens rechtstreeks tot de, voor Heineken te verwachten, ondergang van curanda,<br />

te meer daar de geplande overname van de baan was. Uiteindelijk heeft de curator de<br />

activa verkocht aan deze Amerikaanse partij voor een fractie van de waarde van de<br />

onderneming going concern. Hiermee staat vast dat Heineken jegens curanda<br />

toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de Sponsorovereenkomst, danwel<br />

onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld en derhalve schadeplichtig is geworden.<br />

VII BEWIJSMIDDELEN EN GETUIGEN<br />

7.1 De curator biedt aan zijn stellingen te bewijzen door middel van alle middelen<br />

rechtens waaronder het horen van getuigen. In aansluiting op de reeds tijdens het<br />

51


20300560/MVZ/cp<br />

voorlopig getuigenverhoor gehoorde getuigen zou bewijs van de stellingen van de<br />

curator kunnen worden verkregen door het horen onder meer de heren F.J.P. van<br />

Hoorn, M.P.J. Ruygrok, A.H. Scholten en E. van Manen, alsmede mevrouw mr. J.A.<br />

Schaap.<br />

VIII MACHTIGING RECHTER-COMMISSARIS EX ART. 68 FW<br />

8.1 De Rechter-commissaris in het faillissement van Van Hoorn Company B.V. heeft de<br />

curator d.d. 17 januari <strong>2008</strong> ex art. 68 lid 2 Fw gemachtigd de onderhavige procedure<br />

te voeren.<br />

IX VORDERING<br />

9.1 Gelet op het vorenstaande heeft de curator dan ook recht en belang bij een verklaring<br />

voor recht dat Heineken toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de<br />

tussen partijen gesloten Sponsorovereenkomst, danwel onrechtmatig heeft gehandeld<br />

jegens curanda en dat Heineken derhalve gehouden is de als gevolg van de<br />

toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige daad, door curanda en/of<br />

haar gezamenlijke schuldeisers geleden schade te vergoeden op grond van de artikelen<br />

6: 74 BW, respectievelijk 6: 162 BW. De hoogte van de schadevergoeding is gelijk<br />

aan de schulden van curanda voor zover deze schulden niet door vereffening van de<br />

overige baten kunnen worden voldaan, vermeerderd met de wettelijke rente daarover<br />

vanaf 18 augustus 2004 tot de dag der algehele voldoening. Onder verwijzing naar<br />

§2.71 is de vordering als volgt te specificeren:<br />

- crediteuren (inclusief engelse crediteur): € 2.368.011,98<br />

- onbetaalde boedelkosten per 10 <strong>februari</strong> <strong>2008</strong>: € 235.458,43<br />

- Totaal: € 2.603.470,41<br />

9.2 Voorts verzoekt de curator uw rechtbank Heineken te veroordelen in de<br />

buitengerechtelijke kosten. De curator heeft meermalen getracht Heineken te bewegen<br />

om aan de vorderingen te voldoen dan wel een regeling in der minne te treffen.<br />

Hiervoor zijn kosten gemaakt die ten laste van de boedel (en daarmee ten laste van de<br />

gezamenlijke crediteuren komen) die hierdoor schade lijden. Voor deze kosten wordt<br />

niet voorzien in de proceskostenveroordeling omdat deze werkzaamheden niet zijn te<br />

beschouwen als voorbereidende werkzaamheden op de procedure. De curator vordert<br />

vergoeding van deze kosten ex art. 6: 96 lid 2 sub c BW. De kosten bedragen<br />

(afgerond) € 10.000,00. Voor een specificatie wordt verwezen naar de tijdregistratie<br />

van de curator en diens medewerkers over de periode 2003-aanvang van de procedure<br />

ter zake van het voorlopig getuigenverhoor (productie 102). Een groot deel van de in<br />

2003 en 2004 bestede tijd is ten gevolge van het door de curator toen gehanteerde<br />

administratieve systeem niet meer toe te rekenen aan werkzaamheden in de<br />

onderhavige zaak. De daadwerkelijk aan deze zaak bestede tijd teneinde tot een<br />

regeling te komen en betaling in der minne te kunnen verkrijgen zal derhalve (vele<br />

malen) groter zijn.<br />

52


20300560/MVZ/cp<br />

9.3 Voor zover de hoogte van de door curanda geleden schade in deze procedure door uw<br />

Rechtbank nog niet zou kunnen worden vastgesteld verzoekt de curator uw Rechtbank<br />

op grond van art. 612 Rv Heineken te veroordelen tot schadevergoeding op te maken<br />

bij staat.<br />

MITSDIEN:<br />

het de rechtbank te Amsterdam moge behagen bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:<br />

I te verklaren voor recht dat Heineken toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming<br />

van de tussen partijen gesloten Sponsorovereenkomst, danwel dat Heineken<br />

onrechtmatig heeft gehandeld jegens curanda en dat Heineken derhalve gehouden is de<br />

als gevolg van deze toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige daad,<br />

door curanda en/of haar gezamenlijke schuldeisers geleden schade te vergoeden op<br />

grond van art. 6: 74 BW, respectievelijk 6: 162 BW;<br />

II -primair Heineken te veroordelen tot betaling ten behoeve van de boedel aan eiser van<br />

de schade die curanda en/of haar gezamenlijke schuldeisers heeft/hebben geleden tot<br />

het bedrag van € 2.603.470,41, te vermeerderen met de buitengerechtelijke kosten ad €<br />

10.000,00, totaal derhalve € 2.613.470,41, zegge: tweemiljoen zeshonderddrieduizend<br />

vierhonderdzeventig euro en eenenveertig eurocent, vermeerderd met de wettelijke<br />

rente daarover vanaf 18 augustus 2004 tot de dag der algehele betaling;<br />

- subsidiair Heineken te veroordelen tot betaling ten behoeve van de boedel aan eiser<br />

van het bedrag van de schulden van curanda voor zover deze schulden niet door<br />

vereffening van de overige baten kunnen worden voldaan, vermeerderd met de<br />

buitengerechtelijke kosten ad € 10.000,00 en de wettelijke rente over deze bedragen<br />

vanaf 18 augustus 2004 tot de dag der algehele voldoening;<br />

-meer subsidiair Heineken te veroordelen tot betaling ten behoeve van de boedel aan<br />

eiser van de schade die curanda en/of haar gezamenlijk schuldeisers heeft/hebben<br />

geleden als gevolg van de aan gedaagde toe te rekenen tekortkoming(en), en/of<br />

onrechtmatig handelen als omschreven in deze dagvaarding, onder bepaling dat deze<br />

schadevergoeding nader opgemaakt dient te worden bij staat en vereffend dient te<br />

worden volgens de wet, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 18<br />

augustus 2004 tot de dag van algehele voldoening;<br />

III Heineken te veroordelen in de kosten van deze procedure, te vermeerderen met de<br />

kosten voor het voorlopig getuigenverhoor, te vermeerderen met de wettelijke rente<br />

over voornoemde kosten vanaf 14 dagen na de datum van het vonnis;<br />

IV het vonnis, met inbegrip van de kostenveroordeling te waarmerken als Europese<br />

executoriale titel;<br />

53


De kosten van dit exploot zijn voor mij, deurwaarder:<br />

Deze zaak wordt behandeld door:<br />

M.R. van Zanten<br />

<strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong> <strong>Busmann</strong> NV<br />

Postbus 94700<br />

1090 GS Amsterdam<br />

T 020 - 301 63 11<br />

F 020 - 301 63 31<br />

E marc.vanzanten@cms-dsb.com<br />

20300560/MVZ/cp<br />

54


TUSSENTIJDS FINANCIEEL VERSLAG d.d. 9 januari <strong>2008</strong><br />

in het faillissement van: Van Hoorn Company B.V.<br />

Faillissementsnummer 03.0319F<br />

Datum uitspraak 17 juni 2003<br />

Rechter-commissaris mr. R.H.C. Jongeneel<br />

Curator mr. M.R. van Zanten<br />

betrekking hebbend op <strong>verslag</strong> nrs. 1 - 12<br />

A. BATEN subtot. incl. BTW mutaties totaal Af te dragen BTW<br />

1. aangetroffen middelen<br />

kas € 40,00 € - € 40,00<br />

bank € 1.614,72 € - € 1.614,72<br />

giro € - € - € -<br />

2. opbrengsten verkopen<br />

opbrengsten verkopen € 65.135,00 € - € 65.135,00 €<br />

239,50<br />

kosten ivm verkoop € - € - € - €<br />

-<br />

3. debiteuren<br />

prae-faillissement debiteuren € - € - € -<br />

boedeldebiteuren € 133.875,00 € - € 133.875,00 € 21.375,00<br />

4. overige baten<br />

boedelbijdrage € 13.783,05 € - € 13.783,05<br />

restituties verzekeringen € 1.624,71 € - € 1.624,71<br />

rente € 810,55 € 34,83 € 845,38<br />

5. totaal € 216.883,03 € 34,83 € 216.917,86 € 21.614,50<br />

B.<br />

REEDS BETAALDE<br />

VERSCHOTTEN /<br />

BOEDELSCHULDEN subtot. incl. BTW mutaties totaal<br />

Terug te ontvangen<br />

BTW<br />

salaris curator € 85.400,09 € - € 85.400,09 € 13.635,31<br />

publicatiekosten € - € - € - €<br />

-<br />

uittreksel € - € - € - €<br />

-<br />

gas / water / electra € - € - € - €<br />

-<br />

verzekeringen € - € - € - €<br />

-<br />

fiscus € - € - € -<br />

bedrijfsvereniging € - € - € -<br />

taxatiekostsen schilderijen € 238,00 € - € 238,00 €<br />

38,00<br />

afdracht Rabobank debiteur € 126.375,00 € - € 126.375,00 €<br />

-<br />

veilingkosten schilderijen € 130,25 € - € 130,25 €<br />

20,81<br />

voorschot verschotten curator € 3.572,27 € - € 3.572,27 €<br />

570,36<br />

6. totaal € 215.715,61 € - € 215.715,61 € 14.264,48<br />

C. THANS NOG BESCHIKBAAR<br />

totaal A € 216.795,60 € - € 216.917,86<br />

totaal B € 203.815,61 € - € 215.715,61<br />

7. saldo boedelrekening € 12.979,99<br />

€<br />

1.202,25


Lijst der ingediende boedelcrediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod<br />

e<br />

plaats referentie €<br />

Nuon Customer Care Center Postbus 40021 6803 HA ARNHEM Contractrekening € 1.632,02<br />

: 3001606383<br />

Rabobank Achterhoek<br />

p/a Mr D.J. Kramer Koopmanslaan 3 7005 BK DOETINCH Boedelbijdrage € 77.250,00<br />

Noord<br />

EM procedure<br />

Heineken<br />

Fendere Legal<br />

T.a.v. mevrouw M.C.L.<br />

1058 BC Amsterdam Factuur 6.043 € 884,95<br />

Consulting<br />

Roet Hoofdweg 30<br />

Totaal € 79.766,97<br />

1/1


Lijst der ingediende preferente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod<br />

e<br />

plaats referentie €<br />

Belastingdienst<br />

Postbus 58977 1040 EH Amsterdam Omzetbelasting; € 123.318,00<br />

Amsterdam<br />

8068.71.477.F01<br />

2501<br />

openstaande € 5.510,00<br />

kosten<br />

Omzetbelasting; € 151.836,00<br />

8068.71.477.F01<br />

1501<br />

openstaande<br />

kosten<br />

€ 9,00<br />

UWV GAK Afdeling Incasso-ABB Postbus 8300 1005 CA Amsterdam INC-ABB 025-<br />

1<strong>22</strong>.829.69-01-<br />

01<br />

€ 28.940,30<br />

Totaal € 309.613,30<br />

1/1


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

1. Ahoy Rotterdam T.a.v. Mw. M. Postbus 5106 3008 AC ROTTERDAM Factuurnummer: 20- € 101.559,36<br />

Pubben<br />

30.089.<br />

Debiteurnummer:<br />

94092<br />

2. Airworks B.V. T.a.v. L.R.J.M. Maes Bloemendalerw 1382 KB WEESP Factuurnummer: 541. € 1.863,00<br />

eg 51<br />

Maskers Gordon<br />

Airworks B.V. T.a.v. Alex van<br />

Oostrom<br />

Jacob van<br />

Lennepstraat<br />

32 hs<br />

1053 HJ AMSTERDAM Factuurnummer:<br />

23230<br />

€ 2.380,00<br />

3. All Arts<br />

T.a.v. D. Molenaar Postbus 867 3000 AW ROTTERDAM Factuurnr.: 20807; € 3.303,44<br />

Belastingadviseurs<br />

21273; 30261; 30449<br />

4. Ampco Pro Rent B.V. T.a.v. de heer W. Zonnebaan 42 3542 EG UTRECHT Factuurnummer: € 54.659,68<br />

Kurpershoek<br />

0302140439 en<br />

0302140437<br />

5. Amsterdamse<br />

Assurantie Groep<br />

T.a.v. Ger Balk Postbus 75846 1070 AV AMSTERDAM € 243,95<br />

6. Aqua System B.V. T.a.v. A.J. van Edelgasstraat 2718 SX ZOETERMEE<br />

Factuurnummer: € 21,39<br />

Heeschwijk 50<br />

R<br />

687437.Klantnummer:<br />

7. AT5 T.a.v. mevrouw C.<br />

Scheelings<br />

8. Bazar B.V. T.a.v. N.A. van<br />

Rijswijk<br />

9. Belaf Van<br />

Schoonhoven B.V.<br />

10. Bizon Mediagroep T.a.v. mevrouw E.<br />

B.V.<br />

de Wijer<br />

Postbus 3976 1001 AT AMSTERDAM Factuurnrs. 20320372<br />

en 20320394<br />

€ 3.566,64<br />

Postbus 23106 3001 KC ROTTERDAM Factuurnummer: H /<br />

03020097<br />

€ 300,00<br />

Postbus 82 2990 AB BARENDREC<br />

HT<br />

0802/JK/PW € 1.200,71<br />

Spinnerij 21 1185 ZN AMSTELVEEN Factuurnummer:<br />

<strong>22</strong>010431.20030443<br />

€ 12.127,39<br />

1/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

11. Blue in Green T.a.v. de heer E. Nieuwe 1018 EG AMSTERDAM Factuurnummer: € 30.202,20<br />

entertainment Holman<br />

Prinsengracht<br />

2003004; 2003010;<br />

consultancy<br />

31<br />

2003011<br />

12. Boukje van der Kemp Argonautenstra 1076 KR AMSTERDAM Factuurnummer: € 1.803,06<br />

at 40-1<br />

200318<br />

13. Brandwacht & Meijer T.a.v. J. Margarita Hyperonenweg 3542 AG UTRECHT Factuur:<br />

€ 18.267,29<br />

B.V.<br />

30<br />

20030147;20030180;2<br />

0030194;20030197;20<br />

030<strong>22</strong>9;20030234;200<br />

30306<br />

14. Buma Mw. A. Bosman Postbus 3080 2130 KB HOOFDDORP 130023 € 65.914,23<br />

15. Business Variety<br />

Services<br />

T.a.v. de heer F.<br />

Alyan<br />

Postbus 9340 1006 AH AMSTERDAM Factuurnr.: 520657;<br />

530035; 530061;<br />

530083; 530106;<br />

5301<strong>22</strong>; 530150;<br />

530172; 530211<br />

€ 2.066,27<br />

16. C.Iris F&A<br />

Debiteurenbeheer<br />

Betty Hesterman P.O. Box 98 1200 AB HILVERSUM € 156,01<br />

17. C.P. Harleman GRONINGEN € 130,95<br />

18. Carmenian Gospel T.a.v. C. Ritfeld Voorhaven 149 3025 HE ROTTERDAM "Gordon met z'n Lijf in € 4.500,00<br />

Singers<br />

Ahoy" 5 en 6 april<br />

2003<br />

19. Centraal beheer T.a.v. J.D. van Postbus 700 7300 HC APELDOORN Beëindiging WAO- € 212,05<br />

achmea<br />

Veenendaal<br />

Zekerheidsplan Van<br />

Hoorn Company B.V.<br />

Centraal beheer<br />

achmea<br />

T. Karelse Postbus 700 7300 HC APELDOORN 32-67-00214938 € 141,99<br />

20. CFS Bakel B.V. T.a.v. de heer H. P.O. Box 1 5760 AA BAKEL Factuurnummer: € 6.316,91<br />

Nooyen<br />

2003092<br />

2/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

21. Coöperatieve P/a<br />

Koopmanslaan 7005 DK Doetinchem € 926.991,16<br />

Rabobank Berkelland Advocatenkantoor 3<br />

U.A.<br />

DKA B.V. i.o., t.a.v.<br />

de weledelgestrenge<br />

heer mr. D. K ramer<br />

<strong>22</strong>. Cue 4 You B.V. Postbus 101 1110 AC DIEMEN Factuurnummer: 1365- € 14.200,51<br />

C03<strong>22</strong>45<br />

23. Culligan B.V. T.a.v. mevrouw A. Lemelerbergwe 1101 AH AMSTERDAM<br />

Factuurnummers: € 101,75<br />

van Tol<br />

g 35-B<br />

ZUIDOOST<br />

23019959 en<br />

23088545.<br />

Debiteurnummer<br />

201170<br />

24. Cum Laude Events T.a.v. W.H. Ter Steeghe 3331 LX ZWIJNDRECH<br />

Factuurnummer: € 455,66<br />

Wapenaar Ring 55<br />

T<br />

230498<br />

25. Cupie Producties T.a.v. mevrouw G. Nieuw 1231 KT LOOSDRECH<br />

Factuurnummer: € 11.014,71<br />

Cupers<br />

Loosdrechtsedij<br />

k 199<br />

T<br />

030328 en 030429<br />

26. D.C. & C Payroll T.a.v. Mw. S. van Postbus 2642 1000 CP AMSTERDAM<br />

€ 7.494,62<br />

Holding B.V. Soest<br />

27. Danka Nederland<br />

B.V.<br />

28. De heer A.D.J.<br />

Idenburg<br />

29. De heer/mevrouw R.<br />

Waldt<br />

Factuur:<br />

308828;316269;316<br />

287;317159;317203<br />

T.a.v. S. Arslan Postbus 256 3440 AG WOERDEN 134813 € 210,78<br />

Nassaukade<br />

317-3<br />

Zandershoeve<br />

56<br />

1053 LS AMSTERDAM Rekening nr. 03-001 € 1.190,00<br />

5708 TC HELMOND € 43,65<br />

3/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

30. De Volkskrant Afdeling<br />

Debiteurenbeheer<br />

Postbus 2104 1000 LC AMSTERDAM Abonneenr.: 2424085 € 27,63<br />

31. Debitel Nederland BV T.a.v. R. Lieman Postbus 6700 2130 LT HOOFDDORP Debiteurennummer:<br />

7100160310<br />

€ 118,70<br />

32. Deniz Kumas Amsteldijk 103d 1074 JE AMSTERDAM GORDON met z'n<br />

LIJF IN AHOY<br />

€ 1.763,00<br />

33. Drukkerij van Soelen Via Loyens & Loeff, Postbus 71170 1008 BD AMSTERDAM Fact. nr. 618,orde € 39.728,15<br />

B.V.<br />

mr. W.A.<br />

nr.8446; fact. Nr.<br />

Westenbroek<br />

6217, orde nr.8482;<br />

fact. Nr. 6218,orde<br />

nr.8481; fact. Nr.<br />

6219, orde nr.8480<br />

34. Ducos/ACR T.a.v. mevrouw K.<br />

Touw<br />

P.O. Box 19153 3001 BD ROTTERDAM 3.165 € 2.014,00<br />

35. Dutch View B.V. T.a.v. mevrouw A. Postbus 116 1200 AC HILVERSUM Factuurnummer: € 33.736,50<br />

Dekker<br />

101<strong>22</strong>82.4 Gordon<br />

Concert Ahoy -<br />

Deelbetaling 2<br />

36. Waternet P/a Dienst Postbus 12142 1100 AC AMSTERDAM Aanslagnummers: O3- € 179,49<br />

Belastingen<br />

20511348 en O3-<br />

<strong>22</strong>415274<br />

37. Ecco Fatto! B.V. T.a.v. de heer J.P. Nieuwe 1011 RN AMSTERDAM Factuurnummer: € 5.414,50<br />

Commandeur Herengracht 47<br />

0310007 en 0310055<br />

38. Emergency Responce T.a.v. de heer<br />

Unit<br />

M.G.J. Fabels<br />

39. EMI Compact Disc<br />

(Holland) B.V.<br />

40. EnRico glas &<br />

Keramiek bedrukking<br />

Hulshorststraat 2573 ER DEN HAAG Factuurnummer: 2003- € 5.149,01<br />

206<br />

006; 2003-007<br />

Industrielaan 24 5406 XC UDEN Transaction Number<br />

0352985<br />

€ 9.460,50<br />

Heuveloord 130 3523 CK UTRECHT Factuurnummer:<br />

1569; 1570<br />

€ 2.451,40<br />

4/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

41. Entertainment Group T.a.v. C.T. Pince P.O. Box 27 1200 AA HILVERSUM Factuurnummer: € 1.060,00<br />

Music<br />

van der Aa<br />

30144.<br />

Projectnummer: 3326<br />

42. Esther Brokke<br />

Communicatie<br />

training events<br />

T.a.v. mevrouw E.<br />

Brokke<br />

Tweede Hugo<br />

de Grootstraat<br />

10-2hg<br />

1052 LC AMSTERDAM Showcalling<br />

"Heineken Night Live<br />

Steam"<br />

7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />

00/021466<br />

7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />

00/021466<br />

7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />

00/011175<br />

7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />

00/021466<br />

€ 3.641,00<br />

43. Eswé Autoleasing Laan van de<br />

Dierenriem 41<br />

€ 594,63<br />

44. Eswé Autoleasing Laan van de<br />

Dierenriem 41<br />

€ 247,52<br />

Eswé Autoleasing Laan van de<br />

Dierenriem 41<br />

€ 2.284,80<br />

Eswé Autoleasing Laan van de<br />

Dierenriem 41<br />

€ 275,99<br />

45. Falck Nederland B.V. T.a.v. mevrouw G.<br />

van Elk<br />

Postbus 3101 <strong>22</strong>80 GC RIJSWIJK Klant 9000242 € 1.267,04<br />

46. Flashlight Rental B.V. T.a.v. de heer W. P/a Zonnebaan 3542 EG UTRECHT Factuurnummer: € 714,00<br />

Kurpershoek 42<br />

0332140674<br />

47. Flynt Bed & Breakfast T.a.v. I. Sap 1e<br />

Helmersstraat<br />

34<br />

1054 DH AMSTERDAM Van Hoorn Company € 780,00<br />

48. FNV KIEM T.a.v. N.H.G. Postbus 9354 1006 AJ AMSTERDAM Factuurnummer: 03- € 1.590,00<br />

Beltman<br />

008<br />

49. Focus<br />

T.a.v. O.J.Q.M. Isolatorweg 36 1014 AS AMSTERDAM Factuurnummer: VF3- € 8.635,44<br />

Showequipment B.V. Sikking<br />

01192; VF3-01288;<br />

VF3-01291; VF3-<br />

01306; VF3-01290<br />

5/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

50. G&D Promotions T.a.v. de<br />

Postbus 1178 1500 AD ZAANDAM dossier 16706, € 2.754,85<br />

weledelgestrenge<br />

heer mr. F.R. Duijn<br />

G&D/Van Hoorn, FD/jl<br />

51. Gemeente<br />

Waterleidingbedrijf Postbus 8169 1005 AD AMSTERDAM Relatienummer: € 114,88<br />

Amsterdam<br />

5114556<br />

52. Gemeente<br />

Amsterdam Dienst<br />

Belastingen<br />

Postbus 23475 1100 DZ AMSTERDAM 903272 € 5.526,20<br />

53. Gordon Made in<br />

p/a Postbus 1250 AP LAREN Factuurnummer: € 37.264,85<br />

Holland B.V.<br />

631<br />

06079; 06080;06082<br />

54. Guyra International Afdeling<br />

K.P. van der 3062 MB ROTTERDAM Ref.nr.: 000779 € 61,29<br />

B.V. Arbodienst Debiteurenbeheer Mandelelaan 30<br />

55. Hays<br />

Informatiebeheer B.V.<br />

T.a.v. de heer D.<br />

Baarda<br />

Schepenbergw<br />

eg 1<br />

1105 AS AMSTERDAM<br />

ZUIDOOST<br />

Factuurnummer: VHC-<br />

INC 303 t/m 306 en<br />

VHC-COM 303 t/m<br />

306<br />

€ 1.121,16<br />

56. Het Parool B.V. Postbus 507 1000 AM AMSTERDAM Nota nr. 000189813 € 2.864,57<br />

57. Holland Media Groep T.a.v. mevrouw T.<br />

Hilligehekken<br />

Postbus 15016 1200 TV HILVERSUM Factuur: 60000152;<br />

Debiteur: 12003;<br />

Bedrijfsnummer: N120<br />

€ 199,92<br />

58. Hotel New York B.V. T.a.v. de heer M. Koninginnenho 3072 AD ROTTERDAM Factuur: 003412; € 5.642,10<br />

van Os<br />

ofd 1<br />

003487<br />

59. Ibis Accor Hotels T.a.v. mevrouw K. Bizetlaan 1 3533 KC UTRECHT Factuurnummer: 0880- € 358,19<br />

van Dam<br />

35482<br />

60. Iding & Franssen B.V. T.a.v. Drs. B. Iding Postbus 93013 1090 BA AMSTERDAM Factuurnummer:<br />

3056/1862; 3056/1906<br />

€ 3.312,37<br />

6/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

61. Image Hosting B.V. Postbus 101 1110 AC DIEMEN Factuurnummer: 1365- € 2.650,00<br />

I031393<br />

62. Imprimerie Hecht P/a Mr R. Forestini Avenue<br />

Adolphe Buyl,<br />

173<br />

1050 BRUXELLES België 11288805/RF/MBR/11 € 3.851,35 + PM<br />

63. Intrum Justitia T.a.v. mevrouw M. Postbus 84096 2508 AB DEN HAAG Ref. 71034391 € 6.026,07<br />

van Campenhout<br />

America Express<br />

Services<br />

64. Jac van der Veen T.a.v. J.Th.C. Konijn Postbus 3262 <strong>22</strong>80 GG RIJSWIJK Factuurnummer:<br />

031385<br />

Debiteurnummer:<br />

11106<br />

€ 1.679,02<br />

65. Jacbell Productions T.a.v. J.W. Versteeg PC Hooftstraat 1071 CG AMSTERDAM Factuurnummer: JB- € 10.600,00<br />

B.V.<br />

154<br />

030-03<br />

66. JVR audiovisual B.V. postbus 3111 4700 GC ROOSENDAA<br />

Factuurnummer:3001 € 11.751,25<br />

L<br />

31; Debiteurnummer:<br />

4005<br />

67. Kamer van<br />

Koophandel<br />

Amsterdam<br />

68. Karin Amatmoekrim Nwe<br />

Prinsengracht<br />

86 hs<br />

69. Karis van Cadsand Minervalaan 67ll<br />

70. Klos Morel Vos & Jacqueline A.<br />

Schaap<br />

71. Kluwer Credit<br />

Management<br />

Schaap<br />

De heer W.J.M. van<br />

Leeuwen<br />

Postbus 2852 1000 CW AMSTERDAM Factuurnr. 500432857 € 16,00<br />

1018 VV AMSTERDAM Kenmerk: Hoorn 03;<br />

Hoorn 04; Hoorn 05<br />

€ 10.160,00<br />

1077 NR AMSTERDAM Factuurnummer:<br />

030414-09<br />

€ 1.803,06<br />

Postbus 75988 1070 AZ AMSTERDAM JS030091 € 2.545,02<br />

Postbus 4 2400 MA ALPHEN A/D<br />

RIJN<br />

7/13<br />

Factuurnrs. 84730093<br />

en 100535749<br />

€ 384,72


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

72. Kooyman Publiciteit T.a.v. D.W. Zegenstraat 53 3082 XP ROTTERDAM Factuurnummer: € 4.599,35<br />

Koouman<br />

b<br />

20030305<br />

73. Koppig Make-up & T.a.v. J. de Vries Oud<br />

3741 MP BAARN Factuurnummer: € 1.298,53<br />

Haar<br />

Eemnesserweg<br />

5 G<br />

030.309<br />

74. KPMG & Co T.a.v. A.J. de Bruin Postbus 74600 1070 DE AMSTERDAM 4049400 / 2504160 /<br />

3365730<br />

€ 6.235,60<br />

75. KPN Billing Postbus 13000 9700 AE GRONINGEN deb.nr. 000034451,<br />

factuurnrs. 20030600<br />

en 20030300<br />

€ 61,86<br />

76. KPN NV T.a.v. de<br />

Postbus 58800 1040 JA AMSTERDAM Telefoonaansluitnum € 156,94<br />

heer/mevrouw R.R.<br />

Haring<br />

mer: 020-6715730<br />

77. Lassche Advocaten T.a.v. N. ter Heegde Postbus 7 7500 AA ENSCHEDE Factuurnummer:<br />

107146; 107145<br />

€ 15.900,00<br />

78. Lila T.a.v. mevrouw L. Gouwe <strong>22</strong> 2911 GA NIEUWERKE<br />

Lila voor Gordon 2003 € 3.700,53<br />

Ammerlaan<br />

RK A/D<br />

IJSSEL<br />

79. Metin Kumas Amsteldijk 103d 1074 JE AMSTERDAM GORDON met z'n<br />

LIJF IN AHOY<br />

€ 1.763,00<br />

80. Metro Holland B.V. T.a.v. de heer A. Postbus 90009 1006 BA AMSTERDAM Factuurnummer: € 12.138,00<br />

Bokma<br />

29750; 29960<br />

81. MSN & Operations Boeing Avenue 1119 PE SCHIPHOL-<br />

Invoice MSN € 1.500,00<br />

30<br />

RIJK<br />

230448903 date 25<br />

april 2003<br />

82. Muziek- en<br />

Renata Vis Graafsebaan 5242 JM ROSMALEN € 4.462,50<br />

Showbureau Jan Vis<br />

40<br />

83. MW-Events T.a.v. M.C. Ertskade 346 1019 EZ AMSTERDAM Factuurnummer: € 38.615,50<br />

Wijnands<br />

200303; 200301;<br />

200304<br />

8/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

84. Nederlands Instituut T.a.v. H. Post Postbus 1060 1200 BB HILVERSUM Factuurnummer: € 1.933,16<br />

voor Beeld en Geluid<br />

50031775;50030961<br />

85.<br />

Palmpolstraat 5<br />

ALMERE<br />

Neopost B.V.<br />

1327 CA STAD D 100064 € 239,19<br />

86. Nespresso Nederland<br />

Burg.<br />

1101 AA AMSTERDAM klantnummer 30086 € 102,85<br />

B.V.<br />

Stramanweg<br />

108-B<br />

87. NO Strezz Fatma Seref Karaca Asterweg 20 P1 1031 HN AMSTERDAM € 2.082,50<br />

88. NOB Decor B.V. T.a.v. A. Beemer Postbus 203 1200 AE HILVERSUM VKF21658;<br />

VKF<strong>22</strong>154;VKF<strong>22</strong>523<br />

€ 49.087,50<br />

89. Noordzee 100.7 FM De heer M. Brian Postbus 102 1200 AC HILVERSUM Ref.nr.:<br />

NFM/MBr/0059.2003<br />

€ 892,50<br />

90. Nuon Customer Care Postbus 40021 6803 HA ARNHEM Contractrekening: € 1.632,02<br />

Center<br />

T.a.v. mevrouw M.<br />

3001606383<br />

Nuon<br />

Prins-Koster Postbus 384 1800 AJ ALKMAAR 3001606383 € 2.335,55<br />

91. Opta Postbus 90420 2509 LK DEN HAAG OPTA/BDV/2003/2033 € 61,00<br />

57<br />

92. Park Plaza Utrecht T.a.v. J. Soedamah Westplein 50 3531 BL UTRECHT Factuurnummer:<br />

211542<br />

€ 315,74<br />

93. PCM Landelijke T.a.v. Mr. A.E.M. Postbus 92 5460 AB VEGHEL 20031453.AB.MV € 16.653,77<br />

Dagbladen B.V. Bierens<br />

94. Powerplay Agency T.a.v. de heer E.R. Koningshof 3 1211 MG HILVERSUM Factuurnummer: € 2.120,00<br />

Fijn<br />

03101<br />

95. Pricewaterhouse T.a.v. de heer H. Pot Postbus 379 1800 AJ ALKMAAR Declaratienummer: € 10.174,50<br />

Coopers Accountants RA<br />

2873-1324; 2873-<br />

N.V.<br />

1431;2873-1357<br />

9/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod<br />

e<br />

96. Primary Talent Peter Maloney 2-12 Pentonville<br />

International<br />

Road<br />

plaats<br />

LONDEN N1<br />

9PL<br />

referentie € Eng<br />

Ponden<br />

97. RDNA T.a.v. N.W.A. Sloestraat 10-3 1078 BG AMSTERDAM Factuurnummer: 0304<br />

Hverkort<br />

03; 0401 03<br />

98. Reed Business T.a.v. M. de Koning Postbus 4 7000 BA DOETINCHEM Debiteurnummer:<br />

Information<br />

70023704<br />

99. Rob Schreuder T.a.v. R. Schreuder Ploeglaan 60 3755 HV EEMNES Factuurnummer:<br />

Fotografie<br />

030624<br />

100. Roturs Enetco Groep T.a.v. de heer Torenmolen 81 2992 DH BARENDREC<br />

klantnummer 152074 /<br />

B.V.<br />

R.D.M. Tielen<br />

HT<br />

factuurnummer 30137<br />

101. Sanne van<br />

Nieuwenhuijzen<br />

T.a.v. S. van<br />

Nieuwenhuijzen<br />

Silodam 240 1013 AS AMSTERDAM Factuurnummer:<br />

2003/004; 2003/005<br />

€ 690,20<br />

€ 150,00<br />

€ 1.661,49<br />

€ 2.451,40<br />

€ 9.586,04<br />

102.<br />

producties<br />

Sargentini B.V. Bolstoen 30 1046 AV AMSTERDAM Sargentini B.V. tegen<br />

Van Hoorn Company<br />

B.V.<br />

€ 341,20 £7.500,00<br />

103. Seabourne Express T.a.v. Mw. S. Postbus 75060 1117 ZP Schiphol-Oost Factuurnummer: € 308,92<br />

Couriers B.V. Hassankhan<br />

40100331; 00177457<br />

104. Security Concepts<br />

Postbus 101 1110 AC DIEMEN Factuurnummer: 1365- € 21.505,04<br />

B.V.<br />

S032669; 1365-<br />

S032645<br />

105. SENA Administratie T.a.v. I. Soria Postbus 969 3000 AZ ROTTERDAM Debiteurnummer:<br />

414963561<br />

€ 244,49<br />

106. Sightline Productions T.a.v. J. Huele Keulsekade 3534 AC UTRECHT Factuurnummer: 2003- € 43.371,50<br />

216<br />

066; 2003-067; 2003-<br />

092<br />

107. SNT Connect B.V. T.a.v. J. Bos Postbus 253 2700 AG ZOETERMEE<br />

R<br />

Kenmerk: 901438700 € 980,65<br />

10/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

108. <strong>Star</strong> Koeriers T.a.v. G.E. Postbus 374 1200 AJ HILVERSUM Factuurnummer:0171 € 65,45<br />

Timmermans<br />

04<br />

109. Stay-tuned Luitgardeweg 1211 NB HILVERSUM Factuurnummer: € 1.416,00<br />

24<br />

03012<br />

110. Stichting<br />

T.a.v. C. Cordova Verwersstraat 5211 HZ s-<br />

Nota nr. 2003.005 opt € 5.300,00<br />

Medicamento<br />

88<br />

Hertogenbosc<br />

h<br />

111. Tailor-Made Incasso T.a.v. Mw. A.E. de Postbus 4114 6803 EC ARNHEM WEKA-<strong>22</strong>1070- € 276,66<br />

B.V.<br />

Vries<br />

314699<br />

112. Ten Feet B.V. T.a.v. de heer W. P/a Zonnebaan 3542 EG UTRECHT Factuurnummer: € 9.018,71<br />

Kurpershoek 42<br />

0335140055<br />

113. The Mojo Barriers T.a.v. de heer P. P.O. Box 196 3417 ZK MONTFOORT<br />

Factuurnummer: € 4.364,92<br />

Jordan<br />

HOLLAND<br />

190.02; 051.03<br />

114. Ticket Service T.a.v. P.A. van Eisenhouwerlaa 2517 KM DEN HAAG 44503081 Ticket € 36.000,00<br />

Nederland B.V. Ruijver<br />

n 118<br />

Service Nederland<br />

B.V./ Van Hoorn<br />

Company B.V.<br />

115. TKB B.V. T.a.v. L. Immerzeel Postbus 117 1000 AC AMSTERDAM 50423 € 30.325,16<br />

116. Total Transport<br />

Services B.V.<br />

Tienboerenweg<br />

26<br />

3641 RA MIJDRECHT Factuurnummer: 1365-<br />

T021855; 1365-<br />

T031885; 1365-<br />

T031880;<br />

117. TPG Post Postbus 6500 2130 LB HOOFDDORP Klantnummer:<br />

9175266<br />

118. Uniglobe Landzichtweg 4105 DP CULEMBORG Factuurnummer:<br />

66<br />

110131, 110299,<br />

110326, 110384,<br />

110403 en 110414<br />

11/13<br />

€ 711,26<br />

€ 1.482,93<br />

€ 249,83


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

119. United<br />

T.a.v. de heer R. Naarderweg 16 1217 GL HILVERSUM Factuurnummer: € 3.596,17<br />

PostProduction B.V. Massier<br />

030865, 030795,<br />

030607 en 030644<br />

120. UOME B.V. T.a.v. Frank van<br />

Hoorn<br />

Postbus 94266 1090 GG AMSTERDAM € 20.420,10<br />

UOME B.V. T.a.v. Frank van<br />

Hoorn<br />

Postbus 94266 1090 GG AMSTERDAM Invoice no. 2005-02 € 35.700,00<br />

121. Van Der elst B.V. Weesperstraat 1112 AP AMSTERDAM Factuurnummer: € 148,76<br />

136<br />

20030529; 20030898;<br />

20031290; 20031603<br />

1<strong>22</strong>. Van Rossum<br />

Entertainment<br />

Facilities BV<br />

T.a.v. Marc Voorn Westerdreef 5p 2152 CS NIEUW<br />

VENNEP<br />

€ 2.908,36<br />

123. Vereniging Buma Postbus 3080 2130 KB HOOFDDORP Factuurnummer<br />

100381506<br />

€ 43.307,28<br />

124. Viking Direct Columbusweg<br />

33<br />

5928 LA VENLO € 198,37<br />

125. W. van Delsen kornet 18 3068 LN ROTTERDAM Factuurnummer:<br />

200310<br />

€ 2.082,39<br />

126. XS4All Afdeling Incasso Postbus 1848 1000 BV AMSTERDAM 131524 € 365,87<br />

XS4All Internet B.V. T.a.v. Edmond Tse Postbus 1848 1000 BV AMSTERDAM 80061 € 60,99<br />

127. Young Urbans v.o.f. T.a.v. de heer J.A. Hoogstraat 43A 3011 PE ROTTERDAM Factuurnummer:<br />

Prins<br />

YU00<strong>22</strong><br />

128. C.P. den Heijn Trompetstraat 3335 DG ZWIJNDRECH<br />

45<br />

T<br />

12/13<br />

€ 2.945,25<br />

€ 176,40


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

129. Martijn van der Werff T.a.v. de heer M. <strong>Star</strong>ingplein 2 1054 VK AMSTERDAM Factuurnummers € 3.658,14<br />

Project Management, van der Werff<br />

03/017/011 en<br />

Productie, Stage<br />

Management<br />

03/017/012<br />

Totaal € 1.968.591,55 + PM<br />

13/13<br />

£7.500,00


Lijst der ingediende betwiste concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod<br />

e<br />

plaats referentie €<br />

Heineken Nederland P/a de<br />

Herengracht 1017 BR AMSTERDAM € 650.998,66<br />

B.V.<br />

weledelgestrenge<br />

heer mr. Ch.Y.M.<br />

Moons<br />

425-429<br />

Heineken Nederland P/a de<br />

Herengracht 1017 BR AMSTERDAM € 234.002,89<br />

B.V.<br />

weledelgestrenge<br />

heer mr. Ch.Y.M.<br />

Moons<br />

425-429<br />

Totaal € 885.001,55<br />

1/1

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!