13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann

20300560/MVZ/cp
geleden schade ten gevolge van de handelwijze van Heineken na het uitbreken van de
VS-Irak oorlog en de afzegging van de twee belangrijkste artiesten. Deze handelwijze
kan worden aangemerkt als toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige
daad van Heineken jegens curanda, respectievelijk haar gezamenlijke schuldeisers.
Indien in deze procedure niet zou komen vast te staan, ondanks het door de curator
geleverde bewijs van deze stelling, dat partijen zijn overeengekomen dat de VS-Irak
oorlog als overmacht zou kunnen worden gekwalificeerd stelt de curator dat de VS-
Irak oorlog, alsmede de afzeggingen van de twee headliners ten gevolge van het
uitbreken van deze oorlog in dat geval dienen te worden gekwalificeerd als
onvoorziene omstandigheden in de zin van art. 6: 258 BW. De curator zal de
grondslagen van zijn vordering in het hiernavolgende nader onderbouwen.
Vereisten toerekenbare tekortkoming
5.2 Art. 6: 74 lid 1 BW bepaalt dat iedere tekortkoming in de nakoming van een
verbintenis de schuldenaar verplicht de schade die de schuldeiser daardoor lijdt te
vergoeden, tenzij de tekortkoming de schuldenaar niet kan worden toegerekend. Voor
het intreden van een verplichting tot schadevergoeding stelt dit artikel derhalve de
navolgende vereisten:
1. Er moet sprake zijn van een tekortkoming in de nakoming van een verbintenis;
2. Buiten gevallen van blijvende onmogelijkheid van nakoming vereist lid 2 verzuim;
3. De tekortkoming moet toerekenbaar zijn aan de schuldenaar;
4. Er moet sprake zijn van (potentiële) schade;
5. Ten slotte is causaal verband tussen de tekortkoming en de schade vereist.
Inhoud overeenkomst
5.3 Wil er sprake zijn van een tekortkoming van Heineken in de nakoming van een
verbintenis dient eerst vast te staan dat er een verbintenis bestaat. Uit de overwegingen
van de Sponsorovereenkomst blijkt dat partijen afspraken wensen te maken omtrent de
realisatie van een muziekevenement door curanda, waarbij Heineken als naamdragend
hoofdsponsor zal optreden. In art. 7.2 van de Sponsorovereenkomst wordt gesproken
over de subsponsorovereenkomst die is gesloten tussen Heineken en ENECO. Op
basis van deze overeenkomst was ENECO een sponsorbijdrage verschuldigd ad €
317.646,15 exclusief BTW. Op grond van art. 7.3 heeft Heineken zich verplicht zich
in te spannen om te bewerkstelligen dat ENECO een sponsorovereenkomst aangaat
met curanda, hetgeen, ondanks verzoeken van curanda daartoe, niet is geschied. Aldus
liep de ontvangst van de bijdrage van deze subsponsor via Heineken. Op grond van
artikel 8.1 sub A van de Sponsorovereenkomst is sprake van een verplichting van
Heineken tot de betaling van een sponsorvergoeding van € 317,646,15 indien in een
jaar 3 of 4 evenementen plaatsvinden. Op grond van art. 8.1 sub B van de
Sponsorovereenkomst reserveert Heineken ten gunste van curanda een budget van ten
hoogste van € 68.067,03 per jaar, uitsluitend ten behoeve van publiciteit voor de
kaartverkoop. Ten behoeve van Steam is dit budget vermeerderd met € 150.000.
Kortom, Heineken heeft zich verplicht tot het verstrekken van een overeengekomen
financiële bijdrage ten behoeve van de organisatie van Steam. Voorts zijn partijen
overeengekomen dat het evenement in april 2003 doorgaat (en de besproken
verschuiving naar september vervalt) behoudens onvoorziene omstandigheden zoals
40