09.09.2013 Views

13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann

13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann

13e openbaar verslag - 22 februari 2008 - CMS Derks Star Busmann

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 13 Datum: <strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong><br />

Gegevens onderneming : Van Hoorn Company B.V.<br />

Faillissementsnummer : 03.0319F<br />

Datum uitspraak : 17 juni 2003<br />

Curator : mr. M.R. van Zanten<br />

R-C : mr. R.H.C. Jongeneel<br />

Activiteiten onderneming : dienstverlening op het gebied van leisure- en<br />

entertainmentmarketing, het organiseren en/of<br />

produceren van deze evenementen, het<br />

verzorgen van publiciteit ten behoeve van deze<br />

evenementen, alsmede het (doen) sponsoren<br />

van deze evenementen.<br />

Omzetgegevens : 2001: € 1.070.829<br />

Personeel gemiddeld aantal : 4<br />

2002: € 2.674.057<br />

Verslagperiode : 18 januari <strong>2008</strong> - <strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong><br />

Bestede uren in <strong>verslag</strong>periode : 70u en 45m<br />

Bestede uren Totaal : 1040u en 10m<br />

1. Inventarisatie<br />

1.1 Directie en organisatie<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

1.2 Winst en verlies<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

1.3 Balanstotaal<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

1.4 Lopende procedures<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1


1.5 Verzekeringen<br />

1.6 Huur<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

1.7 Oorzaak faillissement<br />

Zie <strong>verslag</strong> 1<br />

2. Personeel<br />

2.1 Aantal ten tijde van faillissement : ***<br />

2.2 Aantal in jaar voor faillissement : ***<br />

2.3 Datum ontslagaanzegging : ***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

3. Activa<br />

Onroerende zaken<br />

3.1 Beschrijving<br />

***<br />

3.2 Verkoopopbrengst<br />

***<br />

3.3 Hoogte hypotheek<br />

***<br />

3.4 Boedelbijdrage<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond


Bedrijfsmiddelen<br />

3.5 Beschrijving<br />

***<br />

3.6 Verkoopopbrengst<br />

***<br />

3.7 Boedelbijdrage<br />

***<br />

3.8 Bodemvoorrecht fiscus<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

Voorraden/ onderhanden werk<br />

3.9 Beschrijving<br />

***<br />

3.10 Verkoopopbrengst<br />

***<br />

3.11 Boedelbijdrage<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

Andere activa<br />

3.12 Beschrijving<br />

***<br />

3.13 Verkoopopbrengst<br />

***


Werkzaamheden<br />

In afwachting van afwikkeling Van Hoorn Company Inc.<br />

4. Debiteuren<br />

4.1 Omvang debiteuren<br />

***<br />

4.2 Opbrengst<br />

***<br />

4.3 Boedelbijdrage<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

5. Bank / Zekerheden<br />

5.1 Vordering van bank(en)<br />

***<br />

5.2 Leasecontracten<br />

***<br />

5.3 Beschrijving zekerheden<br />

***<br />

5.4 Separatistenpositie<br />

***<br />

5.5 Boedelbijdragen<br />

***<br />

5.6 Eigendomsvoorbehoud<br />

***


5.7 Reclamerechten<br />

***<br />

5.8 Retentierechten<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

De curator heeft ook in de afgelopen <strong>verslag</strong>periode regelmatig overleg<br />

gevoerd met de Rabobank Achterhoek-Noord U.A. (“Rabobank”) met<br />

betrekking tot de tegen Heineken Nederland B.V. (“Heineken”) aangevangen<br />

procedure.<br />

6. Doorstart / voortzetten<br />

Voortzetten<br />

6.1 Exploitatie / zekerheden<br />

***<br />

6.2 Financiële <strong>verslag</strong>legging<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

Doorstart<br />

6.3 Beschrijving<br />

***<br />

6.4 Verantwoording<br />

***<br />

6.5 Opbrengst<br />

***<br />

6.6 Boedelbijdrage<br />

***


Werkzaamheden<br />

afgerond<br />

7. Rechtmatigheid<br />

7.1 Boekhoudplicht<br />

***<br />

7.2 Depot jaarrekeningen<br />

***<br />

7.3 Goedk. Verklaring Accountant<br />

***<br />

7.4 Stortingsverpl. Aandelen<br />

***<br />

7.5 Onbehoorlijk bestuur<br />

***<br />

7.6 Paulianeus handelen<br />

***<br />

Werkzaamheden<br />

Na verkregen machtiging van de Rechter-Commissaris is de dagvaarding op<br />

<strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong> aan Heineken betekend terzake van de vordering van de<br />

curator ad ± € 2,6 miljoen. De zaak zal voor het eerst dienen op 19 maart<br />

<strong>2008</strong> bij de Rechtbank Amsterdam. Voor de (grondslagen van de)<br />

vorderingen van de curator, verwijst de curator naar de als bijlage aan dit<br />

openbare <strong>verslag</strong> gehechte tekst van de uitgebrachte dagvaarding. De<br />

curator verwacht dat met de procedure tegen Heineken geruime tijd zal zijn<br />

gemoeid.


De heer van Hoorn overweegt zelf ook een procedure te starten waarin hij<br />

veroordeling van Heineken in de door hem geleden schade zal vorderen.<br />

8. Crediteuren<br />

8.1 Boedelvorderingen<br />

€ 79.766,97<br />

8.2 Preferente vordering van de fiscus<br />

€ 280.673,00<br />

8.3 Preferente vordering van het UWV : € 28.940,30<br />

8.4 Andere preferente crediteuren : nvt<br />

8.5 Aantal concurrente crediteuren : 129<br />

8.6 Bedrag concurrente crediteuren : € 1.968.591,55 ; £ 7.500<br />

Bedrag betwiste concurrente crediteuren: € 885.001,55<br />

8.7 Verwachte wijze van afwikkeling<br />

De wijze van afwikkeling is afhankelijk van de afloop van de procedure tegen<br />

Heineken.<br />

Werkzaamheden<br />

Er heeft overleg plaatsgevonden met de advocaat van (crediteur en<br />

pandhouder) Rabobank, met betrekking tot de aan te vangen procedure<br />

tegen Heineken.<br />

9. Overig<br />

9.1 Termijn afwikkeling faillissement<br />

Onbekend<br />

9.2 Plan van aanpak<br />

De procedure tegen Heineken dient te worden gevoerd.


9.3 Saldo van de faillissementsrekening<br />

Het saldo van de faillissementsrekening aangehouden bij Kas Bank N.V. te<br />

Amsterdam onder nummer <strong>22</strong>.27.41.031 bedraagt per 9 januari <strong>2008</strong><br />

€ 1.202,25.<br />

9.4 Indiening volgend <strong>verslag</strong><br />

Voorzover tussentijdse ontwikkelingen niet tot eerdere <strong>verslag</strong>legging nopen,<br />

zal een volgend <strong>verslag</strong> worden uitgebracht rond <strong>22</strong> augustus <strong>2008</strong>.<br />

Werkzaamheden<br />

Er dient nog een kunstwerk te worden verkocht. De curator verwacht ook in<br />

de komende maanden veel tijd te besteden aan de procedure tegen<br />

Heineken. Van Hoorn Company Inc. zal moeten worden geliquideerd.<br />

10 Publicatie op website<br />

Dit openbare <strong>verslag</strong> en alle overige openbare faillissements<strong>verslag</strong>en ex art.<br />

73a Fw zullen tevens worden gepubliceerd op de website van <strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong><br />

<strong>Busmann</strong> N.V. (www.cms-dsb.com, zie onder: /downloaden/<strong>verslag</strong>en<br />

faillissementen).<br />

De curator wijst er tenslotte op dat noch aan dit <strong>verslag</strong>, noch aan de plaatsing van<br />

de crediteuren op de lijst van ingediende crediteuren, rechten kunnen worden<br />

ontleend.<br />

Amsterdam, <strong>22</strong> <strong>februari</strong> <strong>2008</strong><br />

Mr. M.R. van Zanten<br />

Curator<br />

<strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong> <strong>Busmann</strong> N.V.<br />

Advocaten-Notarissen-Belastingadviseurs<br />

Postbus 94700<br />

1090 GS Amsterdam<br />

Telefoon: 020- 301 6311<br />

Telefax: 020- 301 6331<br />

Email: marc.vanzanten@cms-dsb.com


DAGVAARDING<br />

20300560/MVZ/cp<br />

Heden, de<br />

tweeduizendacht, op verzoek van MR. MARC ROBERT VAN ZANTEN, in zijn<br />

hoedanigheid van curator in het faillissement van de besloten vennootschap met beperkte<br />

aansprakelijkheid VAN HOORN COMPANY B.V., hierna ook: “de curator”, woonplaats<br />

kiezende ten kantore van de naamloze vennootschap <strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong> <strong>Busmann</strong> N.V. te (1096<br />

BC) Amsterdam aan het adres Mondriaantoren, Amstelplein 8A (postbus 94700, 1090 GS,<br />

Amsterdam), van welk kantoor de advocaat en procureur mr. M.R. van Zanten in deze zaak<br />

tot procureur wordt gesteld en als zodanig zal optreden.<br />

GEDAGVAARD:<br />

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid HEINEKEN NEDERLAND B.V.,<br />

statutair gevestigd en kantoorhoudende te (1017 ZD) Amsterdam aan het adres Tweede<br />

Weteringplantsoen 21, aldaar aan dat kantooradres mijn exploot doende en afschrift dezes en<br />

van na te melden stukken latende aan:<br />

OM:<br />

op woensdag, de negentiende maart tweeduizendacht, des voormiddag te 10.00 uur, niet in<br />

persoon doch vertegenwoordigd door een procureur, te verschijnen ter terechtzitting voor<br />

burgerlijke zaken van de sector civiel recht van de rechtbank te Amsterdam, alsdan aldaar<br />

zitting houdende in één der lokalen van het Paleis van Justitie aan de Parnassusweg <strong>22</strong>0-<strong>22</strong>8;<br />

MET AANZEGGING:<br />

dat indien gedaagde niet bij procureur in het geding verschijnt en de voorgeschreven termijn<br />

en de formaliteiten in acht zijn genomen, de rechtbank aan gedaagde verstek zal verlenen en<br />

de hierna te formuleren vordering zal toewijzen tenzij deze hem onrechtmatig of ongegrond<br />

voorkomt;<br />

TENEINDE:<br />

Eiser op de volgende gronden te horen vorderen als volgt.<br />

1


INHOUDSOPGAVE<br />

20300560/MVZ/cp<br />

Hoofdstuk I Kern van de zaak<br />

Algemeen (§ 1.1-§ 1.3)....................................................................... 3<br />

Kern van de zaak ( § 1.4- § 1.9) ......................................................... 4<br />

Hoofdstuk II Feiten<br />

Voorgeschiedenis (§ 2.1-§ 2.2) .......................................................... 6<br />

Sponsorovereenkomst (§ 2.3-§ 2.4) ................................................... 7<br />

Evaluatie HNL 2002 (§ 2.5)............................................................... 8<br />

ENECO zegt subsponsorovereenkomst met Heineken op (§ 2.6)...... 8<br />

Gesprekken over verplaatsing van het evenement (§ 2.7-§ 2.8) ........ 8<br />

Kort Geding Heineken-ENECO (§ 2.9) ............................................. 9<br />

Wederom gesprekken tussen Heineken en curanda over<br />

mogelijk uitstel van HNL (§ 2.10-§ 2.13) ....................................... 10<br />

Artiesten zeggen intussen toe op te treden (§ 2.14) ......................... 13<br />

Discussie met ENECO (§ 2.15-§ 2.16) ............................................ 13<br />

Oorlog VS-Irak breekt uit; curanda stelt verplaatsing van het<br />

evenement voor (§ 2.17-§ 2.59)....................................................... 14<br />

Afwikkeling sponsorrelatie Heineken met ENECO<br />

(§ 2.60-§ 2.64).................................................................................. 26<br />

Faillissement curanda (§ 2.65-§ 2.66).............................................. 28<br />

Correspondentie curator-Heineken (§ 2.67-§ 2.68).......................... 29<br />

Correspondentie F.J.P. van Hoorn-Heineken (§ 2.69-§ 2.70).......... 30<br />

Toestand van de boedel (§ 2.71) ...................................................... 30<br />

Hoofdstuk III Voorlopig getuigenverhoor (§ 3.1-§ 3.8)......................................... 31<br />

Hoofdstuk IV Tijdens het getuigenverhoor bewezen feiten<br />

Algemeen (§ 4.1).............................................................................. 32<br />

Getuigenverhoor van F.J.P. van Hoorn d.d. 5 <strong>februari</strong> 2007<br />

(§ 4.2.1-§ 4.2.15).............................................................................. 32<br />

Hoofdstuk V Juridisch kader<br />

Algemeen (§ 5.1) ............................................................................. 39<br />

Vereisten toerekenbare tekortkoming (§ 5.2)................................... 40<br />

Inhoud overeenkomst (§ 5.3)............................................................ 40<br />

Tekortkoming (§ 5.4-§ 5.7) .............................................................. 41<br />

Nakoming blijvend onmogelijk (§ 5.8) ............................................ 42<br />

Schadevergoeding (§ 5.9)................................................................. 42<br />

Subsidiair: onvoorziene omstandigheden (§ 5.10-§ 5.12)................ 43<br />

Onrechtmatige daad: algemeen (§ 5.13 -§ 5.14) .............................. 44<br />

Onrechtmatige daad (§ 5.15)............................................................ 44<br />

Toerekenbaarheid (§ 5.16) ............................................................... 45<br />

Schade (§ 5.17)................................................................................. 45<br />

Causaal verband tussen daad en schade (§ 5.18).............................. 45<br />

Relativiteit (§ 5.19)........................................................................... 45<br />

2


20300560/MVZ/cp<br />

Onrechtmatigheid handelwijze Heineken (§ 5.20)........................... 45<br />

Hoofdstuk VI De door gedaagde tegen de eis aangevoerde verweren en de<br />

gronden daarvan (§ 6.1-§ 6.8).......................................................... 47<br />

Hoofdstuk VII Bewijsmiddelen en getuigen (§ 7.1)................................................. 51<br />

Hoofdstuk VIII Machtiging Rechter-commissaris ex art. 68 Fw (§ 8.1)................... 52<br />

Hoofdstuk IX Vorderingen (§ 9.1-§ 9.3)................................................................. 52<br />

(Overzicht) producties<br />

I KERN VAN DE ZAAK<br />

Algemeen<br />

1.1 Bij vonnis van de Rechtbank Amsterdam van 17 juni 2003 is de besloten<br />

vennootschap met beperkte aansprakelijkheid VAN HOORN COMPANY B.V.,<br />

statutair gevestigd te Amsterdam, kantoorhoudende te (1071 HH) Amsterdam aan het<br />

adres Willemsparkweg 46 (correspondentieadres: postbus 75808, 1070 AV<br />

Amsterdam) in staat van faillissement verklaard, zulks met benoeming van (thans) mr.<br />

R.H.C. Jongeneel tot Rechter-Commissaris en met aanstelling van eiser tot curator<br />

(productie 1).<br />

1.2 Van Hoorn Company B.V., hierna: “curanda”, verleende diensten op het gebied van<br />

management, organisatie en consultancy van muziekevenementen.<br />

1.3 De curator heeft een onderzoek ingesteld naar de oorzaken van het faillissement van<br />

curanda. Hiertoe heeft hij diverse besprekingen gevoerd met betrokkenen, waaronder<br />

de heer F.J.P. van Hoorn (directeur van curanda), Coöperatieve Rabobank Graafschap-<br />

Noord U.A, voorheen genaamd: Rabobank Achterhoek-Noord U.A. en Rabobank<br />

Berkelland U.A. te Lochem (financier van curanda, hierna: “Rabobank”), alsmede<br />

betrokkenen zijdens gedaagde, hierna: “Heineken”. Voorts zijn de relevante stukken<br />

met betrekking tot de samenwerking tussen Heineken en curanda bestudeerd. Naar<br />

aanleiding van dit onderzoek is de curator tot het oordeel gekomen dat Heineken<br />

toerekenbaar tekort is geschoten in haar uit de sponsorovereenkomst voortvloeiende<br />

verplichtingen, dat het faillissement van curanda in overwegende mate is veroorzaakt<br />

door Heineken dan wel dat zij op grond van onrechtmatig handelen jegens de boedel<br />

aansprakelijk moet worden gehouden voor de door curanda en de gezamenlijke<br />

crediteuren deswege geleden schade. Deze schade bedraagt ± € 2.5 miljoen. Aan dit<br />

oordeel liggen hierna in hoofdstuk 2 gememoreerde feiten en omstandigheden ten<br />

grondslag. Vervolgens zal in hoofdstuk 3 het voorlopig getuigenverhoor (procedureel)<br />

worden besproken. De relevante passages uit de getuigenverklaring die de stellingen<br />

van de curator ondersteunen zullen in hoofdstuk 4 worden behandeld. In hoofdstuk 5<br />

zal het juridisch kader worden geschetst. In hoofdstuk 6 zullen de verweren van<br />

Heineken worden besproken en weerlegd. In hoofdstuk 7 wordt (getuigen)bewijs<br />

aangeboden en worden namen van mogelijk nog te horen getuigen genoemd. In<br />

3


20300560/MVZ/cp<br />

hoofdstuk 8 wordt aangegeven dat de rechter-commissaris de curator heeft gemachtigd<br />

tot het treffen van rechtsmaatregelen jegens Heineken over te gaan. Ten slotte zal in<br />

hoofdstuk 9 worden geconcludeerd dat Heineken jegens curanda toerekenbaar tekort is<br />

geschoten in de nakoming van haar verplichtingen, danwel onrechtmatig jegens haar<br />

heeft gehandeld en deswege verplicht is de hierdoor geleden schade te vergoeden.<br />

Kern van de zaak<br />

1.4 In de kern gaat deze zaak om het volgende. Curanda organiseerde het<br />

muziekevenement Heineken NightLive 2003 voor eigen rekening en risico. Daarbij<br />

moest zij een groot deel van de kosten voorfinancieren, voordat het evenement zelf<br />

inkomsten had gegenereerd uit bijvoorbeeld kaartverkoop en verkoop van hospitality<br />

pakketten. Dit is gebruikelijk bij de organisatie van dergelijke evenementen. De<br />

voorfinanciering hiervoor vindt in belangrijke mate plaats door middel van een<br />

bankkrediet. In deze zaak verstrekt door Rabobank. Voorts wordt liquiditeit verschaft<br />

door sponsors. In deze zaak vooral door hoofdsponsor Heineken. Deze<br />

sponsorbijdragen vormen ook een zekerheid van curanda aan de bank door middel van<br />

verpanding van de aanspraken op sponsorgelden. In deze zaak was Heineken niet<br />

alleen hoofdsponsor, maar ook “naamgever” van het evenement en zelfs- gelet op haar<br />

grote invloed en bemoeienis met het evenement- feitelijk ook een soort<br />

medeorganisator, met dien verstande echter dat het financiële risico uiteindelijk geheel<br />

bij curanda lag. Als hoofdsponsor en naamgever speelde Heineken een cruciale rol.<br />

Indien zij zich zou terugtrekken zou dit het evenement ernstig in gevaar brengen.<br />

Immers, dit zou leiden tot verlies van sponsorinkomsten, minder zekerheid voor de<br />

bank en dus waarschijnlijk een geringere kredietfaciliteit en vermoedelijk ook<br />

aantasting van het imago van het evenement, met als gevolg minder kaartverkoop.<br />

1.5 Eind maart 2003 hebben de 2 hoofdacts (“headliners”) afgezegd vanwege de oorlog in<br />

Irak. Deze oorlog hing al enige tijd in de lucht en curanda en Heineken hadden<br />

hierover diverse keren gesproken. Hierbij is tussen partijen ook de mogelijkheid<br />

besproken het evenement ingeval van een Irak-oorlog uit te stellen tot september 2003.<br />

Curanda heeft diverse keren gesteld dat een oorlog in Irak waarschijnlijk tot afzegging<br />

van Amerikaanse artiesten zou leiden en dat dit overmacht zou opleveren. Heineken<br />

heeft dit, tot aan haar dreiging van ontbinding van de sponsorovereenkomst eind maart<br />

2003, nimmer weersproken. Curanda heeft na het uitbreken van de oorlog en de<br />

afzegging van de headliners, zoals eerder besproken, voorgesteld het evenement uit te<br />

stellen tot september 2003. De artiesten hadden hun medewerking hieraan toegezegd<br />

waardoor het uitstel een reële optie was. Het laten doorgaan van het evenement in april<br />

2003 was geen reële optie, aangezien het evenement door het wegvallen van de<br />

belangrijkste artiesten, voor het publiek niet aantrekkelijk meer zou zijn. Dit was niet<br />

alleen onwenselijk voor curanda, maar ook voor Heineken. Wie sponsort immers een<br />

lege zaal? Afstel van het evenement was ook geen reële optie, omdat in dat geval alle<br />

investeringen verloren zouden gaan, ook de reeds door Heineken betaalde<br />

sponsorbijdrage. Deze bijdrage was immers door curanda gebruikt bij de<br />

voorfinanciering van de kosten. Heineken zou bij afstel feitelijk haar investering kwijt<br />

raken, terwijl curanda hierdoor zelfs in acute liquiditeitsnood komen, omdat zij niet<br />

meer de gelegenheid zou hebben haar investering terug te verdienen. De advocaat van<br />

curanda had Heineken hierop reeds gewezen. Ook zou de positie van curanda<br />

4


20300560/MVZ/cp<br />

verzwakken ten opzichte van haar eigen financiers, met name Rabobank en (in de<br />

nabije toekomst) haar Amerikaanse partner. Uitstel van het evenement zou ook tot<br />

schade leiden in de vorm van extra kosten, maar deze schade zou aanmerkelijk kleiner<br />

zijn dan de schade in geval van het laten doorgaan van het evenement zonder de<br />

headliners of afstel en curanda had aangeboden deze extra kosten volledig voor haar<br />

rekening te nemen. Heineken zou dan ook geen enkel financieel risico lopen bij uitstel.<br />

Uitstel van het evenement zou wellicht ook tot enige negatieve publiciteit leiden, maar<br />

een lege zaal (zoals Heineken ook zelf erkent) of afstel zou in de publiciteit veel<br />

nadeliger uitpakken.<br />

1.6 Ondanks het feit dat uitstel tot minder schade zou leiden dan laten doorgaan (zonder<br />

de headliners) of afstellen heeft Heineken toch eind maart 2003 gedreigd met<br />

beëindiging van de sponsorovereenkomst. Daarnaast heeft Heineken, zonder de<br />

sponsorovereenkomst te hebben beëindigd conservatoire beslagen ten laste van<br />

curanda gelegd, onder meer onder de Rabobank, en alle sponsorbijdragen<br />

teruggevorderd. Ten gevolge van de beslaglegging onder de Rabobank kwam curanda<br />

in acute liquiditeitsnood en werd het faillissement onafwendbaar, te meer daar geen<br />

inkomsten meer konden worden gegenereerd uit het afgelaste evenement.<br />

1.7.1 Onder de gegeven omstandigheden had Heineken de sponsorovereenkomst niet mogen<br />

beëindigen, althans zich niet op het standpunt mogen stellen dat zij deze had beëindigd<br />

en de sponsorbijdragen niet mogen terugvorderen. De reden hiervoor is gelegen in de<br />

navolgende feiten en omstandigheden.<br />

1.7.2 Afzegging van Amerikaanse artiesten vanwege de Irak-oorlog was door partijen als<br />

overmacht aangemerkt, althans een bevestiging van deze afspraak tussen partijen d.d.<br />

3 maart 2003 is door Heineken niet weersproken.<br />

1.7.3 Partijen hadden afgesproken dat in geval van afzegging van Amerikaanse artiesten het<br />

evenement zou worden uitgesteld naar september 2003, althans dat deze optie in ieder<br />

geval serieus zou worden onderzocht.<br />

1.7.4 Uitstel van het evenement tot september 2003 was een reële optie, mede gelet op de<br />

toezeggingen van de artiesten hieraan mee te werken en de beschikbaarheid van de<br />

locatie Ahoy te Rotterdam.<br />

1.7.5 Heineken zou in geval van uitstel geen of nauwelijks financiële schade leiden,<br />

aangezien alle (meer)kosten van het uitstel voor rekening van curanda zouden komen,<br />

zoals curanda ook meermalen heeft bevestigd aan Heineken. Anders gezegd: de<br />

sponsorbijdrage van Heineken zou niet hoger worden.<br />

1.7.6 Afstel zou voor beide partijen schadelijk zijn. Immers, de investering zou dan geheel<br />

verloren gaan en er zou reputatieschade kunnen ontstaan. Bezoekers van een<br />

muziekevenement hebben nu eenmaal meer begrip voor uitstel dan afstel.<br />

1.7.7 Heineken wist, althans behoorde redelijkerwijs te begrijpen, dat curanda door<br />

opzegging van de sponsorovereenkomst in grote problemen zou geraken.<br />

5


20300560/MVZ/cp<br />

1.7.8 Partijen hadden al een jarenlange relatie waarin zij samen, met succes, een groot aantal<br />

vergelijkbare evenementen hadden georganiseerd. Gelet op deze langjarige relatie had<br />

Heineken meer rekening moeten houden met de belangen van curanda.<br />

1.8 Voorts had Heineken de sponsorbijdrage niet direct mogen terugvorderen van curanda<br />

en had zij hiervoor geen beslagen mogen leggen, omdat:<br />

a. de sponsorovereenkomst ten tijde van de beslaglegging nog niet was ontbonden,<br />

terwijl deze ontbinding bovendien niet rechtsgeldig was. Heineken bezat dus (nog)<br />

niet een titel voor de terugvordering en de beslaglegging, die zij in het beslagrekest<br />

wel stelde te hebben;<br />

b. Heineken wist dat curanda door de beslaglegging in acute liquiditeitsproblemen<br />

zou komen waardoor het voor curanda niet meer mogelijk zou zijn het evenement<br />

door te laten gaan of uit te stellen. Er kon, na de beslaglegging zonder de<br />

medewerking van Heineken, alleen nog maar sprake zijn van afstel, met alle<br />

schadelijke gevolgen voor curanda van dien;<br />

c. beslaglegging geen zin had, omdat curanda op dat moment geen verhaal bood voor<br />

de, niet bestaande, door Heineken gepretendeerde vordering. Uit de jarenlange<br />

samenwerking wist Heineken dat evenementen zoals deze altijd worden<br />

voorgefinancierd en dat- afgezien van sponsorbijdragen- inkomsten pas kort voor<br />

het evenement worden genoten. Bij uitstel van het evenement zouden deze<br />

inkomsten alsnog worden gegenereerd;<br />

Gelet op het vorenstaande was het beslag gelegd zonder titel en bovendien onnodig, en<br />

dus vexatoir en daarmee onrechtmatig jegens curanda.<br />

1.9 Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat Heineken toerekenbaar tekort is geschoten<br />

in de nakoming van haar verplichtingen uit de sponsorovereenkomst, danwel<br />

onrechtmatig heeft gehandeld jegens curanda. Zowel curanda als de curator hebben<br />

Heineken aansprakelijk gesteld en aanspraak gemaakt op vergoeding van de door<br />

curanda (alsmede haar gezamenlijke crediteuren) geleden schade. Ondanks diverse<br />

gesprekken en sommatie is geen betaling van Heineken ontvangen, zodat de curator<br />

genoodzaakt is geworden rechtsmaatregelen te treffen jegens Heineken.<br />

II FEITEN<br />

Voorgeschiedenis<br />

2.1 Sinds 1999 heeft Heineken opdracht gegeven aan curanda een muziekevenement te<br />

organiseren onder de naam Heineken Night Live (“HNL”). Het evenement was een<br />

jaarlijks “ankerevenement” van de muzieksponsoring-strategie van (het merk)<br />

Heineken. Dit evenement vond voor het eerst plaats in het najaar van 1999 en<br />

vervolgens in april 2001 en april 2002.<br />

2.2 In verband met het hiervoor genoemde evenement heeft Heineken op <strong>22</strong> december<br />

2000 een intentieverklaring gesloten met ENECO ter zake van de (sub)sponsoring van<br />

het evenement door ENECO. Op 30 maart 2001 is ter uitvoering van de<br />

6


20300560/MVZ/cp<br />

intentieverklaring tussen Heineken en ENECO een sponsorovereenkomst gesloten per<br />

1 januari 2001 voor een periode van een jaar, met automatische verlenging voor<br />

telkens 1 jaar, tenzij een der partijen uiterlijk drie maanden voor het einde van de<br />

lopende contractperiode de overeenkomst heeft opgezegd.<br />

Sponsorovereenkomst<br />

2.3 Tussen Heineken en curanda is in verband met het hiervoor genoemde evenement een<br />

schriftelijke sponsorovereenkomst gesloten, ingaande op 1 november 2001 en<br />

eindigende op 31 oktober 2004 (hierna: “Sponsorovereenkomst”). De overeenkomst is<br />

gedateerd 28 augustus 2002. De Sponsorovereenkomst wordt als productie 2 aan deze<br />

dagvaarding gehecht. In de Sponsorovereenkomst is de relatie tussen Heineken en<br />

curanda op een andere wijze vastgelegd dan voorheen. Overeenkomsten tussen<br />

Heineken en curanda met betrekking tot evenementen vóór het jaar 2002 betroffen<br />

opdrachten van Heineken aan curanda tot het organiseren van een evenement volledig<br />

voor rekening en risico van Heineken, die daarmee ook verantwoordelijk werd voor<br />

een eventueel exploitatietekort. In de Sponsorovereenkomst waren partijen evenwel<br />

overeengekomen dat de verantwoordelijkheid voor de organisatie geheel lag bij<br />

curanda en Heineken slechts een (gelimiteerde) sponsorbijdrage aan curanda diende te<br />

betalen. Het evenement werd aldus voor rekening en risico van curanda georganiseerd<br />

en Heineken werd sponsor in plaats van eigenaar die een producent inhuurde die in<br />

opdracht van Heineken werkte. Artikel 3.1 van de Sponsorovereenkomst luidt als<br />

volgt:<br />

“VHC verplicht zich om voor eigen rekening en risico naar beste weten en kunnen jaarlijks in<br />

april en/of mei een Evenementenreeks van ‘Heineken NightLive, Dance to the Music!’ te<br />

organiseren, bestaande uit ten minste 3 (drie) Evenementen. VHC stelt Heineken steeds<br />

uiterlijk zes (6) maanden vóór iedere Evenementenreeks op de hoogte van het aantal te<br />

realiseren Evenementen.”<br />

Via een door beide partijen geaccepteerd redactiestatuut (als Bijlage 1 aan de<br />

Sponsorovereenkomst gehecht) en een aantal ijkpunten werd bevorderd dat het<br />

evenement zou voldoen aan de wensen van de sponsor Heineken. Later bleek dat<br />

Heineken ondanks dit gewijzigde, en voor haar minder risicovolle, concept zich nauw<br />

met de organisatie bleef bemoeien (op de wijze waarop zij dit voorheen ook had<br />

gedaan), hoewel dit op basis van de Sponsorovereenkomst niet (meer) op haar weg<br />

lag.<br />

2.4 Heineken heeft overigens de ondertekening van de Sponsorovereenkomst vanaf begin<br />

2002, ondanks herhaalde toezeggingen en om onduidelijk redenen, geruime tijd<br />

uitgesteld. Curanda had zich jegens de Rabobank verplicht de vorderingen<br />

voortvloeiende uit de Sponsorovereenkomst aan de Rabobank te verpanden, hetgeen<br />

derhalve geruime tijd niet mogelijk was. Tegenover de verpanding zou de<br />

kredietfaciliteit worden verruimd. De getekende Sponsorovereenkomst is door curanda<br />

uiteindelijk pas in september 2002 ontvangen, waarna curanda tot verpanding kon<br />

overgaan.<br />

7


20300560/MVZ/cp<br />

Evaluatie HNL 2001 en 2002<br />

2.5 Het evenement HNL was in 2001 en 2002 voor Heineken succesvol afgesloten. Uit het<br />

door Heineken naar aanleiding van HNL 2001 en 2002 ingestelde onderzoek is<br />

namelijk gebleken dat het evenement op vrijwel alle contractuele voorwaarden heeft<br />

gescoord (productie 3).<br />

ENECO zegt subsponsorovereenkomst met Heineken op<br />

2.6 In oktober 2002 ontstond een probleem met ENECO. ENECO deelde curanda namelijk<br />

bij e-mail d.d. <strong>22</strong> oktober 2002 (productie 4) mede dat zij afziet van het sponsoren van<br />

het evenement. In deze e-mail stelde ENECO dat zij zich genoodzaakt ziet deze stap te<br />

nemen uit het oogpunt van kostenbeheersing en wegens het, naar haar oordeel,<br />

tegenvallend succes van het evenement. Heineken heeft rond deze datum een concept<br />

opzeggingsbrief ontvangen van ENECO. Na ontvangst van deze e-mail heeft curanda er<br />

alles aan gedaan Heineken te ondersteunen in haar vordering jegens ENECO teneinde<br />

de tussen Heineken en ENECO gesloten sponsorovereenkomst na te komen. Zonder<br />

financiële steun van ENECO was de organisatie van het evenement niet haalbaar.<br />

Inmiddels was curanda reeds verscheidene verplichtingen aangegaan, mede gelet op het<br />

feit dat zij na 1 oktober 2002 (voor welke datum ENECO de sponsorovereenkomst had<br />

behoren op te zeggen) niet meer behoefde te voorzien dat ENECO de<br />

sponsorovereenkomst zou beëindigen. Bij brief d.d. 25 oktober 2002 (productie 5)<br />

heeft ENECO aan Heineken de sponsorovereenkomst met onmiddellijke ingang<br />

opgezegd. Curanda voorziet Heineken van de nodige informatie zodat Heineken in kort<br />

geding veroordeling van ENECO tot betaling van de sponsorbijdrage kan vorderen.<br />

Gesprekken over verplaatsing van het evenement<br />

2.7 In een e-mail van 3 <strong>februari</strong> 2003 (productie 6) heeft curanda aan Heineken gemeld dat<br />

het de Amerikaanse bevolking inclusief artiesten duidelijk begint te worden dat er een<br />

oorlog komt met Irak. Het is ook vrij duidelijk wanneer deze oorlog gaat uitbreken, dat<br />

is in <strong>februari</strong>. Het gevolg zal volgens curanda zijn, net zoals na 11 september 2001, dat<br />

Amerikaanse artiesten al hun buitenlandse verplichtingen afzeggen. Noodlot wil,<br />

volgens curanda, dat men voor het concept HNL/Steam 2003 vrij sterk aangewezen is<br />

op Amerikaanse artiesten. Voorts heeft curanda erop gewezen dat de World Music<br />

Awards in Monaco, die op 5 maart 2003 zouden plaatsvinden, vanwege het feit dat<br />

artiesten zoals Mariah Carey, Beyoncé en Christina Aguilera, weigeren een<br />

commitment af te geven, zojuist is verschoven naar juni 2003. Curanda heeft<br />

aangegeven dat bevestigingen van artiesten waardeloos worden zodra de oorlog<br />

uitbarst. Tevens heeft curanda gemeld dat zij de week ervoor is begonnen een aantal<br />

noodscenario’s te plannen en graag met Heineken wil bespreken wat het beste scenario<br />

is voor alle betrokkenen.<br />

2.8 Bij e-mail van 4 <strong>februari</strong> 2003 (productie 7) heeft de heer M.P.J. Ruygrok van<br />

Heineken aan curanda, naar aanleiding van een gezamenlijke bespreking in<br />

Leidschendam, scenario 2 bevestigd, te weten:<br />

“Verplaatsen naar september indien artiesten niet op tijd Alleen in uiterste nood en na<br />

nader overleg.”<br />

8


20300560/MVZ/cp<br />

De context waarin deze opmerking is geplaatst had vooral betrekking op een situatie<br />

waarin curanda niet op tijd artiesten zou kunnen boeken. Dit werd op dat moment<br />

namelijk al moeilijk omdat er al gesproken werd over een mogelijke oorlog en er sprake<br />

was van SARS. De belangrijkste artiesten Jay-Z en Erykah Badu werden derhalve<br />

geboekt in een tijd waarin over een mogelijke Irak-oorlog wel al werd gespeculeerd.<br />

Curanda heeft een en ander ook aan Heineken uitgelegd. Artiesten wilden zich wel<br />

vastleggen maar zij zouden bij het uitbreken van een oorlog altijd het daadwerkelijk<br />

vliegen naar Nederland heroverwegen, met andere woorden dat hier, gelet op de<br />

omstandigheden, ondanks bevestigingen altijd een onzekerheid zou bestaan. Curanda<br />

heeft bij e-mail van 5 <strong>februari</strong> 2003 (productie 8) een reactie gestuurd op de hiervoor<br />

genoemde mail, waarin tevens is aangegeven dat het gesprek van 4 <strong>februari</strong> 2003 een<br />

constructief gesprek was. In dat gesprek heeft curanda het ook gehad over de situatie<br />

van overmacht. Deze kwam ter sprake omdat curanda in principe de topartiesten Busta<br />

Rhymes en Missy Elliot had vastgelegd, die echter in december 2002 aangaven de optie<br />

niet definitief te willen maken in verband met de oplopende onzekerheid met<br />

betrekking tot de oorlog. Hierop heeft curanda aan Heineken medegedeeld dat zij wel<br />

door kon gaan met het boeken van de artiesten maar dat er dus een risico bestond.<br />

Kort Geding Heineken-ENECO<br />

2.9 De behandeling van het kort geding tussen Heineken en ENECO vond uiteindelijk<br />

plaats op 6 <strong>februari</strong> 2003.<br />

Uit de op 30 januari 2003 door Heineken aan ENECO betekende kort geding<br />

dagvaarding (productie 9) en de pleitnotities van de advocaat van Heineken (productie<br />

10) blijkt van de stellingen van Heineken. Bij deze dagvaarding is tevens overgelegd de<br />

tussen Heineken en ENECO gesloten sponsorovereenkomst. Deze stellingen van<br />

Heineken zijn uiteraard ook van belang bij de beoordeling van de vorderingen van de<br />

curator op Heineken. Heineken heeft in rechte onder meer betoogd dat ENECO ten<br />

onrechte heeft gesteld dat zij een concreet toetsbaar plan inclusief een lijst met<br />

gecontracteerde artiesten zou hebben moeten ontvangen voor 1 augustus 2002. Dat was<br />

niet de bedoeling en ook niet mogelijk. Ten eerste omdat de laatst gehouden editie eerst<br />

dient te worden geëvalueerd alvorens tot het plannen van het nieuwe evenement wordt<br />

overgegaan. Tussen medio april en 1 augustus is dat traject niet te doorlopen. Daarnaast<br />

heeft Heineken erop gewezen dat het merendeel van de artiesten zich überhaupt niet op<br />

een zo lange termijn van tevoren wenst vast te leggen en zich ook niet laat vastleggen.<br />

De concrete artiesten worden pas in de loop van januari/<strong>februari</strong> van het daarop<br />

volgende kalenderjaar geboekt en kunnen ook eerst in die periode worden geboekt. In<br />

de maanden daaraan voorafgaand worden slechts oriënterende gesprekken gevoerd met<br />

de artiesten, onder andere teneinde hun eigen agenda met die van een evenement te<br />

laten samen vallen. Voorts heeft Heineken erop gewezen dat het in de voorgaande jaren<br />

niet anders ging en ENECO daar toen ook vrede mee had. Daarnaast heeft ENECO<br />

nimmer aangegeven dat de plannen zoals tot dusver gepresenteerd voor haar<br />

onvoldoende zouden zijn en dat zij een concrete uitwerking daarvan verlangde. Ten<br />

slotte heeft Heineken er in haar pleidooi op gewezen dat het noodzakelijk is dat over de<br />

gebondenheid van ENECO voor het komende evenement duidelijkheid wordt<br />

gecreëerd. Dat is allereerst nodig voor de goede verdere organisatie van het evenement<br />

en het daarvoor beschikbare budget. De door ENECO verschuldigde bijdrage beloopt<br />

een niet onaanzienlijk bedrag, welk bedrag vanzelfsprekend weegt in het voor de<br />

9


20300560/MVZ/cp<br />

organisatie van het totale evenement beschikbare budget, en daarmee dan ook voor de<br />

bepaling van de mogelijke uitgaven, en daarvan dan vanzelfsprekend met name die<br />

voor de artiesten. Ten tweede is enige helderheid geboden aangezien thans een aanvang<br />

zal worden gemaakt met de reclame voor het evenement en de vraag rijst of daarin nu<br />

wel of niet tevens ENECO dient te worden vermeld.<br />

Bij vonnis d.d. 13 <strong>februari</strong> 2003 (productie 11) overwoog de voorzieningenrechter<br />

onder meer:<br />

“4.8 Het voorgaande leidt tot de slotsom dat naar voorlopig oordeel boven redelijke twijfel is<br />

verheven dat de bodemrechter zal oordelen dat Eneco tot nakoming van de tussen partijen<br />

gesloten sponsorovereenkomst gehouden is, zodat de vordering van Heineken voor toewijzing<br />

gereed ligt.”<br />

De vordering van Heineken tot nakoming van de overeenkomst en betaling van een<br />

bedrag ad € 158.823,08 kon derhalve worden toegewezen. Dit betrof de eerste<br />

termijnbetaling van 50% van de totaal tussen Heineken en ENECO overeengekomen<br />

sponsorbijdrage.<br />

Wederom gesprekken tussen Heineken en curanda over mogelijk uitstel van HNL<br />

2.10 Bij brief van Heineken d.d. 14 <strong>februari</strong> 2003 (productie 12) heeft de heer M.P.J.<br />

Ruygrok van Heineken (met een kopie aan de heren H.H.F. Jansen, A.H. Scholten, P.<br />

Vertregt, allen werkzaam bij Heineken, alsmede aan de heer E. van Manen, consultant<br />

van Heineken) het kort geding vonnis aan curanda gezonden en haar gevraagd om een<br />

bevestiging dat het evenement doorgaat op 10, 11 en 12 april 2003 en dat op zijn minst<br />

de main acts zijn gecontracteerd. Verder heeft Heineken geschreven:<br />

“Als er gegronde redenen zijn om het evenement enkele maanden uit te stellen, staan we daar<br />

niet afwijzend tegenover, maar we moeten dan wel aan ENECO kunnen uitleggen dat er<br />

werkelijk sprake is van een overmachtsituatie. Op dit moment zijn we daar nog niet van<br />

overtuigd.”<br />

2.11 ENECO heeft Heineken bij brief van 26 <strong>februari</strong> 2003 (productie 13) bevestigd dat zij<br />

heeft voldaan aan het kort geding vonnis. Voorts heeft zij verwezen naar de<br />

verklaringen die Heineken tijdens de zitting heeft gedaan met betrekking tot de<br />

bekendmaking van de gecontracteerde artiesten. ENECO heeft Heineken in de<br />

gelegenheid gesteld binnen 30 dagen schriftelijk te bevestigen dat Heineken aan de<br />

door ENECO gestelde voorwaarden zal voldoen.<br />

Heineken heeft curanda deze brief van ENECO bij e-mail van 27 <strong>februari</strong> 2003<br />

(productie 14) gezonden. In deze e-mail heeft Heineken geschreven:<br />

“Je kunt nu niet langer wachten: uitstellen of doorgaan?<br />

Elk van die scenario’s heeft overigens serieuze consequenties die we eerst goed met elkaar<br />

moeten doornemen.<br />

Voor nu zal je een waterdichte case moeten hebben waarom er nog steeds geen artiesten zijn.<br />

Dus harde zwart op wit faxen enzo van meerdere topartiesten waar je een deal mee had maar<br />

die cancellen vanwege oorlog. Want Eneco gaat sowieso in hoger beroep.”<br />

10


20300560/MVZ/cp<br />

Curanda heeft Heineken per e-mail van 27 <strong>februari</strong> 2003 een concept reactie gezonden<br />

(productie 15). Hierin heeft curanda aangegeven dat het evenement hetzij in april 2003<br />

zal plaatsvinden, hetzij in september 2003. De oorzaak van deze 2 opties ligt in de<br />

schade die curanda heeft geleden door de opstelling van ENECO, alsmede in het feit dat<br />

er door de oorlogsdreiging van dat moment sprake is van een weigering van<br />

toonaangevende artiesten om te reizen, respectievelijk om alsnog commitments voor<br />

optredens af te geven. Voorts heeft curanda aangegeven dat indien HNL alsnog in april<br />

zal doorgaan zij hetzij op 6 maart hetzij op 13 maart het programma zal presenteren,<br />

waarna de voorverkoop direct zal aanvangen. Indien zij zal besluiten tot uitstel zal zij<br />

direct daarna overleg met ENECO voeren, aldus de tekst van de concept brief van<br />

curanda voor ENECO, gezonden aan Heineken op 27 <strong>februari</strong> 2003.<br />

2.12 Uit de door Heineken gemaakte agenda voor een bijeenkomst d.d. 28 <strong>februari</strong> 2003<br />

(productie 16) blijkt dat partijen de consequenties van doorgaan van het evenement in<br />

april 2003 en van uitstel naar september 2003 zouden bespreken. Tevens blijkt hieruit<br />

dat Heineken belang hecht aan haar positie ten opzichte van ENECO. Zo heeft zij<br />

geschreven:<br />

“We moeten hem (lees: Van Hoorn, toev. proc.) en onszelf aan de uitgangspunten van het hele<br />

verhaal houden, waarin we het Kort geding ingegaan zijn met Franks input (notabene uit zijn<br />

eigen presentatie aan Eneco), waarin we aangaven door te gaan met NightLive en met potentie<br />

voor 4 shows. Daarom moest Eneco gewoon meedoen.<br />

We kunnen die uitgangspunten niet zomaar straffeloos wijzigen. Hooguit door overleggen van<br />

echt keiharde, waterdichte contracten die er al lagen met topartiesten maar die door<br />

oorlogsdreiging schriftelijk gecancelled zijn. Alles minder dan dat maakt onze positie zo zwak<br />

dat het risico dat we de 7 ton van Eneco weer verliezen zeer groot is, zoniet 100%.<br />

De agenda zal dus eerder worden:<br />

AGENDA 28.02.2003 bij VHC<br />

1. Consequenties bij doorgaan in april: (…)<br />

Conclusie: nu doorgaan of toch uitstellen?<br />

2. Consequenties van uitstel naar september<br />

a. Eneco zal in een hoger beroep in dit geval vrijwel zeker haar geld terugkrijgen, tenzij er<br />

100% waterdicht en keihard bewijs van VHC is van getekende en daarna gecancellede<br />

contracten. Reken dus met 7 ton gulden minder!<br />

b. Risico’s van uitstel:<br />

- ‘van uitstel komt afstel’<br />

- ook dan nog onzekerheid over artiesten<br />

- verlies van geloofwaardigheid in de branche, intern bij Heineken en bij<br />

consumenten<br />

c. kosten van uitstel<br />

d. Voordeel: meer promotietijd, meer tijd om artiesten te regelen.”<br />

Curanda heeft op deze agenda gereageerd bij e-mail van 28 <strong>februari</strong> 2003 (productie<br />

17). Hierin heeft curanda onder meer het navolgende gesteld:<br />

11


20300560/MVZ/cp<br />

“In de eerste plaats wil ik je bij deze vriendelijk doch dringend verzoeken uitvoering te geven<br />

aan je contractuele verplichting tot betaling van het Eneco sponsorgeld. In je laatste brief<br />

daarover eis je van mij een verklaring omtrent het doorgaan van het evenement. Gezien het feit<br />

dat wij voortdurend overleg hebben over de voortgang van het evenement, gezien het feit dat<br />

met Heineken uitgebreid alle scenario’s rondom de show zijn doorgenomen en akkoord<br />

bevonden (uiterste datum rondkomen artiesten en start promotie op 13 maart as. en anders<br />

verschuiven naar september) gezien het feit dat wij beiden uitvoering dienen te geven aan een<br />

lopende overeenkomst heb ik geen enkele verplichting laat staan noodzaak tot het afgeven van<br />

een dergelijke verklaring. Ik wil je daarom vriendelijk doch dringend verzoeken het<br />

sponsorbedrag vandaag middels telefonische overboeking te voldoen. Ik stel Heineken bij deze<br />

in gebreke.”<br />

Het sponsorbedrag dat ENECO had betaald op basis van het kort geding vonnis (de<br />

eerste termijnbetaling van 50% van het overeengekomen bedrag) is vervolgens door<br />

curanda van Heineken ontvangen.<br />

2.13 Bij e-mail d.d. 3 maart 2003 (productie 18) heeft curanda (de heer M.P.J. Ruygrok<br />

van) Heineken als volgt geïnformeerd:<br />

“Conform je verzoek bevestig ik hiermee nogmaals onze recente gesprekken.<br />

Heineken NightLive aka Steam gaat door in April (behoudens zeer onvoorziene<br />

omstandigheden) zoals besproken op 11 en 12 april aanstaande. Onder onvoorziene<br />

omstandigheden moet je bijvoorbeeld een VS-Irak oorlog verstaan of een grote terreuraanslag.<br />

De door ons besproken verschuiving naar september komt daarmee te vervallen.<br />

Wij zijn in principe rond met Erykah Badu als ‘headliner’. We denken aanstaande donderdag<br />

in de publiciteit te gaan. Momenteel ben ik druk doende andere acts te boeken, die zullen tzt<br />

worden toegevoegd in de communicatie. Als DJ werken we nu aan de legendarische<br />

Grandmaster Flash en als host van de show DMC (van Run-DMC). Verder staan aanbiedingen<br />

open aan Jay-Z (via Scott Hunter Smith Heineken USA) en Eve.”<br />

Uit de hiervoor gememoreerde e-mail van curanda, alsmede uit het voorgaande overleg<br />

over mogelijke verplaatsing van het evenement blijkt dat de eerder besproken data van<br />

11 en 12 april 2003 niet “hard” zijn en curanda er ook mocht vertrouwen dat deze data<br />

bij de uitvoering van de Sponsorovereenkomst voor het geval een oorlog tussen de VS<br />

en Irak zou uitbreken niet “hard” waren.<br />

In een e-mail van 5 maart 2003 van Mark Ruygrok, met een cc naar onder meer<br />

bedrijfsjurist mr H.H.F. Jansen, heeft Heineken gereageerd op de e-mail van curanda<br />

van 3 maart 2003 (productie 19). In deze e-mail is geen bezwaar gemaakt tegen de<br />

bevestiging van curanda van de recente gesprekken, en meer speciaal de bevestiging<br />

van curanda dat HNL doorgaat in april, behoudens zeer onvoorziene omstandigheden<br />

(zoals bijvoorbeeld een VS-Irak oorlog of een grote terreuraanslag). Heineken schrijft<br />

onder meer:<br />

“Beste Frank,<br />

Hartelijk dank voor je mail over de doorgang van Heineken NightLive, en je eerdere mail met<br />

suggesties voor Eneco.”<br />

12


20300560/MVZ/cp<br />

Vervolgens bespreekt Heineken een aantal zaken waaruit geenszins blijkt van een<br />

betwisting van de in de e-mail van 3 maart 2003 bevestigde gesprekken tussen curanda<br />

en Heineken. Voorts heeft Heineken curanda verzocht te proberen vier shows, in plaats<br />

van 2, te organiseren.<br />

Curanda heeft per e-mail van 5 maart 2003 (productie 20) bevestigd dat conform<br />

afspraak met Mark Ruygrok en Peter Vertregt alle contracten met artiesten voor 2<br />

shows worden gesloten, evenals een optionele show op 10 april 2003. Curanda heeft<br />

gewezen op het feit dat de voorzieningenrechter het beroep van ENECO op 4 shows<br />

heeft afgewezen.<br />

Artiesten zeggen intussen toe op te treden<br />

2.14 Uit de als productie 21 overgelegde overeenkomst met betrekking tot Erykah Badu,<br />

opgesteld door William Morris Agency, Inc, blijkt dat op 5 maart 2003 is bevestigd dat<br />

Erykah Badu zal optreden op 11 en 12 april 2003.<br />

Tevens wordt als productie <strong>22</strong> overgelegd een bevestiging d.d. 12 maart 2003 van<br />

Evolution Talent Agency LLC met betrekking tot het optreden van Run DMC op 11 en<br />

12 april 2003.<br />

De contacten met Jay-Z waren opgezet door Heineken via Scott Hunter Smith van<br />

Heineken USA, waardoor mag Heineken ermee bekend worden geacht dat Jay-Z<br />

inderdaad had toegezegd tijdens HNL 2003 op te treden. Ten bewijze van de boeking<br />

van Jay-Z legt de curator als productie 23 enige correspondentie van curanda met de<br />

manager van Jay-Z, John Meneilly (om privacyredenen is het e-mail adres van de heer<br />

Meneilly door de procureur weggelakt) d.d. 10 maart 2003, 11 maart 2003 en 17 maart<br />

2003, waarbij tevens de concept overeenkomst is meegezonden. Overigens worden in<br />

de branche overeenkomsten tussen organisator en artiest steeds pas na de optredens<br />

ondertekend. Tevens wordt hierbij overgelegd een e-mail van curanda aan Scott Hunter<br />

Smith met betrekking tot de bevestiging dat Jay-Z zal optreden. Bij e-mail van 10 maart<br />

2003 (productie 24) heeft curanda overigens aan Heineken bevestigd dat Jay-Z rond is.<br />

Aangezien de contacten via Heineken USA liepen, en de hiervoor genoemde<br />

correspondentie, kan er overigens van worden uitgegaan dat Heineken reeds op de<br />

hoogte was van de toezegging van Jay-Z van 10 maart 2003.<br />

Discussie met ENECO<br />

2.15 Bij e-mail van 5 maart 2003 (productie 25) heeft Heineken gereageerd op een brief van<br />

ENECO d.d. 26 <strong>februari</strong> 2003. Belangrijke argumenten die Heineken in deze brief naar<br />

voren heeft gebracht zijn onder meer:<br />

1) de voorbereidingen zijn ernstig bemoeilijkt omdat ENECO weigerde de<br />

sponsorovereenkomst na te komen en als gevolg daarvan een gat in de begroting is<br />

geslagen;<br />

2) deze situatie blijft voortbestaan zolang ENECO de onzekerheid rond de<br />

sponsorbijdrage laat voortbestaan, o.a. door hoger beroep in te stellen tegen het kort<br />

geding vonnis;<br />

3) evenals in voorgaande jaren wordt eerst begonnen met de kaartverkoop voor de data<br />

11 en 12 april. Zodra die avonden zijn uitverkocht gaan andere data in de verkoop;<br />

13


20300560/MVZ/cp<br />

4) onvoorziene omstandigheden kunnen reden zijn voor uitstel van het evenement,<br />

omdat die aanleiding kunnen zijn voor artiesten om niet naar Ahoy te komen, zoals<br />

bijvoorbeeld een VS-Irak oorlog, of een grote terreuraanslag. Nu reeds heeft Van Hoorn<br />

Company ervaren dat door de oorlogsdreiging van dit moment toonaangevende<br />

artiesten- met name die uit de Angelsaksische wereld- huiverig zijn om naar Nederland<br />

te reizen, c.q. om alsnog commitments voor optredens te geven, aldus Heineken.<br />

2.16 Bij brief d.d. 10 maart 2003 (productie 26) heeft ENECO gereageerd op de brief van<br />

Heineken d.d. 6 maart 2003. ENECO heeft onder meer gesteld dat oorlog geen<br />

overmachtfeit is en dat curanda het evenement onvoldoende zou hebben voorbereid.<br />

Curanda heeft Heineken bericht bij e-mail d.d. 11 maart 2003 (productie 27) dat het<br />

terugbrengen van HNL 2003 van 4 naar 3 en wellicht zelfs naar 2 avonden desastreuze<br />

gevolgen heeft voor de opbrengst van de show. Curanda duikt derhalve wederom in de<br />

verliezen, en dat was in 2002 ook al het geval. Curanda heeft zich derhalve ingespannen<br />

om met een groot aantal leveranciers van het evenement de bestaande overeenkomsten<br />

open te breken en de prijzen aan te passen aan de nieuwe situatie. Voorts heeft curanda<br />

gemeld dat er “zéér positieve bedrijfswijzigingen op komst” zijn. Gevolg daarvan zal<br />

zijn dat curanda in 2003 en 2004 (de resterende looptijd van de Sponsorovereenkomst)<br />

in staat zal zijn haar activiteiten enorm uit te breiden hetgeen ook een gunstig effect zal<br />

hebben op de wijze waarop ze de HNL shows zal organiseren.<br />

Bij e-mail van 15 maart 2003 (productie 28) heeft curanda, onder meer aan Heineken,<br />

de line-up voor alle marketinguitingen bevestigd.<br />

Op 18 maart 2003 (productie 29) heeft curanda in een e-mail aan Heineken gereageerd<br />

op de brief van ENECO. Belangrijkste punten uit deze e-mail zijn dat ENECO volgens<br />

curanda ondeskundig oordeelt en ieder overleg over de inhoud van de show heeft<br />

geweigerd. Daarnaast heeft curanda aangegeven dat het er op lijkt dat ENECO wellicht<br />

wil schikken op 80% van het door haar te betalen bedrag.<br />

Bij e-mail van dezelfde datum (productie 30) heeft curanda aan Heineken bevestigd<br />

dat op dat moment overeenstemming is bereikt met de artiesten Grandmaster Flash,<br />

Postmen, Jay-Z, Erykah Badu en DMC. Curanda had aan Badu overigens in het kader<br />

van de met haar gesloten overeenkomst, reeds USD 142.500 betaald als voorschot. De<br />

curator heeft nog getracht betaling van dit voorschot na datum faillissement te vorderen.<br />

Echter, op basis van de inhoud van de tussen partijen gesloten overeenkomst was<br />

terugbetaling gelet op de feiten en omstandigheden in deze onderhavige zaak niet<br />

mogelijk. Uiteindelijk heeft de curator een overeenkomst met Badu gesloten op grond<br />

waarvan slechts USD 7.500 kon worden terug ontvangen. Duidelijk is wel, voor zover<br />

hier van belang, dat er met Badu een overeenkomst was gesloten en dat zij dus<br />

inderdaad vastgelegd was. Hiermee is een volledige “line-up” tot stand gebracht die<br />

voldoet aan de doelstellingen van Heineken.<br />

Oorlog VS-Irak breekt uit; curanda stelt verplaatsing van het evenement voor<br />

2.17 Op 20 maart 2003 om kwart over vier ’s ochtends maakte President Bush de oorlog<br />

tussen de VS en Irak bekend. Direct na de bekendmaking roerde de popwereld zich als<br />

14


20300560/MVZ/cp<br />

gevolg van de oorlog. Artiesten spraken zich uit tegen een oorlog en riepen op tot actie.<br />

Festivals dachten net als andere evenementen na over extra maatregelen en bereidden<br />

zich voor op mogelijke afzeggingen van optredens. De eerste artiesten bevestigden<br />

dadelijk uitstel van hun Europese optredens (productie 31).<br />

2.18 Bij e-mail van 26 maart 2003 (productie 32) heeft curanda Heineken bericht dat er<br />

onvoldoende kaarten worden verkocht voor HNL/Steam 2003. De oorzaak hiervan zou<br />

kunnen worden gevonden in:<br />

- de eerdere afzeggingen van artiesten (Missy Elliott en Busta Rhymes, zie hiervoor<br />

onder 2.11) en de daardoor bekorte promotieperiode. Tegelijkertijd stelt curanda zich<br />

op het standpunt dat artiesten als Jay-Z en Erykah Badu per act toch 5.000 à 7.000<br />

kaarten per artiest hadden moeten verkopen;<br />

- de oorlog in Irak heeft een negatieve invloed op het bestedingspatroon van de<br />

consument.<br />

Curanda heeft dan ook voorgesteld het evenement te verplaatsen naar het najaar 2003.<br />

Andere argumenten zijn dat nu de kaartverkoop achterblijft het evenement wellicht zal<br />

moeten worden teruggebracht tot één show, hetgeen niet goed is voor de exposure van<br />

Heineken, onoverkomelijke financiële risico’s voor curanda met zich brengt en de<br />

slagingskans van ENECO in de appelprocedure van het kort geding tegen Heineken<br />

vergroot. Verplaatsing lijkt voor alle partijen de beste oplossing onder de huidige,<br />

onvoorziene omstandigheden. Curanda heeft daarbij wel een voorbehoud gemaakt met<br />

betrekking tot de opstelling van de artiesten. Indien zij namelijk nakoming eisen<br />

ontstaat een andere situatie. Curanda gaf aan op dat moment overleg te voeren met de<br />

artiesten. Curanda deelde Heineken mede dat het op dat moment afzeggingen regent in<br />

de concertindustrie waardoor de gemiddelde consument begrip zal kunnen opbrengen<br />

voor het besluit. Men kan vervolgens besluiten de kaarten te houden of geld terug te<br />

vragen bij TicketService. Met betrekking tot ENECO heeft curanda voorgesteld met de<br />

3 juristen tijdens een conference call een gezamenlijk standpunt te bepalen. Ten slotte<br />

heeft curanda aangegeven dat vanwege het feit dat men in de tweede helft van die week<br />

op een point-of-no-return komt ten aanzien van productiewerkzaamheden men de<br />

volgende dag een besluit dient te nemen.<br />

2.19 Bij fax van 26 maart 2003 (productie 33) heeft Heineken curanda bericht dat zij het<br />

verzoek tot uitstel niet kan honoreren. Heineken heeft aangegeven dat curanda het jaar<br />

ervoor de opzet van het evenement (ook aan ENECO) heeft gepresenteerd, waarin de<br />

data 10, 11 en 12 april 2003 en een optie voor 9 april 2003 zijn genoemd. Daarom<br />

houdt ENECO Heineken nu aan die 4 data. Heineken heeft gesteld dat ENECO<br />

ongetwijfeld zal afhaken en het betaalde bedrag zal terugeisen indien het evenement<br />

wordt uitgesteld. Heineken zal curanda houden aan het organiseren van 3 avonden<br />

conform de overeenkomst. Mocht curanda besluiten niet 3 avonden te organiseren dan<br />

behoudt Heineken zich het recht voor de overeenkomst te ontbinden. Tevens zal<br />

Heineken een en ander in dat geval financieel moeten verrekenen, aangezien de<br />

vergoeding is gebaseerd op 3 avonden. Alle risico’s van terugvorderingen en<br />

schadeclaims van ENECO zijn volgens Heineken voor rekening van curanda. Heineken<br />

achtte een achterblijvende kaartverkoop een onvoldoende rechtvaardiging en wees ook<br />

het argument betreffende de economische voorspellingen van curanda van de hand.<br />

15


20300560/MVZ/cp<br />

Heineken hield curanda aan de data in april, met name uit angst voor het feit dat<br />

ENECO alsnog zal opzeggen.<br />

2.20 Bij fax van 26 maart 2003 heeft Heineken ENECO een reactie gestuurd op de brieven<br />

van 26 <strong>februari</strong> 2003 en 10 maart 2003 van ENECO (productie 34). Hierin heeft<br />

Heineken onder meer aangegeven dat zij heeft gewezen op de huidige situatie in de<br />

wereld om duidelijk te maken dat harde garanties (zoals door ENECO gevraagd) niet<br />

gegeven kunnen worden. Er wordt, aldus Heineken, hard gewerkt aan het evenement<br />

maar het is niet uitgesloten dat een of meer van de geboekte artiesten op het allerlaatste<br />

moment verstek laat gaan. Artiesten uit het buitenland (niet alleen de VS) plegen per<br />

vliegtuig te reizen en het is algemeen bekend dat de dreiging van terroristische<br />

aanslagen zodanig is dat veel reizigers- ook artiesten- huiverig zijn te vliegen. Voorts<br />

heeft Heineken aan ENECO geschreven:<br />

“Door de ontwikkelingen, in het bijzonder het uitbreken van de oorlog in Irak, houden wij in<br />

beraad of het laten doorgaan van het evenement in april a.s. opportuun en wenselijk is.<br />

Dienaangaande houden wij vooralsnog de mogelijkheid open het evenement te verplaatsen<br />

naar een later tijdstip in dit jaar (…). Dienaangaande wijzen wij u erop dat overeenkomstig het<br />

sponsorcontract de data waarop jaarlijks het evenement zal worden georganiseerd vrij zijn.”<br />

2.21 Bij e-mail d.d. 27 maart 2003 (productie 35) heeft curanda gereageerd op de hiervoor<br />

genoemde fax van Heineken. Hierin heeft curanda aangegeven dat uitstel van het<br />

evenement naar haar mening de enige reële optie is. Bij een zo lage kaartverkoop is het<br />

financieel niet haalbaar het evenement te laten doorgaan. Curanda kan deze verliezen<br />

niet opvangen. Door de gebeurtenissen in het verleden rond de organisatie, waaronder<br />

het geruime tijd niet ondertekend zijn van de overeenkomst en het uitblijven van de<br />

betaling van ENECO, is de Rabobank wantrouwig geworden en curanda vreest dat de<br />

Rabobank haar op basis van de lage kaartverkoop geen verdere financiering zal<br />

verstrekken. Voorts is er gegronde vrees dat verschillende artiesten op het allerlaatste<br />

moment nog zullen afzeggen, in verband met de weerzin voor reizen bij met name<br />

Amerikaanse artiesten, veroorzaakt door de oorlog in Irak en het SARS virus. Indien<br />

het evenement om wat voor reden dan ook op het allerlaatste moment moet worden<br />

afgelast zal er een duidelijk negatieve exposure zijn voor Heineken. De nadelen van het<br />

op dat moment tijdig aankondigen van uitstel om voor ieder begrijpelijke redenen, zijn<br />

vele malen kleiner dan de nadelen van een plotselinge totale afgelasting. Curanda<br />

verwachtte dat ENECO zeker problemen gaat maken in geval van een niet geslaagd<br />

evenement, hetgeen het geval zal zijn als er nauwelijks kaarten zijn verkocht. Curanda<br />

verwachtte dat de problemen met ENECO minder groot zijn bij uitstel. Immers, in de<br />

overeenkomst tussen Heineken en ENECO staat geen verplichting het evenement in<br />

april te organiseren en ook een rechter zal begrijpen dat er bij doorgaan in september<br />

een grotere exposure bestaat dan bij een niet geslaagd evenement in april. Uitstel is ook<br />

in het belang van ENECO, aldus curanda. Uitstel brengt voor Heineken en ENECO<br />

geen extra kosten met zich. De communicatiegelden zijn niet tevergeefs uitgegeven.<br />

Het belangrijkste doel van communicatie is exposure voor Heineken, die er immers in<br />

de periode van de communicatie volop is geweest. Curanda betwistte dat er sprake zou<br />

zijn van een toerekenbare tekortkoming harerzijds. Zij verwees naar een in de<br />

correspondentie neergelegde stelling dat het niet halen van bepaalde termijnen niet<br />

16


20300560/MVZ/cp<br />

mogelijk was door handelen van Heineken zelf. Curanda wees er op dat het laten<br />

doorgaan van het evenement op 11 en 12 april volstrekt onverantwoord is.<br />

In tegenstelling tot hetgeen de advocaat van Heineken later heeft gesteld heeft curanda<br />

met deze brief het evenement geenszins geannuleerd. Door curanda is aangegeven dat<br />

uitstel (niet annulering/afstel) de enige optie is.<br />

2.<strong>22</strong> Bij fax van 28 maart 2003 (productie 36) heeft Heineken (de heer H.H.F. Jansen, met<br />

kopie aan de heren P. Vertregt, A.H. Scholten en M.P.J. Ruygrok) gereageerd op de<br />

hiervoor genoemde e-mail van curanda. Heineken heeft curanda gehouden aan de<br />

verplichting van art. 3.1 van de Sponsorovereenkomst, te weten de organisatie van een<br />

evenement van ten minste drie dagen in de periode april-mei. Voor dat jaar zijn de<br />

uiterste begin- en einddatum nader bepaald op 9, respectievelijk 12 april 2003.<br />

Tegenvallende kaartverkoop, om welke reden dan ook, en eventuele financiële risico’s<br />

voor curanda kunnen volgens Heineken geen reden zijn het evenement uit te stellen en<br />

risico’s naar Heineken te schuiven, omdat expliciet is overeengekomen dat het<br />

evenement voor rekening en risico van curanda wordt georganiseerd. Uitstel van het<br />

evenement zou betekenen dat ENECO de reeds door haar aan Heineken betaalde<br />

bijdrage terugvordert en Heineken aansprakelijk stelt. Ook Heineken ondervindt bij<br />

uitstel imagoschade. Heineken heeft ontkend te zijn tekortgeschoten. Er zijn volgens<br />

Heineken geen goede redenen om het evenement te verplaatsen. Heineken heeft<br />

curanda gesommeerd voor 31 maart 2003 schriftelijk aan haar te bevestigen dat<br />

HNL/Steam volgens de afgesproken planning doorgaat in april 2003, bij gebreke<br />

waarvan Heineken zich het recht voorbehoudt haar bijdrage(n) in de ondersteuning van<br />

het evenement onmiddellijk te zullen opschorten.<br />

2.23 Bij e-mail van maandag 31 maart 2003 heeft de directeur van curanda aangegeven dat<br />

hij vanaf de volgende dag in New York zal zijn en dat hij donderdag 3 april 2003 weer<br />

terug zou zijn. Voorts gaf hij aan via zijn mobiele telefoon en de e-mail bereikbaar te<br />

zijn en dat de advocaat van curanda een reactie zou sturen aan Heineken naar<br />

aanleiding van het gesprek dat op 31 maart 2003 had plaatsgevonden.<br />

2.24 Curanda heeft, gelet op het feit dat Heineken die dag overleg over de kwestie had, in<br />

een e-mail van 1 april 2003 om 12.27 uur (productie 37) de concept e-mail van de<br />

advocaat van curanda gezonden. In deze e-mail bevestigde de advocaat van curanda aan<br />

Heineken het met Heineken gevoerde telefoongesprek van 31 maart 2003. Zij heeft<br />

Heineken in genoemd telefoongesprek medegedeeld dat curanda thans in de<br />

onmogelijkheid verkeert om na te komen. Immers, er doet zich een evidente<br />

overmachtsituatie voor, omdat inmiddels twee artiesten, Jay-Z en Erykah Badu, hebben<br />

laten weten dat zij niet naar Nederland zullen reizen en niet aanwezig zullen zijn op de<br />

evenementen van 11 en 12 april 2003. Het betreft een afzegging van de twee hoofdacts<br />

en het is naar de mening van curanda absoluut niet zinvol evenementen zonder deze<br />

twee belangrijke artiesten door te laten gaan. Het is onmogelijk in de korte resterende<br />

tijd van 10 dagen vervanging voor deze topacts te regelen. Op dit moment bestaat er<br />

geen andere mogelijkheid dan uitstel van het evenement tot september 2003. AHOY (de<br />

locatie waarin HNL/Steam zou plaatsvinden) heeft de enige nog beschikbare data in<br />

2003 vrijgemaakt voor HNL/Steam en wel 24 en 25 september 2003, alsmede 23<br />

september 2003 voor een optionele show. Een uitgewerkt plan, met<br />

17


20300560/MVZ/cp<br />

communicatiemogelijkheden zal curanda op korte termijn aan Heineken zenden. De<br />

schade is bij uitstel veel geringer dan de schade bij doorgang met slechts één van de<br />

drie aangeboden topattracties. Curanda stelt zich op het standpunt dat er geen sprake is<br />

van een toerekenbare tekortkoming van haar, nu het niet doorgaan van de evenementen<br />

in april niet te wijten is aan haar schuld en ook niet voor haar rekening kan komen. De<br />

overmacht impliceert geen blijvende onmogelijkheid, het is mogelijk een goed<br />

evenement te organiseren in september 2003. Heineken kan derhalve niet ontbinden.<br />

Indien zij dat wel zal doen stelt curanda Heineken reeds nu voor alsdan aansprakelijk<br />

voor alle schade die curanda zal lijden. Daarnaast zal curanda alsdan het<br />

contractsbelang als schade vorderen. Immers, curanda zou nog voor volgend jaar<br />

evenementen organiseren en de daarmee verwachte winst zal onderdeel uitmaken van<br />

de schadevergoeding. Daarnaast lijdt curanda aanzienlijke reputatieschade. Curanda<br />

heeft Heineken in deze e-mail gevraagd akkoord te gaan met uitstel tot september 2003<br />

in verband met de ontstane overmachtsituatie.<br />

2.25 Bij e-mail van dezelfde datum, verzonden om 12.44 uur (productie 38), heeft curanda<br />

Heineken nader bericht met betrekking tot de praktische kant van de zaak. Verschuiven<br />

is de enige reële optie. Curanda heeft in deze e-mail een groot aantal stappen<br />

voorgesteld om een verplaatsing zo soepel mogelijk te laten verlopen met de minst<br />

mogelijke schade voor alle betrokkenen. Verplaatsing zou zelfs nog een aantal extra<br />

mogelijkheden kunnen bieden waarmee het project wellicht nog interessanter gemaakt<br />

zou kunnen worden. Curanda zal onder meer voor eigen rekening en risico (dat wil<br />

zeggen zonder dat Heineken nadere kosten behoeft te maken) het evenement de<br />

komende 5 maanden blijven promoten, door middel van minimaal print en radio en<br />

wellicht televisie. In principe hebben alle artiesten mondeling gezegd te willen<br />

meewerken aan het verplaatsen van de show. Het lijkt er dus op dat de “line-up” intact<br />

blijft. Curanda zal voor eigen rekening en risico, indien nodig, additionele artiesten<br />

bijboeken om het programma nog spraakmakender te maken en een extra impuls te<br />

geven aan de kaartverkoop. Ook dit brengt dus voor Heineken geen extra kosten met<br />

zich. Curanda zal zorgen voor “bewijslast” met name ook naar ENECO met betrekking<br />

tot de overmacht, c.q. het afzeggen van de artiesten. Curanda vergoedt kaartverkopers<br />

die eventueel hun geld terugvragen. De directeur van curanda deelde mede nog dezelfde<br />

dag naar New York te vertrekken voor bespreking met de managers van de artiesten<br />

teneinde de verplaatsing definitief te maken. Curanda heeft er nogmaals op gewezen dat<br />

dit soort uitstel in deze branche, en zeker onder deze omstandigheden, zeer gebruikelijk<br />

is en door de consumenten goed zal worden opgepikt. Dus ook hier ontstaat geen<br />

schade of risico voor Heineken, aldus curanda. Bovendien heeft curanda erop gewezen<br />

dat Heineken reeds de positieve effecten van alle publiciteit heeft gekregen en die<br />

positieve effecten uiteraard in stand blijven bij verplaatsing. Juist bij definitieve<br />

afgelasting van het evenement zouden deze positieve effecten te niet gedaan worden.<br />

Curanda neemt aan dat er nog overleg zal worden gevoerd. Enkele voorbeelden van<br />

afgelastingen van evenementen in de onderhavige periode alsmede ten gevolge van<br />

andere oorlogen/terreurdreiging (Afghanistan/terreuraanvallen) waarbij Amerika recent<br />

betrokken was worden als productie 39 in het geding gebracht.<br />

2.26 Bij e-mail d.d. 1 april 2003 (productie 40) heeft de heer P. Vertregt van Heineken<br />

gereageerd op de e-mails van 31 maart 2003 en 1 april 2003 door aan te geven dat hij<br />

18


20300560/MVZ/cp<br />

erg “pissed off” is over deze gang van zaken en dat hij stopt per e-mail te reageren.<br />

Verder wenst hij de directeur van curanda veel plezier in New York.<br />

2.27 Bij e-mail van 2 april 2003 te 14.37 uur (productie 41) heeft curanda de heer Vertregt<br />

(in kopie naar de andere betrokkenen verzonden) bericht dat er ten gevolge van de zeer<br />

bijzondere omstandigheden, respectievelijk overmacht, nog maar één keuze is die beide<br />

partijen niet willen. Overigens is dat een optie die curanda “bakken met geld kost”,<br />

maar curanda geeft aan dat zij zo goed mogelijk onder de omstandigheden haar<br />

verplichtingen wil nakomen en er het beste van wil maken met het oog op de belangen<br />

van alle partijen, inclusief en vooral die van Heineken. Curanda heeft tevens<br />

aangegeven dat Heineken tot op dat moment kiest voor een juridisch breekscenario.<br />

Voorts heeft curanda aangegeven dat zij niet in New York zit voor plezier maar tussen<br />

9.00 uur en 12.00 uur besprekingen heeft met de managers van alle 4 betrokken<br />

artiesten om voor september 2003 alles op de rit te krijgen. Curanda wijst er op dat het<br />

feit dat Heineken nu afhaakt en blijkbaar aanstuurt op contractbreuk uitermate<br />

contraproductief en schadelijk is, terwijl curanda er alles aan doet om haar<br />

verplichtingen na te komen en juist aankondigt extra investeringen te gaan doen.<br />

2.28 Bij e-mail d.d. 2 april 2003 te 15.17 uur (productie 42) heeft curanda vanuit Amerika<br />

bericht dat zij, bij gebrek aan medewerking van Heineken, inmiddels alle<br />

voorbereidingen heeft afgerond voor het noodscenario van “verzetten”. Alles is voor<br />

verdere input verzonden aan de consultant van Heineken, de heer E. van Manen.<br />

Curanda verzoekt Heineken dringend zich te conformeren aan dit plan en zij verzoekt<br />

om nader overleg omtrent de ten opzichte van ENECO te volgen strategie.<br />

2.29 Bij brief (tevens e-mail) d.d. 2 april 2003 (productie 43) aan curanda heeft (de heer<br />

H.H.F. Jansen van) Heineken bevestigd dat curanda niet heeft voldaan aan haar<br />

verzoek, respectievelijk sommatie, om uiterlijk 31 maart 2003 om 12.00 uur schriftelijk<br />

aan haar te bevestigen dat HNL volgens het afgesproken concept en volgens de<br />

afgesproken planning, dat wil zeggen in april 2003, doorgaat. Heineken heeft verwezen<br />

naar het bepaalde in art. 3.1 van de Sponsorovereenkomst, waarin is bepaald dat de<br />

evenementenreeks dient plaats te vinden in april en/of mei. Op grond van het bepaalde<br />

in art. 8.1 van de Sponsorovereenkomst is de sponsorvergoeding uitsluitend door<br />

Heineken verschuldigd indien 3 of meer evenementen in deze periode plaatsvinden. De<br />

weigering of onmogelijkheid van curanda het evenement op de afgesproken dagen in<br />

april aanstaande te doen doorgaan impliceert dat de door Heineken betaalde bedragen<br />

ad totaal € 650.998,66 onverschuldigd zijn betaald. Hetzelfde geldt voor de door<br />

Heineken nu nodeloos gemaakte uitzendkosten voor commercials, welke kosten<br />

volgens Heineken € 150.000,00 bedroegen. Heineken is het niet eens met curanda dat<br />

zij met haar zou zijn overeengekomen dat de gevolgen van afgelasting of verschuiving<br />

van het evenement voor rekening en risico van Heineken komen, ook niet indien sprake<br />

zou zijn van overmacht. Heineken verzoekt curanda het bedrag ad € 800.998,66 binnen<br />

5 dagen na 2 april 2003 te voldoen, bij gebreke waarvan zij zal overgaan tot<br />

rechtsmaatregelen. Overigens is zij van mening dat curanda toerekenbaar tekortschiet in<br />

de nakoming van haar verplichtingen. Het verzuim rechtvaardigt ontbinding. Of zij tot<br />

ontbinding zal overgaan houdt zij op dat moment nog in beraad. Ontbinding van de<br />

Sponsorovereenkomst door Heineken heeft overigens ook nadien nimmer<br />

19


20300560/MVZ/cp<br />

plaatsgevonden. Heineken stelt dat er geen sprake is van overmacht of begrijpelijke<br />

afzeggingen. Daarnaast deelde Heineken mede dat zij niet kan inzien hoe uitstel kan<br />

worden gerealiseerd zonder dat Heineken nog meer risico’s loopt en de daaraan<br />

verbonden kosten worden gedekt.<br />

2.30 Bij brief en fax d.d. 3 april 2003 van 9.41 uur (productie 44) heeft de advocaat van<br />

curanda, mevrouw mr. J.A. Schaap te Amsterdam, Heineken nader geïnformeerd in<br />

vervolg op de e-mail van curanda aan Heineken van 27 maart 2003 over het uitstel.<br />

Zekerheidshalve heeft mr. Schaap Heineken nogmaals haar brief van 1 april 2003<br />

gezonden, alsmede de nadere uitwerking door curanda van het uitstel. Bij deze brief<br />

heeft mr. Schaap tevens de e-mail zijdens Jay-Z d.d. 1 april 2003 aan Heineken<br />

gezonden waaruit blijkt dat Jay-Z in verband met de onzekerheden ten gevolge van de<br />

oorlog niet naar Nederland reist. Curanda is nog in afwachting van een schriftelijke<br />

bevestiging van het afzeggen van Erykah Badu. Curanda heeft in deze brief gesteld dat<br />

overduidelijk sprake is van een situatie van overmacht. Curanda heeft bestreden dat er<br />

sprake zou zijn van een toerekenbare tekortkoming. De slechte kaartverkoop is nooit<br />

gebruikt als reden voor uitstel. Curanda heeft op de slechte verkoop gewezen als reden<br />

voor een uitstel. De reden waarom uitstel nu geen optie meer is (maar noodzaak) en<br />

waarom op de geplande data eenvoudigweg niet kan worden nagekomen is echter<br />

gelegen in de afzeggende artiesten en niet in de slechte kaartverkoop. Curanda heeft<br />

betwist dat Heineken recht heeft tot ontbinding van de overeenkomst. Er is geen sprake<br />

van een mogelijke ontbinding op grond van overmacht, aangezien op korte termijn<br />

alsnog een evenement is te organiseren. Een uitstel is ook in het belang van Heineken<br />

en de schade die Heineken bij een uitstel zal lijden is beduidend minder dan bij afstel.<br />

Curanda bevestigt nogmaals dat Heineken geen extra risico zal lopen bij uitstel en geen<br />

extra kosten zal hoeven te maken. Curanda bevestigde dat zij ingeval van uitstel bereid<br />

is tot het volgende:<br />

- curanda kondigt het uitstel aan door middel van een persbericht en eventueel een<br />

advertentie in De Telegraaf;<br />

- curanda zal (voor eigen rekening en risico) het evenement de komende 5 maanden<br />

blijven promoten door middel van minimaal print en radio en wellicht televisie;<br />

- curanda zal (voor eigen rekening en risico) artiesten bijboeken om het programma nog<br />

spraakmakender te maken en een extra impuls te geven aan de kaartverkoop, gedacht<br />

wordt aan The Roots en Miss Dynamite;<br />

- curanda zal kaartkopers die hun geld terugvragen vergoeden.<br />

Alle artiesten die in april waren geboekt hebben reeds mondeling verklaard in beginsel<br />

te willen meewerken aan verplaatsing van het evenement. Verder heeft curanda<br />

voorgesteld dat zodra de heer Van Hoorn op vrijdag 4 april 2003 terug is uit Amerika<br />

partijen om de tafel gaan zitten om deze optie serieus te bespreken. Uit de stukken blijkt<br />

dat door de houding van Heineken hier feitelijk een sponsor (Heineken), die geen<br />

verantwoordelijkheid heeft voor de organisatie van een muziekevenement, voor<br />

afgelasting zorgt.<br />

2.31 Bij e-mail van 3 april 2003 heeft curanda aan de heer E. van Manen een concept tekst<br />

gezonden voor de advertentie voor de verplaatsing van het evenement naar 24 en 25<br />

september 2003 (productie 45).<br />

20


20300560/MVZ/cp<br />

2.32 Bij nadere e-mail van 3 april 2003 (productie 46) heeft curanda Heineken en haar<br />

consultant laten weten dat zij zojuist is geïnformeerd dat Heineken beslag heeft doen<br />

leggen op haar bankrekening. De consequenties voor de door curanda in AHOY, daags<br />

voor HNL/Steam georganiseerde shows van Gordon, met alle verplichtingen van dien<br />

(die ten gevolge van de beslaglegging door Heineken niet meer door curanda kunnen<br />

worden nagekomen), en de verplichtingen inzake HNL/Steam laten zich raden. Voorts<br />

geeft curanda aan dat het erop lijkt dat Heineken het project Steam alsmede het bedrijf<br />

van curanda ten gronde wil richten.<br />

2.33 Inmiddels was Heineken dus gestart met het treffen van rechtsmaatregelen jegens<br />

curanda. Dit terwijl zij de overeenkomst niet had ontbonden en de sommatietermijn van<br />

5 dagen na 2 april 2003 nog niet was verstreken. Bij verzoekschrift d.d. 1 april 2003<br />

(productie 47) had Heineken verlof gevraagd voor het leggen van conservatoir beslag<br />

onder de Rabobank en op de onroerende zaak van curanda aan de Willemsparkweg 46<br />

te Amsterdam, zulks ter verzekering van een begrote vordering ad € 950.000,00. In het<br />

verzoekschrift had Heineken onder meer gesteld:<br />

“Gelet op de verzuimen van Van Hoorn Company heeft Heineken de overeenkomst tussen<br />

partijen bij schrijven van 1 april 2003 buitengerechtelijk ontbonden.”<br />

Van ontbinding is echter, zoals reeds hiervoor is aangegeven, geen sprake. Er bestaat<br />

niet eens een brief van Heineken van 1 april 2003, laat staan een ontbindingsverklaring.<br />

Op dit punt is de voorzieningenrechter derhalve door Heineken misleid. Bovendien<br />

bestond er geen grond voor Heineken om de Sponsorovereenkomst te ontbinden.<br />

Immers van toerekenbare tekortkoming in de nakoming aan de zijde van curanda was<br />

geen sprake.<br />

2.34 Op 2 april 2003 heeft Heineken, na op die datum verkregen verlof, conservatoir<br />

derdenbeslag doen leggen onder de Rabobank, welke bank aan curanda een<br />

kredietfaciliteit had verstrekt (productie 48). Tevens heeft Heineken op 2 april 2003,<br />

derhalve op een moment dat de sommatietermijn nog niet was verstreken, conservatoir<br />

beslag doen leggen op het kantoorpand van curanda aan de Willemsparkweg 46 te<br />

Amsterdam (productie 49). De beslagstukken zijn overigens op 7 april 2003 aan<br />

curanda betekend (productie 50).<br />

2.35 Bij e-mail d.d. 3 april 2003 (productie 51) heeft de advocaat van Heineken, mr.<br />

Ch.Y.M. Moons te Amsterdam, aan de advocaat van curanda voorgesteld een<br />

bespreking te beleggen op zijn kantoor aan het begin van de volgende week.<br />

2.36 Bij e-mail van 3 april 2003 (productie 52) heeft Heineken curanda een reactie<br />

gezonden op het conceptpersbericht. Hierin heeft Heineken ervoor gekozen niet een<br />

uitstel van het evenement maar een afgelasting hiervan te vermelden. Voorts werd<br />

aangegeven dat nog niet bekend was of en wanneer het evenement plaats gaat vinden.<br />

2.37 Bij e-mail van 3 april 2003 (productie 53) heeft curanda gereageerd op de hiervoor<br />

genoemde e-mail van Heineken. Hierin heeft curanda aangegeven dat Heineken ten<br />

21


20300560/MVZ/cp<br />

gevolge van het door Heineken gelegde beslag haar relatie met de bank heeft laten<br />

ontploffen en dat curanda ten gevolge van dit beslag ook geen financiële mogelijkheden<br />

meer heeft. De bank is na de beslaglegging niet overgegaan tot opzegging van de<br />

financieringsrelatie. De bank was na het door Heineken gelegde beslag evenwel niet<br />

meer bereid betalingsopdrachten uit te voeren, welke de ongeoorloofde overstand had<br />

doen vergroten. Feitelijk betekende de beslaglegging dan ook dat de bedrijfsvoering<br />

van curanda was stilgelegd. Curanda heeft Heineken medegedeeld dat iedere plaatsing<br />

door Heineken van welke advertentie dan ook als een onrechtmatige daad wordt gezien.<br />

Curanda heeft bevestigd dat zij Heineken uitdrukkelijk geen toestemming geeft tot<br />

plaatsing van de advertenties over te gaan.<br />

2.38 Bij e-mail van 4 april 2003 van 12.32 uur (productie 54) heeft Heineken curanda<br />

bevestigd dat zij die ochtend voor de keuze stond om de volgende dag (zaterdag), of<br />

desnoods nog later bekend te maken aan het publiek dat Heineken NightLive Steam niet<br />

doorgaat op 11 en 12 april. Heineken heeft curanda medegedeeld dat zij aanstaande<br />

dinsdag de door Heineken aan haar toegezonden tekst voor de op die dag te publiceren<br />

advertentie zal gebruiken.<br />

2.39 Bij e-mail van 4 april 2003 van 13.42 uur (productie 55) heeft Heineken ENECO<br />

geïnformeerd. Curanda had geen afschrift van deze brief ontvangen. De curator heeft<br />

deze brief na datum faillissement van ENECO ontvangen. Heineken heeft in deze brief<br />

onder meer geschreven:<br />

“Tot onze grote spijt moeten wij u berichten dat Heineken NightLive hoogstwaarschijnlijk niet<br />

kan doorgaan in april 2003. Wij hebben alles in het werk gesteld om het evenement te<br />

realiseren. De zaal is gehuurd, artiesten zijn geboekt, etc.<br />

Onlangs berichtte Van Hoorn Company ons dat de topacts op het laatste moment besloten<br />

hebben niet naar Ahoy’ te komen. Een en ander houdt verband met de actuele toestand in de<br />

wereld.<br />

In de afgelopen weken zijn her en der optredens van artiesten om deze reden afgelast. Zeer<br />

recent zegden onder meer Nelly, Eve, Sharon Ozbourne, Kelly Rowland en Rolling Stones<br />

optredens af i.v.m. de voortdurende oorlogstoestand en/of SARS.<br />

Van Hoorn Company wil het evenement enkele maanden verschuiven. Hij overlegt deze week<br />

met artiesten.<br />

Wij beraden ons thans over de consequenties en de te ondernemen stappen, waarbij wij ook de<br />

belangen van Eneco in ogenschouw nemen.<br />

Op korte termijn zullen wij u nader informeren.”<br />

Op het moment dat Heineken deze e-mail aan ENECO zond had Heineken reeds<br />

beslagen gelegd ten laste van curanda en dreigde zij met ontbinding van de<br />

Sponsorovereenkomst. Tevens had zij op dat moment al een concept advertentietekst<br />

gemaakt waarin het evenement werd afgelast, in plaats van uitgesteld. Heineken heeft<br />

er van afgezien ENECO van vorenstaande feiten in kennis te stellen.<br />

<strong>22</strong>


20300560/MVZ/cp<br />

2.40 Bij e-mail van 4 april 2003 van 18.41 uur (productie 56) heeft Heineken aan curanda<br />

bericht dat zij zich het recht voorbehoudt actie te ondernemen om de consumenten te<br />

informeren.<br />

2.41 Bij e-mail van 4 april 2003 van 20.59 uur (productie 57) heeft curanda Heineken<br />

bericht dat zij zich beraadt over de ontstane- uitzichtloze- situatie en dat zij zich<br />

maandag weer meldt.<br />

2.42 Bij e-mail d.d. 7 april 2003 (productie 58) heeft mr. Moons mr. Schaap medegedeeld<br />

dat Heineken, desgevraagd, bereid is te bezien of het beslag kan worden opgeheven.<br />

Heineken heeft daar geen bezwaar tegen, indien curanda, ter beperking van haar schade,<br />

ter vervanging van het evenement zoals dat was gepland voor 9-12 april a.s. een<br />

daarmee vergelijkbaar, zelfstandig, evenement voor eigen rekening en risico in<br />

september a.s. organiseert, met dien verstande dat Heineken daar geen bemoeienissen<br />

of betrokkenheid meer mee zal hebben, geen gebruik zal kunnen worden gemaakt van<br />

naam/merk Heineken en/of NightLive en de sponsorgelden van Heineken niet<br />

beschikbaar zijn. Met andere woorden de reeds betaalde sponsorbedragen dienden door<br />

curanda aan Heineken te worden terugbetaald. Dit was voor curanda geen reële optie.<br />

Immers zij was niet in staat een dergelijk bedrag terug te betalen en was ook voor het<br />

overige van mening dat er geen rechtsgrond voor terugbetaling bestond. Bovendien<br />

was, gelet op de verwevenheid van Heineken bij het evenement (het evenement heette<br />

ten slotte Heineken NightLive), voortzetting van het evenement zonder sponsor<br />

Heineken ook om praktische redenen niet meer mogelijk gelet op de fase waarin het<br />

evenement was gekomen.<br />

2.43 Bij e-mail van 8 april 2004 om 10.57 uur (productie 59) heeft curanda gereageerd op<br />

de e-mail van Heineken van 4 april 2003 over de tekst van de te plaatsen advertentie.<br />

Curanda heeft aangegeven dat zij met de heer P. Vertregt gesproken heeft en dat een<br />

onafhankelijke bemiddelaar wordt aangesteld die op zeer korte termijn moet kijken of<br />

een oplossing kan worden gevonden. Ten gevolge van de gelegde beslagen kan curanda<br />

niet zelf adverteren. Curanda begrijpt dat de mensen moeten worden geïnformeerd maar<br />

het is voor curanda van groot belang in de advertentietekst rekening te houden met de<br />

mogelijkheid van uitstel. Immers, voorkomen moet worden dat de ticketkopers nu al<br />

hun geld (kunnen) terugvragen terwijl bij uitstel de normale regel is dat de kaarten<br />

geldig blijven voor het uitgestelde evenement. Curanda heeft aangegeven dat geld<br />

terugvragen voor onoverkomelijke problemen zal zorgen. Daarom heeft curanda<br />

voorgesteld te melden dat het evenement wordt afgelast omdat de Amerikaanse<br />

artiesten hebben afgezegd en dat nog gewerkt wordt aan een mogelijk doorgaan van het<br />

evenement op een later tijdstip en dat hierover zo spoedig mogelijk nadere informatie<br />

volgt. Bij de mail heeft curanda een tekstvoorstel van een advertentie gevoegd.<br />

2.44 Bij e-mail van 8 april 2004 om 11.18 uur (productie 60) heeft Heineken het voorstel tot<br />

mediation door advocatenkantoor Boekel De Nerée afgewezen. Voorts heeft Heineken<br />

aangegeven dat de deadline voor het plaatsen van de noodzakelijke advertentie voor het<br />

publiek 12.00 uur is. Heineken heeft curanda medegedeeld dat zij er niet mee akkoord<br />

gaat dat in de advertentie wordt verklaard dat het evenement verplaatst wordt, omdat dit<br />

niet is afgesproken met Heineken. Aangezien Heineken van mening is dat zij toe dan<br />

23


20300560/MVZ/cp<br />

toe nog geen afdoende bewijzen heeft ontvangen van annuleringen van artiesten, maar<br />

tegelijk curanda niet zwart wil maken, heeft zij in de advertentie in het midden gelaten<br />

of het juist is dat de artiesten hebben geannuleerd. Dat verklaart de toevoeging: “aldus<br />

de organisator”. Ten slotte heeft Heineken gesteld dat zij zich genoodzaakt ziet om<br />

contact op te nemen met Ticketservice en eindelijk de advertentie te plaatsen.<br />

2.45 Bij e-mail van 8 april 2003 van 11.31 uur (productie 61) heeft Heineken curanda,<br />

onder verwijzing naar haar mail van kort daarvoor dat zij niet akkoord kan gaan met het<br />

door curanda aangeleverde concept persbericht. Heineken heeft curanda geadviseerd<br />

een persbericht te maken dat qua tekst naadloos aansluit bij de advertentie die Heineken<br />

gaat plaatsen.<br />

2.46 Bij e-mail van 8 april 2003 van 11.37 uur (productie 62) heeft de heer Van Hoorn van<br />

curanda de heer Ruygrok van Heineken aangegeven dat hij die ochtend herhaaldelijk<br />

contact met hem heeft opgenomen inzake de advertentie, maar dat de heer Ruygrok had<br />

geweigerd hem te woord te staan. Curanda heeft aangegeven niet akkoord te gaan met<br />

de tekst van de advertentie aangezien deze suggestief en misleidend is ten aanzien van<br />

curanda. Voorts heeft curanda Heineken erop gewezen dat curanda opdrachtgever voor<br />

TicketService is en TicketService geen opdracht van Heineken zal aannemen.<br />

2.47 Bij e-mail van 8 april 2003 van 11.45 uur (productie 63) heeft curanda Heineken<br />

bevestigd dat het geen zin heeft een voorstel voor een persbericht te maken op basis van<br />

een advertentietekst waar zij het niet mee eens is en die schadelijk is voor de<br />

consument, TicketService, curanda en Heineken zelf. Wederom heeft curanda<br />

benadrukt dat het niet mogelijk is gebleken de heer Ruygrok te spreken die ochtend.<br />

2.48 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.15 uur (productie 64) heeft curanda aan Heineken<br />

de tekst van het persbericht verzonden.<br />

2.49 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.<strong>22</strong> uur (productie 65) heeft Heineken curanda de<br />

definitieve tekst voor de advertentie gezonden, welke tekst inmiddels was aangeleverd<br />

en zou worden geplaatst. Voorts heeft Heineken onder meer opgemerkt dat zij geen<br />

sluitende bewijzen heeft ontvangen van annulering door meerdere Amerikaanse<br />

artiesten. Daarom had zij in de oorspronkelijke versie van de advertentie de woorden<br />

“aldus de organisator” opgenomen. Curanda had geëist dat Heineken deze woorden zou<br />

schrappen. Heineken heeft deze woorden geschrapt maar aan curanda medegedeeld dat<br />

hiermee door Heineken niet wordt geaccepteerd dat de reden van het vervallen van<br />

NightLive in april (uitsluitend) is gelegen in annulering door artiesten. Daarom kon<br />

Heineken ook niet akkoord gaan met de door curanda gevraagde toevoeging “wegens<br />

de oorlog in Irak en SARS”. Aangezien Heineken daarvoor geen bewijs heeft<br />

ontvangen kan zij een en ander ook niet melden aan het publiek.<br />

Met betrekking tot de afmeldingen wordt in deze procedure door de curator verwezen<br />

naar de navolgende stukken. Bij e-mail d.d. 1 april 2003, die door Heineken als<br />

productie 11 aan haar dagvaarding is gehecht (waarmee tevens vaststaat dat zij dit<br />

bewijs van de annulering in haar bezit had gekregen), heeft de platenmaatschappij van<br />

Jay-Z bevestigd:<br />

24


20300560/MVZ/cp<br />

“Due to uncertainty caused by this war, Jay-Z will not be travelling to Holland as planned.”<br />

Deze e-mail is dadelijk doorgezonden door een medewerkster van curanda aan Mark<br />

Ruygrok. De advocaat van Jay-Z heeft vervolgens bij brief van 3 april 2003 aan<br />

curanda nogmaals bevestigd dat Jay-Z in verband met de verhoogde veiligheidsrisico’s<br />

en de bedreigingen tengevolge van de oorlog, niet zal optreden. Deze brief is door de<br />

curator tijdens een bespreking tussen alle betrokken partijen op 20 juli 2005 aan<br />

Heineken en haar advocaat overhandigd. De e-mail van 1 april 2003, alsmede de brief<br />

van 3 april 2003 worden als productie 66 aan de dagvaarding gehecht.<br />

Curanda heeft contact onderhouden met het management van Erykah Badu over de<br />

voorstellen tot verplaatsing naar september 2003, waaraan Erykah Badu haar<br />

medewerking wilde verlenen. Bij e-mail van 17 juni 2003 (productie 67) heeft de<br />

advocaat van Erykah Badu aan curanda het navolgende bevestigd, toen duidelijk was<br />

dat in verband met de gestarte procedure tussen curanda en Heineken verplaatsing naar<br />

september 2003 niet meer mogelijk was:<br />

“We understand that you will not be able to re-schedule the April 11th and 12th shows for<br />

September 26 th and 27 th as planned. While we understand that everyone agreed it would be<br />

better to postpone the April shows because of everyone’s general apprehension about the war<br />

in Iraq and the threat of terrorism, now we believe that we are entitled to retain the deposit<br />

paid to us for the show in full settlement of our and your obligations.”<br />

2.50 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.33 uur (productie 68) heeft Heineken curanda<br />

bericht dat de tekst van het persbericht akkoord is onder de voorwaarde van een<br />

verandering: Steam moet worden Heineken NightLive Steam.<br />

2.51 Bij e-mail van 8 april 2003 van 13.49 uur (productie 69) heeft curanda Heineken<br />

bevestigd dat zij uitdrukkelijk heeft gezegd geen akkoord te hebben gegeven voor de<br />

tekst van de advertentie zoals op verzoek van Heineken geplaatst.<br />

2.52 Bij e-mail van 8 april 2003 van 15.11 uur (productie 70) heeft Heineken curanda<br />

bericht naar aanleiding van haar mail van 11.37 uur van die datum.<br />

2.53 Bij e-mail van 9 april 2003 van 11.41 uur (productie 71) heeft curanda haar voorstel tot<br />

mediation via Boekel De Nerée nader onderbouwd door aan te geven dat beide partijen<br />

banden met dit advocatenkantoor hebben. Voorts heeft curanda aangegeven dat door<br />

Heineken als voorwaarde voor opheffing van het beslag is gesteld het stellen van een<br />

bankgarantie van € 950.000,00, hetgeen onmogelijk is voor curanda. Curanda heeft er<br />

derhalve tot het laatste moment alles aan gedaan een oplossing te bereiken.<br />

2.54 Bij e-mail van 9 april 2003 van 18.17 uur heeft mr. Moons mr. Schaap nader bericht<br />

(productie 72). In deze e-mail wordt zijdens Heineken betwist dat als voorwaarde voor<br />

de opheffing van het conservatoir beslag is gesteld zekerheidstelling door middel van<br />

een bankgarantie ter hoogte van € 950.000.<br />

25


20300560/MVZ/cp<br />

2.55 Bij e-mail van 10 april 2003 van 16.51 uur (productie 73) heeft curanda aan Heineken<br />

nogmaals bevestigd niet akkoord te zijn gegaan met de inhoud van de advertenties zoals<br />

deze op dat moment door Heineken werden geplaatst. Tevens heeft curanda Heineken<br />

er op gewezen dat Heineken eigenmachtig de website, www.heinekennightlive.nl, heeft<br />

omgeleid naar www.heineken.nl.<br />

2.56 Bij e-mail van 10 april 2003 van 18.43 uur (productie 74) heeft curanda Heineken<br />

geïnformeerd omtrent de beveiligingsmaatregelen die curanda in optie had genomen.<br />

Curanda heeft Heineken in deze e-mail alle informatie verstrekt over de door de<br />

beveiliging te verrichten werkzaamheden op 11 en 12 april 2003 in verband met de<br />

opvang van gasten bij Ahoy die niet op de hoogte waren van het feit dat de shows niet<br />

doorgaan, alsmede contactgegevens van het beveiligingsbedrijf.<br />

2.57 Bij e-mail van 11 april 2003 (productie 75) heeft mr. Schaap mr. Moons nader bericht.<br />

Curanda heeft bevestigd dat tijdens de bespreking van 4 april 2003 reeds was<br />

aangegeven dat het beslag onder de Rabobank geen doel had getroffen, althans dat de<br />

bankrekening een negatief saldo had. Voorts is bevestigd dat tijdens de bespreking van<br />

4 april 2003 door mr. Moons slechts is gemeld dat het beslag kan worden opgeheven<br />

indien er “voldoende” zekerheid tegenover kan worden gesteld. Curanda kon niet aan<br />

die eis voldoen. Het woord voldoende is door curanda niet onbegrijpelijk uitgelegd in<br />

die zin dat daaronder moest worden begrepen een zekerheid gelijk aan de vordering in<br />

het beslagrekest. Curanda heeft gesteld dat de inhoud van de mailberichten van mr.<br />

Moons van 7 en 9 april 2003 niet geheel in overeenstemming is met hetgeen partijen op<br />

4 april 2003 hebben besproken. De voorwaarden die door Heineken in die bespreking<br />

aan een uitstel werden gesteld zijn voor curanda niet haalbaar. Dit is duidelijk gesteld.<br />

Over andere voorwaarden wilde Heineken niet spreken. Ook organisatie van het<br />

evenement in september 2003 door uitsluitend curanda is voor curanda niet haalbaar.<br />

2.58 Bij e-mail van 11 april 2003 (productie 76) heeft mr. Moons gereageerd op de hiervoor<br />

genoemde e-mail van mr. Schaap. In deze mail betwist Heineken de stellingen van<br />

curanda.<br />

2.59 Op 16 april 2003 heeft Heineken de dagvaarding aan curanda laten betekenen<br />

(productie 77). Curanda was gedagvaard tegen de zitting van 25 juni 2003. In het<br />

petitum van de dagvaarding is onder meer (sub c) gevorderd dat de rechtbank de<br />

overeenkomst d.d. 28 augustus 2002 zal ontbinden. De ingestelde vordering bevestigt<br />

de stelling van de curator dat Heineken de Sponsorovereenkomst noch ten tijde van de<br />

beslaglegging, noch daarna had ontbonden.<br />

Afwikkeling sponsorrelatie Heineken met ENECO<br />

2.60 Bij brief van 24 april 2003 (productie 78) heeft Heineken, in vervolg op haar e-mail<br />

van 4 april 2003 (hiervoor overgelegd als productie 55) ENECO nader bericht.<br />

Curanda had geen afschrift van deze brief ontvangen. In deze brief heeft Heineken<br />

onder meer aangegeven:<br />

“De concerten van Heineken NightLive, die deze maand zouden plaatsvinden, zijn niet<br />

doorgegaan. De redenen daarvoor hebben wij u in onze e-mail van 4 april jl. reeds uiteen<br />

26


20300560/MVZ/cp<br />

gezet. De afzegging door artiesten in verband met de actuele toestand in de wereld wordt door<br />

Van Hoorn Company aangemerkt als (tijdelijke) overmacht. Van Hoorn Company staat voor de<br />

concerten te verplaatsen naar een later tijdstip dit jaar. Op dit moment kan echter geen<br />

zekerheid worden verstrekt of, hoe en wanneer de concerten door gaan.”<br />

In de periode waarin Heineken deze brief heeft geschreven aan ENECO had Heineken<br />

aan curanda reeds duidelijk aangegeven dat zij niet wil en (mede in verband met<br />

ENECO) niet kan meewerken aan verplaatsing naar september. Begin april had curanda<br />

Heineken reeds bericht dat het evenement verplaatst kon worden naar 23-25 september<br />

2003 in AHOY. In deze periode heeft Heineken ook beslagmaatregelen getroffen<br />

jegens curanda en vordert zij in de uitgebrachte dagvaarding onder meer ontbinding van<br />

de overeenkomst met curanda. Heineken informeert ENECO hierover niet. Voorts heeft<br />

Heineken geschreven:<br />

“Gelet op het bovenstaande achten wij het op dit moment vooralsnog niet opportuun u te<br />

houden aan de met u gesloten sponsorovereenkomst.<br />

Gelet op bovenstaande berichten wij u hierbij dat wij geen rechten zullen ontlenen aan het<br />

gewezen kort geding vonnis van 13 <strong>februari</strong> jl. Wij zullen de door u uit hoofde van dat vonnis<br />

betaalde bedrag, te weten Euro 192.983,08 restitueren.”<br />

Uit het vorenstaande blijkt dat Heineken, zonder daartoe door ENECO te zijn verzocht,<br />

laat staan gesommeerd, en geheel onverplicht overgaat tot terugstorting van de van<br />

ENECO ontvangen sponsorbijdrage en (onverplicht) geen rechten meer ontleent aan het<br />

kort geding vonnis. Zij laat na zich te beroepen op de overmachtclausule van art. 8 van<br />

de sponsorovereenkomst die zij heeft gesloten met ENECO en heeft voorts nagelaten<br />

met ENECO overleg te voeren over de door curanda begin april 2003 voorgestelde<br />

verplaatsing. Onduidelijk is derhalve of ENECO inderdaad, zoals Heineken had gesteld,<br />

bezwaar zou hebben gehad tegen de verplaatsing. Heineken stuurt op dat moment reeds<br />

aan op een volledige afwikkeling van het dossier zonder zich in deze fase van de zaak<br />

te richten op een mogelijke verplaatsing van het evenement. Voorts heeft Heineken<br />

geschreven:<br />

“Wij nemen aan dat met het bovenstaande er evenmin nog reden is om het door u ingestelde<br />

hoger beroep voort te zetten.<br />

Ter vermijding van misverstanden wijzen wij u er op dat, mocht Heineken NightLive alsnog<br />

later in het jaar doorgang vinden, wij ons het recht voorbehouden alsdan alsnog aanspraak te<br />

maken op de lopende sponsovereenkomst en uw bijdragen daaruit.”<br />

2.61 Bij brief van 29 april 2003 (productie 79) heeft ENECO gereageerd op de brief van<br />

Heineken van 24 april 2003. ENECO heeft, naar aanleiding van een telefoongesprek<br />

met Heineken van die dag, onder meer het navolgende aan Heineken geschreven:<br />

“Je gaf zelf al aan niet te verwachten dat het evenement dit jaar nog doorgaat. Is het dan niet<br />

beter af te spreken dat wij ons geld terugkrijgen en de sponsorovereenkomst daarmee is<br />

beëindigd zonder verdere verplichtingen over en weer?<br />

Zolang dat laatste niet vaststaat moeten we helaas verder met de zaak (hoger beroep).”<br />

Hieruit blijkt dat Heineken, zonder overleg met curanda, zich jegens ENECO op het<br />

standpunt heeft gesteld dat het evenement niet doorgaat, terwijl curanda de verplaatsing<br />

27


20300560/MVZ/cp<br />

had voorbereid en daartoe ook voorstellen had gedaan aan Heineken. Mede omdat<br />

onduidelijk was of ENECO met verplaatsing kon instemmen heeft Heineken steeds<br />

vastgehouden aan doorgang van het evenement in april 2003. Uit deze brief van<br />

ENECO blijkt geenszins dat ENECO niet met verplaatsing zou hebben ingestemd, zo<br />

Heineken dit aan haar had voorgesteld.<br />

2.62 Bij e-mail van 2 mei 2003 (productie 80) heeft Heineken gereageerd op de brief van<br />

ENECO van 29 april 2003. Hierin heeft Heineken onder meer het volgende geschreven:<br />

“Echter, zoals ik u in mijn brief van 7 april j.l. reeds onvoorwaardelijk heb bevestigd, zal<br />

Heineken aan het gewezen kort geding geen rechten jegens u meer ontlenen.<br />

Een en ander betekent, dat gezien de ontwikkelingen, wij geen enkel beroep zullen doen op de<br />

veroordeling bij het kort geding vonnis en in zoverre dat vonnis als non-existent is te<br />

beschouwen. Daarmee dient m.i. het hoger beroep geen begrijpelijk doel meer. (…)<br />

Zoals u weet, heeft Van Hoorn aangegeven de mogelijkheid nog open te houden om het<br />

evenement alsnog later dit jaar te organiseren. Mocht dat het geval zijn, en mocht in dat kader<br />

er nogmaals onoverbrugbare meningsverschillen rijzen tussen ons uit hoofde van de<br />

sponsovereenkomst, dan behouden wij ons het recht die meningsverschillen alsdan middels een<br />

nieuwe procedure aan de rechter voor te leggen.”<br />

Nogmaals heeft Heineken aangegeven geen beroep te zullen doen op het vonnis van de<br />

voorzieningenrechter waarbij ENECO was veroordeeld om de sponsorbijdrage te<br />

voldoen. Zij refereert aan de mededelingen van curanda voor organisatie later dat jaar,<br />

maar dat is voor Heineken kennelijk onvoldoende voor haar om ENECO aan haar<br />

verplichtingen uit hoofde van de subsponsorovereenkomst te houden.<br />

2.63 Bij brief van 13 mei 2003 (productie 81) heeft ENECO Heineken onder meer als volgt<br />

bericht:<br />

“Het feit dat Heineken verklaart geen enkel beroep te doen op het vonnis in kort geding van 13<br />

<strong>februari</strong> jl. en dat vonnis als non-existent beschouwt is voor ons aanleiding om het hoger<br />

beroep tegen dit kort gedingvonnis niet te vervolgen.”<br />

2.64 Als productie 82 legt de curator een verklaring van ENECO over d.d. 26 juli 2007<br />

verklaring van ENECO over waarin het vorenstaande is bevestigd.<br />

Faillissement curanda<br />

2.65 Curanda was door Heineken gedagvaard tegen de zitting van 25 juni 2003. Op 17 juni<br />

2003 is curanda, naar aanleiding van een op 12 juni 2003 ingediend eigen verzoek, in<br />

staat van faillissement verklaard. In het verzoek heeft curanda ter zake van de oorzaak<br />

van de financiële problemen aangegeven dat ten gevolge van een (onterechte)<br />

beslaglegging van Heineken een keten van schade is ontstaan en de bank heeft<br />

opgehouden te financieren. De bij de Rechtbank Amsterdam aanhangige procedure<br />

tussen Heineken en curanda is vervolgens in verband met het faillissement geschorst<br />

op grond van art. 29 Fw.<br />

2.66 Heineken heeft bij brief van haar advocaat d.d. 26 juni 2003 haar vordering ad €<br />

650.998,66, zoals opgenomen in haar dagvaarding, ter verificatie ingediend. Bij brief<br />

28


20300560/MVZ/cp<br />

d.d. 3 juli 2003 heeft Heineken een aanvullende vordering ad € 234.002,89 ter<br />

verificatie ingediend. Totaal stelt zij derhalve € 885.001,55 te vorderen te hebben van<br />

curanda. Bij brief d.d. 30 augustus 2004 heeft de curator bevestigd aan de advocaat<br />

van Heineken dat de vordering van Heineken is geplaatst op de lijst der ingediende<br />

betwiste crediteuren, zulks in afwachting van de uitkomst van de onderhavige<br />

procedure.<br />

Correspondentie curator-Heineken<br />

2.67 Bij brief d.d. 18 augustus 2004 (productie 83) heeft de curator zijn voorlopig oordeel<br />

bevestigd aan Heineken. In deze brief is Heineken nadrukkelijk aansprakelijk gesteld<br />

voor de schade die curanda heeft geleden door de toerekenbare tekortkoming zijdens<br />

Heineken. Immers, Heineken had gelet op de omstandigheden moeten meewerken aan<br />

verplaatsing van HNL naar een later tijdstip, hetgeen reeds door curanda was<br />

voorbereid, waarbij curanda bereid was de kosten te dragen. Van toerekenbare<br />

tekortkoming aan de zijde van curanda is geen sprake. De beslaglegging op 2 april<br />

2003 geeft aan dat Heineken de voor haar uit de Sponsorovereenkomst, alsmede uit de<br />

redelijkheid en billijkheid, voortvloeiende verplichtingen niet wenste na te komen.<br />

Voorts is Heineken aansprakelijk gesteld voor de schade die curanda lijdt ten gevolge<br />

van het onrechtmatig handelen van Heineken, bestaande uit de beslaglegging op 2<br />

april 2003.<br />

Ten slotte is Heineken aansprakelijk gesteld voor de schade die curanda heeft geleden,<br />

welke schade kan worden begroot op het tekort in het faillissement.<br />

2.68 Bij brief van 15 september 2004 (productie 84) van haar advocaat heeft Heineken de<br />

aansprakelijkheid betwist. Hierbij heeft Heineken onder meer gesteld dat curanda de<br />

organisatie van HNL niet langer zou willen voortzetten wegens de geringe<br />

kaartverkoop. Aangezien curanda op grond van financiële overwegingen zelf de<br />

organisatie van het evenement op de overeengekomen dagen zou hebben beëindigd<br />

zou curanda in verzuim zijn en zou het beroep van curanda op de latere beweerdelijke<br />

afzeggingen van geboekte artiesten wegens de oorlog in Irak niet op gaan. Voorts<br />

heeft Heineken gesteld dat zij niet goed kon zien hoe een verplaatsing van het<br />

evenement mogelijk zou zijn zonder extra risico’s en kosten voor Heineken. Heineken<br />

heeft betwist dat het in de branche gebruikelijk is dat indien er sprake is van een<br />

gebeurtenis waardoor artiesten genoodzaakt worden hun concerten af te zeggen de<br />

data van het evenement moeten worden verplaatst. Heineken heeft ook de afzegging<br />

door Jay-Z en Erykah Badu betwist.<br />

Met betrekking tot de vordering van de curator ter zake van het onrechtmatig handelen<br />

van Heineken, bestaande uit de beslaglegging, heeft Heineken onder meer, gesteld dat<br />

sprake was van een toerekenbare tekortkoming van curanda. Ontbinding werd in de<br />

inleidende dagvaarding gevorderd. Heineken heeft betwist dat zij wist dat het beslag<br />

onder de Rabobank voor haar geen verhaal van haar vordering zou kunnen opleveren.<br />

Heineken heeft gesteld dat curanda niet in kort geding opheffing van de gelegde<br />

beslagen heeft gevorderd. Indien de opzegging van de kredietovereenkomst door de<br />

Rabobank onterecht was, dan dient de curator zich met de bank te verstaan in plaats<br />

van met Heineken.<br />

29


20300560/MVZ/cp<br />

Met betrekking tot de vordering van de curator ter zake van het tekort in het<br />

faillissement heeft Heineken, onder meer, het navolgende gesteld. Heineken heeft €<br />

651.000 aan voorschotbedragen voor het evenement in april 2003 betaald, welk<br />

evenement overigens voor rekening en risico van curanda zou worden georganiseerd,<br />

en welk evenement door curanda zou zijn geannuleerd, aldus Heineken. Heineken<br />

heeft gesteld dat curanda met het annuleren van het evenement toerekenbaar tekort is<br />

geschoten en dat in ieder geval de betaalde voorschotten zouden moeten worden<br />

gerestitueerd aan Heineken. Verder heeft Heineken gesteld dat het curanda is geweest<br />

die niet bereid zou zijn geweest de consequenties van het annuleren van het evenement<br />

in april te dragen, die niet bereid zou zijn geweest voor zijn rekening en risico een<br />

verplaatsing van het evenement naar september 2003 te organiseren en die niet bereid<br />

zou zijn geweest te komen tot een opheffing van het beslag op zijn bankrekening. De<br />

oorzaak van het faillissement is volgens Heineken de deplorabele financiële situatie<br />

waarin curanda reeds sinds begin 2003 verkeerde.<br />

De curator zal dit verweer van Heineken nader bespreken en weerleggen in Hoofdstuk<br />

VI van deze dagvaarding.<br />

Correspondentie F.J.P. van Hoorn-Heineken<br />

2.69 De directeur van curanda heeft Heineken bij brief van zijn advocaat, mr J.<br />

Wendelgelst, op 6 september 2004 aansprakelijk gesteld voor de door hem geleden<br />

schade (productie 85). Onder meer was het ten gevolge van de beslaglegging niet<br />

meer mogelijk om uitvoering te geven aan de voorgenomen, en Heineken bekende,<br />

overname van de onderneming van curanda door Worldwide Entertainment Inc. Deze<br />

vennootschap zou de belangrijkste financier worden van curanda en een aanzienlijke<br />

expansie van de onderneming mogelijk hebben gemaakt.<br />

2.70 Heineken heeft de aansprakelijkheid bij brief (van haar advocaat) van 15 september<br />

2004 (productie 86) betwist.<br />

Toestand van de boedel<br />

2.71 Inmiddels zijn in het faillissement de navolgende vorderingen geplaatst:<br />

- boedelcrediteuren: € 79.766,97<br />

- concurrente crediteuren: €1.968.591,55 + £ 7.500,00 (+/- € 10.040,16)<br />

- preferente crediteuren: € 309.613,30<br />

Totaal: €2.357.971,82 + £ 7.500,00 (+/- € 10.040,16)<br />

Een bedrag ad € 885.001,55 (de door Heineken ingediende vordering) is geplaatst op<br />

de lijst van betwiste crediteuren. De crediteurenlijsten worden als productie 87<br />

overgelegd. Het financieel overzicht per 9 januari <strong>2008</strong> wordt als productie 88<br />

overgelegd.<br />

Alle activa zijn op dit moment door de curator uitgewonnen. Er is onvoldoende actief<br />

voor de (volledige) betaling van de (nog niet betaalde) faillissementskosten per 10<br />

<strong>februari</strong> <strong>2008</strong> bedragende (€ 324.430,79 -/- € 88.972,36) € 235.458,43, te<br />

vermeerderen met de faillissementskosten vanaf 10 <strong>februari</strong> <strong>2008</strong> tot de opheffing van<br />

het faillissement ad pm. Bij opheffing op dit moment zou derhalve aan geen van de<br />

30


20300560/MVZ/cp<br />

crediteuren enige betaling kunnen worden voldaan. Het volledige actief is te gelde<br />

gemaakt, met uitzondering van de door de curator gestelde vorderingen op Heineken.<br />

III VOORLOPIG GETUIGENVERHOOR<br />

3.1 Vooruitlopend op de met de onderhavige dagvaarding aangevangen procedure heeft de<br />

curator op 24 januari 2006 de Rechtbank Amsterdam, nadat de Rechter-commissaris in<br />

het faillissement de curator daartoe mondeling op 10 maart 2005 en schriftelijk op 18<br />

januari 2006 had gemachtigd, verzocht een voorlopig getuigenverhoor te bevelen. Het<br />

verzoekschrift (zonder bijlagen) wordt als productie 89 overgelegd. De zaak werd bij<br />

de rechtbank ingeschreven onder zaaknummer/rekestnummer: 334196/ HA RK 06-47.<br />

3.2 Heineken heeft tegen dit verzoek verweer gevoerd bij het op 20 <strong>februari</strong> 2006 ter<br />

griffie ingekomen verweerschrift, dat als productie 90 wordt overgelegd.<br />

3.3 Bij beschikking van 23 maart 2006 heeft de rechtbank een mondelinge behandeling<br />

bepaald (productie 91). De aantekeningen van de curator ter zake van deze<br />

mondelinge behandeling, die op 2 mei 2006 is gehouden, worden als productie 92<br />

overgelegd.<br />

3.4 Bij beschikking van 15 juni 2006 heeft de rechtbank het verzoek toegewezen en mr.<br />

A.V.T. de Bie tot Rechter-commissaris benoemd. Het proces-verbaal van de zitting<br />

van 2 mei 2006 alsmede de beschikking van 15 juni 2006 worden als productie 93<br />

overgelegd.<br />

3.5 Bij brief d.d. 13 oktober 2006 heeft de advocaat van Heineken de navolgende stukken<br />

in het geding gebracht:<br />

- e-mail van Heineken aan curanda d.d. 29 januari 2003<br />

- e-mail van Heineken aan curanda d.d. 5 maart 2003<br />

- e-mail van curanda aan Heineken d.d. 26 maart 2003<br />

- e-mail van Heineken aan curanda d.d. 26 maart 2003<br />

- e-mail mr. Moons aan mr. Schaap d.d. 7 april 2003<br />

- e-mail mr. Moons aan mr. Schaap d.d. 9 april 2003<br />

- e-mail mr. Schaap aan mr. Moons d.d. 11 april 2003<br />

- e-mail mr. Moons aan mr. Schaap d.d. 11 april 2003<br />

- brief mr. Moons aan curator d.d. 15 september 2004<br />

Voor zover thans nog van belang zijn deze producties hiervoor reeds aan de orde<br />

gekomen en aan de dagvaarding gehecht.<br />

3.6 Op 20 oktober 2006 heeft de rechter-commissaris getuige mr. H.H.F. Jansen gehoord.<br />

Het proces-verbaal van dit verhoor wordt als productie 94 overgelegd.<br />

31


20300560/MVZ/cp<br />

3.7 Op 5 <strong>februari</strong> 2007 heeft de rechter-commissaris getuigen P. Vertregt en F.J.P. van<br />

Hoorn gehoord. Het proces-verbaal van dit verhoor wordt als productie 95<br />

overgelegd.<br />

3.8 Op 1 mei 2007 is een comparitie van partijen gehouden. Het proces-verbaal van deze<br />

comparitie wordt als productie 96 overgelegd. Partijen hebben de rechtbank tijdens de<br />

comparitie medegedeeld dat zij geen bezwaar hebben tegen een behandeling van de<br />

onderhavige procedure door de rechter die de getuigenverhoren heeft afgenomen.<br />

IV TIJDENS HET GETUIGENVERHOOR BEWEZEN FEITEN<br />

Algemeen<br />

4.1 De curator zal de tijdens het getuigenverhoor bewezen feiten in het hierna volgende<br />

opnemen. Voorts zal in dit hoofdstuk worden verwezen naar overige, schriftelijke,<br />

getuigenverklaringen die de stellingen van de curator onderbouwen.<br />

4.2 Getuigenverhoor van F.J.P. van Hoorn d.d. 5 <strong>februari</strong> 2007<br />

4.2.1 De getuigenverklaring van getuige Van Hoorn levert op vele punten bewijs van de<br />

stellingen van de curator. Verwezen wordt naar de hierna aangehaalde passages.<br />

4.2.2 “Onder de vlag van mijn vennootschap Van Hoorn Company B.V. heb ik vanaf 1990 met<br />

Heineken zaken gedaan. (…) Ik heb voor Heineken diverse muziekevenementen in de markt<br />

gezet waaronder als bekendste Heineken Night of the Proms. Die heb ik van een klein<br />

evenement uitgebouwd tot het grootste jaarlijkse muziekevenement in Nederland.” (p. 6)<br />

Hieruit blijkt dat partijen reeds 14 jaar zaken met elkaar deden alvorens de relatie eind<br />

maart 2003 in een paar dagen abrupt werd beëindigd door Heineken. Tot dan toe was<br />

de samenwerking succesvol voor Heineken. De redelijkheid en billijkheid die<br />

Heineken gelet op deze omstandigheden in acht had behoren te nemen jegens curanda<br />

rechtvaardigde een andere handelwijze dan abrupte beëindiging.<br />

4.2.3 “Vervolgens duurde het nog anderhalf jaar voordat het contract gereed was. In de tussentijd<br />

had ik al wel de evenementen voor 2001 en 2002 voor eigen risico georganiseerd. Dat het<br />

contract uitbleef gaf problemen met mijn bank omdat ik mijn vorderingen uit contracten aan<br />

de bank cedeerde. Ook was ik in die periode in gesprek met twee Amerikaanse bedrijven voor<br />

een overname van mijn bedrijf. Daar begon men ook wat nerveus te worden. Zij wilden verder<br />

maar het kabbelde maar voort omdat het contract uitbleef.” (p. 6)<br />

In deze verklaring heeft getuige Van Hoorn de stellingen van de curator bevestigd met<br />

betrekking tot de totstandkoming van de Sponsorovereenkomst. Voorts blijkt hieruit<br />

van de gesprekken van curanda met overnamekandidaten.<br />

4.2.4 “Idealiter is de line-up drie maanden voor het evenement gereed en kan twee tot drie maanden<br />

voor het evenement de promotie beginnen. Er zijn uitzonderingen, maar meestal komt de lineup<br />

dus pas vrij laat gereed. Daarvan was Heineken overigens volledig op de hoogte. Mr.<br />

Moons wijst mij op artikel 4.2 van het contract waarin staat dat uiterlijk zes maanden voor<br />

iedere evenementenreeks Van Hoorn Company een eerste showconcept en een shortlist van<br />

artiesten aan Heineken moet voorleggen, alsmede op artikel 4.3, waarin staat dat het<br />

programma drie maanden voor het evenement gereed moet zijn. Ik heb steeds de bepalingen<br />

32


20300560/MVZ/cp<br />

uit het contract nageleefd. Zo zorgde ik ervoor dat vrijwel direct na een evenement de shortlist<br />

voor het evenement van het jaar daarop gereed was. Er waren misschien wel wat<br />

uitzonderingen. De gebeurtenissen in 2003 vormen wellicht zo’n uitzondering, maar er was<br />

dan ook sprake van bijzondere omstandigheden en alles is steeds in overleg met Heineken<br />

gegaan.” (p. 7)<br />

Getuige Van Hoorn verklaart dat curanda niet toerekenbaar tekort is geschoten ter<br />

zake van de communicatie van de artiesten. Dit is juist. Tijdens de presentatie door<br />

curanda aan ENECO op 26 september 2002, waarbij namens Heineken aanwezig<br />

waren Eymert van Manen en Mark Ruygrok, zijn door curanda nogmaals de plannen<br />

uitgewerkt met een shortlist van artiesten. Een shortlist is een lijst waarop de<br />

organisator “target artiesten” plaatst . Vanuit deze lijst gaat de organisator de artiesten<br />

benaderen. Ook de voorzieningenrechter heeft in de kort geding procedure tussen<br />

Heineken en ENECO geoordeeld dat van toerekenbare tekortkoming op dit punt geen<br />

sprake was.<br />

4.2.5 “In de periode na de uitspraak in kort geding van 13 <strong>februari</strong> 2003 speelden er twee zaken.<br />

Op de eerste plaats was er de dreiging van een oorlog tussen de V.S. en Irak. Daarover had ik<br />

al in december mondeling contacten met Heineken gehad. De aard van dat gesprek was dat<br />

als de oorlog zou uitbreken het wel duidelijk was dat de Amerikaanse artiesten dan hun shows<br />

zouden afzeggen. In de contracten met die artiesten wordt dat ook als overmachtssituatie<br />

aangeduid, maar zij moeten dan wel meewerken aan een verplaatsing van de show. Ruijgrok<br />

gaf aan dat hij dit heel goed begreep. Ik heb dit ook nog in een e-mail aan hem bevestigd en<br />

daar kwam geen reactie op dat Heineken daarmee niet akkoord was. Overigens kwam in het<br />

voorjaar 2003 daarbij nog de SARS-crisis in de luchtvaart. Op de tweede plaats bleek dat<br />

naarmate het evenement dichterbij kwam, de kaartverkoop onverwacht tegenviel. Ik heb<br />

daarover gesproken met collega’s in de industrie en onze indruk was dat mensen door<br />

ontwikkelingen als oorlogsdreiging de hand op de knip hielden. Als eerste zal dan de<br />

kaartverkoop van een evenement als de Heineken NightLIve teruglopen, omdat dit evenement<br />

in tegenstelling tot bijvoorbeeld een concert van een specifieke groep, geen harde fanbase<br />

heeft. Voor mij was dit aanleiding om bij Heineken in een e-mail aan de orde te stellen dat het<br />

verstandig was het evenement uit te stellen. Heineken wilde dat echter absoluut niet.<br />

Enkele dagen later brak de oorlog in Irak uit en al snel bleek dat de Amerikaanse artiesten<br />

afzegden. In december en januari had ik al besproken dat er in dat geval een uitstelscenario<br />

moest komen. Ik heb daar met Vertregt en Ruijgrok afspraken over gemaakt en deze afspraken<br />

zijn neergelegd in een e-mail van 3 maart 2003 (productie 6 bij het verzoekschrift). Er is toen<br />

ook besproken dat als er uitstel zou komen, het evenement in principe zou worden uitgesteld<br />

naar september 2003. De zomervakantie was geen optie en in november zou in Ahoy de Night<br />

of the Proms van de concurrent plaatsvinden. Daarvoor zou in oktober de publiciteit starten.<br />

Bovendien was het toch ook nodig om een zekere tijdsduur in te bouwen in verband met de<br />

oorlog. Om al die redenen werden partijen het dus eens over september als tijdstip voor het<br />

eventueel uitgestelde evenement. Ik heb van Heineken geen reactie ontvangen waaruit bleek<br />

dat men zich niet kon vinden in die afspraak.” (p. 7/8)<br />

Uit deze verklaring blijkt dat partijen overeenstemming hebben bereikt omtrent een<br />

eventueel uitstel in verband met een oorlog in Irak. Er was zelfs overeenstemming<br />

tussen partijen bereikt over een uitstel naar speciaal de maand september. Zulks in<br />

verband met de zomervakantie, een concurrerend evenement en het in acht nemen van<br />

een zekere marge tussen de uitbraak van de oorlog en het evenement.<br />

33


20300560/MVZ/cp<br />

4.2.6 “Het evenement kende twee zogenaamde headliners, namelijk Jay-Z en Erykah Badu. Jay-Z<br />

had al een zakelijke relatie met Heineken in Amerika, waardoor we die voor het evenement<br />

hebben kunnen binnenhalen. Op de ochtend van 1 of 2 april 2003 ontving ik een aan mij<br />

geforwarde e-mail van Universal V.S. aan Universal Nederland waaruit bleek dat alle promooptredens<br />

van Jay-Z werden afgezegd. Ik heb deze e-mail meteen aan Ruijgrok doorgestuurd.<br />

Direct daarna heb ik gebeld met de agent van Erykah Badu. Contractueel had die er recht op<br />

te weten dat de mede-headliner niet meer zou komen en ik vroeg hem of dit ook gold voor<br />

Erykah Badu. Hij zei dat hij mij geen garantie meer durfde te geven omtrent haar komst. Ik<br />

heb ook direct contact opgenomen met Ahoy en van hen nieuwe data in september gekregen.<br />

Daarna heb ik aan Ruijgrok meegedeeld dat het noodscenario van verplaatsing naar<br />

september in werking zou moeten treden en dat ik naar New York zou afreizen om met de<br />

agenten van de artiesten in persoon zaken te doen. Ik kreeg van Ruijgrok toen een wat vage<br />

reactie dat ze erover moesten nadenken. In New York heb ik de manager van Jay-Z en de<br />

agent van Erykah Badu gesproken. Erykah Badu ging akkoord met een nieuwe datum. Ook<br />

Jay-Z ging akkoord als hij in staat zou zijn de nieuwe datum te combineren met enkele<br />

optredens in Engeland. Gezien zijn populariteit ging ik er vanuit dat dat geen probleem zou<br />

zijn. Ik heb aan de manager van Jay-Z een formele bevestiging van de afzegging gevraagd en<br />

dit heb ik enkele dagen later ook gekregen. Daarna heb ik nog gepraat met<br />

vertegenwoordigers van kleine artiesten als Grandmaster Flash en DMC. Zij gaven aan dat<br />

het uitstel geen probleem was. Ook heb ik daar nog met agenten gesproken over het eventueel<br />

vastleggen voor een derde headliner voor het evenement in september.” (p. 8)<br />

Uit deze verklaring blijkt dat Heineken dadelijk omtrent de afzegging van Jay-Z is<br />

geïnformeerd en het achterwege blijven van een garantie van Erykah Badu dat zij nog<br />

zou komen. Voorts blijkt dat curanda dadelijk contact heeft opgenomen met Heineken<br />

en, succesvol, alle noodzakelijke voorbereidingen heeft getroffen voor verplaatsing<br />

naar september, een en ander conform de hiervoor beschreven afspraken.<br />

4.2.7 “Toen ik uit New York terugkeerde bleek er beslag te liggen op de rekeningen en het<br />

kantoorpand van Van Hoorn Company B.V. Ik was stupéfait. Dit kwam voor mij volledig uit<br />

de lucht vallen. Ik had geen idee waar dit vandaan kwam, na alles wat we besproken hadden<br />

en terwijl wij al veertien jaar zaken deden. Men wist bij Heineken dat ik in een<br />

overmachtssituatie was beland. Dan probeer je elkaar juist voor verdere schade te behoeden<br />

in plaats van verdere schade aan te richten.” (p. 8)<br />

De getuige benadrukt dat de actie van Heineken in strijd was met de gemaakte<br />

afspraken en ook geen recht deed aan het vertrouwen dat curanda mocht hebben in een<br />

contractspartij met wie reeds veertien jaren zaken was gedaan om ervoor te zorgen dat<br />

zij geen schade zou lijden.<br />

4.2.8 “Ik heb rond die tijd in een e-mail of fax aan Heineken een voorstel gedaan waarbij ik<br />

aanbood Heineken te vrijwaren voor de extra reclamekosten in verband met het verplaatsen<br />

van het evenement. Daarmee was volgens Heineken EUR 150.000,-- gemoeid. Ook deelde ik<br />

mee dat Ahoy akkoord was met het uitstel en dat ik bereid was in september onverplicht een<br />

derde headliner te boeken, waarmee EUR 100.000,-- tot 150.000,-- gemoeid was. Voor zover<br />

ik mij kan herinneren werd in reactie hierop beslag gelegd. Als u mij zegt dat een e-mail met<br />

dit voorstel dateert van 1 april 2003 dan kan dat goed kloppen. Het is ook mogelijk dat ik deze<br />

vanuit New York verzonden heb. Ik had ook al een advertentie en een persbericht voorbereid<br />

waarin stond dat in verband met de oorlogssituatie de Heineken NightLive zou worden<br />

uitgesteld naar 23 en 24 september. Toen ik terug was uit New York bleek mij dat Heineken<br />

weigerde het evenement uit te stellen. Ik kan me eigenlijk niet meer herinneren welke redenen<br />

Heineken had om te kiezen voor afgelasten in plaats van uitstel. Of daar voor Heineken<br />

34


20300560/MVZ/cp<br />

verschil tussen was moet u maar aan Heineken vragen. Ik weet wel dat het publiek eraan<br />

gewend is dat evenementen wel worden uitgesteld waarbij de kaarten geldig blijven, maar op<br />

verzoek weer worden ingekocht. Dat is bijvoorbeeld gisteren nog gebeurd met betrekking tot<br />

een optreden van Shakira in het Gelredome. De afsteloptie was echter desastreus. Dan moeten<br />

alle entreegelden worden terugbetaald. Er waren al duizenden kaarten verkocht, bovendien<br />

waren er ook al bedragen aan artiesten en leveranciers betaald. Dat geld zou dan verloren<br />

zijn.” (p. 8/9)<br />

Uit deze verklaring blijkt dat curanda concreet heeft voorgesteld Heineken schadeloos<br />

te stellen voor het feit dat de afgesproken verplaatsing moest worden geëffectueerd.<br />

Voorts blijkt dat curanda nog een extra headliner zou trachten te boeken. Curanda is<br />

dan ook niet toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen<br />

jegens Heineken nadat de artiesten hadden afgezegd en heeft zich zelfs nog tot meer<br />

verplicht dan waartoe zij zich contractueel jegens Heineken had verbonden. Voorts<br />

blijkt uit de verklaring het essentiële verschil tussen het plaatsen van een advertentie<br />

waarin wordt aangekondigd dat het evenement wordt uitgesteld en een advertentie<br />

waaruit blijkt dat sprake is van afgelasting. In het laatste, door Heineken gewenste<br />

geval, was het evenement voorgoed van de baan, dienden alle kaarten te worden<br />

vergoed aan de bezoekers en kon curanda nimmer haar investeringen terugverdienen<br />

aangezien er geen evenement meer zou plaatsvinden. Door de weigering van Heineken<br />

om mee te werken aan de door curanda opgestelde advertentie waarin het uitstel werd<br />

aangekondigd werd curanda zonder rechtens te respecteren reden extra schade<br />

toegebracht door Heineken.<br />

4.2.9 “U houdt mij voor dat ik kennelijk wel in staat was EUR 300.000,-- extra te investeren in een<br />

derde headliner en in reclamekosten. Dat klopt, ik had dit scenario van tevoren doorgenomen<br />

met de Amerikaanse investeerder met wie ik een principeakkoord had bereikt voor de<br />

overname van mijn bedrijf. Hij was bereid dit bedrag op tafel te leggen. Overigens wist<br />

Heineken heel goed dat ik in gesprek was over een overname. In verband hiermee heb ik<br />

ervoor gezorgd dat in het contract een specifieke bepaling werd opgenomen dat het mij vrij<br />

was het bedrijf te verkopen als ik er maar persoonlijk betrokken bij zou blijven.” (p. 9)<br />

Uit deze verklaring blijkt dat curanda maatregelen had getroffen ter financiering van<br />

het uitstel en dat Heineken op de hoogte was, c.q. kon zijn van een mogelijke<br />

overname door een buitenlandse partij. Dientengevolge was de door Heineken gestelde<br />

twijfel die na de afzegging bij haar zou zijn ontstaan over de financiering van het<br />

uitstel onterecht en overigens ook niet van belang. Curanda had zich immers verplicht<br />

voor eigen rekening en risico het evenement te organiseren. Dit was een uitvloeisel<br />

van de door Heineken gewenste wijziging van de opzet van de Sponsorovereenkomst.<br />

Indien zij dit risico niet had willen lopen had zij de oude opzet moeten handhaven.<br />

4.2.10 “Na de beslaglegging zijn er gesprekken geweest tussen Heineken en mij. Ik werd daarin<br />

bijgestaan door mijn advocaat mr. Schaap. Heineken stelde mij voor dat ik het evenement zou<br />

voortzetten zonder gebruikmaking van de merknaam Heineken en onder terugbetaling van de<br />

sponsorbedragen van Heineken en ENECO alsmede vergoeding van de door Heineken<br />

gemaakte communicatiekosten. In mijn herinnering ging dit om zo’n EUR 850.000,--. Ik kon<br />

onmogelijk daaraan voldoen en beschouwde dit voorstel als chantage. Mijn voorstellen tot<br />

mediation werden van de hand gewezen. Uiteindelijk was er een bijeenkomst op het kantoor<br />

van mr. Moons waarbij mr. Jansen eerst mompelde, maar op mijn verzoek hardop herhaalde,<br />

dat ik geld verstopt zou hebben in Costa Rica. Toen zijn mijn advocaat en ik weggegaan. Mr.<br />

Moons vraagt of hij toen nog andere voorstellen heeft gedaan. Volgens mij niet, in elk geval<br />

35


20300560/MVZ/cp<br />

geen redelijke voorstellen. Het was mijn advocaat en mij duidelijk dat Heineken er vanaf<br />

wilde, het evenement de nek wilde omdraaien. Na een week of twee weken na de beslaglegging<br />

had ik een telefoongesprek met Vertregt waarin deze mij meedeelde dat er bezuinigd moest<br />

worden op de sponsorbudgetten en dat mr. Jansen tegen hem had gezegd dat Heineken<br />

eenvoudig van het contract met Van Hoorn Company af zou komen. Later werd ik nog<br />

geconfronteerd met boze schuldeisers die mij vertelde(n) dat Jansen had gezegd dat ik nog wel<br />

ergens geld had liggen. Het werd een nare zaak.” (p. 9/10)<br />

Uit deze verklaring alsmede uit de als productie 97 overgelegde verklaring van mr.<br />

J.A. Schaap d.d. 7 januari <strong>2008</strong> blijkt dat curanda er alles aan heeft gedaan ook na de<br />

beslaglegging nog te komen tot een oplossing. Tijdens het overleg met Heineken is<br />

gebleken dat onmogelijke eisen werden gesteld die ook geen recht deden aan de tussen<br />

partijen gemaakte afspraken. Bovendien werden ongefundeerde verwijten gemaakt ten<br />

aanzien van de heer Van Hoorn, kennelijk ingegeven door het feit dat hij in januari<br />

2003 op Costa Rica was getrouwd. Ten slotte blijkt uit deze verklaring omtrent de<br />

daadwerkelijke reden: Heineken wilde in verband met de bezuiniging op de<br />

sponsorbudgetten af van de Sponsorovereenkomst en meende kennelijk in de<br />

afzegging van de artiesten een stok te hebben gevonden om de hond te slaan. Een<br />

dergelijke handelwijze is te kwalificeren als toerekenbare tekortkoming danwel<br />

onrechtmatig jegens curanda.<br />

In haar verklaring onderschrijft mr. Schaap de hiervoor genoemde verklaring van<br />

getuige Van Hoorn. Mr. Schaap heeft (op pagina 3-4) onder meer het navolgende<br />

gesteld:<br />

“(…) Heineken wees echter mediation en bemiddeling telkens van de hand. Heineken ging ook<br />

niet in op voorstellen van onze kant, zij stelde slechts eisen waarvan zij wist dat deze niet voor<br />

Van Hoorn Company acceptabel waren.<br />

Op 4 april 2003 heeft er naar aanleiding van het gelegde beslag bij Van Hoorn Company een<br />

bespreking plaatsgevonden bij mr. Moons op kantoor. Ik ben daar samen met Frank van<br />

Hoorn van Van Hoorn Company naartoe gegaan. Ik kan de bespreking niet meer woordelijk<br />

herinneren, maar de sfeer van de bespreking staat mij nog goed bij. Die sfeer was zeer<br />

onvriendelijk en zelfs vijandig. Frank van Hoorn werd zeer badinerend tegemoet getreden en<br />

Heineken weigerde te geloven in wat hij ook zei. Heineken wilde niet geloven dat de twee<br />

hoofdacts hadden afgezegd en ook niet dat het beslag geen doel had getroffen omdat er een<br />

negatief banksaldo was. Er was een allesbehalve constructieve houding van Heineken, er was<br />

geen bereidheid om te luisteren naar de argumenten van Van Hoorn Company waarom uitstel<br />

van het evenement naar september de beste oplossing was voor alle partijen. Mijn indruk was<br />

dat wij voor niets naar de bespreking waren gekomen. Heineken wilde helemaal geen beste<br />

oplossing voor alle partijen, zij wilde van het contract, het evenement en Van Hoorn Company<br />

af en zag daarvoor nu de mogelijkheid. Het was een frustrerende bespreking, alles dat van de<br />

zijde van Van Hoorn Company werd gezegd ketste af op een muur van onwil en ongeloof.<br />

Heineken opperde slechts dat het beslag kon worden opgeheven bij het stellen van ‘voldoende’<br />

zekerheid en aan uitstel in september werden zodanige voorwaarden gesteld dat dit uitstel<br />

voor Van Hoorn Company onmogelijk was. De term ‘voldoende zekerheid’ heb ik opgevat als<br />

een bedrag dat de vordering zou dekken. Dit lijkt mij voor de hand liggen. Heineken heeft ook<br />

niet aangegeven wat daar dan anders onder verstaan zou moeten worden. Ik stelde duidelijk<br />

dat er geen ‘voldoende’ zekerheid kon worden gesteld omdat er geen geld was en de bank als<br />

gevolg van het beslag niet meer wilde meewerken.<br />

Er zat geen enkel schot in de bespreking. Toen mr. Jansen na mijn herhaling dat er geen geld<br />

was, insinueerde dat Van Hoorn wellicht geld in Costa Rica had (waarbij hij zinspeelde op de<br />

36


20300560/MVZ/cp<br />

trouwerij van Frank van Hoorn in dat land), werd duidelijk dat wat er ook door Frank en mij<br />

zou worden gezegd, Heineken het toch naast zich neer zou leggen. Na die opmerking over<br />

verborgen geld werd het bereiken van een minnelijke regeling een illusie. Verder praten in<br />

deze sfeer had geen enkele zin. Boos en gefrustreerd hebben Frank en ik de bespreking toen<br />

beëindigd. Ik zag dit niet als het dichtgooien van de deur naar nader overleg, die deur was<br />

immers allang dichtgegooid door (de houding van) Heineken.<br />

Na de bespreking werd Frank uit contacten met Ruijgrok van Heineken duidelijk dat Heineken<br />

de beslissing van afstel en geen uitstel had genomen. Hier viel niets meer aan te veranderen.<br />

Later ontving ik nog van Frank een (her)bevestiging van het afzeggen van Jay-Z. Ik heb toen<br />

tegen Frank opgemerkt dat ik niet geloofde dat het sturen van die bevestiging aan Heineken<br />

nog iets zou uitmaken, de beslissing was immers al genomen en aan die beslissing werd al<br />

uitvoering gegeven. (…)”<br />

Aldus de getuigenverklaring van mr. Schaap. Voorts heeft getuige Van Hoorn het<br />

navolgende verklaard.<br />

4.2.11 “De gevolgen van de beslaglegging en het afgelasten van het evenement waren desastreus.<br />

Weliswaar stond er niet veel geld op de bankrekeningen maar het beslag had wel tot gevolg<br />

dat mijn lange relatie met de Rabobank Berkelland helemaal verstoord werd. De bank was<br />

door de jaren heen gewend aan grote schommelingen in mijn inkomsten en werd daar niet<br />

nerveus van, maar dit deed wel de deur dicht. Mijn financieringsmogelijkheden vielen dus<br />

weg. Als gezegd had ik ook al artiesten en leveranciers vooruit betaald. Uitstel zou geen ramp<br />

zijn geweest, maar afstel betekende dat ik richting hen niet zou kunnen nakomen en dat zij<br />

deze betalingen zouden kunnen houden. Omdat ik er niet met Heineken uit kon komen was ik<br />

genoodzaakt het faillissement van Van Hoorn Company aan te vragen. Dat leidde er ook toe<br />

dat mijn Amerikaanse gesprekspartner voor de overname meteen afhaakte. Ik had daar al een<br />

principeakkoord mee, en dat Heineken dit ook wist blijkt ook uit de clausule in het contract dat<br />

ik soortgelijke evenementen ook in het buitenland zou mogen organiseren, met of zonder de<br />

naam Heineken.” (p. 10)<br />

Uit deze verklaring blijkt omtrent de gevolgen van de beslaglegging, die hoewel er<br />

sprake was van een financiering door de Rabobank, en derhalve van een debetstand,<br />

grote gevolgen had voor de bedrijfsvoering van curanda. Getuige Van Hoorn bevestigt<br />

dat de door Heineken afgedwongen afgelasting van het evenement, alsmede de door<br />

haar getroffen beslagmaatregelen feitelijk hebben geleid tot het faillissement.<br />

Uit de verklaring van de directeur Corporate & Private Banking van de Rabobank<br />

Achterhoek-Noord d.d. 18 oktober 2007 (productie 98) blijkt het navolgende met<br />

betrekking tot de, goede, relatie tussen de bank en curanda:<br />

“Rabobank Achterhoek-Noord (voorheen Rabobank Berkelland) heeft een langdurige relatie<br />

gehad met van Hoorn c.s. Tot aan de beslaglegging kan de relatie tussen Rabobank<br />

Achterhoek-Noord en van Hoorn, met de gebruikelijke ups- en downs, als normaal worden<br />

betiteld. Er waren wel overstanden doch dat was gezien de branche (entertainment) niet<br />

ongebruikelijk. De bank had vertrouwen in de heer van Hoorn en de wijze waarop hij zijn<br />

verplichtingen nakwam. Door verbetering van de resultaten was het vertrouwen juist gestegen.<br />

Dit getuige ook de bereidheid van de bank om de betalingsopdracht groot € 300.000,-- te<br />

fiatteren. De bank had geen negatieve ervaringen met van Hoorn c.s. De handelwijze van het<br />

toestaan van een kortstondige overstand voor de betaling van kosten voor een groot<br />

evenement, die direct na de afloop van het evenement weer werd ingelopen, was al eerder<br />

37


20300560/MVZ/cp<br />

zonder problemen toegepast. Daarnaast was als aanvullende zekerheid voor de ontstane<br />

overstand het contract met Heineken aan de bank verpand.”<br />

Uit de verklaring van de bank blijkt tevens dat het wantrouwen dat Heineken had ten<br />

aanzien van de financiële positie en de mogelijkheden van curanda het uitstel te<br />

financieren ongegrond was. De door de bank gememoreerde betaling van € 300.000<br />

zag onder meer op de aan Erykah Badu betaalde bedragen. Het gebrek aan vertrouwen<br />

bij Heineken is door haar derhalve ten onrechte aangegeven als een van de redenen<br />

voor haar weigering medewerking te verlenen aan de een verplaatsing naar september.<br />

Voorts blijkt uit de verklaring van de heer Van Hoorn dat de gevolgen van afstel voor<br />

curanda zeer ernstig waren. Voorgeschoten betalingen aan artiesten konden niet<br />

worden terug gevorderd op basis van de met deze artiesten gesloten overeenkomsten.<br />

De curator heeft zich na datum faillissement met deze, in de muziekbranche<br />

gebruikelijke contracten geconfronteerd gezien en moest inderdaad concluderen dat de<br />

artiesten recht hadden de aan hen betaalde voorschotten te behouden, aangezien sprake<br />

was van een annulering zonder dat een andere datum werd bepaald. Dat was nu juist<br />

wat curanda wel had voorgesteld aan Heineken, maar waarmee Heineken niet heeft<br />

ingestemd. Voorts blijkt dat er een direct verband is tussen de beslaglegging door<br />

Heineken en de noodzaak tot het aanvragen van het eigen faillissement, hetgeen voorts<br />

tot gevolg had dat de Amerikaanse gesprekspartner voor de overname afhaakte.<br />

Overigens heeft deze gesprekspartner na faillissement wel een doorstart gemaakt,<br />

nadat zij- voor een uiteraard geringere prijs dan buiten faillissement- enige activa uit<br />

de boedel had gekocht.<br />

4.2.12 “De e-mail van Universal waarbij de optredens van Jay-Z werden afgezegd heb ik meteen<br />

doorgestuurd naar Ruijgrok. Daarna kreeg ik een schriftelijke bevestiging van de advocaat<br />

van Jay-Z. Pas veel later kwam er een verzoek van Heineken om die brief te mogen inzien. De<br />

sfeer was toen al zodanig dat ik op advies van mijn advocaat mr. Schaap niet op dat verzoek<br />

ben ingegaan.” (p. 10)<br />

Getuige Van Hoorn heeft hierbij aangegeven dat hij Heineken heeft geïnformeerd,<br />

voorzien van bewijs, van de afzegging van Jay-Z. Hij heeft hier ook verklaard waarom<br />

is afgezien van toezending van verdere, kater door hem ontvangen, bewijsstukken aan<br />

Heineken, zulks in overeenstemming met hetgeen mr. Schaap heeft verklaard.<br />

4.2.13 “U vraagt mij of ik aan Heineken heb toegelicht hoe ik een uitstel naar september financieel<br />

zou kunnen rondbreien. Als gezegd heb ik aangeboden de extra communicatiekosten voor mijn<br />

rekening te nemen en een derde headliner te boeken. Heineken heeft verder niet eens naar een<br />

onderbouwing gevraagd en was er bovendien bekend mee dat mijn Amerikaanse partner erin<br />

wilde investeren. U wijst mij op een e-mail van 26 maart 2003 aan Ruijgrok, waarin ik<br />

aangeef dat er sprake is van tegenvallende kaartverkoop, dat het verstandig zou zijn het<br />

evenement uit te stellen naar september, maar dat dat niet aan de orde zou zijn als de artiesten<br />

toch in april wilden optreden en dat ik daarover met die artiesten in overleg was. U vraagt mij<br />

met wie ik dit overleg heb gevoerd. Ik weet niet of er wel echt overleg gevoerd is, maar ik heb<br />

wel met de agent van Erykah Badu gesproken. Ik moest namelijk aan de agenten van geboekte<br />

artiesten de ticketcounts doorgeven. In die gesprekken heb ik wel met de agent van Erykah<br />

Badu gesproken over verplaatsing naar september, maar dit was eigenlijk alleen in<br />

informerende zin.<br />

De line-up van het evenement is volgens mij uiteindelijk eind <strong>februari</strong> 2003 gereedgekomen.<br />

Dat was wel laat, maar dit is steeds in nauw overleg met Heineken gegaan.” (p. 10/11)<br />

38


20300560/MVZ/cp<br />

Uit deze verklaring blijkt dat de door Heineken gestelde twijfel over de financiële<br />

haalbaarheid van de door curanda voorgestelde activiteiten ter ondersteuning van de<br />

noodzakelijke verplaatsing naar september 2003 niet gebaseerd was op feiten. Curanda<br />

zou, daarvoor was nu juist gekozen, het evenement voor eigen rekening en risico<br />

organiseren, met sponsorgelden van Heineken (en ENECO). Op welke wijze curanda<br />

tot dan toe het evenement had gefinancierd was ook geen zaak van Heineken. Tot het<br />

moment van beslaglegging was er voor Heineken geen aanleiding om te twijfelen aan<br />

de haalbaarheid van het voorstel van curanda van verplaatsing van het evenement naar<br />

september 2003. In ieder geval bracht de door Heineken jegens curanda in acht te<br />

nemen zorgvuldigheid, gelet op de gemaakte afspraken over verplaatsing ingeval van<br />

de uitbraak van een oorlog in Irak, met zich dat Heineken curanda de gelegenheid<br />

moest bieden het evenement in september 2003 te organiseren. Er was dan ook geen<br />

sprake van een toerekenbare tekortkoming zijdens curanda maar zijdens Heineken.<br />

Uit de verklaring blijkt tevens dat er een line-up was. Het concert had, indien de<br />

headliners niet zouden hebben afgezegd ten gevolge van de uitbraak van de Irakoorlog,<br />

kunnen plaatsvinden in april 2003.<br />

4.2.14 “U vraagt mij wat ik zou hebben gedaan als er definitief geen ENECO-bijdrage zou zijn<br />

gekomen. Dat is een hypothetische vraag, ik weet het niet. Mogelijk zou ik met mijn<br />

Amerikaanse partner overleggen of een kort geding tegen Heineken aanspannen. U vraagt mij<br />

of Heineken tijdens de gesprekken in april na de beslaglegging ook het voorstel heeft gedaan<br />

dat het evenement in september zonder eventuele bijdrage van ENECO zou worden<br />

georganiseerd waarbij ik Heineken zou vrijwaren voor de communicatiekosten en waarbij<br />

onze relatie na het evenement zou worden beëindigd. Ik kan mij zoiets niet herinneren, maar ik<br />

zou dat voorstel niet aanvaardbaar hebben geacht. Het uitstel van april naar september zou al<br />

geld hebben gekost. De beslaglegging heeft mij geld gekost en mijn financiers zaten in de<br />

hoogste boom. Zoiets zou neer zijn gekomen op chantage. Ik wil nog opmerken dat Heineken<br />

altijd aan opheffing van het beslag als voorwaarde heeft verbonden dat ik zou betalen.” (p.<br />

11)<br />

Deze vraag is aan de getuige gesteld op verzoek van Heineken. Uit de vraagstelling<br />

blijkt dat Heineken veronderstelde dat ENECO niet zou meewerken aan verplaatsing<br />

naar september 2003, althans dat dit een reden zou zijn de sponsorbijdrage van<br />

ENECO kwijt te raken. Deze veronderstelling wordt niet gestaafd door de stukken in<br />

deze zaak, die ook bij deze dagvaarding zijn gevoegd. De curator verwijst hiervoor<br />

naar de als productie 82 overgelegde verklaring van mevrouw mr. J.Y.M. Mels van<br />

ENECO. Heineken heeft niet eens voorgesteld aan ENECO of zij wilde meewerken<br />

aan verplaatsing. Zij heeft dadelijk in april 2003 feitelijk voorgesteld de sponsorrelatie<br />

tussen Heineken en ENECO aldus te beëindigen dat Heineken geen beroep zou doen<br />

op het kort geding vonnis. Curanda mocht dan ook uitgaan van het behoud van<br />

(sub)sponsor ENECO, te meer daar in de overeenkomst Heineken-ENECO een<br />

overmachtclausule was opgenomen, waarop Heineken zich niet heeft beroepen.<br />

V JURIDISCH KADER<br />

Algemeen<br />

5.1 Gelet op vorenstaande feiten en omstandigheden, onderbouwd door middel van de in<br />

de dagvaarding opgenomen schriftelijke bewijsstukken en getuigenverklaringen,<br />

vordert de curator in deze procedure vergoeding van Heineken van de door curanda<br />

39


20300560/MVZ/cp<br />

geleden schade ten gevolge van de handelwijze van Heineken na het uitbreken van de<br />

VS-Irak oorlog en de afzegging van de twee belangrijkste artiesten. Deze handelwijze<br />

kan worden aangemerkt als toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige<br />

daad van Heineken jegens curanda, respectievelijk haar gezamenlijke schuldeisers.<br />

Indien in deze procedure niet zou komen vast te staan, ondanks het door de curator<br />

geleverde bewijs van deze stelling, dat partijen zijn overeengekomen dat de VS-Irak<br />

oorlog als overmacht zou kunnen worden gekwalificeerd stelt de curator dat de VS-<br />

Irak oorlog, alsmede de afzeggingen van de twee headliners ten gevolge van het<br />

uitbreken van deze oorlog in dat geval dienen te worden gekwalificeerd als<br />

onvoorziene omstandigheden in de zin van art. 6: 258 BW. De curator zal de<br />

grondslagen van zijn vordering in het hiernavolgende nader onderbouwen.<br />

Vereisten toerekenbare tekortkoming<br />

5.2 Art. 6: 74 lid 1 BW bepaalt dat iedere tekortkoming in de nakoming van een<br />

verbintenis de schuldenaar verplicht de schade die de schuldeiser daardoor lijdt te<br />

vergoeden, tenzij de tekortkoming de schuldenaar niet kan worden toegerekend. Voor<br />

het intreden van een verplichting tot schadevergoeding stelt dit artikel derhalve de<br />

navolgende vereisten:<br />

1. Er moet sprake zijn van een tekortkoming in de nakoming van een verbintenis;<br />

2. Buiten gevallen van blijvende onmogelijkheid van nakoming vereist lid 2 verzuim;<br />

3. De tekortkoming moet toerekenbaar zijn aan de schuldenaar;<br />

4. Er moet sprake zijn van (potentiële) schade;<br />

5. Ten slotte is causaal verband tussen de tekortkoming en de schade vereist.<br />

Inhoud overeenkomst<br />

5.3 Wil er sprake zijn van een tekortkoming van Heineken in de nakoming van een<br />

verbintenis dient eerst vast te staan dat er een verbintenis bestaat. Uit de overwegingen<br />

van de Sponsorovereenkomst blijkt dat partijen afspraken wensen te maken omtrent de<br />

realisatie van een muziekevenement door curanda, waarbij Heineken als naamdragend<br />

hoofdsponsor zal optreden. In art. 7.2 van de Sponsorovereenkomst wordt gesproken<br />

over de subsponsorovereenkomst die is gesloten tussen Heineken en ENECO. Op<br />

basis van deze overeenkomst was ENECO een sponsorbijdrage verschuldigd ad €<br />

317.646,15 exclusief BTW. Op grond van art. 7.3 heeft Heineken zich verplicht zich<br />

in te spannen om te bewerkstelligen dat ENECO een sponsorovereenkomst aangaat<br />

met curanda, hetgeen, ondanks verzoeken van curanda daartoe, niet is geschied. Aldus<br />

liep de ontvangst van de bijdrage van deze subsponsor via Heineken. Op grond van<br />

artikel 8.1 sub A van de Sponsorovereenkomst is sprake van een verplichting van<br />

Heineken tot de betaling van een sponsorvergoeding van € 317,646,15 indien in een<br />

jaar 3 of 4 evenementen plaatsvinden. Op grond van art. 8.1 sub B van de<br />

Sponsorovereenkomst reserveert Heineken ten gunste van curanda een budget van ten<br />

hoogste van € 68.067,03 per jaar, uitsluitend ten behoeve van publiciteit voor de<br />

kaartverkoop. Ten behoeve van Steam is dit budget vermeerderd met € 150.000.<br />

Kortom, Heineken heeft zich verplicht tot het verstrekken van een overeengekomen<br />

financiële bijdrage ten behoeve van de organisatie van Steam. Voorts zijn partijen<br />

overeengekomen dat het evenement in april 2003 doorgaat (en de besproken<br />

verschuiving naar september vervalt) behoudens onvoorziene omstandigheden zoals<br />

40


20300560/MVZ/cp<br />

het uitbreken van een oorlog tussen de VS en Irak. Alsdan zou het evenement<br />

verplaatst worden naar september, zoals eerder door partijen was besproken. Een<br />

dergelijke afspraak brengt met zich dat Heineken aan een verplaatsing naar september<br />

zal dienen mee te werken indien en zodra het evenement in april 2003 niet kan<br />

doorgaan als gevolg van het uitbreken van een oorlog tussen de VS en Irak.<br />

Tekortkoming<br />

5.4 De begrippen tekortkomen en tekortschieten hebben een ruime en neutrale betekenis:<br />

zij omvatten alle gevallen waarin hetgeen de schuldenaar verricht in enig opzicht ten<br />

achter blijft bij hetgeen de verbintenis vergt, ongeacht of deze handelwijze de<br />

schuldenaar toerekenbaar is of niet. De tekortkoming kan zowel bestaan in het geheel<br />

of gedeeltelijk uitblijven van de nakoming, als in niet-tijdige of niet-behoorlijke<br />

nakoming. Tot de laatste categorie wordt niet alleen het geval gerekend dat de<br />

prestatie zelf niet aan de verbintenis beantwoordt, maar ook het geval dat die prestatie<br />

of daarmee samenhangende gedragingen aan de zijde van de schuldenaar aan de<br />

schuldeiser op de een of andere wijze schade toebrengen. 1<br />

5.5 Daar waar partijen nadrukkelijk gesproken hebben over een verplaatsing naar<br />

september, de twee belangrijkste artiesten (headliners) daadwerkelijk hebben afgezegd<br />

ten gevolge van de uitgebroken Irak-oorlog en daardoor het evenement feitelijk niet<br />

meer succesvol kon worden voortgezet, is de weigering van Heineken mee te werken<br />

aan verplaatsing, sterker nog zelfstandig over te gaan tot bekendmaking van<br />

afgelasting van het evenement, aan te merken als een toerekenbare tekortkoming. De<br />

tussen partijen besproken data in april 2003 waren ingeval van het uitbreken van een<br />

Irak-oorlog derhalve niet zo hard als Heineken eind maart 2003, toen zij curanda aan<br />

deze data hield, deed voorkomen. Er is dan ook geen enkele rechtvaardiging te vinden<br />

voor de weigering van Heineken mee te werken aan de verplaatsing naar september<br />

2003. Bij de uitleg van hetgeen tussen partijen is overeengekomen dient acht te<br />

worden geslagen op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer<br />

aan elkaars verklaringen en gedragingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien<br />

aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten (Haviltex-criterium, HR 13<br />

maart 1981, NJ 1981/635). De uitleg die Heineken, opeens eind maart 2003, gaf aan<br />

de overeenstemming tussen partijen als verwoord in de e-mail van curanda d.d. 3<br />

maart 2003 (productie 18) en het vasthouden aan het laten doorgaan van het aldus<br />

sterk geamputeerde evenement komt in strijd met deze rechtsregel.<br />

5.6 Curanda mocht erop vertrouwen dat Heineken, conform afspraak, zou meewerken aan<br />

de door haar georganiseerde, en tussen partijen eerder overeengekomen, verplaatsing.<br />

De belangen van curanda, maar ook die van Heineken zelf, brachten dit met zich mee.<br />

Van Heineken had verwacht mogen worden dat zij, ter beperking van de schade van<br />

curanda die zoals Heineken kon verwachten- en op het bestaan waarvan curanda<br />

Heineken schriftelijk meermalen heeft gewezen en waarvoor zij Heineken ook<br />

schriftelijk bij voorbaat aansprakelijk heeft gesteld- bij afgelasting enorm was, haar<br />

medewerking zou verlenen aan de verplaatsing, in plaats van dat zij aanstuurde op een<br />

afgelasting met alle negatieve gevolgen voor beide partijen van dien.<br />

1 Olthof 2005 (T&C BW), art. 6: 74 BW, aantekening 2.<br />

41


20300560/MVZ/cp<br />

5.7 Niet alleen weigerde Heineken de Sponsorovereenkomst na te komen, zij heeft door<br />

middel van de beslaglegging en haar handelen na de beslaglegging (weigerachtig enige<br />

regeling te treffen waarbij rekening werd gehouden met de belangen van curanda),<br />

curanda voorts ernstige schade toegebracht. Deze tekortkomingen zijn Heineken<br />

toerekenbaar en zijn conditio sine qua non voor de schade die curanda dientengevolge<br />

heeft geleden.<br />

Nakoming blijvend onmogelijk<br />

5.8 De vraag wanneer een- op schadevergoeding recht gevende- tekortkoming bestaat,<br />

wordt in art. 6: 74 lid 2 BW beantwoord. Is het niet-nakomen de schuldenaar<br />

toerekenbaar, dan is het ontstaan van de tekortkoming blijkens lid 2 afhankelijk van de<br />

vraag of nakoming blijvend onmogelijk is of niet. Indien nakoming blijvend<br />

onmogelijk is, dat wil zeggen indien de tekortkoming niet door nadere nakoming kan<br />

worden geheeld (definitieve niet-nakoming, onherstelbare ondeugdelijke nakoming),<br />

vormt de niet-nakoming reeds aanstonds na opeisbaarheid een tekortkoming, zonder<br />

dat nog nadere vereisten behoeven te worden vervuld. Na de beslaglegging en de<br />

afgelasting van het evenement was nakoming blijvend onmogelijk voor Heineken.<br />

Immers, het evenement waaraan Heineken haar medewerking diende te verlenen op<br />

grond van de Sponsorovereenkomst, kon (door haar toedoen) niet meer worden<br />

georganiseerd. Na de afgelasting dienden alle kaarthouders schadeloos gesteld te<br />

worden en konden de artiesten aan hen betaalde voorschotten behouden. Het<br />

evenement was daarmee de nek omgedraaid.<br />

Schadevergoeding<br />

5.9 De hiervoor beschreven toerekenbare tekortkoming in de nakoming geeft ex art. 6: 74<br />

lid 1 BW recht op vergoeding van de door de tekortkoming veroorzaakte schade. Nu<br />

de nakoming blijvend onmogelijk is ontstaat zowel de verbintenis tot het betalen van<br />

aanvullende schadevergoeding als die tot het betalen van vervangende<br />

schadevergoeding op het moment van de tekortkoming rechtstreeks op grond van art.<br />

6: 74 BW. De curator heeft deswege recht en belang bij zijn vordering op vergoeding<br />

door Heineken van de door curanda geleden schade. Deze kan worden begroot op het<br />

tekort in het faillissement. Immers, ten gevolge van de weigering mee te werken aan<br />

verplaatsing, de beslaglegging en de afgelasting van het evenement kon curanda de<br />

aanzienlijke investeringen die zij reeds had gepleegd in het kader van de organisatie<br />

van HNL niet meer terugverdienen en kon zij geen inkomsten meer uit HNL<br />

genereren. Zij had zich evenwel jegens derden reeds verbonden tot betaling van alle<br />

met de organisatie van het evenement samenhangende kosten. Voorzover deze<br />

onbetaald zijn gelaten zijn deze terug te vinden op de als productie 87 in het geding<br />

gebrachte crediteurenlijsten. De kosten die de boedel heeft gemaakt (lees: de<br />

faillissementskosten bestaande uit het salaris en de verschotten van de curator,<br />

alsmede de overige boedelkosten) zijn ook te beschouwen als schade die curanda heeft<br />

geleden tengevolge van de toerekenbare tekortkoming van Heineken. Immers, indien<br />

Heineken niet tekort zou zijn geschoten in de nakoming van haar verplichtingen jegens<br />

curanda zouden deze kosten niet gemaakt hoeven te worden. Het causale verband<br />

tussen de tekortkoming en de schade is gelet op het vorenstaande gegeven.<br />

42


20300560/MVZ/cp<br />

Subsidiair: onvoorziene omstandigheden<br />

5.10 Voor het geval uw rechtbank niet bewezen acht dat het niet doorgaan van het<br />

evenement ten gevolge van het uitbreken van de VS-Irak oorlog als een niet<br />

toerekenbare tekortkoming (door partijen geformuleerd als: “overmacht”) zijdens<br />

curanda is aan te merken stelt de curator zich subsidiair op het standpunt dat deze<br />

oorlog en de hierdoor veroorzaakte afzegging van de twee hoofdartiesten alsdan<br />

kunnen worden beschouwd als onvoorziene omstandigheden.<br />

5.11 Op grond van het bepaalde in art. 6: 258 lid 1 BW kunnen de gevolgen van de<br />

overeenkomst op verlangen van een der partijen door de rechter worden gewijzigd op<br />

grond van<br />

“onvoorziene omstandigheden welke van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven<br />

van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag<br />

verwachten.”<br />

Door de rechter kan aan de wijziging of ontbinding terugwerkende kracht worden<br />

verleend, hetgeen betekent dat een en ander rechtstreeks gevolgen kan hebben voor<br />

reeds verrichte prestaties. Ingevolge het bepaalde in art. 6: 258 lid 2 BW zal wijziging<br />

of ontbinding niet door de rechter worden uitgesproken,<br />

“voor zover de omstandigheden krachtens de aard van de overeenkomst of de in het verkeer<br />

geldende opvattingen voor rekening komen van degene die zich erop beroept.”<br />

Volgens Hartkamp 2 dient onder onvoorziene omstandigheden te worden verstaan:<br />

“omstandigheden, ingetreden na het sluiten van de overeenkomst, die partijen niet<br />

(uitdrukkelijk of stilzwijgend) in hun overeenkomst hebben verdisconteerd, omstandigheden<br />

waarin zij niet hebben voorzien. Bij het stilzwijgen van de overeenkomst moet daartoe worden<br />

gelet op de aard en strekking van de overeenkomst, de omstandigheden waaronder zij tot<br />

stand is gekomen, de verkeersopvattingen, de redelijkheid en billijkheid. Onverschillig is of<br />

partijen al dan niet feitelijk aan de mogelijkheid van het intreden der omstandigheden hebben<br />

gedacht, dus deze hebben voorzien en eveneens of die omstandigheden redelijkerwijze<br />

voorzienbaar waren of niet.”<br />

Het beslissende criterium is dus of de onvoorziene omstandigheden al dan niet door de<br />

contractspartijen in de overeenkomst zijn verdisconteerd, en zo ja, in welke mate. Is<br />

dat niet of maar in beperkte mate het geval, dan kan er aanleiding zijn de<br />

overeenkomst aan te passen, wat dan zoveel mogelijk moet geschieden, aldus de MvA<br />

I art. 6: 258 3 in aansluiting op hetgeen partijen reeds aan rechtsgevolgen hebben<br />

geregeld of in de overeenkomst opgesloten lag.<br />

Bij onvoorziene, nà het sluiten van de overeenkomst ingetreden omstandigheden, zal<br />

het vaak gaan om omstandigheden- aldus Hartkamp 4 :<br />

2 Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 333.<br />

3 Zie: Parl. Gesch. Boek 6, p. 974; zie ook Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 333.<br />

4 Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 334.<br />

43


“die de gehele grondslag aan de overeenkomst doen ontvallen.”<br />

20300560/MVZ/cp<br />

Daarbij valt te denken aan spectaculaire omstandigheden van algemene aard 5 , zoals<br />

een oorlog, natuurramp of wereldwijde financiële crisis (geldontwaarding, beurskrach,<br />

e.d.). Meestal hebben onvoorziene omstandigheden echter betrekking op bepaalde<br />

overeenkomsten, die daardoor zódanig worden aangetast dat de ene partij van de<br />

andere partij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde<br />

instandhouding niet mag verwachten. 6<br />

5.12 In de onderhavige zaak leidt toepassing van art. 6: 258 BW er, subsidiair, toe dat het<br />

uitbreken van de oorlog tussen de VS en Irak en de afzegging van twee headliners<br />

grond zijn voor uw rechtbank de gevolgen van de Sponsorovereenkomst te wijzigen in<br />

dier voege dat van curanda niet verwacht had mogen worden dat zij op de eerder,<br />

namelijk toen nog niet bekend was dat kort voor die data een oorlog zou uitbreken<br />

waardoor artiesten niet naar Europa zouden reizen, afgesproken data in april 2003<br />

HNL zou organiseren en dat van Heineken verwacht had mogen worden dat zij haar<br />

medewerking zou verlenen aan een, besproken, verplaatsing naar september 2003. Er<br />

zal dan, met terugwerkende kracht, geen sprake kunnen zijn van een toerekenbare<br />

tekortkoming zijdens curanda, nu zij ten gevolge van de onvoorziene omstandigheden<br />

niet gehouden kan worden tot het organiseren van het evenement in april 2003. Tevens<br />

zorgt toepassing van deze bepaling en de wijziging van de Sponsovereenkomst door<br />

uw rechtbank er in dit geval voor dat Heineken schadeplichtig is jegens curanda door<br />

curanda wel te houden aan de data in april 2003 en niet mee te werken aan<br />

verplaatsing naar september 2003. De hoogte van de schade is hiervoor reeds<br />

besproken sub 5.9.<br />

Onrechtmatige daad: algemeen<br />

5.13 De schuldenaar die tekortschiet in de nakoming van zijn verbintenis, pleegt daarmee<br />

op zichzelf nog geen onrechtmatige daad. Levert zijn gedrag echter zelfstandig, dat wil<br />

zeggen onafhankelijk van de schending van zijn contractuele verplichtingen, ook een<br />

onrechtmatige daad op, dan kan de benadeelde kiezen of hij de weg van art. 6: 74 e.v.<br />

BW, dan wel die van art. 6: 162 BW wil bewandelen. In beide gevallen zal hij<br />

hetzelfde resultaat bereiken. Als standaardarrest geldt het arrest Boogaard/Vesta. 7<br />

5.14 Voor de aansprakelijkheid ex art. 6: 162 BW dient voldaan te zijn aan vijf vereisten, te<br />

weten: onrechtmatige daad, toerekenbaarheid van de daad aan de dader, schade,<br />

causaal verband tussen daad en schade en relativiteit.<br />

Onrechtmatige daad<br />

5.15 Op grond van art. 6: 162 lid 2 worden als onrechtmatige daad aangemerkt een inbreuk<br />

op een recht en een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen<br />

volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, een en ander<br />

behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond.<br />

5 Zie daarover: Asser/Hartkamp 2001 (4-II), nr. 337.<br />

6 Art. 6: 258 lid 1 BW.<br />

7 HR 9 december 1955, NJ 1956/57.<br />

44


20300560/MVZ/cp<br />

Toerekenbaarheid<br />

5.16 Op grond van art. 6: 162 lid 3 BW kan een onrechtmatige daad worden toegerekend<br />

aan de dader, indien zij te wijten is aan zijn schuld of aan een oorzaak welke krachtens<br />

de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt.<br />

Schade<br />

5.17 Voor de vestiging van aansprakelijkheid is voldoende dat enige schade is geleden. Aan<br />

de hand van de regels in art. 6: 95 e.v. BW moet vervolgens de omvang van de<br />

schadevergoedingsplicht worden vastgesteld.<br />

Causaal verband tussen daad en schade<br />

5.18 Voor de vestiging van aansprakelijkheid is in het algemeen voldoende dat tussen daad<br />

en geleden schade een conditio sine qua non-verband bestaat.<br />

Relativiteit<br />

5.19 Op grond van art. 6: 163 BW bestaat geen verplichting tot schadevergoeding, wanneer<br />

de geschonden norm niet strekt tot bescherming tegen de schade zoals de benadeelde<br />

die heeft geleden.<br />

Onrechtmatigheid handelwijze Heineken<br />

5.20 Aangezien in deze zaak voldaan is aan de hiervoor genoemde vereisten dient de<br />

handelwijze van Heineken, ook los van de verplichtingen die voor Heineken uit de<br />

Sponsorovereenkomst voortvloeien, te worden beschouwd als onrechtmatig jegens<br />

curanda en/of haar gezamenlijke crediteuren. Uit de stukken en de afgelegde<br />

getuigenverklaringen blijkt dat ten gevolge van de afgelasting en de beslaglegging,<br />

waardoor de bedrijfsvoering van curanda volledig stil kwam te liggen, het<br />

faillissement onafwendbaar was geworden. Immers de voorgeschoten, aanzienlijke,<br />

kosten die curanda had gemaakt in het kader van de voorbereidingen van HNL 2003<br />

konden niet meer worden terugverdiend en ten gevolge van de beslaglegging konden<br />

lopende kosten niet meer worden betaald. Er is derhalve een duidelijk causaal verband<br />

tussen de gedragingen van Heineken en het faillissement. Uit de stukken blijkt dat<br />

Heineken slechts in wilde stemmen met opheffing van het beslag nadat voldoende<br />

zekerheid door curanda was gesteld, hetgeen inhoudt het stellen van een bankgarantie<br />

tot het bedrag van de begrote vordering (€ 950.000!), waartoe curanda niet in staat<br />

was. Uit de getuigenverklaringen van de heer Van Hoorn en mr. J.A. Schaap blijkt dat<br />

Heineken van het contract af wilde, waarbij zij zich had moeten realiseren dat zij<br />

curanda daarmee onevenredig veel schade zou berokkenen. De schade die curanda<br />

en/of de gezamenlijke crediteuren van curanda heeft/hebben geleden ten gevolge van<br />

de onrechtmatige daad van Heineken kan worden becijferd op het faillissementstekort,<br />

te weten de in het faillissement ingediende, en door de curator erkende,<br />

schuldvorderingen (waarvoor verwezen wordt naar de als productie 87 overgelegde<br />

crediteurenlijsten), te vermeerderen met de faillissementskosten (zoals salaris curator<br />

en verschotten), te verminderen met het faillissementsactief, dat per 9 januari <strong>2008</strong><br />

bedraagt € 1.202,25.<br />

45


20300560/MVZ/cp<br />

Ter zake van de bevoegdheid van de curator in deze zaak te ageren op grond van<br />

onrechtmatige daad wordt verwezen naar de arresten Peeters/Gatzen 8 en<br />

Lunderstädt/de Kok. 9<br />

De handelwijze van Heineken is des te meer te kwalificeren als onrechtmatig<br />

aangezien Heineken zelf, bij aanbeveling van haar toenmalige voorzitter van de Raad<br />

van Bestuur, de heer A. Ruys, d.d. 19 <strong>februari</strong> 2003 (productie 99) zich nog op een<br />

zeer positieve wijze heeft uitgelaten over de heer Van Hoorn. Zo schreef de heer Ruys<br />

op deze datum:<br />

“This is to confirm that Mr. Frank van Hoorn has worked for Heineken N.V. on various<br />

projects during the past 10 years, always with impressive result. (…) Mr. Van Hoorn has been<br />

actively involved both in the creative process of preparation and in the down to earth detailed<br />

execution of a number of our music sponsoring programs.<br />

I was personally impressed with his determination, skills, negotiating power and client<br />

awareness. His help in organizing/producing was very well appreciated with the following<br />

events:<br />

- Heineken Green Room (European dance-tour)<br />

- Heineken red <strong>Star</strong> in the US<br />

- Heineken Music Horizons in Hong Kong<br />

- Heineken Night of the Proms in the Netherlands, Switzerland and Spain<br />

- Heineken NightLive and<br />

- Heineken Crossover Awards in the Netherlands.<br />

I am pleased to recommend Frank van Hoorn on behalf of Heineken N.V.”<br />

Een dergelijke positieve beoordeling over de jarenlange werkzaamheden van de heer<br />

Van Hoorn (lees: curanda) voor Heineken maken de handelwijze van Heineken slechts<br />

5 weken later uiterst onverwacht voor curanda en onrechtmatig. Ten overvloede<br />

worden twee andere aanbevelingen van Pryor Cashman Sherman & Flynn LLP d.d. 14<br />

<strong>februari</strong> 2003 (productie 100) en van MTV Networks Europe d.d. 17 <strong>februari</strong> 2003<br />

(productie 101) in het geding gebracht. Howard Siegel advocaat bij Pryor Cashman<br />

Sherman & Flynn LLP, auteur van diverse artikelen en een boek en adjunct Professor<br />

of Law aan Fordham Law School heeft onder meer het navolgende over Frank van<br />

hoorn verklaard:<br />

“Frank van Hoorn is an individual of exceptional integrity. He conducts his business affairs in<br />

a manner that is not only extremely efficient (as evidenced by his extraordinary success over<br />

the years), but also with a refreshingly high regard for ethical rectitude and fair dealing.<br />

Frank is universally regarded as one of the most respected consultants, promoters and<br />

production entities not only throughout Europe, but around the world. His professional<br />

experiences cover the broadest possible spectrum of concert productions including several of<br />

the highly successful Heineken concert presentations, equally successful projects with Coca-<br />

Cola and a number of MTV-related concerts, all involving some of the world’s most preeminent<br />

music arts.<br />

Mr. Van Hoorn is a thoroughly professional and consistently reliable businessman. He is<br />

conscientious and thoughtful in his approach to all of his projects, irrespective of their size or<br />

economic promise. He has adapted well to the ever-shifting landscape of musical tastes and<br />

8 HR 14 januari 1983, NJ 1983/597.<br />

9 HR 21 december 2001, NJ 2005/95.<br />

46


20300560/MVZ/cp<br />

genres. Time and again he has proven himself to be among the most respected and recognized<br />

leaders in his field.<br />

I recommend Frank Van Hoorn to you unreservedly.”<br />

Op grond van deze verklaringen, enkele weken voor de door Heineken geforceerde<br />

breuk, kan worden voorbij gegaan aan de stellingen van Heineken die twijfels<br />

proberen te zaaien met betrekking tot de alom erkende integriteit, ervaring en kennis<br />

van (de directeur van) curanda. Door desalniettemin aan deze, door Heineken zelf en<br />

derden, erkende eigenschappen voorbij te gaan en, naar haar zeggen, op grond van een<br />

gebrek aan vertrouwen (in mededelingen van curanda en haar mogelijkheden<br />

verplaatsing te kunnen regelen) de keuze te maken niet mede te werken aan<br />

verplaatsing van het evenement, sterker nog beslagen te leggen en te dreigen met<br />

ontbinding van de Sponsorovereenkomst, heeft Heineken evident onrechtmatig<br />

gehandeld jegens curanda. Uit de in het geding gebrachte stukken en uit de<br />

verklaringen blijkt voldoende dat Heineken, ook los van de afspraken die partijen<br />

hadden gemaakt over verplaatsing naar september 2003, geen enkele reden had het<br />

evenement af te gelasten.<br />

VI DE DOOR GEDAAGDE TEGEN DE EIS AANGEVOERDE VERWEREN EN DE<br />

GRONDEN DAARVAN<br />

6.1 Voor de door Heineken tegen de eis aangevoerde verweren en de gronden daarvan<br />

verwijst de curator naar de brief van mr. Moons aan de curator d.d. 15 september 2004<br />

(productie 84), het hiervoor gestelde onder 2.68, alsmede naar de<br />

getuigenverklaringen van de heren H.H.F. Jansen d.d. 20 oktober 2006 (productie 94)<br />

en P. Vertregt d.d. 5 <strong>februari</strong> 2007 (productie 95). Uit deze stukken blijkt dat het<br />

verweer van Heineken kort gezegd op het volgende neerkomt.<br />

6.2 Allereerst stelt Heineken zich op het standpunt dat de oorzaak van het faillissement<br />

niet gelegen zou zijn in enige handelwijze van Heineken, maar in het aanzienlijk<br />

negatief eigen vermogen van curanda en de jaar op jaar geleden verliezen (productie<br />

84, p. 1, 2 e alinea).<br />

Dit verweer dient te worden verworpen. Uit de verklaring van Rabobank d.d. 18<br />

oktober 2007 (productie 98) blijkt dat de bancaire relatie tot de beslaglegging goed<br />

was. De bank was uiteraard op de hoogte van de jaarlijkse resultaten van curanda en<br />

het negatief eigen vermogen, maar had daarmee geen problemen. De relatie was zo<br />

goed dat kort voor het evenement nog een betaling van € 300.000 werd gefiatteerd<br />

door de bank. Er waren geen negatieve ervaringen met curanda. De medewerking van<br />

hoofdsponsor Heineken was voor financier Rabobank van essentieel belang. Dit blijkt<br />

ook uit de verklaring van Rabobank. De sponsorbijdrage van Heineken vormde<br />

immers een belangrijke zekerheid voor het verleende krediet door middel van<br />

verpanding van deze bijdrage aan de bank. Met het wegvallen van Heineken kwam de<br />

basis onder de financiering door Rabobank te vervallen. Te meer daar Heineken ook<br />

nog beslag liet leggen op activa van curanda. Onder die omstandigheden is het heel<br />

gebruikelijk dat een bank weigert nog betalingsopdrachten goed te keuren die de<br />

overstand vergroten. Voorts was Heineken ermee bekend dat het evenement<br />

47


20300560/MVZ/cp<br />

aanzienlijke aanloopkosten heeft, die pas met onder meer de kaartverkoop en de<br />

verkoop van hospitality pakketten kunnen worden terugverdiend. Een onderneming<br />

zoals curanda die zich volledig toelegt op de organisatie van een beperkt aantal grote<br />

evenementen per jaar, is dus financieel in grote mate afhankelijk van het slagen van<br />

het evenement. Onder deze omstandigheden wist Heineken, althans behoorde zij te<br />

begrijpen dat het beëindigen van de Sponsorovereenkomst en daarnaast ook nog de<br />

beslaglegging zouden leiden tot acute financiële problemen bij curanda met als direct<br />

te verwachten gevolg (indien zij de beslaglegging niet zou opheffen) een faillissement.<br />

6.3 Voorts betwist Heineken de stelling van de curator dat sprake is van een toerekenbare<br />

tekortkoming in de nakoming van de Sponsorovereenkomst, met name door niet mee<br />

te werken aan een verplaatsing van het evenement naar september 2003 (productie 84,<br />

p. 2, 2 e alinea). Daarbij voert zij onder meer aan dat curanda op grond van financiële<br />

overwegingen (de slechte kaartverkoop) niet langer zou doorgaan met de organisatie<br />

van het evenement (productie 84, p. 3, sub e). Hiermee zou het verzuim zijn<br />

ingetreden en zou een later beroep op afzeggingen wegens de oorlog niet meer opgaan.<br />

Voorts wijst Heineken erop dat zij nooit een verifieerbare mededeling van afzegging<br />

heeft ontvangen. Tevens wijst Heineken erop dat door haar in de bespreking van 4<br />

april 2003 diverse scenario’s zijn aangegeven waaronder de eventuele mogelijkheid<br />

van een noodgedwongen verplaatsing van het evenement naar september, mits onder<br />

andere daaraan voor Heineken geen verdere kosten zouden zijn verbonden. Deze<br />

voorwaarde zou niet zijn aanvaard door curanda.<br />

Dit verweer dient te worden verworpen.<br />

De curator heeft in het voorgaande zijn stelling dat sprake is van een toerekenbare<br />

tekortkoming zijdens Heineken door niet mee te werken aan verplaatsing naar<br />

september genoegzaam onderbouwd. De reden van de noodzaak van verplaatsing was<br />

niet gelegen in de tegenvallende kaartverkoop. De afzegging van de twee belangrijkste<br />

artiesten vormde de noodzaak verplaatsing van het evenement voor te stellen. Curanda<br />

is niet in verzuim geraakt ten gevolge van de afzegging van de artiesten. Aan<br />

Heineken was op 3 april 2003 de e-mail van de platenmaatschappij ter zake van de<br />

afzegging van Jay-Z doorgezonden. De stellingen van Heineken met betrekking tot de<br />

besproken scenario’s tijdens de bespreking van 4 april 2003 worden ontkracht door de<br />

verklaringen van Van Hoorn en mr. Schaap. Curanda had Heineken voorgesteld op<br />

haar kosten zorg te dragen voor de verplaatsing en het aantrekken van nog een<br />

headliner.<br />

6.4 Heineken betwist dat de beslaglegging onrechtmatig jegens curanda was (productie<br />

84, p. 5, laatste alinea). Heineken ontkent dat zij wist respectievelijk behoorde te<br />

weten dat het beslag onder de Rabobank geen verhaal voor haar vordering zou kunnen<br />

opleveren. Voorts stelt zij dat zij tijdens de bespreking van 4 april 2003 heeft<br />

medegedeeld bereid te zijn het beslag op te heffen indien curanda zou aantonen dat het<br />

beslag onder de Rabobank inderdaad geen doel diende. Heineken stelt tevens dat het<br />

niet ten gevolge van de beslagen was dat curanda niet langer in staat was aan haar<br />

lopende verplichtingen te voldoen.<br />

48


20300560/MVZ/cp<br />

Dit verweer dient te worden verworpen. Het was Heineken bekend dat curanda als<br />

zekerheid voor de met Rabobank gesloten kredietovereenkomst moest overgaan tot<br />

verpanding van haar rechten uit hoofde van de Sponsorovereenkomst. Daarmee moet<br />

het Heineken ook bekend zijn geweest dat beslag onder deze crediteur van curanda<br />

geen doel zou kunnen treffen. Het enige dat bereikt kon worden, en ook werd, was een<br />

blokkade van het onbenutte deel van de kredietruimte, c.q. de nog door de bank te<br />

accepteren overstand. Daaruit had curanda aan haar verplichtingen jegens haar<br />

crediteuren kunnen voldoen. De stelling van Heineken dat zij niet in staat zou zijn<br />

geweest aan haar verplichtingen te voldoen omdat het beslag onder Rabobank geen<br />

doel heeft getroffen is dan ook onjuist. Dit verweer is voorts ook in strijd met de<br />

verklaringen van Van Hoorn en mr Schaap.<br />

6.5 Heineken stelt dat curanda zelf verantwoordelijk is voor schade en kosten omdat zij<br />

met het annuleren van het evenement toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming<br />

van haar verplichtingen.<br />

Dit verweer dient te worden verworpen. Curanda heeft het evenement niet<br />

geannuleerd. Na afzegging van de twee belangrijkste artiesten deed zich de tussen<br />

partijen besproken situatie voor die zou moeten leiden tot verplaatsing naar september<br />

2003. Van annulering door curanda was geen sprake. Uit het vorenstaande blijkt<br />

genoegzaam dat het Heineken is geweest die het evenement heeft afgelast. Curanda<br />

wenste het evenement te verplaatsen.<br />

6.6 Heineken beschikt slechts over verklaringen van haar eigen (voormalige)<br />

medewerkers, de heren H.H.F. Jansen en P. Vertregt. De curator acht deze<br />

verklaringen onbetrouwbaar, omdat deze door werknemers van gedaagde zijn afgelegd<br />

die (in ieder geval indirect) belang hebben bij de uitkomst van deze procedure.<br />

Bovendien zijn deze verklaringen op meerdere punten strijdig met elkaar én de inhoud<br />

van de andere, meer objectieve bewijsmiddelen zoals de correspondentie tussen<br />

partijen en de verklaringen van mr. Schaap, Rabobank en Van Hoorn. De verklaringen<br />

van Heineken zijn bovendien zelfs strijdig met de standpunten die Heineken zelf, bij<br />

monde van dezelfde medewerkers, heeft ingenomen in een gerechtelijke procedure<br />

tegen ENECO. Aldus lijkt Heineken er in dit opzicht twee waarheden op na te houden<br />

en kunnen deze verklaringen het verweer van Heineken niet met succes ondersteunen.<br />

6.7. De verklaring van getuige Vertregt met betrekking tot de wijze waarop door Heineken<br />

werd omgegaan met de bevestigde afspraak ter zake van overmacht is voor de<br />

beoordeling van het geschil relevant en verdient derhalve opname in de dagvaarding.<br />

De getuige verklaart namelijk:<br />

“U houdt mij voor een e-mail van Van Hoorn aan Ruijgrok van 3 maart 2003, productie 6 bij<br />

het verzoekschrift, waarin Van Hoorn mailt dat het evenement in april doorgaat behoudens<br />

onvoorziene omstandigheden zoals een oorlog tussen de V.S. en Irak of een grote<br />

terreuraanslag. Ik ben niet op de hoogte van deze e-mail. Dit kan in elk geval geen weergave<br />

zijn van de woorden van Ruijgrok. Ik wil benadrukken dat Heineken nooit Van Hoorn heeft<br />

verplicht tot het contracteren van artiesten uit de V.S. Dat was haar eigen keuze. Voor ons was<br />

een eventuele oorlog tussen de V.S. en Irak dan ook niet relevant en wij zijn dan ook niet<br />

ingegaan op dit kunstje. We hebben steeds tegen Van Hoorn gezegd dat wij wilden dat het<br />

49


20300560/MVZ/cp<br />

doorging en dat hij dat moest regelen. Wij hadden al geïnvesteerd in de communicatie en wij<br />

beschikten niet over een open portemonnee. Het is mogelijk dat wij intern wel over de<br />

mogelijkheid van een oorlog tussen de V.S. en Irak hebben gesproken in relatie tot dit<br />

evenement, maar zeker niet zo stellig als Van Hoorn in deze e-mail weergeeft. Wij hebben<br />

herhaaldelijk tegen hem gezegd dat hij dan maar voor een andere line-up moest zorgen, zowel<br />

Ruijgrok als Scholten als ikzelf. Dit soort gesprekken zijn lang niet allemaal vastgelegd. Wij<br />

werkten al tien jaar samen, dan doe je dat niet meer.” (p. 3)<br />

In deze passage stelt getuige Vertregt dat een eventuele oorlog niet relevant zou zijn,<br />

terwijl op de overmachtmail van 3 maart 2003 van curanda aan Heineken nimmer een<br />

ontkenning van de afspraken is ontvangen door curanda. Getuige Jansen kon zich ook<br />

niet herinneren dat op deze mail, anders dan de mail van Mark Ruygrok van 5 maart<br />

2003 (waarin deze curanda bedankt voor de mail en verder niet de vastlegging van de<br />

afspraken met betrekking tot de gevolgen van een eventuele oorlog ontkent en betwist)<br />

is gereageerd. Het lijkt erop alsof Heineken intern anders met de afspraken met<br />

curanda omging dan extern en daarbij curanda in ieder geval onwetend liet van<br />

mogelijke andere bedoelingen. Vertregt spreekt over een “kunstje”, hetgeen aangeeft<br />

op welke wijze Heineken aankeek tegen curanda. Heineken hoefde niet over een “open<br />

portemonnee” te beschikken. Curanda kon uiteraard niet zo maar voor een andere lineup<br />

zorgdragen, te meer daar op verzoek van Heineken een jonger publiek moest<br />

worden bereikt, waarvoor zelfs met de hulp van Heineken USA Jay-Z is<br />

gecontracteerd (zie verklaring Van Hoorn, p. 10, 2 e alinea). Van de door getuige<br />

Vertregt gestelde gesprekken is niet gebleken.<br />

Voorts verklaarde de getuige:<br />

“U houdt mij een faxbrief van 3 april 2003 voor van de advocaat van Van Hoorn Company<br />

aan onze bedrijfsjurist Jansen, productie 17 bij het verzoekschrift. U zegt mij dat in deze brief<br />

de advocaat voorstelt het evenement uit te stellen tot september 2003, waarbij Van Hoorn<br />

Company alle daaruit voortvloeiende kosten voor haar rekening zou nemen. Ik kan mij dit<br />

voorstel niet letterlijk herinneren. Ik heb ook geen concrete herinnering aan deze brief. U zegt<br />

mij dat Van Hoorn dit voorstel op 1 april 2003 ook rechtstreeks aan mij heeft gemaild. Dat<br />

kan ik mij ook niet herinneren. Uitstel was voor Heineken ook geen optie, omdat de<br />

organisatie voor het evenement in april paste in de kalender voor jaarevenementen die wij<br />

hadden, terwijl in het najaar bovendien een concurrent in Ahoy een Night of the Proms<br />

organiseerde. Ik kan me wel discussies over uitstel herinneren, maar ons standpunt was dus<br />

steeds om dat niet te doen. Op de achtergrond speelde ook mee dat wij geen enkel inzicht<br />

kregen in de besteding van onze betaling van EUR 650.000,--. Dat was een zwart gat. Daar<br />

kwam bij dat Van Hoorn ook geen enkel inzicht verstrekte over de vraag hoe hij het op een<br />

later tijdstip financieel rond wilde breien.” (p. 4)<br />

Getuige Vertregt herinnert zich bepaalde brieven niet, die hem wel per e-mail zijn<br />

toegestuurd. Wel bevestigt Vertregt dat er over uitstel is gesproken binnen Heineken.<br />

Eigenlijk waren er volgens Vertregt op dit punt van het verhoor twee (hierna volgt<br />

ENECO nog) redenen om niet mee te werken: er was in het najaar al een ander<br />

evenement in AHOY (uit de verklaring van Van Hoorn, p. 8, 1 e alinea, blijkt dat in<br />

overleg met Heineken nu juist voor september was gekozen in verband met een aantal<br />

omstandigheden waaronder de Night of the Proms die in november 2003 zou<br />

plaatsvinden en HNL dus enige tijd daarvoor zou moeten worden georganiseerd) en<br />

Heineken had geen inzicht in de besteding. Dit punt is in de periode tot en met april<br />

2003 niet aan de orde geweest in de correspondentie. Gelet op de omstandigheden van<br />

50


20300560/MVZ/cp<br />

deze zaak en de tussen partijen gesloten overeenkomst kon Heineken dit niet als<br />

argument gebruiken om haar medewerking aan verplaatsing te onthouden. De<br />

sponsorovereenkomst legt geen enkele verplichting op curanda om de uitgaven van de<br />

sponsorvergoeding te verantwoorden aan Heineken. Slechts daar waar in art. 8.1 sub B<br />

van de sponsorovereenkomst wordt gesproken over een vergoeding van ten hoogste €<br />

68.067,03 ter zake van publiciteit is curanda verplicht bij het in rekening brengen van<br />

deze kosten aan Heineken, facturen over te leggen. Voorts bevat art. 13.4 een bepaling<br />

over de hospitality-pakketten waarover curanda recht op vergoeding van Heineken had<br />

van een bepaald bedrag van de niet genoten, maar wel begrote, winst. Ter<br />

onderbouwing van deze vordering van curanda op Heineken zou curanda financiële<br />

stukken moeten tonen aan Heineken.<br />

Voorts geldt ook dat curanda volgens de Sponsorovereenkomst niet verplicht was om<br />

aan Heineken vooraf te bewijzen hoe zij voor financiering zou zorgdragen van de 5<br />

maanden tot het verplaatste evenement in september 2003 zou plaatsvinden. Uit de<br />

verklaring van Van Hoorn (p. 10/11) blijkt dat hierbij, indien nodig, onder meer de<br />

Amerikaanse potentiële koper om hulp zou zijn gevraagd.<br />

6.8 Getuige Vertregt verklaart over het beleid van Heineken in de periode 2002 en 2003<br />

als volgt:<br />

“In 2002 en 2003 werden de sponsorbudgetten van Heineken niet groter. Ze bleven ongeveer<br />

gelijk. Wel was onze doelstelling om overschrijdingen daarvan te voorkomen door onze<br />

risico’s te verminderen en door onze directe financiële bijdrage aan een aantal grote<br />

evenementen te verlagen. Dat was ook de reden om voor dit evenement een pitch uit te<br />

schrijven. Het ging er dus om, om de beschikbare sponsorbudgetten op een slimme manier te<br />

besteden.” (p. 5)<br />

Deze verklaring vormt de kern van de zaak: de sponsorbudgetten moesten worden<br />

verlaagd en, zoals Vertregt aan Van Hoorn had medegedeeld (zie verklaring Van<br />

Hoorn, p. 9/10), werd er gewoonweg intern bekeken van welk contract Heineken<br />

zonder problemen af zou kunnen. Aldus werd een dossier gevormd tegen curanda,<br />

hoewel curanda in de veronderstelling verkeerde dat zij alles in goed overleg had<br />

geregeld ter zake van mogelijke verplaatsing en overmacht, en werd op het moment<br />

dat er inderdaad afzeggingen van de belangrijkste artiesten waren een streep onder de<br />

jarenlange relatie gezet. De afzeggingen, die partijen hadden voorzien en waarvoor<br />

partijen een regeling hadden getroffen, werden door Heineken zonder enige reden<br />

gebruikt om van het contract af te komen. Dit leidde, tezamen met de getroffen<br />

rechtsmaatregelen waardoor de bedrijfsvoering van curanda werd stilgelegd,<br />

vervolgens rechtstreeks tot de, voor Heineken te verwachten, ondergang van curanda,<br />

te meer daar de geplande overname van de baan was. Uiteindelijk heeft de curator de<br />

activa verkocht aan deze Amerikaanse partij voor een fractie van de waarde van de<br />

onderneming going concern. Hiermee staat vast dat Heineken jegens curanda<br />

toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de Sponsorovereenkomst, danwel<br />

onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld en derhalve schadeplichtig is geworden.<br />

VII BEWIJSMIDDELEN EN GETUIGEN<br />

7.1 De curator biedt aan zijn stellingen te bewijzen door middel van alle middelen<br />

rechtens waaronder het horen van getuigen. In aansluiting op de reeds tijdens het<br />

51


20300560/MVZ/cp<br />

voorlopig getuigenverhoor gehoorde getuigen zou bewijs van de stellingen van de<br />

curator kunnen worden verkregen door het horen onder meer de heren F.J.P. van<br />

Hoorn, M.P.J. Ruygrok, A.H. Scholten en E. van Manen, alsmede mevrouw mr. J.A.<br />

Schaap.<br />

VIII MACHTIGING RECHTER-COMMISSARIS EX ART. 68 FW<br />

8.1 De Rechter-commissaris in het faillissement van Van Hoorn Company B.V. heeft de<br />

curator d.d. 17 januari <strong>2008</strong> ex art. 68 lid 2 Fw gemachtigd de onderhavige procedure<br />

te voeren.<br />

IX VORDERING<br />

9.1 Gelet op het vorenstaande heeft de curator dan ook recht en belang bij een verklaring<br />

voor recht dat Heineken toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de<br />

tussen partijen gesloten Sponsorovereenkomst, danwel onrechtmatig heeft gehandeld<br />

jegens curanda en dat Heineken derhalve gehouden is de als gevolg van de<br />

toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige daad, door curanda en/of<br />

haar gezamenlijke schuldeisers geleden schade te vergoeden op grond van de artikelen<br />

6: 74 BW, respectievelijk 6: 162 BW. De hoogte van de schadevergoeding is gelijk<br />

aan de schulden van curanda voor zover deze schulden niet door vereffening van de<br />

overige baten kunnen worden voldaan, vermeerderd met de wettelijke rente daarover<br />

vanaf 18 augustus 2004 tot de dag der algehele voldoening. Onder verwijzing naar<br />

§2.71 is de vordering als volgt te specificeren:<br />

- crediteuren (inclusief engelse crediteur): € 2.368.011,98<br />

- onbetaalde boedelkosten per 10 <strong>februari</strong> <strong>2008</strong>: € 235.458,43<br />

- Totaal: € 2.603.470,41<br />

9.2 Voorts verzoekt de curator uw rechtbank Heineken te veroordelen in de<br />

buitengerechtelijke kosten. De curator heeft meermalen getracht Heineken te bewegen<br />

om aan de vorderingen te voldoen dan wel een regeling in der minne te treffen.<br />

Hiervoor zijn kosten gemaakt die ten laste van de boedel (en daarmee ten laste van de<br />

gezamenlijke crediteuren komen) die hierdoor schade lijden. Voor deze kosten wordt<br />

niet voorzien in de proceskostenveroordeling omdat deze werkzaamheden niet zijn te<br />

beschouwen als voorbereidende werkzaamheden op de procedure. De curator vordert<br />

vergoeding van deze kosten ex art. 6: 96 lid 2 sub c BW. De kosten bedragen<br />

(afgerond) € 10.000,00. Voor een specificatie wordt verwezen naar de tijdregistratie<br />

van de curator en diens medewerkers over de periode 2003-aanvang van de procedure<br />

ter zake van het voorlopig getuigenverhoor (productie 102). Een groot deel van de in<br />

2003 en 2004 bestede tijd is ten gevolge van het door de curator toen gehanteerde<br />

administratieve systeem niet meer toe te rekenen aan werkzaamheden in de<br />

onderhavige zaak. De daadwerkelijk aan deze zaak bestede tijd teneinde tot een<br />

regeling te komen en betaling in der minne te kunnen verkrijgen zal derhalve (vele<br />

malen) groter zijn.<br />

52


20300560/MVZ/cp<br />

9.3 Voor zover de hoogte van de door curanda geleden schade in deze procedure door uw<br />

Rechtbank nog niet zou kunnen worden vastgesteld verzoekt de curator uw Rechtbank<br />

op grond van art. 612 Rv Heineken te veroordelen tot schadevergoeding op te maken<br />

bij staat.<br />

MITSDIEN:<br />

het de rechtbank te Amsterdam moge behagen bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:<br />

I te verklaren voor recht dat Heineken toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming<br />

van de tussen partijen gesloten Sponsorovereenkomst, danwel dat Heineken<br />

onrechtmatig heeft gehandeld jegens curanda en dat Heineken derhalve gehouden is de<br />

als gevolg van deze toerekenbare tekortkoming, respectievelijk onrechtmatige daad,<br />

door curanda en/of haar gezamenlijke schuldeisers geleden schade te vergoeden op<br />

grond van art. 6: 74 BW, respectievelijk 6: 162 BW;<br />

II -primair Heineken te veroordelen tot betaling ten behoeve van de boedel aan eiser van<br />

de schade die curanda en/of haar gezamenlijke schuldeisers heeft/hebben geleden tot<br />

het bedrag van € 2.603.470,41, te vermeerderen met de buitengerechtelijke kosten ad €<br />

10.000,00, totaal derhalve € 2.613.470,41, zegge: tweemiljoen zeshonderddrieduizend<br />

vierhonderdzeventig euro en eenenveertig eurocent, vermeerderd met de wettelijke<br />

rente daarover vanaf 18 augustus 2004 tot de dag der algehele betaling;<br />

- subsidiair Heineken te veroordelen tot betaling ten behoeve van de boedel aan eiser<br />

van het bedrag van de schulden van curanda voor zover deze schulden niet door<br />

vereffening van de overige baten kunnen worden voldaan, vermeerderd met de<br />

buitengerechtelijke kosten ad € 10.000,00 en de wettelijke rente over deze bedragen<br />

vanaf 18 augustus 2004 tot de dag der algehele voldoening;<br />

-meer subsidiair Heineken te veroordelen tot betaling ten behoeve van de boedel aan<br />

eiser van de schade die curanda en/of haar gezamenlijk schuldeisers heeft/hebben<br />

geleden als gevolg van de aan gedaagde toe te rekenen tekortkoming(en), en/of<br />

onrechtmatig handelen als omschreven in deze dagvaarding, onder bepaling dat deze<br />

schadevergoeding nader opgemaakt dient te worden bij staat en vereffend dient te<br />

worden volgens de wet, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 18<br />

augustus 2004 tot de dag van algehele voldoening;<br />

III Heineken te veroordelen in de kosten van deze procedure, te vermeerderen met de<br />

kosten voor het voorlopig getuigenverhoor, te vermeerderen met de wettelijke rente<br />

over voornoemde kosten vanaf 14 dagen na de datum van het vonnis;<br />

IV het vonnis, met inbegrip van de kostenveroordeling te waarmerken als Europese<br />

executoriale titel;<br />

53


De kosten van dit exploot zijn voor mij, deurwaarder:<br />

Deze zaak wordt behandeld door:<br />

M.R. van Zanten<br />

<strong>CMS</strong> <strong>Derks</strong> <strong>Star</strong> <strong>Busmann</strong> NV<br />

Postbus 94700<br />

1090 GS Amsterdam<br />

T 020 - 301 63 11<br />

F 020 - 301 63 31<br />

E marc.vanzanten@cms-dsb.com<br />

20300560/MVZ/cp<br />

54


TUSSENTIJDS FINANCIEEL VERSLAG d.d. 9 januari <strong>2008</strong><br />

in het faillissement van: Van Hoorn Company B.V.<br />

Faillissementsnummer 03.0319F<br />

Datum uitspraak 17 juni 2003<br />

Rechter-commissaris mr. R.H.C. Jongeneel<br />

Curator mr. M.R. van Zanten<br />

betrekking hebbend op <strong>verslag</strong> nrs. 1 - 12<br />

A. BATEN subtot. incl. BTW mutaties totaal Af te dragen BTW<br />

1. aangetroffen middelen<br />

kas € 40,00 € - € 40,00<br />

bank € 1.614,72 € - € 1.614,72<br />

giro € - € - € -<br />

2. opbrengsten verkopen<br />

opbrengsten verkopen € 65.135,00 € - € 65.135,00 €<br />

239,50<br />

kosten ivm verkoop € - € - € - €<br />

-<br />

3. debiteuren<br />

prae-faillissement debiteuren € - € - € -<br />

boedeldebiteuren € 133.875,00 € - € 133.875,00 € 21.375,00<br />

4. overige baten<br />

boedelbijdrage € 13.783,05 € - € 13.783,05<br />

restituties verzekeringen € 1.624,71 € - € 1.624,71<br />

rente € 810,55 € 34,83 € 845,38<br />

5. totaal € 216.883,03 € 34,83 € 216.917,86 € 21.614,50<br />

B.<br />

REEDS BETAALDE<br />

VERSCHOTTEN /<br />

BOEDELSCHULDEN subtot. incl. BTW mutaties totaal<br />

Terug te ontvangen<br />

BTW<br />

salaris curator € 85.400,09 € - € 85.400,09 € 13.635,31<br />

publicatiekosten € - € - € - €<br />

-<br />

uittreksel € - € - € - €<br />

-<br />

gas / water / electra € - € - € - €<br />

-<br />

verzekeringen € - € - € - €<br />

-<br />

fiscus € - € - € -<br />

bedrijfsvereniging € - € - € -<br />

taxatiekostsen schilderijen € 238,00 € - € 238,00 €<br />

38,00<br />

afdracht Rabobank debiteur € 126.375,00 € - € 126.375,00 €<br />

-<br />

veilingkosten schilderijen € 130,25 € - € 130,25 €<br />

20,81<br />

voorschot verschotten curator € 3.572,27 € - € 3.572,27 €<br />

570,36<br />

6. totaal € 215.715,61 € - € 215.715,61 € 14.264,48<br />

C. THANS NOG BESCHIKBAAR<br />

totaal A € 216.795,60 € - € 216.917,86<br />

totaal B € 203.815,61 € - € 215.715,61<br />

7. saldo boedelrekening € 12.979,99<br />

€<br />

1.202,25


Lijst der ingediende boedelcrediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod<br />

e<br />

plaats referentie €<br />

Nuon Customer Care Center Postbus 40021 6803 HA ARNHEM Contractrekening € 1.632,02<br />

: 3001606383<br />

Rabobank Achterhoek<br />

p/a Mr D.J. Kramer Koopmanslaan 3 7005 BK DOETINCH Boedelbijdrage € 77.250,00<br />

Noord<br />

EM procedure<br />

Heineken<br />

Fendere Legal<br />

T.a.v. mevrouw M.C.L.<br />

1058 BC Amsterdam Factuur 6.043 € 884,95<br />

Consulting<br />

Roet Hoofdweg 30<br />

Totaal € 79.766,97<br />

1/1


Lijst der ingediende preferente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod<br />

e<br />

plaats referentie €<br />

Belastingdienst<br />

Postbus 58977 1040 EH Amsterdam Omzetbelasting; € 123.318,00<br />

Amsterdam<br />

8068.71.477.F01<br />

2501<br />

openstaande € 5.510,00<br />

kosten<br />

Omzetbelasting; € 151.836,00<br />

8068.71.477.F01<br />

1501<br />

openstaande<br />

kosten<br />

€ 9,00<br />

UWV GAK Afdeling Incasso-ABB Postbus 8300 1005 CA Amsterdam INC-ABB 025-<br />

1<strong>22</strong>.829.69-01-<br />

01<br />

€ 28.940,30<br />

Totaal € 309.613,30<br />

1/1


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

1. Ahoy Rotterdam T.a.v. Mw. M. Postbus 5106 3008 AC ROTTERDAM Factuurnummer: 20- € 101.559,36<br />

Pubben<br />

30.089.<br />

Debiteurnummer:<br />

94092<br />

2. Airworks B.V. T.a.v. L.R.J.M. Maes Bloemendalerw 1382 KB WEESP Factuurnummer: 541. € 1.863,00<br />

eg 51<br />

Maskers Gordon<br />

Airworks B.V. T.a.v. Alex van<br />

Oostrom<br />

Jacob van<br />

Lennepstraat<br />

32 hs<br />

1053 HJ AMSTERDAM Factuurnummer:<br />

23230<br />

€ 2.380,00<br />

3. All Arts<br />

T.a.v. D. Molenaar Postbus 867 3000 AW ROTTERDAM Factuurnr.: 20807; € 3.303,44<br />

Belastingadviseurs<br />

21273; 30261; 30449<br />

4. Ampco Pro Rent B.V. T.a.v. de heer W. Zonnebaan 42 3542 EG UTRECHT Factuurnummer: € 54.659,68<br />

Kurpershoek<br />

0302140439 en<br />

0302140437<br />

5. Amsterdamse<br />

Assurantie Groep<br />

T.a.v. Ger Balk Postbus 75846 1070 AV AMSTERDAM € 243,95<br />

6. Aqua System B.V. T.a.v. A.J. van Edelgasstraat 2718 SX ZOETERMEE<br />

Factuurnummer: € 21,39<br />

Heeschwijk 50<br />

R<br />

687437.Klantnummer:<br />

7. AT5 T.a.v. mevrouw C.<br />

Scheelings<br />

8. Bazar B.V. T.a.v. N.A. van<br />

Rijswijk<br />

9. Belaf Van<br />

Schoonhoven B.V.<br />

10. Bizon Mediagroep T.a.v. mevrouw E.<br />

B.V.<br />

de Wijer<br />

Postbus 3976 1001 AT AMSTERDAM Factuurnrs. 20320372<br />

en 20320394<br />

€ 3.566,64<br />

Postbus 23106 3001 KC ROTTERDAM Factuurnummer: H /<br />

03020097<br />

€ 300,00<br />

Postbus 82 2990 AB BARENDREC<br />

HT<br />

0802/JK/PW € 1.200,71<br />

Spinnerij 21 1185 ZN AMSTELVEEN Factuurnummer:<br />

<strong>22</strong>010431.20030443<br />

€ 12.127,39<br />

1/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

11. Blue in Green T.a.v. de heer E. Nieuwe 1018 EG AMSTERDAM Factuurnummer: € 30.202,20<br />

entertainment Holman<br />

Prinsengracht<br />

2003004; 2003010;<br />

consultancy<br />

31<br />

2003011<br />

12. Boukje van der Kemp Argonautenstra 1076 KR AMSTERDAM Factuurnummer: € 1.803,06<br />

at 40-1<br />

200318<br />

13. Brandwacht & Meijer T.a.v. J. Margarita Hyperonenweg 3542 AG UTRECHT Factuur:<br />

€ 18.267,29<br />

B.V.<br />

30<br />

20030147;20030180;2<br />

0030194;20030197;20<br />

030<strong>22</strong>9;20030234;200<br />

30306<br />

14. Buma Mw. A. Bosman Postbus 3080 2130 KB HOOFDDORP 130023 € 65.914,23<br />

15. Business Variety<br />

Services<br />

T.a.v. de heer F.<br />

Alyan<br />

Postbus 9340 1006 AH AMSTERDAM Factuurnr.: 520657;<br />

530035; 530061;<br />

530083; 530106;<br />

5301<strong>22</strong>; 530150;<br />

530172; 530211<br />

€ 2.066,27<br />

16. C.Iris F&A<br />

Debiteurenbeheer<br />

Betty Hesterman P.O. Box 98 1200 AB HILVERSUM € 156,01<br />

17. C.P. Harleman GRONINGEN € 130,95<br />

18. Carmenian Gospel T.a.v. C. Ritfeld Voorhaven 149 3025 HE ROTTERDAM "Gordon met z'n Lijf in € 4.500,00<br />

Singers<br />

Ahoy" 5 en 6 april<br />

2003<br />

19. Centraal beheer T.a.v. J.D. van Postbus 700 7300 HC APELDOORN Beëindiging WAO- € 212,05<br />

achmea<br />

Veenendaal<br />

Zekerheidsplan Van<br />

Hoorn Company B.V.<br />

Centraal beheer<br />

achmea<br />

T. Karelse Postbus 700 7300 HC APELDOORN 32-67-00214938 € 141,99<br />

20. CFS Bakel B.V. T.a.v. de heer H. P.O. Box 1 5760 AA BAKEL Factuurnummer: € 6.316,91<br />

Nooyen<br />

2003092<br />

2/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

21. Coöperatieve P/a<br />

Koopmanslaan 7005 DK Doetinchem € 926.991,16<br />

Rabobank Berkelland Advocatenkantoor 3<br />

U.A.<br />

DKA B.V. i.o., t.a.v.<br />

de weledelgestrenge<br />

heer mr. D. K ramer<br />

<strong>22</strong>. Cue 4 You B.V. Postbus 101 1110 AC DIEMEN Factuurnummer: 1365- € 14.200,51<br />

C03<strong>22</strong>45<br />

23. Culligan B.V. T.a.v. mevrouw A. Lemelerbergwe 1101 AH AMSTERDAM<br />

Factuurnummers: € 101,75<br />

van Tol<br />

g 35-B<br />

ZUIDOOST<br />

23019959 en<br />

23088545.<br />

Debiteurnummer<br />

201170<br />

24. Cum Laude Events T.a.v. W.H. Ter Steeghe 3331 LX ZWIJNDRECH<br />

Factuurnummer: € 455,66<br />

Wapenaar Ring 55<br />

T<br />

230498<br />

25. Cupie Producties T.a.v. mevrouw G. Nieuw 1231 KT LOOSDRECH<br />

Factuurnummer: € 11.014,71<br />

Cupers<br />

Loosdrechtsedij<br />

k 199<br />

T<br />

030328 en 030429<br />

26. D.C. & C Payroll T.a.v. Mw. S. van Postbus 2642 1000 CP AMSTERDAM<br />

€ 7.494,62<br />

Holding B.V. Soest<br />

27. Danka Nederland<br />

B.V.<br />

28. De heer A.D.J.<br />

Idenburg<br />

29. De heer/mevrouw R.<br />

Waldt<br />

Factuur:<br />

308828;316269;316<br />

287;317159;317203<br />

T.a.v. S. Arslan Postbus 256 3440 AG WOERDEN 134813 € 210,78<br />

Nassaukade<br />

317-3<br />

Zandershoeve<br />

56<br />

1053 LS AMSTERDAM Rekening nr. 03-001 € 1.190,00<br />

5708 TC HELMOND € 43,65<br />

3/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

30. De Volkskrant Afdeling<br />

Debiteurenbeheer<br />

Postbus 2104 1000 LC AMSTERDAM Abonneenr.: 2424085 € 27,63<br />

31. Debitel Nederland BV T.a.v. R. Lieman Postbus 6700 2130 LT HOOFDDORP Debiteurennummer:<br />

7100160310<br />

€ 118,70<br />

32. Deniz Kumas Amsteldijk 103d 1074 JE AMSTERDAM GORDON met z'n<br />

LIJF IN AHOY<br />

€ 1.763,00<br />

33. Drukkerij van Soelen Via Loyens & Loeff, Postbus 71170 1008 BD AMSTERDAM Fact. nr. 618,orde € 39.728,15<br />

B.V.<br />

mr. W.A.<br />

nr.8446; fact. Nr.<br />

Westenbroek<br />

6217, orde nr.8482;<br />

fact. Nr. 6218,orde<br />

nr.8481; fact. Nr.<br />

6219, orde nr.8480<br />

34. Ducos/ACR T.a.v. mevrouw K.<br />

Touw<br />

P.O. Box 19153 3001 BD ROTTERDAM 3.165 € 2.014,00<br />

35. Dutch View B.V. T.a.v. mevrouw A. Postbus 116 1200 AC HILVERSUM Factuurnummer: € 33.736,50<br />

Dekker<br />

101<strong>22</strong>82.4 Gordon<br />

Concert Ahoy -<br />

Deelbetaling 2<br />

36. Waternet P/a Dienst Postbus 12142 1100 AC AMSTERDAM Aanslagnummers: O3- € 179,49<br />

Belastingen<br />

20511348 en O3-<br />

<strong>22</strong>415274<br />

37. Ecco Fatto! B.V. T.a.v. de heer J.P. Nieuwe 1011 RN AMSTERDAM Factuurnummer: € 5.414,50<br />

Commandeur Herengracht 47<br />

0310007 en 0310055<br />

38. Emergency Responce T.a.v. de heer<br />

Unit<br />

M.G.J. Fabels<br />

39. EMI Compact Disc<br />

(Holland) B.V.<br />

40. EnRico glas &<br />

Keramiek bedrukking<br />

Hulshorststraat 2573 ER DEN HAAG Factuurnummer: 2003- € 5.149,01<br />

206<br />

006; 2003-007<br />

Industrielaan 24 5406 XC UDEN Transaction Number<br />

0352985<br />

€ 9.460,50<br />

Heuveloord 130 3523 CK UTRECHT Factuurnummer:<br />

1569; 1570<br />

€ 2.451,40<br />

4/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

41. Entertainment Group T.a.v. C.T. Pince P.O. Box 27 1200 AA HILVERSUM Factuurnummer: € 1.060,00<br />

Music<br />

van der Aa<br />

30144.<br />

Projectnummer: 3326<br />

42. Esther Brokke<br />

Communicatie<br />

training events<br />

T.a.v. mevrouw E.<br />

Brokke<br />

Tweede Hugo<br />

de Grootstraat<br />

10-2hg<br />

1052 LC AMSTERDAM Showcalling<br />

"Heineken Night Live<br />

Steam"<br />

7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />

00/021466<br />

7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />

00/021466<br />

7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />

00/011175<br />

7324 AB APELDOORN kontraktnummer:<br />

00/021466<br />

€ 3.641,00<br />

43. Eswé Autoleasing Laan van de<br />

Dierenriem 41<br />

€ 594,63<br />

44. Eswé Autoleasing Laan van de<br />

Dierenriem 41<br />

€ 247,52<br />

Eswé Autoleasing Laan van de<br />

Dierenriem 41<br />

€ 2.284,80<br />

Eswé Autoleasing Laan van de<br />

Dierenriem 41<br />

€ 275,99<br />

45. Falck Nederland B.V. T.a.v. mevrouw G.<br />

van Elk<br />

Postbus 3101 <strong>22</strong>80 GC RIJSWIJK Klant 9000242 € 1.267,04<br />

46. Flashlight Rental B.V. T.a.v. de heer W. P/a Zonnebaan 3542 EG UTRECHT Factuurnummer: € 714,00<br />

Kurpershoek 42<br />

0332140674<br />

47. Flynt Bed & Breakfast T.a.v. I. Sap 1e<br />

Helmersstraat<br />

34<br />

1054 DH AMSTERDAM Van Hoorn Company € 780,00<br />

48. FNV KIEM T.a.v. N.H.G. Postbus 9354 1006 AJ AMSTERDAM Factuurnummer: 03- € 1.590,00<br />

Beltman<br />

008<br />

49. Focus<br />

T.a.v. O.J.Q.M. Isolatorweg 36 1014 AS AMSTERDAM Factuurnummer: VF3- € 8.635,44<br />

Showequipment B.V. Sikking<br />

01192; VF3-01288;<br />

VF3-01291; VF3-<br />

01306; VF3-01290<br />

5/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

50. G&D Promotions T.a.v. de<br />

Postbus 1178 1500 AD ZAANDAM dossier 16706, € 2.754,85<br />

weledelgestrenge<br />

heer mr. F.R. Duijn<br />

G&D/Van Hoorn, FD/jl<br />

51. Gemeente<br />

Waterleidingbedrijf Postbus 8169 1005 AD AMSTERDAM Relatienummer: € 114,88<br />

Amsterdam<br />

5114556<br />

52. Gemeente<br />

Amsterdam Dienst<br />

Belastingen<br />

Postbus 23475 1100 DZ AMSTERDAM 903272 € 5.526,20<br />

53. Gordon Made in<br />

p/a Postbus 1250 AP LAREN Factuurnummer: € 37.264,85<br />

Holland B.V.<br />

631<br />

06079; 06080;06082<br />

54. Guyra International Afdeling<br />

K.P. van der 3062 MB ROTTERDAM Ref.nr.: 000779 € 61,29<br />

B.V. Arbodienst Debiteurenbeheer Mandelelaan 30<br />

55. Hays<br />

Informatiebeheer B.V.<br />

T.a.v. de heer D.<br />

Baarda<br />

Schepenbergw<br />

eg 1<br />

1105 AS AMSTERDAM<br />

ZUIDOOST<br />

Factuurnummer: VHC-<br />

INC 303 t/m 306 en<br />

VHC-COM 303 t/m<br />

306<br />

€ 1.121,16<br />

56. Het Parool B.V. Postbus 507 1000 AM AMSTERDAM Nota nr. 000189813 € 2.864,57<br />

57. Holland Media Groep T.a.v. mevrouw T.<br />

Hilligehekken<br />

Postbus 15016 1200 TV HILVERSUM Factuur: 60000152;<br />

Debiteur: 12003;<br />

Bedrijfsnummer: N120<br />

€ 199,92<br />

58. Hotel New York B.V. T.a.v. de heer M. Koninginnenho 3072 AD ROTTERDAM Factuur: 003412; € 5.642,10<br />

van Os<br />

ofd 1<br />

003487<br />

59. Ibis Accor Hotels T.a.v. mevrouw K. Bizetlaan 1 3533 KC UTRECHT Factuurnummer: 0880- € 358,19<br />

van Dam<br />

35482<br />

60. Iding & Franssen B.V. T.a.v. Drs. B. Iding Postbus 93013 1090 BA AMSTERDAM Factuurnummer:<br />

3056/1862; 3056/1906<br />

€ 3.312,37<br />

6/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

61. Image Hosting B.V. Postbus 101 1110 AC DIEMEN Factuurnummer: 1365- € 2.650,00<br />

I031393<br />

62. Imprimerie Hecht P/a Mr R. Forestini Avenue<br />

Adolphe Buyl,<br />

173<br />

1050 BRUXELLES België 11288805/RF/MBR/11 € 3.851,35 + PM<br />

63. Intrum Justitia T.a.v. mevrouw M. Postbus 84096 2508 AB DEN HAAG Ref. 71034391 € 6.026,07<br />

van Campenhout<br />

America Express<br />

Services<br />

64. Jac van der Veen T.a.v. J.Th.C. Konijn Postbus 3262 <strong>22</strong>80 GG RIJSWIJK Factuurnummer:<br />

031385<br />

Debiteurnummer:<br />

11106<br />

€ 1.679,02<br />

65. Jacbell Productions T.a.v. J.W. Versteeg PC Hooftstraat 1071 CG AMSTERDAM Factuurnummer: JB- € 10.600,00<br />

B.V.<br />

154<br />

030-03<br />

66. JVR audiovisual B.V. postbus 3111 4700 GC ROOSENDAA<br />

Factuurnummer:3001 € 11.751,25<br />

L<br />

31; Debiteurnummer:<br />

4005<br />

67. Kamer van<br />

Koophandel<br />

Amsterdam<br />

68. Karin Amatmoekrim Nwe<br />

Prinsengracht<br />

86 hs<br />

69. Karis van Cadsand Minervalaan 67ll<br />

70. Klos Morel Vos & Jacqueline A.<br />

Schaap<br />

71. Kluwer Credit<br />

Management<br />

Schaap<br />

De heer W.J.M. van<br />

Leeuwen<br />

Postbus 2852 1000 CW AMSTERDAM Factuurnr. 500432857 € 16,00<br />

1018 VV AMSTERDAM Kenmerk: Hoorn 03;<br />

Hoorn 04; Hoorn 05<br />

€ 10.160,00<br />

1077 NR AMSTERDAM Factuurnummer:<br />

030414-09<br />

€ 1.803,06<br />

Postbus 75988 1070 AZ AMSTERDAM JS030091 € 2.545,02<br />

Postbus 4 2400 MA ALPHEN A/D<br />

RIJN<br />

7/13<br />

Factuurnrs. 84730093<br />

en 100535749<br />

€ 384,72


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

72. Kooyman Publiciteit T.a.v. D.W. Zegenstraat 53 3082 XP ROTTERDAM Factuurnummer: € 4.599,35<br />

Koouman<br />

b<br />

20030305<br />

73. Koppig Make-up & T.a.v. J. de Vries Oud<br />

3741 MP BAARN Factuurnummer: € 1.298,53<br />

Haar<br />

Eemnesserweg<br />

5 G<br />

030.309<br />

74. KPMG & Co T.a.v. A.J. de Bruin Postbus 74600 1070 DE AMSTERDAM 4049400 / 2504160 /<br />

3365730<br />

€ 6.235,60<br />

75. KPN Billing Postbus 13000 9700 AE GRONINGEN deb.nr. 000034451,<br />

factuurnrs. 20030600<br />

en 20030300<br />

€ 61,86<br />

76. KPN NV T.a.v. de<br />

Postbus 58800 1040 JA AMSTERDAM Telefoonaansluitnum € 156,94<br />

heer/mevrouw R.R.<br />

Haring<br />

mer: 020-6715730<br />

77. Lassche Advocaten T.a.v. N. ter Heegde Postbus 7 7500 AA ENSCHEDE Factuurnummer:<br />

107146; 107145<br />

€ 15.900,00<br />

78. Lila T.a.v. mevrouw L. Gouwe <strong>22</strong> 2911 GA NIEUWERKE<br />

Lila voor Gordon 2003 € 3.700,53<br />

Ammerlaan<br />

RK A/D<br />

IJSSEL<br />

79. Metin Kumas Amsteldijk 103d 1074 JE AMSTERDAM GORDON met z'n<br />

LIJF IN AHOY<br />

€ 1.763,00<br />

80. Metro Holland B.V. T.a.v. de heer A. Postbus 90009 1006 BA AMSTERDAM Factuurnummer: € 12.138,00<br />

Bokma<br />

29750; 29960<br />

81. MSN & Operations Boeing Avenue 1119 PE SCHIPHOL-<br />

Invoice MSN € 1.500,00<br />

30<br />

RIJK<br />

230448903 date 25<br />

april 2003<br />

82. Muziek- en<br />

Renata Vis Graafsebaan 5242 JM ROSMALEN € 4.462,50<br />

Showbureau Jan Vis<br />

40<br />

83. MW-Events T.a.v. M.C. Ertskade 346 1019 EZ AMSTERDAM Factuurnummer: € 38.615,50<br />

Wijnands<br />

200303; 200301;<br />

200304<br />

8/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

84. Nederlands Instituut T.a.v. H. Post Postbus 1060 1200 BB HILVERSUM Factuurnummer: € 1.933,16<br />

voor Beeld en Geluid<br />

50031775;50030961<br />

85.<br />

Palmpolstraat 5<br />

ALMERE<br />

Neopost B.V.<br />

1327 CA STAD D 100064 € 239,19<br />

86. Nespresso Nederland<br />

Burg.<br />

1101 AA AMSTERDAM klantnummer 30086 € 102,85<br />

B.V.<br />

Stramanweg<br />

108-B<br />

87. NO Strezz Fatma Seref Karaca Asterweg 20 P1 1031 HN AMSTERDAM € 2.082,50<br />

88. NOB Decor B.V. T.a.v. A. Beemer Postbus 203 1200 AE HILVERSUM VKF21658;<br />

VKF<strong>22</strong>154;VKF<strong>22</strong>523<br />

€ 49.087,50<br />

89. Noordzee 100.7 FM De heer M. Brian Postbus 102 1200 AC HILVERSUM Ref.nr.:<br />

NFM/MBr/0059.2003<br />

€ 892,50<br />

90. Nuon Customer Care Postbus 40021 6803 HA ARNHEM Contractrekening: € 1.632,02<br />

Center<br />

T.a.v. mevrouw M.<br />

3001606383<br />

Nuon<br />

Prins-Koster Postbus 384 1800 AJ ALKMAAR 3001606383 € 2.335,55<br />

91. Opta Postbus 90420 2509 LK DEN HAAG OPTA/BDV/2003/2033 € 61,00<br />

57<br />

92. Park Plaza Utrecht T.a.v. J. Soedamah Westplein 50 3531 BL UTRECHT Factuurnummer:<br />

211542<br />

€ 315,74<br />

93. PCM Landelijke T.a.v. Mr. A.E.M. Postbus 92 5460 AB VEGHEL 20031453.AB.MV € 16.653,77<br />

Dagbladen B.V. Bierens<br />

94. Powerplay Agency T.a.v. de heer E.R. Koningshof 3 1211 MG HILVERSUM Factuurnummer: € 2.120,00<br />

Fijn<br />

03101<br />

95. Pricewaterhouse T.a.v. de heer H. Pot Postbus 379 1800 AJ ALKMAAR Declaratienummer: € 10.174,50<br />

Coopers Accountants RA<br />

2873-1324; 2873-<br />

N.V.<br />

1431;2873-1357<br />

9/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod<br />

e<br />

96. Primary Talent Peter Maloney 2-12 Pentonville<br />

International<br />

Road<br />

plaats<br />

LONDEN N1<br />

9PL<br />

referentie € Eng<br />

Ponden<br />

97. RDNA T.a.v. N.W.A. Sloestraat 10-3 1078 BG AMSTERDAM Factuurnummer: 0304<br />

Hverkort<br />

03; 0401 03<br />

98. Reed Business T.a.v. M. de Koning Postbus 4 7000 BA DOETINCHEM Debiteurnummer:<br />

Information<br />

70023704<br />

99. Rob Schreuder T.a.v. R. Schreuder Ploeglaan 60 3755 HV EEMNES Factuurnummer:<br />

Fotografie<br />

030624<br />

100. Roturs Enetco Groep T.a.v. de heer Torenmolen 81 2992 DH BARENDREC<br />

klantnummer 152074 /<br />

B.V.<br />

R.D.M. Tielen<br />

HT<br />

factuurnummer 30137<br />

101. Sanne van<br />

Nieuwenhuijzen<br />

T.a.v. S. van<br />

Nieuwenhuijzen<br />

Silodam 240 1013 AS AMSTERDAM Factuurnummer:<br />

2003/004; 2003/005<br />

€ 690,20<br />

€ 150,00<br />

€ 1.661,49<br />

€ 2.451,40<br />

€ 9.586,04<br />

102.<br />

producties<br />

Sargentini B.V. Bolstoen 30 1046 AV AMSTERDAM Sargentini B.V. tegen<br />

Van Hoorn Company<br />

B.V.<br />

€ 341,20 £7.500,00<br />

103. Seabourne Express T.a.v. Mw. S. Postbus 75060 1117 ZP Schiphol-Oost Factuurnummer: € 308,92<br />

Couriers B.V. Hassankhan<br />

40100331; 00177457<br />

104. Security Concepts<br />

Postbus 101 1110 AC DIEMEN Factuurnummer: 1365- € 21.505,04<br />

B.V.<br />

S032669; 1365-<br />

S032645<br />

105. SENA Administratie T.a.v. I. Soria Postbus 969 3000 AZ ROTTERDAM Debiteurnummer:<br />

414963561<br />

€ 244,49<br />

106. Sightline Productions T.a.v. J. Huele Keulsekade 3534 AC UTRECHT Factuurnummer: 2003- € 43.371,50<br />

216<br />

066; 2003-067; 2003-<br />

092<br />

107. SNT Connect B.V. T.a.v. J. Bos Postbus 253 2700 AG ZOETERMEE<br />

R<br />

Kenmerk: 901438700 € 980,65<br />

10/13


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

108. <strong>Star</strong> Koeriers T.a.v. G.E. Postbus 374 1200 AJ HILVERSUM Factuurnummer:0171 € 65,45<br />

Timmermans<br />

04<br />

109. Stay-tuned Luitgardeweg 1211 NB HILVERSUM Factuurnummer: € 1.416,00<br />

24<br />

03012<br />

110. Stichting<br />

T.a.v. C. Cordova Verwersstraat 5211 HZ s-<br />

Nota nr. 2003.005 opt € 5.300,00<br />

Medicamento<br />

88<br />

Hertogenbosc<br />

h<br />

111. Tailor-Made Incasso T.a.v. Mw. A.E. de Postbus 4114 6803 EC ARNHEM WEKA-<strong>22</strong>1070- € 276,66<br />

B.V.<br />

Vries<br />

314699<br />

112. Ten Feet B.V. T.a.v. de heer W. P/a Zonnebaan 3542 EG UTRECHT Factuurnummer: € 9.018,71<br />

Kurpershoek 42<br />

0335140055<br />

113. The Mojo Barriers T.a.v. de heer P. P.O. Box 196 3417 ZK MONTFOORT<br />

Factuurnummer: € 4.364,92<br />

Jordan<br />

HOLLAND<br />

190.02; 051.03<br />

114. Ticket Service T.a.v. P.A. van Eisenhouwerlaa 2517 KM DEN HAAG 44503081 Ticket € 36.000,00<br />

Nederland B.V. Ruijver<br />

n 118<br />

Service Nederland<br />

B.V./ Van Hoorn<br />

Company B.V.<br />

115. TKB B.V. T.a.v. L. Immerzeel Postbus 117 1000 AC AMSTERDAM 50423 € 30.325,16<br />

116. Total Transport<br />

Services B.V.<br />

Tienboerenweg<br />

26<br />

3641 RA MIJDRECHT Factuurnummer: 1365-<br />

T021855; 1365-<br />

T031885; 1365-<br />

T031880;<br />

117. TPG Post Postbus 6500 2130 LB HOOFDDORP Klantnummer:<br />

9175266<br />

118. Uniglobe Landzichtweg 4105 DP CULEMBORG Factuurnummer:<br />

66<br />

110131, 110299,<br />

110326, 110384,<br />

110403 en 110414<br />

11/13<br />

€ 711,26<br />

€ 1.482,93<br />

€ 249,83


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

119. United<br />

T.a.v. de heer R. Naarderweg 16 1217 GL HILVERSUM Factuurnummer: € 3.596,17<br />

PostProduction B.V. Massier<br />

030865, 030795,<br />

030607 en 030644<br />

120. UOME B.V. T.a.v. Frank van<br />

Hoorn<br />

Postbus 94266 1090 GG AMSTERDAM € 20.420,10<br />

UOME B.V. T.a.v. Frank van<br />

Hoorn<br />

Postbus 94266 1090 GG AMSTERDAM Invoice no. 2005-02 € 35.700,00<br />

121. Van Der elst B.V. Weesperstraat 1112 AP AMSTERDAM Factuurnummer: € 148,76<br />

136<br />

20030529; 20030898;<br />

20031290; 20031603<br />

1<strong>22</strong>. Van Rossum<br />

Entertainment<br />

Facilities BV<br />

T.a.v. Marc Voorn Westerdreef 5p 2152 CS NIEUW<br />

VENNEP<br />

€ 2.908,36<br />

123. Vereniging Buma Postbus 3080 2130 KB HOOFDDORP Factuurnummer<br />

100381506<br />

€ 43.307,28<br />

124. Viking Direct Columbusweg<br />

33<br />

5928 LA VENLO € 198,37<br />

125. W. van Delsen kornet 18 3068 LN ROTTERDAM Factuurnummer:<br />

200310<br />

€ 2.082,39<br />

126. XS4All Afdeling Incasso Postbus 1848 1000 BV AMSTERDAM 131524 € 365,87<br />

XS4All Internet B.V. T.a.v. Edmond Tse Postbus 1848 1000 BV AMSTERDAM 80061 € 60,99<br />

127. Young Urbans v.o.f. T.a.v. de heer J.A. Hoogstraat 43A 3011 PE ROTTERDAM Factuurnummer:<br />

Prins<br />

YU00<strong>22</strong><br />

128. C.P. den Heijn Trompetstraat 3335 DG ZWIJNDRECH<br />

45<br />

T<br />

12/13<br />

€ 2.945,25<br />

€ 176,40


Lijst der ingediende concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod plaats referentie € Eng<br />

e<br />

Ponden<br />

129. Martijn van der Werff T.a.v. de heer M. <strong>Star</strong>ingplein 2 1054 VK AMSTERDAM Factuurnummers € 3.658,14<br />

Project Management, van der Werff<br />

03/017/011 en<br />

Productie, Stage<br />

Management<br />

03/017/012<br />

Totaal € 1.968.591,55 + PM<br />

13/13<br />

£7.500,00


Lijst der ingediende betwiste concurrente crediteuren in het faillissement Van Hoorn Company B.V. Failissementsnr.: 03.319F<br />

Rechter-Commissaris:<br />

mr R.H.C. Jongeneel<br />

Curator: mr M.R. van Zanten<br />

bedrijf T.a.v. adres postcod<br />

e<br />

plaats referentie €<br />

Heineken Nederland P/a de<br />

Herengracht 1017 BR AMSTERDAM € 650.998,66<br />

B.V.<br />

weledelgestrenge<br />

heer mr. Ch.Y.M.<br />

Moons<br />

425-429<br />

Heineken Nederland P/a de<br />

Herengracht 1017 BR AMSTERDAM € 234.002,89<br />

B.V.<br />

weledelgestrenge<br />

heer mr. Ch.Y.M.<br />

Moons<br />

425-429<br />

Totaal € 885.001,55<br />

1/1

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!