zeinen

GENERALE I N S T R U C T I Ë N DER DAG - Z E I N E N XII.AFD: H*it
ii.
Wanneer alle de Schepen te gelyk wenden en eenig Schip weigerd, zal het En eeaig S&ip
de Zeilen tegenhaalen, en zig zo veel te Leiwaard van de Linie laaten zakken, weever S
als noodig is, ter vermelding van de andere Schepen; waar na zodanig Schip .* dtB
'
Weêr kragt van Zeil zal maaken en wenden als het over de andere Boeg zyn
Post weêr kan bezeilen; en anders agter zyn Divifie, Esquader, of de Vloot,
weêr op fluiten; waar voor zodanig Schip naderhand aanfpraaklyk zal zyn.'
Zie Grondbeginzelen der Zee-Tadicq de Aanmerking op de XV. Manoeuvre, ,
12.
Wanneer een Schip onverwagts door de Wind draaid, zal het ten eerften over A,
A l s e e n
J J TI i , ig Schip '
o n v e , w
de andere Boeg gaan leggen, en te wmdwaard zoeken te komen, om de Linie of aRts door
, _ , . , ,,. . . . .
«e Order waar in de Vloot gerangeerd is, niet m verwarring te brengen.
5 d e
Wind draaid.
53-
Voor de beweeging waar in alle de Schepen te gelyk moeten Afhouden, zal op Voor het Afhea-
elk Schip gewagt worden daar mede te beginnen, tot dat het naaste Schip Agter
en te Leiwaard van het zelve, reeds aan het Afvallen is. . .
14.
Voor een beweeging, waar in alle de Schepen te gelyk moeten Oploeven , Voor het £W<
zal op elk Schip gewagt worden daar mede te beginnen, tot dat het naaste o^Z
Schip agter en te Loefwaard van het zelve, reeds aan het Oploeven is.
15.
Alzo het zeer moeilyk is voor de Schepen Tegengebrast, zig te houden in de V o o f T s
Order, waar in onderling gerangeerd zyn, zal de Admiraal en voornamenlyk senbSfen?
metflaauwe koekens het Tegenbrasfen zo veel mogelyk vermeiden; edog als hy
zulks noodzaakelyk oordeeld, zullen de Schepen, zodanig Tegenbrasfen dat ze
even koers kunnen ftuuren; ten einde hunne Distantiën te kunnen houden,
en het fterk Afvallen, en Oploeven te voorkomen.