zeinen

R E G I S T E R , VAN HET V I E R D E BOEK.
EF II. A F D E E L I N G .
Zeinen voor de ontdekking van Land..
367 Ontdekking Van Land, in de Koers van de Vloot, Z^afc V^^-
368 Ontdekking van Land, tusfen het Noorde en het Oost.
369 Ontdekking van Land, tusjen het Oost en het Zuide.
370 Ontdekking van Land, tusfen het Zuide en het West.
371 Ontdekking van Land, tusfe het West en het Noorde.
372 Eenig Jagend of een ander Schip, is aan het Land verkend geraakt.
' ïïï A F D Ë Ë Ï7 I N G.
Zeinen voor de ontdekking van Banken ej Droogten. y^^zJrw^
373 Banken of Droogten gewaar worden, in de Koers van de Vloot. f***
374 Banken of Droogten gewaar worden, tusfen het Noorde en het Oost.
375 Banken of Droogten gewaar worden, tusfchen het Oost en het Zuide.
3"6 Banken of Droogten gewaar worden, tusfen het Zuide en het West
377 Banken of Droogten gewaar worden, tusfen het West en het Noorde.
378 Jan eenig gefignaleerd Schip, enz. te kennen geven, dat het naar een Bank of Droogte zetld.
ÏV. A F~T> Ë Ë L ï N G.
Zeinen voor Vraagen na de verkenning van het Land.
379 De Admiraal zal aan de Schepen van de Vloot, of aan eenig gefignaleerd Schip of Jager eenige
Vraag of Vraagen doen.
VT A F D E E L I N G .
Zeinen voor het Looden en het opgeven van de bekome Diepte en de Zoort van Grond.
3 Po De Vloot zal Looden en de bekome Diepte en de Zoort van Grond opgeven.
381 Eemg gefignaleerd Schip zal Looden, en de bekome Diepte en de Zoort van Grond opgeven.
382 Eemg \Schip dat gelood heeft, heeft op een zeker getal vadem Diepte geen Grond.
383 Eemg Schip dat gelood en grond bekomen heeft,zalde Admiraal de Diepte, en de Zoort van Grond opgeven.
H A F D Ë~ E L I N G.
Zeinen voor het vooruit zeilen om te Looden; de koers te bepaalen, voor het vermeiden van Banken
of Droogtens; en zig regt voor of agter den Admiraal te houden.
384 Alle of wel de gefignaleerde Fregatten of kleine Vaartuigen, zullen zig in het breede voor de Vloot
plaatzen en Looden.
385 Eenig gefignaleerd Schip, zal voor de Vloot Zeilen, Looden en de Diepte en de Zoort van Grond te
kennen geven; als ook de koers ftellen die hy denkt, dat de Vloot moet ftumen om Banken
of Droogtens te vermeiden.
386 Eenig gefignaleerd Schip, zal zi% regt voor den Admiraal houden.
387 Eemg gefignaleerd Schip, zal zig regt agter den Admiraal houden.
_ _ A F D E E L ~T N G.
Zeinen voor het uitfcheiden met Jagen; Looden; enz. en weêr in de Vloot te mg keeren.
388 Alle of eenig gefignaleerd Schip of Schepen, uitfcheiden met Jagen en weder in de Vloot te rug keeren
IX. H O O F D S T U K .
Zeinen voor Waarfchouwingen op welke wyze de Admiraal begeerd, de Vloot ten Anker zal komen;
voor het Ankeren; en de Vloot zonder vtor af gedaane Waarfchouwing ten Anker te doen komen.
L A F D~~Ë Ë~~~ L I N G.
Zeinen voor Waarfchouwingen, op welke wyze de Admiraal begeerd, dat de Vloot ten Anker zal komen.
389 Waarfchouwing voor Preparatie om te Ankeren.
390 De Vloot zal Esquaders wyze, voor de meeste zekerheid van de Schepen ten Anker komen.
1391 De Vloot zal in de gewoone Zeil-order, waar in die inZeezeild, ten Anker komen.
392 Alle de Oorlog-Schepen, zullen te Zeewaards van het Convooy Ankeren, behalven de Fregatten,
die by het Convooy behoor en, welke in het midden van de Koopvaar-dy -Schepen zullen Ankeren;
om de Zeinen te Repeteeren, en de Order in het Convooy te houden.
IL A F D Ë~~Ë L I N G.
Zeinen voor het Ankeren.
393 Ankeren.
394 Ankeren voor het Daags-Anker.
• 395 Ankeren voor het Tui-Anker.
396 Ankeren voor het Stop- of zwaare Werp-Anker.
777. A F D E E L I N ~G7"~
Zeinen voor de Vloot, zonder voor af gedaane Waarfchouwing ten Anker te doen komen.
3971 Ankeren zonder voor af gedaane Waarfchouwing-
3981 Voor het Daag ten Anker komen, zonder voor af gedaane Waarfchouwing.
3991 Voor het Tui ten Anker komen, zonder voor af gedaane Waarfchouwing.
400] Voor het Stop- of zwaare Werp- ten Anker komen; zonder voor af gedaane Waarfchouwing.