19.09.2014 Views

Boude bewoordingen

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

minstens een biologie waarin de onderzoeker zich zo verdekt mogelijk opstelde.<br />

De wetenschappelijke biologie begint waar wetenschappers zich<br />

distantiëren van alledaagse manieren van kijken naar de werkelijkheid, en<br />

met name van het affect dat in deze manier van kijken werkzaam is: bewondering.<br />

De bewonderende blik laat de natuur verschijnen als iets wonderbaarlijks.<br />

De nieuwe wetenschapper die in de achttiende eeuw ontstaat,<br />

neemt daar afstand van. Hij is minder nadrukkelijk aanwezig in zijn teksten<br />

dan voorheen. Wetenschappelijke literatuur wordt minder breedsprakig en<br />

retorisch, minder literair. Dit betekent niet dat de initiatieven van Réaumur,<br />

Trembley en anderen de strijd tegen het wonderbaarlijke in de biologie<br />

voorgoed zouden hebben beslecht. Meer ‘fenomenologische’ benaderingen,<br />

die rehabilitatie van de affiniteit met het wonderbaarlijke nastreven, doen bij<br />

tijd en wijle opgeld, bijvoorbeeld wanneer fenomenologische biologen proberen<br />

zich een beeld te vormen van de ‘wereld’ van bepaalde insecten, in<br />

plaats van enkel en alleen aandacht te hebben voor hun anatomie of hun gedrag.<br />

In wat voor Umwelt bewegen zich wezens met facetogen en orgaantjes<br />

van Johnson? Wat ervaart een bromvlieg eigenlijk? Dat is een vraag die waarschijnlijk<br />

alleen door fenomenologisch georiënteerde biologen, zoals Von<br />

Uexküll (1934), legitiem en zinvol wordt geacht. De wijze waarop biologen<br />

positie kiezen in deze ‘methodenstijd’, is van grote invloed op de ‘objectiviteit’<br />

die ze in of buiten hun laboratoria tot stand brengen. De fenomenologie<br />

is niet anti-wetenschappelijk, maar benadrukt de mate waarin<br />

de onderzoekers in hun ‘objectiviteit’ aanwezig blijven, de mate waarin zij<br />

daarin (letterlijk en figuurlijk) de hand hebben.<br />

Waar Linschoten abrupt met de fenomenologie breekt, blijft Van den<br />

Berg deze beweging trouw, al krijgt ook in zijn geval de fenomenologie<br />

een nieuw profiel. Dat ook Van den Berg zich verwijdert van de fenomenologie<br />

in traditionele zin, wordt onderstreept door zijn besluit om de<br />

term ‘metabletica’ als speciale aanduiding voor zijn onderzoekspraktijk te<br />

gaan gebruiken. De aandacht gaat voortaan uit naar plotselinge, fundamentele<br />

veranderingen in de geschiedenis van het wetenschappelijke denken,<br />

spreken en kijken, waarvoor zijn leermeester Gaston Bachelard de term<br />

‘epistemologische breuk’ introduceerde. De manier waarop Réaumur tussen<br />

1737 en 1748 over insecten schrijft, verschilt fundamenteel van de manier<br />

waarop Hooke dat in 1665 deed. Wie een passage van Réaumur naast<br />

een passage van Hooke legt, beseft heel snel hoezeer de condities waaronder<br />

wetenschap bedreven werd tussen 1665 en 1740 veranderden. De metabletische<br />

methode, die veel nadruk legt op teksten, jaartallen en synchronismen,<br />

is niet zonder meer fenomenologisch. Epistemolologische breuken<br />

in een bepaald wetenschapsgebied, zoals de biologie, verwijzen naar, en<br />

kunnen verhelderd worden vanuit, min of meer gelijktijdige veranderingen<br />

die zich elders (in de poëzie, de literaire kritiek, de politiek of de<br />

209

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!