Dijkverlegging Cortenoever - Gemeente Brummen
Dijkverlegging Cortenoever - Gemeente Brummen
Dijkverlegging Cortenoever - Gemeente Brummen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Uitgangspunt in het beleid ten aanzien van waardevolle landschappen is dat bij ruimtelijke ontwikkelingen de<br />
kernkwaliteiten behouden en waar mogelijk versterkt worden. In hoofdstuk 4 wordt nader ingegaan op het<br />
aspect ruimtelijke kwaliteit in relatie tot de planontwikkeling.<br />
Ecologische Hoofdstructuur (EHS)<br />
Het hoofddoel van het ruimtelijk beleid voor de EHS is het bijdragen aan een samenhangend netwerk van<br />
kwalitatief hoogwaardige natuurgebieden en natuurrijke cultuurlandschappen door bescherming,<br />
instandhouding en ontwikkeling van de aanwezige bijzondere ruimtelijke waarden en kenmerken. De<br />
beleidskaart geeft de drie onderdelen van de EHS weer: EHS-natuur, EHS-verweving en ecologische<br />
verbindingszones. In het plangebied komt alleen EHS-natuur en EHS-verweving voor in de huidige<br />
uiterwaarden ten oosten van de <strong>Brummen</strong>se Bandijk. Op deze onderdelen is toegespitst ruimtelijk beleid van<br />
toepassing. Voor het behoud en herstel van de biodiversiteit in Gelderland zijn de drie delen van de EHS<br />
onlosmakelijk met elkaar verbonden. Soorten die gebonden zijn aan grotere natuurgebieden vinden vooral een<br />
plek in EHS-natuur; EHS-verweving is van belang voor soorten die gebonden zijn aan gebieden waarin veel<br />
natuurelementen en natuurkwaliteiten verweven zijn met agrarisch en ander gebruik van het cultuurlandschap.<br />
Met de ecologische verbindingszones neemt de versnippering van de natuur af en ontstaan meer<br />
migratiemogelijkheden voor dier- en plantensoorten.<br />
Kernkwaliteiten<br />
Kernkwaliteiten in de IJsselvallei in zijn algemeenheid zijn:<br />
• De grote variatie en de hoge kwaliteit van de aanwezige natte natuurterreinen en wateren (beken en<br />
sprengen), die samenhangen met de toevoer van grondwater uit de Veluwe;<br />
• De overgangen van de droge Veluwe naar de natte flanken en naar de IJssel(vallei) waarbinnen<br />
uitwisseling van planten en dieren mogelijk is, waarbinnen abiotische processen zo veel mogelijk<br />
ongestoord verlopen, en waarbinnen de natuur zich op de gehele gradiënt ontwikkelt. In het bijzonder<br />
in de Hattemer-, Wisselse, Beekberger- en Soerense poort;<br />
• Het vanuit ecologisch opzicht samenhangend geheel van landgoederen en beken in de Zuidelijke<br />
IJsselvallei waarin soorten als de das, amfibieën en vleermuizen voorkomen;<br />
• Het goed bewaard gebleven reliëf en de daarmee samenhangende variatie en hoge kwaliteit van de<br />
natuur in de IJsseluiterwaarden. Met in deze uiterwaarden zowel gave kronkelwaarden met<br />
stroomdalgraslanden, hagen en hardhoutooibosjes, als goede kansen voor een grootschalige, weinig<br />
gestuurde natuurontwikkeling.<br />
Binnen de EHS geldt de 'nee, tenzij'-benadering. Dit houdt in dat bestemmingswijziging niet mogelijk is als<br />
daarmee de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied significant worden aangetast, tenzij er geen<br />
reële alternatieven zijn en er sprake is van redenen van groot openbaar belang. Om te kunnen bepalen of de<br />
wezenlijke kenmerken en waarden van een gebied significant worden aangetast, moet het bevoegde gezag<br />
erop toezien dat hiernaar door de initiatiefnemer onderzoek wordt verricht.<br />
Bestemmingsplan <strong>Dijkverlegging</strong> <strong>Cortenoever</strong> 19