Rapport 'Geweld tegen gezagsdragers' - Universiteit Utrecht
Rapport 'Geweld tegen gezagsdragers' - Universiteit Utrecht
Rapport 'Geweld tegen gezagsdragers' - Universiteit Utrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Het protocol regelt de taken en verantwoordelijkheden van alle betrokkenen in een<br />
‘bedrijfsproces’ waarin een medewerker (uitvoerende politieagent) met geweld of<br />
agressie wordt geconfronteerd. Zo heeft de dienstdoende groepchef een belangrijke rol,<br />
omdat hij de eerste opvang verzorgt, en het contact zoekt met alle belangrijke personen<br />
voor het opzetten van een begeleidingstraject. Het gaat om het inschakelen van het<br />
Bedrijfsopvang Team, dat ‘collega’s’ bijstaat als ze met geweld en agressie<br />
geconfronteerd worden, en het inlichten van de andere betrokkenen, zoals de directe<br />
leidinggevende, het dienstdoende lid van het (regionale) management team, en de<br />
casemanager Geweldsprotocol. Ook de taken van deze betrokken functionarissen zijn in<br />
het protocol geregeld, zodat het slachtoffer even rust krijgt (Functionele Time-Out), de<br />
medische behandeling in gang gezet kan worden, aangifte wordt gedaan (waarin<br />
duidelijk is dat het geweld <strong>tegen</strong> een functionaris als slachtoffer betreft), een<br />
rechercheonderzoek kan worden gestart (ter voorbereiding van strafrechtelijke<br />
afdoening) en een schadeverhalingstraject wordt gestart. Daarnaast reguleert het<br />
protocol ook een klachtmogelijkheid, het uitbetalen van materiële schades bij<br />
dienstongevallen, registratievereisten, en juridische ondersteuning.<br />
3.8.2 Ketenafspraken<br />
Het protocol regelt niet alleen de aanpak van het incident binnen de politieorganisatie.<br />
Aan het protocol ligt ook een aantal uitgangspunten ten grondslag die ook van invloed<br />
zijn op hoe het OM zijn werk kan doen. Zo is vastgesteld dat geweld <strong>tegen</strong><br />
politiemedewerkers strafrechtelijk gezien altijd een vervolg dient te krijgen, mits er<br />
voldoende bewijs is. De vordering benadeelde partij (de voeging) dient in de<br />
strafrechtelijke procedure te worden meegenomen. Daartoe zijn allerlei nadere afspraken<br />
gemaakt tussen de politie en het OM, als vormen van ketensamenwerking die verder<br />
gaan dan het leiding geven aan het (politiële) opsporingsonderzoek. Die onderlinge<br />
ketenaanpak wordt ook nog eens bekrachtigd doordat de toepassing, naleving en<br />
voortgang van het geweldsprotocol onderwerp is van regulier overleg tussen de<br />
korpschef en hoofdofficier van justitie.<br />
3.8.3 Ondersteuning en registratie<br />
Ondersteuning van de getroffen agenten is hoofdzakelijk de verantwoordelijkheid van de<br />
directe leidinggevende. Echter de meer specifieke ondersteuning, zoals voorbereiding van<br />
een juridisch procedure, terugkoppeling van strafproces zelf, verzamelen van alle<br />
relevante informatie, registratie van deze gegevens en onderzoeken van<br />
verhaalmogelijkheden van korpsgebonden kosten, is de primaire taak van de<br />
casemanager Geweldsprotocol. Voor deze ondersteunende werkzaamheden is vervolgens<br />
50