05.09.2013 Views

Vakinhoudelijke kennisbasis maatschappijleer eerstegraads

Vakinhoudelijke kennisbasis maatschappijleer eerstegraads

Vakinhoudelijke kennisbasis maatschappijleer eerstegraads

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

3<br />

Domeinen Subdomeinen Omschrijvingen en/of toelichtingen Indicatoren masterniveau Kenmerkende voorbeeldvragen<br />

Vakdomein 3<br />

Staat en<br />

samenleving<br />

3.1 Democratie en rechtsstaat 3.1.1 Vraagstukken van ongelijkheid, sociale cohesie en identiteit<br />

Verhouding: politieke participatie en democratie; politieke participatie<br />

relateren aan persoonskenmerken (waaronder sekse, etniciteit, leeftijd en<br />

opleidingsniveau). Macht en invloed.<br />

Binding + vorming: politieke representatie en representativiteit. Politieke<br />

socialisatie (zie 6.1.1).<br />

3.1.2 Verandering<br />

Geschiedenis<br />

De oorsprong van de idee der democratie.<br />

Processen van modernisering<br />

Democratisering/individualisering: toekomst van de democratie in relatie<br />

tot modernisering.<br />

Differentiatie: vraagstukken van duurzaamheid en sociale ongelijkheid.<br />

Domesticering: technologische veranderingen/ internetrevolutie en de<br />

(on)mogelijkheden voor democratische vernieuwing.<br />

Globalisering.<br />

3.1.3 Internationale vergelijking<br />

Vergelijking parlementaire democratieën in verschillende landen.<br />

3.1.4 Actoren en rechtsstatelijke (juridische) principes<br />

Landelijke, provinciale en gemeentelijke overheden;<br />

regering en parlement; de rechterlijke macht; de vierde macht; media;<br />

politieke partijen; burger(s); pressie-/belangengroepen.<br />

VN; Europese Unie; Raad van Europa; Europese Hof voor de rechten van<br />

de Mens.<br />

De beginselen van de rechtsstaat:<br />

- verankerd in de Grondwet en internationale verdragen (EVRM);<br />

- uitgewerkt in wetgeving en rechtspraak.<br />

De leer van de volkssoevereiniteit; scheiding van machten (Trias Politica);<br />

onafhankelijkheid van de rechterlijke macht; het legaliteitsbeginsel;<br />

rechtsbescherming.<br />

Onderscheid: staatsrecht, bestuursrecht, strafrecht en civielrecht.<br />

Rechten en plichten, grondrechten, mensenrechtenverdragen. (Zie ook<br />

7.1)<br />

3.1.5 Politiek, macht en invloed<br />

Theorieën over macht en invloed; democratie in formele en materiële zin.<br />

Tekorten democratie (algemeen; Nederland; EU).<br />

Het subsidiariteitsbeginsel binnen Nederland en in de relatie EU-Nederland.<br />

3.1.6 Stromingen, theorieën en visies<br />

De economische theorie van de democratie (overlegdemocratie; representatieve<br />

democratie); de theorie van het democratisch elitisme; de pacificatietheorie.<br />

Liberale, christendemocratische, sociaaldemocratische visie op democratie.<br />

Het corporatisme; fascisme; communisme.<br />

3.1.7 Beleid: regels, effecten en dilemma’s<br />

Spanningsveld tussen:<br />

- democratie en rechtsstaat;<br />

- rechtsorde en rechtsstaat (bestrijding criminaliteit enerzijds en rechten<br />

van verdachten, recht op privacy anderzijds).<br />

Populisme en democratie; democratie en burgerlijke ongehoorzaamheid;<br />

grondrechten en universaliteit.<br />

Relativistische of weerbare democratie.<br />

De student is in staat een globaal beeld te geven van de omvang van de politieke<br />

participatie (zowel de conventionele als de niet-conventionele) in Nederland,<br />

naar sekse, etniciteit, opleidingsniveau en sociale klasse.<br />

De student is in staat enkele mogelijke betekenissen van maatschappelijke<br />

ontwikkelingen (individualisering, informatisering, internationalisering,<br />

informalisering, intensivering; oftewel de vijf i’s) voor de Nederlandse<br />

parlementaire democratie in kaart te brengen.<br />

De student is in staat een schets te geven van de kenmerken van de politieke<br />

stelsels in de ons omringende landen.<br />

De student kan verwoorden waarom er een spanningsveld is tussen de<br />

beginselen van democratie en die van de rechtsstaat.<br />

De student kan het onderscheid uitleggen tussen democratie in formele en<br />

democratie in materiële zin.<br />

De student kan de verschillende democratitheorieën plaatsen in de liberaalindividualistische<br />

respectievelijk de sociaalcollectivistische visie.<br />

Politieke stromingen als de sociaaldemocratie pleiten in het belang van de<br />

democratie traditioneel voor een verhoging van de politieke participatie.<br />

De SP is voor het opnieuw invoeren van de opkomstplicht bij de verkiezingen.<br />

- In hoeverre zou één van de doelstellingen van het vak <strong>maatschappijleer</strong><br />

de bevordering van de politieke participatie moeten zijn?<br />

- Geef je standpunt in deze met argumenten onderbouwd. Verwerk in je<br />

antwoord je visie op de relatie tussen democratie en politieke participatie.<br />

Het aantal Nederlanders dat lid is van een politieke partij is al enkele decennia<br />

aan het dalen. De vraag is zelfs of politieke partijen in de parlementaire democratie<br />

nog toekomst hebben.<br />

- Leg een relatie tussen het afnemende ledental van politieke partijen in ons<br />

politieke bestel enerzijds en de maatschappelijke veranderingen van de<br />

laatste 50 jaar anderzijds.<br />

In de discussie over de vernieuwing van het Nederlandse politieke stelsel<br />

wordt het Duitse politieke systeem soms als voorbeeld genoemd.<br />

- Noem twee voor- en nadelen van de invoering in Nederland van een<br />

kiesdrempel van 5%.<br />

- Idem voor wat betreft de invoering van een gemengd systeem van evenredige<br />

vertegenwoordiging en een districtenstelsel, waarbij de kiezer twee<br />

stemmen mag uitbrengen.<br />

De Leidse jurist en historicus Thierry Baudet stelt in een artikel ‘De gespannen<br />

verhouding tussen mensenrechten en rechtsstaat’ (NRC) dat ‘mensenrechten’<br />

in wezen de rechtsstaat ondermijnen. “Wie voor de rechtsstaat is, kan niet<br />

tegelijkertijd voor ‘mensenrechten’ zijn.’ Hij doelt hier met name op de rol van<br />

het Europese Hof voor de Rechten van de Mens, dat in zijn uitspraken geregeld<br />

de zelfbeschikking van staten ‘overruled’ en daarmee een fundamenteel principe<br />

van rechtsstatelijkheid zou aantasten.<br />

- Zet de belangrijkste principes van de rechtsstaat op een rij.<br />

- In hoeverre ben je het eens met de opvatting van Baudet dat supranationale<br />

toetsing door het Europees Hof de rechtsstaat aantast? Geef argumenten<br />

voor en tegen.<br />

Geef argumenten voor en tegen de stelling dat een democratie in formele zin<br />

een voorwaarde is om te komen tot een democratie in materiële zin.<br />

In de klassieke definitie van democratie wordt democratie als een ideaal<br />

omschreven, Dit is een zogenoemde normatieve definitie van het begrip.<br />

Schumpeter is een voorbeeld van iemand die een empirische beschrijving van<br />

het begrip geeft: Democratie is een methode waarbij individuen de beslissingsmacht<br />

verkrijgen door middel van een concurrentiestrijd om de stemmen van<br />

de burgers.<br />

- Geef met argumenten omkleed aan naar welke definitie van democratie je<br />

voorkeur uitgaat.<br />

48 | Kennisbasis hbo-masteropleidingen aardrijkskunde, geschiedenis, <strong>maatschappijleer</strong>, algemene economie, bedrijfseconomie, godsdienst & levensbeschouwing Kennisbasis hbo-masteropleidingen aardrijkskunde, geschiedenis, <strong>maatschappijleer</strong>, algemene economie, bedrijfseconomie, godsdienst & levensbeschouwing | 49<br />

Zie elders

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!