05.09.2013 Views

Vakinhoudelijke kennisbasis maatschappijleer eerstegraads

Vakinhoudelijke kennisbasis maatschappijleer eerstegraads

Vakinhoudelijke kennisbasis maatschappijleer eerstegraads

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

1<br />

Domeinen Subdomeinen Omschrijvingen en/of toelichtingen Indicatoren masterniveau Kenmerkende voorbeeldvragen<br />

1. Natuurlijke<br />

systemen op<br />

de aarde<br />

2. Milieugeografie<br />

3. Landschappen<br />

1.1 Geologie en geomorfologie<br />

1.2 Ecologische systemen<br />

1.3 Weer- en klimaatsystemen<br />

2.1 Mens/milieu relaties<br />

2.2 Draagkracht van het fysisch milieu<br />

2.3 Klimaatonderzoek<br />

2.4 Milieubeleid en duurzaamheid<br />

3.1 Natuur- en cultuurlandschappen<br />

3.2 Nederlandse cultuurlandschappen<br />

3.3 De strijd van Nederland tegen het water<br />

Masterspecifieke onderwerpen binnen de subdomeinen Masterspecifiek niveau van de onderwerpen<br />

Structurele geologie, hydrologie en bodemkunde<br />

Combinatie van recente inzichten van de subdomeinen 1.1 en 1.2<br />

In de bachelorfase vormen de geologische en geomorfologische verschijnselen<br />

en processen in diverse tijdsperioden en op verschillende<br />

schaalniveaus het centrale thema. Leidraad hierbij zijn de endogene en<br />

exogene krachten. Het samenspel van deze beide krachten bepaalt het<br />

huidige uiterlijk van de korst en zal dit ook in de toekomst doen.<br />

In de masteropleiding staat de structurele geologie centraal. De door<br />

de platentektoniek aangestuurde,veelal gecompliceerde opbouw van de<br />

aardkorst met de vele plooien, breuken, scheefstellingen en discordanties<br />

zorgt voor een deel voor de diversiteit van de geomorfologische<br />

verschijnselen.<br />

Bodemkunde en hydrologie zijn integrale onderdelen binnen de<br />

geo morfologie. Bodems zijn een onlosmakelijk deel van het bovenste<br />

gedeelte van de aardkorst.<br />

Water is een van de belangrijkste ‘agents’ binnen de geomorfologische<br />

processen. Hoe ingewikkelder de geologie en geomorfologie, hoe<br />

gecompliceerder de hydrologie.<br />

Milieukunde en paleoklimatologie<br />

Wisselwerking tussen onderzoeksresultaten in de subdomeinen 1.3, 2.1,<br />

2.2, 2.3 en 2.4.<br />

In de bachelorfase wordt ingegaan op de wisselwerking tussen de mens<br />

en zijn fysieke omgeving op de diverse schaalniveaus. Het gaat hierbij<br />

om de grote diversiteit aan interacties, waarbij minder aandacht wordt<br />

besteed aan de complexiteit ervan. Aansluitend hierop komt vigerend<br />

milieubeleid op diverse schaalniveaus aan de orde.<br />

In de masteropleiding wordt specifiek ingegaan op de complexiteit van<br />

genoemde wisselwerking en de interactie met natuurlijke variabiliteit.<br />

Deze problematiek is in het bijzonder evident binnen het klimaatonderzoek,<br />

onder andere vanwege de rol van de oceanen en de koolstofkringloop.<br />

Methodologisch sterke en zwakke aspecten van paleoklimatologisch<br />

onderzoek en klimaatmodellen zijn van groot belang voor een goed<br />

begrip van het publieke klimaatdebat.<br />

Bij de totstandkoming van milieubeleid spelen de complexiteit in het<br />

natuurlijke systeem, de onzekerheden binnen de wetenschap en de<br />

(inter)nationale machtsverhoudingen een belangrijke rol.<br />

Historische geografie en mens/milieu relaties<br />

Historische en recente relaties tussen de subdomeinen 2.1, 3.1, 3.2 en 3.3.<br />

In de bachelorfase wordt ingegaan op de sterke rol die de mens heeft<br />

gehad bij de vorming van het Nederlandse landschap. Hierbij worden<br />

natuur- en cultuurlandschappen van elkaar onderscheiden. Het accent<br />

ligt op de diversiteit van het Nederlandse cultuurlandschap. Specifiek<br />

wordt ingegaan op de rol van de strijd tegen het water in de totstandkoming<br />

van het hedendaagse landschap.<br />

In de masteropleiding wordt specifiek ingegaan op de complexe relatie<br />

tussen de historische ontwikkeling en de fysisch-geografische randvoorwaarden,<br />

de dynamische relatie tussen mens en natuur in hedendaags<br />

Nederland en West-Europa, de Rijn-Maas delta, en de uitdagingen die dit<br />

biedt voor ruimtelijk beleid. Het gaat hierbij o.a. om de positie van de ecologische<br />

hoofdstructuur, historische geografie, archeologie, aardkundige<br />

waarden, integraal kustbeheer en duurzaam waterbeheer in de delta van<br />

de Rijn en de Maas binnen dit beleid.<br />

Structurele geologie, hydrologie en bodemkunde<br />

De student kan recente internationale natuurwetenschappelijke literatuur<br />

op het terrein van de structurele geologie analyseren en vergelijken.<br />

De student kan geologische wetenschappelijke literatuur kritisch benaderen<br />

en krijgt zicht op de ontwikkeling van het geologisch denken van de laatste<br />

twee eeuwen.<br />

De student verwerft vaardigheden in de voorbereiding en uitvoering van<br />

veldpractica.<br />

De student kan met behulp van recente literatuur een vergelijking maken<br />

tussen gebieden met verschillende hydrologische omstandigheden. Hij/zij is<br />

in staat hydrologische gegevens te analyseren en de gevolgen voor stroomgebieden<br />

van verschillende schaal en verschillende klimatologische omstandigheden<br />

in kaart te brengen (watertekort/-overlast).<br />

De student kan Nederlandse bodemkaarten lezen en interpreteren en op<br />

grond daarvan een bodemveldpracticum organiseren waarbij de relatie<br />

bodemkaart en het daarbij behorende landschap centaal staat.<br />

Milieukunde en paleoklimatologie<br />

De student verwerft inzicht in de complexiteit van causale relaties binnen<br />

het fysieke milieu en kan een specifiek milieuprobleem analyseren, inclusief<br />

feedbackmechanismen en de beperkte voorspelbaarheid van het systeem.<br />

De student kan recente internationale natuurwetenschappelijke literatuur<br />

op het terrein van de paleoklimatologie en klimaatmodellen analyseren en<br />

contrasteren met de huidige klimaatdiscussie.<br />

De student ontwikkelt een attitude om milieuproblemen vanuit een onderzoekende<br />

houding te bezien alsmede de politieke dimensie ervan te begrijpen;<br />

hij/zij kan hierbij vanuit een genuanceerd standpunt politieke processen<br />

relativeren, accepteren en evalueren.<br />

Historische geografie en mens/milieu relaties<br />

De student kan een analyse maken van een Nederlands of West-Europees<br />

natuurlijk systeem, op basis daarvan vigerend beleid evalueren en eventueel<br />

voorstellen tot wijziging formuleren.<br />

De student kan, met behulp van recente wetenschappelijke inzichten in het tot<br />

stand komen van de Nederlandse en (West-)Europese landschappen, een waarderingsschaal<br />

voor de beoordeling van het behoud van deze landschappen<br />

creëren.<br />

Structurele geologie<br />

1. Reconstrueer op basis van de lithologische gegevens van een gebied en de<br />

zichtbare geologische structuren, de geologisch/geomorfologische geschiedenis<br />

vanaf het moment dat het gebied onder de zeespiegel nog in wording<br />

was.<br />

2. Schets op basis van de in de figuur zichtbare geologische structuren met<br />

stippellijnen een geologisch dwarsprofiel op het moment dat het gebied zijn<br />

grootste hoogte had.<br />

12 | Kennisbasis hbo-masteropleidingen aardrijkskunde, geschiedenis, <strong>maatschappijleer</strong>, algemene economie, bedrijfseconomie, godsdienst & levensbeschouwing Kennisbasis hbo-masteropleidingen aardrijkskunde, geschiedenis, <strong>maatschappijleer</strong>, algemene economie, bedrijfseconomie, godsdienst & levensbeschouwing | 13<br />

Hydrologie<br />

1. Analyseer uit beschikbare neerslaggegevens van het gegeven stroomgebied<br />

van de jaren 2000-2005 en de gegevens van de hoofdrivier van het stroomgebied<br />

die de afvoer hoofdzakelijk verzorgt, in welke maanden van 2011 de<br />

rivier zijn hoogste stand(en) zal bereiken?<br />

2. Bereken hoeveel de maximale neerslag in het stroomgebied in 24 uur mag<br />

zijn, zonder dat er wateroverlast in de hoofdrivier zal optreden.<br />

Milieukunde en paleoklimatologie<br />

1. Analyseer het publieke klimaatdebat op basis van de validiteit van de<br />

gebezigde argumenten.<br />

2. Evalueer het mondiale klimaatbeleid in relatie tot andere maatschappelijke<br />

uitdagingen.<br />

3. Schrijf op basis van literatuuronderzoek een essay over verzuring.<br />

Historische geografie en mens/milieu relaties<br />

1. Het Nederlandse en (West-)Europese beleid ten aanzien van de grote rivieren<br />

draagt de titel ‘Ruimte voor de rivier’. Maak een analyse van de wetenschappelijke<br />

basis voor dit beleid en evalueer de haalbaarheid ervan.<br />

2. Schrijf een amendementvoorstel voor het Nederlandse kustbeleid.<br />

3. Ontwerp een plan in spelvorm voor de aanleg van een snelweg door een<br />

bepaald gebied op basis van een analyse van de landschappelijke structuur<br />

van het gebied.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!