Vakinhoudelijke kennisbasis maatschappijleer eerstegraads
Vakinhoudelijke kennisbasis maatschappijleer eerstegraads
Vakinhoudelijke kennisbasis maatschappijleer eerstegraads
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
3<br />
Domeinen Subdomeinen Omschrijvingen en/of toelichtingen Indicatoren masterniveau Kenmerkende voorbeeldvragen<br />
Vakdomein 7<br />
Mondiale<br />
vraagstukken<br />
7.1 Internationale betrekkingen 7.1.1 Vraagstukken van ongelijkheid, sociale cohesie en identiteit<br />
Verhouding: De verhouding tussen sterke staten en zwakke staten op het<br />
gebied van:<br />
- de politiek (en militaire kwesties)<br />
- de economie<br />
- grondstoffen en demografie<br />
- het milieu<br />
- technologie<br />
Actuele vraagstukken en dilemma’s: de veranderde veiligheidssituatie en<br />
machtsverhoudingen; democratiseringsprocessen in diverse landen.<br />
Het spanningsveld tussen milieu- en grondstoffenvraagstuk, demografie<br />
en economie; economie en mensenrechten.<br />
Binding: de rol van supranationale en intergouvernementele organisaties;<br />
het belang van uni-, bi- en multilaterale betrekkingen. Spanningsveld met<br />
nationale belangen.<br />
Vorming: Identiteiten van mensen, waaronder nationale en regionale<br />
identiteiten, wereldburgerschap. Globalisering en verbrokkeling: streven<br />
naar lokale autonomie en opkomst nationalisme.<br />
Selectieve media-aandacht.<br />
7.1.2 Verandering<br />
Ontstaan van de staat en het internationaal systeem, de groei van de<br />
wereldsamenleving: het proces van internationale politieke en economische<br />
integratie.<br />
De veranderingen in de internationale politiek en economie sinds 1945 in<br />
relatie tot internationalisering en mondialisering: de opkomst van nieuwe<br />
grootmachten, oorlog tegen terrorisme en de rol van diverse grootmachten<br />
op het wereldtoneel.<br />
Processen van modernisering (en hun onderlinge verbondenheid)<br />
Democratisering: (grote) nationale en internationale politieke conflicten;<br />
politieke en militaire macht.<br />
Differentiatie: internationale arbeidsverdeling (zie ook 4.1.3) en duurzaamheid.<br />
Commodificatie: nationaal en internationaal.<br />
Domesticiering: milieuvraagstuk en duurzaamheid.<br />
Globalisering: informatietechnologie (cyber war); beleid en onderzoek.<br />
7.1.3 Internationale vergelijking<br />
Buitenlands beleid van de EU: zie 7.2.<br />
Buitenlands beleid van de VS en andere grootmachten; de rol van de EU<br />
(zie 7.2).<br />
7.1.4 Actoren en rechtsstatelijke (juridische) principes<br />
O.a. staat, volk en intergouvernementele organisaties (waaronder EU, VN,<br />
Veiligheidsraad, Raad van Europa, NAVO, WTO, IMF, Internationaal Strafhof,<br />
G20), NGO’s, burger en multinationale ondernemingen. Failed states.<br />
Nationale soevereiniteit; non-interventiebeginsel;<br />
(afwezigheid van) bovenstatelijk gezag.<br />
Mensenrechten. Volken- en oorlogsrecht, principes van oorlog en vrede,<br />
internationale rechtsprincipes.<br />
7.1.5 Politiek, macht en invloed<br />
Spanningsveld tussen internationaal recht en diplomatie, tussen rule of<br />
law en rule of politics (coercive diplomacy). Mechanismen van evenwichtshandhaving.<br />
Veiligheidsdilemma.<br />
Machtsverhouding tussen en machtsmiddelen (onder andere militair, economisch,<br />
cultureel) van grote en kleine landen, IGO’s, NGO’s en burgers.<br />
Internationale regimes en het vraagstuk van de global commons.<br />
Besluitvormingsprocedures binnen de EU en VN.<br />
7.1.6 Stromingen, theorieën en visies<br />
Interstatelijk en wereldpolitiek paradigma (klassiek realisme versus<br />
neoliberale institutionalisme).<br />
Visies op de plaats van de moraal binnen de internationale politiek<br />
(idealisme en realisme, Gesinnungsethik en Verantwortungsethik); op<br />
veiligheid en stabiele afschrikking; op machtsongelijkheid en strategieën<br />
van ontwikkeling (imperialisme, neoliberalisme, neorealisme).<br />
7.1.7 Beleid: regels, effecten en dilemma’s<br />
Geschiedenis en hoofdlijnen van het Nederlandse buitenlandbeleid.<br />
Belangrijkste beleidssectoren: veiligheid, diplomatieke betrekkingen,<br />
economische betrekkingen, ontwikkelingssamenwerking, mensenrechten.<br />
Europese eenwording: zie ook 7.2.<br />
De studenten kan een schets geven van de juridische organisatie van de internationale<br />
gemeenschap en hij kan daarbij verwijzend naar de belangrijkste<br />
rechtsbronnen uitleggen wat de rol en de functie van het internationale recht<br />
is en de verwerkelijking ervan.<br />
De student kan aan de hand van actuele teksten het belang van mensenrechten<br />
en morele normen in de internationale politiek uitleggen.<br />
De student kan uitleggen welke factoren van invloed zijn op de (in)stabiliteit<br />
van de structuur van en orde in de internationale samenleving.<br />
De student kan uitgebreid de verschillen tussen de realistische, de liberale en de<br />
radicale benaderingen in de studie van de internationale betrekkingen vanuit<br />
de drie dimensies: de eenheid van analyse, het principe van organisatie en de<br />
modus operandi, uitleggen.<br />
De opluchting bij de onderhandelaars van de Klimaattop 2010 in Cancún was<br />
groot. Na het diplomatieke fiasco in Kopenhagen zijn de bijna 200 landen van<br />
de wereld erin geslaagd om tot een akkoord te komen waarin een aantal<br />
afspraken voor toekomstig klimaatbeleid worden vastgelegd. Hans Bruyninckx,<br />
hoogleraar internationaal milieubeleid, vond “Cancún, een mager beestje”.<br />
- In hoeverre vinden we de drie uitgangspunten (beginselen/principes) van<br />
internationaal milieubeleid terug in dit akkoord? Licht je antwoord toe.<br />
- Waarom is dit akkoord zo belangrijk voor de positie van supranationale en<br />
intergouvernementele organisaties?<br />
Op welke manier kan het wereldeconomische stelsel van de jaren ’90 van de<br />
20e eeuw het beste worden getypeerd: als een hegemoniaal, een tripolair of<br />
een multipolair systeem? Licht je antwoord toe.<br />
In januari 2011 werd er stevig gediscussieerd over het wel of niet doorgaan<br />
van de Nederlandse ‘politiemissie’ naar Afghanistan.<br />
- Noem enkele (opvallende) nationale en internationale spelers in deze<br />
kwestie en beschrijf hun rol.<br />
- Wat is de rol van de VS? En die van Wikileaks?<br />
- Welke argumenten pro en contra deze missie zijn er?<br />
- Vind jij ‘democratisering’ wel of geen legitiem argument voor deze politiemissie?<br />
Beargumenteer.<br />
Waarom kunnen integratie en internationalisering zelf een bron van conflict<br />
zijn?<br />
- Beantwoord de vraag aan de hand van de actuele situatie in een lidstaat van<br />
de EU.<br />
- Leg uit welke rol de EU speelt in deze kwestie.<br />
De vraag of Bouterse in Nederland kan worden vervolgd voor de decembermoorden<br />
van 1982, wordt verschillend beantwoord. Zie bijgaand fragment van<br />
een krantenartikel.<br />
- Welke argumenten pleiten vóór de mogelijkheid van vervolging?<br />
- Welke argumenten tegen de mogelijkheid van vervolging zou je kunnen<br />
noemen?<br />
Schrijf een betoog waarin je aan de hand van een actueel internationaal<br />
conflict de veranderingen in de internationale machtsverhoudingen uitlegt.<br />
Leurdijk onderscheidt in zijn boek drie benaderingswijzen in de studie van de<br />
internationale betrekkingen: de realistische, de liberale en de radicale.<br />
- Leg uitgebreid de verschillen tussen deze drie benaderingen uit. Doe dit vanuit<br />
drie dimensies: de eenheid van analyse, het principe van organisatie en<br />
de modus operandi.<br />
- Kies een internationaal conflict/probleem en verplaats je in elk van de drie<br />
benaderingswijzen. Geef vanuit elk gezichtspunt een kort commentaar op<br />
het gekozen conflict/probleem.<br />
In hoeverre is er een verschil tussen het opereren van Nederlandse legereenheden<br />
in het voormalige Joego-slavië en het optreden in het conflict Koeweit-<br />
Irak (1e Golfoorlog)?<br />
66 | Kennisbasis hbo-masteropleidingen aardrijkskunde, geschiedenis, <strong>maatschappijleer</strong>, algemene economie, bedrijfseconomie, godsdienst & levensbeschouwing Kennisbasis hbo-masteropleidingen aardrijkskunde, geschiedenis, <strong>maatschappijleer</strong>, algemene economie, bedrijfseconomie, godsdienst & levensbeschouwing | 67