Verslag raad 02-07-2009 - Gemeente Purmerend

onderwijs is. Dat u enerzijds bang bent voor een verdere fusie met de besturen van
openbaar onderwijs in Amsterdam of elders maar dat u tegelijkertijd meepraten over een
fusie na verzelfstandiging wilt vrijlaten, begrijp ik niet. Dat is een tegenstelling.
In ieder geval ben ik blij met de steun die ik toch in de raad hoor om verder te gaan met de
schoolbesturen die bezig zijn om een definitief voorstel voor te bereiden en om in ieder geval
verder onderzoek te doen naar de mogelijkheden om dat de combineren met een fusie. Ik
denk dat mevrouw Roet van de VVD heel helder heeft aangegeven dat wij een voordeel
kunnen boeken als er inderdaad draagvlak is voor het in één keer uitvoeren van beide
stappen. Daarover hebben wij, denk ik, in de commissie afdoende van gedachten gewisseld.
De heer Boer (Leefbaar Purmerend 2001): Ik mis nog een antwoord op mijn vraag.
Wethouder Daan: Ja, ten aanzien van de financiële consequenties. Ik zeg nee tegen de
vraag of je het dan niet helemaal zou moeten uitstellen want het is niet zo dat wij op basis
van de huidige uitgangspunten van tevoren moeten uitgaan van een negatief effect op de
gemeentelijke begroting. Hoe je het ook wendt of keert, als er geen sprake is van een
verzelfstandiging, dan zal de financiële ondersteuning van het openbaar onderwijs toch op
een andere manier vorm moeten krijgen.
De heer Boer (Leefbaar Purmerend 2001): Dat ben ik met u eens. Als alleen de
verzelfstandiging doorgaat en de fusie uiteindelijk niet, is het dan financieel haalbaal of is het
dan beter om het allebei niet te doen?
Wethouder Daan: De verzelfstandiging op zich is niet zozeer financieel een extra stap; het is
organisatorisch een ingrijpende ontwikkeling voor de mensen die er werken. Daarom zouden
wij dat het liefste combineren. Ik denk dat uit de rapporten afdoende blijkt dat een
verzelfstandiging op zich ook al voldoende draagvlak heeft, ook inhoudelijk, om die toch uit
te voeren. Dat is voor mij geen reden om te vertragen.
De voorzitter: Ik kom bij de tweede termijn. Er worden u twee vragen gesteld. Misschien wilt
u voor alle duidelijkheid aangeven of u wel of niet met punt 2 instemt.
De heer Scharn (CDA): Allereerst de wethouder bedankt voor de beantwoording. De
woorden van mevrouw Sacco laat ik maar voor wat zij zijn want dan zou je nooit iets kunnen
ondernemen, omdat je eerst de gevolgen moet afwachten. Ik vind dat een rare opmerking.
Mevrouw Sacco (SP): Je kunt de risico’s van tevoren inschatten.
De heer Scharn (CDA): Daar zijn wij toch mee bezig, denk ik. Ik heb toch gezegd dat wij dat
moeten onderzoeken. Dat vind ik een goed punt. Je moet heel goed onderzoeken waar je
mee bezig bent, vooral wat de gevolgen zijn voor de menselijke maat en de leerlingen. Die
voorwaarde moet je heel hard inbouwen. Dat het wellicht niet of niet helemaal lukt, is dan
een tweede. Je moet duidelijk van tevoren voorwaarden stellen en die inbouwen in het
vervolgonderzoek. Overigens snap ik er überhaupt niets van. De interstudie NDO geeft heel
duidelijk aan dat fusie de meeste voordelen biedt. Moeten wij die interstudie dan weggooien?
Geldt dat dan niet meer? Daar begrijp ik helemaal niets van. Dus wij gaan gewoon uit van
uitkomsten van de interstudie NDO, waarin staat dat fusie de meeste voordelen biedt: het
innovatief vermogen en de kwaliteit van het onderwijs worden verbeterd. De kwaliteit en
effectiviteit van de interne bedrijfsvoering nemen toe.
De heer Boer (Leefbaar Purmerend 2001): Heer Scharn, bij interruptie, kent u de opdracht
van het onderzoek?
De heer Scharn (CDA): Dat maakt toch niet uit.
15