Onderzoeksverslag - Wij helpen graag! - SpraakSaam

78
is ook weer heel anders dan op school.
Maar toen dacht ik ook van: ‘ja, die functie
dat is gewoon te hoog gegrepen vanwege
gewoon communicatieve vaardigheden die
je moet hebben.’
Bij de stages van het mbo merk ik dat ik
extra tijd nodig heb om dingen te leren. Als
het te snel gaat of er zijn te veel prikkels
dan weet ik het niet, dan gaan dingen fout,
kom ik er niet uit en word ik heel onzeker.
Zelf iets bedenken en uitvoeren is moeilijk
voor mij en reageren op onvoorspelbare
situaties. Daarom moest ik terug naar
niveau 2.
Mijn eerste stage was rampzalig. Ik durfde
niks eigenlijk. Ik vond het best wel eng,
maar het eerste half jaar ging op zich wel
goed, maar daarna kreeg ik een
stagebegeleidster, en daar kreeg ik niet
echt hoogte van, en toen sloeg ik gewoon
dicht.
Op mijn mbo-stage merk ik dat ik sommige
dingen niet zo heel erg goed zeg maar. En
dan gaat mijn bedrijfsleidster gaat dat alles
verbeteren. En dat is één minpunt want
daar kan ik niet meer zo goed tegen. En
dan vraagt ze weer aan me van: ‘ja,
wanneer zeg je het nou eens een keer
goed?’ Nou, wanneer het over is,
misschien, mijn ESM?
(Vrijwilligers)werk
Je wordt in het diepe gegooid en je redt
jezelf maar. We hebben je geholpen met
werk zoeken, de rest kan je zelf toch wel?
Die re-integratiebedrijven die helpen je
zoeken naar werk, als het goed gaat op je
werk dan hebben ze eindproces, dus dat ze
eens in twee maanden langskomt, en als
het allemaal goed gaat dan ben je ze kwijt.
Want je werkt goed. Maar dat zegt niet
alles. Op de scholen heb je altijd, elke dag
begeleiding bij je; elke dag komt er wel een
mentor of een meester naar je toe die zegt:
dat doe jij niet zo, dat moet je anders
doen! Bij werk is er ook veel meer
begeleiding voor ons nodig, ze moeten je
niet na een jaar los laten gaan lopen. Kom
elk half jaar langs! Zolang hen te weinig
tijd en te weinig geld hebben om te
begeleiden, kunnen wij niks.
Ze moeten eigenlijk echt letterlijk van
tevoren aangeven, mochten ze gaan
werken dat ze ESM hebben, met iemand
erbij zeg maar. Dat ze sowieso misschien
één contactpersoon hebben die dan
niet aangenomen te worden, de instructies
niet te kunnen volgen, het werktempo niet
te kunnen bijhouden en er (voor de
zoveelste keer) niet echt bij te horen.
Als ze eenmaal een stageplek hebben
gevonden, lopen de meeste jongeren met
ESM op tegen taal- en
communicatieproblemen. De kloof tussen
school en praktijk is groot. Met een beetje
geluk treffen ze een goede stagebegeleider
en vinden ze een plek waar ze de tijd
krijgen en zich thuis voelen.
(Vrijwilligers)werk
Van de vijf jongeren met een afgeronde
opleiding hebben er twee werk met
Wajong-uitkering en één heeft regelmatig
tijdelijk werk zonder Wajong. De twee
anderen hebben een Wajong-uitkering,
maar zijn er niet in geslaagd werk te
vinden.
Eén jongen ging van het reguliere
praktijkonderwijs eerst naar een sociale
werkplaats en daarna met een Wajong-
uitkering naar een fulltime baan in een
fietsenwinkel. Een meisje werkte na haar
opleiding in het mbo op niveau 1 eerst als
vrijwilligster in een verzorgingstehuis en
kon daarna met een Wajong-uitkering als