n Cigen STIJL?
n Cigen STIJL?
n Cigen STIJL?
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Wet op de journalistieke verantwoordelijkheid<br />
Bij de Tweede Kamer is thans ingediend<br />
een wetsontwerp tot regeling van de verantwoordelijkheid<br />
van journalisten en andere<br />
bij de pers werkzame personen voor<br />
journalistieke arbeid.<br />
In de toelichting zet de Regering uiteen,<br />
dat voor alle sectoren van het perswezen<br />
geldt, zij het niet steeds in dezelfde mate,<br />
de niet te onderschatten verantwoordelijkheid<br />
van de pers ten aanzien van de voorlichting<br />
in het algemeen en daarmede tegenover<br />
de gehele Nederlandse samenleving.<br />
Deze verantwoordelijkheid rust in de<br />
eerste plaats op de scribenten, doch tot zekere<br />
hoogte ook op de uitgevers.<br />
De wetgever — die reeds regelen gesteld<br />
heeft met betrekking tot andere vertrouwensposities<br />
als het beroep van advocaat<br />
of medicus — heeft tot nu toe nagelaten de<br />
verantwoordelijke positie van de journalist<br />
en de uitgever van persorganen in zijn<br />
gezichtskring te betrekken.<br />
Een hoogstaande journalistenstand vormt in<br />
dezelfde mate een algemeen belang van de<br />
eerste orde als een betrouwbaar artsencorps<br />
en een fatsoenlijke balie. Er moet<br />
naar gestreefd worden, dat op de duur ook<br />
de journalistiek als een „nobile officium"<br />
wordt erkend.<br />
De scribent te kwader trouw beschikt, al<br />
houdt hij zich binnen de door de strafwet<br />
gestelde grens — gewoonlijk bevindt hij zich<br />
juist op het grensgebied — over wapens,<br />
waartegen de huidige wetgeving geen verweer<br />
biedt.<br />
In herinnering wordt gebracht, dat in<br />
1939 een wetsontwerp werd ingediend,<br />
waarin aanvullingen van het Wetboek van<br />
Strafrecht werden voorgesteld, teneinde<br />
bedoelde buitensporigheden tegen te gaan.<br />
Het wetsontwerp werd, blijkens het Voorlopig<br />
Verslag' van de Tweede Kamer, niet<br />
onverdeeld gunstig ontvangen. Het ligt<br />
dan ook niet in het voornemen een voortzetting<br />
van de parlementaire behandeling<br />
uit te lokken. De vraag, of op het punt van<br />
de drukpersdelicten aanvulling van het<br />
Wetboek van Strafrecht gewenst is, is nog<br />
in studie. Zonder op het resultaat hiervan<br />
vooruit te willen lopen, is de regering van<br />
oordeel, dat deze kwestie aan actualiteit<br />
heeft verloren, doordat tijdens en na de<br />
oorlog reeds eer bestaande denkbeelden betreffende<br />
een tuchtrecht voor journalisten<br />
concretere vormen hebben aangenomen.<br />
De Regering betoogt, dat een journalistiek<br />
tuchtrecht zeer wel te rijmen is met<br />
art. 7 der Grondwet.<br />
De statuten der journalisten-organisaties<br />
kennen reeds een tuchtregeling in eigen<br />
kring. Het belang van een dergelijke verenigings-tuchtrechtspraak<br />
mag niet worden<br />
onderschat, doch juist de journalisten, die<br />
het wetsontwerp beoogt te treffen, zouden<br />
zich aan haar werkingssfeer kunnen onttrekken<br />
door het verenigingsverband te<br />
66<br />
verlaten, of zich niet daarin te begeven.<br />
Daarenboven zijn de verantwoordelijke redacteuren<br />
van nieuwsbladen en tijdschriften,<br />
voor zover zij geen journalist van beroep<br />
zijn, als zodanig niet georganiseerd en<br />
derhalve niet aan verenigings-tuchtrecht<br />
onderworpen.<br />
Wil deze tuchtrechtspraak er toe bijdragen<br />
de stand der journalisten te maken tot één,<br />
die in eigen en anderer oog kenbaar is als<br />
drager van één roeping, dan moet niemand<br />
zich journalist mogen noemen, die niet aan<br />
de tuchtrechtspraak onderworpen is.<br />
Daarom wordt in ditzelfde wetsontwerp een<br />
bescherming van dit titel voorgesteld,<br />
waarmede tevens een van ouds in journalistenkringen<br />
gekoesterde wens in vervulling<br />
zou gaan.<br />
Om een scherpe afbakening van de kring<br />
der beroepsgenoten te verkrijgen, zullen zij<br />
geregistreerd moeten worden. Ten aanzien<br />
van degenen, die in nevenberoep een<br />
nieuwsblad of tijdschrift redigeren, alsmede<br />
ten aanzien van de zakelijke leiders van<br />
bladen of persbureaux, geldt dit vereiste<br />
niet, aangezien hier niet of in mindere<br />
mate van een bepaalde stand gesproken kan<br />
worden.<br />
Waar nu de journalisten worden geregistreerd,<br />
bestaat er reden voor de bevoegdheid<br />
een in te stellen Persgerecht, om<br />
inschrijving te weigeren, wanneer de aspirant<br />
de eer van de stand in gevaar zou<br />
brengen. Hiervoor zijn soortgelijke bepalingen<br />
ontworpen als gelden met betrekking<br />
tot de plaatsing' op het tableau der advocaten.<br />
Voorts zal er een beroepsinstantie<br />
zijn, die in meerderheid wordt gevormd<br />
door rechters, die niet in relatie tot het<br />
perswezen staan.<br />
In navolging van het Reglement Medisch<br />
Tuchtrecht wordt voor de toepassing van<br />
de tuchtmaatregelen en voor de beoordelingvan<br />
de aanvragen tot inschrijving in het<br />
register in eerste instantie voorgesteld een<br />
college van personen, die in de pers werkzaam<br />
zijn, voorgezeten door een juristbuitenstaander.<br />
Het z.g. Centrale College is<br />
uit genoemd reglement niet overgenomen.<br />
Naar analogie van de Pachtwet is hiervoor<br />
gekozen een Kamer van het Amsterdamse<br />
Gerechtshof, aangevuld met een tweetal<br />
leken.<br />
In overeenstemming met de opvatting, die<br />
terzake in de kring der journalisten leeft,<br />
werd het wenselijk geacht ook degenen, die'<br />
als nevenfunctie de hoofdredactie van'een<br />
dagblad voeren, tot de journalisten te rekenen.<br />
Onder deze categorie vallen twee<br />
verschillende maatschappelijke typen, namelijk<br />
de uitgever (directeur), die tevens<br />
hoofdredacteur van zijn courant is, en de<br />
hoofdredacteur, wiens hoofdberoep buiten<br />
de pers (gewoonlijk politieke leven) is gelegen.<br />
De tot dit laatste type behorende<br />
personen, die gemeenlijk slechts hoofdarti-