Historische wortels van het Postmodernisme
Historische wortels van het Postmodernisme
Historische wortels van het Postmodernisme
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
hoevelen consumeren dit?’ is zijn vraag der vragen. Dit type taxatie past hij nu instinctief en<br />
onophoudelijk toe: op alles en dus ook op de voortbrengselen <strong>van</strong> kunsten en wetenschappen,<br />
<strong>van</strong> denkers, geleerden, kunstenaars, staatslieden, <strong>van</strong> volkeren en partijen, <strong>van</strong> hele tijd-<br />
perken: hij vraagt bij alles, wat geschapen wordt, naar aanbod en vraag om voor zich zelf de<br />
waarde <strong>van</strong> een zaak vast te stellen. Dit tot karakter <strong>van</strong> een hele cultuur gemaakt, tot in <strong>het</strong><br />
onbegrensde en verfijndste doorgedacht en aan alle willen en kunnen opgelegd: dat is <strong>het</strong>,<br />
waarop gij mensen <strong>van</strong> de komende eeuw trots zult zijn: wanneer de profeten der handel-<br />
drijvende klasse gelijk hebben dit in uw bezit over te dragen! Maar ik heb weinig geloof aan<br />
deze profeten. Credat Judeaus Apella - om met Horatius te spreken.”, “183 De ouden en de<br />
jongen. - ‘Die parlementen hebben toch iets immoreels’ - zo denkt deze en gene nog altijd -<br />
‘want je mag daar ook meningen tegen de regering hebben!’ - ‘Je kijk op de zaak moet altijd<br />
die zijn, welke de genadige heer beveelt’ - dat is <strong>het</strong> elfde gebod in menige brave oude borst,<br />
met name in Noord-Duitsland. Men lacht hierom als om een verouderde mode: maar vroeger<br />
was <strong>het</strong> de moraal! Misschien dat men eens ook weer lacht om wat thans, onder <strong>het</strong><br />
parlementair opgevoede jongere geslacht, voor moreel doorgaat: namelijk de politiek <strong>van</strong> de<br />
partij boven de eigen wijsheid te stellen en iedere vraag betreffende <strong>het</strong> openbaar welzijn zo te<br />
beantwoorden dat <strong>het</strong> een gunstige wind in de zeilen der partij ten gevolge heeft. ‘Je kijk op de<br />
zaak moet die zijn, welke de partijsituatie eist’ - zo zou de canon luiden. In dienst <strong>van</strong> een<br />
dergelijke moraal komt thans ieder mogelijk offer, zelfoverwinning en martyrium voor.”<br />
Ook <strong>het</strong> in 1882 verschenen De vrolijke wetenschap gaat op deze weg verder; al is <strong>het</strong> duidelijk<br />
dat Nietzsche, terwijl hij dit boek schreef, reeds aan Aldus sprak Zarathoestra was begonnen.<br />
De vrolijke wetenschap vormt dan ook de overgang <strong>van</strong> de ‘positivistische’ periode naar<br />
Nietzsche’s laatste, meer ‘mystieke’ denkperiode. Ironisch genoeg was Nietzsche <strong>van</strong> plan om<br />
er, na <strong>het</strong> verschijnen <strong>van</strong> dit boek, tien jaar <strong>het</strong> zwijgen toe te doen om vervolgens in 1892<br />
terug op <strong>het</strong> toneel te verschijnen als de verkondiger <strong>van</strong> een nieuwe religie. In tussentijd zou<br />
hij met Lou Salomé - die hij via Paul Rée had leren kennen - in Parijs gaan wonen om daar de<br />
idee <strong>van</strong> ‘de eeuwige wederkeer’, die Nietzsche in 1881 zou zijn ‘overvallen’,<br />
wetenschappelijk te funderen. Spijtig genoeg gingen deze plannen op <strong>het</strong> laatste moment de<br />
mist in: Lou Salomé koos er uiteindelijk voor haar leven met Rée te delen in plaats <strong>van</strong> met<br />
Nietzsche, en deze laatste zou ten gevolge <strong>van</strong> deze gebeurtenis (en waarschijnlijk ook wel<br />
door de contacten met zijn moeder en zus, waar hij in niet steeds even vriendelijke<br />
bewoordingen over sprak) levenslang verbitterd en haatdragend blijven ten opzichte <strong>van</strong><br />
vrouwen. De plannen werden dus op een voor Nietzsche zeer pijnlijke wijze doorkruist, en hij<br />
38