Bijlagen document aanvraag watervergunning

DHV B.V.
In het provinciaal beleidskader stedelijk waterbeheer komen oude en nieuwe wateropgaven in een
samenhangende visie op beleidsdoelen en beleidsaanpak in het stedelijk waterbeheer bij elkaar. In het
beleidskader zijn drie strategische uitgangspunten gehanteerd:
– ieder zijn deel, samen sterk – betekent dat van elke Limburgse overheid verantwoordelijkheid voor
haar bijdrage aan de stedelijke wateropgaven wordt verwacht, tezamen leidend tot een robuuste en
samenhangende Limburgse aanpak;
– voortvarende en realistische aanpak – geeft aan dat ambitieuze maar haalbare beleidsdoelen
worden gesteld en dat maatregelen doelmatig dienen te zijn;
– (ruimtelijke) kansen benutten – benadrukt dat aanpak van de wateropgaven in het bredere
perspectief van de ruimtelijke ontwikkeling kansen biedt om maatschappelijke doelen te
verwezenlijken.
Daarnaast is het traject tussen Ophoven en Genbroek gelegen in het freatisch grondwaterbeschermingsgebied
van Roosteren. In deze gebieden gelden beschermende maatregelen om de kwaliteit van het
grondwater en bodem te waarborgen. De Provinciale Milieu Verordening (PMV) is hier van toepassing.
In de voorkeurstabel Afkoppelen (Waterschap Roer en Maas, 2007) is aangegeven dat in grondwater- en
bodembeschermingsgebieden het afstromend hemelwater van oppervlakte gemotoriseerd verkeer
geïnfiltreerd moet worden via centrale bovengrondse infiltratiesysteem met bodemfilter of dient af te
wateren naar het rioolstelsel. Ten aanzien van infiltratie worden de volgende voorwaarden gesteld:
• Toepassing van bronmaatregelen, geen toepassing van uitlogende bouwmaterialen;
• De infiltratievoorzieningen dient beheerd en onderhouden te worden.
• De waterkwaliteit van het te infiltreren regenwater wordt gemonitord.
Daarnaast zijn bodemactiviteiten beneden 3,0 m- maaiveld in grondwater- en
bodembeschermingsgebieden alleen toegestaan na goedkeuring van het bevoegd gezag (Provincie
Limburg). Hiervoor dient een ontheffing te worden aangevraagd bij de provincie.
Provinciaal beleid: Bodem
In het Provinciaal Omgevingsplan Limburg is onder meer opgenomen dat diffuse bronnen van
verontreiniging van bodem, grondwater en oppervlaktewater met voortvarendheid dienen te worden
aangepakt. Dit is verder uitgewerkt in het Gemeenschappelijk Actieprogramma Diffuse Bronnen Limburg.
Voorbeelden van diffuse bronnen zijn corroderende (roestende) vangrails en afstromend wegwater. De
partijen die verantwoordelijk zijn voor de diffuse bronnen worden hierop aangesproken. Uitgangspunt van
de provincie bij de aanpak van diffuse bronnen is samenwerking.
Beleid van de waterbeheerders
Het traject ligt in het beheergebied van Waterschap Roer en Overmaas. Tot eind 2009 gold het
Waterbeheerplan 2004 – 2007 en de daarbij op aansluitende Strategische Nota ‘‘Stedelijk waterbeleid’.
Vanaf 2010 is het Waterbeheerplan 2010-2015 van kracht. Grote overlast mag hierna niet meer
voorkomen. Samenwerking tussen betreffende partijen is hierbij een belangrijk doel. Daarnaast is het
beleid om de natuurlijke waterkringloop te herstellen door anders om te gaan met hemelwater. Dit betekent
meer ruimte voor water, water vasthouden, bergen en dan pas afvoeren en bovendien scheiden van
waterstromen aan de bron in plaats van zuiveren aan het eind van de keten.
Om passende maatregelen te formuleren bij nieuwe ontwikkelingen wordt de watertoets ingezet.
Het waterschap streeft in haar beleid naar een volledige ontvlechting van afval- en hemelwater en
stimuleert gemeenten om gescheiden riolering aan te leggen en in te zetten op infiltratie van hemelwater.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat/OWAB/MER A2 Maasbracht - Geleen 22 februari 2010, versie 4
LI20100439 - 13 -