Zakboek Tweede Fase - Onderwijs Consumenten Organisatie
Zakboek Tweede Fase - Onderwijs Consumenten Organisatie
Zakboek Tweede Fase - Onderwijs Consumenten Organisatie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
deel 1<br />
ren afgesloten te worden; er kan formeel immers geen cijfer voor literatuur worden vastgesteld<br />
als niet alle handelingsdelen zijn afgerond. Ook al is het aanleggen van een leesdossier<br />
niet verplicht, de boeken moeten wel worden gelezen. Wat dat betreft is er dus<br />
eigenlijk nog steeds sprake van een handelingsdeel.<br />
het vwo en 120 uur op het havo, en als meer talen dan alleen Engels en Nederlands zijn<br />
betrokken steeds 80 respectievelijk 40 uur hoger.<br />
Het aantal werken dat gelezen moet worden is op het havo voor Nederlands 8 en voor de<br />
moderne vreemde talen 3. Op het vwo is dit voor Nederlands 12 (waaronder 3 werken van<br />
voor 1880) en voor de moderne vreemde talen 3.<br />
zakboek tweede fase<br />
In de examenprogramma’s is niet vastgelegd hoeveel studielasturen gekoppeld zijn aan de<br />
verschillende onderdelen van een vak. Er is dus ook niet vastgelegd hoeveel uren er aan<br />
literatuur besteed zouden moeten worden. Scholen zijn vrij zelf het aantal uren te bepalen.<br />
Het netwerk geïntegreerd literatuuronderwijs (GLO) heeft hierover wel een advies<br />
gegeven, met name bedoeld voor scholen die overgaan tot samenwerking bij of samenvoeging<br />
van het literatuuronderwijs. Andere scholen kunnen dat advies als richtsnoer<br />
gebruiken: voor Nederlands op het havo 120 uur en op het vwo 160 uur, voor elke vreemde<br />
taal op het havo 40 uur en op het vwo 80 uur. De studielast die op het vwo het cijfer<br />
voor literatuur bepaalt, is – indien bovenstaand advies wordt gevolgd – dus 240 uur op<br />
Ook in de Vernieuwde <strong>Tweede</strong> <strong>Fase</strong> moet de school beslissen of literatuur onderdeel is van<br />
de verschillende talen of dat de literatuur van de verschillende moderne talen een geïntegreerd<br />
blok (GLO) vormt. Het verschil met de <strong>Tweede</strong> <strong>Fase</strong> Oude Regeling is dat de school<br />
er zelf voor mag kiezen één cijfer voor literatuur op de cijferlijst te plaatsen (voor de hand<br />
liggend bij de keuze voor GLO) of de cijfers voor literatuuronderdelen mee te wegen bij de<br />
berekening van een eindcijfer voor de verschillende talen (voor de hand liggend als er voor<br />
wordt gekozen de literatuur onderdeel te laten vormen van de verschillende talen). De<br />
school bepaalt zelf hoe zwaar de verschillende onderdelen meewegen.<br />
Overigens, als er wordt gekozen voor een ‘zelfstandig’ cijfer voor literatuur dan wordt het<br />
cijfer voor het vak voor de uitslagbepaling opgenomen in het zogeheten combinatiecijfer.<br />
Deze beslissing moet terug te vinden zijn in het examenreglement en zichtbaar worden in<br />
het programma van toetsing en afsluiting (pta).<br />
Er is niets gewijzigd aan het minimum aantal boeken dat gelezen moet worden.<br />
Regelingen<br />
In de wet en de besluiten wordt vanaf 2007 consequent de term ‘literatuur’ gebruikt waar<br />
eerst de term ‘letterkunde’ gangbaar was. Het betekent dat ook de officiële vakbenamingen<br />
veranderen. Ter illustratie: was het eerst ‘Nederlandse taal en letterkunde’, vanaf<br />
augustus 2007 heet hetzelfde vak ‘Nederlandse taal en literatuur’.<br />
Zie ook Combinatiecijfer<br />
Bronnen:<br />
- Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o., uitgave van de VMBO-projectorganisatie<br />
en het <strong>Tweede</strong> <strong>Fase</strong> Adviespunt, december 2000, lid 1a van de artikelen 11, 12 en<br />
13, pagina 31, 34 en 36 en artikel 49, pagina 67-68.<br />
- Regelgeving voor de Vernieuwde <strong>Tweede</strong> <strong>Fase</strong>, uitgave van het <strong>Tweede</strong> <strong>Fase</strong> Adviespunt,<br />
maart 2007, Eindexamenbesluit, artikel 49 lid 6a en 7, pagina 68.<br />
58<br />
59