Samenvattingen weefsels
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
membraan. Onder invloed van ATP wordt de kop van het motordomein van de<br />
dyneine geactiveerd. Deze ‘loopt’ hierdoor over het naastgelegen microtubili-paar,<br />
waardoor de microtubili ten opzichte van elkaar bewegen. In een cilium zijn<br />
verbindingen tussen de microtubili aanwezig waardoor de microtubili niet ten<br />
opzichte van elkaar bewegen maar een buigbeweging maken. PCD is een afwijking<br />
waarbij de trilharen niet goed kunnen bewegen, waardoor de kans op infecties<br />
groter is en het heeft ook een effect op de zaadcellen.<br />
Opdracht 2: Vergelijking cilinderepitheel dunne darm en meerlagig<br />
plaveiselepitheel opperhuid<br />
Het epitheelweefsel uit de dunne darm bestaat uit een enkelcellige laag van<br />
cilindervormige cellen. Dit weefsel bevat villi en microvilli aan de apicale kant voor<br />
oppervlaktevergroting. Ook bevat dit epitheel slijmbekercellen. Aan de basale kant<br />
zitten de cilinderepitheelcellen met hemidesmosomen via het basale membraan<br />
vast aan de lamina propria. De belangrijkste functies van het cilinderepitheel zijn<br />
bescherming, het soepel houden van de darm, secretie en absorptie. De kernen<br />
van het cilinderepitheel liggen dicht bij de basolaterale kant, allemaal ongeveer op<br />
dezelfde hoogte. De cilinderepitheelcellen in de dunne darm zijn polair door de<br />
tight junctions aan de laterale kant.<br />
De epidermis van de huid bevat meerlagig plaveiselepitheel. Dit epitheel bestaat<br />
uit meerdere lagen waarvan de oppervlaktelaag plaveiselvormig is en de<br />
onderliggende lagen kubisch of licht cilindrisch zijn. De cellen krijgen de<br />
plaveiselvorm door het opnemen van keratine. Dit proces wordt keratinisatie of<br />
verhoorning genoemd. De cellen verplaatsen zich naar het oppervlak waar er een<br />
dunne hoornlaag wordt gevormd, het stratum corneum. Het stratum corneum<br />
bevat een laag metabolisch inactieve cellen met daartussen lipiden. Deze laag<br />
voorkomt dat er veel vocht verloren wordt. Ook biedt de verhoornde laag<br />
bescherming tegen micro-organismen en voorkomt het snelle afslijting. In het<br />
stratum spinosum start de keratinisatie. De cellen migreren dan via het stratum<br />
granulosum naar het stratum corneum. In het stratum granulosum verliezen de<br />
cellen hun kernen en andere organellen. Het stratum granulosum scheidt ook<br />
lipiden uit naar het stratum corneum. Dit zorgt ervoor dat er een apolaire laag<br />
ontstaat en dat polair transport, dus ook dat van water, wordt verhinderd.<br />
Het huidepitheel bevat veel desmosomen en enkele gap junctions. Het<br />
darmepitheel bevat tight junctions, zonula adherens, desmosomen en gap<br />
junctions. Een groot verschil tussen de twee epitheelvormen is dat bij het<br />
meerlagige epitheel van de huid het veel lastiger is voor voedingsstoffen om de<br />
buitenste laag te bereiken. Hierbij komen de gap junctions goed van pas. Het<br />
epitheel van de dunne darm is veel doorlaatbaarder dan het epitheel van de huid.<br />
Opdracht 3: Transport-epitheel<br />
Ionen, water, kleine oplosbare stoffen, macromoleculen en gassen kunnen door het<br />
endotheel heen getransporteerd worden. Er zijn drie verschillende typen<br />
capillairen. De manier waarop het capillair voedingsstoffen doorlaat verschilt per<br />
type. Capillairen met een continu epitheel zijn permeabel voor grotere moleculen.<br />
Het transport wordt hoofdzakelijk bepaald door pinocytose-blaasjes. Deze blaasjes<br />
liggen in het cytoplasma en langs de celmembraan van de endotheelcellen. De<br />
junctions laten voornamelijk kleine stoffen door. Capillairen met gefenstreerd<br />
endotheel hebben nog meer pinocytose-blaasjes in het cytoplasma. Bij capillairen<br />
met een discontinu endotheel wordt de permeabiliteit voornamelijk geregeld door<br />
de variabele openingen tussen de endotheelcellen.<br />
Endotheel is eenlagig plat plaveiselepitheel. Het zijn platte, langgerekte cellen<br />
waarvan de kern enigszins het lumen uitpuilt. Continue capillairen hebben een<br />
continu eptiheel. Bij gefenestreerd epitheel zijn de fenestraties te zien. Discontinue