04.06.2015 Views

Samenvattingen weefsels

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Opdracht 3: Adhesie in het immuunsysteem<br />

Selectines spelen een belangrijke rol in het proces waarbij de leukocyt aan de<br />

epitheelcel hecht om hierna vanuit het bloed bij een ontstekingsplaats het weefsel<br />

in te gaan. Selectines zitten op endotheelcellen en kunnen binden aan<br />

koolstofketens die aan leukocyten zitten. De hechting van selectine aan een ligand<br />

gaat snel, omdat er door de bloedstroom weinig tijd is. Ook het loslaten van de<br />

hechting gaat snel omdat selectines een lage affiniteit hebben. Hierdoor rollen de<br />

leukocyten over de onderliggende epitheellaag, maar wel minder snel dan de<br />

bloedstroom. Integrines worden actief nadat er een binding is gevormd tussen een<br />

selectine en een leukocyt. Deze binding duurt langer. De Ig-superfamilie bestaat<br />

uit een grote groep moleculen waarvan een deel zorgt voor de specificiteit van<br />

interacties tussen leukocyten en endotheelcellen. Andere varianten zorgen voor<br />

interacties tussen leukocyten onderling. Om ervoor te zorgen dat de binding aan<br />

de cel maar tijdelijk is moet de affiniteit van integrines worden gereguleerd. Voor<br />

de migratie door endotheliale barrières is het voor leukocyten belangrijk dat ze<br />

langs tight junctions kunnen passeren. Wanneer de leukocyt in contact komt met<br />

de endotheelcel herrangschikken de cadherines en catenines in de<br />

endotheelcellen, en veranderd hun functie. Ook de calciumionen-concentratie<br />

verandert, waardoor er een potentiaalverschil ontstaat dat ervoor zorgt dat de<br />

leukocyten kunnen migreren.<br />

Opdracht 4: Hoe bewegen cellen zich door weefsel van A naar B?<br />

Veel cellen bewegen zich door <strong>weefsels</strong> heen door middel van een kruipachtige<br />

beweging over de aanwezige onderlaag (substratum). De celmigratie bestaat uit<br />

een samenhangend proces waarbij de actinelaag die tegen het plasmamembraan<br />

aanligt een belangrijke rol speelt. Deze laag wordt ook wel de actinecortex<br />

genoemd. Het proces bestaat uit drie fases. Een extensiefase waarbij<br />

actinefilamenten van de cel in de richting van de beweging gestuwd worden, een<br />

aanhechtingsfase waarbij het plasmamembraan aan het substratum hecht en de<br />

tractiefase waarbij de koppeling van de cel aan het substratum een spanning<br />

veroorzaakt die samen met een contractie aan de achterkant van de migrerende<br />

cel zorgt voor migratie.<br />

De extensie van het plasmamembraan wordt veroorzaakt door polymerisatie van<br />

actinefilamenten. Afhankelijk van het celtype worden er filopodia (ééndimensionaal),<br />

lamellipodia (tweedimensionaal) of pseudopodia (driedimensionaal)<br />

gevormd.<br />

De adhesie aan het substratum gebeurt door middel van integrines, die zowel aan<br />

het cytoskelet van de migrerende cel als aan de extracellulaire matrix binden.<br />

Deze integrines bewegen vrij over het plasmamembraan. Doordat de integrines<br />

loszitten kunnen de cellen sneller voortbewegen.<br />

Doordat de adhesie-sites aan de voorkant van de migrerende cel als ankerpunt<br />

dienen, kan de cel tractie generen op het substratum en zichzelf voorwaarts<br />

trekken. Myosine-motoreiwitten zorgen voor deze tractiekrachten. Myosine is<br />

voornamelijk achter in de cel aanwezig. Myosine zorgt ook voor contractie van de<br />

actinerijke cortex aan de achterzijde van de cel, waardoor de achterste adhesiesites<br />

verzwakken.<br />

Opdracht 5: Hoe kan vetweefsel als steunweefsel functioneren?<br />

Vetweefsel bestaat voor een deel uit fibroblasten, die de vetcellen bij elkaar<br />

houden. De vloeibare lipiden in de adipocyten kunnen op deze manier weerstand<br />

bieden tegen drukkrachten, waardoor het zeer geschikt is als steunweefsel.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!