09.03.2016 Views

De Ambachtsheerlijkheid Kortenhoef

Geschreven door Bernardus Joannes Maria de Bont, ambachtsheer van Kortenhoef, Amsterdam, 1902

Geschreven door Bernardus Joannes Maria de Bont, ambachtsheer van Kortenhoef, Amsterdam, 1902

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>De</strong>ze »devote" koster was vromer met de pen dan in zijn gedrag,<br />

want den I6en Juli I720 schrijft Domine Huyghens »Bram spadt uyt in<br />

aile godloosheyd. I)<br />

In IJ18 houden regenten hun blijde inkomen te <strong>Kortenhoef</strong>. Eenige<br />

dagen vooruit en wel den zzen Mei I 7 r 8, schrijft de schout C. Mooy<br />

aan de ambachtsheeren:<br />

>> • • • • dat ick van UEds. aenstaende overcompste aen onse geregten<br />

sal kennis geven en bij provisor order stellen tot de drie tonnen bier<br />

alsdan voor de gemeente uijt te tappen. Omtrent het verdere tractement<br />

dat mijne Heeren alsdan houdt goed vinden te doen, of ik een<br />

visje of wat anders sal besorgen en wat soort wijn. Dan of mijne Heeren<br />

daervoor sorgen sal want tot Cortenhoeff is op een moment soo alles<br />

niet te becomen."<br />

Hierop bestelden de heeren: »4 schotels watervis en 2 met sausvis,<br />

brood en wat dun bier, de rest sullen wij zelven doen suppleeren." Zij<br />

· noodigden ter tafel de »schout, en de tegenwoordige regeering onzer<br />

dorpe, benevens den predicant, de buurmeesters, schepenen, kerkmeesteren,<br />

weesmeesteren en brandmeesteren." Het feest had plaats in<br />

de herberg van Jacob Willems van Vliet, waarschijnlijk het tegenwoordige<br />

cafe en logement van den Heer W. Beyer. <strong>De</strong> gasten en de<br />

ambachtsheeren schijnen zich kostelijk geamuseerd te hebben, want<br />

eenige dagen na het feest werden aan de regenten teruggezonden, onder<br />

anderen: »een hoed en I8 lege bouteiljes," met de bemerking »onze<br />

mannen hadden nogh smaeck in wijn."<br />

Ruim een halve eeuw bleef de Heerlijkheid in bezit van het S. Pietersgasthuis,<br />

doch de hooge lasten noodzaakten de Regenten haar ten<br />

gelde te maken. In I752, den 29en Januari, vroegen zij advies aan den<br />

advokaat Wantenaer te Utrecht of zij de verlaten Ianden »ten profijte<br />

van bet dorp mogen Iaten verveenen, ten eynde niet te kort te komen<br />

aan de lasten van de verlaten Ianden, van de reparatie der kerk" enz.<br />

1) <strong>De</strong>ze en volgende mededeelingen zijn geput uithet Stadsarch. te Arnst. S. Pietersgasthuis.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!