31.12.2012 Views

Oosteinde-Parkweg - Gemeente Leidschendam-Voorburg

Oosteinde-Parkweg - Gemeente Leidschendam-Voorburg

Oosteinde-Parkweg - Gemeente Leidschendam-Voorburg

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

esulteerde in een 6 tot 10 km brede kuststrook bestaande uit reeksen van strandwallen met<br />

daartussen lager gelegen strandvlakten. Soms zijn in de duinen die op de strandwal zijn afgezet<br />

meerdere donkergekleurde bodemlagen aanwezig, van elkaar gescheiden door lichtgele of<br />

lichtgrijze lagen stuifzand. Deze donkere lagen vertegenwoordigen rustfasen in de<br />

duinontwikkeling waarin het duinoppervlak begroeid raakte, bodemvorming kon optreden en<br />

bewoning mogelijk was. Door zandafgravingen, die vooral vanaf de 16 de eeuw op grote schaal<br />

plaatsvonden, zijn de oorspronkelijke duintoppen bijna overal afgegraven. Tussen de<br />

strandwallen liggen de laaggelegen strandvlakten, waarvan het niveau correspondeert met de<br />

(toenmalige) hoogte van de zeespiegel. Door hun lage ligging zijn de strandvlakten deels met<br />

veen en soms met klei opgevuld.<br />

Bodem<br />

De huidige bodemkundige situatie is afgeleid van de Bodemkaart van Nederland (Stiboka 1982)<br />

en de Geologischekaart van TNO 2009). Het plangebied ligt in de bebouwdekom van <strong>Voorburg</strong>,<br />

en is hierdoor niet gekarteerd. Uit de bodemkaart valt echter af te leiden dat in het plangebied<br />

strandwallen en strandvlakten voorkomen. De strandwal bestaat uit kalkloze zandgronden met<br />

een minerale eerdlaag, die gevormd zijn onder natte omstandigheden. Het gaat om de<br />

zogenaamde beekeerdgronden (code: PzG21). De humushoudende bovengrond is bij dit<br />

bodemtype vaak nauwelijks dikker dan 15 cm. De strandvlakte is opgevuld met veen en klei en<br />

is aangegeven als zeggeveen, rietveen of mesotroof broekveen, zogenaamde meerveengronden<br />

(code zVc). In de onbebouwde delen van de strandwallen en strandvlakte staat grondwatertrap<br />

II aangegeven. Dit betekent dat de hoogste grondwaterstand (najaar) in het gebied stijgt van<br />

minder dan 0,4 m .mv. In de zomer daalt het grondwater tussen de 0,5-0,8 m -mv. Het is echter<br />

onduidelijk of deze waarden ook gelden voor het plangebied. Volgens de bodemkaart van 's-<br />

Gravenhage uit 1950, die is opgetekend toen het gebied nog onbebouwd was, bevonden zich in<br />

het plangebied de volgende bodemsoorten: vochtige vrij onregelmatige zandgronden, vochtige<br />

regelmatige zandgronden en venige zandgronden of slibhoudend zand op veen. Volgens de<br />

kaart van TNO komen in het plangebied de volgende drie bodemeenheden voor:<br />

Eenheid 04, Lichtbruin: Laagpakket van Walcheren (Klei) op Hollandveen op Laag van<br />

<strong>Voorburg</strong> (zand)op laag van Rijswijk (strandzanden)<br />

Eenheid 11. Donkerbruin : hollandveen op Laag van <strong>Voorburg</strong> (zand)<br />

Eenheid 17, Lichtgeel: Laag van <strong>Voorburg</strong> (zand/strandwal) eventueel een deklaag van Laag<br />

Den Haag<br />

Eenheid 02, Groen: Laagpakket van Walcheren (zand en klei van getijdegeulen) op<br />

Hollandveen op Wormer waar zand ondieper dan 5 m<br />

81

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!