In Aeternum Mirabile Lectu 2021
- No tags were found...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
en gewoond: Nederland, Zweden, de VS en
Italië. Mijn klanten zijn verspreid over heel
Europa. Tot mijn verbazing gooiden vele
van mijn naaste vrienden en ongelofelijk
knappe klanten die ervoor hebben doorgeleerd
– iedereen een PhD – hun kritische
vermogen overboord. Waar iedereen tot
de uitbraak vrij rondreisde en zich een
wereldburger waande, omhelsde men nu
het beleid – of wat daarvoor door moest
gaan – van het land waarvan men ingezetene
was. Ik kon me niet aan de indruk
onttrekken dat, nu men was vastgenageld
aan het vaderland en geen kant op kon,
men zich ook gedwongen voelde om het
zwalkende beleid waaraan men onderhevig
was te rechtvaardigen, goed te praten of
anderszins met de mantel der liefde te
bedekken. In weerwil van haar altijd kritische
en scherpe blik voelde een Zweedse
vriendin, een epidemiologe nota bene, zich
geroepen om Anders Tegnell, de Zweedse
tegenvoeter van Jaap van Dissel, met hand
en tand te verdedigen. Vergelijk de Zweedse
cijfers met Denemarken, Noorwegen en
Finland en het is glashelder dat Tegnell en
de Zweedse politiek die zich achter hem
verschool een rampzalig beleid hebben
gevoerd. Nederlandse vrienden zeiden
hoe goed Rutte het deed en hoe knap het
RIVM toch wel niet was. Hoezo weet jij het
beter? Velen zijn schoorvoetend tot inkeer
gekomen, maar het is tekenend dat, onder
de Zugzwang van de eerste golf, mensen
posities innamen die daarvoor ondenkbaar
waren.
In Zwitserland was het helaas van hetzelfde
laken een pak. Zwitserland had in beginsel
het twijfelachtige voordeel dat een van de
kantons, de Ticino, grenst aan het zwaar
getroffen Lombardije. Een gewaarschuwd
mens telt voor twee, maar nee. In maart
luisterde ik naar een interview op de
Radio Suisse Romande met een arts tevens
ziekenhuisdirecteur in de Ticino die als
het ware met zijn laarzen in het bluswater
stond. Hij pleitte fel en met voor mij ijzersterke
argumenten voor een lockdown. De
journaliste die ik ken als kundig en objectief
zei: “Ja, maar wij hebben toch een veel
betere gezondheidsstructuur dan Italië? We
kunnen toch niet eisen dat kinderen thuis
blijven?”, enz. Met zoveel woorden zei ze:
… zo’n vaart zal het hier toch niet lopen
en Italië, tja, daar is het zo’n zootje. De
dokter in kwestie reageerde furieus, wat
zeer ongebruikelijk is voor de ingetogen
Zwitsers, en zei: “U begrijpt niets van het
Italiaanse systeem en ik kan u verzekeren
dat het net zo geavanceerd is als het onze;
als we nu niet ingrijpen is het leed niet te
overzien.” Zwitserland sloeg de waarschuwing
van Dr. Cassandra in de wind
en heeft een onnodig hoge prijs betaald
voor haar arrogantie. Dat het een federale
staat is, helpt ook niet. Een lockdown kan
alleen maar worden verordonneerd als alle
kantons ermee instemmen. Dus ondanks
de uitslaande brand werd het de Ticino tot
heel laat niet toegestaan om de brandweer
in te schakelen.
Een Engelse vriendin is anesthesiste in Lewisham
Hospital in Londen. Zij zou in april
met pensioen gaan. Lewisham was een van
de centrale ziekenhuizen in Londen tijdens
de eerste golf. Zij kon met goed fatsoen
niet opstappen terwijl haar collega’s met
de moed der wanhoop de instroom van
patiënten het hoofd probeerden te bieden.
Medio april zei ze me: “Hans, ik ben bang,
Hans Herklots 2021
heel erg bang.” Ze zei ook dat de
houding in het VK en in het bijzonder
van het establishment – politiek, medische
stand, wetenschap en media –
een grote minachting uitstraalde over
Italië: zoiets zou hier nooit kunnen
gebeuren. Yeah, right.
Wij spraken elkaar regelmatig gedurende
het jaar. Net voor kerst zei
ze: “Het is allemaal redelijk tot rust
gekomen; er zijn minder opnames en
we weten inmiddels beter wat we
moeten doen; bovendien zit ik nu vol
antilichamen (ze had zelf COVID-19
opgelopen), wat kan mij gebeuren.”
Een maand later spraken we weer.
“Het ziekenhuis is opnieuw tot de
nok toe gevuld met patiënten; verplegend
personeel loopt op z’n tandvlees,
is totaal uitgeput; chirurgen verschonen
bedden; alleen de 50-60-jarigen
worden beademd, de ouderen gaan
naar een afdeling om te sterven; het is
heel, heel ernstig.”
Inmiddels woon ik sinds vijf maanden in Italië, de eerste Europese brandhaard, COVID-19
gidsland. Er zijn schoolgenoten die al veel, veel langer in Italië wonen en die ongetwijfeld
beter zijn geïnformeerd en de pandemie van het begin af hebben meegemaakt, soms zelfs
aan den lijve. Mijn provincie “doet het relatief goed”. Wat me in ieder geval opvalt is dat,
anders dan in Zwitserland, iedereen heel gedwee mondmaskers draagt en afstand in acht
neemt, en geen enkel debat over het wel of niet dragen van maskers wordt gevoerd; men
doet het gewoon, ook op het strand en wandelend langs de boulevard. Italië heeft het
natuurlijk enorm voor de kiezen gehad en het is nog lang niet voorbij. Tot begin maart
is er een lockdown die het verbiedt om zelfs de eigen gemeente te verlaten, tenzij voor
dringende zaken, werk, e.d. Nu zijn de Italianen niet roomser dan de paus en er zijn ongetwijfeld
mensen die het allemaal aan hun laars lappen. Maar de burgerlijke gehoorzaamheid
overheerst. Ik ga een keer per week naar de supermarkt waar het verkeer keurig is
gekanaliseerd, overal handgel-dispensers staan en waar je de kakelverse groente, sla en
fruit alleen met handschoenen mag beroeren. Het is wellicht een illusie, maar ondanks de
nog immer somber stemmende epidemiologische cijfers voel ik me hier veiliger dan in
Zwitserland of Nederland. Misschien is het het uitzicht op zee?
8
9