Familiekookboek
Familiekookboek
Familiekookboek
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
GEWOON LEKKER KOKEN<br />
LEKKER GEWOON KOKEN<br />
Koken zonder kokeleko:<br />
zonder haute-cuisinaire ingrediënten, instrumenten en talenten<br />
(én zonder knoflook!) -<br />
alleen met een beetje tijd en toewijding<br />
(én goeie smaak!)...<br />
INHOUDSOPGAVE<br />
Met op de (rechter) openingspagina van elk hoofdstuk steeds<br />
de inhoudsopgave (of een nader overzicht) van dat hoofdstuk.<br />
I SOEPEN DOOR DIK EN DUN pag. 3<br />
II SAUSEN IN SOORTEN pag. 15<br />
III VARIATIES IN VLEES & VIS pag. 23<br />
IV GROENTEN (van aardappel tot wortel) pag. 73<br />
V STAMPPOTTEN EN STOOFSCHOTELS pag. 93<br />
VI IN DE BONEN... (bruine, witte e.a.) pag. 103<br />
VII ALLERLEI RIJST(-TAFEL)GERECHTEN pag. 111<br />
VIII PASTA (EN VERWANTE DEEGGERECHTEN) pag. 123<br />
IX WARME EN/OF KOUDE NAGERECHTEN pag. 133<br />
en aanverwante 'meelspijzen' als voor-,<br />
hoofd- of tussengerecht<br />
X ZOUTE EN ZOETE BAKSELS pag. 147<br />
maten & gewichten en ovenstanden pag. 172<br />
gulden regels voor keuken en koken: zie ommezijde<br />
kook-technische termen in kort bestek (bakken, braden, etc.): zie pag. 24<br />
Een kookboek zonder de gangbare fraaie foto's<br />
want die werken toch maar ontmoedigend: zo mooi<br />
gaat het er nooit uitzien, hoe lekker het ook is…<br />
Uit de keuken(s) geklapt (en gegapt) door J. EUWEMA
2<br />
GULDEN (KEUKEN-) REGELS<br />
't Is geen man die niet koken kan<br />
&<br />
't Is geen vrouw die niet koken wou...<br />
Bezint eer ge begint, oftewel: zet alles van tevoren klaar, zolang de handen nog schoon zijn en het hoofd<br />
nog helder is, zodat ook blijkt welke ingrediënten en welk keukengerei men evt. nog tekort komt.<br />
Uit het recept valt vaak wel af te lezen wanneer de groenten het beste schoongemaakt kunnen worden en<br />
welke volgorde de voorkeur verdient.<br />
Pièce de résistance is vaak het snipperen van de ui (zonder handschoenen en zonder een keukenmachine<br />
'eraan vuil te maken'): snijd de ui van top tot wortel in tweeën, dwars door alle schillen heen (ook<br />
de buitenste), en pel dan (pas) die buitenste schil naar beneden en klap die bij de wortel naar achteren;<br />
houd aan die wortel de ui vast en snijd de ui van wortel tot top, eerst in verticale sneden en dan in een of<br />
twee horizontale sneden (parallel aan het snijvlak) en tenslotte haaks op de vorige sneden zo fijn als wordt<br />
gewenst - tot alleen nog de wortel met aanhangsel over is en kan worden weggegooid. Het bekende<br />
'tranen' kan worden tegengegaan door de ui voor het snipperen even in het vriesvak te leggen, of bij lenteuitjes<br />
door deze even in heet water te dompelen.<br />
Heel professioneel is het gebruik van een keukenschort waarvan de banden zo lang zijn dat ze weer naar<br />
voren kunnen worden dichtgeknoopt - zodat daar een handdoek tussen kan worden gestoken: een 'echte'<br />
kok maakt niet alleen voortdurend zijn handen schoon, maar zeker ook zijn werkplek.<br />
Neem nooit teveel hooi op de vork: in de beperking toont zich de meester!<br />
En neem altijd de proef op de som ('the proof of the pudding...') ook als het recept op de voet is<br />
gevolgd.<br />
In plaats van met zout kan een gerecht ook op smaak worden gemaakt met een verkruimeld of opgelost<br />
maggiblokje en/of (maggi-)aroma. Alle - andere - zgn. smaakversterkers zijn overbodig en strijdig met de<br />
subtiliteit van de natuurlijke goede smaak. Hetzelfde geldt voor het modieus-overvloedige gebruik van<br />
knoflook: onze doorgaans nog kwalitatief-goede en natuurlijk-smakelijke producten hebben zo’n overheersende<br />
'smaakverbloemer' niet nodig en verdienen bepaald een betere en subtielere behandeling.<br />
(Het aforisme van Cyril Conolly - 'Vulgarity is the garlic in the salad of taste' - is ongetwijfeld overdrachtelijk<br />
bedoeld, maar is in dit verband ook letterlijk op te vatten!)<br />
Beter is het op zoek te gaan naar (en/of te blijven staan op) ingrediënten die (zélf) goed smaken: bijv.<br />
tomaten die nog naar tomaten smaken, aardappelen naar ieders persoonlijke smaak, en vlees dat nog<br />
érgens naar smaakt.<br />
Alles wat 'kant en klaar' heet kan gevoeglijk op de schappen van de supermarkt blijven staan: het mist nl.<br />
'per definitie' nu net datgene wat iets echt lekker kan maken, te weten de (wisselende!) persoonlijke toets.<br />
In eerste instantie is het soms nog wel even smakelijk (en zeker makkelijk), maar bij nader inzien blijkt het<br />
helemaal 'naar niks' te smaken.<br />
Met margarine wordt de goede, veelal zuiver-plantaardige, margarine bedoeld, voor bakken en braden evt.<br />
in de vorm van de daarvoor bestemde versies. Onder boter wordt uiteraard uitsluitend 'echte boter'<br />
verstaan. Ook olie is er in vele (smakelijke) soorten: de meest 'neutrale' zijn zonnebloem- en maïs(kiem) -<br />
olie. Alle (andere) 'bak & braad'-producten zijn uitsluitend geschikt resp. bruikbaar voor de TV-reclame!<br />
Verandering van spijs doet (lekker) eten: de hierna volgende bladzijden bevatten voldoende variatiemogelijkheden<br />
voor een heel mensenleven...<br />
Maar enige regelmaat kan geen kwaad: het is immers de maat die de muziek maakt. Zo zou er een zeker<br />
ritme zijn aan te brengen door bijv. elke week 1 x een stoofschotel of bonenschotel te maken en op een<br />
andere 'vaste' dag een pasta- of rijst-gerecht.
3<br />
I SOEPEN DOOR DIK EN DUN (voor vissoepen zie pag. 61/62)<br />
pag. 4: bouillon trekken (runder-, kalfs-, kippe- en groente-bouillon)<br />
én bouillon 'versieren'<br />
pag. 5: dunne en licht-gebonden soepen: Aspergesoep<br />
Balletjes-Groentesoep van oma<br />
Bloemkool(crème)soep<br />
Champignon(crème)soep<br />
Consommé<br />
Courgettesoep<br />
Groene soepen (spinazie, doperwten en sla)<br />
Kaassoep<br />
Kerriesoep(en)<br />
Kervelsoep<br />
Knolselderijsoep<br />
Komkommersoep<br />
Koninginne(kippe-)soep<br />
Mimosa(kippe-)soep<br />
Mosterdsoep<br />
Ossestaartsoep(en)<br />
Pompoensoep<br />
Posteleinsoep<br />
Preisoep (Vichysoise)<br />
Roomsoep<br />
Spruitjes(crème)soep<br />
Tomatensoep(en)<br />
Uiensoep(en)<br />
Venkelsoep<br />
Witlofsoep<br />
Wortelsoep op Thaise toer<br />
pag.10: dikke maaltijdsoepen: Bonensoepen uit vele landen:<br />
Hollandse-, Hongaarse-, Duitse-, Pruisische-,<br />
Normandische-, Carnavals-, Twentse humkes-,<br />
Milanese minestrone-, Papazoi-, Potage d'Artois-,<br />
Witte-bonen-soep en Erwtensoep resp. 'Snert',<br />
Linzensoep, Kikkererwten(zigeuner)soep<br />
Andere maaltijdsoepen:<br />
Aardappelsoep<br />
Balearen(kool-)soep<br />
Bietensoep (Bortsch)<br />
Bloemkool(bonen)soep<br />
Boeren-uien-soep<br />
Brusselsesoep<br />
Goulashsoep en Hongaarse paprikasoep<br />
Kippesoepen (Canja, Cock-a-Leekie,<br />
Mulligatawny, en Waterzooi)<br />
Mexicaanse maissoep met kaas<br />
Pot-au-feu<br />
Soep van de Maas<br />
Spruitjes(maaltijd)soep<br />
Wortel-selderij-roomsoep<br />
'bouquet garni': (met reepje prei) bijeengebonden 'boeketje' van kruiden, bijv. tijm, laurier en peterselie<br />
'gemengde kruiden'('fines herbes'): bieslook, kervel, peterselie én dragon (evt. ook nog lavas en tijm)<br />
‘mirepoix’: mengsel van groenten en kruiden, als prei, wortel, peterselie, ui, kruidnagel, laurier en tijm.<br />
Voor algemene keukentermen - als bakken, braden, fruiten, smoren etc. - zie pag. 24
Bouillon trekken<br />
Bij gebruik van (maggi-)bouillonblokjes rekenen op 4 blokjes (of 1 bouillontablet) per liter water.<br />
Een 'fond' is een sterk ingekookte bouillon, een ‘demi glace’ een tot de helft ingekookte fond.<br />
Voor 'fumet' en visbouillon-trekken: zie pag. 61<br />
4<br />
Runderbouillon: ca. 2 l koud (!) water opzetten met 1 pond (nog ongezouten) runderpoelet (soepvlees)<br />
én een flink stuk bot (mergpijp geeft een krachtige bouillon, ander soort bot vaak een wat vettere bouillon)<br />
en dit langzaam aan de kook brengen op laag vuur (en vervolgens op kleinst mogelijke pitje!), zo nodig nu<br />
en dan afschuimend. Erbij doen: (hele takjes) selderij, peterselie en tijm, ½ prei en ½ wortel in stukken en<br />
1 ui bestoken met kruidnagels; verder 8-tal peperkorrels (of versgemalen peper), nootmuskaat (of foelie),<br />
stukje citroenschil (of sinaasappelschil, zonder wit), zout en/of bouillonblokjes of tablet(ten) runderbouillon.<br />
Op zéér laag vuur minstens 3-6 uur zachtjes laten ‘trekken’ (het mag beslist niet koken!) met de deksel<br />
schuin op de pan. Variant: voor donkerder bouillon vlees en bot eerst even 'aanbraden' in hete oven!<br />
Evt. voor het gebruik zeven: door een zeef en/of door een doek.<br />
Evt. voor het gebruik ontvetten: na afkoelen vetlaagje eraf halen.<br />
Evt. voor het gebruik 'klaren': in een pan onsje tartaar mengen met gesnipperde prei, wortel en peterselie,<br />
dan 2 eiwitten half-stijf kloppen en erdoor roeren, en dan hier (een liter van) de koude, te 'klaren', bouillon<br />
overheen gieten, op laag vuur aan de kook brengen, onder voortdurend roeren, en een half uurtje tegen<br />
de kook aan houden. Zeven door (reukloze!) vochtige doek geeft dan een glasheldere bouillon.<br />
Snelle runderbouillon: 1 l water opzetten met 4 ons rundergehakt (losgemaakt), samen met: kleine prei,<br />
½ ons winterwortel, enkele fijngehakte takjes selderij en peterselie, 1 gekneusde kruidnagel en zout &<br />
peper naar smaak - en dit ½ -1 uur laten trekken.<br />
Kalfsbouillon: als boven, maar met iets minder water en daarin pond kalfspoelet én een kalfsknoest. Van<br />
de prei alleen het witte gedeelte gebruiken en stukje foelie erin. Ruim 4 uur laten trekken.<br />
Kippebouillon: als boven, maar met een (hele!) soepkip of stukken soepkip of een pond 'nekjes en<br />
vleugeltjes'; en kerrie i.p.v. foelie gebruiken.<br />
Snelle kippebouillon: kipfilet uurtje laten trekken in liter kippebouillon van een tablet, samen met wat ui,<br />
prei en foelie.<br />
Groentebouillon: 1 l water opzetten met 1 ons winterwortel, grote ui, kleine prei, stengel bleekselderij,<br />
takjes tijm, steeltjes peterselie, laurierblaadje, 2 koolbladeren (of 4 veldslablaadjes) en evt. nog wat kervel.<br />
Op smaak maken met (zee-)zout en peper.<br />
Bouillon is 'als zodanig' te nuttigen en/of als volgt 'versierd':<br />
= 50 g vermicelli (in alle gradaties!) 10 min. laten mee-koken.<br />
= 40 g rijst (ook gerekend op 1 l bouillon) 20 min. erin koken.<br />
= geroosterd-brood-kruim erdoor (óf als croûtons: zie tip onderaan pag.8).<br />
= diverse groenten in blokjes (brunoïse) of reepjes (juliënne) erin mee laten koken, samen met kruiderij,<br />
zoals peterselie, selderij, bieslook en kervel.<br />
= kleine blokjes gaar vlees erdoor (van dezelfde vleessoort!).<br />
= alcoholica als port, sherry, madeira of marsala er (in bescheiden mate!) aan toevoegen.<br />
= 'Flädle': flensjes (zie pag. 137), opgerold en in hele dunne plakjes (= reepjes) gesneden, erdoor.<br />
= 'Knödel' als versiering: gesnipperd uitje glazig fruiten en daar eetlepel fijngehakte peterselie en losgeklopt<br />
ei door doen; dit vermengen met 8 sneetjes verkruimeld oud wittebrood. Ca. 1 ons, in mengbeker<br />
fijn gemaakte, (rauwe) runderlever kruiden met peper, zout en marjolein en mengen met het broodkruimmengsel.<br />
Na dit mengsel ½ uur te hebben laten rusten op een koele plaats, het kneden tot vier grote<br />
'Leberknödel' en deze in 1 l runderbouillon kwartiertje tegen de kook aan gaar 'pocheren'.
5<br />
Dunne en licht-gebonden soepen (in alfabetische volgorde) (voor 'roux' zie pag. 18 en 19)<br />
Aspergesoep (vegetarisch):<br />
Ca. 1 pond schillen en harde uiteinden van verse asperges goed wassen en dan samen met stukje(s)<br />
foelie in ruim 1 l water (met wat zout, peper én snufje suiker) in ca. 45 min. gaar koken. Kookvocht zeven<br />
resp. ontdoen van vaste bestanddelen. Blanke roux maken van 30 g boter/bloem en daar het<br />
aspergekookvocht (evt. met nog een mespuntje suiker) al roerend bij doen, langzaam aan de kook<br />
brengen en in 20 min. gaar laten worden. Vlak voor het opdienen 1 eierdooier loskloppen met ½ dl room<br />
(zgn.'liaison'), daar een paar lepels van de warme soep door roeren en dan dit mengsel goed roerend<br />
mengen met de soep. Op smaak maken met peper en zout (en evt. dl ananassap en/of gesnipperde<br />
bieslook).<br />
Variant: (geconcentreerde) 'cappucino' door in ca. de helft van voornoemd kookvocht de gekookte uiteinden<br />
(of hele asperges) met de staafmixer te pureren: opgeklopte slagroom en zachte boter erdoor<br />
roeren, met evt. wat kervel. Op smaak maken met peper en zout en met de staafmixer schuimig kloppen.<br />
N.B.: als het aspergekookvocht niet krachtig genoeg is, er maggiblokje(s) of een (kippe- of groente-)<br />
bouillontablet bij doen.<br />
Balletjes-Groentesoep van oma:<br />
In liter(s) zelf-getrokken runderbouillon (zie vorige pagina), ontdaan van de groenten en (deel van) het<br />
soepvlees, fijngesneden prei en winterwortel (én evt. bloemkoolroosjes, sperziebonen en champignons)<br />
aan de kook brengen en op laag vuur (tegen de kook aan!) in ca. ½ uur gaar laten worden.Vermicelli<br />
slechts 10 -15 min. mee laten koken. Op smaak maken met bouillonblokje(s) en verse peterselie (én evt.<br />
- deel van - pakje Juliennesoep van Honig). De balletjes er zo’n 20 min. voor het opdienen pas bij doen.<br />
Voor de balletjes: ½ pond ongekruid half-om-half-(of varkens-)gehakt mengen met verkruimelde beschuit,<br />
fijngeknipte peterselie en evt. eidooier, naar smaak nootmuskaat, zout en peper. Hiervan kleine balletjes<br />
draaien en deze in ca. 20 min. gaar (maar vooral niet dor en droog!) laten worden in de bouillon.<br />
Bloemkool-crème-soep (vegetarisch):<br />
gesnipperd uitje op laag vuur glazig fruiten in eetlepel boter, 2 eetlepels bloem erbij en na even garen al<br />
roerend ½ l melk en 2½ dl blokjesbouillon (of tablet kippebouillon): daarbij doen klein bloemkooltje, in<br />
roosjes gebroken en de stronk in stukjes gesneden. Op laag vuur in ½ uur gaar laten worden en dan<br />
middels een staafmixer 'pureren'. Er tenslotte nog ½ dl room door roeren en op smaak maken met peper,<br />
zout en nootmuskaat (evt. wat witte wijn). Garneren met gesnipperde peterselie.<br />
Variant: bloemkool geheel of gedeeltelijk vervangen door broccoli en dan cocosmelk i.p.v. de room.<br />
Champignon-crème-soep: (zie ook onder Londonderrysoep op volgende pagina)<br />
in ½ l bouillon (bij voorkeur van maggiblokjes óf van Star-paddestoelbouillontablet of kippebouillontablet )<br />
½ pond (bakje), in plakjes gesneden en even in boter aangefruite, champignons, samen met theelepeltje<br />
citroensap, en dit ca. 5 min. zachtjes laten koken. Dan met een blanke roux (van 30/30 g bloem/boter) en<br />
melk (!) een lichtgebonden soep vormen, en onder af en toe roeren in ca. 15 min. gaar laten worden. Evt.<br />
vlak voor het serveren een, met een paar lepels soep losgeklopte, eierdooier en/of wat klontjes boter<br />
erdoor 'kloppen' en/of scheutje schenkroom. Evt. peterselie erover en op smaak maken met maggiblokje.<br />
Variant: de bloem over de gefruite champignons strooien en daar geleidelijk de bouillon aan toevoegen,<br />
daarna op zacht vuur ca. 10 min. laten koken. Eierdooier loskloppen met room of schenkroom en dit, via<br />
enkele lepels soep, erdoor mengen. Op smaak maken met (ietsje) citroensap en peterselie.<br />
Consommé:<br />
in liter (kippe-)bouillon 1 ons kipfilet-in-stukjes en 1 ons champignons-in-plakjes 5 min. koken. Dan van het<br />
vuur af en erbij doen: ½ ons ossentong en ½ ons belegen kaas, beide in reepjes, en 1 theelepel fijngeknipte<br />
peterselie. Voor een 'gekroonde consommé' intussen 4 plakjes bladerdeeg laten ontdooien en<br />
voor 4 grote soepkoppen rondje uitsnijden en daarvan een 'hoedje' vormen (met enkele gaatjes erin voor<br />
het uitdampen): ca. 20 min. in voorverwarmde oven van 200° tot het hoedje goudbruin is geworden.<br />
Courgettesoep (vegetarisch):<br />
in liter kippebouillon (van tablet) 2 grote courgettes-in-plakken in ruim 5 min. gaar koken en pureren met<br />
staafmixer en dan 2 volle theelepels kerriepoeder erdoor (en evt. dunne plakjes Franse kaas of geraspte<br />
nagelkaas erover). Opdienen met lobbig geklopte ongezoete slagroom, bestrooid met fijngeknipte<br />
bieslook.
Groene soepen:<br />
6<br />
Aan een lichtgebonden basissoep (gemaakt van bouillon + roux) na een kwartiertje garen toevoegen: in<br />
een mengbeker gepureerde (én eerst even geblancheerde!) andijvie, kropsla of spinazie. Of:<br />
Aargauer spinaziesoep: ½ ons rookspek-in-blokjes uitbakken in 2 eetlepels boter en daar 2 fijngesnipperde<br />
uitjes goudgeel in mee-fruiten, dan 3 eetlepels bloem erover en even laten garen: vervolgens zoveel<br />
melk erbij dat een dikke blanke saus ontstaat en deze verdunnen met ½ l (blokjes)bouillon. Dan pond<br />
grofgesneden verse spinazie (of ontdooide diepvries-spinazie) erbij en ca. 20 min. zachtjes laten pruttelen.<br />
Daarna pureren met staafmixer en op smaak maken met peper, zout en nootmuskaat.<br />
'Saint Germain'-soep(vegetarisch): een gehakt uitje glazig fruiten in 10 g boter en daaraan toevoegen 4<br />
ons (verse of diepvries) doperwten, 2 takjes peterselie en mespunt zout, samen met 2 dl water. In 20 min.<br />
gaar koken en vervolgens grootste deel van de gare erwten pureren middels staafmixer. Deze puree bij<br />
ca. ½ l blokjesbouillon doen, tot de gewenste dikte is bereikt. Aan de kook brengen en dan (direct) van<br />
het vuur nemen. Klontjes boter erdoor 'kloppen' en/of ½ dl room erdoor mengen (én de apart gehouden<br />
erwten én evt. nog een eetlepel kervel). Op smaak maken met peper en zout.<br />
Slasoep:gesnpperde ui en 2 ons speklapjes-in-blokjes ‘aanzweten’ in een klontje boter, daar een vooraf<br />
even geblancheerde grote krop sla-in-blaadjes en 1 l kippebouillon (van tablet of uit potje) bij doen en<br />
onder deksel 45 min. zachtjes stoven. Dan in de pan pureren met de staafmixer en zo nodig zeven tot<br />
gladde groene soep. Deze evt. nog versieren met reepjes omelet.<br />
Kaassoep (zuppa mille-fanti) (vegetarisch)<br />
Ons oud witbrood verkruimelen en mengen met ½ ons geraspte Parmezaanse (of oude Goudse) kaas en<br />
snuf nootmuskaat. Dan 2 losgeklopte eieren erdoor en – al kloppend – 1 l kokende (blokjes-)bouillon, en<br />
op smaak maken met peterselie, zout en peper.<br />
Kerriesoep(en):<br />
1) gesnipperde ui (met wat fijngesneden blad- of bleekselderij) al roerend glazig fruiten in 40 g boter, en<br />
daar 2 afgestreken theelepels kerrie en 25 g bloem doorheen mengen: deze 'kerrie-roux' in ca. 5 min. op<br />
laag pitje gaar laten worden. Al roerend (en kloppend, liefst met een garde) de (liefst kippe- of kalfs-)<br />
bouillon eraan toevoegen, en naar smaak 2 blaadjes foelie, peper/zout en tabascosaus. Na 15 min.<br />
zachtjes doorkoken met staafmixer pureren, dan weer opzetten en ca. 2 ons komkommer-in-stukjes ca.<br />
20 min. mee laten trekken. Liaison maken van eierdooier en 3 eetlepels room en dat er al roerend bij. Evt.<br />
ook nog glaasje madeira erdoor, en in elk geval vlak voor het opdienen stukjes appel erover strooien.<br />
2) snelle kippebouillon (zie pag. 4) of liter soep van 2 kippebouillontabletten maken en dan daarbij een<br />
kerrie-roux van 50/50 g bloem/boter en 2½ theelepels kerrie (en evt. gesnipperd uitje). Langzaam aan de<br />
kook brengen en er wat stukjes ananas, banaan (!), en evt. appel en/of wat gembersiroop door roeren.<br />
Vlak voor het opdienen scheutje room erdoor en evt. bestrooien met geroosterd amandelschaafsel en/of<br />
wat gemalen kokos (óf santen erdoor, met mespunt korianderpoeder - of verse koriander).<br />
3) aardappel-kerriesoep: 8 aardappels koken in ruim water en ca. 5 dl kookvocht bewaren. In 2 eetlepels<br />
boter 2 gesnipperde uien lichtbruin fruiten, kruiden met theelepel zout, ¼ theelepel peper en 1 theelepel<br />
kerrie, en toevoegen aan het bewaarde kookvocht, samen met losgeklopt ei, kopje crème fraîche, flink<br />
wat nootmuskaat én de fijngewreven aardappelen. Ca. 3 min. verhitten, zonder koken, en serveren met<br />
fijngesnipperde peterselie erover.<br />
4) Londonderrysoep: in 1 l kippebouillon + 1 dl witte wijn ca. 1 ons champignons-in-plakjes 3 min. koken.<br />
In 30 g boter 1 eetlepel zéér fijngehakte ui (of sjalot) fruiten, samen met 1 theelepel kerrie (en evt. snufje<br />
cayennepeper). Daar al roerend 30 g bloem bij en deze kerrie-roux even laten garen, maar niet bruinen.<br />
Al roerend de bouillon erbij en op laag vuur in 20 min. gaar laten worden (de champignons pas op het<br />
laatst er weer bij). Liaison maken van eidooier + ½ dl room en dit, met de pan van het vuur, erdoor roeren.<br />
Op smaak maken met peper & zout.<br />
Kervelsoep:<br />
van bloem en boter een blanke (hooguit iets gebruinde) roux maken en daar al roerend (liefst kalfs-)<br />
bouillon bij doen en enkele min. doorkoken tot de bloem goed gaar is. Hierbij doen enkele eetlepels<br />
schenkroom én blikje(s) kervel. Of vérse kervel, doch dan samen met peterselie (en van beide 1 eetlepel)<br />
én een theelepel citroensap (of enkele druppels pernod !).<br />
Heldere variant: zelfgemaakte runderbouillon versterken door gehaktballetjes (van vorige pagina!) er<br />
hooguit half uur in te laten garen (maar niet ‘drogen’) en dan de laatste 15 min. blikje(s) kervel erdoor<br />
roeren en mee laten koken.
7<br />
Knolselderijsoep (vegetarisch):<br />
½ (kleine) knolselderij in kleine dobbelsteentjes 20 min. zachtjes koken (trekken!) in ½ l bouillon. Evt. de<br />
selderij pureren (met staafmixer in de pan!). Binden met een blanke roux van bloem/boter (waarin eerst<br />
gesnipperd uitje is gefruit, en met behalve de bouillon ook wat melk!). Op smaak maken met peper, zout<br />
en nootmuskaat, en verder afmaken met room. Evt. gesnipperde peterselie en/of selderijgroen erover.<br />
Komkommersoep (kan ook koud gegeten worden):<br />
met 'balletjesboor' zoveel mogelijk rondjes uit een geschilde komkommer halen en de rest in een mengbeker<br />
tot moes malen (dit evt. ook nog zeven: dan het vocht bewaren). De komkommerballetjes enkele<br />
min. blancheren in ruim (kokend) water (evt. samen met ½ ons selderijknol-in-kleine-blokjes). Op vergiet<br />
even afspoelen onder de koude kraan. Blanke roux maken van 30/30 g bloem/boter en daar 1 l kippebouillon<br />
(van tablet) door roeren: deze lichtgebonden soep aan de kook brengen en de geblancheerde<br />
blokjes erbij doen en op laag vuur ½ uurtje laten koken. Het evt. opgevangen komkommervocht er de<br />
laatste minuten aan toevoegen. Liaison maken van eierdooier met ½ dl crème fraîche en dit erdoor, met<br />
de pan van het vuur. Op smaak maken met peper en zout en (beslist onmisbaar!) gesnipperde verse dille.<br />
Variant: geschilde komkommer-in-blokjes eerst fruiten (en smoren) in wat boter, samen met gesnipperd<br />
uitje; daar de bloem over en van deze roux + de bouillon een lichtgebonden soep maken.<br />
Koninginne(kippe-)soep:<br />
stukken kip (of -filet) in ruim een uur zéér gaar koken in kippebouillon (van tablet), samen met een preitje<br />
en een stengel bleekselderij. Bouillon ontvetten, de bruikbare stukjes kip in stukjes snijden en pureren in<br />
mengbeker (of met staafmixer). Intussen roux maken van 20/20 g bloem/boter en daar de bouillon bij. Op<br />
laag vuur in 20 min. gaar laten worden. Dan de kippepuree erdoor (mooie stukken kip apart gehouden en<br />
in stukjes er door!). Liason van eierdooier en ½ dl room erbij en/of klontjes boter erdoor kloppen.<br />
Mimosa(kippe-)soep:<br />
(krachtige) kippebouillon maken als op pag. 4 aangegeven. Vervolgens de bouillon zeven, 1 eetlepel<br />
tomatenpuree erdoor roeren en op smaak maken met zout en sherry. Even opnieuw aan de kook brengen<br />
en er dan door een vrij fijne zeef 2 eiwitten in laten lopen zodat hele dunne sliertjes ontstaan.<br />
Mosterdsoep:<br />
fijngesnipperde ui zachtjes fruiten in 40 g margarine, waarin eerst 2 ons rookspek-in-blokjes zacht is uitgebakken.<br />
Dan met 60 g bloem tot gladde roux roeren en na garen tot lichtgebonden roeren met melk óf<br />
mengsel van bouillon en room (in totaal ca. 1 liter). Dan wat crème fraîche erdoor én 2-3 eetlepels<br />
mosterd (bij voorkeur 2-3 soorten!): even laten doorkoken. Serveren met fijngesnipperde prei erdoor (én<br />
evt. de zacht uitgebakken spekjes!) en dunne plakjes brie (of dunne reepjes komijne- of nagelkaas) erop.<br />
Ossenstaartsoep(en):<br />
ossenstaartbouillon: minstens pond in stukken gehakte ossenstaart op hoog vuur onder voortdurend<br />
omscheppen aan alle kanten even 'aanbakken', samen met grof gesneden gesneden uien, prei en winterwortel<br />
(en evt. knolselderij). Daar 2 l koud water aan toevoegen en enkele takjes selderij (of -knol),<br />
marjolein en tijm (én evt. rozemarijn en basilicum), laurierblad, kruidnagel, 10 peperkorrels en zout naar<br />
smaak (en/of op smaak maken met maggiblokjes en rundvleesbouillontablet). Langzaam aan de kook<br />
brengen en op laag vuur 4 - 6 uur zachtjes laten trekken.<br />
Voor heldere ossenstaartsoep deze bouillon zeven én klaren’ volgens de methode genoemd op pag. 4.<br />
Op smaak maken met peper en zout én scheutje madeira.<br />
Voor gebonden ossenstaartsoep de bouillon roerend toevoegen aan een bruine roux (zie pag.19),<br />
gemaakt van de (bewaarde!) braadboter met evenveel bloem (ca. 4 afgestreken eetlepels per liter soep),<br />
evt. samen met wat tomatenpuree. Door laten koken tot glad-gebonden. Op smaak maken met madeira.<br />
Voor Lady Curzon-soep de (heldere) ossenstaartbouillon wat laten inkoken en daaraan toevoegen een<br />
ragfijn gesnipperd, samen met theelepel kerrie in klein beetje boter gefruit, sjalotje. Verder nog ½ dl (!)<br />
sherry erbij en al roerend aan de kook brengen. Bij het opdienen wat half-stijf geklopte slagroom erover.<br />
Pompoensoep: (vegetarisch):<br />
van middelgrote pompoen (ca. 2 kg) het vruchtvlees in blokjes snijdcen en mengen met citroenrasp,<br />
verkruimelde beschuit(en), 50 g boter en ½ l water: in gesloten pan in 45 min. gaar stoven. Na pureren<br />
met staafmixer ½ l (blokjes- of groente-)bouillon erdoor en nog 10 min. laten koken. Voor het serveren<br />
liaison van eierdooier met dl room erdoor, en op smaak maken met nootmuskaat, zout en peper.
8<br />
Posteleinsoep (vegetarisch):<br />
enkele lenteuitjes-in-ringetjes of gesnipperd sjalotje in eetlepel(s) (arachide- of zonnebloem-)olie aanbakken,<br />
dan ca. 2 ons gewassen en uitgelekte postelein er handjevol tegelijk bij doen en ca. 5 min.<br />
‘roerbakken’. Voor elk soepbord een hoopje postelein eruit nemen, ½ l groentebouillon (van Maggi) óf de<br />
(neutralere) maggiblokjesbouillon erbij en 7-10 min. laten koken. Dan pureren met staafmixer en over de<br />
(fijngehakte) posteleinhoopjes, waarop eerst lepel(tje) crème fraîche.<br />
Preisoep (Vichysoise) (kan ook koud gegeten worden!):<br />
fijngesneden (wit van) prei enkele min. zachtjes geel fruiten in wat boter, dan erbij ca. dubbele hoeveelheid<br />
aardappelen-in-blokjes en (tablet)kippebouillon: ca. 40 min. laten trekken, onder af en toe roeren.<br />
Pureren met staafmixer en wat room (of melk) erdoor. Garneren met fijngeknipte bieslook of lenteuitjes.<br />
Roomsoep (vegetarisch):<br />
blanke roux maken van 30 g bloem met 30 g boter en daar met ruim 6 dl (blokjes)bouillon en kleine 6 dl<br />
melk soep van de gewenste dikte van maken. Aan de kook brengen en eraan toevoegen: kleine ui<br />
bestoken met kruidnagel, 3 takjes peterselie, snufje komijn en nootmuskaat, peper en zout, en in ca. 45<br />
min. op laag vuur gaar laten worden. De ui en peterselie eruit halen en zure room naar smaak al roerend<br />
toevoegen. Op smaak maken met peper en zout. Evt. opdienen met croutons erover.<br />
Spruitjes-crème-soep (vegetarisch):<br />
in 2 dl water 1 pond spruitjes 3 min. laten koken en na afspoelen in 50 g boter op laag vuur in ca. 15 min.<br />
onder voortdurend keren gaar 'braden', zonder ze bruin te laten worden. Intussen een blanke roux maken<br />
van 50/50 g boter/bloem met ruim ½ l melk. Deze door de spruitjes roeren en op laag vuur nog eens 10<br />
min. laten koken, onder af en toe roeren. Dan met staafmixer (in de pan) pureren. Hier ½ l (liefst kippe-)<br />
bouillon bij doen tot de gewenste dikte is bereikt en nog weer even aan de kook brengen. Vlak voor het<br />
serveren nog wat room en gesnipperde kervel erdoor. Op smaak maken met peper en zout.<br />
Tomatensoepen:<br />
Tomaten-crème-soep: fijngesnipperd uitje in eetlepel boter (waarin evt. eerst stukjes rookspek zijn uitgebakken!)<br />
glazig fruiten en daar een pond rijpe tomaten in stukken (of een blik tomaten) bij doen, samen<br />
met een laurierblaadje en takje of mespuntje tijm en/of theelepel(s) gedroogde basilicum of majoraan (en<br />
evt. 2 kruidnagels). In gesloten pan in 10 min. zacht en gaar laten stoven. Met de staafmixer pureren (na<br />
spekjes en laurierblad eruit te hebben gevist) en er ¼ l bouillon doorheen roeren. Intussen roux maken<br />
van 25/25 g bloem/boter en daar de tomatenbouillon al roerend bij doen, samen met wat melk. In 20 min.<br />
op laag vuur gaar laten worden: af en toe roeren. Evt. eetlepel gesnipperde peterselie (of verse basilicum!)<br />
erover en op smaak maken met peper en zout en evt. mespunt suiker. Serveren met licht-opgeklopte<br />
(ongezoete) slagroom. Evt. soepballetjes erin gaar laten worden (ook voor versterking van de bouillon!)<br />
en/of de (zacht!) uitgebakken spekjes er weer door doen.<br />
N.B.: In plaats van met een roux kan de tomaten-crème-soep ook worden gebonden door er 40 g rijst in<br />
mee te laten koken. En de roux kan ook (al direct) worden gemaakt van het, dan in wat meer boter,<br />
gefruite uitje. En i.p.v. tomaten uit blik kan ook een pakje gezeefde tomaten worden gebruikt.<br />
Crème andalouse: mirepoix (zie onderaan pag. 3) aanfruiten in wat boter en 1 l (blokjes- of groente-)<br />
bouillon erdoor en even doorkoken, dan binden met (met melk aangemaakte) maizena. Pond tomaten, na<br />
blancheren en ontvellen, even aanfruiten en pureren met staafmixer. Aan de gebonden bouillon toevoegen<br />
en even doorkoken. Op smaak maken met zout en (cayenne)peper. Vlak voor het serveren, van het vuur<br />
af, ca. 1 dl room (of melk) eroor roeren.<br />
Potage du Prince: in 20 g boter een fijngesnipperd uitje zachtjes laten 'smoren', samen met onsje fijngesneden<br />
rookspek, blaadje laurier, snufje tijm, peper en zout. Dan een blik tomaten erbij (of pond verse<br />
tomaten in stukken) en onder deksel zachtjes gaar laten worden. Daarna, onder goed roeren, ruim 1 l<br />
bouillon (van maggiblokjes of groentetablet) erbij en nog ½ uurtje laten trekken, tegen de kook aan. Met<br />
staafmixer pureren (in de pan) en opnieuw opzetten. Dan ons fijngesneden wortel (en evt. ons dito prei)<br />
samen met wat knolselderij-in-dunne-reepjes, ca. 10 min. zachtjes mee laten koken (ze moeten knapperig<br />
blijven!), Op smaak maken met peper en zout en evt. wat aroma. Evt. ook nog te combineren met kervel<br />
(vers of uit blik).
9<br />
Uiensoepen: (croûtons zijn makkelijker in kleine stukjes te snijden van sneetjes witbrood uit de diepvries)<br />
Franse uiensoep:<br />
in 30 g boter 4 grote, in plakken gesneden, uien op matig vuur in ca. 5 min. goudbruin fruiten, samen met<br />
mespuntje suiker (of kerrie!) en rozemarijn, laurierblad, 2 kruidnagels, zout en peper. Daar 1 l runderbouillon<br />
(zelfgemaakt of van tablet) en 1 eetlepel wijnazijn bij en op laag vuur heel zachtjes 15 min. koken,<br />
onder af en toe roeren. Dan 2 dl droge witte wijn (evt. sherry) erbij en in nóg weer eens 15 min. zachtjes<br />
gaar laten worden. Op smaak maken met peper en zout. In de soepkoppen doen en daarover een sneetje<br />
licht-geroosterd witbrood, bestrooid met geraspte kaas: onder de grill goudbruin laten worden.<br />
Parijse uiensoep (vegetarisch):<br />
½ pond uien in ringen snijden en in 2 eetlepels boter goudgeel fruiten. Daar 2 eetlepels bloem over,<br />
samen met 2 theelepels paprikapoeder, theelepel kummelzaadjes, snuf tijm (en evt.selderij) en evt.<br />
cayennepeper. Hier ½ l (blokjes)bouillon bij en ca. 15 min. zachtjes laten koken. Op smaak maken met<br />
zout en/of wat aroma. Pas daarna ½ borrelglas calvados erbij. Evt. opdienen met croutons erop van lichtgeroosterd<br />
brood met geraspte kaas, bestrooid met peper, en dan de soepkoppen even onder de grill.<br />
Romige uiensoep:<br />
pond fijngesnipperde ui in 60 g boter zacht en glazig fruiten en dan ca. 75 g kleingesneden venkel en<br />
eenzelfde hoeveelheid prei erbij, samen met 1 l (tablet-)kippebouillon, wat zout en versgemalen peper.<br />
Half uurtje zachtjes stoven. Na iets afkoelen met staafmixer pureren (in mengbeker of pan). De soep<br />
opnieuw verwarmen en 1 dl room erdoor. Serveren met scheutje port (en evt. croutons; dan zonder kaas).<br />
Uien-preisoep:<br />
van ½ pond half-om-half gehakt op de wijze van pag. 5 soepballetjes maken en deze gaar koken in 1½ l<br />
(liefst eigengemaakte) bouillon. Dan 3 ons uien-in-ringen en 2 ons prei-in-schijven even 'aanbraden' in 60<br />
g hete margarine, onder regelmatig roeren. Hierbij doen: 1 afgestreken theelepel paprikapoeder, ca. evenveel<br />
mosterd, laurierblad, 1½ theelepel kummelzaadjes, zout en peper, én ca. 2 borrelglaasjes madeira.<br />
Goed vermengen en dan in de bouillon scheppen (waar de balletjes eerst weer uit gehaald zijn) en<br />
vervolgens 3 eetlepels rijst ruim 10 min. erin mee laten sudderen, onder af en toe roeren. Kort voor het<br />
opdienen de soepballetjes er weer bij doen. Rondjes licht-geroosterd wittebrood, op maat van de soepkoppen,<br />
bestrooien met geraspte kaas, waarover wat paprikapoeder, en dan even grilleren.<br />
Uien-wijnsoep:<br />
in ons boter 6 uien-in-ringen goudgeel fruiten, daarna wat zout en eetlepel(s) bloem erover strooien,<br />
vervolgens al roerend ca. ½ l (!) droge witte wijn, 1½ l water (of bouillon) en een scheutje cognac erbij en<br />
nog ca. 20 min. zacht(er) laten koken. Op smaak maken met peper en zout. Garneren met geroosterd<br />
stokbrood + geraspte kaas.<br />
Venkelsoep:<br />
in 1½ l (liefst zelfgemaakte) runder- of kippe-bouillon een fijngesneden (uit elkaar gehaalde) venkelknol<br />
ca. 10 min. laten trekken. Dan daarbij doen een gefruit gesnipperd uitje, gekruid met zout, peper, tijm en<br />
paprikapoeder, en/of een stengel bleekselderij-in-stukjes: dan later samen pureren middels staafmixer.<br />
Vegetarische variant: van in boter glazig gefruit uitje eerst een roux maken (zie pag. 18) en met het<br />
kookvocht van de venkel (zie pag. 91) tot lichtgebonden soep mengen, op smaak gemaakt met room of<br />
melk, evt. gemengd met geraspte (vrij jonge) kaas en nootmuskaat. Garneren met takjes venkelgroen.<br />
Witlofsoep ('cappachino' opgeklopt):<br />
in 25 g boter fijngesnipperd sjalotje ca. 2 min. zachtjes fruiten, dan plak achterham-in-blokjes erbij en even<br />
omscheppen, dan pond witlof-in-stukjes, dl (kippe-)bouillon en 2 dl slagroom erbij en aan de kook<br />
brengen: op laag vuur in ca. 15 min. de witlof gaar koken, daarna met staafmixer pureren (en 'opkloppen'),<br />
weer aan de kook brengen, op smaak maken met peper en zout, en serveren met roquefort (of andere<br />
blauwe kaas) in dunne reepjes - en evt. fijngehakte walnoten erover.<br />
Wortelsoep op de Thaise toer (vegetarisch):<br />
Gesnipperde rode ui met 2 dito sjalotjes glazig fruiten in wat olie, samen met dobbelsteen fijngesneden<br />
gemberwortel en dito rode (en/of groene) peper én een geplette stengel sereh (citroengras). Dan pond<br />
winterwortel-in-plakken erbij, en na even meefruiten ca. ½ l (groente- of kippe-)bouillon: aan de kook<br />
brengen en onder deksel ca. ½ uur zachtjes laten koken. Dan de sereh eruit vissen, bosje verse koriander<br />
erdoor en pureren met staafmixer. Dan 4 - 5 dl cocosmelk en sap van ½ - 1 limoen erdoor (en tot<br />
schuimig-luchtig pureren). Serveren met schijfje limoen erbij en evt. wat gesnipperde koriander erover.
10<br />
Dikke maaltijdsoepen (Als toespijs hierna iets zoets en stevigs: flensjes (pag. 137) of poffert (pag. 141).<br />
Bonensoepen:<br />
= Hollandse bruine bonensoep:<br />
2 ons geweekte bonen in ruim 1 l weekwater, samen met 1½ ons bacon-in-blokjes en 1 ons winterwortelin-schijven<br />
en 3 takjes selderij, in ca. 2 uur op laag vuur gaar koken. Evt. grootste deel van de soep<br />
pureren met staafmixer (kommetje bonen achterhouden en deze later er weer door) en zoveel (blokjes-)<br />
bouillon toevoegen tot de gewenste dikte is bereikt. Op smaak maken met peper en zout. Desgewenst<br />
rook- of metworst erbij (in de soep warm laten worden).<br />
= Hongaarse bruine bonensoep:<br />
½ pond bruine bonen in 1 l weekvocht koken, samen met 1 eetlepel tomatenpuree, peper en zout. Na ½<br />
uur ½ pond aardappelen-in-blokjes erbij doen. In ½ ons vet (bijv. reuzel) ½ pond varkensvlees (bijv. van<br />
de nek) in blokjes goed bruin bakken op hoog vuur, en dan gesnipperde ui, prei en paprika even meefruiten<br />
(van alles ca. 1 ons). Vervolgens mengsel erdoor van kerrie, paprikapoeder en maggiblokje(s).<br />
Afblussen met witte wijn, aangelengd met water, en ca. 45 min. laten pruttelen: dan bij het bonenmengsel<br />
doen, samen met (blik) tomaten. Serveren met lepeltje kwark, bestrooid met kummel(=karwij)zaadjes.<br />
= Duitse bruine bonensoep:<br />
½ pond bruine bonen een nacht laten weken en in het weekvocht ca. 1 uur koken (bij bonen uit blik de<br />
dubbele hoeveelheid nemen!). Pondje varkensvlees in dobbelsteentjes (laten) snijden en opzetten in 2 l<br />
water en op laag vuur ca. 1 uur laten trekken (zo nodig af en toe afschuimend!), tot net gaar; er dan ca. 1<br />
pond aardappels, in kleine blokjes gesneden, aan toevoegen. Intussen 1½ ons rookspek, in blokjes of<br />
reepjes, zachtjes uitbakken in wat margarine en dan 2 ons prei en 2 ons ui, beide in ringen gesneden,<br />
even glazig erin bakken: dit kruiden met kerrie en foelie en dan ook in de pan doen, samen met de gare<br />
bonen en enkele takjes fijngesneden selderij. Op smaak maken met (10-tal!) maggi-blokjes en -aroma<br />
en peper Na nog even goed ‘trekken’ (niet laten koken!) serveren met stokbrood.<br />
= Pruisische bruine bonensoep:<br />
pond (schone) varkenskrabbetjes opzetten in 2 l water en afschuimen: dan erbij 1 laurierblad, 2 kruidnagels,<br />
wat gekneusde peperkorrels en zout, en laten pruttelen tot vlees van de botten loslaat. Vlees eruit<br />
nemen en van bot ontdoen. In de bouillon ui, prei, (groene of witte) kool en knolselderij, van alles ca. 2 ons<br />
en grofgesneden, langzaam gaar laten worden, samen met een (goede=slagers)rookworst. Dan een blik<br />
bruine bonen (uitgelekt en tot moes gepureerd!) erbij, samen met het vocht en wat fijngehakt selderijgroen.<br />
Nog even laten doorkoken en op smaak maken met peper en zout (of bouillonblokje).<br />
= Normandische bonensoep (vegetarisch):<br />
in 40 g boter grofgesneden ui glazig fruiten, 6 stengels bleekselderij-in-stukjes en 2 ons wortel-in-blokjes<br />
erbij en in gesloten pan 8-10 min. smoren. Blik bruine bonen met mixer pureren en erbij doen, dan 2<br />
eetlepels rijst (of gort) en 3 kruidnagels erdoor en gaar laten worden. Dan nog 6-8 eetlepels rode wijn<br />
erdoor en op smaak maken met peper, zout en/of aroma. Serveren met gesnipperde peterselie erover.<br />
= Carnavalssoep:<br />
2-3 ons van zowel bruine als witte bonen na een nacht weken net (!) gaar koken. In grote braadpan 1<br />
pond in blokjes gesneden varkensvlees al roerende aan alle kanten dichtschroeien in zonnebloemolie; ½ -<br />
1 pond gesnipperde ui erbij en onder goed roeren enkele min. meebakken; dan hierover 1 eetlepel<br />
paprikapoeder en ruim 1 eetlepel bloem strooien en er vervolgens 4 liter blokjesbouillon bij doen en daar<br />
weer aan toevoegen: 1 pond fijngesneden prei, ½ pond fijngesneden paprika's, 5 stengels bleekselderij én<br />
een kleine knolselderij (én evt. ook nog enkele aardappels) in stukjes. Op smaak maken met 3 eetlepels<br />
tomatenpuree, 1 theelepeltje versgemalen peperkorrels, snufje tijm en marjolein, laurierblaadje, zout en<br />
aroma. Uurtje laten 'trekken' onder af en toe (goed) roeren. Als de groenten gaar zijn de gekookte bonen<br />
erbij, én een rookworst (of een verse worst of een metworst): dan weer 20 min. laten pruttelen.<br />
= Twentse humkessoep:<br />
verse (met)worst uurtje koken en kookvocht aanvullen met 1 l (blokjes)bouillon. Hierin op zacht vuur half<br />
uurtje koken in kleingesneden vorm (= humkes): pondje snijbonen en/of sperziebonen, 3 grote aardappelen,<br />
1 prei en 3 stengels bleekselderij; erbij 150 g gekookte witte bonen, 2 eetlepels gesnipperde peterselie<br />
en evenveel fijngesneden bladselderij én de worst in plakjes. Op smaak maken met zout en peper.
11<br />
= Milanese minestronesoep (vegetarisch):<br />
in enkele eetlepels olijfolie gesnipperde ui en sjalotje samen met dito peterselie (of salie) en evt. gehakte<br />
bladselderij (of groen van bleekselderij) fruiten en vervolgens in gesloten pan even laten 'smoren'. Hieraan<br />
toevoegen de volgende, alles van te voren (!) in reepjes gesneden, groenten: ½ kooltje, prei, worteltje(s), 2<br />
stengels bleekselderij, courgette en stukjes tomaat (of deel van blik tomaten). Na ca. 5 min.(!) stoven erbij<br />
doen 1½ - 2 l kokend water waarin groentebouillontabletten en/of maggiblokjes zijn opgelost - en in totaal<br />
1½ uur zachtjes laten koken. Blokjes aardappel de laatste 10 min., 2 ons witte (en/of bruine) bonen uit blik<br />
(of evt. doperwten) en 1 ons korte pasta (macaroni of penne) 5 -10 min. mee laten koken. Op smaak<br />
maken met peper en zout (en evt. basilicumblaadjes) - én met 1 ons geraspte Parmezaanse kaas.<br />
Serveren met veel versgeraspte Parmezaanse kaas en evt. kopje olijfolie (om brokjes brood in te deppen).<br />
Variant: een derde deel van de soep pureren middels een staafmixer. Of nog meer groenten gebruiken.<br />
= Papazoi:<br />
1 ons bacon-dobbelsteentjes op matig vuur uitbakken in 20 g margarine en daar een fijngehakt uitje<br />
enkele minuten in mee fruiten. Hier ruim 1 l bouillon aan toe voegen én 1 ons geweekte bruine bonen én 1<br />
ons parelgort. Alles op laag vuur in gesloten pan laten koken. Na ca. 1 uur 1½ ons aardappelblokjes<br />
erdoor, samen met klein blikje maïskorrels en een gehakt blaadje salie, en dan nog eens ½ uur zachtjes<br />
laten koken. Tot slot nog eetlepel gehakte peterselie en peper en zout naar smaak erdoor.<br />
= Potage d'Artois:<br />
1½ ons geweekte witte bonen koken in 1 l water samen met ½ ons bacon-in-blokjes, kleine ui bestoken<br />
met 1 kruidnagel, 1 ons winterwortel-in-schijven, 3 takjes selderij en/of peterselie, 1 takje tijm, laurierblaadje<br />
en zout, en op laag vuur in ca. 1½ uur gaar koken. Dan de bonen zeven (het kookvocht wél<br />
opvangen!) en met staafmixer pureren. Dan het vocht er weer bij, samen met ca. 3 dl bouillon, en aan de<br />
kook brengen. In koekepan op laag vuur in ca. 10 g boter de volgende, goed fijngesneden, groenten<br />
fruiten: wortel, bleekselderij, prei en koolrabi (ca. 2 eetlepels van elk). Dit samen met ½ dl room en 1 eetlepel<br />
fijngehakte peterselie (of kervel) door de warme soep. Serveren met kleine croûtonblokjes (zie de tip<br />
onderaan pag. 8).<br />
= Snert (Erwtensoep):<br />
In ca. 4 uur krachtige bouillon trekken van pond hamschijf (=varkensschenkel) en/of van 'krabbetjes' - en<br />
verder als 'kluif' enkele forse speklappen (in niet te kleine stukken) - met grofgesneden ui en prei, laurierblad<br />
(evt. wat foelie) en alvast wat blad- of knolselderij, (zestal!) maggiblokjes naar smaak, en voor pond<br />
spliterwten ca. 2½ l water. Dan pas pond spliterwten erbij, ½ knolselderij-in-blokjes, enkele flinke preienin-ringen,<br />
peper en zout (of maggiblokjes naar smaak) en in ca. 1 uur zachtjes gaar koken. Dan verse<br />
metworst erbij (of 2-4 saucijsjes) en hierna de soep nog half uur door laten koken. Bosje selderij fijn<br />
snijden en erdoor doen, de worst (evt.) in schijven snijden en er dan weer door doen. Wenst men ook nog<br />
een rooksmaak dan een goede Gelderse rookworst dat half uur erbij. Serveren mrt roggebrood.<br />
Witte bonensoep wordt op dezelfde wijze gemaakt, doch dan met een pond, vooraf geweekte, witte<br />
bonen. Na ca. uur koken de bonen (met een schuimspaan) eruit en met wat kookvocht pureren met<br />
staafmixer (enkele achterhouden als 'garnering') en daarna weer bij de soep doen.<br />
N.B.: ook deze soep is de volgende dag op z'n lekkerst, mits zorgvuldig bewaard, d.w.z. zeer snél<br />
afgekoeld, bijv. in teil met (steeds opnieuw) koud water, en dan dadelijk in de koelkast!<br />
= Linzensoep:<br />
2 ons gedroogde linzen afspoelen en 1 uur laten weken in ca. 1 l water (óf in ½ l rode wijn!): daarna<br />
koken in eigen weekvocht, aangevuld met ½ l blokjesbouillon, wat grofgehakte knolselderij (of bleekselderij<br />
of selderijgroen) en winterwortel en prei, én wat tijm, marjolein, basilicum, dille, mespunt foelie en een<br />
laurierblad (evt. ook nog wat venkel). In 1¼ uur op laag vuur gaar koken. Op matig vuur 1 grote gesnipperde<br />
ui glazig fruiten in licht uitgebakken rookspek en erdoor roeren. Vers metworstje ½ uur mee laten<br />
koken (evt. ook nog klein rookworstje). Op het laatst eetlepel fijngesnipperde peterselie erdoor en op<br />
smaak maken met peper & zout en citroensap (en evt. wat aroma).<br />
= als smakelijke variant Turkse linzensoep:<br />
gesnipperd uitje glazig fruiten en dan ½ pond gehakt erin aanbakken en kruiden met gedroogde chilipeperkorrels<br />
en gedroogde munt en zout naar smaak; klein blikje tomatenpuree (en eetlepel paprikapasta)<br />
erdoor en ook dit even doorbakken. Kop water erbij en 10 min. laten pruttelen, dan nog 2-4 koppen<br />
water erbij en na even doorkoken kop (= ca. 250 g) gedroogde rode (!) linzen en op zacht vuur verder<br />
koken tot deze gaar (zacht) zijn.
12<br />
= Kikkererwten (zigeuner)soep:<br />
aan 1½ l runderbouillon (uit potje of van tablet) 1½ ons kikkererwten (uit blikje) toevoegen en aan de kook<br />
brengen. Dan onsje speklappen-in-blokjes erbij en 15 min. laten mee-koken. In 25 g boter gesnipperde<br />
kleine ui, ½ paprika, onsje knolselderij en ons wortel op laag vuur tot glazig fruiten en dit bij de soep,<br />
samen met 2 aardappels en 2 tomaten (in stukjes) en 2 ons gesnipperde witte kool (en evt. 2 kruidnagels<br />
en plukje saffraan). Op laag vuur nog 3 kwartier laten koken in gesloten pan. Op smaak maken met peper<br />
en zout.<br />
Andere maaltijdsoepen<br />
= Aardappelsoep (vegetarisch):<br />
in 50 g boter onsje knolselderij-in-blokjes en 3 worteltjes-in-stukjes (of geraspte winterwortel) even fruiten<br />
en smoren, dan ½ pond aardappelen-in-blokjes ('afkokers') en een hele ui (bestoken met 1 kruidnagel en<br />
1 laurierblaadje) en 1½ l bouillon (van maggiblokjes en/of groentetablet) erbij en ca. 30 min. zachtjes laten<br />
koken. Dan de ui eruit en met staafmixer tot lichtgebonden pureren en dan prei-in-ringen erbij en deze op<br />
zacht vuur gaar koken. Op smaak maken met peper, zout, marjolein en nootmuskaat. Evt. nog wat<br />
champignons ca. 5 min. al omscheppend fruiten, samen met gesnipperd uitje, en dit erbij doen. En evt.<br />
‘verzachten’ met room. Serveren met gesnipperde bieslook of peterselie (en evt. geraspte kaas erover).<br />
Variant: aardappel-preisoep (past ook als voorgerecht!): in wat olijfolie gesnipperd uitje fruiten, pond<br />
prei-in-ringen even meefruiten, dan pond aardappelen-in-stukken erbij en in liter kippebouillon met scheut<br />
witte wijn in 20 min. gaar koken: bekertje crème fraîche erdoor en met staafmixer tot fluwelige soep<br />
pureren. Serveren met fijngeknipte bieslook (erbij of erover) en evt. Hollandse garnalen (erbij).<br />
= Balearen (kool) soep (vegetarisch):<br />
een (groen) kooltje (van ca. ½ pond), een paprika, blik tomaten (of 4 verse tomaten), alles kleingesneden,<br />
én een eetlepel fijngehakte peterselie toevoegen aan een op matig vuur in 40 g boter goudbruin gefruite<br />
gesnipperde grote ui, en op laag vuur 10 min. laten smoren, onder nu en dan omscheppen. Dan 1½ l<br />
water met 3 bouillonblokjes erbij en, eveneens in gesloten pan, 20 min. zachtjes koken, tot de kool gaar is.<br />
Vervolgens vier sneetjes brood lichtbruin roosteren en in brokjes breken. In niet te wijde pan een derde<br />
deel van deze broodbrokjes op de bodem, daar de helft van de groente, met schuimspaan eruit geschept,<br />
overheen, dan weer laagje brood, dan de rest van de groente en als laatste weer een laag broodbrokken.<br />
De overgebleven bouillon hieroverheen gieten en op laag vuur nog 10 min. zachtjes laten koken.<br />
= Bietensoep (Borsjtsj):<br />
liefst in reuzel maar anders in het vet van zachtjes uitgebakken rookspek (óf gewoon in margarine) 5 - 10<br />
minuten fruiten de volgende, goed kleingesneden, groenten: grote ui, kleine winterwortel, 2 ons rode biet<br />
(gekookt en ontveld), 2 stengels bleekselderij (evt. knolselderij) en evt. enkele aardappels-in-stukjes voor<br />
de 'binding' (de aardappels kunnen er ook later in geraspte vorm bij.). Hier 1½ l runderbouillon bij (hetzij<br />
zelfgemaakt, hetzij uit flesje of van tablet) en dan toevoegen: 1 - 2 ons witte kool in reepjes, de fijngehakte<br />
takjes (!) van de peterselie, laurierblaadje, eetlepel wijnazijn en evt. ook nog wat bieslook en kummel (=<br />
karwij) en theelepeltje suiker. Alles in een gesloten pan 45 min. heel zachtjes koken en er dan een ons<br />
gekookte ham (in blokjes) en een klein rookworstje bij doen, en dit nog eens 20 min. mee laten koken.<br />
Worst uit de pan en de soep op smaak maken met peper en zout en fijngehakte peterselie (en evt. dille).<br />
Intussen 2 ons gekookte bieten fijn raspen en/of pureren met staafmixer en dit 'bietensap' (bij gebruik van<br />
bietjes 'uit fles' is ook het flesvocht hiervoor te gebruiken) door dl zure room (of Griekse of Turkse yoghurt)<br />
mengen en dit voor het opdienen, van het vuur af, door de soep roeren.<br />
= Bloemkoolsoep (met witte bonen: evt. vegetarisch):<br />
in liter bouillon, versterkt met het vocht van een pot witte bonen, een flinke bloemkool-in-stukjes in ca. 15<br />
min. gaar koken, de laatste 5 min. de witte bonen erbij. Gesnipperde ui goudgeel fruiten in 25 g boter en<br />
erbij voegen: dan middels staafmixer tot gladde soep pureren. Ei loskloppen met wat warme soep en erbij<br />
doen, dan 1 ons fijngesneden gekookte ham erdoor, samen met 1 ons geraspte Leidse komijnekaas, en<br />
op smaak maken met peper en zout. Garneren met gesnipperde peterselie.
13<br />
= Boeren-uiensoep:<br />
ca. 1 pond (niet al te knarserige en zenige) runderpoelet ca. 1½ uur laten trekken in 1½ l water, met 1½<br />
ons prei en wortel (in plakjes), laurierblaadje, peper en zout en 3 blaadjes foelie. Het vlees, als het gaar is,<br />
uit de pan scheppen en de bouillon zeven. In ca. 1 ons margarine 1 pond uien, in vrij grote stukken gesneden,<br />
zachtjes glazig fruiten, onder regelmatig roeren, er dan ca. 4 eetlepels bloem over strooien, en<br />
daarna de bouillon er al roerend bij doen. De soep zachtjes aan de kook laten komen: de uien moeten wél<br />
enigszins knapperig blijven! Op smaak maken met zout of bouillonblokjes, versgemalen peper, melk en<br />
evt. wat aroma en/of tabascosaus, én 1 borrelglas madeira (en evt. wat van de gare stukjes soepvlees er<br />
weer in). Serveren bij stokbrood met Franse kaas (Brie, Camembert).<br />
= Brusselse soep:<br />
in 25 g margarine 1½ ons ontbijtspek(-blokjes) samen met gesnipperde ui en plak fijngesneden knolselderij<br />
zacht fruiten (zonder bruin-worden!), dan pond (in vieren gesneden) spruiten, 4 aardappelen-inblokjes<br />
en ca. 1½ l water erbij en ½ uur zachtjes laten doorkoken. Daarna pureren met staafmixer (de<br />
spekblokjes eerst eruit vissen) en erdoor 1 ei, losgeklopt met dl melk en wat van de warme soep. Op<br />
smaak maken met maggiblokjes, peper en nootmuskaat. Stokbrood of geroosterd brood erbij serveren.<br />
= Goulashsoep: (zie ook pag. 95 bij Goulash: soepachtig dun vergeleken met Pörkolt en Tokany)<br />
pondje staartstuk (in stukken) op matig vuur bruin bakken in 50 g margarine, samen met grof gesneden<br />
grote ui, en daar 1½ eetlepel (!) milde paprikapoeder overheen strooien, samen met mespuntje komijn (of<br />
theelepel kummelzaadjes) en zout. Dit minuut mee laten fruiten, dan 30 g bloem erover strooien en op<br />
laag vuur gaar laten worden. Al roerend 1¼ l blokjesbouillon erbij en aan de kook laten komen: 1 eetlepel<br />
tomatenpuree erdoor mengen en de soep in gesloten pan 1½ uur zachtjes laten koken, onder nu en dan<br />
roeren. De laatste 20 min. ½ pond aardappel(-blokjes) mee laten koken. Serveren met (zure) room erdoor.<br />
= Hongaarse paprikasoep:<br />
op zacht vuur ½ - 1 ons rookspek-in-reepjes (of stukjes) samen met grote gesnipperde ui en 2 fijngesneden<br />
paprika's (en evt. 3 rijpe tomaten) fruiten: 1 eetlepel bloem en 1 eetlepel paprikapoeder erover<br />
strooien en na even garen ruim 1½ l (tablet)kippebouillon erbij én 4 aardappels-in-blokjes: in ½ uur gaar<br />
koken, dan pureren met de staafmixer. In het bord evt. nog een eetlepeltje (zure) room erdoor.<br />
= Kippesoepen: = Canja: 1¼ l water aan de kook brengen, samen met een fijngehakte grote ui,<br />
de schil van een citroen en beetje zout en hierin een volledige soepkip leggen: deze in ca. 1 uur op laag<br />
vuur in gesloten pan goed gaar laten worden. Dan de kip en de citroenschil eruit en 1½ ons rijst erbij en in<br />
20 min. gaar laten worden. De kip in eetbare stukjes snijden en terug in de soep. Vlak voor het serveren<br />
een liaison erbij van eierdooier met 1 dl crème fraîche met wat citroensap. Evt. ook nog een klein beetje<br />
fijngehakte (verse) munt erdoor, en evt. peper en zout.<br />
= Cock-a-Leekie: van (hele!) soepkip een krachtige bouillon trekken (zie pag. 4),<br />
dan de gare kip in hapklare brokken snijden en weer bij de, eerst gezeefde, bouillon doen, samen met het,<br />
in boter aangefruite, wit van (ca. 1 kilo!) prei. Serveren met gekookte (gedroogde) pruimen (of deze ontpit<br />
erdoor doen en mee-koken met de soep).<br />
= Mulligatawny: op laag vuur in ca. 50 g margarine onsje bacon(-blokjes) fruiten,<br />
kleine kip(of deel van soepkip)-in-stukken toevoegen en lichtbruin bakken. Dan 1 - 2 gesnipperde uien en<br />
kleingesneden wortel erin mee-fruiten. Het vlees uit de pan en aan het bakvet al roerend toevoegen 2 eetlepels<br />
bloem en eetlepel (!) kerrie, tot roux is ontstaan. Er dan bij doen 1½ l (tablet-)kippebouillon, takjes<br />
peterselie en selderij en laurierblaadje. De kip er weer bij, aan de kook brengen en vuur laag zetten: op<br />
laag vuur 40 min. zachtjes koken, onder af en toe roeren. Kip eruit en in hapklare stukjes snijden. De soep<br />
zeven en samen met de kip weer aan de kook brengen. Van het vuur af er ca. 1 dl room door roeren en<br />
evt. eetlepel citroensap, en peper en zout naar smaak. Pas bij het opdienen goudrenet-in-stukjes erbij.
14<br />
= Waterzooi: op laag vuur in 25 g boter de volgende - fijngemaakte - groenten<br />
fruiten: ui, 4 takjes peterselie, 4 stengels bleekselderij, prei en winterwortel. Hierbij 1½ l blokjes-(of tablet<br />
kippe-)bouillon doen en aan de kook brengen. Daarin een in stukken gesneden soepkip (of stukken<br />
soepkip) en alles in een gesloten pan ca. 1 uur heel zachtjes laten koken. Blanke roux maken van 30/30 g<br />
bloem/boter en daar al roerend ½ l van de bouillon bij doen, met wat nootmuskaat, en dit door de rest van<br />
de soep mengen. Dan alles nog ca. 15 min. zachtjes laten koken. Liaison van eierdooier + dl room en een<br />
weinig citroensap erbij en op smaak maken met peper en zout. Garneren met gesnipperde peterselie.<br />
= Mexicaanse maissoep met kaas: op halfhoog vuur 2 gesnipperde uien en rode paprika-in-stukjes<br />
zacht en gaar fruiten, dan gesnipperde sjalot, theelepel komijn én koriander en 2 eetlepels bloem erdoor<br />
en paar min. roerbakken. Dan chilipeper(s), verse of in korrelvorm, of theelepel(s) sambal - er naar (flink<br />
hete!) smaak bij en 2 aardappels-in-blokjes én ca. ½ liter kippebouillon (uit fles of van tablet): aan de kook<br />
brengen en op heel laag vuur 15 min. laten pruttelen tot de aardappel (bijna) gaar is. Dan ½ pond maiskorrels-uit-blik<br />
erbij en paar min. laten pruttelen. Dan 3 dl melk met 2½ dl (kook-)room aan de kook<br />
brengen en hier al kloppend (!) door roeren 1 ons geraspte belegen Goudse kaas – dit beetje bij beetje bij<br />
de soep doen, daar 3 eetlepels gesnipperde peterselie (en/of verse koriander) door en op smaak maken<br />
met peper, zout en snufje cayennepeper. Direct nog heet serveren, bij bijv. stokbrood.<br />
= Pot-au-feu: in 1½ l (Maggi)blokjesbouillon (of van tablet runderbouillon) pondje runderpoelet (mét evt.<br />
flinke bot) aan de kook brengen en onder af en toe afschuimen op laag vuur in ca. 2½ uur (bijna!) gaar<br />
laten worden (bij zelfgemaakte bouillon is ook het vlees en de bot te gebruiken waarvan de bouillon is<br />
getrokken!). Dan eraan toevoegen de volgende, in grove stukken gesneden en vervolgens op laag vuur<br />
even aangefruite groenten: 1 ons wortel, 1 ons knolselderij, prei, ui, 1½ ons koolrabi (of koolraap), 2 ons<br />
kool en/of witlof. Dit alles in gesloten pan 30 min. mee laten koken. Dan 1 ons kippelevertjes erbij en nog<br />
weer 10 min. laten koken. Op smaak maken met peper, zout en scheutje rode wijn.<br />
= Soep van de Maas:<br />
op laag vuur in 3 eetlepels boter ca. 10 min. fruiten: 4 gesnipperde sjalotjes, 2 fijngesneden stengels bleek<br />
selderij en 1 in reepjes gescheurde (!) krop veldsla; dan ca. 1 l blokjesbouillon erbij, samen met 2 ons<br />
(diepvries) doperwtjes, 2 ons gekookte ham (aan één stuk!), tijm, laurier, peper en zout - en ca. 1 uur heel<br />
zachtjes laten trekken. Ham eruit nemen en in stukjes snijden. Soep pureren met de staafmixer, wat room<br />
erdoor en de stukjes ham, en weer even goed warm laten worden. Serveren met gesnipperde peterselie.<br />
= Spruitjessoep:<br />
in 1 eetlepel hete margarine 1½ ons rookspek samen met 2 ons gesnipperde ui fruiten en daarbij doen: 1<br />
pond spruitjes én 1 pond, in dikke plakken gesneden, aardappelen én ½ pond, in niet al te kleine stukken<br />
gesneden, wortel. Met de deksel op de pan 5 min. laten 'smoren' en dan 1½ l (liefst zelfgemaakte) bouillon<br />
erbij en in ca. ½ uur gaar laten worden. Intussen 2 ons (niet te magere) gehakt aanmaken met zout,<br />
peper, paprikapoeder, nootmuskaat en paneermeel en daar balletjes van draaien: deze de laatste 10 min.<br />
mee laten koken in de soep. Op smaak maken met peper, zout (of maggiblokjes) en nootmuskaat (én evt.<br />
peterselie).<br />
Variant: in 30 g margarine (of 2 eetlepels olie) 1 ons rookspek-in-blokjes tot knapperig uitbakken, dan<br />
gesnipperde grote ui, 2 grote aardappels-in-blokjes en mespunt gedroogde tijm al omscheppend meebakken<br />
tot de ui glazig is. Dan pond schoongemaakte spruitjes en 1½ dl water waarin opgelost (groente-)<br />
bouillontablet(ten) erbij: ca. 10 min. laten koken tot de aardappels de soep hebben gebonden en de<br />
spruitjes gaar zijn. Op smaak maken met peper en zout en (in de soep gewelde) rookworst in plakjes<br />
snijden en erdoor doen.<br />
= Wortel-selderij-roomsoep:<br />
in 25 g margarine gesnipperde ui, 4 in stukjes gesneden stengels bleekselderij en 3 aardappelen-inblokjes<br />
enkele min. smoren, 2 ons geraspte winterwortel (of worteltjes) erbij en vervolgens 1 l (kippe-)<br />
bouillon met een laurierblaadje en in gesloten pan 20 min. zachtjes laten koken. Dan het laurierblaadje<br />
eruit en de rest pureren met een staafmixer: op smaak maken met peper en zout. Dan ½ ons fijngesneden<br />
gekookte ham erdoor roeren, samen met nog eens ½ ons geraspte wortel en evt. 2 eetlepels<br />
zeer fijn gesneden bladselderij en even mee-verwarmen. Serveren met zure room en stokbrood (of soepstengels).
II SAUZEN IN SOORTEN<br />
15<br />
voor vlees- en vis-schotels, salades, barbecue, fondue en gourmet<br />
pag. 16: KOUDE SAUZEN:<br />
Mayonaise en op<br />
mayonaise-basis: Andalusische-, Boheemse-, Chantilly-, Cocktail-, Dragon-, Florida-, Mosterd-<br />
(of Mierikswortel-)mayonaise-, Mousseline-, Nicoïse-, Radijs-, Ravigotte-, Remoulade- en<br />
Tartaren-saus, en verdere variaties (speciaal voor fondue- en dip-sausen)<br />
pag. 18: WARME SAUZEN:<br />
Blanke saus (op basis van blanke roux)<br />
Béchamelsaus<br />
Mornay-(kaas-)saus<br />
Veloutésausen (blanke of lichtbruine roux<br />
met bouillon i.p.v. met melk)<br />
in vele verschillende vormen: Allemande-, Aurora-, Duxelle-, Mosterd-, Peterselie-, Stroganoff-,<br />
Suprème-saus & (iets andere) Indiënne-saus, Yorkshire-saus en Port-Madeira-saus<br />
Bruine roux en Spaanse bruine (basis-)saus<br />
en daarvan afgeleiden: Cider-, Lyonaise-, Madeira-, (groene) Peper-saus,<br />
Sauce Bigarde, Sauce Bordelaise of Bourgignonne (rode wijnsaus), Sauce Chasseur,<br />
Sauce à la Diable en Sauce Robert, Uiensaus<br />
pag. 21: LAUWWARME SAUZEN:<br />
Hollandaisesaus (en varianten: Mousseline- en Maltezer-saus en Sauce Divine)<br />
Béarnaisesaus (en varianten: Choron- en Paloise-saus en witte wijnsaus)
KOUDE SAUZEN<br />
16<br />
Mayonaise: is makkelijk te maken in mengkom, bij voorkeur met een garde, evt. met een mixer. Alle<br />
ingrediënten moeten op kamertemperatuur zijn, dus alles van tevoren (uit de koelkast) klaar zetten!<br />
Eierdooier(s) met flinke snuf zout en theelepel fijne witte peper, 1-2 eetlepels citroensap of witte wijnazijn,<br />
mespunt suiker en theelepel(s) mosterd tot een gladde massa roeren; hier eerst druppelsgewijs en naderhand<br />
in forse scheutjes, onder voortdurend krachtig kloppen met de garde (of de mixer), 1-2 dl arachide-,<br />
mais-, sla- of zonnebloem-olie aan toevoegen tot de gewenste dikte is bereikt. Voor nog iets geliger<br />
(romiger) mayonaise in de verhouding 2 eierdooiers op 1 dl olie. Wordt de mayonaise te dik, dan met<br />
beetje citroensap (of azijn of water) verdunnen, blijft het te dun of gaat het schiften, dan opnieuw eidooier<br />
loskloppen en druppelsgewijs het mislukte mengsel erbij doen, uiteraard al kloppend. Er op het laatst nog<br />
1-2 eetlepels (heet!) water door roeren, en evt. nog wat citroensap (of azijn) én evt. enkele druppels<br />
tabasco én als 'tip van Brander' enkele druppels maggi-aroma! In gesloten pot op een koele plaats (maar<br />
niet in de koelkast!) bewaren.<br />
Snellere (en betere!) methode: in smalle mengbeker met de staafmixer mengen 1 ei en 1-2 eetlepels<br />
(wijn-)azijn of citroensap, dessertlepel mosterd en (fijne witte) peper en zout, daarna ca. 2½ dl (arachide-)<br />
olie tot de gewenste dikte wordt bereikt.<br />
Mayonaise-sausen (gerekend op ca. 2 dl basis-mayonaise)<br />
- geschikt voor dipsausen, maar ook voor (sla-)dressings (zie pag 87):<br />
Andalusische saus: tomatenpuree erdoor roeren.<br />
Boheemse saus: de mayonaise mengen met (afgekoelde) béchamel- of velouté-saus.<br />
Chantillysaus: eetlepel stijf geklopte slagroom en 2 eetlepels citroensap en snufje peper erdoor.<br />
Cocktailsaus: 4 eetlepels niet al te stijf geklopte slagroom erdoor en daarna er nog door roeren: 2 eet-<br />
lepels whisky (of cognac), 2 eetlepels tomatenketchup, 2 theelepels citroensap en druppels tabasco.<br />
Dragonsaus: eetlepel gesnipperde dragon (geweekt in dragonazijn) en eetlepel gesnipperde peterselie<br />
(en evt. enkele dito bieslookpijpjes en nog wat selderijgroen) door de mayonaise mengen, samen met<br />
enkele eetlepels room. Op smaak maken met peper & zout en evt. mespuntje mosterd.<br />
Floridasaus: paar plakjes fijngesneden ananas, ragfijn gesnipperd uitje, evt. wat gembersiroop, tikje<br />
komijn en peper & zout door de mayonaise mengen. Vervolgens hier losjes doorheen 'spatelen' 1 (kleine)<br />
dl slagroom, stijf geklopt met klein theelepeltje kerrie.<br />
Mosterd-(of Mierikswortel-)mayonaise: mosterd of mierikswortel (uit een potje) erdoor roeren, en op<br />
smaak maken met ietsje suiker, tomatenketchup en room.<br />
Mousselinesaus: stijf geklopte eiwit(ten) erdoor spatelen.<br />
Radijssaus: ketchup, borrelglas cognac, fijngesneden augurken en bosje gesnipperde radijsjes erdoor.<br />
Ravigottesaus: ui (of sjalotje), augurk, kappertjes, peterselie, kervel, dragon en basilicum (of bieslook)<br />
erdoor, van elk ca. 1 eetlepel en zéér fijn gehakt, samen met flinke mespunt mosterd, het sap van ½<br />
citroen en ½ borrelglas witte (droge of zoete) vermouth. Dit is evt. nog wat te 'verzachten' door een<br />
scheutje (schenk-)room en/of een hardgekookt (en na afkoeling 'verkruimeld') ei.<br />
Remouladesaus: ansjovis (gepureerd of als pasta), mosterd en fijngehakte zure augurken erdoor.<br />
Russische saus: 2 eetlepels tomatenketchup, 2 eetlepels gehakte augurkjes, ½ gesnipperd sjalotje, ½<br />
theelepel mierikswortelpasta en paar druppels tabasco erdoor.<br />
Tartarensaus: verkruimeld hardgekookt ei, gesnipperde augurk en peterselie en geraspte ui erdoor.
Verdere variaties: (de ketchup is te vervangen door tomatenpuree met wat suiker, peper en zout)<br />
17<br />
= ½ dl mayonaise mengen met 2 eetlepels tomatenketchup, eetlepel cognac, madeira én sherry, 1 theelepel<br />
gembersiroop. Dezelfde hoeveelheid slagroom stijf kloppen met een ½ theelepeltje paprikapoeder en<br />
daar het mayonaisemengsel voorzichtig door spatelen. Op smaak maken met peper/zout en evt. tabascosaus.<br />
= 1 dl mayonaise mengen met 1 dl half-opgeklopte slagroom, 6 pijpjes gesnipperde bieslook, 3 gesnipperde<br />
sjalotjes, borrelglas sherry en 3 theelepeltjes pernod. Flinke zure appel en 6 radijsjes in kleine<br />
stukjes snijden en erdoor roeren. Op smaak maken met peper, zout, tijm, dille, tuinkers en evt. mespunt<br />
mosterd.<br />
= 4 eetlepels mayonaise (met garde!) goed mengen met 5 eetlepels yoghurt en hieraan toevoegen: 1 eetlepel<br />
kappertjes, ½ theelepel venkelzaadjes (of -poeder) en 1 theelepel gehakte peterselie. Op smaak<br />
maken met peper, zout en het sap van ½ citroen.<br />
= 1 dl mayonaise mengen met 1½ dl yoghurt, 4 eetlepels tomatenketchup, 1 eetlepel gembersiroop (of<br />
theelepel suiker), peper, zout, dille en tijm.<br />
= 3 dl mayonaise goed mengen met 3 eetlepels tomatenketchup, ½ borrelglas witte vermouth, 1 borrelglas<br />
cognac, ½ eetlepel gembersiroop, snufje cayennepeper en zout. Dan 2 dl slagroom half stijf kloppen en<br />
daar het mayonaisemengsel losjes doorheen spatelen.<br />
= 3 dl mayonaise (bijv. goede fabrieksmayonaise, zoals Devos Lemmens) voller en zachter van smaak<br />
maken door er 1 dl half-stijf geklopte (ongezoete) slagroom doorheen te spatelen.<br />
Mayonaise is ook te 'verzachten' en te verbeteren door toevoeging van monchou, (bio)yoghurt,<br />
zure room of crème fraîche, en daarna zijn op basis daarvan de volgende 'aparte' sausen te maken, bij<br />
uitstek geschikt voor fondue en gourmet:<br />
=ananas: theelepeltje zéér fijngehakte ui erdoor, mét fijngesneden ananas (+ wat sap) en wat kerrie.<br />
=appel: geraspte zure appel i.p.v. ananas (pas vlak voor het opdienen, i.v.m. bruinkleuring!).<br />
=banaan: fijngeprakte banaan i.p.v. de appel (zelfde manier!).<br />
=sherry: zeer fijngesnipperd uitje met lepel tomatenketchup en daarbij flinke eetlepel sherry.<br />
=mosterd: samen met gesnipperd uitje theelepel mosterd en eetlepel kappertjes erdoor mengen.<br />
=champignons: even aangefruite fijngesneden champignons met gesnipperd en meegefruit uitje erdoor.<br />
Voor fondue- en/of dip-sausen kan men ook als basis nemen de kant-en-klare en wat minder vette<br />
slasaus i.p.v. de mayonaise, doch ook dit dan wél wat luchtiger geklopt met slagroom!<br />
Te vermengen met:<br />
= fijngehakte gember met wat gembersiroop;<br />
= geraspte appel met enkele druppels cognac;<br />
= fijngehakte verse tuinkruiden: bieslook, peterselie, kervel, majoraan of citroenmelisse;<br />
= fijngesneden appel en uitje, gefruit in kerry;<br />
= fijngewreven ansjovis (of- pasta) en tomatenpuree;<br />
= geraspte citroenschil, kappertjes en tikje tomatenpuree;<br />
= geraspte sinaasappelschil, scheutje vermouth en enkele druppels sinaasappelsap;<br />
= fijngesneden rode paprika, zilveruitjes en tikje cayennepeper.<br />
Zie verder voor dressings en vinaigrettes op pag. 87 (onder Sla).
WARME SAUZEN<br />
18<br />
Blanke roux en blanke saus: in (steel-)pannetje met dikke bodem gelijke hoeveelheden zacht gesmolten<br />
(niet gebruinde!) boter en bloem op laag vuur tot glad mengsel roeren en dit in enkele min. goed gaar<br />
(doch niet bruin!) laten worden. Daarna zoveel koude melk er 'in één klap', of warme melk beetje-bijbeetje,<br />
bij voegen en al roerend aan de kook laten komen, tot de gewenste dikte is bereikt (rekening<br />
houden met 'na-dikken'). Voor dunne gietbare saus rekenen op 30 g boter/bloem op ½ l melk, voor wat<br />
dikkere bedekkende saus op 50 g en voor dikke bindende saus (bijv. voor ragoût en kroketten) op ca. 100<br />
g boter/bloem. Op smaak maken met peper & zout en (vooral ook!) nootmuskaat.<br />
Variaties op de Blanke Saus:<br />
Béchamelsaus:<br />
hiervoor de benodigde melk vooraf aan de kook brengen met enkele grote stukken ui, wat takjes selderijgroen<br />
(of stengel bleekselderij in stukken) en evt. laurierblaadje, tijm, zout en peper en (ook dan al)<br />
nootmuskaat (of foelie). Van het vuur af en al 'trekkend' af laten koelen met deksel op de pan. Verder als<br />
bij blanke saus (waar de, dan gesnipperde en evt. even met de roux aangefruite, ui ook door kan worden<br />
geroerd).<br />
Mornaysaus:<br />
op laag vuur ca. ½ l béchamelsaus mengen met 75 g geraspte oude kaas (liefst boeren- of Gruyère); een<br />
eierdooier loskloppen met dl room en dit er al roerend doorheen mengen. Niet meer laten koken! In deze<br />
vorm zeer geschikt voor gratineersaus; anders 'afmaken' door er kleine klontjes boter door te roeren.<br />
Veloutésausen: dezelfde methode als bij een blanke roux (evt. het boter/bloem-mengsel tikje lichtbruin<br />
laten kleuren!), maar nu warme tot hete (vlees-, kippe- of vis-) bouillon toevoegen aan de blanke of<br />
lichtbruine roux (afhangend van de variatie waar men op uit is). In het algemeen ca. ½ l bouillon op basis<br />
van 40/40 g boter/bloem (= 1 flinke eetlepel boter + 3 afgestreken eetlepels bloem).<br />
Variaties hierop:<br />
Allemandesaus:<br />
i.p.v. de ½ l bouillon 2½ dl bouillon nemen en eenzelfde hoeveelheid witte wijn; 2 eieren loskloppen en<br />
hier, beetje bij beetje, 4 eetlepels van deze warme saus doorheen mengen en daarna de rest al roerend<br />
toevoegen: niet meer laten koken.<br />
Aurorasaus:<br />
tomatensaus (zie pag. 125) ingekookt tot 1 dl (óf 2 eetlepels tomatenpuree met bouillon) mengen met ½ l<br />
veloutésaus.<br />
Duxellesaus:<br />
In 50 g boter theelepel fijngehakte sjalotjes (of ui) goudgeel fruiten en er dan ons fijngehakte champignons<br />
bij doen en in enkele min. zachtjes gaar laten worden. Dan een eetlepeltje tomatenpuree erdoor en<br />
daarna al roerend 30 g bloem erbij en even kort laten garen. Dan de ingekookte bouillon erdoor (d.w.z.:<br />
2½ dl bouillon en 2½ dl witte wijn laten inkoken tot 3 dl) en nog ca. 20 min. verder gaar laten worden tot<br />
een gladde saus is ontstaan. Na zeven nog eens ½ dl room en 2 eetlepels gesnipperde peterselie erdoor,<br />
daar-na op smaak maken met peper en zout.<br />
Mosterdsaus:<br />
door ½ l veloutésaus 4 eetlepels mosterd mengen, 3 eetlepels droge witte wijn en 1 theelepeltje<br />
citroensap, en vervolgens nog enkele min. op laag vuur laten doorkoken.
Peterseliesaus:<br />
door ½ l veloutésaus 5 eetlepels fijngeknipte peterselie en 1 theelepeltje citroensap mengen.<br />
19<br />
Stroganoff-saus:<br />
fijngesnipperde ui op laag vuur in ca. 40 g boter goudgeel fruiten en hierover strooien een eetlepel zoete<br />
paprikapoeder (mét evt. mespunt scherpe paprikapoeder). Hier al roerend 40 g bloem bij en laten garen<br />
(niet bruinen!) en vervolgens al roerend ½ l bouillon en 2 eetlepels tomatenpuree: dit zachtjes ca. 20 min.<br />
laten doorkoken, onder af en toe roeren. Na zeven 1 borrelglas wodka en 2 eetlepels zure room erbij en op<br />
smaak maken met zout. Wél weer verwarmen maar nu niet meer laten koken.<br />
Suprèmesaus:<br />
eierdooier los roeren met ruim 1 dl room en dit door ½ l veloutésaus roeren. Dit is evt. nog te 'vervolmaken'<br />
door er kleine klontjes (echte!) boter één-voor-één door te kloppen. Op smaak maken met peper en<br />
zout en enkele druppels citroensap.<br />
De volgende variaties zijn hier weer op te maken:<br />
= eetlepel fijngehakte dragon erdoor + eetlepel droge witte wijn.<br />
= eetlepel(s) gestampte kappertjes + wat van het sap erdoor.<br />
= champignons koken in water waarin enkele druppels citroensap, de veloutésaus aanmaken met een<br />
deel van dit kookvocht en een (groter) deel bouillon en later de uitgelekte champignons erdoor.<br />
Vergelijkbare (velouté-)sausen:<br />
Indiënnesaus:<br />
fijngehakte ui op laag vuur in 40 g boter fruiten met 1 theelepeltje kerrie en hier al roerend 30 g bloem bij<br />
voegen tot glad mengsel: enkele min. laten garen (tot roux). Hier langzaam en al roerend 3½ dl kippebouillon<br />
bij doen en daarna nog 75 g santen (opgelost in 1½ dl heet water). Dan nog ½ laurierblaadje erbij<br />
en de saus 20 min. heel zachtjes laten koken, onder af en toe roeren. Daarna pureren met staafmixer<br />
(minus de laurier), opnieuw warm laten worden en er nog ½ dl room door roeren. Op smaak maken met<br />
peper, zout en enkele druppels citroensap.<br />
Yorkshire-saus:<br />
Blanke (iets gebruinde) roux maken van ruim ½ eetlepel bloem en evenveel boter en daar als vocht aan<br />
toevoegen: ½ dl water, ½ dl sinaasappelsap, 1 borrelglas port en ½ theelepel sinaasappelrasp. Na even<br />
pruttelen de vrij dunne saus afmaken met eetlepel bessengelei (of jam) en snufje kaneel.<br />
Port-Madeira-saus:<br />
Gesnipperd sjalotje en ca. evenveel dito bleekselderij met tijm en laurierblad fruiten in olijfolie. Dan 100 cc<br />
port en 50 cc madeira erbij en op hoog vuur inkoken tot kwart. Dan 1 dl (liefst zelfgemaakte) bouillon<br />
erdoor en inkoken tot het aan de lepel blijft hangen. Na zeven mengen met klontjes boter tot lobbig.<br />
Bruine roux en bruine basissaus:<br />
Spaanse (bruine) saus: in ca. 40 g boter (waarin evt. eerst al 40 g fijngesneden rookspek of bacon is uitgebakken)<br />
op láág vuur goudbruin fruiten: fijngehakt uitje, ons fijngesneden winterwortel en 2 grof-gehakte<br />
takjes selderij (en/of peterselie), samen met een laurierblaadje en snufje tijm. Helft van de bakboter eruit<br />
scheppen en dan ½ dl droge witte (of rode) wijn erbij en aanzetsel daarmee losroeren. Vocht laten verdampen.<br />
Dan al roerend 40 g bloem erbij en tot glad mengsel roeren (blijven roeren tot kastanjebruine<br />
kleur). Hier al roerend een kleine liter (liefst zelfgemaakte) bouillon bij en laten inkoken tot ca. ½ l saus.<br />
Evt. nog wat tomatenpuree erdoor en na zeven (!) op smaak maken met peper & zout, en er evt. nog wat<br />
klontjes boter door kloppen. N.B.: als hieraan ook nog wordt toegevoegd een 'fond brune' getrokken van<br />
kalfsbotten (die eerst even zijn 'aangebraden' in de hete oven, om van vet en andere ongerechtigheid te<br />
ontdoen!), spreekt men van 'demi glace' (= tot de helft ingekookte fond!<br />
Een 'fond' is een sterk geconcentreerde vlees- of visbouillon. Voor bouillon-trekken zie pag. 4 (maar in dit<br />
geval geen zout erbij: zou bij inkoken té zout worden!).
20<br />
Variaties op deze Spaanse saus (in alfabetische volgorde):<br />
Cidersaus:<br />
1½ dl droge cider met ½ laurierblad en ½ kruidnagel op zacht vuur in 5 min. laten inkoken tot ½ dl en hier<br />
ca. ¼ l Spaanse saus door roeren; nog even laten sudderen en dan zeven.<br />
Lyonaisesaus:<br />
in 50 g boter 2 fijngesnipperde uitjes glazig fruiten, dan glas witte wijn erbij en tot de helft laten inkoken;<br />
vervolgens vermengen met 2 dl bruine saus.<br />
Madeirasaus:<br />
i.p.v. de ½ dl droge wijn (van de Spaanse saus) 1 dl madeira (en inkoken tot ½ dl).<br />
(Groene) Pepersaus:<br />
aan ½ l Spaanse saus toevoegen een mengsel van: 2 eetlepels groene pepertjes (uit blik of fles), 1<br />
eetlepel sap daarvan, theelepel mosterd en ½ borrelglas cognac. Het geheel ca. 5 min. zachtjes laten<br />
koken, dan van het vuur af (!) en er nog ca. 5 eetlepels crème fraîche doorheen roeren.<br />
Sauce Bigarde:<br />
de rasp van een sinaasappel even blancheren, overgieten met koud water en goed uit laten lekken. In een<br />
sauspan met dikke bodem 3 eetlepels suiker en 1 eetlepel witte wijnazijn smelten en licht laten<br />
caramelliseren. Voorzichtig ca. ½ dl rode port en dl bouillon erbij, samen met het gezeefde sap van<br />
dezelfde sinaas-appel. Op laag vuur ca. 5 min. laten koken. Hier ¼ l Spaanse saus doorheen roeren én de<br />
sinaasappelrasp.<br />
Sauce Bourgignonne (of -Bordelaise: Rode wijnsaus):<br />
op matig vuur gesnipperd sjalotje goudbruin fruiten en daar 4 dl droge rode wijn bij doen, samen met een<br />
'bouquet garni' van peterselie/selderij/laurier/tijm, en op laag vuur laten inkoken tot ca. een derde deel is<br />
overgebleven. Hier ½ l Spaanse saus doorheen roeren en kwartiertje zachtjes laten koken. Vlak voor het<br />
opdienen kleine klontjes boter er stuk-voor-stuk doorheen mengen.<br />
Sauce Chasseur:<br />
ons fijngehakte champignons fruiten in 20 g boter en na 5 min. fijn gesnipperd uitje erbij en zachtjes bruin<br />
laten worden tot alle vocht is verdampt. Hier 1 dl droge witte wijn en 1 dl bouillon door roeren, tot de helft<br />
in-koken, en 1½ dl Spaanse saus en 40 g tomatenpuree erdoor roeren. Vlak voor het opdienen 25 g boterin-klontjes<br />
erdoor roeren en op smaak maken met peper en zout en evt. gesnipperde peterselie.<br />
Sauce à la diable:<br />
op hoog vuur in pan met dikke bodem tot de helft laten inkoken: 1 dl witte wijn, ½ dl witte wijnazijn met 1<br />
eetlepel gesnipperde ui, dan 30 g tomatenpuree erdoor roeren. Dit bij ½ l Spaanse saus doen en aan de<br />
kook brengen: ca. 5 min. zachtjes laten koken. Daarna theelepeltje tabasco en evt. snufje Cayennepeper<br />
erdoor roeren. En na het zeven er nog theelepel(s) fijngemaakte peterselie doorheen mengen.<br />
Sauce Robert:<br />
middelgrote gesnipperde ui op matig vuur goudbruin fruiten in 20 g boter en daar ½ dl bouillon door<br />
roeren. Dit vermengen met ½ l Spaanse saus en op laag vuur in ca. 10 min. iets laten inkoken, daarna<br />
zeven. Eetlepel mosterd los roeren met een mespunt suiker en 2 eetlepels droge witte wijn en dit erbij<br />
doen. Verwarmen en op smaak maken met peper en zout.<br />
Uiensaus:<br />
2 grote uien fijnhakken en in 20 g boter met mespuntje suiker goudbruin fruiten. Eetlepel witte wijnazijn<br />
erbij en enkele min. mee laten warmen; dan ¼ l bouillon erbij en een laurierblaadje. Op laag vuur tot de<br />
helft inkoken. Na zeven mengen met ½ l Spaanse saus. Verwarmen en op smaak maken met peper en<br />
zout.
LAUWWARME SAUZEN<br />
Hollandaisesaus geldt als basissaus hiervoor.<br />
21<br />
In de meest eenvoudige vorm aldus te maken: 2 eierdooiers met garde romig kloppen met 2 eetlepels<br />
water en snufje zout en peper. Dan de schaal in grote(re) pan met warm water zetten en 'au bain marie'<br />
hier ca. 1-2 ons (!) boter, in klontjes verdeeld, stuk voor stuk doorheen kloppen tot een romige gebonden<br />
saus is ontstaan. Op smaak maken met zout, snufje cayennepeper en evt. nog eetlepel citroensap. Dit<br />
geeft ca. ¼ l saus, die ook alleen maar 'au bain marie' warm kan worden gehouden (en weer warm<br />
gemaakt).<br />
In een iets pittiger versie: 3 eetlepels droge witte wijn (of wijnazijn) op hoog vuur even laten inkoken tot ca.<br />
2 eetlepels en af laten koelen. In een (liefst al 'au bain marie' verwarmde) schaal of pan 2 eierdooiers<br />
romig kloppen en daar de ingekookte wijn (of -azijn) in ca. 2 min. doorheen kloppen. Vervolgens eveneens<br />
'au bain marie' klontjes boter er langzaam doorheen kloppen tot het mengsel glad en romig wordt. Van de<br />
warmtebron afnemen en er dan nog eens opnieuw klontjes boter doorkloppen, en vervolgens evt. nog een<br />
deel van de (ruime!) hoeveelheid boter in gesmolten (en weer wat afgekoelde) vorm. Op smaak maken<br />
met peper, zout en citroensap.<br />
'Rampenbestrijding':<br />
Bij schiften: van het vuur af en snel een paar theelepels ijskoud water erdoor kloppen.<br />
Bij scheiden (van boter en dooiers): de pan even legen en schoon maken, verse dooiers schuimig kloppen<br />
en daar de saus weer door.<br />
Bij niet dik worden: schone schaal omspoelen met heet water, dan theelepel citroensap even met eetlepel<br />
van de te dunne saus romig kloppen en dan de rest van de saus er weer door.<br />
Bij te dik worden: 1-2 eetlepels heet water (of hete melk) erdoor kloppen.<br />
Variaties op deze Hollandse saus:<br />
Mousselinesaus (of sauce chantilly):<br />
4 eetlepels goed stijf-geklopte (!) slagroom door ¼ l Hollandaisesaus spatelen. Verder op smaak maken<br />
met citroensap.<br />
Maltezer saus:<br />
het sap en de zéér fijngeraspte schil van een bloedsinaasappel hetzij door Hollandaisesaus mengen,<br />
hetzij dat vocht gebruiken i.p.v. de wijnazijn.<br />
Sauce divine:<br />
eetlepel vloeistof bestaande uit 2 eetlepels ingekookte sherry en 2 eetlepels stijf geklopte slagroom door<br />
de Hollandaisesaus roeren.
Béarnaisesaus:<br />
22<br />
In klein (steel-)pannetje 6 eetlepels witte wijn-azijn (of 3 eetlepels witte wijn en 2 eetlepels dragonazijn)<br />
samen met 1 eetlepel fijngesnipperde sjalot, ½ eetlepel dragon (liefst verse) en ½ eetlepel kervel (liefst<br />
verse) én evt. wat gekneusde peperkorrels op laag vuur tot de helft inkoken. Daarna zeven boven een<br />
mengkom en iets laten afkoelen; dan 2 eierdooiers er doorheen kloppen tot romig mengsel; snufje zout en<br />
1 theelepel water erbij. Daarna 'au bain marie' verder kloppen tot een licht-gebonden saus is ontstaan. Van<br />
het vuur af (maar nog wel 'au bain marie') ca. 150 g boter, in kleine klompjes verdeeld, er door kloppen<br />
(evt. lauwe gesmolten boter er eerst druppelsgewijs, later in scheutjes, doorheen kloppen). Als alle boter<br />
goed is opgenomen, op smaak maken met zout, peper en enkele druppels citroensap. En evt. ook nog<br />
met enkele theelepels van de (achtergehouden) verse dragon en/of kervel.<br />
Variaties op deze Béarnaisesaus:<br />
Choronsaus:<br />
béarnaisesaus, doch daar vlak voor het opdienen géén verse dragon of kervel door mengen,<br />
maar 2 eetlepels tomatenpuree.<br />
Paloisesaus:<br />
de dragon vervangen door mint.<br />
Witte wijnsaus:<br />
i.p.v. wijnazijn alleen droge witte wijn (of droge witte vermouth) gebruiken en géén dragon.
III VARIATIES IN VLEES EN VIS<br />
RUNDVLEES<br />
23<br />
Pag. 25: bij gekookte (bloemige) aardappelen: Biefstuk; Entrecôte;<br />
Rosbief; Staartstuk; Runderlappen; Runderrolletjes.<br />
Pag. 28: bij gebakken aardappelen (of pommes frites) én nieuwe aardappelen:<br />
Ossehaas; Tournedos; Biefstuk(ken); Entrecôte(s); Rosbief; Runderlappen.<br />
Pag. 31: bij aardappelpuree:Ossehaas; Chateaubriand; Biefstuk(ken); Entrecôte; Rosbief;<br />
Runderlappen; Hachee.<br />
Pag. 34: bij rijst, pasta etc.: Rosbief (met Yorkshirepudding); Boeuf Stroganow; Biefstuk;<br />
Biefstuk tartaar; Runder-lappen en –rolletjes.<br />
VARKENSVLEES<br />
Pag. 37: bij gekookte aardappelen: Varkens-biefstukjes en -oesters; Varkens-fricandeau en -filet<br />
en -rollade; Karbonades; Varkens-schnitzels, -lapjes en –rolletjes; Hamlappen.<br />
Pag. 40: bij gebakken (of nieuwe) aardappelen of patates: Varkens-haas, -biefstukjes, -oesters,<br />
-fricandeau en -filet; Varkens-karbonades, -schnitzels en -lappen; Speklappen en<br />
spek-rolletjes; Bacon.<br />
Pag. 43: bij aardappelpuree: Varkenshaas; Varkensbiefstukjes; Varkens-fricandeau, -filet, -schouder;<br />
Varkens-rollade, -carré en -ribstuk; Varkens-karbonades,-schnitzels,<br />
-lappen en -rolletjes; Ham.<br />
Pag. 48: bij rijst of pasta: Varkenshaas, Varkensoesters, Varkensfilet, Koteletten/Karbonades,<br />
Varkensschnitzels, Varkenspoelet.<br />
GEHAKT GEVARIEERD<br />
Pag. 51-53: Gehaktballen (in vele soorten en maten) en Hamburgers,<br />
Pag. 54-56: Gehaktbrood resp. gehakttaart(en) (en vergelijkbare paté's).<br />
KALFSVLEES IN HET KORT<br />
Pag. 57: Kalfsfricandeau, Kalfsoesters, Vitello tonnato,<br />
Pag. 58: Osso bucco, Piccata, Kalfs-schnitzels en -lapjes, 'Geschnetzeltes'.<br />
KIP (aan één stuk of in stukken)<br />
Pag. 59: hele braadkip in oven of braadpan;<br />
Pag. 60: hele kip in de braadpan, kippevleugels, kippebouten én kipfilets.<br />
BOTER BIJ DE VIS<br />
Pag. 61: vissoepen;<br />
Pag. 63: visschotels / visgerechten - in alfabetische volgorde naar vissoort.
24<br />
BAKKEN = het op hoog vuur bruin en (geheel of gedeeltelijk) gaar maken in heet vet; dit gebeurt in een<br />
open (koeke-)pan, bij voorkeur 'op maat' (bij te groot bodemoppervlak kan het vet verbranden, bij een te<br />
kleine pan wordt het vlees niet mooi bruin). Voor het bakken moet het vlees droog zijn (gedept); zouten<br />
daarom ook bij voorkeur ná het (aan-)bakken, bijv. tijdens het keren van het vlees in de pan. N.B.: de pan<br />
eerst goed heet laten worden, dan pas boter, margarine of olie erin laten smelten en bruinen! Nadat het<br />
schuim goed is weggetrokken (!) en de boter of margarine lichtbruin is gekleurd, het vlees snel (!) aan<br />
beide kanten dichtschroeien. Als het bakvet te donker wordt of te erg gaat ruiken wat verse (koude) boter<br />
erbij doen. En biefstukken tijdens het (kort!) bakken over de bodem van de pan schuiven. Of de koksmethode<br />
voor biefstukken bakken: even in koekepan snel dichtschroeien en daarna in voorverwarmde<br />
oven van 180° ca. 10 min. verder bakken tot de gewenste graad: zie hiernaast. Warm houden onder<br />
aluminiumfolie in oven van 40°. Rekenen op 25 g margarine of olie (en/of boter) op 100 g vlees.<br />
Bakken in de oven: eerst 'bruinen' bij 200°- 220°, dan verder garen bij 140°-180° (zie verder bij braden).<br />
Monteren noemt men het, na het bakken, afmaken van de vleesjus: het vlees eruit nemen (en warm<br />
houden) en zo nodig wat van het bakvet eraf scheppen. Het resterende aanzetsel losmaken met ca. 2 dl<br />
vloeistof: bouillon en/of water, evt. (met) wijn, sterke drank of vruchtensap (tot zover heet het deglaceren).<br />
Dit laten inkoken tot lobbig en er beetje-bij-beetje room of crème frâiche door kloppen, óf binden met<br />
beurre manié (= gelijke delen zachte boter en bloem, tot balletjes gekneed) of met aardappelmeel dan wel<br />
maïzena.<br />
Boter klaren (tot bakboter): in steelpan zachtjes verhitten tot melkeiwitten boven komen drijven, deze eraf<br />
scheppen en bij overgieten ervoor zorgen dat de rest van het melkeiwit op de bodem achter blijft.<br />
Fruiten = het zacht (op laag vuur) en (nu en dan) roerend aanbakken in open pan van groenten en/of<br />
kruiderijen (bijv. van gesnipperde ui). Mirepoix: een gefruit mengsel van wortel, (bleek)selderie en ui.<br />
BRADEN = het op matig vuur (geheel of gedeeltelijk) gaar laten worden van vlees in heet vet; het gebeurt<br />
in een (al of niet 'gesloten') braadpan met dikke bodem (dus onder deksel óf met de deksel schuin op de<br />
pan) of in de oven (bij groot vlees). Na dichtschroeien en bruin-bakken ('aanbraden') op hoog vuur en in<br />
zéér hete margarine (waarvan het schuim goed is weggetrokken), beetje braadvet (of boter) erbij en het<br />
vuur temperen tot zo laag mogelijk (!): voor dit 'nabraden' (of braiseren) half tot heel glas vocht erbij<br />
(water, wijn, bouillon) ook om de temperatuur te temperen. Voor het gaar braden van groot vlees (zoals<br />
rosbief) rekenen op ca. 20 min. per pond, varkensfricandeau (en -rollade) ca. 30 min. per pond en<br />
runderrollade zelfs ca. 60 min. per pond. Gebraden (groot) vlees pas aansnijden na 5-10 min. betijen<br />
(losjes onder aluminiumfolie). Rekenen op gemiddeld 20 g braadvet voor 100 g vlees.<br />
STOVEN = het op laag vuur gaar maken van vlees, in vocht met (slechts) een kleine hoeveelheid vet<br />
(meer vocht dan vet!); het gebeurt in een gesloten (stoof-)pan, onder deksel. Na inwrijven met peper en<br />
zout even dichtschroeien en snel rondom bruin bakken in hete boter of margarine (of olie), komt er de<br />
kruiderij bij én (bij voorkeur voorverwarmd) vocht (water, bouillon of wijn), waarna het vlees op héél laag<br />
vuur in enkele (2 - 5) uren wordt gaar gestoofd, nu en dan kerend en bedruipend (vocht ‘hooguit’ 1 cm!).<br />
Stoven van vis gebeurt met zoveel vocht (met toevoeging van evt. zachte of gesmolten boter) dat de vis<br />
hooguit (!) half onder komt te staan (en evt. op 'een bedje' van groenten en kruiden).<br />
Smoren = het op laag vuur heel langzaam gaar maken van vlees of vis (of groente) in een weinig boter of<br />
margarine (meer vet dan vocht!), in een gesloten pan.<br />
Sudderen = het op héél laag vuur langdurig stoven of smoren van gerechten.<br />
KOKEN = gaar maken in kokende (niet-vette) vloeistof (bijv. water): de bouillon die daarbij ontstaat kan<br />
worden gebruikt voor sausen. Vooral gangbaar bij klapstuk, rundertong, spek, ham, casselerrib en orgaanvlees.<br />
Altijd vooraf flink zouten en minstens 1 uur laten intrekken (daarna afspoelen).<br />
Pocheren = het langzaam gaar laten worden van (vooral) vis in ruim (!) vloeistof (bijv. courtbouillon of visbouillon)<br />
waarvan de temperatuur net even beneden het kookpunt wordt gehouden. De vis moet net<br />
bedekt zijn. Naast het stoven is dit de meest 'verfijnde' vorm van gaar-maken van vis.<br />
GRILLEREN, boven houtskool of onder de grill van de oven. Vooral geschikt voor varkensvlees (bijv.<br />
karbonade of speklap) en ná insmeren met olie óf eerst marineren. Nooit vooraf zouten.
RUNDVLEES<br />
25<br />
Biefstukken kunnen afkomstig zijn van allerlei delen van de koe. Het hoogst staat aangeschreven biefstuk<br />
van de haas: in één stuk ossehaas geheten, het dikste deel daarvan 'chateaubriand' (200-250 g), het<br />
dunnere deel 'tournedos' (ca. 125 g). De Hollandse biefstuk komt uit bovenbil (of spierstuk), daarin zit<br />
een binnenstuk: de zgn. (ook zeer malse) kogel(-biefstuk). Bijna net zo mals als biefstuk zijn de baklappen:<br />
in ca. 10 min. gaar te bakken (moeten vooral niet worden gestoofd!). Vlak ná de baklappen komen<br />
de (dunne) bieflappen, afkomstig van de voorvoet: deze zijn ook in zeer korte tijd voldoende gaar te<br />
braden. Entrecôte (Fr.) of Ribeyesteak (Eng.) komt van de dunne lende of contrefilet (met kraakbenig<br />
vetrandje: daar zónder ook wel lendebiefstuk genaamd), de rosbief bij voorkeur van de dikke lende (en<br />
dan alleen geschikt voor bereiding 'uit één stuk') maar ook wel van dunne lende (dan meer geschikt voor<br />
fondue).<br />
Staartstuk stamt van het achterste deel van de rug van het rund, maar ook wel van de dikke lende (kan<br />
zowel kort worden gebraden als vrij lang gestoofd). Aan één stuk hoort het mét een randje vet eraan!<br />
Runderlappen (of stooflappen) is de verzamelnaam voor al die stukken van het rund die vooral geschikt<br />
zijn voor stoven (en lang smoren). Van de dikke rib komen de riblappen: mals maar met veel 'vet en vel'.<br />
Van de schouder komen de sucadelappen, die iets langer moeten stoven. Van de borst en de 'vang'<br />
(buik) komen de wat vettere (‘doorregen’) runder- of borstlappen (gebruikt voor rollade en hacheevlees).<br />
N.B.: de wat minder fraaie rib- en sucadelappen kunnen natuurlijk naar believen worden vervangen door<br />
beter en duurder vlees, mits ook dit geschikt is voor urenlang smoren of stoven.<br />
Vlees voor het bakken altijd minstens half uur van tevoren uit de koelkast halen!<br />
BIJ VOORKEUR BIJ GEKOOKTE (BLOEMIGE) AARDAPPELEN<br />
Hollandse biefstuk ('naturel'):<br />
Tijdig uit de koelkast halen, goed droogdeppen<br />
en kruiden met peper (uit de molen) en zout. Dan<br />
in zéér hete margarine (waarvan het schuim is<br />
weggetrokken en dat al begint te bruinen!) snel<br />
beiderzijds dicht bakken (als het bakvet te donker<br />
wordt er wat verse margarine óf boter bij), daarbij<br />
het vlees over de bodem van de braadpan schuivend<br />
(er vooral niet in prikken!) - voor medium en<br />
doorbakken enkele minuten langer. Naar eigen<br />
keuze: saignant (rood van binnen), rosé (of medium)<br />
dan wel doorbakken resp. na 1½, 2 of 4<br />
min. bakken aan elke kant. Aanbaksels los<br />
maken met melk en de jus afmaken met water.<br />
Baklap (ook van de bovenbil) op dezelfde manier<br />
- alleen ca. 2 x zo lang bakken.<br />
Bieflap eveneens te behandelen als baklap.<br />
Biefstuk met kappertjes:<br />
2 goed afgedroogde (!) biefstukjes van ca. 75 g<br />
aan beide kanten 2-3 min. bakken op hoog vuur<br />
in ca. 1½ eetlepel zéér hete (goede: plantaardige)<br />
margarine, het vlees over de bodem verschuivend<br />
(er vooral niet in prikken!). Daarna pas<br />
bestrooien met peper en zout én nootmuskaat, en<br />
op verwarmde schaal leggen. Eetlepel boter bij<br />
het bakvet doen en daar 25 g kappertjes, eetlepel<br />
gesnipperde peterselie en 2 eetlepels warm<br />
water bij en even tot krachtige jus laten inkoken.<br />
Variant met gesnipperde sjalotten:<br />
gesnipperde sjalotten glazig fruiten in boter (niet<br />
kleuren) en dan samen met eetlepels witte wijn in<br />
de bakboter (!) van de biefstuk tot saus roeren:<br />
dit over het vlees.<br />
Entrecôte:<br />
lendebiefstuk van 2-2½ ons inwrijven met versgemalen<br />
peper en zout en in zéér hete (al gebruinde)<br />
margarine (of in half olie - half boter!)<br />
snel op zeer hoog vuur bruin bakken, al heen-enweer<br />
schuivend (3- 4 min. aan elke kant voor<br />
rosé, ca. 5 -6 min. voor doorbakken) en dan<br />
de aanbaksels los maken met rode wijn. De jus<br />
afmaken met scheutje warm water of bouillon..<br />
Variant: fijngesneden champignons de helft van<br />
de braadtijd mee bakken, zo nodig wat langer.<br />
En/of bij de braadboter een scheutje room, met<br />
een vork de aanbaksels losmaken en de room<br />
lichtbruin laten kleuren.<br />
Rosbief:<br />
aan één stuk (van ca. 1 kg: voor 8-10 personen!)<br />
en dan goed afgedroogd in een braadslee in<br />
voorverwarmde oven van 280°, overgoten met<br />
1½ ons gesmolten boter; pas zout en peper<br />
erover na dichtschroeien (óf vooraf in de braadpan<br />
dichtschroeien en pas daarna over in oven<br />
van 200°). Nu en dan bedruipen met de, evt.<br />
aangevulde, braadboter. Rekenen op braadtijd<br />
van 15 min. per pond vlees (bij 200°). Na even<br />
afkoelen in dunne plakken snijden en de jus<br />
afmaken met scheutje bouillon.<br />
Finse variant: op de bodem van de braadslee<br />
gesneden ui en winterwortel (met peterselie) en<br />
daarop het stuk rosbief. Serveren met roux van<br />
boter/bloem met blokjesbouillon (zie pag. 18) én<br />
flinke hoeveelheid zure room.
Staartstuk 'aan één stuk':<br />
minstens ½ pond staartstuk-stuk op matig vuur (!)<br />
in ca. 1 ons zeer hete margarine of boter (waarvan<br />
schuim is weggetrokken!) aan alle kanten<br />
dichtschroeien, met zo nu en dan nog kluitje boter<br />
erbij, en (pas) dan bestrooien met peper en zout.<br />
Het vuur laag zetten en vlees afblussen met 1 dl<br />
maggiblokjes- (of rundertablet-)bouillon (of wijn),<br />
en in (bijna) gesloten pan in ca. 2 uur gaar stoven<br />
(af en toe keren en bedruipen - er niet in prikken).<br />
Variant: eerst bestrooien met zout en besmeren<br />
met mosterd, daarna als boven en stoven met<br />
alleen (verwarmde) wijn, met als toevoeging licht<br />
gefruit doorregen rookspek. Pas na afloop bouillon<br />
erdoor en dan nog een tijdje laten pruttelen<br />
(en binden met wat maïzena én er evt. nog een<br />
beetje mosterd door kloppen).<br />
Vaderlands 'draadjesvlees':<br />
Stoofvariant: pondje stoofvlees (doorregen of<br />
magere runderlappen, sukadelap, riblap) in1 ons<br />
zeer hete margarine (waarvan schuim is weggetrokken)<br />
op vrij hoog vuur in 5 - 10 min. bruin<br />
bakken, halverwege kerend. Dan pas zout en<br />
peper erover. Erbij 2 laurierblaadjes en theelepeltje<br />
tijm en theelepeltje(s) azijn. Dan 2 dl<br />
warme (blokjes-)bouillon langs de rand van de<br />
braadpan erbij en met deksel schuin op de pan in<br />
2-3 uur heel zachtjes gaar sudderen - op kleinste<br />
pitje boven vlamverdeler!<br />
Smoorvariant: als ‘mama’s manier’ (zie hierna)<br />
smoren (= met meer vet dan vocht) i.p.v. stoven<br />
(= met meer vocht dan vet).<br />
Draadjesvlees op mama's manier:<br />
pondje staartstuk of dikke lende in platte lapjes<br />
(van ½ -1 cm dik!) na goed afdrogen kruiden met<br />
peper en zout, dan in onsje zeer hete (al wat gebruinde)<br />
margarine (of boter) om-en-om bruin<br />
bakken, in het begin 'schuivend' over de bodem<br />
van de braadpan! Dan theelepeltje (balsamico-)<br />
azijn erover én een scheutje melk in het hete vet<br />
(voor het bruinen!) en theelepeltje tomatenpuree<br />
(evt. een laurierblaadje), en dan met deksel<br />
schuin op de pan (!) urenlang op zo laag mogelijk<br />
vuur boven vlamverdeler(!), waar nodig vocht op<br />
(heel laag!) peil houdend door maggiblokje(s)<br />
opgelost in zeer heet water erbij te doen - en zo<br />
nodig de (mevrouw Kits-donkere!) jus verder<br />
‘monteren’ (zie pag. 24), maar dan wel eerst het<br />
vlees eruit nemen! Bij deze methode blijft het<br />
(ook wat duurdere) vlees steviger en smakelijker.<br />
26<br />
Gaaikes sudderlappen (met lekkere vleesjus):<br />
1 ½ pond fijne rib (of ander doorregen rundvlees)<br />
droogdeppen en kruiden met zout en peper. Half<br />
pakje boter (met wat olie) goed laten bruinen (net<br />
niet verbranden!) en hierin het vlees 3-5 minuten<br />
dichtschroeien. Vuur (heel) laag zetten en er dan<br />
laurierblaadje, blaadje foelie, enkele kruidnagels,<br />
piment, jeneverbessen, afgestreken dessertlepel<br />
suiker en eetlepel balsamico-azijn bij doen. Dan<br />
250 cc vleesfond (evt. ingekookt van rundvleesbouillontablet!),<br />
aangelengd met heet water tot<br />
halve liter, aan de kook brengen en bij het vlees<br />
doen. Op zo laag mogelijk vuur (of in de oven<br />
van 100°) onder deksel minstens 3 uur laten<br />
‘trekken’ (het vocht mag net niet pruttelen, maar<br />
er wel tegenaan hangen). Vlees eruit nemen,<br />
kruiderij eruit vissen en de jus laten inkoken tot<br />
gewenste dikte en smaak. Evt. wat klontjes boter<br />
erdoor. Vlees weer in de pan doen en even doorwarmen,<br />
maar beslist niet laten pruttelen/koken,<br />
ook bij het later weer opwarmen niet!<br />
Runderlappen met wijn-sjalotjus:<br />
pond doorregen runderlap inwrijven met zout en<br />
peper en dik besmeren met mosterd: beiderzijds<br />
snel bruin bakken in hete margarine. Uit de pan<br />
nemen en 1 dl rode wijn erbij, samen met ons<br />
sjalot (in grove stukjes). Na even opkoken vlees<br />
er weer bij en ca. 3 uur heel zacht laten sudderen<br />
(evt. nog wat wijn erbij). Serveren met rode kool<br />
(of bijv. bij stamppot moes: zie pag. 98).<br />
Runderlapjes in pikante saus:<br />
dunne doorregen runderlapjes (totaalgewicht ca.<br />
3 ons) goed drogen met keukenpapier en kruiden<br />
met cayennepeper en zout, dan om en om snel<br />
bruin bakken in 2 eetlepels hete olie. Dan 50 g<br />
boter erbij en een grote, zeer fijn gesnipperde ui<br />
erin goudgeel fruiten, dan klein blikje tomatenpuree<br />
erdoor en 6 eetlepels droge rode wijn (óf<br />
rode port) en in (bijna) gesloten pan op kleinste<br />
pitje boven vlamverdeler urenlang mals en gaar<br />
sudderen. Naar gewenste smaak en dikte van de<br />
(licht zoet-zure) saus kokend water (of blokjesbouillon)<br />
langs de rand van de pan erbij doen en<br />
evt. naar smaak wat kappertjes door de saus.<br />
Past ook wel bij aardappelpuree of patates.
Franse riblappen:<br />
½ pond riblappen-in-grote-stukken kruiden met<br />
peper en zout en bestuiven met wat bloem, en al<br />
omscheppend op hoog vuur aanbakken (dichtschroeien)<br />
in 25 g hete(!) margarine. Dan onsje<br />
rookspekblokjes en ui-in-stukken op iets lager<br />
vuur mee bakken tot de ui-stukjes glazig en de<br />
spekjes lichtbruin zijn. Dan erbij laurierblaadje en<br />
2 kruidnagels (en evt. 5 geplette jeneverbessen)<br />
– dan glas droge wijn met zoveel blokjesbouillon<br />
erbij datt het vlees net onder staat en op heel<br />
laag vuur minstens 2½ uur zacht laten pruttelen.<br />
Bruine ragoût:<br />
pond doorregen rundvlees (bijv. fijne rib) in vrij<br />
grote stukken (laten) snijden en op hoog vuur<br />
goed bruin bakken in 50 g margarine, samen met<br />
kleine wortel-in-schijfjes en een gesnipperde ui.<br />
Daarna bestrooien met zout en peper. Dan 4 dl<br />
heet water en 2½ dl rode wijn erdoor, samen met<br />
3 takjes peterselie, snuf tijm, 2 kruidnagels, 4 geplette<br />
peperkorrels, laurierblad en eetlepel tomatenpuree.<br />
Met deksel op de pan op zeer laag vuur<br />
in 2 - 4 uur gaar sudderen. Vlees uit de pan<br />
nemen en zoveel mogelijk vet eraf scheppen en<br />
zo nodig zeven (of met staafmixer pureren). Evt.<br />
een iets gebruinde roux maken van 25/25 g boter/<br />
bloem en daar al roerend zoveel van de vleesjus<br />
aan toevoegen dat de gewenste dikte is bereikt.<br />
Vlees er weer bij en goed doorwarmen. Past<br />
(vooral dan) ook goed bij aardappelpuree.<br />
Runderrolletjes met tomatensaus:<br />
in wat margarine enkele plakjes bacon licht-krokant<br />
bakken en dan op 2 zéér dun platgeslagen<br />
runderlapjes leggen. Daarin 'verpakken' rolletjes<br />
gekneed van 2 oude boterhammen, besmeerd<br />
met mosterd, 2 eetlepels gesnipperde peterselie,<br />
2 eetlepels fijngesneden augurk, wat warme<br />
melk, peper, zout en evt. aroma: vast-prikken of -<br />
binden en even door de bloem halen. In het, evt.<br />
aangevulde, braadvet van de bacon rondom mooi<br />
bruin bakken, een gesnipperd uitje mee laten<br />
fruiten en afblussen met een scheutje wijn; dan<br />
nog wat tomatenpuree en blokjesbouillon erbij en<br />
daarin de vleesrolletjes gaar laten sudderen. De<br />
saus zo nodig nog binden met aangelengd<br />
aardappelmeel en op smaak maken met peper,<br />
zout en aroma.<br />
27<br />
Runderrolletjes met kaas:<br />
elk platgeslagen runderlapje (van de platte bil of<br />
van de lende) bedekken met een plakje rauwe<br />
ham en een reepje belegen (óf jonge) kaas: de<br />
laatste aan de binnenkant 'ingepakt' in de ham,<br />
zodat het er niet uit kan lopen; evt. een klein<br />
blaadje salie erin mee verpakken. De opgerolde<br />
en 'vastgeprikte' rolletjes op matig vuur in margarine<br />
braden en daarna afblussen met droge<br />
wijn: hierna nog minstens ½ uur op laag vuur in<br />
een gesloten pan gaar stoven.<br />
Gevulde runderrolletjes:<br />
2 runderlappen (liefst van de lende of op de<br />
machine uit staartstuk gesneden!) goed plat<br />
(laten) slaan, bestrooien met peper en zout en<br />
insmeren met een béétje mosterd. Na intrekken<br />
beleggen met dun plakje ontbijtspek, worteltje,<br />
stukje 'gevierendeelde' prei, augurkje, reepje<br />
(rode) paprika en sjalot, allemaal van dezelfde<br />
lengte. Stevig oprollen en 'inbinden', en aan alle<br />
kanten even snel bruin bakken in 30 g margarine.<br />
Uit de pan nemen en in het bakvet gesnipperd<br />
uitje en onsje fijngesneden champignons<br />
fruiten, wat bloem erover en afblussen met blokjesbouillon;<br />
dan nog laurierblaadje, kruidnageltje<br />
en peper (en evt. ½ theelepel mosterd) erbij, het<br />
vlees er weer in en nog ca. ½ uur zachtjes laten<br />
sudderen.<br />
Mamma's aloude variant:<br />
zéér dun (staartstuk-)runderlapje slechts vullen<br />
met reepjes groene paprika: geeft niet-zoete jus.<br />
Blinde vinken:<br />
4 zéér goed platgeslagen (!) runderlapjes (van<br />
ca. 60 g) vullen met het volgende 'taaie' mengsel<br />
(en dan met prikker of draadje bevestigen): ons<br />
varkensgehakt, 1 eierdooier, 1 verkruimelde beschuit,<br />
wat van het eiwit, eetlepel room, eetlepel<br />
gesnipperde peterselie, mespunt nootmuskaat,<br />
zout en peper. Op matig vuur bruin braden in 60<br />
g margarine, dan afblussen met ½ dl water en op<br />
heel laag vuur in gesloten pan in ca. ½ uur gaar<br />
stoven. Op het laatst enkele schijfjes citroen<br />
(zonder pitjes) erbij voegen en evt.(!) de jus afmaken<br />
met vlokjes 'beurre manié': gelijke hoeveelheden<br />
gesmolten boter en bloem tot een<br />
samenhangende deegbal geroerd (geeft een wat<br />
lobbige jus).
BIJ NIEUWE (NOG STEVIGE) EN/OF GEBAKKEN AARDAPPELEN (OF PATATES)<br />
Ossehaas: (voor ‘groot bezoek’!)<br />
een ossehaas van minstens 1 pond (liever 1 kilo:<br />
wat overblijft kan heel goed koud worden gegeten.<br />
Dan voor 8-12 personen!) en alleen bij langer<br />
braden gelardeerd (doorstoken met reepjes<br />
vet spek om uitdroging tijdens het braadproces<br />
te voorkomen), in ruime hoeveelheid zéér hete<br />
boter (met wat olie vermengd) snel aan alle<br />
kanten dichtschroeien en pas daarna bestrooien<br />
met peper en zout. Het vuur wat lager zetten en<br />
het vlees dan nog ca. 20 - 25 min. verder laten<br />
braden, met de deksel schuin op de pan en af<br />
en toe kerend en bedruipend (evt. nog wat<br />
klontjes boter erbij doen!). Het vlees moet van<br />
binnen licht-rose blijven (rekenen op kwartier<br />
braadtijd per pond vlees).<br />
Variant met madeirasaus:<br />
pond kalfsbotten (!) lichtbruin schroeien en dan<br />
flink wat 'soepgroente' erbij en even mee laten<br />
kleuren; met (liefst zelfgemaakte!) bouillon erbij<br />
enkele uren zachtjes laten koken en na zeven op<br />
hoger vuur laten inkoken. Dan de ossehaas als<br />
boven dichtschroeien en gaar braden, en vervolgens<br />
de braadboter los roeren met deze ingekookte<br />
'demi glace' (zie pag. 19) en op smaak<br />
maken met peper, zout én madeira.<br />
Ossehaas en croûte: (voor 8 – 12 personen)<br />
ossehaas van 1 kg 'verpakken' in hele dunne<br />
plakjes bacon en op een, ter plekke beboterde,<br />
braadslee leggen, overgieten met ½ - 1 ons gesmolten<br />
boter en dan iets boven het midden in<br />
een oven van 260°; wat vocht erbij als braadboter<br />
te donker dreigt te worden. Eruit nemen<br />
zodra de bacon krokant is geworden: de braadboter<br />
oplossen in wat kokend water en in een<br />
pannetje overdoen. Aan de smalle kanten hele<br />
diepe insnijdingen maken en daar (vooraf gewelde!)<br />
pruimen (vér) in duwen; bestrijken met paté<br />
(of goede leverpastei) en vervolgens 'verpakken'<br />
in uitgerold bladerdeeg. Evt. garneren met de<br />
overgebleven reepjes deeg en bestrijken met<br />
losgeklopt ei: dan opnieuw in de oven bij dezelfde<br />
ovenstand, weer overgoten met ½ ons gesmolten<br />
boter, tot het deeg gaar en mooi gekleurd<br />
is. Pas aansnijden na ca. 5 min. betijen.<br />
28<br />
Chateaubriand à la Béarnaise:<br />
dubbele biefstuk van de haas (van ca. 250 g) inwrijven<br />
met zout en versgemalen peper, en op<br />
kamertemperatuur laten komen. Daarna in zéér<br />
hete boter (met wat olie) aan weerskanten 2<br />
min. aanbakken en in voorverwarmde oven van<br />
180° nog 4 min. nabakken.Op een verwarmde<br />
schaal overgieten met de reeds van tevoren<br />
klaargemaakte Béarnaisesaus (zie pag. 22).<br />
Tournedos Rossini:<br />
2 tournedos (van ca. 1 ons), evt. omwikkeld met<br />
een dun plakje rookspek, op hoog vuur in onsje<br />
boter beiderzijds snel bruin bakken en daarna<br />
bestrooien met peper en zout. Op matig vuur<br />
nog 2-5 min. verder braden. Intussen 2 sneetjes<br />
casinobrood in beetje boter goudbruin en knapperig<br />
bakken en de tournedos daarop leggen<br />
(zonder het spek): hierop plakje ganzelever-paté<br />
(of -pastei) en daarop nog weer een hoedje van<br />
een even in de braadboter aangebakken (grote)<br />
champignon. Evt. ook nog een veloutésausje te<br />
maken van de braadboter met wat bloem en<br />
bouillon (zie pag.18), dit afmakend met madeira.<br />
Tournedos Woronoff:<br />
tournedos inwrijven met peper en zout én rozemarijn<br />
(!) en daarna snel dichtschroeien op hoog<br />
vuur. Dan eetlepel cognac, mespuntje mosterd,<br />
wat tabasco(óf Worcestershire)saus en nog wat<br />
boter bij het vlees doen en nog een minuut op<br />
zacht vuur door laten bakken, daarbij de tournedos<br />
(slechts) 1x kerend.<br />
Geflambeerde biefstuk:<br />
2 (haas-)biefstukjes van ca. 1½ ons inwrijven<br />
met versgemalen peper, zout, snufje rozemarijn<br />
en een beetje mosterd: kwartiertje in laten trekken.<br />
In 50 g zéér hete margarine (of boter + olie)<br />
beiderzijds flink (!) bruin bakken, dan vlees eruit<br />
nemen (en warm houden) en braadboter afblussen<br />
met ¼ kopje bouillon: dit zachtjes laten inkoken.<br />
In een steelpannetje eetlepel rozijnen<br />
'zwellen' in lepel gesmolten boter en dan 2 schijven<br />
ananas erbij en goed heet laten worden. De<br />
biefstukken weer in de pan, de rozijnen en de<br />
ananas erover verdelen en overgieten met ½<br />
glas verhitte en 'vlamgevatte' wodka (of whisky).<br />
De ingekookte vleesjus er weer bij.
Gegrilleerde biefstuk:<br />
Dik stuk haasbiefstuk van minstens ½ pond (niet<br />
platgeslagen en niet ingekerfd!) op een rooster op<br />
een afstand van 5-7 cm onder de voorverwarmde<br />
grill: eerst 5-7 min. aan de ene kant, dan 5-15 min.<br />
aan de andere kant. Op de vleesplank alsnog bestrooien<br />
met peper & zout en pas aansnijden na 5<br />
min. betijen. Serveren met plakjes peterselie-<br />
boter: zacht geroerde (gezouten) boter vermengd<br />
met citroensap en veel gesnipperde peterselie, in<br />
aluminiumfolie 'gerold' en opgestijfd in koelkast.<br />
Biefstuk à la Xeres:<br />
Hollandse biefstukken bakken als op pag. 25 en in<br />
het bakvet daarvan 2 plakken bacon krokant bakken:<br />
hiermee de beide biefstukjes beleggen. In het<br />
resterende bakvet een gesnipperde ui goudgeel<br />
fruiten, daar ½ dl sherry bij en na even pruttelen<br />
over de biefstuk schenken.<br />
Steak à la Viennoise:<br />
Hollandse (of kogel-)biefstukjes van ca. 1 ons inwrijven<br />
met paprikapoeder, zout en peper, én door<br />
de bloem halen. In zeer hete boter (of margarine)<br />
bakken tot gewenste graad: uit de pan en warm<br />
houden. Ui-in-ringen in beetje boter fruiten en daar<br />
de braadjus bij, samen met 1 theelepel wijnazijn<br />
en ½ dl blokjesbouillon en enkele min. laten<br />
sudderen: dan over het vlees.<br />
Biefstuk in roomsaus:<br />
2 (kogel)biefstukjes inwrijven met zout en nootmuskaat<br />
(en/of foeliepoeder) en dan in 40 g hete<br />
margarine (of boter met olie) op hoog vuur in 2-3<br />
min. aan beide kanten bruin bakken. In de evt.<br />
met boter aangevulde bakboter gesnipperde ui en<br />
½ ons in plakjes gesneden champignons in ca.10<br />
min. gaar fruiten, dan vuur op heel laag en ca. 1 dl<br />
room (evt. met wat bouillon) en enkele druppels<br />
citroensap erdoor. De biefstuk hierin nog even<br />
doorwarmen.<br />
Variant: bij de bakboter slag- of schenkroom en<br />
scheutje cognac en na even doorkoken (en evt.<br />
binden met maïzena) op smaak maken met grofgemalen<br />
peper óf groene pepertjes uit potje.<br />
Biefstuk au gratin:<br />
2 biefstukjes of entrecôtes tot de gewenste graad<br />
bakken en dan bedekken met de volgende saus: 1<br />
dl rode wijn met 3 gesnipperde sjalotjes op laag<br />
vuur inkoken tot ca. 2 eetlepels; na afkoelen vermengen<br />
met losgeklopte eierdooier en au-bainmarie<br />
tot luchtige saus kloppen; kruiden met<br />
kervel en dragon, zout en peper, evt. citroenrasp<br />
erbij en klontjes boter, en als laatste 2 eetlepels<br />
stijfgeklopte slagroom erdoor. Dan onder de grill.<br />
29<br />
Duitse biefstuk:<br />
½ pond gehakte biefstuk (of ‘gehakt’ van baklap)<br />
aanmaken met eierdooier, scheutje water, gefruite<br />
gesnipperde ui, peper en zout. Hier 2 platte ballen<br />
van vormen en in enkele min. beiderzijds bruin<br />
bakken in de hete boter waarin eerst de gesnipperde<br />
ui goudgeel is gefruit. Bakboter afmaken<br />
met wat heet water (óf melk óf zure room) en over<br />
het vlees gieten. Of ‘uienmarmelade’ erbij: in pannetje<br />
met dikke bodem in boter 2 (rode) uien-inplakken<br />
met ½ eetlepel basterdsuiker op zacht<br />
vuur bakken tot de uien zacht en gecaramelliseerd<br />
zijn, dan eetlepel wijnazijn en dl droge wijn erbij en<br />
10 min. koken tot vocht verdampt is en de uien<br />
zacht en gaar zijn - en kruiden met peper en zout.<br />
Russische biefstuk:<br />
½ pond gehakte biefstuk aanmaken als boven en<br />
dan 'paneren' met in melk geweekt broodkruim. In<br />
hete boter aan weerskanten bruin bakken en in de<br />
bakbotergesnipperde ui goudgeel fruiten: dit erover<br />
- de aanbaksels losmaken met ½ bekertje<br />
zure room en ½ dl blokjesbouillon en dan ook dit<br />
erover gieten. Past ook wel bij aardappelpuree.<br />
Gehakte biefstuk Westmoreland:<br />
van ½ pond gehakte biefstuk 2 bolletjes kneden<br />
en deze iets plat drukken. Dan in ½ ons margarine<br />
op hoog vuur snel aan weerskanten bruin bakken.<br />
Bestrooien met peper en zout en op matig vuur<br />
nog ca. 5 min. laten kleuren. Vlees eruit en op<br />
matig vuur de jus afmaken met theelepel mosterd,<br />
eetlepel(s) piccalilly en scheutje droge witte wijn<br />
en evt. wat water. Als de saus goed heet is naar<br />
smaak (schenk)room erdoor. Past ook bij puree.<br />
Ribeye(s) met rode wijnsaus:<br />
een (gefruite) gesnipperde ui (of sjalotjes) met 1 dl<br />
rode wijn (óf gelijke delen bouillon en rode wijn) op<br />
matig vuur tot minder dan de helft laten inkoken.<br />
Van het vuur af, ronddraaiende bewegingen met<br />
steelpannetje makend, hier (na evt. zeven) klontjes<br />
boter door mengen tot lichtgebonden saus is<br />
ontstaan. Daarna de ribeye(s) in een koekepan op<br />
hoog vuur in zeer hete boter in ca. 5 min. aan<br />
beide kanten dichtschroeien en bestrooien met<br />
(zwarte) peper en zout.<br />
Medaillons de boeuf:<br />
2 ribeyes goed afdrogen en in ca. 50 g zéér hete<br />
boter op hoog vuur aan beide kanten kort (dus 2 x<br />
3 min.) bakken en bestrooien met peper en zout.<br />
Opdienen op verwarmde schaal, op een bedje van<br />
halve tomaten, die vooraf zijn gekruid (met tijm en<br />
maggiblokje) en gaar gefruit. En dan op elke<br />
medaillon een ansjovisfiletje, in een rondje gelegd<br />
en gevuld met kappertjes. Braadjus afmaken met<br />
wat wijn en/of beurre manié (zie pag. 24).
Entrecôte met roomsaus en kruidenboter:<br />
50 g boter met de mixer romig kloppen en mengen<br />
met 2 eetlepels gesnipperde peterselie, 50 g<br />
gorgonzola en (druppelsgewijs) eetlepel citroensap:<br />
op smaak maken met peper (of tabascosaus)<br />
en zout en daarna in folie 'oprollen' en in de koelkast<br />
tot rol laten opstijven. Dan 2 entrecôtes (van<br />
ca. 1½ ons) in 50 g zéér hete boter beiderzijds<br />
bruin bakken op hoog vuur, in ca. 5 min. - met de<br />
bolle kant van de vork de entrecôtes over de bodem<br />
van de pan schuivend (en niet vaker dan 1 x<br />
kerend!). Dan het vlees op een verwarmde schaal<br />
en met room de braadboter tot een gladde saus<br />
roeren: op smaak maken met peper en zout. Eerst<br />
de saus over het vlees en dan de (dunne) plakjes<br />
kruidenboter erop.<br />
Steak au poivre:<br />
entrecôte ingewreven met zout en grofgemalen (of<br />
gekneusde) witte en zwarte peperkorrels (óf bezaaid<br />
met groene pepertjes uit potje!) snel dichtschroeien<br />
in boter (met wat olie) en dan op iets<br />
lager vuur nog ca. 5-8 min. braden (afhangend<br />
van de gewenste graad van gaarheid). Uit de pan<br />
nemen en warm houden. Met scheutje cognac de<br />
aanbaksels los roeren en flink laten inkoken: afmaken<br />
met kluitjes boter en/of crème fraîche.<br />
Wiener Rostbraten:<br />
entrecôte(s) van ca. 2½ ons (en 2 cm dik) inwrijven<br />
met peper en zout en (rijkelijk) met paprikapoeder.<br />
Dan 2 x 3 - 4 min. in zeer hete boter<br />
bakken op hoog vuur en uit de pan nemen (en<br />
warm houden). In de achtergebleven braadboter<br />
ui-in-ringen goudgeel fruiten en ook bestrooien<br />
met wat paprikapoeder. En er dan al roerend 1<br />
eetlepel azijn en 1 dl room bij, dit minuutje laten<br />
pruttelen en dan over de nog warme entrecôte(s).<br />
Bij gekookte nieuwe aardappelen serveren met<br />
postelein of spinazie, bij gebakken aardappelen<br />
met sla. Kan ook bij rijst.<br />
Variant: kappertjes en dragon door de saus.<br />
30<br />
Gegrilleerde entrecôte:<br />
entrecôte van ca. ½ pond bestrijken met olie en<br />
dan op een rooster op een afstand van ca. 5-7 cm<br />
onder de (voorverwarmde) grill in 8-10 min. gaar<br />
grilleren. Dan pas bestrooien met peper en zout<br />
en serveren met peterselieboter (zie boven) of<br />
met béarnaisesaus (zie pag. 22).<br />
Variant: 2 entrecôtes (tijdig uit de koelkast gehaald)<br />
droog deppen en insmeren met mengsel<br />
van ½ dl (olijf-)olie, ½ eetlepel tomatenketchup, ½<br />
theelepel ketjap manis en theelepel Provençaalse<br />
kruiden. Na het grilleren serveren met saus van ½<br />
dl lobbig geklopte slagroom, ½ dl crème fraîche,<br />
½ dl mayonaise én bieslook.<br />
Rosbief Esterhazy:<br />
groot stuk rosbief in hete boter (met olie) of in<br />
margarine aan alle kanten goed dichtschroeien en<br />
dan in de bakboter fruiten: gesnipperde ui, prei en<br />
wortel en knolselderij-in-reepjes; afblussen met<br />
heet water (of met blokjesbouillon), laurierblaadje,<br />
zout en peper erbij, dan vlees terug in de pan en<br />
ca. 40 min. zacht stoven. Intussen ca. dezelfde<br />
hoeveelheid (en vorm) van de eerder gebruikte<br />
groenten ca. 15 min. smoren op laag vuur, en dan<br />
alles samen pureren met de staafmixer, op smaak<br />
maken met citroensap, mosterd, zure room, zout<br />
en peper - en in deze saus het vlees weer even<br />
opwarmen. In plakken gesneden serveren, met de<br />
saus en bestrooid met gesnipperde peterselie.<br />
Voor braden in de oven zie pag. 24 bij braden<br />
(rosbief moet eigenlijk zo worden gebraden dat<br />
het rood of rosé blijft binnen de gebakken korst).<br />
Staartstuk uit de oven:<br />
middenin voorverwarmde oven van 200° groot<br />
stuk staartstuk met vetrand boven in een braadslee<br />
(zodat vlees zichzelf kan bedruipen), na 20<br />
min. ovenstand op 150° en in 30 min. verder gaar<br />
braden. Pas aansnijden (in de goede snijrichting!)<br />
na 10 min. betijen. De plakken naar smaak kruiden<br />
met peper en zout.<br />
Runderstoofpot met mierikswortel:<br />
pond magere stooflappen 'aan één stuk' bestuiven<br />
met mengsel van bloem, peper en zout en in wat<br />
margarine beiderzijds bruin bakken, dan (pas)<br />
insmeren met 4 eetlepels mierikswortelpasta.<br />
Samen met 1 dl bouillon in een ovenschaal en afgedekt<br />
2½ uur in oven van 160°. Dan aardappelsin-schijfjes<br />
en wortel-in-plakjes en lenteuitjes-instukjes<br />
erbij en nogmaals 1 uur in de oven.
BIJ LUCHTIGE AARDAPPELPUREE (ÓF EVT.<br />
BIJ GEBAKKEN AARDAPPELEN)<br />
Ossehaas Stroganow: (voor 8-10 personen)<br />
1 kg ossehaas aan één stuk op hoog vuur in zéér<br />
hete boter (met wat olie) snel rondom dichtschroeien<br />
en dan, af en toe 'bedruipend', nog 20-<br />
30 min. op lager vuur braden (tot rosé van binnen).<br />
Boven een andere vlam een glas wodka in<br />
een stalen soeplepel verwarmen en met een lucifer<br />
aansteken (erop letten dat de afzuigkap niet<br />
aan staat!) en voorzichtig 'al vlammend' uitgieten<br />
over het vlees. Dan het vlees op een snijplank<br />
leggen en ruim bestrooien met zout en versgemalen<br />
peper. In de braadboter 2 gesnipperde<br />
sjalotjes (of ui) even fruiten en afblussen met<br />
glas madeira: hierbij doen klein blikje tomatenpuree<br />
en ca. 5 eetlepels 'demi glace' (tot de helft<br />
ingekookte vleesfond: zie onderaan pag. 19) en<br />
op smaak maken met peper en zout. Met een<br />
garde tot een mooie gladde saus roeren en evt.<br />
nog wat aanvullen met bouillon en/of room. Het<br />
warm-gehouden vlees in dikke plakken snijden<br />
en op een verwarmde schaal leggen: daar de<br />
saus overheen schenken.<br />
Ossehaas 'Casino':<br />
2 plakken ossehaas (van ca. 3 cm dik) aan één<br />
kant droog maken en met die kant naar onderen<br />
heel snel 'kleuren' en bakken in 2 eetlepels zéér<br />
hete boter (met olie). Dan vlees eruit nemen en in<br />
de bakboter aanfruiten een mengsel van ons<br />
fijngesneden rauwe ham + ons dito champignons<br />
+ eetlepel fijngesnipperde peterselie. Het vlees<br />
bestrooien met peper en zout en dan met de<br />
reeds gebakken kant (!) in de pan drukken, zó<br />
dat zoveel mogelijk van het mengsel eraan blijft<br />
'kleven'. De rest van het mengsel naar de kant<br />
van de pan schuiven, nog wat olie erbij en ook<br />
weer zeer heet laten worden, en dan (pas) de<br />
andere kant van het vlees snel bruin bakken. Het<br />
vlees op verwarmde schaal leggen en de bakboter<br />
+ aanbaksels met een glas sherry losmaken:<br />
verder hieraan nog toevoegen het kookvocht van<br />
een bakje champignons (die daarin intussen gaar<br />
zijn gekookt), wat citroensap en peper en zout<br />
naar smaak. De kleine (gare) champignons op<br />
het vlees leggen, daar wat gesnipperde peterselie<br />
over strooien en daaroverheen de saus.<br />
31<br />
Chateaubriand á la minute:<br />
2 chateaubriands (zijnde dubbelhoge haasbiefstukken<br />
van elk ca. 2½ ons) snel aan<br />
weerskanten bruin bakken in 100 g hete boter,<br />
en na dit dichtschroeien bestrooien met versgemalen<br />
peper en zout: op matig vuur nog ca. 4<br />
- 8 min. braden, dan uit de pan nemen en warm<br />
houden (óf de beproefde koksmethode: 5 -10<br />
min. in voorverwarmde oven van 180°). Aan de<br />
bakboter toevoegen ½ eetlepel citroensap en 1<br />
eetlepel gehakte peterselie, en de saus afmaken<br />
met 2 eetlepels schenkroom. Dit over het vlees.<br />
Biefstuk met champignons:<br />
2 Hollandse biefstukken van ca. 1 ons inwrijven<br />
met zout en peper en in zéér hete boter (met<br />
olie) of in margarine snel aan weerskanten bruin<br />
bakken; dan uit de pan nemen en warm houden.<br />
Iets verwarmde witte wijn (of sherry) bij de<br />
braadboter en enkele min. ldoorkoken: dan goed<br />
roerend room erbij, het vuur lager zetten en met<br />
nog een scheutje water erdoor ca. 5 min. zeer<br />
zachtjes laten koken. Intussen 1 ons gesnipperde<br />
champignons en gesnipperde sjalotjes (of<br />
uitje) samen fruiten en over de beide biefstukken<br />
verdelen: daarover de saus. Past ook bij rijst.<br />
Biefstuk met venkel:<br />
2 biefstukjes (van 75-100 g) in 30 g zéér hete<br />
boter (of margarine) beiderzijds mooi bruin<br />
bakken: uit de pan nemen zodra op het vlees<br />
kleine rode druppeltjes zijn te zien. Dan peper en<br />
zout erover (en warm houden). In de (aangevulde)<br />
bakboter een zeer fijn gesnipperd sjalotje of<br />
uitje fruiten en ca. 4 tomaten-in-stukken even<br />
mee-bakken: 2 dl bouillon erbij en laten garen.<br />
Papje roeren van eetlepel bloem met paprikapoeder<br />
en 2 eetlepels sherry, daar klein bekertje<br />
slagroom door en dan in de braadpan en tot<br />
gladde saus roeren, met de gaargekookte (rest<br />
van) de venkel: op smaak maken met peper en<br />
zout (en/of aroma). De biefstukken op twee<br />
(dikke) gaar gekookte schijven venkel leggen en<br />
overgieten met de saus.<br />
Biefstuk Bianchi:<br />
gesnipperde ui in beetje boter glazig smoren en<br />
dan 1 theelepel paprikapoeder, 2 theelepels<br />
salie, 1 theelepel rozemarijn en halve eetlepel<br />
mosterd erdoor, samen met scheutje cognac: 10<br />
min. laten sudderen. Intussen 4 biefstukjes bakken,<br />
zoals gewenst, en flamberen met cognac.<br />
Bakboter bij de saus voegen, samen met ca. dl<br />
room: na even inkoken en op smaak maken met<br />
peper en zout, over het vlees gieten.
Lotharingse biefstuk:<br />
2 biefstukjes van ca. 1 ons snel aan weerskanten<br />
bruin bakken in zeer hete boter. Van tevoren<br />
2 hardgekookte eieren verkruimelend<br />
mengen met 1 eetlepel gesnipperde peterselie, 1<br />
zeer fijn gehakt sjalotje, 1 theelepel citroensap en<br />
wat tijm en dragon. Dit mengsel op de bodem<br />
van een ovenschaal, daarop de biefstukjes, belegd<br />
met een klontje boter - en dan enkele min.<br />
verwarmen onder de grill.<br />
Entrecôte Lyonais:<br />
entrecôte van ca. ½ pond inwrijven met zout en<br />
peper en bakken als op pag. 24/25 aangegeven.<br />
Vlees eruit nemen en warm houden. In bakboter<br />
gesnipperde ui goudgeel en glazig fruiten, bloem<br />
erover en laten bruinen, dan enkele druppels<br />
azijn erbij en ca. 1 dl witte wijn en tot sausje<br />
roeren: op smaak maken met peper en zout en<br />
uitschenken over het vlees.<br />
Bieflap met paprikaroomsaus:<br />
4 ons bieflappen in schuine reepjes van ca. 1 cm<br />
breed (laten) snijden en deze al omscheppend<br />
rondom aanbakken in ½ ons hete boter en dan<br />
bestrooien met 2 theelepels paprikapoeder, zout<br />
en peper. Dan gesnipperde ui en 250 g champignons-in-plakjes<br />
erbij en al omscheppend ca. 4<br />
min. mee bakken. Klein blikje tomatenpuree erdoor<br />
en even mee-bakken, afblussen met ¼ l<br />
bouillon en na even koken potje crème fraîche<br />
erdoor. Op smaak maken met peper en zout.<br />
Rosbief met brandy:<br />
2 platgeslagen plakken rosbief (van ca. 1½ ons)<br />
aanbakken, in de bakboter fijngesneden ui en<br />
winterwortel lichtbruin fruiten en dan het vlees er<br />
weer bij doen: dit flamberen met enkele eetlepels<br />
brandy (of cognac). Blokjesbouillon erbij<br />
en in ½ - 1 uur gaar stoven (evt. in oven van 180°<br />
en evt. champignons-in-plakjes de laatste 15<br />
min. mee bakken). Braadvocht wat inkoken<br />
Stoofschotel van runderlappen:<br />
in wat boter gesnipperde ui, 2 vleestomaten, 1<br />
theelepel paprikapoeder, tijm en laurierpoeder<br />
ca. 15 min. laten smoren en dan pureren met<br />
staafmixer. In 25 g margarine ½ pond runderlappen<br />
lichtbruin bakken, vlees eruit nemen en in<br />
het bakvet 1 rode paprika-in-reepjes enkele min.<br />
fruiten: dan 1 dl rode wijn erbij, de gezeefde<br />
tomatenpuree en 1 vleesbouillontablet (en evt.<br />
nog wat paprikapoeder) en aan de kook brengen.<br />
Het vlees er weer bij en in gesloten pan 30-40<br />
min. laten stoven. Vlees er weer even uit nemen<br />
en de saus binden met een mengsel van ½ eetlepel<br />
maïzena en 1-2 eetlepels zure room (of<br />
crème fraîche). Serveren met bijv. rode kool.<br />
32<br />
Runderlappen in dillesaus:<br />
½ pond runderlappe inwrijven met peper en zout<br />
en wat bloem en in ½ ons hete margarine beiderzijds<br />
bruin bakken. Dan wat warm water erbij,<br />
met een laurierblad, en in ca. 2 uur op zacht<br />
vuur gaar stoven. Vlees en laurierblad eruit en<br />
door het achtergebleven stoofvocht ¼ bekertje<br />
zure room (óf bioyoghurt óf monchou verdund<br />
en verwarmd met schenkroom) en 1 theelepel<br />
paprikapoeder roeren, samen met (liefst verse,<br />
evt. gedroogde) dille (naar smaak). Deze dillesaus<br />
over het warm gehouden vlees gieten. Past<br />
ook bij gebakken aardappelen of bij rijst.<br />
Runderlappen met anijssaus:<br />
½ pond runderlappen inwrijven met zout en in<br />
ruim hete margarine (of boter) even lichtbruin<br />
bakken. Vlees eruit nemen en gesnipperde ui en<br />
dito winterwortel met ½ ons rookspekreepjes<br />
aan-fruiten en kruiden met (ca. theelepels van)<br />
gemberwortelpoeder, koriander en kardemom,<br />
dan het vlees er weer weer bij. Pas dan eetlepel<br />
fijngeplette anijszaadjes erbij. Langs de rand van<br />
de pan 2 dl blokjesbouillon erbij en 2 - 3 uur<br />
zachtjes laten stoven, zo nodig nu en dan wat<br />
water erbij - en evt.voor de binding ½ ons linzen.<br />
Past dan beter bij aardappel(puree)kroketjes (zie<br />
pag.76) of patates - en bijv. met stoofpeertjes.<br />
Runderlappen met roomsaus:<br />
pond runderlappen kruiden met peper en zout,<br />
dan door de bloem halen en beiderzijds aanbakken<br />
in 50 g hete margarine. Vlees uit de pan<br />
nemen en in het bakvet 1 ons gesnipperde ui en<br />
½ ons fijngesneden wortel fruiten. Als deze<br />
kleuren de volgende kruiden erbij: ½ theelepel<br />
paprikapoeder, ½ laurierblaadje,1 kruidnagel<br />
(en evt. ½ theelepel komijn); dan afblussen met<br />
1 dl water waarin ¼ dl madeira. De runderlappen<br />
er weer bij en met deksel op de pan in paar uur<br />
gaar stoven. Als het vlees gaar is dit weer uit de<br />
pan nemen, de saus zeven en er ½ dl room door<br />
roeren. De lapjes er weer bij en nog even laten<br />
sudderen. Serveren met rode kool (of -bieten).<br />
Runderlapjes in tomatensaus:<br />
2 runderlappen van 1½ ons (evt. in stukken) in<br />
½ ons hete margarine even aanbakken en dan<br />
bestrooien met peper en zout. Een gesnipperde<br />
ui erbij doen en goudbruin fruiten, dan 2 gepelde<br />
tomaten-uit-blik erbij (of blikje tomatenpuree).<br />
Als dit voldoende in de saus is opgenomen, er<br />
nog ½ dl droge wijn bij, aangelengd met de<br />
halve hoeveelheid water (of alleen 1 dl bouillon),<br />
en theelepel oregano en een stukje sinaasappelschil<br />
(zonder wit). Zo nodig wat te ontzuren (en<br />
te verdikken) met (schenk)room. In 1½ - 2 uur<br />
op zeer laag vuur in gesloten pan gaar stoven.
Runderlappen met calvados-roomsaus:<br />
pond runderlap kruiden met peper en zout en in<br />
(niet al te hete) boter (of margarine) lichtbruin<br />
bakken, dan ½ dl heet water erbij en in gesloten<br />
pan in ca. 2 uur gaar stoven. Vlees eruit nemen<br />
en warm houden. In de bakboter gesnipperde ui<br />
goudgeel fruiten. Dan naar smaak toevoegen<br />
gezeefde tomaten (uit pak), scheutje calvados én<br />
het vocht waarin ons gedroogde pruimen zijn geweekt<br />
en gekookt (het weekvocht aangevuld met<br />
madeira, schijfjes citroen en stukje pijpkaneel, en<br />
dan in 20 min. zachtjes geweld) en ca. 3 min.<br />
zachtjes laten koken. Bekertje slagroom met ½<br />
eetlepel maïzena glad roeren, wat van de warme<br />
saus erbij en al roerend binden. De runderlap-<br />
pen op een warme schaal en overgieten met de<br />
saus, de gewelde-gekookte pruimen eromheen<br />
gerangschikt.<br />
Vlaamse riblappen:<br />
3 ons riblappen in grove stukken (laten) snijden<br />
en bestrooien met peper en zout: ½ uur in 25 g<br />
margarine rondom bruin en bijna gaar braden,<br />
dan wat bloem erover en over doen in (kleine)<br />
ovenschaal: bedekken met ui-in-ringen en erbij<br />
doen ½ dl rode port, ½ -1 dl donker (bok)bier en<br />
eetlepel azijn (of citroensap), en 'luchtdicht' afdekken<br />
met deksel of folie: dan iets onder het<br />
midden in voorverwarmde oven van 160° en in 3<br />
uur gaar laten worden. Na 2 uur gedroogde<br />
(droge!) pruimen erbij en weer goed afdekken.<br />
Sussex stew:<br />
pond mals stoofvlees 'aan één stuk' door een<br />
mengsel halen van bloem, tijm, peper en zout. In<br />
wat margarine een grote ui-in-plakken glazig fruiten,<br />
dan ui eruit scheppen en op hoog vuur het<br />
vlees erin en aan alle kanten bruin bakken. De ui<br />
er weer bij, samen met 1½ dl donker bier, vermengd<br />
met eetlepel ketjap manis: even aan de<br />
kook brengen, overdoen in ovenschaal en in<br />
oven van 160° in ca. 2½ uur gaar laten worden.<br />
Casserole van rundvlees:<br />
in afsluitbare pan in 2 eetlepels olie fijngesneden<br />
ui en 2 grofgesneden (goed 'geschilde'!) stengels<br />
bleekselderij 5 min. fruiten. Dan 1 pond sucadelappen-in-blokjes<br />
(even door de bloem met<br />
peper en zout gehaald) hierin 5 min. mee bakken<br />
en dan ca. 1 dl ongezoet sinaasappelsap en 3 dl<br />
(blok)bouillon (én evt. bouquet garni: zie pag.3)<br />
erbij: aan de kook brengen en goed-afgesloten<br />
ca. 2 uur op zéér zacht vuur gaar sudderen. Dan<br />
een goed ontschilde en in partjes verdeelde<br />
sinaasappel erdoor (samen met het sap) en nog<br />
eens ½ uurtje laten sudderen.<br />
33<br />
In wijn gestoofde sucadelapjes:<br />
2 sucadelapjes van ca. 1 ons bestrooien met<br />
peper en zout en na licht bebloemen snel dichtschroeien<br />
en bruin bakken in 40 g (lichtbruine!)<br />
margarine. Vlees eruit nemen en in het bakvet<br />
gesnipperde ui, fijngesneden winterwortel en ca.<br />
3 stengels grofgesneden bleekselderij fruiten.<br />
Dan 2 dl rode wijn erbij, aan de kook brengen en<br />
vlees terug in de pan: in ca. 45 min. gaar stoven<br />
in gesloten pan. Dan vlees met groenten op een<br />
warme schaal en de saus, na flink inkoken, erbij.<br />
In cider gesudderde runderlappen:<br />
pond runderlappen inwrijven met peper en zout<br />
en door de bloem halen: na intrekken in ½ ons<br />
uitgebruiste margarine beiderzijds bruin bakken;<br />
4 stengels bleekselderij-in-stukken even meebakken.Vlees<br />
eruit nemen, ½ l droge cider,<br />
theelepel koriander en naar smaak peper en<br />
zout erdoor. Even aan de kook brengen, het<br />
vlees er weer bij en in ca. 3 uur gaar sudderen.<br />
Stew-steak:<br />
pond riblappen in ½ ons margarine aan alle kanten<br />
goed bruin bakken. Vlees eruit nemen en in<br />
het braadvet 1 ons ui-in-ringen en 1 ons wortelin-plakken<br />
aanbakken. Dan glas (witte) wijn aangelengd<br />
met glas warm water erbij en 3 eetlepels<br />
tomatenpuree, samen met peper en zout<br />
en evt. 'bouquet garni'. Vlees weer in de pan en<br />
in ca. 3 uur gaar stoven. Peterselie er evt. over.<br />
Hachee:<br />
in 75 g margarine 4 grofgesneden(!) uien met 2<br />
theelepels bruine basterdsuiker ca. 10 min.<br />
fruiten, dan 1½ pond sukadelappen-in-blokjes<br />
erbij en ca. 5 min. tot lichtbruin mee bakken.<br />
Bestrooien met zout en bloem en mee bakken<br />
tot de bloem lichtbruin is: 3½ dl water erbij (of<br />
flesje bruin bier!) en glad roeren. Dan 2 laurierblaadjes,<br />
2 kruidnagels en eetlepel azijn erbij en<br />
ca. 2½ uur heel zachtjes sudderen. Op smaak<br />
maken met peper en zout.<br />
Hollandse Hachee:<br />
pond doorregen runderlappen (of hacheevlees)<br />
in vrij grote stukken (laten) snijden en in 50 g<br />
margarine op matig vuur lichtbruin bakken (en<br />
tijdens het bakken peper en zout erover) en 3<br />
grote grofgesneden uien ca. 5 min. mee bakken.<br />
Bloem erover en tot lichtbruin mee fruiten. Dan<br />
toevoegen: laurierblaadje(s), enkele geplette<br />
peperkorrels, 2 kruidnagels, eetlepel(s) kruiden-<br />
azijn en 1½ dl blokjesbouillon en met de deksel<br />
op de pan op zeer zacht vuur in 2 - 4 uur gaar<br />
stoven. Evt. binden met maizena, met wat water<br />
tot papje geroerd. Serveren met appelmoes - of<br />
met rode kool of rode bieten.
BIJ RIJST, PASTA E. D. PASSEN VOORAL<br />
Rosbief met Yorkshire-'pudding': (4 pers.)<br />
in een mengkom 1 ons bloem (met snuf zout)<br />
vermengen met 2 eieren en pas als deze volledig<br />
zijn opgenomen met ca. 2 dl melk tot een glad<br />
beslag is ontstaan (evt. enkele min. met de<br />
mixer): dit deeg ½ uur laten rusten. In braadpan<br />
met dikke bodem pond rosbief in ons zéér hete<br />
boter (met olie) snel bruin bakken (van binnen<br />
rosé!) en daarna bestrooien met peper en zout.<br />
Tijdens het bakken nog wat boter toevoegen en<br />
in gesloten pan ca. 5-10 min. verder braden, het<br />
vlees nu en dan bedruipend (het moet wél rosé<br />
blijven, anders beter na te garen en warm te<br />
houden onder aluminiumfolie). Intussen het deeg<br />
in bijv. braadslede (of in aantal bakvormpjes)<br />
waarin eetlepels van de zeer hete braadboter zijn<br />
gedaan (!) 'storten' en in deze (grillige) vorm in<br />
ca. 20 min. in een voorverwarmde oven van 220°<br />
goudbruin en knapperig bakken. Deze Yorkshire-<br />
'pudding' vervangt a.h.w. de pasta. De braadjus<br />
is ook heel geschikt voor gekookte aardappelen,<br />
dus deze er evt. bij, met als groente rode kool.<br />
Voor braden in de oven zie pag. 24 bij braden.<br />
Rosbief Boedapest: (voor 4 personen)<br />
pondje rosbief 'aan één stuk', bestrooid met<br />
peper en zout, in ca. 1 ons boter (met wat olie)<br />
bakken én ca. 15 min. braden. Het vlees uit de<br />
pan nemen en warm houden (onder aluminiumfolie).<br />
Door de braadboter een mengsel van 1<br />
bekertje zure room met 2 flinke eetlepels paprikapoeder<br />
roeren en deze saus over het, in plakken<br />
gesneden, vlees gieten. Evt. garneren met even<br />
door de bloem gehaalde goudgeel gefruite<br />
champignons (met peterselie bestrooid) en met<br />
uienringen. Serveren bij noedels.<br />
Voor braden in de oven zie pag. 24 bij braden.<br />
Boeuf Stroganow: (voor 4 personen)<br />
pond malse biefstuk in dunne repen gesneden<br />
bestrooien met zout, peper én paprikapoeder en<br />
dit uurtje op koele plaats laten intrekken.(Of de<br />
biefstuk eerst aan een stuk braden en later pas in<br />
reepjes snijden!) Dan op hoog vuur in 2 - 3 min.<br />
al roerend rosé) bakken in ½ ons boter (met olie).<br />
Dan in een stalen opscheplepel een borrelglas<br />
wodka verhitten, aansteken en 'vlammend' over<br />
het vlees gieten. In de braadboter gesnipperd(e)<br />
sjalotje(s) en 1-2 ons champignonplakjes glazig<br />
fruiten. Dan de braadboter losroeren met ca. dl<br />
bouillon en/of wijn (of madeira): wat laten inkoken<br />
en daarna bakje crème fraîche (met wat tomatenpuree)<br />
erdoor.<br />
34<br />
Biefstuk met room en vermouth:<br />
2 biefstukjes van 2 - 3 ons in zeer hete boter al<br />
schuivend dichtschroeien en bruin bakken in<br />
totaal 8 min. en daarna bestrooien met peper en<br />
zout. Vlees eruit nemen en warm houden. Dan<br />
de bakboter losroeren met ½ dl crème fraîche<br />
en ca. evenveel droge vermouth: op smaak<br />
maken met peper/zout en over het vlees gieten.<br />
Steak au poivre en chemise:<br />
flink met grofgemalen zwarte en witte peper bestrooide<br />
biefstuk rosé bakken, verpakken in<br />
(voorbeeldig) gebakken flensje (zie pag. 137) en<br />
overgieten met de bakjus: bakboter afgeblust<br />
met wijn of bouillon en 'ingekookt' met wat room.<br />
Biefstuk-tartaar met ananas en mint:<br />
2 ons gemalen biefstuk (tartaar) aanmaken als<br />
gehakt: met broodkruim (of paneermeel), melk,<br />
ei, gesnipperd uitje, peper, zout en aroma, en<br />
daar doorheen mengen 1 theelepel, in warm<br />
water geweekte, gedroogde munt. Daar iets afgeplatte<br />
ballen van vormen en deze snel rondom<br />
bruin bakken. Door het bakvet wat ananassap<br />
roeren en op smaak maken met peper en zout<br />
én evt. wat melk. Serveren met schijven ananas.<br />
Roergebakken runderreepjes: pond(je) baklap<br />
dwars op de draad in dunne plakjes snijden - en<br />
ca. 2 uur marineren in mengsel van: 2 eetlepels<br />
sojasaus en evenveel (medium) sherry, theelepel<br />
sambal en theelepel maïzena. Dan in een<br />
wadjan in 50 g hete (!) margarine in ca. 2 min.<br />
bruin (roer)bakken, vlees eruit en in bakvet 3<br />
bosuitjes-in-stukjes, 1 - 2 ons peultjes, 6 worteltjes-in-plakjes<br />
en een rode paprika-in-reepjes<br />
minuutje roerbakken, 3 eetlepels water erbij en<br />
in 3 min. tot beetgaar roerbakken. Vlees erbij en<br />
saus afmaken met 2 eetlepels oestersaus.<br />
Gesmoord rundvlees:<br />
Half pond (dunne) lende, gedroogd en met<br />
peper bestrooid, in 25 g zeer hete margarine (of<br />
olie) snel aan weerskanten bruin aanbakken en<br />
flamberen met 2 eetlepels cognac. Dan pas<br />
zouten en eraan toevoegen (in fijngesneden<br />
vorm) ca. 3 tomaten, ½ winterwortel en een<br />
courgette. Na even aan de kook brengen 20<br />
min. op laag vuur laten smoren. Dan blokjesbouillon,<br />
basilicum, selderij en ui naar smaak erbij<br />
en in ca. 1½ uur gaar stoven. Bij rijst.
Joodse rundvleesschotel:<br />
½ pond contrefilet (dunne lende) goed droogdeppen<br />
en in 3 eetlepels olie aan alle kanten<br />
bruin bakken. Op het laatst een ui-in-ringen erin<br />
mee laten fruiten en daarna bestrooien met peper<br />
en zout en ½ dl (witte) wijn erbij. Dan ca. ½ pond<br />
winterwortel (of pompoen!) in blokjes met aanhangend<br />
water erbij en nog ruim 1 dl warme<br />
blokjesbouillon. Aan de kook brengen en verder<br />
op laag vuur gaar laten sudderen. Past ook wel<br />
bij aardappelpuree.<br />
Boeuf Bourguignon: (zie ook pag. 94)<br />
pond mals rundvlees (bijv. lende, staartstuk, riblap)<br />
in vrij grote blokken (laten) snijden en op<br />
hoog vuur snel bruin bakken in margarine waarin<br />
eerst ca. 1 ons ontbijtspek en grof-gesneden uitje<br />
zijn gefruit: (pas) daarna bestrooien met zout en<br />
versgemalen peper. Vuur wat lager zetten en een<br />
afgestreken eetlepel bloem door het braadvet<br />
roeren: na even garen (en goed kleuren) afblussen<br />
met enkele glazen rode wijn (en evt. wat cognac!)<br />
én ca. evenveel bouillon; het gefruite mengsel<br />
erbij en na even doorkoken op smaak maken<br />
met stukje laurierblad, snufje tijm en marjolein,<br />
mespunt mosterd, ½ eetlepel tomatenpuree en<br />
evt. een gesnipperd sjalotje. In een gesloten pan<br />
minstens 1½ uur laten stoven. Evt. ook nog garnituur<br />
maken van 2 ons fijngesneden (even geblancheerd)<br />
ontbijtspek met sjalotje, zilveruitjes<br />
en (even op hoog vuur gefruite) champignons.<br />
Past ook goed bij aardappelpuree.<br />
35<br />
Hongaarse runderlappen:<br />
pond rib- of sucadelappen door de bloem (vermengd<br />
met wat zout) halen en in hete olie snel<br />
aan weerskanten bruin bakken. Het vlees uit de<br />
pan nemen en 2 uien-in-ringen, bestrooid met 4<br />
theelepels paprikapoeder, en rode en groene<br />
paprika-in-reepjes erin fruiten. Dan erbij eetlepel<br />
tomatenpuree met ½ theelepel kummelzaadjes<br />
én theelepel majoraan. Na goed roeren het vlees<br />
er weer bij en zoveel (blokjes)bouillon dat het net<br />
onder komt te staan. Met de deksel op de pan in<br />
3 - 4 uur zachtjes gaar stoven. Bij macaroni.<br />
Spaanse runderlappen:<br />
½ pond runderlappen even snel aan weerskanten<br />
bruin bakken in eetlepel olijfolie. Vlees eruit<br />
en in het bakvet ui-in-ringen goudgeel en glazig<br />
fruiten; dan in-stukken-gesneden tomaat erin<br />
mee-fruiten tot het vocht hiervan vrijwel is verdampt,<br />
en dan ½ dl (witte) wijn erdoor en enkele<br />
min. flink laten doorkoken. Vuur lager zetten en<br />
erdoor roeren: eetlepel bloem, wat paprikapoeder<br />
en tijm, ½ laurierblad én mespuntje kaneel.<br />
Vlees er weer bij en nog ruim 1 dl heet water (of<br />
bouillon): in 2 - 3 uur op zeer zacht vuur gaar<br />
stoven. Kwartier voor het einde van de stooftijd<br />
2 ons gekookte (gedroogde) pruimen erdoor.<br />
Vlaamse 'karbonaden':<br />
½ pond sucadelap-in-stukken op hoog vuur in<br />
margarine aan alle kanten aanbakken (dichtschroeien).<br />
Vlees eruit en in het bakvet, op lager<br />
vuur, gesnipperde ui fruiten, daar theelepel donkerbruine<br />
basterdsuiker en theelepel azijn door<br />
roeren en vervolgens theelepel bloem. Vlees er<br />
weer bij en bestrooien met zout en peper, takjes<br />
tijm en laurier erbij, en overgieten met deel van<br />
flesje Belgisch bier. Even aan de kook brengen<br />
en op heel laag vuur heel lang laten sudderen<br />
(zo nodig nu en dan wat vocht erbij). Na een<br />
uurtje bruine boterham besmeerd met mosterd<br />
eraan toevoegen, en wat tomatenpuree, daarna<br />
nog minstens een uur verder laten sudderen.
Italiaanse runderrolletjes:<br />
2 dunne runderlappen van ca. 1 ons goed plat<br />
(laten) slaan en evt. elk lapje beleggen met een<br />
plakje ham. Daarover verdelen een mengsel<br />
gemaakt van: onsje rundergehakt, losgeklopt ei,<br />
paneermeel, gesnipperde peterselie en winterwortel,<br />
theelepeltje rozemarijn, ½ ons geraspte<br />
Parmezaanse kaas en ons jongbelegen (boeren)<br />
kaas in blokjes - en naar smaak peper, zout en<br />
nootmuskaat. Oprollen en ‘vastbinden’. In 1 - 2<br />
eetlepels olijfolie eerst een gesnipperd uitje zacht<br />
fruiten, met wat rozemarijn, dan vuur hoger en de<br />
rolletjes erin snel rondom bruin bakken. Afblussen<br />
met glas iets voorverwarmde, droge witte<br />
wijn en na even verdampen 2 ons tomatenpuree<br />
erdoor en zoveel water (of bouillon) dat vlees net<br />
onder staat: met de deksel op de pan in ca. 45<br />
min. gaar stoven, af en toe kerend (en zo nodig<br />
nog wat water erbij). Serveren bij pasta met bijv.<br />
spinazie als groente.<br />
Zwitsers stoofvlees:<br />
pond riblappen-in-blokjes door mengsel halen<br />
van bloem, peper, zout en majoraan en aan alle<br />
kanten goed bruin bakken in bakvet waarin eerst<br />
2 uien-in-plakken goudgeel zijn gefruit. Het vuur<br />
lager zetten, de uien er weer bij, met bekertje<br />
zure room, dl. blokjesbouillon en flinke eetlepel<br />
geraspte Parmezaanse kaas – en met deksel op<br />
de pan op zeer laag vuur 1½ uur stoven. Zo<br />
nodig nu en dan wat bouillon of witte wijn erbij.<br />
Serveren bij pasta met spinazie als groente.<br />
Schotse ragoût:<br />
half pond runderlap (in vrij grote stukken gesneden)<br />
in 25 g hete margarine snel aan alle kanten<br />
bruin bakken. Dan eetlepel olie erbij en grote gesnipperde<br />
ui erin glazig fruiten. Ca. ¼ l warme<br />
blokjesbouillon erbij en in ca. 1 uur gaar sudderen.Laatste<br />
kwartier mespunt kruidnagelpoeder<br />
en naar smaak tabascosaus erbij en evt. binden<br />
met paneermeel (of maizena). Past ook wel bij<br />
gebakken aardappelen.<br />
36<br />
Rundvlees-rijstschotel:<br />
2 ons magere runderlappen-in-stukjes in ca. 10<br />
min. rondom bruin bakken in 25 g (lichtbruine)<br />
margarine, 1 gesnipperde ui erin mee-fruiten en<br />
vervolgens al roerend 125 g (rauwe) rijst erbij en<br />
even mee-bakken tot de korrels glanzen van het<br />
vet en dan toevoegen: 3 ons in grove stukken<br />
gesneden tomaten, zout, peper, 1-2 theelepels<br />
paprikapoeder, klein bekertje slagroom en ¼ l<br />
blokjesbouillon. Aan de kook brengen, even<br />
goed door roeren en op laag vuur ca. ½ uur<br />
laten garen (de rijst is dan gaar en alle vocht is<br />
opgenomen). Op smaak maken met zout, peper<br />
en fijngesnipperde peterselie.<br />
Runderragoût in kerriesaus:<br />
pond rundvlees (bijv. hacheevlees) in kleine dobbelsteentjes<br />
(laten) snijden en in ½ ons zeer<br />
hete margarine goed bruin (roer)bakken. Vlees<br />
eruit en in bakvet ½ ons rookspek-in-reepjes al<br />
roerend even aanbakken, dan 1 gesnipperde ui<br />
op weer iets hoger vuur even laten mee-fruiten.<br />
Vervolgens 2 theelepels kerrie, klein beetje<br />
mosterd, peper en zout (en evt. nog gesnipperde<br />
sjalot) erdoor, bestrooien met ½ eetlepel bloem<br />
en na even garen al roerend 1 - 2 dl blokjesbouillon<br />
erbij: het vlees er weer in en ruim 1 uur<br />
op heel laag vuur gaar stoven, onder af en toe<br />
roeren. Dan ca. dl room erdoor en (in de koekepan<br />
even aangebakken) stukjes goudrenet en<br />
ananas.<br />
Runderstoofpot met gember:<br />
pond magere stooflappen-in-blokjes bestuiven<br />
met mengsel van eetlepel bloem en theelepel<br />
gemberpoeder en aan alle kanten bruin bakken<br />
in het vet van uitgebakken reepjes rookspek.<br />
Over doen in ovenschaal, overgieten met (liefst<br />
zelfgemaakte) tomatensaus (zie pag. 125) en<br />
afgedekt 2 - 3 uur in oven van 180°. Garneren<br />
met gesnipperde peterselie.<br />
Stifado:<br />
pondje rundvlees-in-blokjes bestrooid met peper<br />
en zout en door de bloem gehaald 3 - 4 min.<br />
aanbakken in 2 eetlepels hete olie, dan in ovenschaal.<br />
In de bakpan aan de kook brengen: 3 dl<br />
bouillon met eetlepel tomatenpuree en eetlepel<br />
kruidenazijn, ½ theelepel komijn, stukje pijpkaneel,<br />
2 takjes tijm, peper en zout en: dit na<br />
even inkoken over het vlees en ca. 2 uur stoven<br />
in oven van 160°. Bestrooien met ½ ons verkruimelde<br />
feta en flink wat gesnipperde peterselie.
VARKENSVLEES<br />
37<br />
Varkenshaas stamt uit de rug en weegt in z'n totaal ca. 250-300 g en kan in ½ uur op matig vuur (!) gaar<br />
worden gebraden, tot net gaar en nog niet droog.<br />
Varkensbiefstukjes (1-1½ ons) en varkensoesters (ca. 75 g) komen uit de haas of uit de achtervoet<br />
(ham) of van de filet en moeten op zacht vuur door-en-door gaar worden gebakken.<br />
Varkensfricandeau wordt gesneden uit achterham of staartstuk, met een randje vet eraan; braadtijd ca. ½<br />
uur per pond vlees.<br />
Varkensfilet kan bestaan uit de lende (met de haas), ribstuk (ribkarbonade zonder bot: filetlapje) of uit<br />
uitgebeende schouderkarbonade (schouderstuk of procureur), en wordt meestal 'aan één stuk' gebraden.<br />
Varkenskarbonade of varkenskotelet stamt van de schouder, de hals, de rib of de haas, en wordt dan<br />
ook als zodanig bij name genoemd (altijd mét bot en dan ca. 1½ ons wegend).<br />
Varkensschnitzels: (zeer) plat uit-geslagen varkenslapjes, veelal van de achterham resp. de fricandeau<br />
(vnl. gebruikt voor paneren).<br />
Varkenslapjes komen uit de achterham (de meest magere en mooie zijn de hamlappen: zijn alleen al<br />
door bakken gaar te krijgen), uit de schouder (mager of met randje vet: vooral voor grilleren) of van de<br />
buik (dan doorregen speklappen genaamd: in ca. 20 min. in de koekepan krokant te bakken of in iets<br />
langere tijd in de stoofpan gaar te stoven).<br />
Zuurkoolspek is hetzelfde als gepekelde (dus gezouten!) doorregen speklap.<br />
Mager rookspek (of ontbijtspek) is gerookte doorregen speklap.<br />
Bacon is licht-gezouten vet spek (van de rug) met een randje (karbonade-)vlees eraan.<br />
BIJ VOORKEUR BIJ GEKOOKTE (BLOEMIGE) AARDAPPELEN<br />
Gebakken varkensbiefstukjes (of -oesters):<br />
in 30 g boter 2 biefstukjes (van ca. 125 g) of<br />
oesters (van ca. 75 g), vooraf ingewreven met<br />
peper, zout en rozemarijn, snel aan beide kanten<br />
dichtschroeien, dan wat boter erbij en verder op<br />
matig vuur in ca. 20 min. bruin en gaar braden<br />
(als bij druk met de achterkant van de vork, vooral<br />
niet erin prikken, het vlees niet meer meegeeft,<br />
is het als gaar te beschouwen). Vlees uit<br />
de pan nemen en warm houden. Aanbaksels losmaken<br />
met scheutje warm water of bouillon.<br />
Geflambeerde varkensoesters:<br />
4 oesters (van de haas of van de filet) inwrijven<br />
met peper en zout en paprikapoeder en daarna<br />
bestuiven met bloem. Terwijl dit ligt in te trekken,<br />
ca. 1 ons champignons koken en kleiner maken<br />
(in plakjes of in vieren). In ½ ons zeer hete (al<br />
bruine) boter de oesters op lager vuur aan alle<br />
kanten bruin bakken: na 10 min. uit de pan<br />
nemen en warm houden. In dezelfde braadboter<br />
de gekookte champignons even aanbraden. In<br />
steelpannetje een gesnipperde ui goed-glazig<br />
fruiten, daar de aangebakken champignons bij<br />
doen én een borrelglas cognac (en/of whisky)<br />
goed heet laten worden, dan de steelpan scheef<br />
houden zodat vlam erin slaat en, nog vlammend,<br />
de oesters erbij doen (wél zorgen dat de afzuigkap<br />
niet aan staat!). De nog hete braadboter<br />
blussen met een beetje bouillon en ook dit in het<br />
steelpannetje doen, en alles nog even laten<br />
pruttelen.<br />
Gevulde varkenshaas:<br />
Varkenshaasje doormidden snijden en dan met<br />
het mes een holtetje draaien in beide helften, dit<br />
vervolgens verder ruimer makend met de steel<br />
van een houten lepel. Deze holte vullen met<br />
blauwschimmelkaas, bijv. Roquefort, en dan in<br />
hete boter (of olie) aan alle kanten bruin bakken<br />
en onder deksel op laag vuur in ca. 30 min. gaar<br />
braden. Bij gekookte aardappelen, ‘opgetuigd’<br />
met klontjes boter en gesnipperde peterselie.<br />
Varkensfricandeau à la Provençale:<br />
met puntig mesje aan alle kanten inkervingen<br />
maken in een (hele) fricandeau van ca. 1 pond<br />
en daarin stoppen 6 verse salieblaadjes, in stukken<br />
gesneden. Vervolgens 1 zéér fijn gesnipperd<br />
sjalotje (of uitje) met 2 eetlepels (olijf-)olie vermengen<br />
en daarmee het vlees insmeren: daarna<br />
bestrooien met zout, versgemalen peper, ½ theelepel<br />
tijm en mespunt laurierpoeder en geruime<br />
tijd (bijv. hele nacht) laten intrekken. Het aldus<br />
voorbereide vlees op hoog vuur in 1 ons zeer<br />
hete boter (of margarine) snel aan alle kanten<br />
bruin bakken, zo nu en dan nog een kluitje boter<br />
toevoegend. Op laag vuur in ca. 30 min. met de<br />
deksel schuin op de pan gaar braden. Tijdens dit<br />
braadproces af en toe wat warm water, aangelengd<br />
met droge wijn, erbij. Geeft een lekkere<br />
krachtige jus!
Varkensfricandeau:<br />
enkele inkervingen maken in de vetrand van een<br />
hele fricandeau (ca. 1 pond), daar peper en zout<br />
in laten trekken (ca. ½ uur) en daarna nog inwrijven<br />
met mosterd. Vervolgens in zeer hete margarine<br />
op hoog vuur dichtschroeien. Dan het vuur<br />
temperen en koude margarine erbij, met wat<br />
rozemarijn: ca. 30 min. braden met deksel schuin<br />
op de pan. Af en toe bedruipen en zo nodig vocht<br />
toevoegen. De jus afmaken met een scheutje<br />
warm water of dito (blokjes)bouillon.<br />
Varkensfilet uit de oven:<br />
stuk schouderfilet van ca. 1½ pond inwrijven met<br />
een mengsel van: 3 theelepels zout + 2 theelepels<br />
suiker + 1 theelepel rozemarijn. Dit goed in<br />
het vlees 'drukken' en hele nacht in de koelkast<br />
laten intrekken! Een uur voor het bakken eruit<br />
halen en in beboterde braadslee in een hete oven<br />
(van 250°). Het vlees na 20 min. eruit en vrij<br />
dikke plakken rauwe aardappel (eerst even aangebraden<br />
in wat olie!) onder het vlees in de<br />
braadslee leggen en dan nog 45 min. braden in<br />
oven van 210°.<br />
Varkensrollade met diverse groenten:<br />
ca. 1 pond varkensrollade kruiden met peper en<br />
zout en met mosterd insmeren. Dan in ca. 1 ons<br />
margarine ruim 2½ uur braden, zo nu en dan kerend.<br />
In ruim (licht-gezouten) water achtereenvolgens<br />
blancheren: paprika - wortel - sperziebonen<br />
- bloemkool - champignons, van alles ruim 1 ons<br />
en vooraf fijngesneden. In koekepan ons rookspek-in-blokjes<br />
in wat olie uitbakken, dan gesnipperd<br />
uitje en 20-tal (afgedroogde) zilveruitjes erbij<br />
en even aanbakken, daarna al de geblancheerde<br />
groenten erbij én nog ca. 2½ ons komkommer (in<br />
kleine blokjes). Na even sudderen op smaak<br />
maken met dragon, dille, peper en zout. De<br />
gebraden rollade na even betijen in vrij dikke<br />
plakken snijden en de braadjus afmaken met<br />
mespunt mosterd, borrelglas port en dl blokjesbouillon.<br />
Dit over het vlees, rest apart serveren.<br />
Varkensrollade met rozemarijn:<br />
ongekruide varkensrollade inwrijven met mosterd<br />
en bestrooien met peper en zout: in hete boter in<br />
ca. 8 min. op hoog vuur rondom bruin bakken.<br />
Dan zo nodig wat boter erbij en naar smaak<br />
rozemarijn, en met deksel schuin op de pan op<br />
laag vuur nog ca. 20-30 min. verder braden.<br />
Rollade uit de pan nemen en even laten betijen,<br />
daarna in plakken snijden. De braadboter afblussen<br />
met 1 dl appelsap en daarmee de aanbaksels<br />
los roeren.<br />
38<br />
Ardenner kotelet:<br />
2 (schouder-)karbonades inwrijven met peper en<br />
zout en in ca. 50 g margarine op matig vuur in<br />
ca. 10 min. bruin bakken. Dan het vlees uit de<br />
pan en warm houden en in het braadvet een gesnipperde<br />
ui in ca. 10 min. gaar fruiten en afblussen<br />
met ½ borrelglas jenever; dan nog 1 dl<br />
heet water erbij en 4 geplette jeneverbessen.<br />
Het vlees terug in de pan en 15 min. tegen de<br />
kook aan sudderen. Saus afmaken met scheutje<br />
room: dan niet meer koken.<br />
Karbonade Montagnard:<br />
2 vrij dunne (rib-)karbonades van ruim 1 ons bestrooien<br />
met peper, zout, nootmuskaat en bloem<br />
en gaar bakken in 50 g boter. Vlees uit de pan<br />
nemen en warm houden (en evt. beleggen met<br />
dun plakje paté!). In het braadvet 1 ons champignons-in-plakjes<br />
fruiten en afblussen met ½ dl<br />
bouillon en scheutje madeira. Na even inkoken<br />
over de karbonades doen en bestrooien met gesnipperde<br />
peterselie.<br />
Kruidige karbonade:<br />
5 jeneverbessen fijnstampen of fijnwrijven en<br />
mengen met ½ theelepel basilicum en ½ theelepel<br />
rozemarijn en dan met 1 eetlepel (olijf-)olie<br />
tot een papje roeren. Met dit papje 2 (schouder-)<br />
karbonades goed inwrijven en dit minstens 2 uur<br />
laten intrekken. Daarna nog licht zouten en in<br />
hete boter (of margarine) snel aan weerskanten<br />
aan-bakken, dan het vuur temperen en 1 glas<br />
(voorverwarmde) witte wijn erbij: op laag vuur<br />
met de deksel op de pan half uurtje sudderen.<br />
Past ook wel bij patates!<br />
Gekruide karbonade (of schnitzel):<br />
mengsel maken van 1 theelepel grofgemalen<br />
witte én zwarte peper en evenveel oregano, ½<br />
theelepel rozemarijn en evenveel tijm, en hiermee<br />
het met zout bestoven vlees inwrijven: op<br />
matig vuur in ½ ons hete boter aan weerskanten<br />
bruin bakken. Vlees eruit nemen en warm<br />
houden. In de bakboter 1 ons fijngesneden<br />
bacon enkele min. bruinen en dan door mengsel<br />
roeren van ½ ons fijngesneden winterwortel +<br />
evenveel ui + 2 eetlepels (verse) kervel + 1 eetlepel<br />
paneermeel. Aanvullen met 1-2 dl (witte)<br />
wijn aangelengd met wat warme bouillon en nog<br />
eens ½ uur onder een deksel laten sudderen.
Schnitzels uit Lombardije:<br />
varkensschnitzel(s) van ca. 1 ons inwrijven met<br />
peper en zout en door de bloem halen. Op matig<br />
vuur in 25 g margarine ½ ons in stukjes gesneden<br />
ontbijtspek uitbakken (niet te donker maar<br />
wel bruin laten worden!) en in het bakvet de<br />
schnitzels aan beide kanten bruin bakken.<br />
Vervolgens eraan toevoegen: ½ theelepel rozemarijn,<br />
theelepel(s) verse (of gedroogde) salie<br />
en langzaam roerend ½ glas (verwarmde) witte<br />
wijn en ½ dl warme bouillon én de spekjes. Met<br />
deksel op de pan nog kwartiertje sudderen.<br />
Geeft lekkere jus voor bloemige aardappels.<br />
Varkensschnitzels in zure saus:<br />
varkensschnitzel(s) inwrijven met peper en zout<br />
en door de bloem halen, vervolgens door een<br />
losgeklopt ei en tenslotte door de paneermeel.<br />
Dan in 50 g hete boter in 8 min. bruin bakken,<br />
vlees eruit en warm houden. In de braadboter ½<br />
dl verwarmde witte wijn met evenveel bouillon<br />
en scheutjes (zure) room, en enkele min. zacht<br />
laten doorkoken. Eierdooier loskloppen en geleidelijk<br />
door de saus roeren, evt. ook nog druppels<br />
citroensap en wat kappertjes erdoor. Saus<br />
niet over het vlees maar apart serveren.<br />
Gevulde Schnitzel:<br />
2 zéér dun platgeslagen (doch ongepaneerde)<br />
varkensschnitzels vullen tot 'rolletjes' met een<br />
vooraf 10 min. aangebakken (!) mengsel van: 50<br />
g fijngesneden (gekookte of rauwe) ham, 50 g<br />
fijngehakte champignons, fijngesneden tomaat,<br />
evt. wat uiensnippers, eetlepel paneermeel, 2<br />
theelepels majoraan, en naar smaak peper en<br />
zout. Op laag vuur in boter (of margarine) in<br />
hooguit 10 min. gaar bakken. Door de bakboter<br />
lepel tomatenpuree en wat bloem en dit met<br />
water tot dikke saus roeren.<br />
39<br />
Gevulde varkenslapjes:<br />
2 dunne varkenslapjes van ca. 1 ons, na bestrooien<br />
met zout en peper, vullen met het<br />
volgende mengsel: fijngesneden uitje (+ evt.<br />
sjalot) en paprika eerst even samen gefruit in<br />
wat boter en vervolgens, van het vuur af, gemengd<br />
met 1 fijngeprakt hardgekookt ei + ½ ons<br />
geraspte (Gruyère) kaas + ½ ons fijngesneden<br />
ham, en daarna gekruid met peper, zout en<br />
paprikapoeder, en evt. wat dille en tomatenketchup.<br />
Dan dichtbinden, even door losgeklopt<br />
ei en dan paneermeel halen, en in zeer hete<br />
boter even goed aan weerskanten aanbakken;<br />
verder in matig-hete oven in kwartiertje gaar<br />
laten worden. De braadjus afblussen met<br />
blokjesbouillon én evt. wat mosterd en cognac.<br />
Gevulde varkensrolletjes:<br />
2 zéér dun platgeslagen varkenslapjes (bijv. van<br />
de filet) bestrooien met peper en zout. In een<br />
mengkom door elkaar mengen: ½ ons (zeer) fijn<br />
gesneden ontbijtspek, ½ fijngesnipperd uitje, 2<br />
eetlepels geraspte kaas, 3 eetlepels fijngehakte<br />
peterselie, 2 gesnipperde blaadjes salie (of mespunt<br />
gedroogde salie), 1 ei en 3 eetlepels paneermeel:<br />
hier vervolgens zoveel water bij tot<br />
smeuïge massa ontstaat, en deze op smaak<br />
maken met peper en zout (of aroma). Hiermee<br />
de lapjes aan één kant bestrijken en dan oprollen:<br />
vastzetten met prikker of draadje. In 40 g<br />
boter of margarine langzaam rondom bruin<br />
bakken en dan 4 tomaten (verse of uit blik) erbij,<br />
samen met 1½ dl bouillon, en daarin het vlees<br />
verder gaar sudderen (en evt. binden met een<br />
beetje maïzena).<br />
Gestoofde hamlappen met ui en appel:<br />
(magere!) hamlapjes van ca. 1½ ons inwrijven<br />
met zout, peper en nootmuskaat: kwartiertje in<br />
laten trekken. In hete (!) boter beiderzijds goed<br />
bruin bakken. In een andere pan een gesnipperde<br />
ui fruiten en als deze glazig is in grove<br />
repen gesneden appel(s) erbij doen. Elke hamlap<br />
dan royaal bedekken met dit mengsel en<br />
daarna de braadboter afblussen met wat bouillon<br />
én een glaasje calvados: het vlees op laag vuur<br />
onder deksel in ca. 15 min. verder gaar stoven.
BIJ NOG STEVIGE NIEUWE AARDAPPELEN OF GEBAKKEN AARDAPPELEN ETC.<br />
Varkenshaas met (groene) pepersaus:<br />
varkenshaas in plakken snijden, peper en zout<br />
erover en op (vrij) hoog vuur even vlug om-enom<br />
bakken: uit de pan nemen en warm houden.<br />
In de evt. wat aangevulde bakboter 2 fijngesnipperde<br />
sjalotjes en 2 ons champignons-in-plakjes<br />
kort fruiten en dan soeplepel cognac er 'al<br />
vlammend' over gieten en afblussen met enkele<br />
eetlepels rode wijn. Dan 1 dl bouillon en ca.<br />
bekertje slagroom erbij en even flink laten inkoken:<br />
op smaak maken met zout en dan (pas)<br />
flink wat groene peperkorrels erdoor, het vlees<br />
er weer bij en even goed doorwarmen.<br />
Gegratineerde varkensbiefstukjes:<br />
4 biefstukjes van de haas bestrooien met peper,<br />
zout en beetje bloem - en in 30 g boter in ca. 5<br />
min. bruin bakken: overdoen in ovenschaal en<br />
warm houden. Vooraf (ruim) 1 ons geraspte<br />
kaas (bij voorkeur Gruyère- en/of Parmezaanse)<br />
mengen met ¼ theelepel mierikswortelpasta<br />
en/of mespunt mosterd, 1 eetlepel calvados, 2<br />
eetlepels slagroom en peper en zout naar<br />
smaak: dit tot een stijve romige massa roeren.<br />
Op elk van de oesters iets van deze 'farce' leggen<br />
en in 15 min. gratineren, in de oven of onder<br />
de grill. In de braadboter 1 ons fijngesneden<br />
champignons bruin bakken, afblussen met ½<br />
glas (rode) wijn en even laten inkoken: dan ook<br />
bij de oesters doen. Deze evt. bestrooien met<br />
kummelzaadjes Past ook wel bij gekookte aardappelen<br />
of aardappelpuree.<br />
Gegrilleerde varkensoesters of biefstukjes:<br />
in het vlees hier en daar een rozemarijnnaaldje<br />
steken en inwrijven met olie. Dan niet te dicht<br />
onder de voorverwarmde grill leggen en, halverwege<br />
kerend, aan weerskanten gaar grilleren,<br />
afhangend van dikte in 2 x 5 - 8 min. Pas dan<br />
bestrooien met zout en peper. Serveren met<br />
peterselieboter (zie pag. 29) bij gebakken aardappelen<br />
(of varianten).<br />
Varkensoesters met pruimen:<br />
4 varkensoesters inwrijven met peper en zout en<br />
door de bloem halen: in 1 ons (hete!) boter aan<br />
weerskanten bruin bakken (op zacht vuur!) - dan<br />
ca. 1 dl (verwarmde) witte wijn erbij en onder<br />
deksel ca. 45 min. stoven (op zéér zacht vuur).<br />
Dan het kookvocht erbij van de pruimen (geweekt<br />
en in het weekvocht aangevuld met witte<br />
wijn in 1 uur op zeer zacht vuur 'geweld') en<br />
even doorkoken. De bakboter 'los roeren' met<br />
rode bessengelei (of -jam) en dan licht opgeklopte<br />
slagroom erdoor.<br />
40<br />
Fricandeau in groene-koolbladeren:<br />
ons gehakt mengen met bekertje crème fraîche<br />
(of zure room) en in de koelkast zetten. Hele<br />
fricandeau (ca. 1 pond) aan alle kanten aanbraden,<br />
uit de pan nemen en (pas) dan bestrooien<br />
met zout en peper. In het bakvet 2 gesnipperde<br />
sjalotjes en 1½ ons champignons-inplakjes<br />
kort fruiten en na afkoelen mengen met<br />
de gekoelde gehakt: op smaak maken met<br />
peper, zout, nootmuskaat én 4 eetlepels cognac.<br />
Hiermee (kort geblancheerde en van hoofdnerven<br />
ontdane) groene koolbladeren bestrijken, de<br />
aangebakken fricandeau in het midden leggen<br />
en erin verpakken (evt. vastbinden met garen).<br />
Overgoten met gesmolten boter in ovenschaal<br />
en ca. 25 min. in de oven van 180°. Intussen<br />
saus maken van 2½ dl bouillon, klein bekertje<br />
slagroom en glas witte wijn: inkoken en met zout<br />
en fijngehakte (of droge) salie op smaak maken.<br />
Fricandeau uit de oven: (voor 6 – 8 personen)<br />
kg fricandeau drogen en er 'ruiten' in snijden van<br />
3 x 3 cm en ca. 1 cm diep: stevig inwrijven met<br />
mengsel van 2 theelepels kaneel en theelepel<br />
peper en zout, en op alle hoeken een kruidnagel<br />
er diep indrukken. Dan aan alle kanten bestrijken<br />
met gladgeroerd mengsel van 2 eetlepels<br />
citroen(of limoen)sap, 4 eetlepels vloeibare<br />
honing, 1 eetlepel (Franse) mosterd, 2 eetlepels<br />
donkerbruine basterdsuiker en 2 theelepels<br />
olie. Afhangend van de dikte ca. 1 uur op<br />
rooster (met bakplaat eronder voor opvangen<br />
van lekvocht!) iets onder het midden in voorverwarmde<br />
oven van 200° (na 20 min. temperen<br />
tot 160°) en tijdens het braden enkele keren<br />
bedruipen met het honingmengsel. Vlees pas<br />
aansnijden na 10 min. betijen.<br />
Franse varkensfilet:<br />
(schouder-)filet van ruim 1 pond inwrijven met<br />
peper, zout en paprikapoeder en in ½ ons hete<br />
boter snel aan alle kanten bruin bakken. In het<br />
bakvet 1 ons speklap-in-blokjes en 10-tal kleine<br />
uitjes even fruiten. Dan overdoen in diepe ovenschaal,<br />
hierop het vlees, en daarover ca. 1 kg<br />
(rauwe) aardappel (in vieren of achten gesneden)<br />
en ca. 1 pond worteltjes (eerst even 10<br />
min. voorgekookt!). Zout en 1½ dl (warme) witte<br />
wijn erover, met scheutje water. Dan ca. 5 kwartier<br />
in (of iets onder) het midden van een voorverwarmde<br />
oven van 180°, en evt. nog wat vocht<br />
erbij. Serveren met gesnipperde peterselie.
Gegrilleerde filets:<br />
2 dunne fliletlapjes beiderzijds besmeren met<br />
mosterd vermengd met flink wat gesnipperde<br />
(verse) salieblaadjes en dit 6 uur (of veel langer)<br />
laten intrekken (afgedekt, in de koelkast). Dan<br />
peper en zout erover en grilleren in de grillpan of<br />
onder de bovengrill, vooral niet te lang om te<br />
droog worden te vermijden.<br />
Gegrilleerde karbonade:<br />
2 zo dun mogelijk gesneden haaskarbonades<br />
ca. 2 uur, afgedekt in de koelkast, marineren in<br />
mengsel van: marmelade met sinaasappelsap,<br />
wat azijn en beetje piment. Hierna bestrijken met<br />
(olijf)olie en op ca. 10 cm afstand (en boven een<br />
braadslee!) onder de grill, tot voldoende gaar en<br />
bruin (halverwege kerend!). Dan bestrooien met<br />
peper, zout en fijngeknipte bieslook. De marinade,<br />
aangevuld met sinaasappelsap, even flink<br />
laten inkoken: partjes sinaasappel erdoor scheppen<br />
en laten afkoelen tot lauwwarm.<br />
Karbonade in oven met Parmezaanse kaas:<br />
2 dunne (haas-)karbonades inwrijven met peper<br />
en zout en in goed-ingevette (platte) ovenschaal:<br />
dik beleggen met geraspte Parmezaanse kaas<br />
en begieten met beetje (zure) room. In 20-30<br />
min. in hete oven van 200° bruin en gaar braden.<br />
Gevulde karbonade(s):<br />
a) dikke ribkarbonade, tot op het bot opengesneden<br />
(door de slager!), vullen met mengsel<br />
van: plakje(s) rauwe ham, 3 geplette jeneverbessen,<br />
tijm, rozemarijn en kruidnagelpoeder.<br />
Na kruiden met peper en zout aanbakken in<br />
margarine en daarna in een ovenschaal 10 min.<br />
in voorverwarmde oven van 200°. Wat bloem in<br />
het braadvet, 1 dl rode wijn erdoor en 2 eetlepels<br />
(vooraf gemaakte) cranberriemoes (en evt. wat<br />
water): kwartiertje laten pruttelen onder deksel.<br />
b) 2 ribkarbonades, als boven voorbehandeld,<br />
bestrooien met peper en zout en nootmuskaat.<br />
Gesnipperd uitje fruiten en als dit begint te<br />
kleuren 50 g fijngesneden gekookte ham erbij<br />
doen en 50 g fijngehakte champignons: er dan<br />
nog een tomaat-in-stukken door roeren (of wat<br />
tomatenpuree) en naar smaak peper en zout en<br />
nootmuskaat. Verder als onder a). Voor het<br />
bakken evt. nog even door de bloem halen en<br />
het braadvet afblussen met wat wijn en bouillon.<br />
c) Cotellette Suisse: 2 (dunne!) ribkarbonades<br />
(als boven behandeld) bestrooid met peper, zout<br />
en nootmuskaat, en 'gevuld' met een plak gekookte<br />
ham en een plak belegen kaas. Na dichtprikken<br />
eerst door losgeklopt ei en dan door<br />
paneermeel halen, goed 'vastdrukken': eerst op<br />
hoog vuur aan beide kanten aanbakken, daarna<br />
op matig vuur 10-15 min. verder braden.<br />
41<br />
Herfstkarbonade:<br />
half gaar gekookte (vastkokende) aardappels, ½<br />
ons ontbijtspek (in dobbelsteentjes), paprika (in<br />
reepjes), onsje kleine champignons en 6-tal<br />
kleine uitjes (of sjalotjes) op laag vuur met<br />
deksel op de pan aanbakken in boter of margarine.<br />
In andere (koeke)pan 2, vooraf met<br />
peper en zout gekruide, dunne ribkarbonades in<br />
ca. 10 min. op vrij laag vuur lichtbruin en gaar<br />
bakken. Serveren met het groentemengsel over<br />
de karbonades.<br />
Kotelet met witte wijn(sjalot)jus:<br />
2 (rib)karbonaadjes licht zouten en ca. 7 min. op<br />
niet te hoog vuur bakken in eetlepe[ boter met<br />
evenveel olie, uit de pan halen en warm houden<br />
(annex nagaren) onder aluminiumfolie. In de<br />
bakboter 2 fijngesnipperde sjalotten zachtjes<br />
glazig (niet bruin) bakken, dan witte wijn erbij en<br />
snel laten indampen tot er nog maar weinig van<br />
over is, boter erdoor kloppen en mengen met<br />
eetlepel(s) fijngesnipperde peterselie. Serveren<br />
bij gebakken aardappelen.<br />
Karbonade met appel:<br />
2 schouderkarbonades inwrijven met peper en<br />
zout en in ca. 30 g hete boter snel beiderzijds<br />
bruin bakken. Dan het braadvet in een ovenschaal,<br />
geschilde, uitgeboorde en in plakken<br />
gesneden goudrenet(ten) op de bodem daarvan<br />
leggen en daarop de karbonade, deze weer<br />
afdekkend met de rest van de appelschijven. Er<br />
wat kaneel over en daarna nog eetlepel gesmolten<br />
boter erover. Dan ca. 20 min. middenin voorverwarmde<br />
oven van 200°. Evt. rode bieten erbij<br />
serveren.<br />
Kotelet Robert:<br />
vetranden van 2 koteletten insnijden en dan in<br />
zeer sterk verhitte braadpan aan elke kant ca. 3<br />
min. bakken, zonder toevoeging van vet (!), dan<br />
(pas) flink stuk boter erbij en aan elke kant nog<br />
eens 1 min. braden: vlees eruit en de braadboter<br />
los roeren met mengsel van (gelijke delen) rode<br />
wijn en zure room, vermengd met een eetlepel(!)<br />
mosterd; dit na even opkoken over de warm<br />
gehouden koteletten gieten.<br />
Karbonade met mosterd:<br />
2 dunne karbonaadjes licht zouten en dik insmeren<br />
met mosterd: uurtje laten intrekken. Dan<br />
in wat margarine op matig vuur in ca. 8 min.<br />
gaar bakken, nu en dan kerend. Aanbaksels<br />
losroeren met rode wijn, even doorkoken, dan<br />
vlees er weer bij. Gesnipperde peterselie erover.
Goudse Schnitzel:<br />
vijftal kleine of enkele grote nieuwe aardappelen<br />
(de grotere in schijven) samen met 4 stengels<br />
schoongemaakte (‘ont-drade’ en/of geschilde)<br />
bleekselderij (in vrij lange stukken) in 15-20 min.<br />
net gaar koken. Een niet al te platgeslagen<br />
varkensschnitzel van ca. 1½ ons op hoog vuur<br />
dichtschroeien in eetlepel hete boter, bestrooien<br />
met peper en zout en nog hooguit 2 min. door<br />
bakken aan elke kant. Dan het vlees in ovenschaal<br />
doen en de halfgaar gekookte (en goed<br />
uitgelekte) groenten eromheen rangschikken.<br />
De bakboter losroeren met room en er onsje geraspte<br />
kaas en theelepels mosterd door roeren<br />
tot (lobbige) saus: deze over het vlees en dan<br />
onder de grill gratineren.<br />
Cordon bleu:<br />
2 zéér dun platgeslagen schnitzels (van ca. 1<br />
ons) aan één kant bestrijken met wat mosterd<br />
en beleggen met een plak achterham én een<br />
plak belegen kaas. Dubbel-klappen en vast prikken<br />
met houten prikker(s). Dan eerst door de<br />
bloem halen, vervolgens door een losgeklopt ei<br />
en tenslotte door de paneermeel, en in ca. 40 g<br />
boter of margarine op matig vuur in ca. 20 min.<br />
gaar en bruin bakken.<br />
Voor Wiener Schnitzel zie onder kalfsvlees:<br />
pag. 58 (kan ook met goede varkensschnitzel!).<br />
Gepaneerde schnitzels met salsa(saus):<br />
2 platgeslagen schnitzeltjes na bestrooien met<br />
zout, peper en bloem eerst door losgeklopt ei en<br />
dan door paneermeel (of broodkruim) halen,<br />
daarna ca. 4 min. bakken, halverwege kerend.<br />
Salsa verde: pureer in mengbeker 4 eetlepels<br />
peterselie, ontkorst sneetje witbrood, 2½ eetlepel<br />
olijfolie, theelepel kappertjes, augurk, eetlepel<br />
citroensap en ½ eetlepel bieslook.<br />
Hamlapreepjes met paddestoelen:<br />
half pond hamlap in (niet ál te smalle of korte)<br />
reepjes (laten) snijden en kort in (olijf)olie (roer-)<br />
bakken op vrij hoog vuur, tot ontkleurd maar net<br />
niet bruin. (tijdig uit de koelkast en goed afdrogen,<br />
anders gaat het stoven en wordt het<br />
taai!) Eruit nemen en in het bakvet ½ pond<br />
cantharellen (of kastanjechampignons) enkele<br />
min. roerbakken, dan 3 eetlepels whisky (of<br />
calvados) erin laten uitbruisen en (deel van)<br />
bekertje crème fraîche erin glad roeren, dan het<br />
vlees er weer bij, samen met wat rozemarijn en<br />
op smaak maken met peper en zout. Serveren<br />
met groene gemengde salade (met als vinaigrette<br />
3 eetlepels olijfolie, eetlepel azijn en dessertlepel<br />
mosterd) bij gekookte of gebakken nieuwe<br />
aardappelen. Past ook wel bij rijst of pasta.<br />
42<br />
Hamlappen met mosterd en paddestoelsaus:<br />
2 hamlappen kruiden met peper en zout en even<br />
aanbakken in boter, dan besmeren met (grove)<br />
mosterd, lepeltje honing en donkere basterdsuiker<br />
en ca. 10 min. in oven van 180°. Intussen<br />
in de bakboter paddestoelen-in-stukjes (bij voorkeur<br />
Shi-i’take) met theelepel mosterd aanfruiten<br />
en met room tot saus binden. Hier ook<br />
het bakvocht uit de oven door doen en dan over<br />
de hamlappen. Serveren bij (bijv.) nieuwe en/of<br />
gebakken aardappelen en frisse sla.<br />
Gevulde spekrolletjes:<br />
in 20 g margarine gesnipperd uitje samen met ½<br />
ons champignons-in-plakjes smoren tot ze zacht<br />
zijn. Dan paneermeel erdoor, samen met halve<br />
eetlepel gesnipperde peterselie en losgeklopt ei:<br />
op smaak maken met peper en zout. Hiervan 4<br />
dunne rolletjes vormen en deze geheel (!) omwikkelen<br />
met een (dun) plakje doorregen ontbijtspek<br />
en vastprikken met houten prikker. Dan in<br />
braadslee en ca. 25 min. middenin voorverwarmde<br />
oven van 200°. Kort voor afloop van de<br />
oventijd erbij doen vooraf even samen aangebakken<br />
champignons en tomaten. Serveren met<br />
gesnipperde peterselie.<br />
Speklappen:<br />
ca. ½ pond magere (!) speklappen inwrijven met<br />
zout, peper en ½ theelepeltje gemberpoeder en<br />
mespuntje kruidnagelpoeder. Op zacht vuur (!)<br />
in 30 - 40 min. bakken in 20 g margarine. Het<br />
aanbaksel losmaken met scheutje water of wijn.<br />
Als variant: inwrijven met kerriepoeder en bloem.<br />
Ook lekker bij moes, hutspot, of bij bruine bonen<br />
(en/of met gebakken aardappelen).<br />
Gegrilde speklapjes:<br />
2 magere speklapjes beiderzijds bestrijken met<br />
olijfolie en vervolgens met mengsel van gesnipperde<br />
sjalot, eetlepel mosterd, eetlepel bruine<br />
basterdsuiker, ½ eetlepel (!) tabasco, zout en<br />
versgemalen peper. Dit ½ uur laten intrekken<br />
(en op kamertemperatuur laten komen), dan op<br />
rooster ca. 15 cm onder grill op hoogste stand,<br />
regelmatig kerend en bestrijkend met nog wat<br />
olie, tot ze na 8-10 min. bruin en gaar zijn.<br />
Bacon met appel:<br />
plakken bacon inwrijven met peper (of paprikapoeder)<br />
en op matig vuur uitbakken tot dunknapperig.<br />
Dan 2 geschilde en uitgeboorde<br />
appels in dikke plakken snijden, door de bloem<br />
(met wat kaneel) halen en bakken in wat olie.
BIJ AARDAPPELPUREE (EN ANDERE AARDAPPELVARIANTEN) BIJ VOORKEUR<br />
Varkenshaas met roomsaus:<br />
varkenshaasje inwrijven met peper en zout en dit<br />
even laten intrekken. Dan in 50 g hete(!) boter<br />
snel aan alle kanten bruin bakken op hoog vuur.<br />
Vuur temperen en op laag vuur in ca. 30 min.<br />
zachtjes gaar braden, het vlees vaak bedruipend<br />
met de braadboter (zo nodig wat klontjes boter<br />
erbij). Vlees uit de pan nemen en warm houden.<br />
In achtergebleven braadboter 1 fijngesnipperde<br />
ui en ½ ons fijngesneden champignons fruiten:<br />
½ dl witte wijn erbij en met deksel op de pan nog<br />
ca. 10 min. heel zacht stoven. Ca. dl (schenk-)<br />
room erdoor roeren, dan nog eetlepel bloem,<br />
aangemaakt met wat melk, erbij om te binden.<br />
Varkenshaas met mosterdsaus:<br />
pond (hele!) varkenshaas(jes) op hoog vuur in<br />
ons hete boter/margarine bakken en bestrooien<br />
met peper en zout. Daarna nog 10-15 min. op<br />
matig vuur verder braden. Het (nog niet helemaal<br />
gare!) vlees uit de pan nemen en warm<br />
houden. In de braadboter fijngehakt sjalotje<br />
fruiten, er ½ eetlepel bloem doorheen mengen<br />
en even laten garen. Beetje-voor-beetje 1 dl<br />
droge witte wijn aangelengd met ca. 1 dl water<br />
erdoor roeren tot gladde saus. Daarbij eetlepel<br />
verse (of theelepel droge) dragon én eetlepel(tje)<br />
mosterd, en de saus afmaken met 1 dl room.<br />
Het vlees er weer bij en op laag vuur in gesloten<br />
pan nog enkele min. door warmen (vooral niet -<br />
meer koken!).<br />
Varkenshaas met basilicum-mosterdsaus:<br />
pond varkenshaas, ingewreven met peper en<br />
zout, rondom aanbakken in 25 g hete boter, dan<br />
dl (warme) witte wijn erbij en onder deksel ca. 10<br />
min. zachtjes laten sudderen. Vlees eruit nemen,<br />
warm houden, en door het stoofvocht (schenk-)<br />
room, vooraf vermengd met flink wat fijngehakte<br />
verse basilicum en eetlepel mosterd. Op smaak<br />
maken met peper en zout. Past ook goed bij rijst<br />
of pasta.<br />
Normandische varkenshaas:<br />
varkenshaasje inwrijven met peper en zout en<br />
zachtjes (!) bakken in boter: vooral niet te gaar,<br />
dan wordt het vlees dor en droog (ca. 15 min.<br />
per 3 ons). Dan het vlees uit de pan nemen en<br />
een glas cider (of witte wijn) vermengd met<br />
scheutje appelsap even flink laten borrelen in de<br />
braadboter. Dan met 1 dl room de aanbaksels<br />
los roeren en weer even laten pruttelen. In boter<br />
even aangebakken schijven appel erop.<br />
.<br />
43<br />
Varkensbiefstukjes met abrikozen:<br />
2 varkensbiefstukjes door een mengsel halen<br />
van bloem, zout en peper, en snel beiderzijds<br />
bruin bakken in 50 g hete boter (of margarine).<br />
Dan vlees én braadboter over doen in vuurvaste<br />
ovenschaal en over het vlees uitsmeren een<br />
vooraf gemaakte abrikozenpuree (in water +<br />
witte wijn geweekte abrikozen gaar koken en<br />
pureren met staafmixer), daar overheen bruine<br />
suiker strooien en nog wat verwarmde wijn erbij.<br />
Dan de schaal ca. 20 min. middenin een voorverwarmde<br />
oven van 200° tot het vlees gaar en<br />
de suiker gesmolten is.<br />
Varkensfricandeau in bladerdeeg:<br />
fricandeau van minstens 1½ pond rondom bestrooien<br />
met peper en zout en dan in ca. 10 min.<br />
rondom bruin bakken op hoog vuur in 40 g hete<br />
boter. In een droge koekepan op matig vuur in<br />
ca. 3 min. ½ ons amandelschaafsel goudbruin<br />
roosteren en zo nodig verder verkruimelen. In<br />
een kom zeer goed vermengen: 2 sneetjes wittebroodblokjes<br />
(zonder korst), 2 eetlepels melk, 1<br />
opgeklopt eiwit én de fijngehakte amandelen,<br />
dan daarbij 1 ons gedroogde appeltjes (die vooraf<br />
2 uur zijn geweekt in 2 eetlepels calvados).<br />
De fricandeau aan de korte kanten over de<br />
gehele lengte tot op 1 cm van de rand heel diep<br />
insnijden en vullen met dit mengsel (dit zo ver<br />
mogelijk in het vlees drukkend). Intussen bladerdeeg<br />
ontdooien en tot voldoende grote lap uitrollen<br />
om het stuk vlees erin te kunnen 'verpakken'.<br />
Van overtollig deeg evt. wat versieringen maken<br />
en het geheel bestrijken met de losgeklopte eierdooier:<br />
hier en daar gaatjes prikken voor de<br />
ontluchting. Dit pakket met de naad naar beneden<br />
op een met bakpapier bedekte bakplaat<br />
leggen en middenin voorverwarmde oven van<br />
180° (of wat hoger!): in ca. 30 min. goudbruin<br />
(maar niet dor) bakken. Intussen gesnipperde ui<br />
fruiten in een eetlepel boter en een maggiblokje<br />
erboven verkruimelen, dan 1 dl water met eetlepel<br />
citroensap en eetlepel calvados erdoor<br />
roeren, een geraspte goudrenet en een bekertje<br />
crème fraîche erbij en nog 2 eetlepels (wat verwarmde<br />
en vloeibare) honing met garde erdoor<br />
kloppen.
Varkensfricandeau + rozemarijn en citroen:<br />
bovenkant van pond fricandeau ruitvormig insnijden<br />
en in de ondiepe gleufjes een aantal rozemarijnnaaldjes<br />
steken: dan in (net) passende<br />
schaal of pan overgieten met ca. dl witte wijn<br />
(waarin de rest van de eetlepel rozemarijn is<br />
gedaan) en afgedekt ca. 2 uur marineren, het<br />
vlees regelmatig kerend. Dan droogdeppen en in<br />
beboterde ovenschaal (of braadslee) in de oven:<br />
eerst kwartier bij 225°, dan 2 uur bij 180°, nu en<br />
dan bedruipend. In ¼ dl citroensap 25 g suiker<br />
en 1 eetlepel cognac oplossen en, na evt. afgieten<br />
van het braadvet, hiermee het vlees<br />
regelmatig bedruipen, tot het vlees (na nog eens<br />
½ uur) een mooie glanzend-bruine korst heeft.<br />
Pas aansnijden na 10 min. betijen.<br />
Varkensfricandeau met venkelsaus:<br />
pond fricandeau in 35 g margarine bruin en gaar<br />
bakken (en braden: of gebraden kopen!) en in<br />
dikke plakken snijden. In 20 g boter 2 gesnipperde<br />
sjalotjes glazig fruiten en daarin het in<br />
blokjes gesneden hart van een venkelknol ca. 8<br />
min. laten smoren. Dan borrelglaasje witte wijn<br />
erbij en tot de helft laten inkoken. Bekertje<br />
crème fraîche erdoor met beetje zout en enkele<br />
min. doorkoken tot lichtgebonden. Dan het fijngehakte<br />
venkelgroen en wat peterselie erdoor<br />
en, van het vuur af, nog 2 eierdooiers. Op<br />
smaak maken met ca. 1 eetlepel citroensap en<br />
versgemalen peper. De plakken vlees dakpansgewijs<br />
in een ovenschaal, daarover de saus en<br />
in een hete oven van 225° (of onder de grill)<br />
gratineren. Serveren met spinazie als groente.<br />
Varkensfilet gevuld met verse pruimen:<br />
ca. ½ pond pruimen wassen, ontpitten en ca. 10<br />
min. koken in een mengsel van: uitgeperste hele<br />
sinaasappel en ½ citroen, 2 dl witte wijn, 1 ons<br />
suiker, 2 kruidnagels, ½ pijpje kaneel en ½ theelepel<br />
gemberpoeder. Daarna goed uit laten<br />
lekken en het stroopje opvangen. Pond varkensfilet<br />
bijna helemaal open (laten) snijden en hierin<br />
de pruimenmoes verpakken (oprollen en inbinden<br />
als een rollade). In 25 g hete margarine<br />
rondom dichtschroeien, dan bestrooien met<br />
peper en zout en een scheutje van het stroopje<br />
erbij. Op laag vuur onder deksel in ca. 3 kwartier<br />
heel zachtjes gaar braden, evt. zo nu en dan nog<br />
wat van het stroopje erbij voegend. De laatste 5<br />
min. 2 zure appels-in-partjes mee laten stoven.<br />
Dan vlees en appel eruit nemen, ½ bekertje<br />
slagroom bij het bakvet en even laten inkoken.<br />
Vlees in plakken snijden en dan de saus erover.<br />
44<br />
Canadese Varkensfilet:<br />
pond ontbeende varkensrib inwrijven met (vrij<br />
veel) paprikapoeder, versgemalen peper, wat<br />
zout en een lepeltje mosterd, en 'besteken' met<br />
2-3 kruidnagels: minstens ½ uur laten intrekken.<br />
Dan in 50 g hete boter snel aan alle kanten bruin<br />
bakken en een gesnipperde ui even mee-fruiten.<br />
Het vlees uit de pan nemen en bestrooien met<br />
bruine basterdsuiker: dit er goed 'indrukken' en<br />
dan in de braadslee in voorverwarmde oven van<br />
250°. Af en toe afblussen met in totaal 1 dl<br />
bouillon, doch zó dat de suiker een mooie korst<br />
blijft vormen. Na ca. ½ uur de oven uit en braadvet<br />
afblussen met blokjesbouillon en inkoken en<br />
zeven. Serveren met stoofperen.<br />
Romeinse varkensfilet:<br />
2 filetlapjes (= ribkarbonade zonder rib) bestrooid<br />
met peper en zout, aan weerskanten<br />
goudbruin bakken in ½ eetlepel olijfolie en evenveel<br />
boter, samen met ui-in-ringen. Intussen<br />
kleine venkelknol (in vieren) bijtgaar koken en bij<br />
het vlees, omkeren in het braadvet en beleggen<br />
met de uiringen; het vlees beleggen met ansjovisfilet<br />
en kappertjes. Dan scheutje witte wijn<br />
erbij en onder deksel ca. 8 min. laten smoren tot<br />
de venkel zacht is. Garneren met ontvelde vleestomaat-in-partjes.<br />
Varkensfilet in champignonsaus:<br />
pond filet-in-plakjes beiderzijds bruin bakken:<br />
dan onderin ovenschaal. In bakvet 1 ui-in-plakjes<br />
fruiten en erbij doen, samen met 1½ dl rode<br />
wijn en peper en zout: uurtje in voorverwarmde<br />
oven van 180°, dan 1 ons champignons-in-plakjes<br />
erbij en nog eens 15 min. in de oven.<br />
Intussen 2 dl (schenk)room mengen met 2 theelepels<br />
bloem en daarmee de vleessaus binden.<br />
Garneren met gesnipperde bieslook.<br />
Varkensfilet met rozemarijn en kaas:<br />
pond filet inwrijven met peper en zout en in héte<br />
margarine rondom lichtbruin bakken: dan theelepel<br />
rozemarijn erbij en op laag vuur 20 min.<br />
sudderen, nu en dan kerend en bedruipend. Het<br />
vlees uit de pan nemen en op regelmatige<br />
afstanden ca. 2 cm diepe insnijdingen maken:<br />
hierin gevouwen plakjes met mosterd besmeerde<br />
kaas steken, terug in de pan en verwarmen<br />
tot de kaas tot 'romig' is gesmolten; vlees er<br />
weer uit en warm houden. De aanbaksels los<br />
roeren met ruim 1½ dl droge witte wijn en goed<br />
laten inkoken: binden met bekertje crème<br />
fraîche vermengd met eetlepel bloem, en op<br />
smaak maken met peper en zout.
Canadese rollade: (voor 6 – 8 personen)<br />
een (evt. on)gekruide varkensrollade van ca. 1<br />
kg inwrijven met peper, zout, nootmuskaat en<br />
een beetje paprikapoeder en dit een tijdje laten<br />
intrekken. In een braadslee, maar wel gewoon<br />
op het vuur, 1½ ons margarine smelten en tot<br />
lichtbruin laten uitbruisen: dan de rollade erin en<br />
met een vork door het hete braadvet 'rollen'<br />
zodat deze aan alle kanten mooi bruin wordt.<br />
Dan 4 kruidnagels erin drukken en in de oven<br />
van 200°. Intussen Chili-marinade maken van: ½<br />
dl Chilisaus, 3 eetlepels tomatenketchup, ½ eetlepel<br />
mosterd, mespunt tijm, ½ theelepel rozemarijn,<br />
mespuntje marjolein, verkruimeld laurierblad,<br />
2 eetlepels stroop, 1 eetlepel bruine basterdsuiker<br />
en op het laatst een ragfijn gesnipperd<br />
uitje. Hiermee de rollade royaal bestrijken<br />
en dit tijdens het ca. 1½ uur braden regelmatig<br />
blijven doen. De saus afmaken met 1½ dl (blokjes)bouillon<br />
en wat inkoken.<br />
Varkensschouder (of -ribstuk) á l'Orange:<br />
pondje procureur in 75 g hete boter op hoog<br />
vuur dichtschroeien en daarna bestrooien met<br />
peper en zout: op matig vuur aan alle kanten<br />
bruin braden. Het vlees uit de pan nemen en bij<br />
de braadboter 1 dl witte wijn aangelengd met<br />
eenzelfde hoeveelheid water (of bouillon). In een<br />
steelpannetje op laag vuur 1 theelepel boter<br />
smelten en daarbij doen 2 eetlepels suiker en 1<br />
eetlepel azijn: zodra dit begint te caramelliseren<br />
iets van de vleesjus erdoor roeren tot alle suiker<br />
is opgelost: dan ook dit in de braadpan, samen<br />
met het sap van 1 sinaasappel en 1 citroen. Nu<br />
(pas) het vlees erin terug en met deksel schuin<br />
op de pan in ca. 1 uur gaar stoven: de laatste 5<br />
min. nog eraan toegevoegd de rasp van de<br />
sinaasappel en van de citroen. Sausje evt.<br />
binden met maïzena. Evt opdienen op schijfjes<br />
even in boter aangebakken sinaasappel.<br />
Varkenscarré met gedroogde vruchten:<br />
pond ontbeende(!) rib- of schouderkarbonade,<br />
waarin (door de slager) een 'zak' is gesneden,<br />
van binnen bestrooien met peper en zout en<br />
mespunt kruidnagelpoeder. Daarna de binnenkant<br />
bekleden met ½ ons dunne plakjes bacon,<br />
en vervolgens vullen met in grove stukken gesneden<br />
gedroogde, doch vooraf enkele uren in<br />
witte wijn geweekte en goed uitgelekte, zuidvruchten:<br />
5 pruimen en 6 abrikozen. Opening<br />
dichtnaaien en vlees evt. bestrooien met nog wat<br />
zout. Op hoog vuur in 1 ons hete boter of margarine<br />
aan alle kanten bruin bakken en daarna op<br />
matig vuur nog ca. 1½ uur verder garen. Het<br />
opgevangen weekvocht met water verdunnen en<br />
daarmee nu en dan het vlees bedruipen.<br />
45<br />
Varkensribstuk met ananas en appel:<br />
½ pond ribstuk bestrijken met mosterd en bestrooien<br />
met zout en in 30 g margarine aan alle<br />
kanten lichtbruin(!) bakken. Gesnipperd sjalotje,<br />
dito gemberbolletje, laurierblaadje en ½ theelepel<br />
kerrie erbij en in dichte pan ca. ½ uur garen<br />
(het vlees af en toe kerend). Vlees eruit, in dunne<br />
plakken snijden en warm houden. In het bakvet<br />
fijngesneden goudrenet en dito vier schijven<br />
ananas ca. 5 min. verwarmen; daarna losroeren<br />
met water en binden met maïzena.<br />
Koteletten met Madeirasaus:<br />
2 haaskarbonades inwrijven met zout en peper<br />
en in 30 g hete boter in 6-8 min. bruin bakken.<br />
Vlees eruit nemen en warm houden. In de bakboter<br />
gesnipperd sjalotje fruiten, eetlepel bloem<br />
erover en goudbruin laten worden, dan ruim dl<br />
blokjesbouillon erdoor en ½ bekertje zure room<br />
(of crème fraîche), op smaak maken met zout<br />
en peper en (op het laatst) 1½ eetlepel Madeira.<br />
Normandische ribkarbonades:<br />
in ca. 50 g boter 2 ribkarbonades (van 1 ons,<br />
ingewreven met peper en zout) slechts aan één<br />
kant (!) snel bruin bakken en mét de bakboter in<br />
een ovenschaal overdoen, de ongebakken kant<br />
onder (!) en de gebakken kant bestrijken met<br />
een mengsel van ½ ons geraspte kaas en ½ dl<br />
room: dan ca. 20 min. middenin voorverwarmde<br />
oven van 200°, evt. samen met schijfjes goudrenet.<br />
Roux maken van ½ dl room en bloem en<br />
tot saus roeren met ½ dl ingekookte cider (óf<br />
met calvados).<br />
Variant: de rib-(of haas-)karbonades even snel<br />
beiderzijds bruin bakken, bestrooien met zout,<br />
peper en een beetje gemberpoeder, en op matig<br />
vuur ca. 15 min. verder gaar braden. Dan ½ borrelglas<br />
calvados (of ½ wijnglas ingekookte cider)<br />
erbij doen en de beide karbonades hierin nog<br />
een paar min. laten sudderen. Vlees uit de pan<br />
en warm houden. In de braadboter op matig<br />
vuur 2 dikke goudrenet-schijven in enkele min.<br />
gaar bakken en op de karbonades leggen. Het<br />
aanbaksel losmaken met dl warm water en saus<br />
afmaken met room of crème fraîche.<br />
Kerrie-karbonaadjes:<br />
2 karbonaadjes bestrooien met peper en zout en<br />
door eetlepel bloem, vermengd met ½ theelepel<br />
kerrie, halen: in 30 g boter bruin bakken, het<br />
vlees uit de pan en in de braadboter een gesnipperde<br />
ui fruiten, hier de gebruikte bloem<br />
door en met blokjesbouillon tot gladde saus<br />
roeren. Op smaak maken met kerrie, zout en<br />
citroensap: hierin 30-40 min. laten sudderen.
Elzasser koteletten:<br />
2 haas- of ribkarbonades (van 1-1½ ons) inwrijven<br />
met zout en peper en in 40 g hete margarine<br />
in ca. 20 min. aan weerskanten bruin en gaar<br />
bakken. Het vuur temperen en 6-10 kleine uitjes<br />
of sjalotjes en enkele (kleine) champignons erbij<br />
en tot goudblond mee-fruiten. Dan ½ dl wijn<br />
aangelengd met ½ dl blokjesbouillon erbij en op<br />
laag vuur ca. 10 min. zachtjes doorkoken. Vlees<br />
uit de pan en op verwarmde schaal, en door het<br />
braadvet ½ eetlepel bloem aangemaakt met ½ dl<br />
room roeren: nog 5 min. zacht door laten koken.<br />
Roomschnitzel:<br />
2 (goede) varkensschnitzels inwrijven met peper<br />
en zout en door de bloem halen. Dan in 50 g<br />
boter (evt. margarine) in 10 min. bruin en gaar<br />
bakken, uit de pan halen en warm houden. Door<br />
de achtergebleven braadboter ¼ dl Madeira en<br />
scheutje water roeren, aanbaksels losmaken en<br />
er al roerend ½ dl crème fraîche bij: wel warmen,<br />
niet meer koken. Serveren met gesnipperde<br />
peterselie bij aardappelpuree óf bij pasta.<br />
Varkensschnitzels met pruimensaus:<br />
met peper en zout ingewreven en met wat<br />
citroensap besprenkelde schnitzels (van ca. 1<br />
ons) in 30 g boter (of margarine) beiderzijds in 5<br />
min. lichtbruin bakken, dan bestrooien met<br />
rozemarijn. Bakboter los roeren met witte wijn en<br />
dan ½ bekertje zure room erdoor. Vooraf in witte<br />
wijn geweekte droge pruimen (ca. 1 ons) in kleingesneden<br />
vorm erdoor doen.<br />
Zwitserse varkenslapjes (of -schnitzels):<br />
2 magere lapjes (van de rib) of schnitzeltjes, wat<br />
extra platgeslagen (door de slager), met peper<br />
en zout en nootmuskaat bestrooien en heel licht<br />
bestuiven met bloem. Een (soort flensjes-)beslag<br />
roeren (met de garde) van 1 ei, ½ dl melk en 1-2<br />
eetlepels bloem; daar doorheen mengen: 1 ragfijn<br />
gesnipperd sjalotje, ½ eetlepel gesnipperde<br />
peterselie en kervel, 1 theelepel gesnipperde<br />
bieslook, snufje tijm, peper, zout en (als laatste)<br />
75 g geraspte kaas. De lapjes één-voor-één in<br />
dit beslag drukken en met flink wat aanklevend<br />
beslag in 75 g héte boter op matig vuur bakken<br />
(zoals men een ei zou bakken) niet te gauw (en<br />
te vaak) verschuivend en kerend, max. 10 min.<br />
N.B.: het is moeilijk om het beslag echt 'vast' te<br />
krijgen en om aanbranden en te donker worden<br />
van het (losgelaten) beslag te voorkomen! Past<br />
ook heel goed bij gebakken aardappelen óf bij<br />
pasta.<br />
46<br />
Vlaamse hamlappen:<br />
½ pond hamlap 'aan één stuk' dichtschroeien op<br />
hoog vuur in 25 g boter, daarna bestrooien met<br />
peper en zout, en verder op matig vuur aan alle<br />
kanten bruin bakken, met zo nu en dan wat verse<br />
boter erbij gevoegd. Het vlees uit de pan nemen<br />
en in de braadboter een gesnipperd uitje fruiten:<br />
daar 1 dl donker bier door roeren en ½ theelepel<br />
mosterd én een verkruimeld sneetje (ontbijt-)koek<br />
én een beetje rozemarijn, en dan het vlees terug<br />
in de pan. Met deksel schuin op de pan in ca. 1½<br />
uur op laag vuur stoven, zo nodig wat vocht erbij.<br />
Varkensrolletjes gevuld met spinazie:<br />
2 dunne schnitzeltjes (of varkenslapjes) bestrooien<br />
met peper en zout. Verse of diepvries-spinazie<br />
bijna gaar koken en na goed uitlekken enkele<br />
minuten smoren in boter waarin eerst een gesnipperd<br />
uitje is gefruit en daarna op smaak maken<br />
met peper, zout en nootmuskaat. Na opnieuw<br />
goed uitlekken over het vlees verdelen; daarover<br />
een laagje gekruid (varkens-)gehakt verdelen (in<br />
totaal ruim 1 ons): oprollen, vast-prikken, en aan<br />
alle kanten lichtbruin bakken in boter. Een ons<br />
champignons-in-plakjes erbij en even kort meebakken.<br />
Dan langs de rand van de pan ca. 1 dl<br />
witte wijn en klein bekertje room erbij gieten en<br />
nog ca. 10 min. verder laten stoven. De rolletjes<br />
eruit nemen en in schijfjes snijden. De saus op<br />
hoog vuur wat laten inkoken en op smaak maken<br />
met peper, zout en peterselie.<br />
Pittige varkensrolletjes:<br />
4 zéér dun platgeslagen varkenslapjes bestrooien<br />
met peper en zout. In een mengkom de rasp en<br />
het sap van ½ sinaasappel, 1 ragfijn gesnipperd<br />
uitje, 2 fijngesneden zoetzure augurkjes, 3 eetlepels<br />
havermout, snufje kaneel, kruidnagelpoeder<br />
en nootmuskaat, en dan zoveel water erbij tot<br />
smeuïg mengsel ontstaat: op smaak maken met<br />
peper en zout (of aroma). Dit dan verdelen over<br />
de vier lapjes en deze oprollen en vastprikken (of<br />
vastbinden). In 3 eetlepels goed-hete olie op hoog<br />
vuur rondom bruin bakken. Van het bakvet met<br />
bloem en bouillon een gladde saus roeren: op<br />
smaak maken met laurier(-poeder) en citroensap.<br />
Dan het vlees er weer bij en nog 25-35 min. laten<br />
sudderen.
Schnitzelrolletjes met blauwe kaas:<br />
2 zéér dun platgeslagen (!) schnitzels bedekken<br />
met een laagje dikke pasta, bestaande uit: ½ ons<br />
roquefort (of andere blauwe kaas), zo nodig met<br />
eetlepel(s) (zure) room fijngeprakt, (zwarte)<br />
peper en zout, en daar rolletjes van maken (vastgeprikt<br />
met houten prikker) en daar eventueel<br />
een dun plakje ontbijtspek omheen rollen. Ze<br />
daarna op matig (tot laag) vuur in boter of<br />
margarine) zachtjes rondom aanbakken en vervolgens<br />
hooguit 10 min. zachtjes laten sudderen.<br />
Vlees uit de pan nemen, wat bloem over het<br />
braadvet strooien en, na garen, met iets verwarmde<br />
room erdoor nog even sudderen: op<br />
smaak maken met peper (en zo nodig zout).<br />
Hongaarse varkensschnitzels:<br />
2 schnitzels een nacht (in de koelkast) en de volgende<br />
dag nu en dan kerend, marineren in: 2<br />
eetlepels olie, sap én rasp van ½ citroen, 1<br />
laurierblaadje, peperkorrels en ½ eetlepel bruine<br />
suiker. Het vlees afdrogen, bestrooien met peper<br />
en zout (en evt. paneren) en dan aan beide<br />
kanten in boter gaar braden in ca. 15 min.: het<br />
vlees uit de pan en door de braadboter ½ bekertje<br />
zure room en een paar eetlepels van de marinade<br />
roeren, aan de kook brengen en apart bij<br />
het vlees opdienen. Past ook wel bij rijst.<br />
Gebakken saucijsjes in tomaten-roomsaus:<br />
2 saucijsjes in (licht-bruine) margarine in ca. 5<br />
min. bruin en gaar bakken. Dan gesnipperde ui<br />
en 2 in stukken gesneden (vlees-)tomaten erbij<br />
en 5 min. laten smoren. Half bekertje crème<br />
fraîche glad roeren met eetlepel bloem en erbij<br />
voegen: al roerend warm laten worden en laten<br />
garen. Op smaak maken met zout, tabasco en<br />
tomatenketchup. Past ook wel bij pasta.<br />
Gekruide en gebraden casselerrib:<br />
in ½ pond casselerrib aan-één-stuk een diepe<br />
inkeping maken en deze vullen met 2 ons (vooraf<br />
ca. 10 min. in 2 eetlepels port gewelde) gedroogde<br />
pruimen (het weekvocht bewaren voor de<br />
jus): dan inwrijven met peper, zout en kerrie en<br />
in lichtbruine boter rondom lichtbruin bakken en<br />
vervolgens op (nog) lager vuur in ca. 45 min.<br />
verder gaar braden. De braadjus afmaken met<br />
het weekvocht en wat water. Serveren met bijv.<br />
appelcompôte. Past ook wel bij gebakken aardappelen.<br />
47<br />
Ham met Yorkshire-saus:<br />
2 vingerdikke plakken gekookte achterham (van<br />
een goede slager!) aan één kant insmeren met<br />
een mengsel van: ½ eetlepel bruine basterdsuiker,<br />
½ eetlepel mosterd en sinaasappelsap. Dan onder<br />
de grill (óf in oven van 220°) gratineren. Voor<br />
Yorkshire-saus: zie pag. 19.<br />
Warme ham met witte wijnsaus:<br />
gesnipperd sjalotje in 3 min. in wat boter zachtjes<br />
glazig fruiten, dl. droge witte wijn erbij en op halfhoog<br />
vuur in ca. 10 min. tot ca. ¼ laten inkoken:<br />
zeven. Enkele dikke plakken achterham in dubbelgevouwen<br />
vorm in een ingevette en afgedekte<br />
ovenschaal in ca. 20 min. door en door warm laten<br />
worden in een oven van 200°. Intussen ½ bekertje<br />
crème fraîche door de ingekookte wijn roeren en<br />
(verder) laten inkoken tot de gewenste dikte: dan<br />
klontjes boter erdoor kloppen tot de saus fluweelzacht<br />
wordt; op smaak maken met sprietjes<br />
fijngeknipte bieslook, peper en zout. De plakken<br />
ham op een (warm!) bord, bestrooien met snufje<br />
nootmuskaat, en dan de saus ernaast.<br />
Ham met appel en room:<br />
in koekepan fijngesneden ui zachtjes fruiten in<br />
eetlepel boter en dan moesappel-in-blokjes erbij,<br />
samen met snufje zout, peper en 1 eetlepel suiker,<br />
en omscheppend 2 min. zachtjes bakken.<br />
Met 2 eetlepels calvados de aanbaksels los<br />
roeren en nog enkele min. laten pruttelen. Bekertje<br />
slagroom (ca. 1 dl.) erdoor roeren tot gebonden<br />
saus. Twee plakken (van ca. 1 ons) ham (geroosterd<br />
of zelf gegrilleerd) in ovenschaal, de saus<br />
erover en middenin voorverwarmde oven van 200°<br />
in ca. 5 min. lichtbruin bakken. Garneren met even<br />
in boter aangebakken appelschijven. Past ook<br />
wel heel goed bij gebakken aardappelen.
BIJ PASTA & RIJST (EN DGL.) PASSEN:<br />
Varkenshaas Madras:<br />
varkenshaasje kruiden met peper, zout en nootmuskaat,<br />
door de bloem halen en in ca. 75 g<br />
hete boter bruin bakken, niet langer dan 15 min.<br />
(om te droog worden te voorkomen!). Of als<br />
betere methode: eerst dichtschroeien in zeer<br />
weinig zeer hete arachideolie en daarna ca. ½<br />
uurtje op laag vuur verder braden in boter (vlees<br />
blijft dan sappig). (Ananas-)Meloen doormidden<br />
snijden en uithollen (het vruchtvlees bewaren en<br />
er apart bij serveren) en vullen met van tevoren<br />
droog gekookte rijst (zie pag. 112). De gebraden<br />
varkenshaas in plakken snijden en deze hierop<br />
rang-schikken: ze warm houden in niet-te-hete<br />
oven. In de braadboter gesnipperd uitje zachtjes<br />
fruiten, 1 theelepel kerrie erdoor roeren en er 1<br />
eetlepel bloem over strooien: na enkele minuten<br />
garen 1½ dl bouillon erbij en tot gladde saus<br />
roeren. Na even koken (én evt. zeven) eetlepel(s)<br />
room erdoor, samen met eetlepel rum,<br />
en op smaak maken met peper en zout (en evt.<br />
enkele druppels tabascosaus). Over het vlees<br />
gieten.<br />
Varkenshaas met rozijnensaus:<br />
varkenshaasje inwrijvenmet mengsel van bloem,<br />
zout en peper, en in 50 g hete boter snel aan alle<br />
kanten bruin bakken, dan het vuur temperen,<br />
koude klontjes boter erbij én een stukje citroenschil,<br />
en in ca. 30 min. op laag vuur verder gaar<br />
braden, het vlees af en toe bedruipend en zo<br />
nodig nog wat boter erbij voegend. Vlees uit de<br />
pan nemen en op een verwarmde schaal warm<br />
houden. In de braadboter eetlepel bloem lichtbruin<br />
fruiten, dan erbij het sap van ½ sinaasappel<br />
en het sap van ¼ citroen en zoveel water<br />
dat er een lichtgebonden saus ontstaat: daar dan<br />
eetlepel (eerst geweekte en uitgelekte) rozijnen<br />
doorheen en mespunt gemberpoeder, en nog 10<br />
min. op zacht vuur laten sudderen. Op smaak<br />
maken met zout. Het vlees in stukken snijden en<br />
overgieten met de saus.<br />
Varkenshaasje met amandelen:<br />
varkenshaasje opensnijden als een puntbroodje,<br />
vullen met 25 g - in droge koekepan gebruind -<br />
amandelschaafsel en dichtbinden met 3 draadjes:<br />
in hete boter rondom dichtschroeien, dan<br />
peper en zout erover en 15 min. zachtjes braden,<br />
met deksel schuin op de pan (af en toe keren).<br />
De laatste 5 min. grofgesneden (lente-)uitje erbij.<br />
Bij de braadboter ½ dl room en ½ glas droge<br />
sherry.<br />
48<br />
Oosters varkenshaas-pakketje:<br />
2 varkenshaasjes in plakjes van 2 cm snijden en<br />
even marineren in mengsel van eetlepel arachideolie<br />
en ketjap manis en 2 eetlepels sherry. Dan<br />
verdelen over 4 stukken bakpapier of aluminiumfolie,<br />
op een 'bedje' van worteltjes-in-plakjes, dito<br />
bosuitjes, fijngesneden spitskool en taugé. Besprenkelen<br />
met olie, dichtvouwen en 20-25 min. in<br />
voorverwarmde oven van 200°.<br />
Varkenshaas 'op z'n Engels':<br />
varkenshaasje van ruim 4 ons bestrooien met<br />
peper en zout én met kristalsuiker, de korrels<br />
stevig vastdrukkend: in zeer hete arachideolie<br />
heel kort aanbakken, omkerend als de suiker<br />
begint te caramelliseren, zodat het een gelijkmatige<br />
kleur krijgt. Daarna op matig vuur, afhangend<br />
van de gewenste graad van gaarheid, in<br />
10 - 20 min. gaar braden. Het vlees eruit en in het<br />
braadvet eerst eetlepel wijnazijn laten inkoken,<br />
dan eetlepel tomatenpuree (of -ketchup) en 1 dl<br />
kippenbouillon erbij en paar min. laten doorkoken;<br />
na zeven klontjes boter erdoor kloppen en op<br />
smaak maken met tabascosaus. Serveren met<br />
een salade erbij. Past ook bij aardappelpuree of<br />
gebakken aardappelen.<br />
Varkensoesters met ananas:<br />
4 varkensoesters inwrijven met zout en paprikapoeder<br />
en in 25 g hete margarine of boter op hoog<br />
vuur snel aan alle kanten bruin bakken, daarna op<br />
zacht vuur met de deksel schuin op de pan in ca.<br />
20 min. gaar braden. Het vlees uit de pan en<br />
warm houden op verwarmde schaal. In het braadvet<br />
4 plakken ananas even aanbakken en op de<br />
oesters leggen. Met een scheutje ananasvocht de<br />
aanbaksels losmaken, wat (met paprikapoeder<br />
aangemaakte) room erdoor roeren, nog heel even<br />
door laten koken en dan over het vlees gieten.
Varkensfilet met gorgonzolasaus:<br />
2 filets van ca. 1 ons door de bloem halen en in 2<br />
eetlepels hete olie aan beide kanten bruin bakken.<br />
Dan ¼ glas witte wijn erbij en Spaans pepertje<br />
(of wat sambal oelek) en met deksel op de<br />
pan hooguit 5 min. sudderen. Dan ons(je) gorgonzola<br />
(of magor) erover en laten smelten, naar<br />
smaak evt. nog wat zout erbij: met deksel op de<br />
pan nog eens 5 min. sudderen. Vlak voor het<br />
serveren ½ borrelglaasje brandy (of cognac)<br />
erover en wat gesnipperde peterselie. Serveren<br />
bij pasta.<br />
Varkensfilet met gevulde goudrenet:<br />
1 pond schouderfilet aan één stuk inwrijven met<br />
peper, zout en rozemarijn en dan in braadslee in<br />
voorverwarmde oven van 250°. Intussen 3 goudrenetten<br />
schillen en uitboren en de vrij wijd gemaakte<br />
boorgaten vullen met ontschilde braadworst<br />
en wat citroensap daarover druppelen:<br />
deze appels na ca. ½ uur ook in de braadslee,<br />
gerangschikt rond het vlees. De oven temperen<br />
en in nog eens ½ uur verder laten garen.<br />
Kotelet in aluminiumfolie:<br />
2 varkenskoteletten van ca. 1½ ons licht kruiden<br />
met zout, peper en paprikapoeder: 15 min laten<br />
intrekken en dan in 50 g margarine bruin (maar<br />
niet al te gaar!) bakken, daarna op een groot<br />
stuk folie leggen. Aan braadvet (direct samen)<br />
toevoegen: 1 gesnipperd sjalotje, 1 fijngesneden<br />
paprika, ½ ons (net) gaargekookte rijst, ½ blikje<br />
(uitgelekte) doperwtjes, 1 ons net gaargekookte<br />
sperziebonen, ½ eetlepel ketjap en peper en<br />
zout naar smaak. Na heel even fruiten en goed<br />
roeren over de koteletten verdelen en bestrooien<br />
met pijpjes gesnipperde bieslook. Dichtvouwen<br />
en (in een braadslee of op de bakplaat) in ruim ½<br />
uur in oven van 210° verder gaar braden.<br />
Tropische ribkarbonades:<br />
2 ribkarbonades van 2 ons kruiden met peper,<br />
zout en nootmuskaat en dan insmeren met<br />
mengsel van eetlepel ketjap met beetje sambal<br />
oelek: na ½ uur intrekken bestrooien met bloem<br />
en (niet te hard) bakken in 50 g boter. Vlees eruit<br />
nemen en warm houden. Eetlepel rozijnen wellen<br />
in het sap van een klein blikje ananas en goed<br />
'uitknijpen'. In de braadboter (mits niet te bruin)<br />
in deze volgorde even (samen) aanfruiten: fijngesneden<br />
paprika, de ananasblokjes, 4 fijngesneden<br />
gemberbolletjes en de rozijnen. Afblussen<br />
met het sap van de ananas en ½ borrelglas<br />
rode port. Dit over het vlees en bestrooien met<br />
gemalen kokos.<br />
49<br />
Italiaanse karbonades:<br />
2 rib- of haaskarbonades inwrijven met zout en<br />
paprikapoeder en in 50 g boter bruin en gaar<br />
bakken. Dan enkele blaadjes salie, theelepeltje<br />
rozemarijn en stukje citroenschil erbij – en ½ dl<br />
witte wijn erover en enkele min. zachtjes stoven.<br />
Vlees eruit en warm houden, bakboter evt. zeven<br />
en met wat boter, bloem en blokjesbouillon en<br />
tomatenpuree tot sausje van de gewenste dikte<br />
maken. Serveren bij macaroni of spagheti.<br />
Australische karbonade:<br />
2 ribkarbonades (van 1½ - 2 ons) inwrijven met<br />
doorgesneden sjalotje en daarna bestrooien met<br />
peper en zout. Dan in 30 g boter langzaam aan<br />
weerskanten bruin bakken. In een steelpannetje<br />
gesnipperde ui glazig fruiten in wat boter en afblussen<br />
met glas (witte) wijn: hier ca. 1 ons<br />
tomaten-uit-blik door roeren, samen met ½ laurierblad<br />
en klein kruidnageltje. Bij het vlees doen, aan<br />
de kook laten komen en op laag vuur onder<br />
deksel gaar stoven. Intussen in het steelpannetje<br />
1 ons champignons-in-plakjes in een beetje olie<br />
2-3 min. fruiten, al omscheppend, en ook bij het<br />
vlees doen. En dan in hetzelfde pannetje een<br />
veloutésausje maken van roux met bouillon (zie<br />
pag. 18) en dit mengen met 2 eet-lepels gesnipperde<br />
peterselie en op smaak maken met peper<br />
en zout. Het vlees uit de pan nemen, dit sausje<br />
erin en na goed roeren op smaak maken met wat<br />
tomatenketchup (en ter 'ontzuring' evt. wat room).<br />
Past ook wel bij aardappelpuree.<br />
Karbonade met mosterdsaus:<br />
2 ribkarbonades (of filetplakjes) bestrooien met<br />
peper en zout en in hete margarine in 10-15 min.<br />
beiderzijds gaar bakken: eruit nemen en warm<br />
houden. Bij het bakvet 1 eetlepel (grove) mosterd<br />
en 2 eetlepels witte wijn doen en al roerend aan<br />
de kook laten komen; dan ½ dl room (of crème<br />
fraîche) erdoor roeren en tot een dikke saus laten<br />
(in-)koken. Bij pasta.<br />
Karbonade-casserole uit Somerset:<br />
bodem van beboterde ondiepe ovenschaal beleggen<br />
met grote moesappel-in-plakken, bestrooien<br />
met suiker, gesnipperde ui en 2 theelepels gedroogde<br />
salie. Hierop 2 karbonades, bestrooid<br />
met peper en zout en bedekt met 1 ons champignons-in-plakjes.<br />
Daarop weer plakken appel,<br />
bestrooid met suiker, gesnipperde ui en salie.<br />
Overgieten met 1½ dl droge cider en bestrooien<br />
met mengsel van broodkruim en geraspte (liefst<br />
Cheddar-)kaas. Belegd met klontjes boter 45 min.<br />
in oven van 200° tot de bovenkant bruin en het<br />
vlees gaar is.
Paprikaschnitzels:<br />
2 schnitzels inwrijven met zout, ze dan door de<br />
bloem halen en in 50 g zeer hete margarine snel<br />
aan beide kanten dichtschroeien, ze daarna nog<br />
enkele min. bruin bakken, uit de pan halen en<br />
warm houden. Op matig vuur in het braadvet een<br />
gesnipperde ui fruiten, dan eetlepel (!) paprikapoeder<br />
eroverheen strooien en even goed door<br />
roeren: op laag vuur even mee-fruiten. Dan ¼ dl<br />
wijn met ¼ dl water erdoor roeren en het vlees<br />
weer in de pan: onder deksel ca. 15 min. stoven.<br />
Bloem aanmaken met bekertje crème fraîche en<br />
dit roerend toevoegen: even goed doorwarmen<br />
maar niet meer koken.<br />
Schnitzels met Gruyère:<br />
2 varkensschnitzels van ca. 125 g kruiden met<br />
peper en zout, door de bloem halen en in 50 g<br />
boter beiderzijds goudbruin bakken, dan 2 ons<br />
champignons-in-plakjes mee laten sudderen,<br />
samen met blokjes ontbijtspek die eerst even op<br />
laag vuur tot bros zijn uitgebakken, en 4 ontvelde<br />
en in stukjes gesneden tomaten. Daarna flamberen<br />
met glas calvados (in soeplepel verwarmd<br />
en daarin 'vlamgevat'), vervolgens overdoen in<br />
beboterde ovenschaal en bedekken met dunne<br />
plakjes Gruyèrekaas en wat paneermeel en gratineren<br />
in een voorverwarmde oven (of onder de<br />
grill). De braadjus afblussen met scheutje droge<br />
witte wijn en even inkoken. Serveren bij rijst.<br />
Italiaanse schnitzels:<br />
2 schnitzels van ca. 1 ons inwrijven met peper en<br />
zout en in een diep bord door een losgeklopt ei<br />
en vervolgens door geraspte (oude) kaas halen,<br />
daarna weer even door het ei en dan in 50 g zeer<br />
hete margarine en/of boter aan weerskanten in<br />
6 - 8 min. bruin en gaar bakken. Blikje tomatenpuree<br />
even aanbakken (om te ontzuren!) en<br />
mengen met wat (maggi)blokjesbouillon, tijm,<br />
majoraan (of oregano) en naar smaak wat zout<br />
en peper: dit over het vlees gieten en in gesloten<br />
pan nog ca. 10 min. stoven. Serveren bij rijst.<br />
Pizzaiolaschnitzels:<br />
in 1½ eetlepel (olijf)olie gesnipperde ui in ca. 10<br />
min. gaar fruiten, dan erbij doen ½ pond tomaten<br />
(verse of uit blik), majoraan en basilicum (liefst<br />
verse) en flink wat gesnipperde peterselie; naar<br />
smaak evt. wat suiker toevoegen en ca. 15 min.<br />
op zeer laag vuur laten sudderen. Dan 2 schnitzels<br />
inwrijven met peper en zout en in 1½ eetlepel<br />
(nieuwe) olie in ca. 8 min. in een koekepan<br />
aan weerskanten bruin bakken. De tomatensaus<br />
met staafmixer glad maken en op smaak maken<br />
met peper en maggiblokje(s) en over de gare<br />
schnitzels gieten. Serveren bij pasta.<br />
50<br />
Varkenslapjes met paprika en tomaat:<br />
½ pond varkenslap in blokjes (laten) snijden, bestrooien<br />
met peper en zout en rondom bruin bakken<br />
in 30 g margarine. Na even omscheppen gesnipperde<br />
ui (én sjalot) erbij en glazig bakken.<br />
Dan ruim 1 ons tomaten (uit blik óf goede verse)<br />
en ook fijngesneden rode paprika erdoor, rode<br />
peper (of sambal oelek), komijn en oregano naar<br />
smaak, ca. 1 dl blokjesbouillon en ½ blaadje laurier:<br />
onder deksel in 30 min. zacht en gaar stoven.<br />
Stoofvocht evt. binden met maïzena. Serveren<br />
met gesnipperde peterselie, bij (basmati-) rijst.<br />
Chirino afelia:<br />
pond hamlap-in-blokjes in 3 eetlepels olijfolie<br />
rondom bruin bakken (eerst de helft en dan de<br />
rest erbij), bestrooien met peper en zout en erbij:<br />
theelepel koriander, ½ theelepel kaneel en ½<br />
theelepel kruidnagelpoeder en 1 min. mee-bakken<br />
- dan 1½ dl rode wijn met ½ dl water erbij, aan de<br />
kook brengen en in ca. 1 uur zachtjes gaar stoven<br />
(nu en dan scheutje water erbij). Garneren met<br />
gesnipperde verse koriander.<br />
Oriëntaals varkensvlees:<br />
hamlapje van 1-2 ons in smalle plakjes snijden en<br />
vrij kort marineren in mengsel van eetlepels ketjap<br />
manis, theelepel zout , mespunt cayennepeper en<br />
flink wat gemberwortelpoeder. Dan het vlees in de<br />
wadjan in eetlepel(s) olie rondom bruin (roer-)<br />
bakken, dan preitje-in-ringen (óf champignons-inplakjes)<br />
paar min. mee fruiten en binden met<br />
theelepel(s) maïzena, aangelengd met 2 eetlepels<br />
sherry. Evt. garneren met tomaat-in-blokjes. Serveren<br />
bij rijst.<br />
Kerrie-ragoût:<br />
½ pond varkenspoelet (in niet te kleine blokjes)<br />
kruiden met peper, zout en nootmuskaat en dan<br />
op tamelijk hoog vuur al roerend (niet té) bruin<br />
bakken. Dan gesnipperd uitje erbij, het vuur wat<br />
lager, en bestrooien met theelepel kerrie en eetlepel<br />
bloem. Na goed roeren het sap van een klein<br />
blikje ananas erbij én nog ca. ½ dl bouillon. Aan<br />
de kook brengen en vervolgens op laag vuur ca.<br />
45 min. laten sudderen. Er op het laatst 1 ons, evt.<br />
vooraf even geblancheerde, champignons-inplakjes<br />
door en op smaak maken met tabascosaus;<br />
verder evt. nog klein beetje (schenk-)room<br />
erdoor doen. Garneren met de, even door de<br />
bloem gehaalde en kort aangebakken, ananasschijven.<br />
Serveren bij rijst.<br />
N.B.: zie ook onder kalfsvlees op pag 57 en 58.
GEHAKT GEVARIEERD (voor gehakte biefstuk zie pag. 29)<br />
51<br />
Half-om-half runder- en varkens-gehakt, tenzij anders aangegeven; en ongekruid - d.w.z niet al door de<br />
slager gekruid; en steeds erbij vermeld hoe en waarbij te serveren.<br />
Hollandse gehaktballen: ½ pond gehakt met de<br />
handen tot taaie massa kneden (en/of met vork<br />
prakken) met een mengsel van verkruimeld droog<br />
brood (óf beschuit óf paneermeel), eetlepel(s)<br />
melk, theelepel nootmuskaat, theelepeltje peper,<br />
theelepeltje zout (en evt. losgeklopt ei en/of dessertlepel<br />
Turkse of Griekse yoghurt óf Mozarella).<br />
Op smaak controleren en evt. wat kruidnagelpoeder<br />
en/of zout toevoegen. Hiervan 2 grote of 4<br />
kleinere, iets afgeplatte, ballen kneden (zo nodig<br />
wat room of juist paneermeel erbij) en zorgen voor<br />
een mooie gladde buitenkant. Dan minstens uurtje<br />
in koelkast laten rusten. De ballen nog even door<br />
paneermeel halen en dan op matig tot hoog vuur<br />
rondom even kort bruin aanbakken in 50 g (goed<br />
hete!) margarine - en daarna in 20-30 min. (afhangend<br />
van de grootte van de ballen) zachtjes (!)<br />
gaar en sappig braden, mét evt. wat (blokjes-)<br />
bouillon erbij. Halverwege even keren. De laatste<br />
minuten weer op wat hoger vuur voor een korstje.<br />
Om de jus wat donkerder en pittiger te krijgen gesnipperd<br />
uitje en/of wat paprikapoeder mee braden<br />
en/of wat tomatenpuree erbij doen. Braadvet<br />
afblussen met ca. dl (maggiblokjes- of rundertablet-)bouillon.<br />
Serveren bij gekookte aardappelen.<br />
N.B.: toegevoegde waarde geeft het sudderend<br />
weer opwarmen in krachtige echte rundvleesjus!<br />
(Zie pag. 24 over het monteren van jus.)<br />
Variatie-mogelijkheden: het als hierboven aangemaakte<br />
gehakt aanvullen met bijvoorbeeld:<br />
*) ½ theelepel kerrie en ½ eetlepel Provençaalse<br />
kruiden en wat cayennepeper (zeer aanbevolen!).<br />
*) 2 theelepels Provençaalse kruiden en/of een<br />
(even vooraf gefruit!) gesnipperd sjalotje (of uitje)<br />
en/of een eetlepel (!) mosterd.<br />
*) 1 eetlepel fijngehakte groene kruiden (bieslook,<br />
peterselie, kervel) en het braadvet (mede) afblussen<br />
met een scheutje jenever.<br />
*) 1 theelepel djinten (komijn) en eetlepel geraspte<br />
(oude) kaas.<br />
*) 2 theelepels paprikapoeder en ½ theelepeltje<br />
kaneel.<br />
*) 2 theelepels oregano en 4 fijngehakte groene<br />
olijven.<br />
*) ½ theelepel kummel én koriander (gemalen), ¼<br />
theelepel cayennepeper, theelepel paprikapoeder.<br />
*) 2 theelepels kappertjes - en dan theelepel(s)<br />
mosterd door het bakvet roeren.<br />
Deense gehaktballen: ½ pond gehakt mengen<br />
met ½ fijngehakt uitje (of sjalot), 1 ei, scheutje<br />
room, zout en peper en zoveel brood- of beschuitkruim<br />
(of paneermeel) dat tot taaie massa kan<br />
worden gekneed en daar 6 ballen van rollen: op<br />
matig vuur in 50 g boter bruin bakken. Dan een<br />
scheutje port aangelengd met water erbij, stukje<br />
citroenschil, laurierblaadje, snufje tijm en evt. takje<br />
bladselderij. In gesloten pan nog ca. 20 min. sudderen.<br />
De saus afmaken met bessen-(of cranberry-)gelei.<br />
Bij bijv. gebakken aardappelen.<br />
Zweedse gehaktballetjes: ½ pond gehakt aanmaken<br />
met mengsel van 3 geplette jeneverbessen,<br />
fijngehakte salieblaadjes, gesnipperd (of<br />
geraspt) uitje, zout en (ruim) peper naar smaak -<br />
en dan 2 geklutste eieren erdoor en ca. 1 dl koolzuurhoudend<br />
water en zoveel havermoutvlokken<br />
en broodkruim dat kneedbaar mengsel ontstaat.<br />
Hiervan kleine balletjes vormen en deze rondom<br />
bruin en gaar bakken in hete boter en dan nog 10<br />
min. in oven van 180°: Serveren bij gebakken of<br />
nieuwe aardappelen of bij ‘smörrebröd’ in Nederlandse<br />
gedaante.<br />
Finse gehaktballen: ½ pond rundergehakt aanmaken<br />
met geraspte aardappel, geraspt uitje,<br />
losgeklopt ei, ½ dl melk en zout en peper. Hiervan<br />
6 platte ballen vormen en deze in hete margarine<br />
op hoog vuur aan weerskanten snel bruin bakken.<br />
Intussen in steelpannetje blanke roux maken van<br />
15 g boter/bloem en met 1 dl melk tot gladde saus<br />
roeren, daar ½ bekertje zure room doorheen en<br />
de ballen hierin even laten doorwarmen. Serveren<br />
bij aardappelpuree.<br />
Frans gehakt 'Bitok': ½ pond gehakt aanmaken<br />
met 1 ei, 2 sneetjes geweekt brood, ½ eetlepel<br />
tomatenketchup, peper en zout. Dan erdoor kneden:<br />
½ fijngesneden (rode) paprika, ½ gesnipperde<br />
ui (of sjalotje) en fijngesneden augurkje. Hiervan<br />
4 flinke of 8 kleine ballen vormen, door de<br />
bloem halen en bruin braden in 50 g margarine.<br />
Van het braadvet met wat bloem en bouillon een<br />
licht-gebonden saus maken en daarin deze<br />
'bitoks' nog 20 min. laten sudderen. De saus op<br />
smaak maken met wat cognac, schenkroom,<br />
tabascosaus en peterselie. Bij aardappelpuree.
Weense gehaktballen: ½ pond gehakt aanmaken<br />
met een snee geweekt brood, rasp van ½ citroen,<br />
eierdooier, zout, peper en als laatste het stijfgeklopte<br />
eiwit. Hiervan 4 platte koeken vormen en<br />
deze op een koele plaats even laten betijen. In<br />
braadpan gesnipperde ui met 1 eetlepel gesnipperde<br />
peterselie heel licht aanfruiten, dan de<br />
groente uit de pan scheppen en in hetzelfde bakvet<br />
(evt. iets aangevuld) op hoger vuur de gehaktballen<br />
snel beiderzijds bruin bakken. Het vuur<br />
temperen en de groente er weer bij doen, samen<br />
met ½ dl (iets verwarmde) witte wijn en/of het sap<br />
van ¼ citroen. Op heel laag vuur 15 min. stoven.<br />
Het stoofvocht evt. binden met maïzena. Bij aardappelpuree<br />
of pasta.<br />
Russisch gehakt: ½ pond gehakt aanmaken met<br />
zout, peper, losgeklopt ei en een vooraf gefruit gesnipperd<br />
uitje: er een viertal platte 'koeken' van<br />
vormen en deze bakken in de (ca. 30 g) boter<br />
waarin de ui is gefruit. Dan onsje paddestoelen<br />
(champignons en/of cantharellen), bestoven met<br />
bloem, op laag vuur fruiten in de bakboter; bekertje<br />
zure room mengen met theelepel paprikapoeder<br />
en erbij doen: even op laag vuur laten door<br />
koken en dan over de warmgehouden gehakt. Bij<br />
pasta, rijst of puree.<br />
Zigeunergehakt: ½ pond (runder-)gehakt aanmaken<br />
met ½ ons geraspte oude kaas, 2 eetlepels<br />
gehakte peterselie, 2 gesnipperde sjalotjes (evt.<br />
vooraf gaar gefruit) en 4 eetlepels paneermeel: er<br />
dan zoveel water door mengen tot smeuïg mengsel<br />
ontstaat, dit naar smaak kruiden met peper en<br />
zout (en/of aroma). Dan 4 ballen vormen en afplatten<br />
tot schijven: deze in 4 eetlepels olie aan<br />
weerskanten mooi bruin en gaar bakken. In<br />
koekepan spiegeleieren bakken en op de gehaktschijven<br />
leggen, met daarop nog weer lepeltje<br />
tomatenketchup. Evt. de saus afmaken met room<br />
en/of melk. Serveren bij gebakken aardappelen.<br />
Gehaktballetjes Romanoff: ½ pond (runder-)gehakt<br />
aanmaken met glazig gefruit uitje, 2 eetlepels<br />
havermout (óf cornflakes), ½ eetlepel mierikswortelpasta,<br />
½ ei, zout en peper en daar kleine<br />
balletjes van kneden: in ovenschaal ½ uur in oven<br />
van 160°. Intussen roux maken van bloem/boter<br />
en dit tot (vrij dunne) saus binden met gezeefde<br />
tomaten (of ½ blik tomatenblokjes) en 3 eetlepels<br />
zure room, op smaak maken met peper en zout.<br />
Over het vlees en nog eens 20 min. in de oven. Bij<br />
rijst of pasta.<br />
52<br />
Spaanse gehaktballen: ½ pond (runder-)gehakt<br />
mengen met ½ gesnipperde ui, ½ theelepel paprikapoeder,<br />
snuf gemberpoeder en peper en zout<br />
naar smaak. Bruine boterham erop leggen en<br />
daar warme (blokjes)bouillon en 3 eetlepels sherry<br />
overheen gieten: met de handen (of een vork)<br />
alles goed door elkaar mengen, evt. nog wat melk<br />
erbij en/of paneermeel (of beschuitkruim). Op<br />
smaak maken met zout en peper. Enkele afgeplatte<br />
ballen vormen en deze in 2 eetlepels hete<br />
olie of margarine snel bruin bakken. Er zo nodig<br />
nog wat vet bij en daarin ½ ons rookspek-in- stukjes<br />
uitbakken: daar een tomaat, een in reepjes<br />
gesneden paprika, 1 ons champignons-in-plakjes<br />
en ½ gesnipperde ui aan toevoegen, en naar<br />
smaak peper en zout of aroma. Dan middenin<br />
voorverwarmde oven van 220°, er evt. ook nog<br />
een aantal zwarte olijven omheen gelegd, en in 20<br />
min. gaar laten worden. Bij rijst.<br />
Oriëntaalse gehaktballetjes 1): ½ pond rundergehakt<br />
mengen met theelepel gemberpoeder, 1½<br />
eetlepel paneermeel, 1 ei en wat zout, en tot 10<br />
kleine balletjes draaien. In wadjan 2 eetlepels olie<br />
verhitten en daarin de balletjes in ca. 5 min. voorzichtig<br />
(!) rondom bruin bakken. Uit de pan nemen<br />
en in het (wat aangevulde) bakvet ca. 3 min.<br />
'roer'-fruiten: 1 gesnipperd uitje, wat sambal oelek,<br />
½ eetlepel kerriepoeder, 1 theelepel koriander en<br />
½ theelepel kaneel. Dan ½ pond tomaten erbij<br />
(evt. uit blik, maar dan zonder het sap), ½ blikje<br />
tomatenpuree en 1½ dl blokjesbouillon: ca. 10<br />
min. op laag vuur stoven, onder af en toe roeren.<br />
Gehaktballen er weer bij en nog eens 10 min.<br />
zachtjes stoven. Op smaak maken met zout en zo<br />
nodig wat room. Bij rijst of pasta.<br />
Oriëntaalse gehaktballetjes 2): ½ pond gehakt<br />
aanmaken met blokjes brood geweekt in melk en<br />
vervolgens met 2 eetlepels pindakaas en gefruit<br />
gesnipperd uitje. Dan 1 ei, 1 theelepel sambal<br />
oelek, 1 eetlepel gemalen kokos en ½ theelepel<br />
kerrie erdoor. Dan nog eetlepel rozijnen erdoor en<br />
walnootgrote balletjes ervan draaien: deze in 5-10<br />
min. in wadjan in wat olie rondom bruin en gaar<br />
bakken. Serveren met pindasaus (zie pag.112) bij<br />
rijst, of als rijsttafelgerechtje.<br />
Oriëntaalse gehaktballetjes 3): aubergine in<br />
plakken snijden en in vergiet ruim bestrooien met<br />
(zee)zout: ½ uurtje laten ‘uitzweten’, daarna afspoelen<br />
en drogen en ca. 5 min. bakken in olie, 1<br />
x kerend. Dan in foodprocessor of met staafmixer<br />
mengen met ½ pond gehakt, broodkruim of<br />
paneermeel, gesnipperd uitje, piment, komijn en<br />
peper en zout naar smaak. Na ½ uurtje opstijven<br />
in koelkast er kleine balletjes van kneden en opnieuw<br />
opstijven. Daarna frituren in (laagje) olie.<br />
Serveren in een tomatensaus, bij (basmati) rijst.
Turkse gehaktballen: ½ pond (runder-)gehakt<br />
aanmaken met gesnipperd sjalotje, ½ theelepel<br />
kummelzaadjes, ¼ theelepeltje koriander, mespunt<br />
kruidnagelpoeder én kaneel, zout en peper.<br />
Hiervan 6 balletjes kneden en deze in 50 g margarine<br />
op matig vuur (!) bruin bakken. Er dan een<br />
gesnipperd uitje bij en deze even glazig fruiten; dan<br />
nog ½ dl hete blokjesbouillon erbij en het gehakt<br />
hierin in ca. 40 min. gaar laten worden, tot het<br />
vocht vrijwel is verdampt. Er dan (pas) ca. 1 dl<br />
Turkse yoghurt bij doen en dit in ruim 5 min. goed<br />
warm laten worden (zonder koken): het gaat wel<br />
schiften doch dit doet aan de smaak niets af.<br />
Serveren bij rijst.<br />
Zwitserse gehaktballen: ½ pond gehakt aanmaken<br />
met eetlepel water, zout en peper en daar 4<br />
platte langwerpige 'koeken' van vormen: 2 daarvan<br />
bedekken met een plak (liefst Emmenthaler) kaas<br />
en een plak gekookte ham, daarop de beide resterende<br />
'koeken' en even goed aandrukken (de uitstekende<br />
kaas en ham afsnijden). Op niet te hoog<br />
vuur in ca. 15 min. langzaam bruin en gaar bakken,<br />
dan het gehakt eruit nemen en warm houden op<br />
verwarmde schaal. In het braadvet 250 g (1 doos)<br />
fijngesneden champignons fruiten en daarover<br />
bloem strooien, dit even laten garen en dan 1 dl<br />
melk en ½ dl room erdoor roeren en op laag vuur<br />
tot saus laten sudderen. Op smaak maken met<br />
peper, zout en nootmuskaat. Serveren bij rijst.<br />
Italiaanse gehaktballen: ½ pond gehakt aanmaken<br />
met snee geweekt (weer wat uitgeknepen)<br />
brood, ½ losgeklopt ei, 2 eetlepels geraspte oude<br />
kaas, 1 eetlepel gesnipperde peterselie, ½ eetlepel<br />
oregano, zout en zwarte peper. Hiervan zes ballen<br />
vormen en deze in ruim (!) hete olijfolie, waarin<br />
gesnipperde ui is aangefruit, in ca. 10 min. aan alle<br />
kanten flink bruin bakken. Uit de pan nemen en<br />
warm houden en in (deel van) de olie blik gepelde<br />
tomaten aan de kook brengen: tot puree drukken<br />
en evt. nog ½ blikje tomatenpuree toevoegen. Er<br />
wat water, peper en zout (en zo nodig wat suiker)<br />
bij doen en even laten doorkoken: deze saus over<br />
de gehaktballen gieten. Serveren bij macaroni of<br />
(risotto)rijst.<br />
Slavinken: ½ pond gehakt aanmaken met nootmuskaat,<br />
peper en zout en tot 4-tal 'taaie' rolletjes<br />
kneden. Deze (geheel!) omwikkelen met (in totaal<br />
2 x 4) plakjes ontbijtspek. Op matig-heet vuur in<br />
ca. 40 g margarine bruin bakken, met de 'naad'<br />
naar beneden, dan scheutje water erbij en op laag<br />
vuur in ca. 20 min. verder gaar stoven.<br />
53<br />
HAMBURGERS<br />
Klassieke hamburger: ½ pond rundergehakt (of<br />
zelfs tartaar!) mengen met een onsje gesnipperde<br />
ui, een losgeklopt ei, en naar smaak peper en<br />
zout. Goed kneden en hiervan 2 platte schijven<br />
vormen. In 25 g margarine op vrij hoog vuur snel<br />
beiderzijds bruin bakken, en dan op laag vuur in<br />
8-10 min. verder gaar braden (afhangend van de<br />
gewenste gaarheidsgraad). Hiermee een (bijv. in<br />
de oven bij 100°) opgewarmd hard broodje 'vullen',<br />
samen met slablaadje en tomatenketchup en<br />
augurkjes.<br />
Paprikaburger: als boven, maar aan het gehaktmengsel<br />
ook nog toevoegen ½ fijngesneden<br />
groene paprika, klein beetje sambal oelek, ½<br />
eetlepel paprikapoeder en mespunt oregano.<br />
Gevulde hamburger: ½ pond rundergehakt (of<br />
tartaar) mengen met eierdooier en scheutje room<br />
en op smaak maken met peper en zout: er dan 2<br />
ballen van kneden. In koekepan ½ gesnipperd<br />
uitje samen met 4-tal gesnipperde champignons<br />
en plakjes fijngesneden bacon goudbruin fruiten<br />
tot alle vocht verdampt is: er dan ½ eetlepel gesnipperde<br />
peterselie door roeren. In elke gehaktbal<br />
een 'holletje' drukken en vullen met het wat<br />
afgekoelde mengsel. Daarna de bal weer dichtdrukken<br />
en op hoog vuur in 25 g margarine snel<br />
aan beide kanten bruin bakken. Vervolgens op<br />
matig vuur in ca. 10 min. gaar braden.<br />
Blue burger: ½ pond rundergehakt mengen met<br />
25 g blauwe kaas en 25 g monchou (of kwark). Er<br />
2 ronde ballen van vormen en deze op hoog vuur<br />
in 25 g margarine beiderzijds bruin bakken en<br />
verder op matig vuur in ca. 10 min. gaar braden.<br />
Het braadvet afblussen met blokjesbouillon, de<br />
aanbaksels losmakend.<br />
Variant: 2 sneetjes oud witbrood (zonder korst) in<br />
mengbeker tot kruim malen en mengen met<br />
onsje blauwe kaas, 25 g boter en een ei: hiervan<br />
4 'kaasburgers' kneden en laten opstijven in<br />
koelkast. Even door de kokos wentelen en in (niet<br />
te) hete olie beiderzijds bruin bakken.<br />
Zie verder<br />
voor oosters gehakt bij rijst pag. 115 & 122,<br />
voor gehaktsausen bij pasta pag. 124 e.v.,<br />
voor gehaktsausen bij bonen pag. 104 e.v.,<br />
voor gehakt bij stamp- en stoofpotten pag. 95<br />
(Grouster pot en Franse jachtschotel) en 98<br />
(Moussaka), voor spinazieschotels pag. 89 en<br />
voor gehakt in baksels pag. 154/156.
54<br />
GEHAKTBROOD (kan zowel warm als koud worden gegeten, zoals paté.) .<br />
Meatloaf 1): pond gehakt al knedend mengen met<br />
60 g paneermeel (of broodkruim), een ei, scheut<br />
room, gesnipperde ui, theelepel oregano, ietsje laurier(poeder),<br />
snufje nootmuskaat en peper en zout<br />
naar smaak. Hiermee ingevette vuurvaste schaal<br />
(liefst in 'broodvorm') vullen en daarover een<br />
vingerdikke laag gieten van een saus samengesteld<br />
uit: 1-2 dl tomatenketchup, ½ ons bruine<br />
suiker en 1½ theelepel mosterd. Deksel (of folie)<br />
op de pot en ca. 50 min. in oven van 180°.<br />
Meatloaf 2): pond rundergehakt mengen met een<br />
ei dat eerst is losgeklopt met dl gezeefde tomaten<br />
of tomatensap(!) en vermengd met 6 eetlepels<br />
paneermeel (of broodkruim): even op elkaar laten<br />
inwerken. Dan erbij voegen 2 fijngehakte stengels<br />
bleekselderij en 4 fijngesneden lenteuitjes met veel<br />
groen (of sjalotjes), en naar smaak peper en zout<br />
en theelepeltje paprikapoeder. Dit in een licht ingevette<br />
(cake-)bakvorm: stevig aandrukken en de<br />
bovenkant glad strijken. Dan ca. 1 uur iets onder<br />
het midden in oven van 180°.<br />
Italiaans gehaktbrood: pond gehakt in mengkom<br />
vermengen met 4 in melk geweekte boterhammen<br />
zonder korst, 1-2 losgeklopte eieren, onsje mager<br />
rookspek (of droge ham) in stukjes, ons geraspte<br />
Parmezaanse kaas en 2 eetlepels gesnipperde<br />
peterselie: op smaak maken met peper en zout.<br />
Dan er een ‘brood’ van vormen en deze minstens<br />
een uur in koelkast laten opstijven. In braadslee in<br />
olijfolie op matig vuur 5 -10 min. aanbakken tot de<br />
onderkant goudbruin is, voorzichtig omkeren, 1-2 dl<br />
droge witte wijn erbij en nog 5 min. bakken tot de<br />
wijn licht is ingekookt. Dan blik tomaten erbij en afgedekt<br />
met aluminiumfolie 3 kwartier in voorverwarmde<br />
oven van 160°. Op plank afgedekt laten<br />
betijen, intussen de aanbaksels in de braadslee los<br />
schrapen met houten lepel en iets laten inkoken,<br />
op smaak maken met zout en peper en dan deze<br />
saus over het in plakken gesneden gehaktbrood.<br />
Italiaans gehaktbrood 2: ½ pond gehakt samenkneden<br />
met ½ ons fijngesneden rookspek, 1 eierdooier,<br />
2 eetlepels melk, oregano(!), peper, zout,<br />
50 g geraspte (Parmezaanse) kaas en evt. fijngesnipperde<br />
peterselie - tot stevig 'brood'. Deze door<br />
de bloem wentelen en in olijfolie(!) bruin bakken. In<br />
het bakvet een fijngesneden ui en nog wat rookspek<br />
fruiten, tomaten-uit-blik erbij, aan de kook<br />
brengen en zachtjes laten sudderen; dan oregano<br />
en basili-cum erdoor en evt. nog klein blikje<br />
tomatenpuree én wat zure room. Warm serveren<br />
bij pasta of rijst.<br />
Hongaars gehaktbrood: pond gehakt mengen<br />
met ½ pond gekookte en geprakte aardappelen, -<br />
1 ei, 1 geraspte ui, ½ groene paprika en/of enkele<br />
takjes peterselie (zéér klein gesneden), 1 theelepel<br />
paprikapoeder, ½ theelepel kummel, peper<br />
en flink wat zout (en evt. wat sambal). Van het<br />
aangemaakte gehakt broodvorm maken (zo<br />
nodig nog wat paneermeel erdoor) en na rondom<br />
paneren verpakken in aluminiumfolie en in ca. 1<br />
uur gaar bakken in oven van 220°. Kwartier voor<br />
einde van de baktijd folie aan bovenkant open<br />
vouwen en klontjes boter erover verspreiden.<br />
Serveren bij (variant van) aardappelpuree.<br />
Zweeds geglaceerd gehaktbrood: pond gehakt<br />
aanmaken als bij Hollandse gehaktballen (pag.<br />
51) maar met gesnipperde ui erdoor, en in ingevette<br />
cake-(brood-)vorm in oven van 180° in ca. 1<br />
uur gaar bakken. Afgieten (kookvocht bewaren)<br />
en in de vorm laten afkoelen, dan op platte ovenschaal<br />
storten en aan alle kanten bestrijken met<br />
vooraf gemaakte aardappelpuree (zie pag. 76).<br />
Dan nog 10-15 min. in oven van 220° tot de<br />
pureeranden goudbruin zijn. Het vleesnat op dikte<br />
en smaak brengen met bouillon en evt. maïzena<br />
- en erbij serveren.<br />
Arabisch gehaktbrood: pond (evt. half-om-half<br />
runder- en lams-)gehakt in ruime schaal mengen<br />
met: 75 g ui en (hooguit!) 10 g verse koriander<br />
(inclusief de steeltjes, samen fijn gemaakt in<br />
mengbeker), ½ eetlepel komijnzaadjes (fijngewreven<br />
in een vijzel), 5-10 kardemomzaaddozen<br />
(eerst gepeld en dan de zaadjes fijngestampt in<br />
vijzel), ½ theelepel cayennepeper, versgemalen<br />
zwarte peper en zout naar smaak. Het goed<br />
aangemaakte gehakt in een ovenschaal doen en<br />
oppervlak glad strijken: dan ca. ½ uur in oven van<br />
180°. Braadvet er goeddeels afgieten en het<br />
gehakt bedekken met uitgelekte (blik)tomaten (in<br />
stukjes), bestrooid met oregano: dan nog eens 15<br />
min. in de oven. Serveren bij bijv. rijst.<br />
Gehaktbrood met appel: pond gehakt met een<br />
gesnipperde ui, 2 appels-in-blokjes, 4 eetlepels<br />
paneermeel, los geroerd ei, 2 theelepels gedroogde<br />
(of 2 takjes verse) salie, zout en peper<br />
aanmaken. Dan in ingevette patévorm drukken,<br />
bestrijken met mengsel van 2 eetlepels basterdsuiker<br />
en 3 eetlepels mosterd en in ca. 50 min. in<br />
oven van 180° gaar bakken. Serveren bij bijv.<br />
andijviestamppot.
Tourtière (Canadese pastei): door 125 g gezeefde<br />
bloem (met theelepeltje zout) 60 g harde boter<br />
in hele kleine stukjes snijden; een ei loskloppen<br />
met 2 eetlepels melk (of ongeveer dezelfde hoeveelheid<br />
yoghurt of kwark) en dit samen met de<br />
bloem tot een samenhangend deeg kneden: dat<br />
minstens 1 uur op een koele plaats laten rusten.<br />
Gesnipperde ui (en evt. een sjalotje) op zacht vuur<br />
even fruiten in wat boter (of margarine), dan ½<br />
pond (runder)gehakt al roerend en prakkend erin<br />
rul en bruin bakken: erbij doen 2 eetlepels heet water,<br />
2 eetlepels gesnipperde peterselie, 1 theelepeltje<br />
zout, ¼ theelepeltje grof-gemalen peper en<br />
paar theelepeltjes (gedroogde) salie. Onder een<br />
deksel 20 min. laten sudderen op zeer laag vuur.<br />
Zo nodig 'binden' met tomatenpuree en/of een<br />
losgeklopt ei. Het deeg verdelen in 2 ongelijke<br />
helften, in de koelkast even weer laten opstijven en<br />
dan uitrollen tot 2 lappen: één voor de vorm, de<br />
ander als deksel. Met de grootste lap een ingevette<br />
springvorm bekleden: hier het vleesmengsel op<br />
scheppen en dan bedekken met de andere lap<br />
(evt. versierd met wat overgebleven deegresten).<br />
In deegdeksel enkele ronde gaatjes prikken voor<br />
het 'stoom afblazen'. Dan ca. 45 min. middenin<br />
voorverwarmde oven van 180° tot de pastei gaar is<br />
en de korst goudbruin gekleurd (zo nodig op het<br />
laatst nog even bovenin de oven of onder de grill).<br />
Serveren bij bijv. bulgur (pag. 120).<br />
Gehakt in bladerdeeg: 1 pond rundergehakt in<br />
een kom mengen met 1 ei, 25 g geraspte (liefst<br />
Parmezaanse) kaas en 2 eetlepels witte wijn; op<br />
smaak maken met peper en zout en er dan een<br />
soort 'brood' van vormen. Deze in 4 eetlepels (olijf-)<br />
olie rondom dichtschroeien in de braadpan, en er<br />
dan een gesnipperd uitje bij met een fijngesneden<br />
winterwortel en dito stengel bleekselderij: dan met<br />
de deksel op de pan 20 min. zachtjes smoren.<br />
Daarna het stoofvocht zeven en de achterblijvende<br />
groenten zéér fijn maken (in mengbeker met<br />
staafmixer) samen met 1 ons gekookte ham (in<br />
blokjes), en daar dan 3 eetlepels slagroom (of<br />
crème fraîche) door roeren (of mixen) en ½ losgeklopt<br />
ei, 25 g geraspte kaas, nootmuskaat, zout en<br />
wat peper. Intussen 7 plakjes (roomboter-)bladerdeeg<br />
ontdooien en uitrollen tot rechthoekige lap:<br />
hierop het gehaktbrood, met daarover verdeeld het<br />
ham-groentemengsel, dan zorgvuldig dicht-vouwen<br />
en -plakken. De bovenkant bestrijken met losgeklopt<br />
ei en 25-30 min. bakken in voorverwarmde<br />
oven van 200°. Pas in plakken snijden na 10 min.<br />
betijen en afkoelen.<br />
55<br />
Gehaktschotel uit de oven: mengsel van pond<br />
rundergehakt, 3 gesnipperde sjalotjes, 1 ei, 1 eetlepel<br />
fijngeknipte peterselie, 2 eetlepels paneermeel,<br />
klein theelepeltje zout en ½ theelepel peper<br />
in ingevette (hoge) ovenschaal, bestrooien met<br />
eetlepel paneermeel, daarover klontjes margarine<br />
verspreiden en dan middenin oven van 200° in<br />
ca. 25 min. gaar bakken. Hierop eindeloos te<br />
variëren met bijv. paprika, ham, champignons,<br />
olijven en kruiderij.<br />
Gehaktpasteitjes: ½ pond gehakt aanmaken<br />
met theelepel majoraan, eetlepel bloem,<br />
eetlepel(s) wijn én Madeira, wat tomatenpuree,<br />
eierdooier en (cayenne)peper en zout naar<br />
smaak – en als laatste het stijfgeklopte eiwit<br />
erdoor spatelen. Dan over doen in beboterde<br />
ovenvaste schaaltjes en deze ca. ½ uur middenin<br />
voorverwarmde oven van 180° tot ze gaar én<br />
luchtig zijn geworden. Als lunchgerechtje of bij<br />
gebakken aardappels.<br />
Geroosterde gehaktspitjes: ½ pond rundergehakt<br />
aanmaken met geraspt uitje, ½ eetlepel<br />
komijn, ¼ eetlepel koriander, 2 eetlepels gesnipperde<br />
peterselie en zout en peper naar smaak.<br />
Per 2 eetlepels van het mengsel om een (houten<br />
of metalen) satéstokje drukken en iets afplatten.<br />
Dan bestrijken met olie en bestrooien met<br />
paprikapoeder – en op ingevet rooster onder<br />
voorverwarmde grill tot bruin en gaar. Serveren<br />
met dipsausje van yoghurt met daarin gesnipperde<br />
bosuitjes, gedroogde munt, peper en zout.
PATÉ(S)<br />
Varkenspâté (zonder lever!): pond (goed gemalen)<br />
varkensgehakt aanmaken met 8 geplette jeneverbessen,<br />
theelepel rozemarijn, theelepel kruidnagelpoeder,<br />
theelepel nootmuskaat, peper en<br />
zout naar smaak en 5 eetlepels sherry (of witte<br />
wijn). Daarna dit mengsel minstens 2 uur laten<br />
betijen in koelkast. Er dan nog losgeklopt(e)<br />
ei(eren) en 2 eetlepels gesnipperde peterselie door<br />
werken - en in een met reepjes ontbijtspek beklede<br />
patévorm (of ovenschaal) scheppen. Goed afdekken<br />
(en afsluiten!) met een (vrij slap) deeglapje,<br />
gemaakt van bloem, snuf zout en water, dat nog<br />
net is uit te rollen. Dan ca. uur in voorverwarmde<br />
oven van 180°. Kan zowel warm als koud worden<br />
gegeten.<br />
Franse boerenpâté: door een vleesmolen (laten)<br />
malen: ½ pond varkenslever, ½ pond doorregen<br />
speklappen, 1½ ons ontbijtspek en 1 ons vet spek<br />
(en evt. ook nog ½ pond runderlappen) - daarna<br />
mengen met een net glazig gefruite gesnipperde ui<br />
(én evt. sjalotje en champignons), ½ theelepel<br />
foelie, 1 theelepel tijm, 8 fijngestampte jeneverbessen,<br />
zout, peper, (evt.) bekertje slagroom en 4<br />
eetlepels cognac (of madeira). Een pâtépotje<br />
bekleden met dunne plakjes ontbijtspek, de pâté<br />
erin scheppen, afdekken met (dezelfde) spek en<br />
hier en daar een laurierblaadje erop leggen. De pot<br />
afsluiten met deksel of aluminiumfolie en dan 1¼-<br />
1½ uur onderin een voorverwarmde oven van 180°<br />
(in een met een laagje water gevulde braadslee!).<br />
Pas de volgende dag serveren.<br />
Verse roompâté: 1½ ons varkenslever-in-blokjes<br />
en ½ pond kippelevertjes samen 1 uur wegzetten<br />
in wat melk, daarna goed uit laten lekken. In wat<br />
margarine 2 grof gesneden uien (en evt. sjalotje)<br />
fruiten, en dan de lever ca. 5 min. mee-bakken, al<br />
omscheppend(!). Dan erdoor doen 1 eetlepel Provençaalse<br />
kruiden, zout, peper én cayennepeper -<br />
en 4 eetlepels droge sherry (en evt. evenveel oude<br />
jenever) - en nog ca. 5 min. zachtjes laten smoren.<br />
Pas daarna alles door een vleesmolen werken, en<br />
er achteraan een verbrokkelde beschuit. Bekertje<br />
slagroom (zeer!) stijf kloppen en door de pâtémassa<br />
mengen: dan in een vorm een paar uur<br />
laten opstijven in de koelkast. Op z'n vroegst de<br />
volgende dag serveren.<br />
56<br />
Omdat het een soort pâté is hier vermeld:<br />
Mousse van kippelevertjes (zonder vlees!): 3<br />
ons kippelevertjes (eerst ontdaan van de vezeltjes)<br />
ca. 4 min. smoren (ze moeten van binnen<br />
nog iets rose blijven!) in 25 g margarine, waarin<br />
eerst grote gesnipperde ui is gefruit, samen met<br />
een sjalotje en eetlepel laurierpoeder. Dan alles<br />
uit de pan scheppen en de aanbaksels losweken<br />
met 2 eetlepels jenever en evenveel cognac.<br />
Vervolgens de levertjes in een mengbeker<br />
pureren, samen met de bakjus én met (flinke)<br />
theelepel zout, 10-tal jeneverbessen, theelepel<br />
oregano, theelepel basilicum en mespunt tijm.<br />
Even door een zeef halen, terug in de mengbeker<br />
en er 1 ons boter door mengen: dan in een pâtévorm<br />
over doen. Evt. een 'gelei' eroverheen van<br />
bijv. cranberries.
57<br />
KALFSVLEES IN HET KORT (kalfsvlees is evt. te vervangen door varkensfricandeau of kipfilet)<br />
Kalfsfricandeau prins Orloff (6-10 personen): kilo<br />
kalfsfricandeau goed afdrogen en in ons boter<br />
(waarin evt. eerst ons fijngesneden ontbijtspek is<br />
uitgebakken) aanbraden en dan bestrooien met<br />
peper en zout en mét de braadboter in een ovenschaal<br />
ca. 1 uur in de oven bij 240°, regelmatig<br />
bedruipend en zo nodig het vocht nog wat aanvullend,<br />
bij voorkeur met wijn. Als het vlees dan al<br />
mooi van kleur is geworden erbij: ½ pond fijngesneden<br />
winterwortel (of champignons: minder<br />
zoet) en 1 gesnipperde grote ui. Daarna de oventemperatuur<br />
temperen tot 180°: af en toe roeren en<br />
wat van de groente over het vlees scheppen. Dan<br />
de groenten met een schuimspaan overdoen in<br />
een pan en er 30 g bloem over strooien: met de<br />
staafmixer mengen, even laten garen op het vuur<br />
en dan 3 dl melk erdoor 'mixen'; na weer even<br />
koken 3 dl bouillon erbij, samen met ca. 4 eetlepels<br />
gesnipperde peterselie en ca. 2 eetlepels (geweekte<br />
gedroogde) dragon, opnieuw roerend en fijnmakend<br />
met de mixer (óf het geheel door een roerzeef<br />
halen) en op smaak maken met peper en<br />
zout. Het grote stuk vlees insnijden op afstanden<br />
van ca. 1½ cm tot drie-kwart van de hoogte en de<br />
inkepingen wat uit elkaar trekken: deze één-vooréén<br />
vullen met het groentemengsel en de rest<br />
erover doen. Een blanke roux maken van boter/<br />
bloem en dit met melk tot een gladde saus roeren:<br />
daar losgeklopt ei en 2 eetlepels geraspte oude<br />
kaas door en over het vlees gieten; dan daarover<br />
nog weer een laagje geraspte kaas strooien en<br />
opnieuw even in de oven - nu bij 280°, tot het mooi<br />
van kleur is geworden (óf ca. 30 min. bij een lagere<br />
oventemperatuur van 200° en bij te bruin worden<br />
folie erover). Serveren bij aardappelpuree.<br />
Kalfsoesters Malmedy: 1½ dl (kalfs-)fond (zie onderaan<br />
pag. 19) met 2 dl rode wijn aan de kook<br />
brengen, samen met takje tijm, en zachtjes tot de<br />
helft laten inkoken. Dan 4 drooggedepte kalfs-(of<br />
varkens-)oesters, ingewreven met peper en zout,<br />
in 30 g goed-hete (afgeschuimde) boter in ca. 8<br />
min. aan weerszijden bruin bakken. Uit de pan nemen<br />
en aanzetsels met wat water of bouillon los<br />
roeren en min. laten inkoken: dan door een zeef bij<br />
de saus gieten, aan de kook brengen en op smaak<br />
maken met peper en zout. Van het vuur af er klontjes<br />
boter door kloppen. Over de warm-gehouden<br />
oesters en serveren met gesnipperde peterselie.<br />
Parmezaanse kalfsoesters: pond kalfsoesters<br />
(in 'vierkantjes' gesneden) door losgeklopt ei<br />
halen en dan door mengsel van broodkruim,<br />
Parme-zaanse kaas, peper en zout. In<br />
ovenschaal 40 g boter smelten en daar het vlees<br />
in één laag in schikken, even wentelend in de<br />
boter. Dan 20 min. in oven van 200°: hierna vlees<br />
omkeren en nog eens 15 min. laten bakken.<br />
Intussen in braadpan in 3 eetlepels olijfolie ui-inringen<br />
zachtjes fruiten, dan pond tomaten-uit-blik,<br />
3 eetlepels tomaten-puree, theelepel suiker en<br />
theelepel oregano erbij en naar smaak peper en<br />
zout: sudderend laten inkoken, dan over het vlees<br />
gieten en voor het opdienen even goed doorwarmen.<br />
Garneren met peterselie.<br />
Vitello tonnato: in (pond) kalfsfricandeau inkervingen<br />
maken en deze vullen met stukjes augurk.<br />
Dan langzaam aan de kook brengen in een pan<br />
met 1½ dl witte wijn, 1½ dl bouillon, grote ui-inringen,<br />
ansjovisfilet, zout, peper en evt. nog wat<br />
(verse) soepgroenten en zoveel water dat het<br />
vlees nét onder komt te staan. Met de deksel op<br />
de pan een uurtje zachtjes laten koken, dan het<br />
vlees eruit nemen en in iets van het kookvocht<br />
laten afkoelen (en dan evt. verpakken in folie).<br />
Het (overige) kookvocht inkoken tot 2 dl en<br />
zeven: de mee-gekookte ui fijnsnijden en er dan<br />
weer door doen, samen met eetlepel kappertjes<br />
én een blik tonijn-in-olie (uitgelekt!). Alles met de<br />
staafmixer tot gladde saus mengen en wat laten<br />
afkoelen: dan 2 flinke eetlepels mayonaise erdoor<br />
(óf zelf mayonaise maken, daar de kappertjes en<br />
de room door en zoveel van het kookvocht dat er<br />
een vrij dikke saus ontstaat). Het koude (!) vlees<br />
in dunne plakken snijden, garneren met kappertjes<br />
en overgieten met de saus en dan nog eens<br />
een nacht laten intrekken.<br />
Eenvoudiger variant: kant-en-klare kalfs-(of<br />
varkens-)fricandeau - als vleeswaar - in vrij dikke<br />
plakken en hierover de volgende saus: een blikje<br />
tonijn in mengbeker pureren, mét het sap van een<br />
citroen en eetlepel kappertjes en zoveel van de<br />
tonijnolie (en/of mayonaise) dat een gladde saus<br />
ontstaat.<br />
N.B.: deze tonijnsaus kan ook worden opgediend<br />
met een plakje ham eromheen, als voorafje.
Osso bucco: kalfsschenkel(s) rondom even insnijden<br />
(om kromtrekken tijdens het bakken te<br />
voorkomen), kruiden met peper, zout en nootmuskaat<br />
en bestuiven met bloem, en in 30 g margarine<br />
(of boter) aan alle kanten flink bruin bakken. Dan<br />
gesnipperde ui erbij en glazig fruiten en evt. wat<br />
fijngesneden (bleek)selderij en wortel: 2 dl droge<br />
witte wijn en dezelfde hoeveelheid blokjesbouillon<br />
erbij én 1 eetlepel tomatenpuree, en met deksel op<br />
de pan ca. 2 uur zachtjes sudderen. Op het laatst<br />
toevoegen theelepel(s) citroen-(of sinaasappel-)<br />
rasp en fijngesnipperde peterselie: dit nog even<br />
mee laten stoven. Bij risotto of aardappelpuree.<br />
Piccata: 2 zéér dun uitgeslagen schnitzels (evt. in<br />
repen gesneden) bestrooien met zout en bloem.<br />
Dan in hete boter hooguit 4 min. bakken, nu en dan<br />
omscheppend. Het vlees uit de pan nemen en bij<br />
de braadboter doen: eetlepel(s) gesnipperde peterselie,<br />
gesnipperd sjalotje (of zomeruitje) en groot<br />
glas marsala (óf medium sherry óf madeira) en dit<br />
goed garen, met zo nodig wat blokjesbouillon erbij.<br />
Dan het vlees er weer bij, met wat druppels citroensap.<br />
Met deksel op de pan nog kort sudderen.<br />
Serveren bij pasta, bijv. tagliatelle.<br />
Italiaanse kalfsschnitzels: 2 schnitzels (á 1½<br />
ons) kruiden met peper en zout en eerst door de<br />
bloem wentelen, daarna door losgeklopt ei en tenslotte<br />
door mengsel van Parmezaanse kaas en<br />
paneermeel: in eetlepel (olijf-)olie snel beiderzijds<br />
bruin bakken. In bakvet gesnipperde ui glazig<br />
fruiten en dan blik tomaten (+ evt. blikje tomatenpuree),<br />
mespunt suiker, snufje tijm, peper en zout<br />
erdoor: na 10 min. pruttelen de helft overdoen in<br />
ondiepe ovenschaal, dan vlees erbij, dit beleggen<br />
met 1 ons mozzarella-in-plakjes, en daarover de<br />
rest van de tomatensaus. Onder deksel (of folie)<br />
15-20 min. in voorverwarmde oven van 200°.<br />
Serveren bij rijst (met bijv. komkommersalade) of<br />
bij pasta.<br />
Italiaanse schnitzels met citroensaus: enkele<br />
extra dun ´uitgerolde´ schnitzels van ca. 1 ons besprenkelen<br />
met citroensap en kruiden met peper<br />
en zout. Dan door bloem gemengd met zout en<br />
peper halen en heel kort om-en-om bakken in<br />
olijfolie. Een lepel van het bloemmengsel door het<br />
bakvet met aanbaksels roeren en even laten<br />
garen. Dan citroensap en kippebouillon erdoor en<br />
even mee-bakken, dan flink wat citroenrasp erbij<br />
en fijn-geknipte peterselie, en met flinke klont boter<br />
tot saus roeren. Hier de schnitzels heel even weer<br />
in laten warmen (niet meer koken). Bij tagliatelle.<br />
58<br />
Wiener Schnitzel: 2 dunne kalfs-(evt. varkens-)<br />
schnitzels (van ca. 1 ons) inwrijven met peper en<br />
zout: door de bloem halen, vervolgens door melk<br />
(óf losgeklopt ei) en tenslotte door paneermeel. In<br />
½ ons hete boter in ca. 6 min. (2 x 3 min.) beiderzijds<br />
bruin, gaar en knapperig bakken. Uit de pan<br />
nemen en warm houden. In de braadboter wat<br />
citroensap druppelen en dat dan over het vlees<br />
gieten. Elke schnitzel garneren met een schijfje<br />
citroen waarop evt. opgerolde ansjovisfilet met<br />
wat kappertjes. Serveren bij gebakken aardap-<br />
pelen, met bijv. appelmoes (pag. 79) of rabarbermoes<br />
(pag. 86).<br />
Hongaarse vleesflensjes: ca. 1 ons gesnipperde<br />
ui fruiten in ½ ons margarine, daar paprikapoeder<br />
over strooien en ½ pond kalfsvlees-in-stukjes er<br />
bij, samen met wat sambal oelek en evt. een<br />
scheutje rode wijn: onder deksel gaar stoven, dan<br />
het vlees met een schuimspaan eruit nemen en<br />
zeer fijn maken. De helft van de vleesjus mengen<br />
met eetlepel room, daar het fijngemaakte vlees<br />
bij en tot stevige massa inkoken, waarmee 6-8<br />
flensjes (zie pag. 137) zijn te vullen. De rest van<br />
de jus even opkoken en mengen met mengsel<br />
van (zure) room en bloem: over de flensjes in een<br />
ovenschaal en in de oven goed doorwarmen.<br />
Zwitsers (Zürcher) 'geschnetzeltes': pond(je)<br />
kalfsvlees (of evt. varkensschnitzel) in reepjes<br />
(laten) snijden en bestrooien met peper, zout en<br />
foeliepoeder (!): dan eetlepel bloem erover en<br />
even goed door elkaar halen. In 50 g zeer hete<br />
(uitgebruiste) boter even goed dichschroeien (evt.<br />
beetje bij beetje), dan vlees eruit en al warm<br />
houdend verder laten garen. In de bakboter 2 ons<br />
gesnipperde ui en ½ ons fijngesneden winterwortel<br />
en/of 2 ons champignons fruiten, dan dit<br />
afblussen met ½ dl witte wijn en 1½ dl water:<br />
even zacht laten doorkoken (en evt. zeven), dan<br />
het vlees er weer bij en even goed warm laten<br />
worden. Er tenslotte nog ¼ dl room door roeren.<br />
Serveren bij spaghetti of rösti (pag. 78).<br />
Variant met paddestoelen: vlees als boven en<br />
dan een roux maken van de in de bakboter gefruite<br />
gesnipperde ui. Met het kookvocht van 1<br />
pond paddestoelen in soorten (bijv. champignons,<br />
cantharellen en oesterzwammen: ca. 5 min. gekookt<br />
in wat bouillon) tot een gladde saus roeren<br />
en daar het vlees (en de paddestoelen) weer<br />
goed warm in laten worden. Dan room en borrelglas<br />
port erdoor roeren (maar dan niet meer laten<br />
koken). Serveren bij pasta.
KIP (aan één stuk of in stukken)<br />
in de oven: (de kip wordt hierin veelal wat bruiner,<br />
maar ook gauw wat te droog!)<br />
Ouderwets gebraden kippetje:<br />
braadkip (van ruim kg) goed drogen en bestrijken<br />
met zout én binnenin rondom bestrijken met zout,<br />
peper en evt. tijm. Dan met de poten omhoog in<br />
ovenschaal, bestrijken met boter of olie en ruim 1<br />
uur iets onder het midden in oven van 200° (al na<br />
10 min. temp. verlagen tot 120°!). Na braden nog<br />
15 min. laten rusten, verpakt in aluminiumfolie.<br />
N.B.: nóg ouderwetser is gewoon in de pan…<br />
Variant met aardappelen:<br />
50 g zachte boter mengen met fijngehakte salie-<br />
blaadjes, majoraan, tijm, peper en zout en dit in de<br />
kip doen. Op bakplaat enkele eetlepels olijfolie en<br />
hierin in stukjes gesneden aardappelen zo ‘schudden’<br />
dat ze ‘ge-olied’ zijn. Middenin ruimte maken<br />
voor de kip en dan ½ uur in voorverwarmde oven<br />
van 180°. Dan de aardappelen even keren, de kip<br />
bedruipen en ½ uur in de oven verder braden.<br />
Citroenkip:<br />
flinke braadkip (van ca. 1½ kg) na evt. afspoelen<br />
en grondig afdrogen inwrijven met zwarte peper en<br />
zout (ook van binnen!). Twee kleine citroenen (of<br />
liever limoenen) 'los-rollen' en op minstens 20<br />
plaatsen inprikken met een vork: ze dan in de kip<br />
'verpakken' en deze, met de borstkant omlaag, in<br />
beboterde braadslee bovenin oven van 180°. Na<br />
½ uur de kip keren (zorg dat het vel niet beschadigd<br />
wordt!) en na nogmaals ½ uur braden de<br />
oven nog 20 min. op 200°, om te bruinen. Serveren<br />
met de jus erover gelepeld. Smaakt ook afgekoeld<br />
lekker!<br />
Mid Wings (Amerika):<br />
kippevleugeltjes (ca. 10 stuks per kilo) bestuiven<br />
met mengsel van bloem, (cayenne)peper, kaneel,<br />
kardemon en zout - en op een met bakpapier bedekte<br />
bakplaat ca. 1 uur in oven van 180° (en zo<br />
nodig nog even onder de bovengrill). Variaties:<br />
salieblaadje onder het vel, óf insmeren met mengsel<br />
van honing, paprikapoeder, cayennepeper (of<br />
tabascosaus) en citroensap Serveren bij Bulgur<br />
(pag. 120) of bij kerrierijst ( pag. 122).<br />
Variant: met ander ‘klein grut’ van kip, zoals bijv.<br />
kippedijen (met of zonder bot).<br />
.<br />
59<br />
zie voor oosterse kip-recepten pag. 117<br />
en voor pasta-kip-gerechten pag. 128<br />
in de braadpan: (veelal wat minder bruin,<br />
maar ook minder droog!)<br />
Coq au vin:<br />
braadkip in vieren (laten) verdelen, vel verwijderen<br />
en bestrooien met peper, zout en bloem. In<br />
margarine eerst wat rookspekjes zacht uitbakken<br />
en dan in het braadvet daarvan de kip aan alle<br />
kanten lichtbruin bakken. Dan een in stukken gesneden<br />
ui (en evt. sjalotje) erin laten kleuren en<br />
daarna onsje fijngesneden winterwortel en peterselie<br />
(en/of champignons-in-plakjes) erbij doen en<br />
even zachtjes laten smoren. Dan 2 dl rode wijn<br />
erbij (met evt. mespunt tijm en wat aroma) en<br />
met deksel schuin op de pan ca. 20 min. zachtjes<br />
stoven. Kip uit de pan en aan het (evt. gezeefde)<br />
stoofvocht 1 eetlepel bloem, aangemaakt met ca.<br />
1 dl room, toevoegen en tot gladde saus roeren.<br />
Op smaak maken met peper en zout. Serveren<br />
bij aardappelpuree.<br />
Variant: kippedijen nemen i.p.v kip-in-stukken.<br />
Kip met dragon (of rozemarijn i.p.v. dragon):<br />
braadkip van binnen en van buiten inwrijven met<br />
peper en zout en rondom bruin bakken. Na een<br />
kwartier erbij doen 2 dl (verwarmde) wijn en eetlepel<br />
gesnipperde dragonblaadjes (vooraf geweekt<br />
in enkele eetlepels azijn). In gesloten pan<br />
in ca. 45 min. zachtjes gaar stoven, zo nodig nog<br />
wat warm water erbij. Kip uit de pan nemen en<br />
warm houden. Een papje roeren van ½ dl room<br />
met een eierdooier en iets van het stoofvocht,<br />
dan dit al roerend toevoegen: wel goed doorwarmen,<br />
maar niet meer koken! Serveren met<br />
gesnipperde dragon (of rozemarijn) over de kip.<br />
Kip met bier en room:<br />
braadkip-in-stukken inwrijven met peper en zout<br />
en samen met 3 sjalotten in dunne plakjes in 25 g<br />
boter aanbraden, dan flesje bier en laurierblad<br />
erbij en ½ uur stoven onder deksel. Dan 125 cc<br />
crème fraîche (of room) erdoor roeren en zonder<br />
deksel nog kwartier laten sudderen (en indikken).<br />
Dan 30 g boter met 30 g bloem tot beurre manié<br />
‘prakken’ en hiermee de saus al roerend binden<br />
en nog enkele min. laten doorkoken. Kip er weer<br />
bij en bestrooien met peterselie. Serveren bij rijst,<br />
pasta of bij aardappelpuree (of varianten ervan).
Kip met appel en verse basilicum:<br />
braadkip van ca. 1½ kg. van binnen en buiten inwrijven<br />
met zout en 'vullen' met geschilde moesappel-in-schijfjes<br />
en 5 basilicumblaadjes. Met een<br />
scherp mesje 10 inkepingen in de huid maken en<br />
deze vullen met gehalveerde basilicumblaadjes.<br />
Dan de kip overgieten met ½ glas calvados en dit<br />
½ uurtje in laten trekken (nu en dan opnieuw erover<br />
scheppend). Bestrijken met gesmolten boter<br />
en dan de ovenschaal in voorverwarmde oven van<br />
220°. Na ca. ½ uur de kip keren, wat gesmolten<br />
boter erover én ½ glas calvados, en nu samen met<br />
2 doormidden gesneden appels (in het uitgesneden<br />
klokhuis ½ basilicumblaadje!) nog ca. 20 min.<br />
in de oven. Kip eruit (en warm houden) en aanbaksels<br />
los roeren (evt. met 2 glazen cider), met<br />
schuimspaan teveel vet verwijderen, zeven en in<br />
braadpan iets laten inkoken: van het vuur af bekertje<br />
crème fraîche erdoor en naar smaak peper en<br />
zout. Deze saus er apart bij serveren.<br />
Madagascarese kip:<br />
braadkip drogen, inwrijven met zout en peper en in<br />
2 eetlepels olie aanbakken, onder geregeld keren.<br />
Dan 2 gesnipperde uien erbij en bakken tot glazig.<br />
Door ½ ons zachte boter theelepel gemberpoeder,<br />
theelepel kerrie, mespunt nootmuskaat en kruidnagelpoeder<br />
en 3 eetlepels kokosmelk roeren, en<br />
dit mengsel in kleine gedeelten toevoegen aan de<br />
kip, telkens als deze gekeerd of met vet overgoten<br />
wordt. Ook nog 2 laurierblaadjes erbij en in totaal<br />
½ uur op laag vuur laten braden. Nu en dan wat<br />
kippebouillon langs de rand van de pan erbij doen,<br />
zeker als het bakvet te donker dreigt te worden.<br />
Southern Fried Chicken (New Orleans)<br />
kippebouten of braadkip-in-stukken uurtje in de<br />
koelkast te weken zetten in 1 l melk met theelepel<br />
worcestershire saus (wél met knoflook, te vervangen<br />
door tabascosaus). Na droogdeppen bestuiven<br />
met mengsel van bloem, peper en zout en<br />
aan alle kanten lichtbruin bakken in boter met olie,<br />
daarna op laag vuur nog ½ uur laten smoren, zo<br />
nu en dan even kerend.<br />
(N.B.: is slap aftreksel van het originele recept dat<br />
met dik-gekruide korst hoort te worden gefrituurd!)<br />
Gordon-bleu van kipfilet:<br />
als op pag. 42 - maar i.p.v. de schnitzels een niet<br />
te grote kipfilet: deze doormidden snijden en vullen<br />
met plak jongbelegen kaas, plak achterham en<br />
enkele plakken ananas, vast prikken met prikkers<br />
en paneren als op pag. 42 en op matig vuur gaar<br />
en bruin bakken in boter. Serveren bij rijst.<br />
60<br />
Kerrie-kipfilet:<br />
2 ons kipfilet-in-stukken in boter goudbruin bakken:<br />
zout, kerrie en paprikapoeder erover strooien en<br />
even erin mee-fruiten 1 gesnipperde ui, 1 gele (of<br />
groene of rode) paprika en 1 ons fijngesneden<br />
champignons - en 15 min. op laag vuur laten pruttelen,<br />
nu en dan omscheppend. Dan toevoegen ½<br />
blikje ananasschijfjes (in stukjes) en een banaan<br />
(in plakjes). Serveren bij rijst.<br />
Kipfilet met paprikasaus:<br />
2 kipfilets kruiden met peper en zout en door de<br />
bloem halen: in 10 min. lichtbruin bakken, uit de<br />
pan nemen en warm houden. In de bakboter gesnipperde<br />
ui aanfruiten, er dan ½ eetlepel paprikapoeder<br />
en eetlepel bloem bij, met wat basilicum,<br />
en in 10 min. op laag vuur verder zachtjes gaar<br />
fruiten. Dan met 1½ dl bouillon tot gladde saus<br />
roeren: op smaak maken met ½ eetlepel tomatenpuree,<br />
½ glaasje cognac en paar druppels tabascosaus,<br />
en er dan ruim ¼ dl room door roeren.<br />
Serveren met rijst of puree.<br />
Kipfilet met romige appeltjes:<br />
droog gedepte kipfilet rondom aanbakken in wat<br />
hete boter en vervolgens flamberen met scheutje<br />
cognac of calvados. Bestrooien met zout en peper<br />
en tijm en afblussen met een scheutje water. Dan<br />
2 eetlepels crème fraîche erdoor en onder deksel<br />
in ca.15 min. gaar stoven. Intussen uitgeboorde<br />
appel-in-schijven op laag vuur even ‘kleurend’ bakken<br />
in boter. Serveren bij aardappelpuree.<br />
Kipfilet met kruiden:<br />
2 kipfilets bestuiven met gekruide bloem en op<br />
matig vuur snel beiderzijds bruin bakken in 25 g<br />
boter met ½ eetlepel olijfolie. Uit de pan nemen en<br />
in de bakboter de volgende (liefst verse) kruiden<br />
fruiten: kervel, dille, peterselie, bieslook, basilicum,<br />
munt en rozemarijn (van elk ca. ½ eetlepel),<br />
samen met fijngehakt sjalotje, theelepeltje sambal,<br />
rasp en sap van ½ citroen (of limoen), 2 eetlepels<br />
(kippe-)bouillon en dito droge witte wijn: filets erbij<br />
en in 10 min. gaar stoven. Serveren bij rijst.<br />
Picatta à la Milanese:<br />
2 kipfilets bestrooien met peper en zout en door<br />
beslag halen van 2 eieren, 1½ eetlepel bloem, 2<br />
eetlepels geraspte (Parmezaanse) kaas, peper en<br />
zout: in hete olie om-en-om even goudgeel bakken<br />
en op zacht vuur verder gaar bakken. Voor het<br />
sausje: op hoog vuur tot de helft inkoken ½ dl witte<br />
wijn, bekertje slagroom en wat crème fraîche; van<br />
het vuur af klontjes boter erdoor kloppen en ½ ons<br />
blauwe kaas. Peterselie erover, serveren bij pasta.
VISSOEPEN & VISSCHOTELS / VISGERECHTEN<br />
VISSOEPEN<br />
Visbouillon zélf te maken van ca. 1 kg (verse!)<br />
visafval, bij voorkeur van platvissen, waaronder<br />
tong: goed afspoelen en dan in een grote pan<br />
doen, samen met 1-2 l koud water, waaraan<br />
toegevoegd: ½ theelepel (zee-)zout, ui-in-ringen,<br />
winterwortel-in-plakjes, champignons, stengel<br />
bleekselderij, kleine prei-in-ringen, wat hele takjes<br />
peterselie, laurierblad, 5 geplette peperkorrels,<br />
takje of snufje tijm en dille, een schijfje<br />
citroen (of rasp van citroen en/of sinaasappel)<br />
en stukje venkel. Aan de kook brengen en<br />
hooguit kwartier zachtjes laten trekken, zo nu en<br />
dan met schuimspaan afschuimend. Eerst dan<br />
ca. 1 dl droge witte wijn erbij en nóg (hooguit)<br />
kwartier laten trekken. Dan de bouillon zorgvuldig<br />
zeven (de vaste bestanddelen goed uitdrukkend!),<br />
evt. wat inkoken en na afkoelen te<br />
bewaren in het vriesvak (of voor kortere tijd in de<br />
koelkast).<br />
Verfijnder methode: in beetje boter een fijngesneden<br />
ui licht aanfruiten en vervolgens ca.<br />
1½ pond graten van tong (altijd verkrijgbaar<br />
gezien de tongfilet!) hierin even aanbakken, al<br />
'opschuddend'. Dan pas 1 l water en 2½ dl witte<br />
wijn (of sap van ½ citroen met 2 dl water) erbij,<br />
samen met 'bouquet garni' (zie pag. 3) en 10<br />
peperkorrels: aan de kook brengen en 20 min.<br />
laten trekken (beslist niet langer!). Na zeven<br />
inkoken tot de gewenste dikte en sterkte.<br />
Sterke bouillon krijgt men door de 'doppen' van<br />
1-2 ons (Noorse of steur-)garnalen op hoog vuur<br />
te fruiten in 2 eetlepels olijfolie, waarin eerst 1-2<br />
sjalotjes zijn aangebakken; dan 2 eetlepels sherry<br />
erdoor en even laten inkoken; ½ l water erbij<br />
en weer laten inkoken; zeven en heel goed uitdrukken,<br />
dan saffraan erdoor en nogmaals laten<br />
inkoken op laag vuur tot ca. 1 dl.<br />
N.B.: een fumet is een vis-fond, oftewel een<br />
(sterk) ingekookte visbouillon.<br />
61<br />
Bretonse vissoep: visbouillon maken als boven<br />
(eenvoudige wijze) doch niet langer dan 15 min.<br />
zachtjes laten trekken. Intussen in een braadpan<br />
onsje boter smelten en daarin 6 fijngesneden<br />
sjalotjes (of 3 uien) glazig laten worden: dan 3<br />
volle eetlepels bloem erover, even mee laten<br />
garen, en vervolgens de (goed gezeefde!) visbouillon<br />
beetje-voor-beetje erbij gieten tot lichtgebonden<br />
soep is ontstaan. Daar doorheen<br />
mengen ca. 4 ons visfilet-in-stukjes (liefst enkele<br />
soorten: kabeljauw & schelvis) en even kort (!)<br />
hierin pocheren. Na enkele min. evt. ook nog 1½<br />
ons garnalen erdoor, samen met 1½ eetlepel gesnipperde<br />
peterselie (en evt. 1 eetlepel kervel)<br />
en ½ eetlepel geknipte bieslook (en evt. voor de<br />
binding wat gebroken vermicelli of spaghetti). Op<br />
smaak maken met snufje (liefst verse) dille, tijm,<br />
kruizemunt, peper en zout. Pas op het allerlaatst<br />
4 eetlepels room en 2 eetlepels pernod (!) er<br />
door. Serveren bij stokbrood, met witte wijn.<br />
Oostendse vissoep: aan de visbouillon al kloppend<br />
toevoegen een glad papje van bloem,<br />
aangelengd met iets van de warme bouillon. Dan<br />
erbij doen het middels mixer gepureerde mengsel<br />
van: ½ ons garnalen, 1 theelepel tomatenpuree,<br />
2 theelepels citroensap en scheutje room.<br />
Vlak voor het opdienen nog wat garnalen erdoor<br />
en eetlepel gesnipperde peterselie.<br />
Visserssoep: visbouillon maken als boven en<br />
tot ca. 1 liter laten inkoken: dan pas 2 dl droge<br />
witte wijn erdoor. In een braadpan in 30 g boter<br />
al roerend fruiten: gesnipperd uitje, fijngesneden<br />
winterwortel en ca. evenveel fijngesneden prei.<br />
Dan een volle eetlepel bloem erover strooien en<br />
na garen de bouillon er geleidelijk door roeren<br />
en even aan de kook brengen. Dan 2 ons kabeljauwfilet-in-stukjes<br />
erbij en in 5 min. gaar koken.<br />
Naar smaak peper en zout erdoor. Vlak voor het<br />
serveren ½ dl room (of melk!) erdoor roeren en<br />
opdienen met gesnipperde peterselie en schijfje<br />
citroen op bord of soepkom.
62<br />
Vissoepen zónder vooraf (zelf) gemaakte visbouillon:<br />
Franse kabeljauwsoep: een pond kabeljauwfilet<br />
(evt. uit de diepvries) in ruim liter water aan de<br />
kook brengen, samen met 3 gesnipperde sjalotjes<br />
(of uitjes), 2 takjes dille, 2 takjes peterselie, 3<br />
blaadjes kruizemunt, 25 g boter en versgemalen<br />
peper en zout. Ca. ½ uur laten doorkoken tot de<br />
visfilet helemaal uit elkaar valt en de soep<br />
(daardoor) ietwat is gebonden. Kruiderijtakjes<br />
verwijderen en ½ ons garnalen (evt. evenveel gekookte<br />
mosselen) eraan toevoegen, daarna nog<br />
1 dl room erdoor. Goed heet laten worden en op<br />
smaak maken met peper en zout. Serveren met<br />
gesnipperde peterselie (of bieslook) erdoor.<br />
Garnalensoep(en):<br />
1) bouillon trekken van garnalendoppen<br />
(zie vorige pag.), doch deze minder ver laten inkoken;<br />
dan ca. 1 theelepel tomatenpuree en een<br />
stukje citroenschil erbij en de gepelde garnalen<br />
erin (goed!) verwarmen.<br />
2) 2 ons wijting-in-stukken langzaam<br />
gaar koken in liter water met daarin grof gesneden<br />
ui, gesnipperde wortel, 4 geplette peperkorrels,<br />
½ laurierblad en paar takjes peterselie.<br />
Na 15-25 min. trekken alles door een zeef halen<br />
en van de bouillon met een blanke roux van<br />
50/50 g boter/bloem een gebonden soep maken.<br />
Apart een papje maken van 2 eetlepels maïzena<br />
met 8 eetlepels room en mespuntje kerrie: dit<br />
door de soep roeren, samen met evt. nog 4 dl<br />
(kokend) water. Dan ca. 2 ons garnalen erbij en<br />
naar smaak peper, zout en evt. scheutje sherry.<br />
Serveren met gesnipperde peterselie.<br />
3) lichtgebonden soep maken van 35/35<br />
g boter/bloem met 1 liter (blokjes)visbouillon en<br />
daarin verwarmen ca. 1½ ons gepelde garnalen,<br />
bestrooid met zout en peper, en een klein pakje<br />
diepvries-doperwten. Dan al roerend kleinste<br />
flesje slagroom en 1 dl witte wijn erdoor en warm<br />
laten worden (maar niet meer koken).<br />
Belgische vissoep: 5 dl (licht) bier, waaraan is<br />
toegevoegd: ½ l water, 2 laurierblaadjes, 2 dunne<br />
schijfjes citroen, 2 takjes peterselie, 2 takjes<br />
selderij, 4 geplette peperkorrels,½ theelepel<br />
gemberpoeder, 4 in plakjes gesneden worteltjes<br />
en 1 in dunne schijfjes gesneden prei, op zacht<br />
vuur ½ uur laten trekken en daarna zeven. Dan<br />
pond visfilet (in kleine stukjes) erdoor en gaar<br />
laten worden, samen met 2 fijngesneden worteltjes<br />
en 1 fijngesneden preitje. Op smaak maken<br />
met peper en zout. Serveren met gesnipperde<br />
peterselie erover gestrooid.<br />
Gentse waterzooi: pond verse vis-in-soorten<br />
(bijv. schelvis, schol, tongschar, schartong)<br />
(laten) schoonmaken en fileren en van het afval<br />
(evt. aangevuld met viskoppen en evt. eerst even<br />
kort 'aangefruit') bouillon trekken met 1 l water,<br />
gekneusde peperkorrels, zout, tijm en rozemarijn.<br />
Na ca. 15 min. trekken (en zo nodig afschuimen)<br />
in de gezeefde bouillon fijngesneden wortel, ui,<br />
bleekselderij en peterselie zachtjes (net) gaar<br />
koken. Dan de (vrij grote) stukken vis erin tot ze<br />
net onder water staan (zo nodig wat witte wijn<br />
erbij) en ca. 10 min. laten pruttelen. Vis eruit en<br />
warm houden (in beboterde ovenschaal), bouillon<br />
binden met eierdooiers losgeklopt met room, zo<br />
nodig nog wat beschuitkruim erdoor. De bouillon<br />
mag dan niet meer koken! Over de vis gieten en<br />
serveren met dik beboterd volkorenbrood.<br />
Portugese vissoep: pond verse vis-in-soorten<br />
(bijv. rode poon, wijting, kabeljauw enz.) schoonmaken<br />
en in stukken snijden. Van de koppen en<br />
vinnen en graten een visbouillon trekken (zie<br />
boven) en intussen in een braadpan in 2 eetlepels<br />
(olijf-)olie een gesnipperde ui (+ sjalotje)<br />
goudgeel fruiten, er dan 2 eetlepels tomatenpuree<br />
door roeren, met wat zout en peper, en<br />
even laten pruttelen. Dan de stukken vis op dit<br />
uimengsel leggen en de getrokken bouillon erover<br />
uit gieten: in ca. 20 min. gaar koken. De vis<br />
met een schuimspaan eruit scheppen en ontgraten<br />
(en evt. ontvellen): de stukken vis zo groot<br />
en 'heel' mogelijk proberen te houden. Dan weer<br />
bij de bouillon voegen en op smaak maken met<br />
een glas rode port. Serveren bij stokbrood.
VISSCHOTELS & VISGERECHTEN<br />
63<br />
Een selectie van zoutwater (zee-)vis (met zalm als de uitzondering die de regel bevestigt) - en dan daarvan<br />
de niet-vette en de minst-'vissige' soorten! Voor het verschil tussen stoven en pocheren: pag. 24.<br />
Vóór het bakken, stoven of pocheren zout erover strooien of erin wrijven: uurtje laten intrekken.<br />
In alfabetische volgorde<br />
Garnalencocktail: ca. 1½ ons gepelde garnalen<br />
(liefst Zoutkamper óf grotere Noorse óf steurgarnalen)<br />
vermengen met de volgende gladde saus:<br />
2 dl mayonaise (pag. 16), ½ dl licht-opgeklopte<br />
slagroom, 2 eetlepels tomatenketchup, 2 eetlepels<br />
whisky (of cognac), 2 theelepels citroensap<br />
en mespuntje zout (evt. druppels tabascosaus).<br />
Variant: sausje maken van 1 dl tomatenketchup,<br />
2 eetlepels tomatenpuree, klein flesje licht opgeklopte<br />
slagroom, ½ theelepel selderijzout (of fijngesneden<br />
bleekselderij), ½ theelepeltje paprikapoeder<br />
en evt. wat kappertjes en scheutje sherry<br />
of cognac, of ook nog plakjes banaan erdoor.<br />
Nog weer een wat andere methode: onderin een<br />
cocktailglas (of gewoon op een schoteltje) een<br />
slablaadje leggen, daarop de garnalen, en daarover<br />
de (cocktail-)saus gieten.<br />
Garnalenpasteitjes: ca. ons garnalen even kort<br />
marineren in sap van een citroen. Licht gebruinde<br />
roux maken van 20 g boter/bloem en met warme<br />
blokjes(kippe)bouillon tot gladde saus roeren en<br />
op smaak maken met peper, zout, tikje suiker en<br />
wat mosterd. Hierin de garnalen, van het vuur af,<br />
en hiermee de al afgebakken kant-en-klare<br />
pasteibakjes vullen.<br />
Garnalen gegratineerd in kerriesaus: in ca. 20<br />
g boter gesnipperd uitje goudgeel fruiten en daar<br />
½ theelepel kerrie door roeren: dan 20 g bloem<br />
erbij en even goed gaar laten worden. Evt. van<br />
het vuur af en met een garde er 1 dl melk door<br />
kloppen, dan weer op het vuur en aan de kook<br />
brengen en met ½ dl witte wijn tot een mooi glad<br />
sausje roeren. Op smaak maken met peper, zout<br />
en tijm. Dan erdoor roeren: ¼ komkommer-inblokjes,<br />
1 ons (even voorgekookte) champignons-in-plakjes<br />
en ½ pond Zoutkamper garnalen.<br />
Van het vuur af er nog 2 eetlepels room door<br />
roeren. Dan deze ragoût in een ovenschaal,<br />
bestrooien met een mengsel van 1 eetlepel (Parmezaanse)<br />
kaas en ½ eetlepel paneermeel,<br />
daarover klontjes boter verspreiden en ca. 15<br />
min. gratineren in een oven van 220°. Te garneren<br />
met plakjes hardgekookt ei, takjes peterselie<br />
en stukjes tomaat.<br />
Griet (óf Heilbot óf Kabeljauw)-in-cider: 2 filets<br />
(van ruim 1 ons) bestrooien met peper en zout en<br />
door de bloem halen: in ca. 8 min. beiderzijds<br />
lichtbruin bakken, met schuimspaan eruit halen<br />
en warm houden. Dan 2 dl cider en eetlepel<br />
citroensap bij de bakboter, samen met laurierblad<br />
en wat gemberpoeder, en 5 min. in-koken. Tot<br />
gebonden saus maken met beurre manié<br />
(bolletje van boter met bloem) en dan nog ½ dl<br />
slagroom erdoor. Evt. de vis garneren met enkele<br />
plakken goudrenet, even licht aangebakken in<br />
boter. Serveren bij rijst.<br />
-in-citroensaus: pond heilbot-(of kabeljauw-)filets<br />
in stukken in beboterde bakblik, bestrooien<br />
met zout en overgieten met mengsel van<br />
bekertje slagroom, ½ eetlepel geraspte ui, ½<br />
theelepel citroenrasp, 2 theelepels citroensap en<br />
zout en peper naar smaak. In voorverwarmde<br />
oven van 200° in 15-20 min. gaar bakken/stoven.<br />
-in-paprikasaus: 2 visfilets op de bodem<br />
van een goed beboterde ovenschaal leggen. In<br />
een steelpannetje gesnipperd sjalotje en rode<br />
paprika zacht fruiten in wat boter, dan 75 g<br />
monchou erin zacht smelten en vermengen met<br />
eetlepel gesnipperde peterselie, 50 g geraspte<br />
kaas, ½ dl droge witte wijn en naar smaak wat<br />
tomatenpuree (of -ketchup). Dit over de vis<br />
schenken en niet-afgedekt ca. 20 min. in voorverwarmde<br />
oven van 180°.<br />
- met spinazie: in wat boter gesnipperde<br />
ui glazig fruiten en dan fijngesneden champignons<br />
3 min. mee bakken; hierop verse (gewassen)<br />
spinazie laten slinken, dan room erdoor<br />
en op smaak maken met peper, zout en nootmuskaat.<br />
Hierop de visfilets, bedekt met vlokjes<br />
boter: onder deksel in ca. 8 min. gaar laten<br />
worden.<br />
- gestoofd met prei en olijven: in 2<br />
eetlepels olijfolie 2-4 dunne preitjes-in-ringen en 8<br />
klein-gesneden zwarte olijven mals fruiten en<br />
vrijgekomen vocht aanvullen met 2 eetlepels<br />
(half-)droge witte wijn en zout en peper. Hierop<br />
ruim pond heilbot-in-moten 10 min. sudderend<br />
stoven, de vis steeds bedruipend. Dan keren en<br />
nogmaals (hooguit) 10 min. stoven. De saus wat<br />
inkoken en garneren met gesnipperde peterselie.
Kabeljauw kan op allerlei manieren:<br />
gebakken en met preicoulis: pond kabeljauwfilet<br />
in 4 stukken inwrijven met zout en peper en dit<br />
uurtje laten intrekken. Intussen 2 ons (wit en lichtgroen<br />
van) prei-in-ringen 10 min. op laag vuur<br />
stoven in 25 g boter, dan 1½ dl kippe- of groentebouillon<br />
erbij en plukje saffraan en na nog 10 min.<br />
stoven dl room en volle theelepel mosterd erdoor<br />
en na 5 min. sudderen pureren tot gladde saus.<br />
Op smaak maken met peper en zout. De visfilets<br />
door (volkoren)bloem wentelen en op hoog vuur in<br />
boter in 5 min. (net) gaar bakken, halverwege<br />
kerend. Gesnipperde bieslook door de preicoulis<br />
en dit over de vis. Bij aardappelpuree en spinazie.<br />
gebakken en met witlof en mosterd: 3 ons<br />
kabeljauwfilet in 2 stukken kruiden met peper en<br />
zout en door de bloem halen. In ruime koekepan<br />
50 g boter smelten en hierin op matig hoog vuur in<br />
ca. 5 min. bruin en gaar bakken, halverwege even<br />
kerend. Warm houden onder aluminiumfolie en in<br />
de bakboter struikje witlof-in-reepjes in ca.10 min.<br />
beetgaar roerbakken, sap van ½ citroen erover en<br />
eetlepel crème fraîche, mosterd en gembersiroop<br />
en nog minuutje laten pruttelen. Dit als ‘bedje’<br />
voor de vis en dan serveren bij aardappelpuree.<br />
gebakken en met zoete saus: 4 ons kabeljauwfilet<br />
in 40 g boter gaar bakken (tot het visvlees<br />
geheel melkachtig wit is!) en dan bedekken met<br />
mengsel van 3 fijngesnipperde gemberbolletjes, 3<br />
eetlepels gembersiroop en het sap van 3 perssinaasappels:<br />
aan de kook brengen, een bekertje<br />
met 1½ eetlepel bloem los geroerde (zure) room<br />
erbij, dan al roerende laten binden en op smaak<br />
maken met peper en zout. Serveren bij rijst.<br />
kabeljauw 'en papillotte': kleine courgette(s) en<br />
kleine winterwortel met dunschiller of kaasschaaf<br />
in dunne lange plakken snijden en deze verdelen<br />
over 4 stukken bakpapier: hierop 4 stukken van<br />
pondje kabeljauwfilet, bestrooid met peper en<br />
zout. Schijfjes citroen en gesnipperde dille erover<br />
en besprenkelen met 4 eetlepels olijfolie. Dicht<br />
vouwen en met naad naar boven op bakplaat ca.<br />
20 min. middenin voorverwarmde oven van 200°.<br />
gebakken en gestoofd: pondje kabeljauwfilet in<br />
koekepan in ½ ons boter op matig vuur lichtbruin<br />
bakken. Dan glas droge witte wijn met ½ eetlepel<br />
citroensap erover en in enkele min. op laag vuur<br />
gaar stoven. Vis eruit en warm houden, dan ½<br />
bekertje slagroom erdoor, wat inkoken en op<br />
smaak maken met dragon, peper en zout (en evt.<br />
kappertjes). Bij rijst (of risotto) of aardappelpuree.<br />
64<br />
gebakken en gestoofd à la crème: 4 ons kabeljauwfilet<br />
in vierkante stukjes van ca. 5 cm. snijden,<br />
bestrooien met zout en peper. In boter 1 ons gesnipperde<br />
ui zachtjes glazig fruiten, dan de stukjes<br />
filet erbij en stevig laten worden (zónder te<br />
kleuren!). De vis eruit (en warm houden) en dl<br />
droge witte wijn erbij en voor ¾ inkoken: dl room<br />
erdoor en afgedekt gaar laten worden, dan de<br />
saus zonder deksel nog wat laten inkoken, op<br />
smaak maken en bestrooien met peterselie. Serveren<br />
bij aardappelpuree.<br />
gesmoorde zeevis (kabeljauw, schelvis, heek,<br />
zee-baars of - wolf of -duivel): verdeel 3 ons vis<br />
in 4-6 gelijke stukken en wrijf deze in met citroen-<br />
(of limoen)sap; na 10 min. intrekken droogdeppen<br />
met keukenpapier. In steelpan met dikke bodem<br />
1½ ons boter smelten: de helft hiervan in oven-<br />
schaal doen, hierop de vis en daarover de rest<br />
van de boter; op elke stuk vis een schijfje citroen<br />
(of limoen). Dan in (evt. met aluminiumfolie) afgedekte<br />
ovenschaal 8-10 min. in oven van 200°. Vis<br />
verdelen over 2 voorverwarmde borden - en de<br />
citroenschijfjes evt. vervangen door ½ ons in de<br />
bakboter verwarmde Hollandse garnalen, en evt.<br />
bestrooien met fijngehakte bieslook of dille (en<br />
evt. grof zeezout). Bij (bloemige) aardappelen óf<br />
aardappelpuree serveren - bijv. met worteltjes.<br />
kabeljauw op Vlaamse wijze: in mengbeker oud<br />
witbrood met wat peterselie en olijfolie. In ½ onsje<br />
boter eerst fijngesneden wortel fruiten, na 5 min.<br />
gesnipperd sjalotje en dito preitje erbij, en dan<br />
peper, zout en beetje suiker, en afblussen met ½<br />
dl visbouillon en ½ dl droge witte wijn. Tot beetgaar<br />
koken en het vocht via een zeef overdoen in<br />
schoon pannetje, daar bekertje crème fraîche bij<br />
en tot de helft laten inkoken. Dan met de staafmixer<br />
½ ons boter door de saus roeren, wel warm<br />
houden maar niet meer koken. Twee stukken<br />
kabeljauwfilet (van 1-2 ons) kruiden met peper,<br />
zout en nootmuskaat en in dik beboterde braadslee,<br />
met erover klontjes boter en ½ dl visbouillon,<br />
ca. 5 min. in voorverwarmde oven van 200°.<br />
De nog niet helemaal gare vis eruit en bestrijken<br />
met mosterd. Hier het broodkruimmengsel over en<br />
kort gratineren onder de grill. De warm gehouden<br />
gefruite groente als bedje, daarop de vis, daarover<br />
de saus. Bij aardappelpuree.<br />
Eenvoudiger variant: wit van prei zachtjes stoven<br />
in wat boter en kruiden met peper en zout. Dan<br />
naar smaak room en mosterd erdoor en na even<br />
stoven over de ‘gewoon’ gebakken kabeljauwfilet.
kabeljauw met camembert: in 25 g boter 2 filets<br />
van 150 g., gezouten, met citroensap besprenkeld<br />
en even door de bloem gehaald, mooi bruin bakken<br />
en in ovenschaal overdoen. Daarop rode of<br />
groene paprika, in ringen gesneden, samen met<br />
fijngesneden bacon (of ontbijtspek) en camembert-in-stukjes,<br />
en daarover eetlepel cognac (of<br />
witte wijn). Bestrooien met amandelsnippers en<br />
geraspte (Parmezaanse) kaas, daarover klontjes<br />
boter en ca. 15 min. middenin voorverwarmde<br />
oven van 200° tot goudbruin gekleurd.<br />
kabeljauw met Brie: ½ pond kabeljauwfilet-inrepen<br />
om en om met 1 ons brie (Brie de Meaux) in<br />
repen in beboterd ovenschaaltje en overgieten<br />
met minstens 1¼ dl crème fraîche met 1 theelepel<br />
Provençaalse kruiden en peper en zout naar<br />
smaak. Dan ca. 20 min. in voorverwarmde oven<br />
van 200°, tot de kaas gesmolten is, de vis gaar en<br />
de bovenkant goudbruin. Serveren met aardappelpuree.<br />
gepocheerd en gegratineerd: 4 ons kabeljauw-<br />
filet in ca. 15 min. tot gaar (en doorschijnend wit)<br />
pocheren in bouillon van 1½ dl witte wijn waarin<br />
grofgesnipperd sjalotje, takjes peterselie, 2 worteltjes-in-stukjes,<br />
zout en tijm aan de kook zijn gebracht.<br />
Vis eruit nemen en bouillon zeven: dit met<br />
blanke roux van boter/bloem tot gladde saus<br />
roeren en deze na even doorkoken afmaken met<br />
2 eetlepels crème fraîche, peper, zout, nootmuskaat<br />
en wat citroensap. De vis in stukken<br />
breken en samen met ½ ons garnalen door de<br />
saus roeren: overdoen in beboterde ovenschaal,<br />
bestrooien met paneermeel, wat klontjes boter<br />
daarover verdelen en dan in ca. 15 min. in oven<br />
van 200° bruin gratineren. Bij rijst.<br />
Plov: courtbouillon maken door het fruiten van<br />
gesnipperde uien en dito winterwortel met 2 theelepels<br />
venkelzaadjes en 2 laurierblaadjes, waaraan<br />
toegevoegd ½ l water, zout en peper (of blokjesbouillon):10<br />
min. zachtjes koken. Hierin pond<br />
kabeljauwfilet-in-stukken in ca. 5 min. gaar laten<br />
worden, tegen de kook aan. Serveren op gaargekookte<br />
rijst en met erbij dilleroom: zure room vermengd<br />
met fijngehakte dille.<br />
gestoofd met gember en banaan: 3 ons filet in<br />
eetlepel boter, waarin eerst 1 gesnipperde ui met<br />
2 theelepels kerrie zijn gefruit, en dan eraan toevoegen:<br />
4 eetlepels water, 2 fijngesneden bolletjes<br />
gember, 1 eetlepel gembersiroop, mespunt tijm,<br />
laurierblad, 2 eetlepels citroensap en peper &<br />
zout. In 15 min. gaar stoven: na 5 min. nog<br />
banaan-in-blokjes erbij. Serveren met rijst.<br />
65<br />
gestoofd met mosterdsaus: een 'court bouillon'<br />
maken van ½ l water met 2 eetlepels azijn, waarin<br />
kleingesneden prei, wortel, ui, enkele peterseliesteeltjes<br />
en peper en zout ca. 20 min. zijn getrokken.<br />
Dan dit na even inkoken, al zevend, over<br />
ca. 1 pond kabeljauwfilets in een beboterde braadpan<br />
of -slee gieten en de vis in ruim 10 min. gaar<br />
stoven, op laag vuur óf in de oven. Blanke roux<br />
maken van boter/bloem (zie pag. 18) en met melk<br />
en/of (deel van) het stoofvocht tot gladde saus<br />
roeren. Evt. wat witte wijn en, na even (in)koken,<br />
ook nog 1 eetlepel mosterd erdoor en evt. enkele<br />
druppels tabasco, fijngehakte peterselie en, als<br />
laatste, room naar smaak. Serveren bij gekookte<br />
aardappelen, met bijv. rode bietjes.<br />
gestoofd met sherrysaus: pondje kabeljauwfilet<br />
droogdeppen, bestrooien met peper en zout, besprenkelen<br />
met citroensap en in beboterde ovenschaal:<br />
25 g boter erover verdelen en 10 -12 min.<br />
in de oven bij 200°. Geraspt sjalotje even fruiten in<br />
25 g boter en daarin 1 ons fijngesneden champignons<br />
smoren: daarna vermengen met een ei dat is<br />
losgeklopt met ½ dl sherry, ½ dl (zure) room, zout<br />
én wat tabascosaus. Dit over de vis schenken, bestrooien<br />
met ½ ons geraspte kaas en in 10 min.<br />
gratineren. Serveren bij aardappelpuree.<br />
gestoofd met gesmoorde komkommer: een<br />
flinke komkommer schillen, in de lengte doormidden<br />
snijden, met een lepel het zaad verwijderen<br />
en in stukken van ca. 2 cm snijden: zacht smoren<br />
in ½ ons boter. Dan 4 ons kabeljauwfilet in 4<br />
gelijke stukken verdelen en bij de komkommer<br />
doen: (alsnog) bestrooien met zout en peper en<br />
besprenkelen met citroensap en in een gesloten<br />
pan zachtjes laten stoven, tot na ca. 10 min. de vis<br />
mooi wit van kleur is. Intussen 1 ons monchou (of<br />
crème fraîche) zacht roeren met wat melk en<br />
vermengen met fijngesneden bieslook (of dille): dit<br />
over de vis verdelen en nog 5 min. goed doorwarmen.<br />
Serveren met rijst (of evt. aardappelpuree).<br />
gestoofd in oven met ui, appel en kerrie: 2 ons<br />
kabeljauwfilet goed droog deppen en bestrooien<br />
met een weinig zout. Gesnipperde ui samen met<br />
stukjes zure appel 5 min. fruiten in 10 g hete<br />
boter en daar dan 1 theelepel kerrie en een<br />
scheutje room door roeren en het vuur uit doen.<br />
Iets van dit mengsel in ovenschaal en daar de<br />
visfilets op leggen; overgieten met de rest van het<br />
mengsel en dan 15 min. in een voorverwarmde<br />
oven van 180°. Serveren bij rijst.
gestoofd en gegratineerd met venkel: 3 ons<br />
kabeljauwfilet (in enkele stukken) inwrijven met<br />
peper en zout en dan in een beboterde ovenschaal<br />
leggen op een bedje van dunne plakjes<br />
(eerst even gepocheerde!) venkelknol; overgieten<br />
met crème fraîche: daaroverheen geraspte (Parmezaanse)<br />
kaas en (overdekt!) 20 min. in voorverwarmde<br />
oven van 200° stoven én gratineren.<br />
gestoofd met prei en champignons: 4 ons<br />
kabeljauwfilet, bestrooid met peper en zout en besprenkeld<br />
met citroensap, in 25 g gesmolten boter<br />
stoven tot het visvlees ondoorschijnend wit is geworden<br />
(nu en dan omscheppend). Dan 2 dunne<br />
preien-in-ringen en 2 ons champignons-in-plakjes<br />
(met nog wat citroensap) even laten meestoven.<br />
Met wat boter en bloem een roux maken en met<br />
het stoofvocht tot een gladde saus roeren. Vis en<br />
groenten hier weer bij doen, goed doorwarmen en<br />
op smaak maken met zout en schenkroom.<br />
Serveren bij rijst.<br />
gestoofd met asperges en champignons: 4 ons<br />
kabeljauwfilet in vieren snijden en bestrooien met<br />
zout en peper: dan in een beboterde ovenschaal.<br />
Ca. dl droge witte wijn met wat peper en citroensap<br />
tot de helft laten inkoken en eroverheen<br />
gieten: dan de schaal ca. 10 min. in de oven van<br />
180°. Intussen 2 ons asperges en 2 ons champignons<br />
gaar koken en kleiner snijden (kookvocht<br />
bewaren!). Blanke roux maken van 15/15 g boter/<br />
bloem en dan met het aspergekookvocht én het<br />
visstoofvocht tot een gladde saus roeren. Deze op<br />
smaak maken met peper, zout, mespunt mosterd,<br />
snufje tijm en nootmuskaat, dan eetlepel room en<br />
evt. nog een eierdooier erdoor roeren. De stukjes<br />
asperge en champignons op de visfilets leggen en<br />
daar de saus over gieten. Hier evt. nog weer een<br />
mengsel van beschuitkruim en paneermeel overheen<br />
strooien en in de hete(re) oven of onder de<br />
grill gratineren. Bij aardappelpuree.<br />
aardappel-vis gratin: pondje kabeljauwfilet besprenkelen<br />
met citroensap, inwrijven met peper en<br />
zout, en kwartiertje laten intrekken. Op de bodem<br />
van dik beboterde ovenschaal eerst fijngesneden<br />
lente-uitjes (ook het groen), daarop de filets,<br />
daarop de rest van in totaal 3 lente-uitjes. Hierover<br />
laagje aardappelpuree, overgieten met ca. 2 dl<br />
(schenk)room en bestrooien met ½ ons geraspte<br />
kaas en ca. ½ uur in oven van 180° gratineren.<br />
Gesnipperde bieslook erover en serveren met<br />
worteltjes.<br />
66<br />
Spaanse kabeljauw: in eetlepel olie gesnipperde<br />
ui en rode paprika-in-plakken 5 min. (niet tot tè)<br />
zacht fruiten, dan ½ pond tomaten-in-plakken erbij<br />
en 1 dl witte wijn: 5 min. zachtjes laten stoven;<br />
kruiden met tabascosaus en dan als bedje in beboterde<br />
ovenschaal: daarop ruim ½ pond kabeljauwfilet,<br />
daarover de rest van de saus, laurierblaadje<br />
erbij, peper en zout erover en overgieten<br />
met nogmaals ½ -1 dl wijn. Daarna in afgedekte<br />
vorm ½ (-1) uur in voorverwarmde oven van 180°.<br />
Provençaalse kabeljauwschotel: in mengbeker<br />
tot pasta pureren: 1 blikje tonijn (naturel), ½ ons<br />
zwarte olijven, 1 eetlepel kappertjes, 2 eetlepels<br />
(olijf-)olie, 1 theelepel Provençaalse kruiden, 1<br />
sjalotje, zout en zwarte peper (en evt. 2 ansjovisfilets).<br />
Bodem van beboterde ovenschaal bedekken<br />
met tomaten-in-plakken, daarop ca. 4 ons<br />
kabeljauwfilet, daarover de grove pasta verdelen<br />
en bestrooien met gesnipperde peterselie, vooraf<br />
vermengd met citroenrasp. Daarover weer plakken<br />
tomaat, bestrooien met paneermeel en flink<br />
besprenkelen met olie. Dan in het midden van<br />
voorverwarmde oven van 200° in ca. ½ uur goudbruin<br />
en gaar bakken.<br />
kabeljauw-bonenschotel: in 40 g boter 2 gesnipperde<br />
uien glazig fruiten en daaraan toevoegen 2<br />
(vlees-)tomaten-in-partjes, klein bekertje crème<br />
fraîche, maggiblokje, peper en snuf suiker en<br />
vervolgens vermengen met blik (uitgelekte) witte<br />
bonen, evt. bloemkool-in-roosjes, 1 ons garnalen<br />
én 3 ons kabeljauwfilet-in-stukken - en evt. een<br />
deel van het opgevangen bonennat (het geheel<br />
mag niet te 'dun' worden). Overdoen in beboterde<br />
ovenschaal, onsje geraspte kaas erover en ca. 20<br />
min. in oven van 200°, tot het geheel goudbruin en<br />
gaar is.<br />
Zwiebelfisch: 4 ons kabeljauw(of schelvis)filet na<br />
afspoelen droog deppen en bestrijken met<br />
eetlepel citroensap en kruiden met peper en zout.<br />
Pond uien-in-ringen in 25 g boter glazig fruiten,<br />
overgieten met dl witte wijn en kwartiertje laten<br />
pruttelen: op smaak maken met peper, zout, eetlepel<br />
mosterd en wat suiker, dan flink wat dille<br />
erbij en evt. vleestomaat-in-stukken. Helft van dit<br />
mengsel onderin beboterde ovenschaal, daarover<br />
½ ons geraspte kaas, daarop de vis, daarover rest<br />
van het mengsel, bestrooid met geraspte kaas: ½<br />
uur in voorverwarmde oven van 180°. Serveren<br />
bij aardappelpuree (of varianten).
Mosselen (voor 4 personen – met stokbrood):<br />
4 kg. (= 2 dozen) verse (en schoongemaakte!)<br />
mosselen ruim 1 uur van tevoren in ruim koud<br />
water zetten en ze daarna, stuk-voor-stuk (indien<br />
nog nodig), borstelen en schoonspoelen. Kapotte<br />
mosselen én die open mosselen die zich na een<br />
tik met een mes niet sluiten, weg doen. Onderin<br />
ruime pan een 'bedje' maken van: 2 sjalotjes (of 1<br />
ui) in stukken, kleine prei in ringen, kleine winterwortel<br />
in schijven, 4 takjes peterselie en/of selderij,<br />
snufje peper en evt. mosterd, overgoten met 2<br />
dl droge witte wijn. De mosselen (of een deel<br />
ervan) erop leggen en langzaam aan de kook<br />
brengen: ca. 10 min. laten koken tot alle mosselen<br />
open staan (de pan af en toe even 'opschudden').<br />
De dicht gebleven mosselen ook weggooien. Het<br />
kookvocht zeven en ca. 10 min. laten inkoken.<br />
Hiervan zijn vervolgens verschillende sausjes te<br />
maken:<br />
= het kookvocht met blanke roux van 15/15 g<br />
boter/bloem tot een gladde saus roeren, ca. 10<br />
min. zachtjes laten koken en er dan 2 eetlepels<br />
room door roeren en 1 eetlepel citroensap, en op<br />
smaak maken met peper en zout.<br />
= in een kommetje een eetlepel bloem losroeren<br />
met een eetlepel van het kookvocht en dat door 1<br />
dl aan de kook gebracht kookvocht roeren: even<br />
door laten koken tot sausje lichtgebonden is en dit<br />
door een mengsel roeren van klein bekertje crème<br />
fraîche, 3 eetlepels mayonaise, eetlepel mosterd<br />
en versgemalen peper; eventueel nog peterselie<br />
en bieslook erboven fijn snipperen.<br />
= in ruim ½ dl kookvocht vermengd met ½ dl room<br />
ongeveer 1 ons gorgonzola (of een andere zachte<br />
blauwe kaas) laten smelten en dit, eveneens lauwwarm,<br />
serveren bij de mosselen, deze evt. bestrooid<br />
met gesnipperde peterselie.<br />
Van het kookvocht (evt. met visbouillon aangevuld<br />
tot ca. 1 liter) is ook de volgende romige mosselsoep<br />
te maken: in dunne ringetjes gesneden<br />
preitje even kort stoven in 30 g boter, afblussen<br />
met dl witte wijn en 2 min. laten koken. Dan de<br />
kokende bouillon erdoor, en (van het vuur af)<br />
binden met los geroerd mengsel van 2<br />
eierdooiers, bekertje slagroom en flinke eetlepel<br />
mosterd. Op smaak maken met peper en zout en<br />
evt. klein scheutje pernod. Deze soep verdelen<br />
over 2 ons gekookte mosselen en garneren met<br />
gesnipperde peterselie.<br />
N.B. de overgebleven mosselen met bijbehorend<br />
kookvocht kunnen ook voor Paella (pag.120).<br />
67
Schelvis in verschillende versies:<br />
gebakken en gekruid: panklare schelvis(sen) (of<br />
enkele -filets) droogdeppen, bedruppelen met<br />
citroensap en 10 min. laten intrekken. Een gesnipperde<br />
ui met 2 ons fijngesneden champignons<br />
in eetlepel boter fruiten en kruiden met peper en<br />
zout. Dan de vis hierin ca. 3 min. aan beide kanten<br />
aanbraden (mee fruiten) en daarna mét de<br />
bakboter overdoen in een ovenschaal: daarin<br />
bestrooien met fijngesnipperde peterselie, fijngesneden<br />
salie, dille en citroensap, van elk ca.<br />
eetlepel. Vervolgens afblussen met 1 dl witte wijn.<br />
Dan nog eetlepel boter over de vis verdelen en<br />
middenin voorverwarmde oven van 200° in ca. 20<br />
min. gaar bakken. Serveren met gesnipperde<br />
peterselie, bij gekookte (nieuwe) óf gebakken<br />
aardappelen.<br />
gebakken en gestoofd: panklare schelvis (óf<br />
rode poon óf makreel óf zeewolf) aan één kant<br />
goed kruiden met peper, kruidnagel, (ruim!) nootmuskaat<br />
en zout (of verkruimeld maggiblokje), wat<br />
bloem erover uitzeven en dan aan die kant bakken<br />
in hete boter (dat eerst even is gesmolten en weer<br />
afgekoeld, pas daarna opnieuw verhit). Uit de pan<br />
nemen en dan de andere kant kruiden en vervolgens<br />
bakken. Wat water erbij met evt. beetje<br />
azijn, klontje boter erop, laurierblaadje erbij en op<br />
heel zacht vuur gaar stoven.<br />
snelle vis-met-kerrie schotel: panklare schelvis<br />
(ca. 1 pond) onder de koude kraan wassen en<br />
droogdeppen, lichtjes zouten, besprenkelen met<br />
citroensap, en in stukken snijden. In eetlepel boter<br />
2 gesnipperde uien en in stukjes gesneden<br />
(geschilde en ontklokte) appel ca. 5 min. fruiten,<br />
dan 1-2 theelepels kerrie en scheutje schenkroom<br />
erdoor roeren (van het vuur af). Iets van dit<br />
mengsel in ondiepe ovenschaal, daarop de moten<br />
vis en deze overgieten met de rest van het<br />
mengsel. In een voorverwarmde oven van 180° in<br />
ca. 15 min. gaar laten worden en serveren bij rijst.<br />
68<br />
gepocheerd - met botersaus: in schoongemaakte<br />
(hele!) schelvis overdwars 4 inkepingen snijden<br />
en dan in ½ l water (met daarin eetlepel witte wijnazijn,<br />
uienringen, 2 takjes peterselie en wat zout)<br />
in ca. 8 min. gaar pocheren (tegen de kook aan).<br />
Dan blanke roux maken van 15/15 g boter/ bloem<br />
en daar met ca. 2 dl van het stoofvocht een gladde<br />
saus van roeren en dit 10 min. zachtjes laten<br />
koken. Daar 'vlokjes' boter één-voor-één doorheen<br />
kloppen en op smaak maken met peper en<br />
zout.<br />
- met garnalensaus: in vooraf gemaakte<br />
visbouillon (óf in een mengsel van 1½ dl water en<br />
½ dl witte wijn, met enkele druppels citroensap,<br />
takje peterselie, zout en peper) 2 schoongemaakte<br />
schelvissen (óf enkele moten) van ca. 2 ons op<br />
laag vuur in ca. 10 min. gaar pocheren. Vis eruit<br />
nemen en warm houden. Van 15/15 g boter/bloem<br />
en 2 dl van het kookvocht glad veloutésausje<br />
maken (zie pag. 18) en dit 10 min. laten koken: op<br />
smaak maken met citroensap, room en evt. dille,<br />
en nog even laten inkoken. Dan naar smaak<br />
garnalen (én evt. gekookte mosselen) erdoor.<br />
- in cider: pond visfilet-in-blokjes in een<br />
beboterde ovenschaal en bedekken met schijven<br />
moesappel en stukjes geschilde bleekselderij (1-2<br />
stengels): 1 eetlepel fijngehakte salie (of theelepel<br />
gedroogde) en peper & zout erover en overgieten<br />
met 2 dl droge (!) cider. Dan afgedekt 15 min. in<br />
oven van 180° en van het stoofvocht met bloem<br />
en boter blanke saus maken (zie pag. 18) en laten<br />
(in-)koken tot gewenste dikte: dit over de warm<br />
gehouden visfilets gieten. Bij rijst.<br />
- met mosterdsaus: pond filet op zeer<br />
laag vuur 6-8 min. pocheren in een vooraf ½ uur<br />
getrokken mengsel van: 2½ dl water, ½ eetlepel<br />
azijn, ½ ui-in-ringen, ½ wortel-in-schijfjes, takje(s)<br />
peterselie, ¼ theelepel tijm, ½ laurierblaadje en<br />
aantal peperkorrels. Dan de (vis-)bouillon zeven<br />
en met een roux van 1½ eetlepel bloem/boter tot<br />
gladde saus roeren: op smaak maken met peper<br />
en zout en 15 min. laten sudderen. Dan (pas) ½<br />
glas witte wijn erbij en na weer enkele min. koken<br />
1 eetlepel mosterd en 2 eetlepels room; dan niet<br />
meer koken.
gepocheerd met citroen: in 3 eetlepels (olijf-)olie<br />
genipperde ui (+ evt. sjalotje) zacht glazig fruiten<br />
en theelepeltje kerrie minuutje mee laten fruiten,<br />
dan het sap van 1 citroen erdoor, samen met 2<br />
eetlepels fijngehakte peterselie, theelepel(s)<br />
suiker en zout en peper naar smaak. Hierop 4-6<br />
platte moten schelvis en in gesloten pan op laag<br />
vuur in ca. 20 min. gaar pocheren. Vis met een<br />
schuimspaan eruit en op een schaal scheppen,<br />
overgieten met het pocheervocht en op koude<br />
plaats zetten, tot het vocht in ca. 3 uur is gegeleerd.<br />
Garneren met schijfjes citroen (en evt.<br />
blaadjes munt). Koud serveren als voorgerecht.<br />
gestoofd in kruidensaus: 2 schoongemaakte<br />
vissen (van 2 ons) - bijv. schelvis óf kabeljauw<br />
óf wijting - bestrooien met peper en zout en in dik<br />
(!) beboterde ovenschaal leggen. In 30 g boter gesnipperd<br />
sjalotje heel zachtjes fruiten, daar 15 g<br />
bloem door roeren en laten garen, vervolgens<br />
beetje-bij-beetje 1-2 dl kippebouillon erdoor roeren<br />
tot gladde saus, daar klein flesje (slag-)room en ½<br />
glas witte wijn door, steeds glad roerend en even<br />
op-kokend. De vis bestrooien met een mengsel<br />
van de volgende zéér fijn gehakte kruiden: 2 eetlepels<br />
kervel, ½ theelepel dille, ½ eetlepel dragon,<br />
½ theelepel (blad-)selderij en 3 eetlepels peterselie,<br />
en daar de saus overheen gieten. Dan ca.<br />
15 min. in een voorverwarmde oven van 220°.<br />
Serveren bij gekookte aardappelen (of -puree)<br />
met gestoofde (winter-)wortelschijfjes (even<br />
aangebakken in boter, met een gesnipperd uitje,<br />
en verder gaar en droog gestoofd in wat bouillon).<br />
Indonesische kerrie-visschotel: in vijzel (of<br />
mengbeker) samen fijn maken: ui, gemberwortel,<br />
kurkuma (geelwortel), laos(-poeder), sambal oelek<br />
en olie - en 5 min. aanbakken in wadjan. Dan<br />
schelvisfilet-in-stukken en gepelde garnalen erbij<br />
en enkele min. mee-bakken: dan santen erin laten<br />
smelten en de vis voorzichtig door het vocht<br />
wentelen (zo dat de stukken zoveel mogelijk heel<br />
blijven). Op zacht vuur en onder deksel in ca. 10<br />
min. verder gaar laten worden. Dan op smaak<br />
maken met citroen-(of limoen-)sap en bestrooien<br />
met kokos. Serveren bij rijst.<br />
69<br />
Florentijnse filets: in beboterde ovenschaal eerst<br />
½ pond (net) gaar gekookte spinazie, op smaak<br />
gemaakt met peper, zout en nootmuskaat. Daarop<br />
een laagje, vooraf met een gesnipperd uitje even<br />
aangefruite, champignons, hierop de (evt. opgerolde)<br />
filets (in totaal ca. ½ pond) en daarover de rest<br />
van de champignons (in totaal ca. 1 ons), mét het<br />
'bakvet' ervan. Daarop nog een blanke saus van<br />
eetlepel bloem/boter, met melk en geraspte kaas.<br />
De rest van de geraspte kaas (in totaal ½ ons)<br />
erover strooien en dan in ca. 15 min. in de oven<br />
van 180° gaar stoven en tevens gratineren.<br />
(N.B.: dit kan ook evengoed met kabeljauw-filet!)<br />
gepureerd in andijvierolletjes: ½ pond schelvisfilet-in-stukjes<br />
pureren in mengbeker, samen met<br />
sjalotje, losgeklopt ei, 1-2 eetlepels zure room, 2<br />
eetlepels sherry (of cognac), peper en zout.<br />
Geblancheerde andijviebladeren hiermee vullen<br />
en dichtvouwen, en vervolgens in ca. 20 min. gaar<br />
stoven in mengsel van 1 eetlepel boter met 1-2<br />
eetlepels water (zo nodig nog wat water erbij).<br />
Roomsaus maken van in eetlepel boter licht<br />
gefruit gesnipperd sjalotje, daaraan toegevoegd<br />
sap van 1 citroen en 1 dl droge witte wijn, en<br />
ingekookt tot minder dan de helft: vervolgens<br />
zoveel klontjes boter erdoor geklopt tot luchtige<br />
saus is ontstaan, op smaak gemaakt met peper<br />
en zout. Serveren bij rijst.<br />
Joodse viskoekjes: ½ pond filet (van schelvis,<br />
wijting, koolvis of kabeljauw) zachtjes 3 min.<br />
koken in beetje water met zout en scheutje azijn:<br />
in gesloten pan nog kwartiertje na-garen. Dan fijn<br />
prakken en mengen met 3 fijngeprakte aardappelen,<br />
gefruite ui, eidooier (en evt. stijfgeklopt<br />
eiwit), scheutje room en wat bloem: op smaak<br />
maken met peper, zout, nootmuskaat en gesnipperde<br />
peterselie. Platte koeken ervan vormen (ca.<br />
6 cm doorsnee) en door de paneermeel of bloem<br />
(en evt. eiwit) halen en bakken in olie.
Schol of Schar of andere soort platvis:<br />
N.B.: vis bakken altijd op matig vuur, maar wél<br />
in ruim (!) flink voor-verhitte boter en/of olie.<br />
(Ook zeer geschikt hiervoor is rode poon!)<br />
paneren van vis: na het zouten en na 10 min.<br />
weer droogdeppen evt. eerst even bestuiven met<br />
(beetje) bloem, dan met linkerhand door een met<br />
wat water losgeklopt ei halen, goed wentelend en<br />
draaiend, en na even uitdruipen door broodkruim<br />
(of goede paneermeel) halen en er flink rondom<br />
met bedekken - en even aandrukken (ook aan de<br />
randjes). Meteen bakken geeft knapperige korst.<br />
Variant: door de melk halen i.p.v. door het ei.<br />
gebakken - à la meunière: 2 schoongemaakte<br />
kleine platvissen van ca. 250 g (schol, schar,<br />
tongschar of tong) zorgvuldig afspoelen en<br />
droog deppen en inwrijven met zout (evt. ook nog<br />
wat peper en evt. besprenkelen met wat citroensap)<br />
en dit ½ uurtje in laten trekken. Dan de vis<br />
nogmaals droog deppen en overdwars 3 diepe<br />
inkervingen maken: vervolgens door de melk<br />
halen, dan door de bloem, en aan beide kanten<br />
ca. 4 min. bakken in ca. 1 ons boter (+ olie), in de<br />
koekepan, op matig vuur, de vis wat heen-en-weer<br />
schuivend. Zo nodig nog wat boter erbij doen.<br />
Serveren bij (gebakken of gekookte) aardappelen,<br />
met bijv. gesmoorde komkommer.<br />
- met gebakken abrikozen: 2 (schol-)<br />
filets inwrijven met citroensap, zout en peper en<br />
dan in ½ eetlepel boter in ca. 8 min. (2 x 4 min. !)<br />
gaar en goudbruin bakken. Uit de koekepan<br />
nemen en warm houden. In dezelfde pan in wat<br />
nieuwe boter de (gedroogde) abrikozen (vooraf<br />
geweekt en weer goed afgedroogd!) 5 min.<br />
zachtjes aanbakken en dan op de vis scheppen.<br />
Bestrooien met vooraf geroosterd amandelschaafsel.<br />
- met peterseliesaus: 4 scholfilets in hete<br />
olie in ca. 10 min. goudbruin bakken. Van tevoren<br />
de volgende saus maken: gesnipperd uitje en eetlepel<br />
gesnipperde peterselie enkele min. zachtjes<br />
koken in visbouillon (!); dan de groenten eruit<br />
scheppen en in een kom mengen met 2 eetlepels<br />
kwark (of yoghurt) en iets van de afgekoelde bouillon:<br />
met mixer fijn maken en dan zoveel bouillon<br />
erbij tot de gewenste dikte is bereikt. Op smaak<br />
maken met peper, zout en citroensap en dan aubain-marie<br />
verwarmen. Serveren bij aardappelen<br />
met bijv. rode bieten.<br />
70<br />
gestoofd/gepocheerd - in de oven: 2 scholfilets<br />
(of gefileerde scholletjes) hooguit 1 minuut pocheren<br />
in gezouten water (of in visbouillon) en dan<br />
met schuimspaan overdoen in vuurvaste schaal.<br />
Bestrooien met beetje zout en snufje foelie en<br />
overgieten met ½ dl room en dan 10 min. in<br />
voorverwarmde oven van 180°.<br />
- óf: 4 scholfilets in ruim 5 min.<br />
pocheren in ½ glas witte wijn in voorverwarmde<br />
oven van 220° - of gewoon in de pan. Intussen<br />
een mosterdsaus maken: bekertje crème fraîche<br />
op laag vuur inkoken (géén zure room: dat gaat<br />
schiften) en mengen met 1 eetlepel mosterd en<br />
wat van het stoofvocht; op smaak maken met<br />
peper en zout. Serveren met fijngesneden bieslook<br />
over de vis.<br />
- óf: 2 scholfilets inwrijven<br />
met citroensap, zout en peper en dit kwartiertje<br />
laten in-trekken. Dan in een ingevette ovenschaal<br />
leggen en 4 blaadjes salie er hier en daar tussen<br />
steken. In steelpannetje in klontje boter een gesnipperd<br />
uitje of sjalotje fruiten, samen met 4<br />
gesnipperde salieblaadjes, er dan eetlepel bloem<br />
in laten garen en met blokjesbouillon tot veloutésausje<br />
roeren (zie pag. 18): van het vuur af nog 2<br />
eetlepels schenkroom erdoor en dan over de vis<br />
schenken. In met folie afgedekte ovenschaal ca.<br />
20 min. in een oven van 180°. Serveren bij gebakken<br />
aardappelen en rode bietjes.<br />
- in de pan: in een beetje<br />
boter hele kleine champignons even gaar stoven,<br />
daarna in dezelfde boter een aantal hele kleine<br />
voorjaarsuitjes stoven (met de deksel op de pan,<br />
om bruin kleuren te voorkomen) en zo nodig nog<br />
wat boter erbij doen. Het overgebleven stoofvocht<br />
aanvullen met witte wijn en hierin een hoeveelheid<br />
blanke visfilet (van platvis!) pocheren. Dan de vis<br />
eruit nemen en op warme schaal leggen. Door het<br />
stoofvocht losgeklopte eierdooier(s) roeren (ca. 2<br />
dooiers op ¼ l vocht) en enkele eetlepels room, tot<br />
de gewenste dikte is bereikt. Op smaak maken<br />
met peper, zout en nootmuskaat en nog wat fijngesneden<br />
peterselie en/of dille.<br />
- óf: rolletje(s) maken van<br />
scholfilet rond een reepje (van ca. 5 cm) voorgekookte<br />
prei, bestrooid met beetje zout en peper.<br />
Vastprikken met houten cocktailprikker en in een<br />
gesloten pannetje in een mengsel van witte wijn<br />
en water in ca. 5 min. tegen de kook aan gaar<br />
pocheren. Deze scholrolletjes eventueel serveren<br />
met Hollandaise-saus: zie pag. 21.
Tong:<br />
gebakken - à la Picasso: 4 tongfilets eerst door<br />
een, met eetlepel melk losgeklopt, ei halen en dan<br />
door de paneermeel en vervolgens in koekepan in<br />
50 g boter op matig vuur in ca. 4 min. goudbruin<br />
en gaar bakken, ze halverwege behoedzaam<br />
kerend. Voorzichtig overscheppen op een verwarmde<br />
schaal en deze warm houden. In de evt.<br />
wat aangevulde boter ½ sinaasappel (dik geschild<br />
en in partjes verdeeld), 2 uitgelekte schijfjes<br />
ananas, ½ in plakken gesneden banaan en 1 dito<br />
bolletje gember zachtjes lichtbruin fruiten en bij de<br />
vis voegen. De aanzetsels losmaken met ananassap<br />
en wat citroen en erover gieten.<br />
- à la meunière: 2 (hele, niet al te grote!)<br />
tongen goed droog deppen en besprenkelen met<br />
citroensap; na even intrekken inwrijven met peper<br />
en zout. Dan eerst door de melk en daarna door<br />
de bloem halen. Na goed 'afschudden' in ½ ons<br />
hete boter in 10 min. gaar en bruin bakken (evt.<br />
nog wat verse boter erbij als het te bruin wordt).<br />
Daarna nogmaals besprenkelen met citroensap<br />
en dan serveren met erover gesnipperde peterselie<br />
én de schuimende warme bakboter.<br />
gepocheerd - Veronique: 4 tongfilets (van ca. 75<br />
g) in een wijde pan leggen waarin eerst 10 g boter<br />
is gesmolten, dan bestrooien met een weinig<br />
peper en zout en begieten met ½ dl witte wijn,<br />
aangelengd met 2 dl visbouillon en theelepel<br />
citroensap. Hierna in ca. 6 min. tegen de kook aan<br />
gaar pocheren. De vis eruit nemen en laten uitlekken:<br />
warm houden op een schaal boven een<br />
pan met heet water. Het pocheervocht 5 min. op<br />
hoog vuur laten inkoken tot ca. de helft en op de<br />
gewenste dikte brengen met klontjes boter of<br />
beurre manié. Dit nog 5 min. zachtjes laten koken<br />
en dan nóg wat klontjes boter erdoor roeren en<br />
over de vis gieten.<br />
gepocheerde tong(-schar)filets: 2 goed afgespoelde<br />
en weer droog gedepte tong(schar)filets<br />
ca. 10 min. pocheren in 1½ dl sherry (medium of<br />
dry) met 4 fijngesnipperde lente-uitjes, 1-2 ons<br />
fijngesneden champignons, 1 theelepel rozemarijn<br />
en ½ theelepel zout. Dan (pas) de vis overdoen in<br />
een ovenschaal en het pocheervocht tot de helft<br />
laten inkoken: het vuur lager zetten en er ca. 1½<br />
dl room door roeren mét evt. nog wat klontjes<br />
boter. Deze saus over de warmgehouden vis<br />
gieten en 4-5 min. onder de grill. Evt. de laatste<br />
minuten wat amandelschaafsel erover strooien en<br />
even laten bruinen. Serveren bij rijst.<br />
71<br />
Sliptongetjes: 'gewoon' in boter bakken (zie linksbovenaan<br />
vorige pagina!) en dan serveren met bijvoorbeeld<br />
Béarnaisesaus (zie pag. 22). Of eerst<br />
paneren: zie ook links-bovenaan vorige pagina.<br />
Serveren bij patates of gebakken aardappelen.<br />
Tongschar (of schartong): (zie ook pag. 70)<br />
Gebakken in boter: net als elke soort platvis (met<br />
uitzondering van tong en tarbot) komt tongschar (of<br />
schartong) het beste tot z’n recht bij gewoon ‘op de<br />
huid’ bakken of gepaneerd zoals aangegeven<br />
bovenaan vorige pagina.<br />
gepocheerde tongschar: middelgrote (vooral niet<br />
té grote: dan liever 2 kleinere!) schoongemaakte,<br />
afgespoelde en droog gedepte tongschar in flink<br />
beboterde ovenschaal leggen (met evt. ook nog<br />
klontjes boter eronder en eromheen) en bestrooien<br />
met een beetje peper en zout, vervolgens met<br />
paneermeel, waarover verspreid nog weer wat<br />
kluitjes boter. Evt. nog wat witte wijn en/of citroensap<br />
erbij doen, afdekken met folie en in voorverwarmde<br />
oven van 200° gaar pocheren. Of eerst<br />
boter in de ovenschaal laten smelten en daar dan<br />
de vis kort in pocheren. Serveren bij bloemige<br />
gekookte aardappelen of bij aardappelpuree, met<br />
worteltjes.<br />
gepocheerd in aluminiumfolie: 2 hele schoongemaakte<br />
scharren afspoelen, zorgvuldig droogdeppen<br />
en bestrooien met zout en besprenkelen met<br />
citroensap: dit even laten inwerken en vervolgens<br />
op enkele flinke stukken folie leggen. In 25 g boter<br />
ca. 2 ons champignons-in-plakjes samen met een<br />
gesnipperd uitje gaar fruiten en over de vis verdelen.<br />
Dan 25 g boter schuimig kloppen en<br />
mengen met ½ bekertje zure room, 1 eetlepel<br />
sherry, 1 eetlepel gesnipperde peterselie, ½ eetlepel<br />
geknipte bieslook en peper en zout naar<br />
smaak: ook dit over de vis doen. De folie dichtvouwen<br />
(met de naad naar boven) en 20 min.<br />
middenin een voorverwarmde oven van 200°.<br />
Serveren bij aardappelpuree.
Zalm:<br />
zalm in pure boter: een moot zalm van ca. 300 g<br />
droog deppen (niet afspoelen!) en bestrooien met<br />
een weinig zout: dan in 15-20 min. tot licht-rose(!)<br />
stoven in een afgedekt steelpannetje waarin ca.<br />
50 g boter is gesmolten. Varianten: pocheren in<br />
visbouillon en serveren met Hollandaisesaus (zie<br />
pag. 21), bij bloemige aardappelen of aardappelpuree.<br />
Of bestrooid met peper en zout en evt. licht<br />
'bebloemd' bakken in boter, even in de pan of in<br />
ca. ½ uur in oven van 180° (dan evt. belegd met<br />
kleine stukjes tomaat, uienringen en wat geraspte<br />
gemberwortel).<br />
zalm en papillotte: 2 moten zalm van ca. 1½ cm<br />
dik (of 2 zalmfilets à 150 g) licht inwrijven met<br />
zout, peper en olie.en bestrooien met mengsel<br />
van groene kruiden (peterselie, bieslook, venkelgroen,<br />
rozemarijn, verse tijm etc.) en dan wikkelen<br />
in reepjes ontbijtspek of bacon – en verpakt in<br />
aluminiumfolie ca. 15 min. laten garen in oven van<br />
180°. Na opensnijden opdienen met gesmolten<br />
boter of met Hollandaisesaus (pag. 21) of met<br />
bearnaisesaus (pag. 22). Bij rijst of aardappelpuree.<br />
zalmpaté en croute met dragon-mosterdsaus:<br />
½ pond zalm (ontgrate moten of filets) in keukenmachine<br />
pureren, samen met 2 theelepels gedroogde<br />
dragon, peper, zout, 2 eieren en half<br />
bekertje crème fraîche: in de koelkast. Dan 4<br />
plakjes ontdooide bladerdeeg iets in de lengte uitrollen<br />
en halveren (evt. in vis-figuurtjes snijden).<br />
De vispuree hierover verdelen en 'inpakken', de<br />
vochtigeranden aandrukken met vork en middenin<br />
oven van 200° (op bakpapier) in ca. 20 min.<br />
gaar laten worden. Met rest van de crème fraîche,<br />
eetlepel milde mosterd en eetlepel dragon sausje<br />
kloppen: dit erbij serveren.<br />
zalm met een aardappelkorstje: in beboterde<br />
ovenschaal 2 zalmfilets (van ca. 120 g) bestrijken<br />
met los geroerd eiwit en bestrooien met zout en<br />
peper. Hierop dakpansgewijs dunne plakjes aardappel<br />
die ca. 3 min. zijn voorgekookt (en daarna<br />
gedroogd) en bestrijken met gesmolten boter: dan<br />
10 min. in oven van 180°. Sausje maken van 3<br />
gesnipperde sjalotjes, glazig gefruit in 25 g boter,<br />
dan laurierblaadje, mespunt dragon en 2 glazen<br />
droge witte wijn erbij en tot de helft inkoken. Na<br />
zeven 1½ ons koude boter in vlokjes erdoor kloppen,<br />
en evt. wat mosterd en dille.<br />
72<br />
Zalmmousse: twee blikjes (ca. 440 g) goede<br />
(rode) zalm afgieten (sap bewaren) en ontgraten<br />
en ontvellen en dan zéér fijn malen, in mengbeker<br />
met staafmixer. Dan bekertje zure room (of crème<br />
fraîche) en eetlepel mayonaise met witte peper (of<br />
tabasco) erdoor: even goed mengen/mixen! Dan 4<br />
blaadjes geweekte en uitgeknepen gelatine boven<br />
vuur laten oplossen in het zalmsap en er snel doorheen<br />
mengen, samen met een eetlepel kappertjes,<br />
en óf in een visvorm doen óf verdelen over een<br />
aantal kleine soufflé-potjes (in beide gevallen vlak<br />
van tevoren omgespoeld met koud water, om<br />
vastkleven te voorkomen!). Minstens 2 uur laten<br />
opstijven op een koele plaats. Vlak voor het opdienen<br />
evt. nog wat druppels citroensap erover.<br />
Serveren op (of met) toast.<br />
Variant met tonijn: in mengkom (of foodprocessor)<br />
mengsel maken van ½ pond verse roomkaas,<br />
blikje tonijn, 3 eetlepels citroensap, 6 eetlepels<br />
tomatenketchup en wat zout en peper, dan in met<br />
water omgespoelde (en met gladde folie bedekte)<br />
vorm en geruime tijd in koelkast laten opstijven.<br />
Storten op schaal en garneren met plakjes tomaat.<br />
Hartige zalmtaart: beboterde springvorm bekleden<br />
met (4 á 5) velletjes bladerdeeg. Helft van 3<br />
ons (verse of gerookte) zalm in reepjes, rest fijnhakken.<br />
In kom 4 eieren loskloppen met dl crème<br />
fraîche en 1½ dl melk, dan de gehakte zalm erdoor,<br />
samen met 1½ eetlepel fijngehakte dille,<br />
zout, witte peper en mespunt cayennepeper. De<br />
zalmreepjes op de (ingeprikte) bodem, mengsel<br />
erover, en dan ca. 25 min. iets onder midden in<br />
voorverwarmde oven van 220°. Warm, lauwwarm<br />
óf koud serveren.<br />
Zie ook pag. 127 voor zalm bij pasta<br />
Zeebaars: inkervingen maken in de huid, zout en<br />
peper (en evt. wat olijfolie) er in laten trekken, en<br />
dan op de huid (kort) bakken in hete olijfolie (op<br />
matig vuur).<br />
Zeeduivel in roomsaus: klontje boter smelten in 1<br />
dl room, daarbij fijngeknipte bieslook of grof gesneden<br />
pijpjes lente-ui en dan daarin een flinke<br />
moot zeeduivel, bestrooid met peper en zout, 10-<br />
15 min. onder deksel zachtjes laten smoren (halverwege<br />
even keren), tot de bovenkant niet meer<br />
glazig is. De saus kleuren met saffraandraadjes<br />
(fijngewreven in wat water) en op smaak maken<br />
met sherry, dan de vis er weer bij.
73<br />
IV GROENTEN<br />
(van aardappel tot wortel - in alfabetische volgorde)<br />
Aardappelen = gekookt (en warme en koude gerechten met gekookte aardappelen)<br />
Andijvie<br />
Appelen<br />
Asperges<br />
Aubergines<br />
Bieten (rode)<br />
Bleekselderij<br />
Bloemkool (en Broccoli)<br />
Champignons<br />
Courgettes<br />
Doperwten<br />
Knolselderij<br />
Komkommer<br />
Kool<br />
Koolraap<br />
Paprika<br />
Postelein<br />
Prei<br />
Raapstelen<br />
Rabarbermoes<br />
Rode kool<br />
Schorseneren<br />
Sla (in soorten)<br />
Sperziebonen<br />
Spinazie<br />
Spruitjes<br />
Stoofperen<br />
Tomaten<br />
Tuinbonen<br />
= gebakken aardappelen<br />
= gepureerd (en gerechten gemaakt van aardappelpuree)<br />
= gerechten op basis van niet vooraf gaar gekookte aardappelen<br />
Ui (en voorjaarsuitjes en sjalotjes)<br />
Venkel<br />
Witlof<br />
Wortel<br />
Blancheren = met koud water aan de kook brengen óf met kokend water overgieten, en dan direct met koud<br />
water afspoelen, van groente.
74<br />
AARDAPPELEN - alleen de goede = ‘puike’: godenspijs voor aardse genieters!! In de soorten:<br />
- bloemige 'afkokers', zoals Borgers (Fr.) of Eigenheimers (Gr.), Dorées, Irenes en (vooral) Rode Star<br />
- stevig(er) blijvende, zoals Bildtstar, Eersteling (of Muizen), Opperdoezer Ronde en (tussenvorm) Bintje<br />
(De later ontwikkelde 'vastkokende' zijn niet zelden zoetig, en dus een gruwel. Zoet kunnen ze ook<br />
worden door een temperatuur beneden de 5°- 7° C: zetmeel wordt dan te snel omgezet in suiker!)<br />
= GEKOOKT: in flinke bodem water met wat zout aan de kook brengen: zodra stoom uit de pan komt<br />
vuur lager draaien, maar het moet wél (net) aan de kook blijven, gemiddeld ca. 20 min. Prikkend met<br />
vork controleren of de aardappels gaar zijn, dan afgieten (met deksel schuin op de pan: het 'afgietsel is<br />
te gebruiken voor bijv. het afmaken van vleesjus!), nog even droog laten dampen en (bij bloemige<br />
‘afkokers’) even flink 'opschudden' en onder deksel minstens 20 min. laten na-garen en na-drogen!<br />
Gerechten met (half) gaar gekookte aardappelen<br />
Aardappelschotel met appel: pond aardappelen half-gaar koken en in plakjes snijden: derde deel hiervan<br />
op de bodem van een ingevette ovenschaal. Hierover verdelen de helft van 4, in plakken gesneden,<br />
appels (geschild en uitgeboord) en de helft van een vooraf even kort uitgebakken mengsel van ½ ons<br />
rookspek-in-blokjes met fijngesneden ui. Hierover weer een laagje van de aardappelen en dan weer<br />
van de appelschijven en het rookspekmengsel. Als laatste een laag aardappel. Overgieten met 2½ dl<br />
appelsap, vooraf even opgekookt met ½ (kippen-)bouillontablet, ½ theelepel rozemarijn en wat peper.<br />
Afdekken met dunne plakjes ontbijtspek en met aluminiumfolie en dan ½ uur in oven van 200°. Na 15<br />
min. folie eraf om het spek knapperig te laten worden.<br />
Aardappelschotel met bieslook (vegetarisch): pond aardappelen (net!) gaar koken en in plakken<br />
snijden. In drie lagen in beboterde ovenschaal leggen, elke laag steeds bestrooid met gesnipperde<br />
bieslook, peper, zout en nootmuskaat (en evt. paprikapoeder). Bekertje crème fraîche glad roeren met<br />
2-3 eetlepels melk en eroverheen gieten: bestrooien met ½ ons geraspte kaas. Dan in oven van 200° in<br />
ca. 20 min. goed gaar en warm laten worden. Serveren met nog wat bieslook erover.<br />
Aardappel-courgette-gratin: in beboterde ovenschaal laag-om-laag half pond (half) gaar gekookte<br />
aardappelen-in-dunne-plakken en courgette-in-plakken, eerst ‘uitgezweet’ middels ruim grof zeezout,<br />
daarna afgespoeld en afgedroogd en gesmoord in wat boter of olie, en per laag theelepel Italiaanse<br />
kruiden - en dan overgieten met mengsel van 2 eieren, 1 dl slagroom, ½ dl melk en geraspte jongbelegen<br />
kaas, op smaak gemaakt met zout en peper en evt. Maggi-aroma (proeven!). Bestrooien met<br />
geraspte oude kaas. Dan ca. 30 min. in voorverwarmde oven van 180° tot goudbruin en gaar.<br />
Spaanse aardappelschotel (zie ook Spaanse omelet op pag. 138): pond vastkokende aardappelen net<br />
gaar koken. Intussen (ook in dezelfde tijd!) 2 grote uien in gehalveerde plakken zachtjes (!) gaar bakken<br />
in 4 eetlepels olijfolie, daar dan de aardappels-in-plakjes bij en op half-hoog vuur goudbruin bakken,<br />
kerend met een spatel. Op smaak maken met (cayenne)peper e.a.kruiderij naar believen. Dan overgieten<br />
met 3-4 met zout losgeklopte eieren en roerbakken tot deze stollen. Serveren met gesnipperde<br />
peterselie erover.<br />
Franse aardappeltaart: lage ovenschaal invetten en 'beleggen' met ontdooid en uitgerold bladerdeeg:<br />
de bodem inprikken en bestrooien met weinig (!) gemengde (of Provençaalse) kruiden. Hierop de helft<br />
van pond half-gaar gekookte aardappel(plakjes), dan de helft van een gesnipperde ui en van 1 ons<br />
rookspekblokjes én evt. wat vocht (bouillon of room). Dit nog eens herhalen. Dan de rest van de (3<br />
plakjes) bladerdeeg uitrollen tot (goed dichtende) deksel en ook daar luchtgaatjes in prikken. In<br />
voorverwarmde oven van 200° in ca. 40 min. gaar laten worden.
75<br />
Aardappelsalades: hiervoor bij voorkeur Bintje, Bildtstar (of Redstar) of andere stevig blijvende.<br />
(voor mayonaise en slasaus etc. zie pag. 16/17)<br />
- warm: gare maar stevig gebleven (!) aardappelen in vrij dikke plakken snijden en door-en-door warm<br />
laten worden (zonder koken!) in 2 dl heet water met 2 eetlepels boter, waarin een in plakjes gesneden<br />
ui even is gekookt en dat verder op smaak is gemaakt met 1 eetlepel wijnazijn, ½ theelepeltje suiker,<br />
zout en peper. Bestrooien met fijngesneden peterselie, bieslook of dille. Of mengsel van olijfolie,<br />
citroensap, komijn en paprikapoeder erover.<br />
- halfwarme (of koude) 'Kartoffelsalat': ca. 1 kg vastkokende aardappelen in ca. 10 min. bijna gaar<br />
koken en in, nog warme, plakjes snijden en dan direct mengen met een dressing van 2 eetlepels witte<br />
wijnazijn met zout en peper, waardoor druppelsgewijs 1 dl olie is 'geklopt' tot een glad sausje, en<br />
vervolgens is vermengd met fijngehakte peterselie, bieslook en evt. kervel;<br />
óf mengen met een sausje van slasaus, zure room en geraspte ui, verder vermengd met augurk en<br />
zure appel in kleine stukjes, en apart bestrooid met peper en zout en gesnipperde peterselie (of<br />
bladselderij). Dit er dan wél minstens 1 uur in laten trekken, op koele plek.<br />
- koud:<br />
Huzarensalade: ca. 8 stevig-blijvende, nét gaar gekookte aardappelen in blokjes snijden en goed vermengen<br />
met 2 ons in stukjes gesneden varkenslapjes, pittig gekruid en goudbruin gebakken, en 2 (niet<br />
té) kleingesneden zure appels, ca. 3 augurken en aantal zilveruitjes, eveneens in stukjes, en wat<br />
fijngesneden gekookte rode bietjes (en evt. verkruimelde hardgekookte eieren). In een mengkom<br />
mayonaise en kwark (of yoghurt) goed door elkaar mengen, de helft hiervan erdoor, de rest erover.<br />
Garneren met tomaten, augurken en zilveruitjes. Goed laten intrekken en goed laten afkoelen, evt. in<br />
de koelkast. Variant: Als vlees kan ook corned beef worden gebruikt!<br />
Haringsalade: vlees vervangen door zoute haring(en), in kleine stukjes gesneden.<br />
Champignon-aardappel-salade: pond vastkokende aardappelen (eerst) in dunne reepjes gesneden<br />
en (dan) enkele min. (!) gekookt in licht-gezouten water: uit laten lekken op vergiet en vervolgens luchtig<br />
mengen met ca. ½ pond (in water met wat citroensap) geblancheerde champignons (in dunne plakjes)<br />
en ca. 2½ ons (gerookte) gekookte ham (in reepjes). Dit luchtig aanmaken met de volgende saus: 8<br />
eetlepels mayonaise, 1 eetlepel tomatenketchup, 1 eetlepel room, ragfijn gesnipperd of geraspt uitje (of<br />
gesnipperde bieslook), borrelglaasje sherry (of witte wijn), mespunt mosterd, peper en zout en snufje<br />
rozemarijn. Bestrooien met paprikapoeder en garneren met tomatenschijfjes en gesnipperde peterselie.<br />
Tonijn-(of zalm-)aardappelsalade: een blikje tonijn óf zalm goed laten uitlekken en ½ citroen er boven<br />
uitpersen. Na even goed intrekken vermengen met ½ pond nèt gaar gekookte aardappelen-in-blokjes,<br />
een geraspt sjalotje, 4 ons augurken (in stukjes) en ½ kopje gehalveerde zilveruitjes (én evt. nog 2<br />
hardgekookte-verkruimelde eieren, blikje gemengde groenten en/of fijngesneden zure appels).<br />
Daarover een dressing van 2 eetlepels olie, 1 eetlepel (wijn-)azijn (of het vocht van de augurkjes!),<br />
citroensap, mosterd, zout en tabascosaus. Tot het opdienen koud weg zetten. Evt. verder op smaak<br />
maken met peper, zout en dille. Dan op slablaadje(s) leggen en overgieten met het volgende roomsausje:<br />
bekertje crème fraîche + 2 eetlepels tomatenketchup + peper/zout en evt. sherry. Garneren<br />
met gesnipperde peterselie.<br />
= GEBAKKEN: bij voorkeur vastkokende aardappelen (bijv. Bildtstar, Opperdoesen of Muisjes) bijna (!)<br />
gaar koken en na afkoelen in plakjesof blokjes snijden. In de koekepan in ruim (!) margarine, samen<br />
met de aardappelplakjes koud in de pan (óf in bijv. arachide- of sla-olie, doch dit wél eerst goed heet<br />
laten worden), op matig (!) vuur goudgeel (niet bruin!) en knapperig bakken - of langdurig(er) op laag<br />
vuur(!), nu en dan even omscheppend! Evt. eerst een klein gesneden uitje goudbruin fruiten, uit de pan<br />
nemen en in het bakvet de aardappelen bakken, en op het laatst de uitjes er weer door (of ook nog een<br />
goudrenet-in-blokjes de laatste 3 min. mee-bakken én evt. kaasblokjes en wat basilicum erdoor; of voor<br />
het bakken besprenkelen met olijfolie en bestrooien met kummelzaadjes).<br />
Exquise variant: weinig aardappelen per keer (alleen de bodem van de koekepan bedekt) zachtjes<br />
bakken in ganzenvet. (óf in het vet van geconfijte eend!) óf in ‘geklaarde’ boter (in steelpannetje<br />
zachtjes verhitte boter, tot het melkeiwit in witte vlokken boven komt drijven en kan worden afgeschept!)
76<br />
= GEPUREERD: bij voorkeur bloemige 'afkokers' (Eigenheimers of Borgers, Dorées, Irenes, Rode Star)<br />
in niet te veel water (!) gaar koken en met een mixer in de(zelfde) pan fijn 'kloppen' (evt. boven laag<br />
vuur) mét klontjes boter. Nu en dan flinke scheut (liefst warme!) melk erbij (ca. ½ l op 1 kg. aardappelen)<br />
en blijven kloppen tot een zéér luchtige massa is ontstaan. Op het laatst nog flink wat kluitjes<br />
boter erdoor mengen (óf wat olijfolie!), samen met (flink wat) versgemalen nootmuskaat, zout en peper<br />
(én evt. wat Maggi-aroma). Paneermeel met (veel!) verspreide klontjes boter erover en even onder de<br />
grill (of als de puree is afgekoeld: in de oven).<br />
Aloude beproefde methode: na goed afgieten eerst met de 'stamper' fijn maken en dan boven het<br />
vuur lucht(ig) 'opkloppen' met pollepel, steeds scheutjes warme melk toevoegend tot de gewenste dikte<br />
(en 'luchtigheid' en kleur) is bereikt. Evt. (deel van) de melk vervangen door room of crème fraîche; of<br />
achteraf erdoor een mengsel van ei, boter, melk en goudgeel gefruite ui. Op smaak maken als boven.<br />
Pure puree is evt. 'op smaak' te brengen met knolselderij (in ongeveer dezelfde hoeveelheid en<br />
hoedanigheid als de aardappelen) of venkelknol (dan op smaak maken met crème fraîche en eetlepel<br />
pernod!) of gaargekookte goed uitgelekte spinazie en/of door bijmenging van peterselie, (blad-)selderij,<br />
bieslook, basilicum, dille, lenteuitjes-in-ringetjes, geraspte kaas, mosterd, mierikswortel, monchou,<br />
paprika- of kerrie-poeder, enz. enz. enz. Of 'op kleur' te brengen met bietjes, worteltjes of doperwtjes.<br />
Van overgebleven aardappelpuree is de volgende 'Shepherd's Pie' te maken: kleine fijngehakte prei<br />
fruiten in 25 g margarine en daarin 1½ ons gehakt rul en lichtbruin bakken; hierover theelepel(s) bloem<br />
strooien en er al roerend ½ dl (blokjes-)bouillon aan toevoegen tot het vocht licht gebonden is; op<br />
smaak maken met peper, zout en evt. tikje tabascosaus of komijn. Dan uitspreiden op de bodem van<br />
een (kleine) ovenschaal en 'afdekken' met de koude aardappelpuree. Klontjes boter erover en ca. 20<br />
min. in oven van 200°, tot er een bruin korstje op is gekomen. Andere methode middels Zalmkoekjes:<br />
ca. ½ pond koude puree mengen met uitgelekt blikje roze zalm, eidooier, theelepel citroenrasp, eetlepel<br />
gesnipperde peterselie, zout en peper (of bieslook, of dille, of geraspt sjalotje) en als de puree toch te<br />
stijf blijft wat crème fraîche (of het losgeklopte eiwit). Hier tiental ‘koekjes’ van kneden, en na opstijven<br />
in koelkast eerst door losgeklopt ei en dan door paneermeel halen. Dan op zacht vuur beiderzijds bruin<br />
bakken. (Ook de binnenkant moet goed heet worden!) Evt. tomatenketchup erover.<br />
Gerechten gemaakt van (met) aardappelpuree:<br />
- kroketjes: puree maken (als boven) en daaraan toevoegen, boven laag vuur, 1 ei en nog eens 2 eierdooiers.<br />
Na afkoelen (in koelkast) in kleine kroketjes kneden van ca. 5 cm lang (of met 2 nat-gemaakte<br />
lepels ovale vormpjes). Deze eerst door de bloem en daarna door een met water losgeklopt eimengsel<br />
halen, en dan nog door de paneermeel (of door amandelschaafsel). Frituren in olie of vet van ca. 180°<br />
in ca. 3 min. Goed uit laten lekken! Of (in afgeplatte en ronde vorm) in enkele eetlepels olie gewoon<br />
bakken in de koekepan, óf 20 min. in oven van 220°.<br />
- variant: geraspte (oude) kaas en/of gesnipperde peterselie erdoor.<br />
- duchesse: zelfde toevoeging en dan de massa middels een spuit(-zak) met grof-gekarteld spuitmondje<br />
in rozetjes over een bakplaat verdelen, ca. 2 cm uit elkaar. In voorverwarmde oven van 180° in<br />
ca. 20 min. goudgeel bakken (kleuring lukt beter na bestrijken met een losgeklopt ei).<br />
- dauphin: dezelfde toevoeging aan de puree en dan in steelpan soesen-deeg maken van 1 dl water<br />
met 50 g boter: samen opzetten en als de boter gesmolten is er 50 g bloem 'in één klap' bijvoegen en<br />
boven laag vuur zolang roeren tot het deeg als een losse bal aan elkaar blijft hangen. Er 2 eieren<br />
doorheen mengen met de mixer, tot het deeg gaat glanzen en blazen gaat trekken (zie pag. 149). Dan<br />
de ca. driedubbele hoeveelheid aardappelpuree erdoor roeren. Met 2 natte lepels stukjes hiervan<br />
'afschuiven' in frituurvet of -olie van 180° en in ca. 3 min. goudbruin bakken.<br />
- 'schupfnudla' ('schuif-noedels'): pond aardappels met zout gaar koken en pureren met mixer en dan<br />
erdoor roeren ½ pond bloem, 3 eieren, mespunt nootmuskaat en 2 vooraf in wat boter gefruite gesnipperde<br />
sjalotjes. Op smaak maken met peper en zout. Dan plukjes van dit 'deeg' tussen de handen<br />
uitrollen tot slierten van ca. 4 cm en deze in ruime pan met kokend water koken (als ze boven komen<br />
drijven zijn ze gaar). Met schuimspaan eruit nemen en uit laten lekken in vergiet. Opwarmen in 50 g<br />
boter in de koekepan óf bestrooien met geraspte kaas en boter en daarna even gratineren onder de<br />
grill. Evt. overgieten met de volgende gorgonzolasaus: op laag vuur 50 g boter smelten, daar klein flesje<br />
slagroom door roeren en wat laten inkoken; dan al roerend 1 ons gorgonzolakaas-in-stukjes erin laten<br />
smelten tot gladde saus.
77<br />
- Boules Parmentier: 1 - 2 ons bloem, al zevend, toevoegen aan pond gepureerde aardappelen,<br />
samen met geraspte (Gruyère) kaas, zout en (witte en/of cayenne) peper, totdat er niet-plakkerige<br />
walnoot-grote balletjes van zijn te kneden. In laagje olie in wadjan of koekepan bruin en gaar bakken en<br />
laten uitlekken op keukenpapier. Past (ook) goed bij varkensvlees.<br />
- Badense aardappelpuree: door de puree van pond aardappelen ook nog een eierdooier kloppen en<br />
mengen met ons geraspte (Goudse) kaas. Dan het stijf geklopte eiwit door de nog hete puree spatelen<br />
en in beboterde ovenschaal in voorverwarmde oven van 220° in ca. 25 min. 'souffleren'.<br />
Gerechten gemaakt met nog rauwe aardappelen:<br />
- Gratin Dauphinois: pond stevige aardappelen (géén afkokers!) schillen, drogen en in dunne schijfjes<br />
snijden, bijv. met de komkommerschaaf; vervolgens langdurig spoelen onder de koude kraan, zodat ze<br />
wat van hun bindende 'meel' verliezen. Hierna goed drogen met keukenpapier (vooral niet met<br />
theedoek: deze gaat eraan!). Dan in ingevette schaal ('bestreken' met een doorgesneden teen knoflook,<br />
sjalot of ui) dakpansgewijs stapelen en over elke laag een beetje zout en flink wat versgemalen (zwarte)<br />
peper strooien. Klontjes boter er bovenop en overgieten met ¼ l room (het bovenste laagje moet net<br />
bedekt zijn), met evt. enkele eetlepels bloem of losgeklopt ei erdoor gemengd. In voorverwarmde oven<br />
van 180° eerst ca. 1 uur met afgedekte schaal (het gaat erom dat de aardappelschijfjes goed gaar<br />
worden), dan nog ca. kwartier gratineren, zodat de intussen 'droge' aardappelen een krokant korstje<br />
krijgen. Evt. overtollig vocht tussentijds afgieten.<br />
Methode 'Wilgenhoeve': in pannetje ¼ l melk al roerend aan de kook brengen, met 50 g boter, zout,<br />
peper en nootmuskaat. Dan pond (rauwe) aardappelen-in-schijfjes erbij (indien vlak voor de bereiding<br />
geschild, dan niet gewassen en niet afgespoeld), samen met 3 eetlepels room en 1 theelepel zure room<br />
(óf ca. 5 eetlepels crème fraîche). Als het kookt voorzichtig omroeren met een houten pollepel. Na ca.<br />
10 min. koken van het vuur, overdoen in ovenschaal (vooraf bestreken met sjalot of ui als boven) en<br />
bestrooien met flink wat geraspte (Gruyère)kaas; daarna nog een klein uur in matig warme oven van<br />
150° tot oppervlakte bubbelt en mooi goudbruin is.<br />
Variatie hierop: 1 ei loskloppen met 2 dl hete melk en mespunt nootmuskaat, zout en peper en ½ ons<br />
geraspte (Gruyère-)kaas: dit over de aardappelschijfjes gieten en door elkaar scheppen. In ovenschaal<br />
doen en bestrooien met nog eens 50 g geraspte kaas: dan onderin oven van 200° in 50 min. gaar laten<br />
worden onder folie (de laatste 15 min. de folie eraf en laten bruinen).<br />
- Bretonse aardappelen: pond aardappelen in (hele!) dunne plakjes snijden (dan niet meer afspoelen!)<br />
en even flink aanbakken in vooraf ca. 10 min. gefruit mengsel van fijngesneden ui en in ringen<br />
gesneden prei. Flink zouten en met peper bestrooien. Dan 5 dl melk erbij, dat vooraf ca. 10 min. is<br />
getrokken met 'bouquet garni' (zie pag.3) en met nootmuskaat en ca. ½ uur zachtjes laten koken. Dan<br />
eetlepel bloem erbij en nog even doorkoken tot licht-gebonden. Overdoen in ingevette ovenschaal en in<br />
ca. 10 min. in voorverwarmde oven van 220° lichtbruin laten worden.<br />
Variant: kwart van pond 'vastkokers' in flinterdunne plakjes, gemengd met rozemarijn, onderin beboterde<br />
ovenschaal, daarover helft van met dl slagroom losgeklopt ei, samen met peper en zout, daarop<br />
feta-blokjes - en dit 1 x herhalen! Hierover de andere helft van de aardappelschijfjes, vermengd met 4<br />
eetlepels olijfolie - en dan 60 - 75 min. in voorverwarmde oven van 180°.<br />
- Normandische aardappelen: gesnipperde ui en (wit van) prei samen met onsje fijngesneden ontbijtspek<br />
in margarine gaar en glazig fruiten. Dan erbij: pond rauwe aardappelen, geschild en in dunne<br />
plakjes gesneden, samen met 1-2 dl melk en 1-2 dl blokjesbouillon en nog wat zout en peper, en op<br />
laag vuur ½ uur laten koken (tot het vocht vrijwel is opgenomen en de aardappels wat zijn 'gepureerd').<br />
- Savooise aardappels: in flinke klont boter ca. pond, in hele dunne plakken geschaafde (rauwe!)<br />
aardappelen zachtjes goudgeel (aan-)bakken, dan dl hete melk, zout, peper en nootmuskaat erbij en<br />
gaar laten sudderen. Onsje bacon-in-reepjes en gesnipperde peterselie erdoor 'schudden' en over doen<br />
in ingevette ovenschaal, met plakjes kaas (bijv. de bergkaas reblochon) en wat klontjes boter erover.<br />
Dan enkele min. onder de grill of bovenin voorverwarmde oven.
78<br />
- Hongaarse aardappelen:(vegetarisch): gesnipperde ui goudgeel fruiten in 25 g margarine, samen<br />
met ½ eetlepel paprikapoeder, eetlepel tomatenpuree en evt. ½ eetlepel tomatenketchup. Dan pond<br />
aardappelen-in-plakjes (van ca. ½ cm dik) erdoor roeren en ca. dl blokjesbouillon erbij (de aardappelen<br />
moeten tot de helft onder het vocht staan): aan de kook brengen en in ca. 20 min. gaar stoven. Kookvocht<br />
afgieten, binden met 2 eetlepels zure room en 1 eetlepel bloem, daar 1 ons geraspte kaas in laten<br />
smelten en dan samen met gesnipperde peterselie door de aardappels.<br />
- Pommes Anna (vegetarisch): pond (geschilde en goed afgedroogde!) aardappelen in dunne schijfjes<br />
snijden (of schaven!) en, na weer afdrogen, in dik(!) beboterde ovenschaal leggen, bestrooien met zout,<br />
peper en tijm en er hier en daar klontjes boter tussen leggen (in totaal ca. ½ ons): dan ca. 1 uur in matig<br />
hete oven van 200° (een tijdje onder deksel!) Serveren met fijngesnipperde peterselie (of bieslook)<br />
erover. Er kan ook nog geraspte kaas tussen de aardappels worden gestrooid (naast de boter). Evt.<br />
tijdje onder deksel.<br />
- Aardappelpannekoekjes (vegetarisch): 3 geschilde (grote) aardappelen raspen en er zoveel mogelijk<br />
vocht uit knijpen. Gepelde ui raspen, evt. ook in een mengbeker, doch dan na de aardappelen. Beide<br />
door elkaar roeren en er een ei door kloppen, met een beetje zout en zoveel bloem dat het een stevig<br />
beslag wordt (met de dikte van yoghurt). Hiervan op matig vuur in koekepan met olie of margarine ca.<br />
4-5 pannekoekjes tegelijk bakken, steeds een beetje platgedrukt, en aan 2 kanten, tot ze bruin en<br />
knapperig zijn. Serveren met op elk pannekoekje een beetje yoghurt waar een gesnipperd (lente-)uitje<br />
en versgemalen peper doorheen is gemengd.<br />
Zweedse variant: eerst een speklapje uitbakken en in het vet daarvan de pannekoekjes bakken (en<br />
aan het deeg evt. wat melk toevoegen). En ook nog fijngesneden bieslook door het 'beslag'.<br />
Joodse 'Kugel' (vegetarisch): pond aardappelen en grote ui grof raspen, kruiden met peper en zout en<br />
eetlepel fijngehakte selderij(-groen), er dan 2 eieren door kloppen. In lage vuurvaste schaal 3 eetlepels<br />
(maïs-) olie verhitten, daar het mengsel bij doen en 1 uur in voorverwarmde oven van 200° (evt. tijdje<br />
afdekken met aluminiumfolie).<br />
Rösti: geraspte rauwe, bij voorkeur stevige, aardappelen met grove rasp in hele dunne reepjes raspen.<br />
Op matig hoog vuur in olie of margarine, evt. samen met een zeer fijn gesnipperde (of eveneens<br />
geraspte) ui (al of niet vooraf even aangefruit), de aardappelreepjes, gekruid met peper en zout en<br />
daarna goed aangedrukt (zodat een dikke 'koek' ontstaat!), eerst aan de ene kant in ca. 5 -10 min.<br />
goudbruin en bijna gaar bakken, na voorzichtig keren (bijv. op deksel) ook de andere kant, zo nodig met<br />
aangevulde margarine of olie. Evt. bestrooien met geraspte kaas en daarna nóg eens 5 min. met deksel<br />
op de pan laten bruinen. Of eerst mager rookspek uitbakken en dan daarin de rösti bakken.<br />
- Aardappelen rauw gebakken: geschilde 'stevige' aardappelen (Bintje of Bildtstar) in plakjes snijden,<br />
drogen en al omscheppend (roer-)bakken in ruim hete margarine, waarin eerst blokjes mager rookspek<br />
en preireepjes lichtbruin zijn gefruit (wat er eerst weer uit is genomen). Dan karwijzaad erover strooien,<br />
deksel op de pan en in 10 - 15 min. gaar laten worden (of omgekeerd: eerst onder deksel stoven en<br />
dan pas zonder deksel bruin bakken). Daarna spek en prei er weer bij en nog even bakken in open pan.<br />
Variant: 'gewoon' bakken in hete(!) arachide-olie. Of in partjes (via 'kwartjes') snijden en in zeer hete<br />
olijfolie even roerbakken en dan onder deksel op middelhoog vuur ca. 5 min. verder bakken, 1 x omscheppend,<br />
en dan zonder deksel nog 5 min. al omscheppend gaar en (licht-!)bruin bakken.<br />
Ovenvariant: pondje (vastkokende) aardappelen in grove stukken (of in blokjes) gesneden, samen met<br />
(rode) ui-in-partjes en (takjes) rozemarijn met 3 eetlepels olijfolie in ovenschaal, bestrooid met (zee-)<br />
zout in ca. 45 min. gaar bakken in oven van 220° (hetelucht 200°!), af en toe omscheppend.<br />
- Aardappels poffen (in een oven of op de barbecue): zeer goed schoongeboende, ongeschilde en<br />
met olie bestreken aardappelen (bijv. Roseval) in aluminiumfolie verpakken en ca. 1 uur (!) middenin<br />
een oven van 200°. Opdienen met boter en geraspte kaas óf met zure room (evt. met groene kruiden of<br />
met blauwe kaas), kwark (met gemberstroop), yoghurt (met bieslook) of feta.<br />
- Frituren (tot patates): geschikte aardappelen (Bintje of Frieslander) in gewenste vorm snijden (evt.<br />
met apart apparaat), afspoelen en goed afdrogen. Dan eerst 7-10 min. frituren in (arachide-)olie of<br />
frituurvet (bijv. ossenwit) bij 130°, eruit scheppen en laten afkoelen. Vlak voor het opdienen opnieuw<br />
frituren, maar nu 4-5 min. bij 180°. (Stukje witbrood wordt bij 180° in 1 min. bruin en blijft bij 130° licht<br />
van kleur!)
ANDIJVIE<br />
79<br />
Gekookt: Na het fijnsnijden (nog eens) in vergiet gewassen andijvie met aanhangend water opzetten<br />
en laten slinken (cave aanbranden zolang er nog niet genoeg water is vrijgekomen!). Nadat alles<br />
voldoende is geslonken in ca. 20 min. verder gaar stoven. Na afgieten (en evt. uitlekken op vergiet) nog<br />
ca. 5 min. na-stoven in klontje boter (of margarine). Evt. binden middels maizena aangelengd met wat<br />
melk. Op smaak maken met peper en zout.<br />
Andijvie à la crème: de andijvie gaar koken als boven en intussen van gelijke hoeveelheden bloem en<br />
boter roux maken en daar al roerend zoveel melk aan toevoegen dat een glad mengsel ontstaat: daar<br />
eetlepel crème fraîche (óf geraspte kaas), wat nootmuskaat en mespunt suiker doorheen mengen. De,<br />
in de vergiet uitgelekte, andijvie terug in de pan en daar de saus doorheen roeren: in gesloten pan nog<br />
5 min. stoven. Van het vuur af er nóg een eetlepel crème fraîche door mengen en op smaak maken<br />
met peper en zout.<br />
Gebraden saucijsjes in andijviebladeren: krop andijvie in zijn geheel enkele min. blancheren in ruim<br />
kokend water: in vergiet laten uitlekken, na nog eens afspoelen met koud water. Saucijsen even aanbraden<br />
in wat margarine, eruit nemen en in het bakvet een gesnipperde ui en vervolgens 2 ons<br />
fijngesneden champignons op hoog vuur even goed laten 'borrelen'; op smaak maken met peper en<br />
zout, tijm en een theelepeltje mosterd. Afblussen met (witte) wijn en tot de gewenste dikte laten<br />
inkoken. De saucijsjes omwikkelen met andijvieblad(eren) en met een prikker vastzetten: ze dan in<br />
ingevette ovenschaal leggen en daarover de saus gieten. In matig-hete oven in ca. 25 min. gaar laten<br />
worden. Geeft magere jus, geschikt voor gekookte (bloemige) aardappelen.<br />
Stamppot rauwe andijvie: ragfijn gesneden andijvie door (goede!) aardappelpuree (zie pag. 76)<br />
roeren en door-en-door warm laten worden. Verder vermengen met stukjes krokant (en evt. met prei en<br />
kerrie) gebakken rookspek of bacon ('stimp-stamp') én flink wat geraspte belegen kaas.<br />
Andijviestamppot: van ruim pond aardappelen puree maken en mengen met ½ pond (half of net) gaar<br />
gekookte grof-gesneden andijvie en ½ pond rauwe ragfijn-gesneden andijvie. Intussen saucijsje(s) na<br />
inprikken aanbakken en in schijfjes gesneden, mét het bakvet, door de stamppot mengen, samen met<br />
2 ons geraspte (niet te oude) kaas en evt. klein blikje ananas in stukjes. Even goed doorwarmen.<br />
Andijvie(-aardappel)schotel: 1½ pond (liefst stevige of nieuwe) aardappelen gaar koken en intussen<br />
kilo andijvie tamelijk fijn snijden en goed wassen: dan laten slinken in pan met bodempje water en wat<br />
zout en in vergiet uit laten lekken; er dan wat peper en nootmuskaat door mengen. In ingevette<br />
ovenschaal eerst laagje andijvie, daarop de gaar-gekookte aardappelen in plakjes, en daarop weer de<br />
rest van de andijvie. Even 'glazig' gebakken baconreepjes erover en deze bestrooien met geraspte<br />
kaas (liefst Emmenthaler) en verspreide klontjes margarine. In ca. 20 min. in hete oven gratineren.<br />
APPELEN (ZURE) (zie ook Appeltoetjes in Hfst. IX en Appeltaarten in Hfst. X)<br />
Appelmoes: pond goudrenetten schillen, in vieren snijden en de klokhuizen verwijderen; de partjes evt.<br />
overdwars nog een keer doorsnijden. In flinke bodem water (van enkele cm!) op hoog vuur aan de kook<br />
brengen, dan deksel op de pan en op matig-hoog vuur ca. 10 min. stoven (af en toe roeren, en daarbij<br />
controleren op voldoende vocht), evt. samen met klontje boter. Dan de massa met garde tot moes<br />
roeren en (bruine basterd)suiker (of honing) naar smaak toevoegen.<br />
Variaties: stukje citroen(schil) of gemberwortel of pijpkaneel mee koken of op smaak maken met wat<br />
citroensap, gembersiroop, kaneelpoeder of scheutje calvados. Of Jona Gold i.p.v. goudrenet.<br />
Appelcompôte: pond appelen als boven voorbereiden en dan op laag vuur in het sap van een ¼<br />
citroen en beetje boter, onder af en toe roeren, koken tot een bodempje vocht is gevormd. Dan ca. 5<br />
min. mee koken: 15 g rozijnen en evenveel amandelschaafsel, en er zo nodig wat water bij. Naar<br />
smaak suiker (of honing) erdoor roeren. Kan warm en koud worden opgediend.<br />
Variaties: inplaats van rozijnen etc. kan men er ook slagroom (of zure room of crème fraîche) doorheen<br />
roeren, mét bijv. theelepeltje vanillesuiker.
80<br />
ASPERGES (aspergesoep pag. 5) (asperges goed te bewaren gewikkeld in vochtige doek in koelkast!)<br />
Asperges met ham, eieren en botersaus: de goed geschilde en van het houtachtige onderste stuk<br />
ontdane asperges in 10-20 min. (afhangend van de dikte) beetgaar koken in de gezeefde 'bouillon'<br />
getrokken van de schillen en uiteinden (op laag vuur kwartiertje laten trekken), aangevuld met wat zout<br />
en klein beetje suiker. Garneren met schijfjes hardgekookt ei en met plakjes achterham en overgieten<br />
met Hollandaise- of Mousseline-saus (zie pag. 21) - of deze er apart bij serveren.<br />
Op z'n Vlaams: 2 hardgekookte eieren zeer fijn snijden en mengen met 1 ons zachte boter en veel fijngesnipperde<br />
peterselie, dan kruiden met peper, zout en (ruim!) nootmuskaat: dit over de gaar gekookte<br />
asperges. Evt. ook nog wat gekookte ham-in-reepjes erdoor.<br />
Krokant (en exquis): (goede!) asperges ca. 10 min. pocheren in ruim water met zout: van het vuur af<br />
nemen en in kookvocht laten afkoelen. In steelpannetje aan de kook brengen: glas witte wijn, glas witte<br />
(droge!) vermouth, scheutje water, fijngesnipperd sjalotje, laurierblaadje en snufje tijm – en zachtjes<br />
laten inkoken tot licht-stroperig, dan met wat citroensap licht aangezuurde slagroom erbij (of crème<br />
fraîche) en weer even laten koken: gesnipperde bieslook erdoor en op smaak maken met peper en<br />
zout. Dan de afgekoelde asperges door een losgeklopt ei wentelen en daarna door bloem, en even snel<br />
(!) lichtbruin en knapperig bakken in koekepan met wat boter. Over doen in ovenschaal en bedekken<br />
met hele dunne tranches verse zalmfilet: enkele min. (niet langer!) in hete oven of onder de grill, tot de<br />
zalm mooi rose is geworden. Daar de nog warme saus overheen gieten.<br />
Quiche: van ca. 6 blaadjes (roomboter-)bladerdeeg lap uitrollen die ca. 6 cm. groter is dan een springvorm<br />
van 24 cm. doorsnee: stevig hierin drukken en gaatjes erin prikken. Bodem bestrooien met<br />
paneermeel. Pond asperges, net beetgaar gekookt, in stukjes snijden en mengen met: 4 losgeklopte<br />
eieren, 2½ dl slagroom (óf 2 eetlepels crème fraîche met 1 dl droge witte wijn), 2 eetlepels geraspte<br />
Parmezaanse kaas en peper, zout en nootmuskaat naar smaak. Evt. ook nog gefruit gesnipperd uitje<br />
erdoor. Dan 35-45 min. middenin voorverwarmde oven van 200°-225°.<br />
Ragoût: in stukjes gesneden asperges bijtgaar(!) koken in de bouillon gemaakt van de schillen en<br />
harde uiteinden (aangelengd met blokjesbouillon). Achterham-in-reepjes erdoor mengen en samen in<br />
vuurvaste schaal. Intussen blanke roux maken van bloem/boter en dit roerend mengen met aspergekookvocht<br />
en room: op smaak maken met peper, zout en nootmuskaat, dit luchtig door de aspergesmet-ham<br />
roeren en de schaal 15 min. in oven van 200°.<br />
AUBERGINES (in deze recepten ook te vervangen door courgettes!) (Zie ook pag. 98 en 126)<br />
Gevulde: ongeschilde aubergine overlangs doormidden snijden en 10 min. smoren in eetlepel margarine,<br />
daarna uithollen, tot alleen nog randje vruchtvlees in de schil is blijven zitten, en bestrooien met<br />
zout en paprikapoeder. In dezelfde margarine gesnipperde ui fruiten, samen met het klein gehakte<br />
vruchtvlees. Dan ½ pond gehakt aanmaken met deze 'puree', samen met eetlepel(s) tomatenpuree,<br />
evt. wat broodkruim, paprikapoeder en geraspte oude kaas (en voor een zoete vulling evt. eetlepel<br />
geweekte rozijnen). Hiermee de aubergine-helften vullen: in ovenschaal met wat gesmolten boter en<br />
geraspte kaas erover 30 min. in voorverwarmde oven van 180° tot inhoud gaar en de korst gekleurd is.<br />
Vulling op z’n Turks: in eetlepel(s) olijfolie gesnipperde ui glazig fruiten, ½ pond gehakt hierin bakken<br />
tot ontkleurd en op smaak maken met peper en zout. Dan tomatenpuree en/of gezeefde tomaten<br />
erdoor en zolang koken tot het ingedikt is. Geraspte oude kaas erdoor en evt.‘verdunnen’met olijfolie.<br />
Gepaneerde: geschilde aubergine(s) in plakken van ½-1 cm dikte snijden en zouten. Dan eerst door<br />
diep bord met bloem halen, dan door bord met losgeklopt ei en tenslotte door bord met paneermeel. In<br />
hete boter of olie in enkele min. beiderzijds lichtbruin bakken.<br />
Aubergine met mozzarella: aubergine(s) in de lengte in plakken snijden en in vergiet bestrooien met<br />
zout en ½ uurtje laten ‘uitzweten’, dan afspoelen en droogdeppen. In eetlepels olijfolie met paar plakken<br />
tegelijk tot goudbruin bakken, dan laten uitlekken op keukenpapier. Gesnipperd uitje zacht fruiten in wat<br />
olijfolie, blik tomaten erdoor en in ca. 10 min. tot saus prutttelen – en deze op smaak maken met zout,<br />
peper en (liefst verse) basilicum. De plakken aubergine onderin ovenschaal, daarop plakjes mozzarella,<br />
daarover (deel van) de saus (evt. in meerdere lagen). Geraspte Parmezaanse kaas met scheutjes olijfolie<br />
erover en 10-15 min. in voorverwarmde oven van 200°.
81<br />
BIETEN (RODE) (zie ook ovenschotel: pag. 99, stamppot: pag. 100 en gehaktbrood: pag. 54)<br />
Warm: goed gewassen rode bieten in de schil koken: zomerbietjes ca. ½ uur, winterbieten 1-2 uur (ze<br />
zijn gaar als de schil makkelijk loslaat). Schillen en in blokjes van ca. 1 cm snijden. In een beetje<br />
margarine fijngehakt uitje fruiten en dan het sap van een halve citroen erdoor mét een mespuntje zout<br />
en peper. Hierin de bietenblokjes 5 min. stoven, in een gesloten pan op laag vuur. Evt. wat room erdoor<br />
of (licht ingekookte) crème fraîche (met evt. wat gesnipperde bieslook erdoor gemengd) én wat suiker.<br />
BLEEKSELDERIJ (zie ook Goudse schnitzel op pag. 42 en Bleekselderij-ovenschotel op pag. 94)<br />
Gekookt en gestoofd: goed geschrapte ('ont-drade') en van bruine bodem ontdane stengels in ca. 15<br />
min. zachtjes gaar koken in ruim (zout) water - en dan in ingevette ovenschaal, bedekken met dunne<br />
plakjes rookspek, overgieten met Madeira en onder deksel ca. ½ uur zachtjes stoven. Vocht evt. binden<br />
met maizena.<br />
Warm: uitje fruiten, bloem erover strooien en na garen hiervan blokjesbouillon erdoor roeren tot glad<br />
sausje is ontstaan: dit op smaak maken met peper, zout en nootmuskaat. In ingevette ovenschaal een<br />
pond goed schoongemaakte en goed geschilde bleekselderij (in schijfjes) leggen en overgieten met de<br />
saus. Daarover paneermeel en in hete oven laten smoren en gratineren.<br />
Variant: op dezelfde manier voorbereide bleekselderij eerst ca. 5 min. koken in ruim water, afgieten,<br />
terug in de pan en overgieten met ¼ l blokjesbouillon met wat margarine en in ca. ½ uur op laag vuur<br />
met deksel op de pan gaar stoven. Voor het opdienen er wat gesnipperde peterselie door schudden.<br />
Koud: kilo in kleine stukjes (van ½ cm) gesneden bleekselderij 5 min. blancheren in net kokend water<br />
(met tikje zout & azijn) en dan met koud water afspoelen en laten uitlekken in vergiet. Daarna losjes<br />
ver-mengen met 2 goudrenetten (in kleine blokjes) en 2 ons gekookte ham (in dunne reepjes). In een<br />
andere schaal 1½ dl mayonaise en 1½ dl kwark (of yoghurt) luchtig opkloppen en daar in zéér fijn<br />
gehakte vorm doorheen mengen: ½ eetlepel dille, 1 eetlepel kervel, 1 eetlepel peterselie en 2 sjalotjes,<br />
daarbij gevoegd ½ borrelglas sherry en peper en zout naar smaak. Met dit kruidensausje aanmaken en<br />
minstens 1 uur laten intrekken.<br />
Gevuld: 8 stengels bleekselderij na schillen en wassen in stukken van ca. 10 cm snijden en deze<br />
bestrijken met citroensap. Goed door elkaar roeren: 1 ons Monchou, ½ ons Roquefort (of een andere<br />
blauwe kaas), 1 eetlepel slagroom en 2 eetlepels port, tot een stevige crème; evt. ook nog wat verbrokkelde<br />
walnoten erdoor en hiermee de stengels vullen.<br />
BLOEMKOOL (of BROCCOLI) (zie ook soepen op pag. 5 en pag. 12)<br />
Van flinke bloemkool de bladeren en zoveel mogelijk van de stronk verwijderen en dan een kwartier in<br />
ruim koud (licht-gezouten) water leggen. Afspoelen onder de koude kraan en met de stronk naar<br />
beneden in bodempje water met wat zout in ca. 10-15 min. gaar koken. (Als de bloemkool eerst in<br />
'roosjes' wordt verdeeld, is de kooktijd korter: 5-7 min.) Uit laten lekken in vergiet en kookvocht<br />
opvangen. Blanke roux maken van 20/20 g boter/bloem en daar met ¼ l van het kookvocht een gladde<br />
saus van maken: van het vuur af er nog ½ dl room door roeren en op smaak maken met peper en zout.<br />
Dit over de bloemkool en bestrooien met (liefst versgemalen) nootmuskaat. N.B.: in plaats van de room<br />
kan men ook geraspte kaas door de saus roeren en dan, na bestrooien met nóg wat geraspte kaas,<br />
even gratineren onder de grill. Of alleen room erover, met wat peper, zout en nootmuskaat en klontjes<br />
boter - en dan niet onder de grill.<br />
Voor Broccoli is (ook) erg geschikt de volgende kaassaus: aan 25 g zachtjes gesmolten boter al kloppend<br />
toevoegen het sap van ½ citroen - en daar 1 ons monchou door roeren tot gladde saus is<br />
ontstaan (evt. te verdunnen met wat van het kookvocht), dan door de (net) gaargekookte broccoli.
82<br />
Bloemkool à la Milanaise: roosjes bloemkool in 6-7 min. bijna gaar koken in licht gezouten water en<br />
na goed uitlekken in beboterde ovenschaal: royaal bestooien met Parmezaanse (of Gruyère) kaas,<br />
laagje paneermeel en vlokjes boter erover en gratineren in oven van 250° (max.).<br />
Bloemkool-pureeschotel: in roosjes gebroken bloemkool als boven gaar koken. Aardappelpuree<br />
maken (zie pag. 76) en mengen met losgeklopt ei, ½ bekertje crème fraîche en ½ ons geraspte kaas.<br />
Gesnipperde ui en doosje schoongeborstelde champignons met theelepeltje kerrie fruiten in wat boter<br />
en mengen met ½ bekertje crème fraîche én met de fijn gestampte bloemkool. Met peper en zout op<br />
smaak maken en overdoen in ingevette ovenschaal, dan bedekken met de aardappelpuree, daar losgeklopt<br />
ei over en geraspte kaas: 20 min. in oven van 200° gratineren.<br />
CHAMPIGNONS (zie ook de champignonsoepen op pag. 5 en 6)<br />
(altijd zeer goed drogen na het wassen of nog beter: schoonborstelen i.p.v. wassen!)<br />
Gestoofd: champignons in plakjes snijden en besprenkelen met citroensap. In wat boter gesnipperd<br />
sjalotje(s) en evt. onsje gekookte ham-in-reepjes fruiten. Dan op hoger vuur de champignons er beetjebij-beetje<br />
bij doen en (pas) als ze lekker beginnen te bakken een mespuntje kerrie, peper en zout en<br />
fijngehakte peterselie erbij. Serveren op geroosterd brood met geraspte kaas.<br />
In roomsaus: gesnipperd uitje ca. 1 min. fruiten in boter en er dan 4 ons champignons-in-plakjes aan<br />
toevoegen, samen met wat peper en zout. Verder erbij doen: 4 eetlepels sherry, 1 dl room, 1 takje (of<br />
beetje) dragon en alles ca. 10 min. zachtjes stoven zónder deksel. Er dan evt. nog wat room (of crème<br />
fraîche) door en de schotel bestrooien met gesnipperde bieslook.<br />
à la Grècque: ons champignons 10 min. zachtjes stoven in mengsel van ½ eetlepel olijfolie, ½ glas<br />
droge witte wijn, ½ eetlepel tomatenpuree, laurierblaadje, takje tijm, takjes peterselie en 1 theelepel<br />
gekneusde korianderzaadjes.<br />
Gegratineerd: 1 pond (= 2 bakjes) champignons paar min. pocheren in 1 dl witte wijn (en/of het sap<br />
van ½ citroen), peper en zout. Uit laten lekken en kookvocht opvangen. Blanke roux maken van 25 g<br />
bloem/boter en daar met het kookvocht én evt. nog wat bouillon gladde saus van maken: gesnipperde<br />
peterselie, dragon en peper en zout erdoor en nog even zachtjes laten koken. Dan nog een liaison van<br />
eierdooier met room erdoor en vervolgens de champignons-in-plakken. Verdelen over een aantal lichtgeroosterde<br />
(witte) boterhammen en met een plakje (of geraspte) kaas erover even laten gratineren in<br />
de oven of onder de grill. Bestrooien met wat (milde) paprikapoeder.<br />
Ragoût: (bij voorkeur van verschillende soorten paddestoelen, bijv. cantharellen, champignons, oesterzwammen,<br />
in totaal ca. 8 ons.) Op laag vuur ½ ons ontbijtspek uitbakken en na enkele min. een gesnipperde<br />
ui daarin goudgeel fruiten. Daar dan de (evt. in stukken gesneden) paddestoelen bij, samen<br />
met 6 takjes verse tijm (of theelepel gedroogde) en voortdurend omscheppend 5 min. op matig vuur<br />
bakken. Afgieten boven maatbeker en het kookvocht aanvullen met blokjesbouillon tot 2½ dl. Een<br />
blanke roux maken van 30/30 g bloem/boter en met dit vocht tot gladde saus roeren: na ca. 10 min.<br />
koken de paddestoelen erdoor, samen met 1 dl room. Even laten mee-warmen en er dan nog 2 eetlepels<br />
gesnipperde peterselie door en op smaak maken met peper & zout.<br />
Pasteitjes: kleine ingevette vormpjes vullen (goed aandrukken, zodat er een soort kuiltje voor de latere<br />
vulling in komt!) met een deegje gemaakt van 75 g bloem, 1 afgestreken theelepel bakpoeder, ¼ theelepel<br />
zout, 75 g (zachte) boter en enkele eetlepels melk. Dit deeg in 30 min. gaar bakken op de<br />
onderste richel van een voorverwarmde oven van 200°. Op hoog vuur in eetlepel boter ½ pond<br />
champignons-in-plakjes aan-bakken en dan blussen met een glas witte wijn; als dit verdampt is, van het<br />
vuur af en mengen met 1 dl crème fraîche (of zure room), losgeklopt met fijngesnipperde bieslook,<br />
peper en zout. Hiermee de deegvormpjes vullen, bestrooien met geraspte kaas en gratineren onder de<br />
grill of middenin oven van 200°.<br />
Variant: eerst gesnipperd sjalotje (of uitje) glazig fruiten en dan daarin ½ pond champignons en ½ zure<br />
appel (beide in blokjes) met 2 eetlepels calvados, zout en enkele druppels tabasco 7-8 min. heel<br />
zachtjes smoren; dan nog 1 eetlepeltje crème fraîche erdoor.
83<br />
Gevuld: 8 grote (!) champignons schoon borstelen, de stelen eraf breken en deze fijnsnijden. Op laag<br />
vuur in steelpannetje 50 g boter smelten en daar evt. klein beetje citroensap door roeren: hierin de wat<br />
uitgeholde 'hoedjes' ca. 5 min. laten smoren. Ze er dan uit halen en het vocht wat laten inkoken. In de<br />
resterende (evt. aangevulde) bakboter op laag vuur gesnipperd sjalotje (of lente-uitje) glazig fruiten, dan<br />
de gehakte steeltjes erbij en gaar fruiten. Dan fijngesneden achterham erdoor en (zure) room (of crème<br />
fraîche).Kruiden met dragon (!) en peper en zout naar smaak. Hiermee de hoedjes vullen en bestrooien<br />
met geraspte oude (Parmezaanse) kaas en dan vrij onderin een voorverwarmde oven van 200° in ca.<br />
15 min. tot goudbruin gratineren. Geschikt als voorafje!<br />
Variant: 2½ ons varkens-(óf half-om-half-)gehakt kruiden met peper, zout en nootmuskaat en mengen<br />
met geraspte schil van ½ citroen en de gehakte champignonsteeltjes. In 'balletjes' verdelen over de<br />
champignon-hoedjes en deze in vuurvaste schaal leggen. Overgieten met crème fraîche (waarin<br />
gesnipperde bieslook) en ca. 25 min. in oven van 200°. Daarna bestrooien met de rest van de gesnipperde<br />
bieslook en van de citroenschilrasp.<br />
Vegetarische variant: de als boven voorbehandelde (5 min. aangebakken) champignons vullen met<br />
mengsel van blauwe kaas en crème fraîche en dan in de oven tot de kaas net is gesmolten.<br />
COURGETTES (zie ook courgettesoep pag. 7, Moussaka pag. 98 en zucchini-omelet pag. 138)<br />
Hongaarse courgetteschotel: courgette(s) schillen, in tweeën snijden en de zaden eruit 'lepelen', dan<br />
met een (komkommer)schaaf in lange linten snijden: licht zouten en besprenkelen met beetje (kruiden-)<br />
azijn. Half uurtje laten staan en daarna vocht eruit knijpen. In ruime pan in wat gesmolten boter of<br />
margarine voorzichtig gaar (roer-)bakken, dan gesnipperde dille erover en wat paprikapoeder. Als de<br />
courgette net gaar is bloem erover en met zure room (of yoghurt) tot gebonden saus roeren (slechts<br />
even opkoken). Serveren bij bijv. varkenskarbonade of gebraden (verse) worst..<br />
` Gesmoorde courgette: courgette-in-plakken met gesnipperde sjalotje(s) op matig vuur lichtbruin<br />
bakken in wat boter, citroensap erdoor en op laag vuur in ca. 10 min. gaar stoven. Serveren met<br />
gesnipperde peterselie of bieslook erover.<br />
DOPERWTJES<br />
Uit blik of pot: in eigen vocht opwarmen, met klontje boter erin; bestrooien met fijngesnipperde peterselie.<br />
Uit de diepvries: in dl blokjesbouillon ontdooien en 5 min. koken, de laatste min. evt. samen met<br />
in kleine blokjes gesneden komkommer. Kookvocht inkoken, evt. binden met maizena en op smaak<br />
brengen met peper en zout.<br />
KNOLSELDERIJ (zie ook knolselderijssoep op pag. 7)<br />
Warm: Selderijknol 'ontkoppen', in plakken snijden en daarna in reepjes en vervolgens in blokjes. Dan<br />
in 20-25 min. gaar koken in licht-gezouten (weinig) water, met enkele druppels citroensap. Na afgieten<br />
'opschudden' met klontje boter. Variant: gaar stoven in béchamelsaus (met kaas).<br />
Gebakken: hele plakken bestrooien met zout en na even intrekken beiderzijds lichtbruin bakken en<br />
over-gieten met gesmolten (maar niet gebruinde) boter (of margarine).<br />
Gegratineerd: bijna (!) gaar gekookte selderijblokjes in een ingevette ovenschaal en overgieten met<br />
blokjesbouillon (waardoor eerst 1 ei is losgeklopt), bestrooien met paneermeel en 'beleggen' met<br />
klontjes boter. Dan 10 min. middenin voorverwarmde oven van 220° óf even onder de grill.<br />
Koud: Waldorfsalade: selderijknol in dunne plakken en vervolgens in hele smalle (luciferdikke) reepjes<br />
snijden en in wat water met zout en peper even 'afkoken' (ze moeten knapperig blijven!). Goudrenetten<br />
op dezelfde wijze klein maken, maar niet koken. Dan ½ dl slagroom stijfkloppen en door ½ dl (zelfgemaakte)<br />
mayonaise (zie pag. 16) roeren (of zure room nemen of Griekse yoghurt) en op smaak<br />
maken met peper, zout én tikje tabascosaus. De nog warme (!) knolselderij-met-appel hiermee aanmaken.<br />
Variant: met bleekselderij (en met walnoten); of met fijngesneden witlof.
84<br />
KOMKOMMER (zie ook komkommersoep op pag. 7)<br />
Gestoofd: komkommer(s) schillen, in de lengte doormidden snijden en met lepeltje 'uithollen'. In wat<br />
boter een ui-in-ringen goudgeel fruiten, ui eruit en in bakboter de in stukken gesneden komkommer(s)<br />
in gesloten pan in ca. 10 min. gaar stoven: tijdens dit stoven wat peper en kerrie erbij. Samen met de uiringen<br />
overdoen in vuurvaste schaal, bestrooien met geraspte kaas (en wat gesmolten boter) en dan<br />
ca. 15 min. in oven van 200°. Variant: eetlepel fijngeprakte blauwe kaas erdoor.<br />
Salade(s): Komkommer schillen en met komkommerschaaf in plakjes snijden (vlak voor het gebruik,<br />
anders wordt de komkommer slap!). Of eerst doormidden snijden, de (vochtige!) zaadlijst eruit 'lepelen'<br />
en dan pas in plakjes snijden. Als dressing bijv. de volgende slasaus: met een vork 1 eetlepel eerst<br />
'gezouten' azijn (of citroensap) lobbig kloppen met 3 eetlepels olie, dan erbij doen theelepel gedroogde<br />
dille, half theelepeltje suiker, peper en zout naar smaak, gesnipperd sjalotje (of preitje) en eetlepel<br />
gesnipperde peterselie (en evt. wat tomatenketchup). Andere dressing: ¼ l bio-(of Griekse of<br />
Turkse)yoghurt + gesnipperd sjalotje + basilicum (of eetlepel fijngehakte verse munt) + peper & zout.<br />
Griekse variant (Horiatiki): 1 kleine komkommer-in-plakjes én 2-4 tomaten-in-vieren (en evt. ui en<br />
groene paprika in ringen) bedekken met laagje van ca. 1 ons verkruimelde feta en dan daarover<br />
dressing van ½ eetlepel citroensap (of eetlepel witte wijnazijn) én 2-4 eetlepels olijfolie met ½ theelepel<br />
oregano én dragon en gesnipperde peterselie (én evt. geraspt lente-uitje), op smaak gemaakt met<br />
zwarte peper en zout. Ook nog (gehalveerde) zwarte olijven erover verdelen.<br />
KOOL (zie ook koolsoep op pag. 12 en Hfst. IV onder koolpotten: pag. 97)<br />
Gekookt: van een (spits-)kool de lelijke bladeren verwijderen, wassen en daarna in stukjes snipperen:<br />
opzetten met iets gezouten (weinig!) warm water en in hooguit 15 min. gaar koken. Afgieten en het<br />
kookvocht opvangen. In wat margarine een gesnipperd uitje fruiten, daar de kool en iets van het kookvocht<br />
bij en enkele min. goed door-warmen. Op smaak maken met zout en peper.<br />
Gegratineerd: als boven gaargekookte kool laten uitlekken, overgieten met béchamel(kaas)saus (zie<br />
pag. 18), bestrooien met geraspte kaas en paneermeel (en klontjes boter of margarine) en gratineren.<br />
Gesmoord: in nog rauwe vorm ca. 10 min. smoren (zie pag. 24) in wat boter of margarine, samen met<br />
een gesnipperd uitje, de laatste 5 min. ook nog wat stukjes tomaat (evt. uit blik) erbij en op smaak<br />
maken met peper, zout, paprikapoeder en evt. tomatenpuree.<br />
Gevulde koolpakketjes: 10-tal grote bladen van groene, witte of spits-kool 5 min. pocheren in kokend<br />
water (met wat peper en zout). Vulling: in 40 g margarine fijngesnipperde ui fruiten en daarin 50 g gare<br />
rijst en het fijngesneden hart van de kool 10 min. mee laten fruiten, al omscheppend. Dan erbij: 1 ons<br />
verbrokkelde feta (al of niet van geitenkaas) en 25 g fijngehakte walnoten. Op smaak maken met peper<br />
en zout en verpakken in de koolbladen. Dan deze in een ingevette ovenschaal leggen en overgieten<br />
met tomatensaus (zie pag. 125). Afgedekt (met deksel of met aluminiumfolie) ca. 35 min. in voorverwarmde<br />
oven van 200° (of in gesloten pan op matig vuur!).<br />
Russische koolrolletjes: gehakt aanmaken met gesnipperd uitje, zout en peper en daarvan rolletjes<br />
vormen: verpakt in koolblaadje in ingevette ovenschaal leggen en overgieten met tomatensaus (in dit<br />
geval: béchamelsaus vermengd met tomatenpuree) en enkele lepels (Bulgaarse, Griekse of Turkse)<br />
yoghurt. Dan afgedekt 20-25 min. middenin voorverwarmde oven van 200°. Serveren met gesnipperde<br />
bieslook erover, bij bijv. aardappelpuree.<br />
Koolsalade: Chinese kool in smalle reepjes snijden en opdienen met een vooraf gefruit paddestoelmengsel:<br />
grof gesneden champignons (en evt. oesterzammen en shi'itake) roerbakken tot ze vocht<br />
loslaten in wat boter waarin vooraf lente-uitje(s) of sjalot(jes) heel licht zijn aangefruit in wat (sesam-)<br />
olie en op smaak gemaakt met peper en zout. Daarover een, in hete koekepan verwarmde (!), dressing<br />
van bekertje crème fraîche met theelepel Franse mosterd, eetlepel witte wijnazijn en evt. eetlepel<br />
(eerst) geroosterde sesamzaadjes.
KOOLRAAP<br />
85<br />
Gekookt: koolraap in plakken snijden, dan de schil eraf en in vrij dunne reepjes snijden: in ca. 20 min.<br />
gaar koken in licht-gezouten water; na afgieten beetje suiker erover (als bij wortel) en 'opschudden' met<br />
klontje boter. Bestrooien met nootmuskaat en gesnipperde peterselie.<br />
In kerriesaus: als boven, maar nu slechts 10 min. koken en dan van het kookvocht met een blanke<br />
roux van bloem/boter (waarin eerst een gesnipperd sjalotje is gefruit, samen met ½ theelepeltje kerrie!)<br />
een kerrie-béchamelsaus maken: hierin de koolraapreepjes nog ca. 10 min. verder gaar laten stoven.<br />
Op z'n Zweeds: koolraap-in-reepjes samen opzetten met aardappelen-in-blokjes in iets zout water en<br />
in ca. 20 min. gaar koken: afgieten en even droog laten stomen, dan pureren (als op pag.76). Boven<br />
zacht vuur er wat boter en room door kloppen. Op smaak maken met peper en evt. zout. Garneren met<br />
gesnipperde peterselie of dille. Bij bijv. varkenskarbonaadje of bij gekruide rollade.<br />
Groninger stamppot: pond koolraap eerst al omscheppend fruiten in boter en dan in 20 min. gaar<br />
koken in dl water met wat zout en theelepel kaneel. Dan pas door pond aardappelpuree en bedekt met<br />
rookworst-in-plakjes, appel-in-schijven en 2 eetlepels stroop en klontjes boter ca. 7 min. onder de grill.<br />
PAPRIKA (zie ook paprikasoep op pag. 13)<br />
(in geroosterde 'zwartgeblakerde' vorm, in vieren en ontveld, geschikt voor salades!)<br />
Gevuld: van 4 groene paprika's kapjes afsnijden en zaadlijsten verwijderen: dan 10 min. koken in ruim<br />
kokend water. In wat olie of margarine 4 ons mager gehakt en 2 gesnipperde uien bruin en rul bakken,<br />
dan eraan toevoegen 50 g geweekte rozijnen, 1 theelepel kerrie, 1 theelepel kaneel, ½ theelepel kruidnagelpoeder,<br />
wat zout en peper en klein scheutje water. Dit alles een klein kwartiertje laten pruttelen.<br />
Van het vuur af er wat gekookte rijst of verkruimeld oud brood door mengen, de paprika's ermee vullen<br />
en in ovenschaal zetten, met de kapjes ernaast en klontje margarine (of boter) op de vulling, en 30 min.<br />
in hete oven van 200° afgedekt met folie laten garen. Serveren (met kapjes er weer op) bij rijst.<br />
Vegetarische varianten: (liefst rode) paprika's als boven voorbereiden en voor de vulling een mengsel<br />
fruiten van: ui, wortel, doperwten, maïskorrels en gesnipperde peterselie en/of kervel. Evt. te verstevigen<br />
met monchou. Of een mengsel van ui, champignons, courgettes en peterselie, met als<br />
kruiderij zout en peper, paprikapoeder en marjolein, en ter versteviging een met yoghurt losgeklopt ei.<br />
Of als vulling net gaar gekookte nieuwe aardappelen in kleine blokjes, vermengd met gesnipperde<br />
sjalotjes, kaasblokjes en kappertjes, waardoorheen als vinaigrette 2 eetlepels citroensap, 3-4 eetlepels<br />
olie, 1 theelepel mosterd, 1 theelepel honing, gesnipperde bieslook en peper en zout.<br />
POSTELEIN (zie ook posteleinsoep op pag. 7)<br />
Pond postelein wassen, even uit laten lekken op een vergiet en met aanhangend water (net als<br />
spinazie) kwartier koken, uit laten lekken en op snijplank fijn hakken, daarna in klontje boter ca. 5 min.<br />
stoven en op smaak maken met zout. Of: in grove stukken snijden en in 25 g boter met een theelepeltje<br />
wijnazijn in een gesloten pan op matig vuur 10 min. stoven. Dan ruim dl zure room erdoor en nog eens<br />
5 min. op laag vuur gaar stoven. Op smaak maken met zout en evt. overtollig vocht binden met een<br />
papje van eetlepel aardappelmeel.<br />
Postelein-stamppot: de (nog rauwe) postelein de laatste 10 min. mee-koken met (ca. dezelfde hoeveelheid)<br />
aardappelen. Zo nodig wat van het kookvocht afgieten en met melk en klontjes boter tot een<br />
zachte puree 'mixen'. Serveren met gebraden saucijsjes, gehakt of karbonade.<br />
PREI (zie ook preisoepen op pag. 8 en 9, Hfst.V onder Kool-potten: pag. 97 & Prei-schotels: pag. 99)<br />
Op z'n Frans: wit en lichtgroen van preien 10 min. in kokend water, afgieten, afkoelen en over hele<br />
lengte doormidden snijden: hierover vinaigrette van olijfolie, citroensap en mosterd (pag. 87).<br />
Gestoofd in kerriesaus: prei in stukken net (!) gaar koken in ruim water met wat zout: in vergiet laten<br />
uitlekken. Van eetlepel boter met een afgestreken theelepel kerriepoeder en eetlepel bloem een kerrieroux<br />
maken en als deze gaar is zoveel melk erdoor roeren tot een lobbige saus is ontstaan: de<br />
uitgelekte prei erdoor en op smaak maken met peper, zout en nootmuskaat.
86<br />
Gegratineerd met tomaten: in beboterde ovenschaal mengsel van (gezeefde) blik tomaten, pakje<br />
monchou, 1 ons geraspte kaas, eetlepel jenever (!) en zout & peper: daarin lange repen doorsneden<br />
prei leggen en dan ca. 40 min. middenin oven van 200°.<br />
Preischotel met camembert: pond (vastkokende) aardappels (of krieltjes) in plakjes snijden en samen<br />
met grote ui-in-ringen bakken in olie waarin eerst ½ ons mager rookspek-in-blokjes is uitgebakken; dan<br />
pond prei-in-ringen samen met 250 g champignons-in-plakjes hierin even smoren. Bestrooien met zout,<br />
peper en tijm. Dan in een beboterde ovenschaal laag-om-laag: aardappelen, prei-mengsel en (3-4)<br />
tomaten-in-schijven (en evt. de spekjes). Bekertje zure room glad roeren met ei en oregano - en dit over<br />
de schotel. Camembert-in-plakken er bovenop leggen en dan 20-30 min. in oven van 200° - op het<br />
laatst even onder de grill.<br />
Preischotel met brie: 1 kg schoongemaakte prei in ringen snijden en deze ca. 5 min. in kokend water<br />
(met wat zout) blancheren. Na afgieten in een ingevette ovenschaal. Een gesnipperde ui in een eetlepel<br />
olie zachtjes in 3 min. glazig fruiten, dan 2 appels en 2 rode paprika's, beide in stukjes gesneden, erbij<br />
en bestrooien met 1 theelepel Provençaalse kruiden. Na even stoven een bekertje crème fraîche erdoor<br />
roeren tot gebonden massa, en dit over de prei gieten: daarover dunne plakken brie ruitvormig rangschikken.<br />
Met aluminiumfolie bedekken en 20 min. in voorverwarmde oven van 180°, evt. de laatste 5<br />
min. onder de grill lichtbruin laten kleuren.<br />
RAAPSTELEN<br />
Vooral geschikt voor 'rauwe' stamppot (in de geest van andijvie): worteltjes eraf snijden en grondig<br />
wassen en laten uitlekken (evt. nog verder droog te slaan in een theedoek!) en vervolgens in deze<br />
rauwe vorm fijn hakken en mengen met luchtige aardappelpuree (voor een kilo aardappelen rekenen op<br />
een pond raapstelen). Serveren met uitgebakken spekjes, karbonade of saucijsjes.<br />
Varianten: ook nog prei, in kleine stukjes gesneden, erdoor, eveneens in rauwe vorm; of de raapstelen<br />
van tevoren even heel kort koken (of blancheren), samen met een partje citroen, en (ervoor of erna!)<br />
fijn gehakt door de aardappelpuree roeren.<br />
RABARBERMOES (zie ook rabarber-schotels in Hfst. IX op pag. 141)<br />
Van 1 kg rabarber de steelaanzetten afsnijden (en wat oudere rabarber ietwat schillen) en dan de<br />
stengels in stukken van ca. 3 cm snijden: wassen en laten uitlekken. Met de rest van het aanhangende<br />
water op laag vuur verwarmen tot voldoende vocht is vrijgekomen en dan in ca. 10 min. op matig vuur<br />
gaar koken. Er naar smaak suiker door roeren en als de moes dan nog te dun is, deze binden met een<br />
papje van aardappelmeel (of custardpoeder).<br />
RODE KOOL (zie ook roerbak-recept op pag. 100)<br />
Van een rode kool (van ca. 1 kg) buitenste bladeren verwijderen, in de lengte in vieren snijden, zoveel<br />
mogelijk van de witte stronk 'uithollen' en de rest in dunne reepjes snijden (of raspen). Dan in grote pan<br />
en besprenkelen met ca. 1 dl (wijn-)azijn en 1 dl water (of met 2 dl rode wijn), wat zout en kaneel (en<br />
evt. wat kruidnagelpoeder) en ca. ½ ons (bruine) suiker, en dit goed vermengen. Evt. ook nog 1-2<br />
moesappels-in-stukjes erdoor roeren en onsje rozijnen. Aan de kook brengen en uurtje laten stoven,<br />
onder af en toe roeren. Mocht het te droog worden, glas rode wijn erbij. Evt. een hele ui, bestoken met<br />
2 kruidnagels, erop leggen en mee laten koken; en/of plak (kruid-)koek erdoor. Overtollig vocht afgieten<br />
en dan nog even na-stoven met klontje boter.<br />
Grootmoeder's gekruide rode kool: in ½ ons margarine grote gesnipperde ui goudgeel fruiten, daar 1<br />
kg gesnipperde rode kool bij, samen met 2 moesappels-in-stukken, 2 eetlepels rijst (of havermout) en<br />
peper en zout. En er dan nog een mengsel doorheen werken van: basilicum, foelie, gemberpoeder,<br />
dille, dragon, kaneel, kervel, komijn, kruidnagelpoeder, kruizemunt, koriander, laurierblad, nootmuskaat,<br />
oregano, rozemarijn, saffraan, tijm, venkel én bruine basterdsuiker. Overgieten met ca. 2 dl rode wijn en<br />
in ½ - 1 uur zachtjes gaar stoven.
SCHORSENEREN<br />
87<br />
Met dunschilmesje pondje schorseneren (wintergroente!) van de modderige schil ontdoen, goed schoon<br />
spoelen onder de koude kraan en in stukken van ca. 5 cm snijden: dan direct (!) in ruim koud water<br />
(met ½ dl azijn) leggen, om verkleuring tegen te gaan. Glad papje roeren van eetlepel bloem + eetlepel<br />
azijn + eetlepel koud water en dit door 1 l kokend water 'kloppen'. Hier de nogmaals afgespoelde en<br />
afgegoten schorseneren bij doen en in ca. ½ uur zachtjes gaar koken. In boter fijngesnipperd sjalotje op<br />
laag vuur fruiten, daar crème fraîche door roeren en iets laten inkoken. De uitgelekte (!) schorseneren<br />
erbij doen en kruiden met nootmuskaat (en peper en zout: is nl. anders wat 'bloemkool-flauw').<br />
SLA (in soorten) en SALADES - zie ook pag. 75, 80, 81, 83, 84, 90 en 157 (voor Turkse bulgursalade)<br />
Of het nu Kropsla, Eikebladsla, Veldsla, IJsbergsla, Rode sla (Italiaanse radicchio), Notensla<br />
(rucola) of Bataviasla (lollo rossa & blondo) betreft: altijd de bladeren los trekken, de lelijke verwijderen,<br />
de stronk eruit en de rest in stukken 'scheuren'. Dan bij herhaling wassen, goed laten uitlekken<br />
in een vergiet en daarna ook nog droog-'slingeren' in een theedoek (of middels een slacentrifuge).<br />
Verwelkte sla is weer wat op te frissen door half uurtje in ijs(blokjes)water te leggen!<br />
Dressings half uurtje op smaak laten komen, maar pas vlak voor het opdienen over de verse sla.<br />
(Bij gekookte ondergrond, bijv. aardappelsalade, juist 'warm' erbij doen!)<br />
Vroeger werd wel volstaan met wat azijn + suiker en/of gesmolten boter door de sla, tegenwoordig<br />
volstaat ook wel alleen wat verkruimelde feta (zelfs zonder vinaigrette) erover.<br />
Dressings (vinaigrettes of slasauzen) - op azijnbasis of romige - in variaties: (zie ook pag. 16/17)<br />
Voorbeelden van vinaigrettes: zout en witte peper (evt. snufje suiker en/of theelepel mosterd) oplossen<br />
in (wijn- of kruiden-)azijn en dan druppelsgewijs erdoor kloppen (evt. met staafmixer of in een potje met<br />
schroefdeksel flink schudden: de rest is dan in koelkast te bewaren!) sla(of olijf-)olie in de verhouding<br />
azijn : olie = 1 : 3 - 6, met kruiderij erbij als dragon, kervel, peterselie, bieslook (of sjalot of bosui) en<br />
kappertjes. Bijvoorbeeld: eetlepel dragonazijn, theelepel mosterd, peper en zout, 5 eetlepels olijfolie en<br />
theelepel dille. Of: neutrale olie met wat mosterd, dragon, suiker, citroensap (en -schil) en crème fraîche<br />
(of room) (past vooral bij ‘botersla’: verse kropsla van de koude grond). Lekkere combinatie is bijv. ook<br />
frambozenazijn met walnootolie. Of i.p.v. azijn 'edik' (verkrijgbaar in delicatessenzaak) gebruiken.<br />
Voorbeelden van romige slasauzen:<br />
- 3 eetlepels citroensap, ½ theelepel (vloeibare) honing, 1 theelepel mosterd, 1 eetlepel fijngeknipte<br />
bieslook en peper en zout naar smaak: dan daar 9 eetlepels slagroom door kloppen.<br />
- dl mayonaise met dl crème fraîche, sap van ½ citroen, snuf peper en zout en evt. citroenrasp.<br />
- 75 g verkruimelde blauwschimmelkaas met 3 eetlepels mayonaise, 3 eetlepels yoghurt en eetlepel<br />
citroensap, op smaak gemaakt met peper en zout. (Ook lekker als dipsaus!)<br />
- Deense slasaus: van 3 hardgekookte eieren de dooiers verkruimelen en mengen met eetlepel fijne<br />
mosterd, daar eetlepel witte wijnazijn door en al kloppend en druppelsgewijs 4 eetlepels sla-olie, daarna<br />
nog wat azijn erbij en, eveneens beetje-bij-beetje, 4 eetlepels schenkroom, tot de saus stevig is als stijf<br />
geklopte slagroom. Op smaak maken met peper en zout. De gehakte eiwitten evt. te gebruiken voor<br />
garnering, samen met fijngeknipte dille of bieslook.<br />
Caesar-salade: met staafmixer (in mengbeker) dressing kloppen van eidooier, eetlepel witte wijnazijn,<br />
theelepels citroensap, ca. 3 eetlepels olijfolie, en ansjovis- of tonijn-in-olijfolie en olijven (en evt.<br />
geraspte sjalot). De (bijv. gemengde) sla verder versieren met croûtons (zie tip bovenaan pag. 9) die<br />
zijn gedrenkt in olijfolie en (dan) omhuld met laagje geraspte Parmezaanse kaas en vervolgens even<br />
aangebakken. Evt. de aangemaakte salade voorzichtig verwarmen: de sla moet wél knapperig blijven!<br />
Salade Niçoïse: bijv. een combinatie van (veld-)sla, (lente-)ui, gekookte sperziebonen (en/of witte<br />
bonen uit blik), rode kool (of -biet), (bleek-)selderij, gekookte (stevige) aardappelen, tomaten, komkommer,<br />
zwarte olijven (en/of olijfolie!), hardgekookte eieren, blikje tonijn en evt. nog wat ansjovisfilets<br />
(en verder een niet-zoute vinaigrette naar keuze, met olijfolie en ook basilicum).<br />
Variant: uitgelekt blikje tonijn-in-olie mengen met uitgelekt blikje (of flesje) doperwtjes, een geraspt<br />
sjalotje, fijngesneden radijsjes, kleingeknipte bieslook en (pittige) mayonaise (evt. zout en peper).
SPERZIEBONEN (en Spekbonen)<br />
88<br />
'Punten' en zo nodig 'draden', onder de koude kraan wassen en doormidden breken, in bodem water<br />
met beetje zout in 25-45 min. gaar koken en dan 'omschudden' met klontje boter. Versgemalen<br />
nootmuskaat (en evt. nog snufje zout) en evt. gesnipperde peterselie erover.<br />
Varianten: = sperziebonen in 10 min. beetgaar koken. Gesnipperde ui goudgeel fruiten en de halfgare<br />
bonen daarin kort mee-fruiten, op matig vuur. Blussen met eetlepel wijnazijn en<br />
op smaak maken met zout en nootmuskaat (en evt. peper). Tot slot evt. een eetlepel<br />
gesnipperde peterselie erover strooien.<br />
Vergelijkbare bonen:<br />
= Terschellinger boontjes met spek: (dikke) sperziebonen (of spekbonen) 1½ uur op<br />
laag vuur laten sudderen, onder deksel, samen met licht-uitgebakken stukjes rookspek<br />
en evt. nog wat zout, nootmuskaat en kopje water erbij. Het laatste ½ uur enkele<br />
geschilde handperen er bovenop leggen en mee gaar laten worden.<br />
Haricots verts: in ca. 8 min. beetgaar koken en na uitlekken en afkoelen 'bundelen' in plakjes bacon:<br />
dan in een ovenschaal in de oven bij 250° tot de bacon voldoende is 'uitgebakken' (om uitdroging te<br />
voorkomen bestrijken met wat boter). Bestrooien met wat gesnipperd bonekruid óf salie óf peterselie.<br />
Peultjes: in 5 min. bijna gaar koken, evt. samen met enkele takjes munt en een snufje peper. En omschudden<br />
met kluitje boter.<br />
Spekbonen (of Prinsessenbonen) 'op grootmoeders wijze': in weinig margarine 2 ons rookspek (in<br />
plakjes of stukken) op laag vuur ‘uitbakken’, dan grofgesnipperde ui erin licht-glanzend fruiten, en 3<br />
(ontvelde) tomaten in stukken erdoor, evt. met mespuntje mosterd, peper, zout, en nog even laten<br />
pruttelen. Intussen pond spekbonen (gepunt en in tweeën gebroken) gaar koken, evt. met een speklap<br />
erop. De goed uitgelekte gare boontjes erdoor roeren en op matig vuur nog even goed doorwarmen.<br />
SPINAZIE (zie ook pag. 6, 46, 63, 69, 125, 128, 130, 131, 139 en 160)<br />
Spinazie ‘uit de diepvries': laten ontdooien (evt. in een pan op laag vuur) en in eigen vocht gaar koken<br />
(én goed laten uitlekken!).<br />
Verse spinazie zéér zorgvuldig (bij herhaling) wassen en laten uitlekken in vergiet; met aanhangend<br />
water in grote pan op matig vuur iets laten slinken, dan de volgende handvol erbij tot alle spinazie is<br />
geslonken: dan op laag vuur ca. 5 min. stoven.<br />
N.B.: vermijd aanbranden, want dit maakt de spinazie beslist oneetbaar!<br />
Uit laten lekken en dan nog zoveel mogelijk vocht eruit proberen te persen! Daarna fijn snijden en in wat<br />
margarine of boter met mespunt zout nog enkele min. stoven. Evt. verkruimelde beschuit (of beter nog:<br />
minder 'zoetige' paneermeel) erdoor mengen om ook het allerlaatste vocht nog te binden.<br />
'Klassiek' is de combinatie met hardgekookt ei (in schijfjes) en zgn. 'soldaatjes': even in boter aangebakken<br />
sneetje(s) oud witbrood (in stukjes of reepjes) erover.<br />
Spinazie à la crème: de als boven gaar gekookte spinazie mengen met blanke saus (zie pag. 18: al of<br />
niet met kaas erdoor) en er daarna evt. ook nog (schenk-)room door roeren.<br />
Spinazie soufflé: spinazie à la crème maken en op smaak maken met nootmuskaat en evt. peper en<br />
zout. Er dan enkele eierdooiers door roeren en geraspte oude kaas. De bewaarde eiwitten stijf kloppen<br />
en er vlug en luchtig door roeren. Dan ingevette soufflé-schaaltjes voor 3/4 ermee vullen en ze in voorverwarmde<br />
oven van 200° in 30 min. laten rijzen en gaar bakken (oven dicht laten!).
89<br />
Spinazie-ovenschotel: in eetlepel olijfolie gesnipperd uitje fruiten en daarin ½ pond rundergehakt goed<br />
bruin bakken, 1 ons champignons-in-plakjes 5 min. mee bakken, overtollig vet afgieten en dan 1 pond<br />
(gekookte en goed uitgelekte) spinazie erbij, samen met 1 dl (zure) room en ½ theelepel van basilicum<br />
& oregano & tijm en na mengen met ½ ons geraspte kaas op smaak maken met peper en zout:<br />
overdoen in beboterde ovenschaal, nog eens 1 ons geraspte kaas erover en ca. 25 min. in voorverwarmde<br />
oven van 180°.<br />
Spinazie-terrine: gesnipperd uitje glazig fruiten en daarin 3 ons verse spinazie beetje-bij-beetje laten<br />
slinken, al omscheppend; dan theelepel (verse) tijmblaadjes erdoor, overdoen in vergiet en zoveel<br />
mogelijk vocht eruit drukken, daarna fijnhakken (of pureren in mengbeker of met staafmixer). Met 2½ dl<br />
room en 1 ons blauwe kaas (en evt. peper en zout) 4 eieren loskloppen en door de spinazie mengen. In<br />
beboterde lage ovenschaal (of -vorm) en ca. 45 min. in oven van 180°, in braadslee met een bodempje<br />
water. Goed af laten koelen en evt. in folie wikkelen.<br />
Spinazie-flensjes: kilo verse (of pond diepvries-)spinazie gaar koken en dit, na goed uitlekken en uit-<br />
persen, mengen met blanke roux van 20/20 g bloem/boter, tot saus geroerd met 1½ dl melk. Er dan 25<br />
g geraspte oude kaas door mengen en op smaak maken met peper, zout en nootmuskaat. Van 25 g<br />
bloem, 1 ei, mespuntje zout en ruim 1 dl melk een beslag maken (zie pag. 137) en hiervan een 4-tal<br />
zeer dunne flensjes bakken. De spinazie hierover verdelen, de rolletjes in een ingevette ovenschaal<br />
leggen en er 75 g geraspte belegen kaas over strooien. In voorverwarmde oven van 250° tot goudbruin<br />
gratineren (kaas moet smelten, maar niet te droog worden!).<br />
Spinazie à la Syrië: gesnipperde (bos-)uitje(s) bestrooien met koriander (én evt. wat kaneel en chilipoeder)<br />
en dan samen met rundergehakt (of fijngesneden kipfilet) op zacht vuur lichtbruin (en rul)<br />
bakken. De spinazie hierbij doen en laten slinken: het vrijkomend vocht op wat hoger vuur laten<br />
verdampen en op smaak maken met citroensap, peper en zout. Serveren bij pasta of rijst.<br />
Syrische pasteitjes: van pizzadeeg (zie pag. 154) aantal bolletjes maken en deze uitrollen tot rondjes:<br />
deze beleggen met goed uitgelekte (diepvries)spinazie, vermengd met gesnipperde peterselie en<br />
ongeveer evenveel fijngehakte walnoten, en gekruid met (flink wat) peper en zout en een snufje<br />
gemalen piment. Dichtklappen en -plakken en dan 15 min. middenin voorverwarmde oven van 225°.<br />
SPRUITJES (zie ook spruitjessoepen op pag. 8 en 14 en spruitjes-stamppot op pag. 100)<br />
1 kg goed schoongemaakte en van stronkjes en lelijke blaadjes ontdane spruitjes (waar 'de vorst over<br />
is gegaan', dus niet eerder in het seizoen!) in ruim water (met ietsje zout én evt. stukje foelie) in 10 (-20)<br />
min. (bijt-)gaar koken. Dan de nog groene (!) spruitjes afgieten (de foelie eruit nemen), 'omschudden'<br />
met een klontje boter (of margarine) en bestrooien met (ruim) nootmuskaat.<br />
Gegratineerd: blanke roux maken van 40/40 g bloem/boter en daar al roerend ½ l melk aan toevoegen:<br />
aan de kook brengen tot na ca. 10 min. zachtjes doorkoken mooie gladde saus is gevormd. Daar 1 ons<br />
geraspte (liefst Gruyère-)kaas door roeren. De (als boven) gaar gekookte en goed uitgelekte spruitjes in<br />
beboterde ovenschaal doen en daar deze (Mornay-)saus (zie pag. 18) overheen gieten. Enkele kluitjes<br />
boter erover verdelen en ca. 5 min. in een voorverwarmde oven van 250° tot goudbruin gratineren.<br />
Roergebakken met venkel, paprika en taugé: ruim pond spruiten in 7 min. beetgaar koken. In een<br />
wadjan in 2 eetlepels hete olie kleine venkel, rode paprika en onsje rauwe ham, alles in reepjes, enkele<br />
min. roerbakken en dan de uitgelekte spruiten erbij en weer goed warm laten worden. Pas vlak voor het<br />
opdienen onsje geblancheerde taugé erbij. Op smaak maken met peper.<br />
Op Vlaamse wijze: nét gaar gekookte en uitgelekte spruitjes ca. 5 min. fruiten in margarine, regelmatig<br />
even omschuddend. Dan de spruitjes eruit en warm houden. In het bakvet een gesnipperd uitje fruiten,<br />
samen met gesnipperde peterselie en een weinig tijm en majoraan. Dan bloem erover strooien en<br />
zoveel melk er al roerend aan toevoegen dat gebonden saus ontstaat. Na 2 min. doorkoken de spruitjes<br />
er weer bij doen.
STOOFPEREN (bijv. Gieser Wildeman)<br />
90<br />
Kilo stoofperen ('roodkokers') schillen en in tweeën of vieren snijden, de klokhuizen verwijderen - óf<br />
heel laten en mét klokhuis koken! In een pan met zoveel kokend water overgieten tot ze voor ¼ deel<br />
onder staan. Dun gesneden citroenschilletje erdoor én pijpje (of theelepel) kaneel en op laag vuur 1 uur<br />
laten koken. Er dan evt. ½ dl rode bessensap (of rode wijn) bij en naar smaak (bijv. 25 g) suiker, en ze<br />
verder (nog urenlang!) zachtjes gaar laten koken. Schil en kaneelpijpje eruit en evt. met eetlepel<br />
maïzena en beetje water een papje maken waarmee het kookvocht kan worden gebonden tot de<br />
gewenste dikte is bereikt.<br />
TOMATEN (zie o.a. ook de toepassingen op pag. 8 (soepen), pag. 84, pag. 124 e.v. en pag. 159)<br />
Het beste te 'pellen' door, na even 'aankruisen', onder te dompelen in kokend (!) water:<br />
velletje is er dan makkelijk af te stropen. Andere methode: even aan een vork boven de<br />
vlam houden tot velletje begint te scheuren: deze is dan zo 'af te schillen'.<br />
Op z'n Italiaans: kapjes eraf en uithollen. In een kom 2 eierdooiers loskloppen met room en mengen<br />
met geraspte oude (liefst Parmezaanse) kaas, gesnipperde peterselie, mespuntje mosterd, peper en<br />
zout en een weinig (!) komijnzaadjes en tijm. De tomaten hiermee vullen en in ovenschaal leggen:<br />
geraspte kaas erover en in de oven van 240° in ca. 2 uur laten 'stollen' en 'bruinen'.<br />
á la Provençale: 4 middelgrote (vlees-)tomaten overdwars doormidden snijden en uithollen: wat zout<br />
en peper erin strooien. Een iets smeuïg mengsel maken van paneermeel, een zeer fijngehakt sjalotje,<br />
gesnipperde peterselie, oregano en enkele eetlepels olijfolie. Daarmee de 8 tomaten-helften vullen en<br />
ze vervolgens in een koekepan in wat boter (of margarine) eerst aan de kant van de vulling en dan aan<br />
de bolle kant in ca. 8 min. lichtbruin en gaar bakken. Garneren met toefje peterselie.<br />
Tomates à la créme: enkele smakelijke (!) tomaten doormidden snijden (‘langs de evenaar’) en op het<br />
snijvlak ca.10 min. op laag tot matig vuur ‘aanbakken’ in ruim boter, dan keren en nog eens dezelfde tijd<br />
‘stoven’ aan de andere kant. Met room naar smaak toegevoegd, nog even weer keren, zodat de warme<br />
tomatensappen zich goed mengen met de room, en een vleugje peper (en evt. zout) erover.<br />
Geroosterde tomaten met mozzarella: 4 gehalveerde (vlees-)tomaten met snijkant naar boven in<br />
ovenschaal, bestrooien met peper, zout en tijm en besprenkelen met olijfolie: 10 min. middenin voorverwarmde<br />
oven van 220°. Dan 8 plakjes mozzarella erover en nog eens 5 min. in de oven.<br />
Tomatensalade met gemarineerde tonijn: in 'dressing' van citroensap, (olijf-)olie, kappertjes, tijm en<br />
geraspt(e) sjalotje(s), op smaak gemaakt met peper en zout, een blik (goed uitgelekte) tonijn ('naturel')<br />
in grove stukken minstens 1 uur marineren (in de koelkast). Dan tomaten, al of niet geschild, in partjes<br />
gesneden erdoor, samen met (uitgelekte en gehalveerde) feta-blokjes, in plakjes gesneden (zwarte)<br />
olijven en gesnipperde peterselie. Serveren met Italiaans stokbrood (ciabatta).<br />
Bombe di Pomodori: grote 'gepelde' en 'uitgeholde' tomaten van binnen bestrooien met zout en omgekeerd<br />
op keukenpapier laten 'uitlekken'; dan zout eruit vegen en daarvoor in de plaats mengsel van<br />
fijngehakte bieslook, peterselie, tijm en flink wat goed-stijve mayonaise (zie pag. 16, in dit geval bij<br />
voorkeur gemaakt van olijfolie) en met erdoorheen gewerkt yoghurt en tabascosaus.<br />
Zwitserse tomatensoufflé: springvorm van 20 à 22 cm invetten en vullen met deeg van: 75 g bloem,<br />
50 g havermout en zout en dan 50 g harde boter erin fijngesneden en met een losgeklopt ei tot samenhangende<br />
deegbal gekneed. Deze deegbodem, bedekt met in dunne ringen gesneden ui, ruim 15 min.<br />
voor-bakken in voorverwarmde oven van 200°. Intussen vulling maken van: 2 eierdooiers vermengd<br />
met 50 g geraspte kaas, 25 g havermout, 1½ dl yoghurt, zout en peper, met daar (vlak voor het bakken)<br />
doorheen geschept de 2 zeer stijf geklopte eiwitten. Deze massa uitstrijken op de voorgebakken deegbodem<br />
en daarop 3 tomaten-in-schijfjes: dan weer ruim ½ uur in de oven tot de soufflé mooi gerezen is.<br />
Opdienen met sla en evt. nog wat stokbrood.
TUINBONEN<br />
91<br />
Indien vers: dan eerst doppen en in ruim water (mét evt. scheutje melk!) in 20-30 min. op matig vuur<br />
gaar koken, samen met enkele takjes bonekruid. Afgieten, even laten 'drogen' op laag vuur, af en toe<br />
'opschuddend', en daarbij kluitje boter erdoor mengen.<br />
Indien uit blik of glas: goed warm maken in eigen vocht.<br />
Evt. crème fraîche met fijngehakt bonekruid erdoor op matig vuur tot de helft inkoken, dan verse crème<br />
fraîche erbij en dat door de tuinbonen scheppen. Op smaak maken met zout.<br />
Tuinbonen op z'n Romeins: in klontje boter (of margarine) een gesnipperd uitje samen met fijngehakte<br />
salieblaadjes even fruiten en daarin de schoongemaakte (nog ongekookte) tuinbonen heel even<br />
aan-fruiten. Dan bodempje water en wat tomatenpuree erbij en op smaak maken met peper en zout, en<br />
dan (pas) 15-30 min. laten koken, af en toe roerend en zo nodig nog wat water toevoegend.<br />
Quiche met tuinbonen: ingevette bakvorm (of enkele éénpersoons bakvormpjes!) met ontdooid en<br />
uitgerold bladerdeeg bekleden. Hierop ui-ringen en uitgelekte gare tuinbonen leggen. Een ei opkloppen<br />
met melk, room, peper, zout en bonekruid en dit erover gieten. Daar nog weer geraspte kaas over en in<br />
voorverwarmde oven van 200° in ca. 20 min. tot lichtbruin gratineren.<br />
UI & (voorjaars- of lente- of stengel- of bos-)UITJES (en/of SJALOTJES) (uiensoepen op pag. 9)<br />
(tip tegen het tranen-trekken bij het snipperen van een ui of sjalot: zie pag. 2)<br />
'Ui puur': grote ui met schil en al in de hete oven in ca. 20 min. gaar laten worden, doormidden snijden,<br />
bestrooien met peper en zout, en 'uitlepelen' uit de schil.<br />
'Voorjaars-voorafje': 2 bosjes lente-uitjes goed schoon snijden, wassen en laten uitlekken, en even<br />
smoren in eetlepel boter. Dan ½ glas witte wijn erbij en 10 min. onder deksel gaar stoven. Uit de pan<br />
nemen en het stoofvocht mét klein flesje room (en/of melk) aan de kook brengen en binden met wat<br />
aangelengde bloem. Na even pruttelen op laag vuur eetlepel kappertjes erdoor, op smaak maken met<br />
peper en zout en nootmuskaat: de uitjes hierin weer 'opwarmen'.<br />
Gekarameliseerde (rode) uien: 4 middelgrote (liefst rode) uien, geschild en in schijfjes gesneden, in<br />
ca. 10 min. in boter zacht (maar niet bruin) bakken, dan 1 ons bruine suiker erbij en 2½ dl balsamicoazijn<br />
en (ruim) ½ uur zacht laten stoven; evt. met zout en peper erbij.<br />
Variant: met sjalotten-in-reepjes (of ringen) of hele (kleine) sjalotjes, en evt. stoven in bouillon of fond.<br />
VENKEL (zie ook venkelsoep op pag. 9)<br />
Van een pond venkel de omhoog staande stengels, de stronken en de harde nerven verwijderen, het<br />
groen bewaren. De knollen in vieren snijden en ze zorgvuldig wassen. In gesloten pan in ca. 20 min.<br />
gaar stoven in ½ dl witte wijn aangelengd met ½ dl water, waarin kluitje boter en gesnipperd uitje, tot<br />
het vocht vrijwel is verdampt. Op het allerlaatst ½ eetlepel venkelbladgroen & oregano & gesnipperde<br />
peterselie erdoor roeren en voorzichtig omschudden.<br />
Of gewoon even heel zacht aanbakken in boter en dan met scheutje water in 15-20 min. gaar stoven.<br />
Met kaas: schoongemaakte venkelknollen halveren en in bodempje water in ca. 15 min. bijna (!) gaar<br />
koken en vervolgens 'uithollen': binnenkant bestrooien met peper (en evt. piment) en vullen met<br />
mengsel van geraspte Goudse (boeren-)kaas en stijfgeklopte ongezoete slagroom (waaraan lepeltje<br />
bloem is toegevoegd). Bodem van ovenschaal eerst bedekken met dun laagje slagroom, daarover een<br />
dikke laag van het(zelfde) kaasmengsel, daarop de venkelknollen en daarover paneermeel, evt. vermengd<br />
met kaas. Dan ca. 10 min. in voorverwarmde oven van 250°, en na terugschakelen op 200° nog<br />
even gratineren tot mooi bruin.<br />
Eenvoudig gegratineerd: in stukken gesneden venkel in beboterde ovenschaal en overgieten met<br />
mengsel van ½ ons geraspte kaas en 1½ dl room; daarover nog weer geraspte kaas strooien, wat<br />
klontjes boter erover verdelen en 15 min. gratineren onderin voorverwarmde oven van 200°.
WITLOF (zie ook witlofsoep op pag. 9 en Westfriesche witlofstampot op pag. 101)<br />
92<br />
Onderste deel van de stronken afsnijden, lelijke blaadjes en plekjes verwijderen en de stronkjes van<br />
onderuit zoveel mogelijk (kegelvormig) uithollen. De gewassen witlof, in stukjes gesneden, in 10 - 20<br />
min. in bodem water, met wat boter en zout, (beet-)gaar stoven. Laten uitlekken en er daarna evt. nog<br />
wat boter in smelten en even goed opschudden. Bestrooien met nootmuskaat. Evt. het stoofvocht<br />
binden met aangelengde maizena.<br />
Op Franse wijze: goed uitgeholde en 2 cm diep ingesneden hele struikjes lichtbruin fruiten in boter (in<br />
koekepan), dan bestrooien met zout en peper en besprenkelen met enkele druppels citroensap.<br />
Afdekken met goed sluitende deksel en op zacht vuur 20-25 min. stoven.<br />
Variant: in de lengte in vieren gesneden stronkjes witlof in boter in koekepan aanbakken, dan<br />
gembersiroop (of appelstroop) erbij en laten carameliseren. Op matig (halfhoog) vuur verder gaar<br />
bakken.<br />
Op z’n Frans met appelstroop: struikjes witlof minuut blancheren in kokend water, met koud water<br />
afspoelen en laten uitlekken. In grote koekepan aan de kook brengen dl. groentebouillon(tablet) met<br />
klontje boter, 3 eetlepels rinse appelstroop en 2 eetlepels (balsamico-)azijn. Hierin de gehalveerde<br />
struikjes witlof met snijkant naar beneden en op lager vuur laten inkoken tot de witlof gaat caramelliseren.<br />
Het kookvocht op smaak maken met zout en zwarte peper en dit dan over de witlof.<br />
Gegratineerd: de (bijna) gare struikjes in plakjes ham (of ontbijtspek) wikkelen (én evt. daar nog weer<br />
omheen een plakje kaas; óf er wat geraspte kaas overheen strooien óf de struikjes 'vullen' met plakjes<br />
blauwe kaas), dan in een ingevette ovenschaal en in ca. 25 min. middenin oven van 200° of even onder<br />
de grill tot knapperig bruin gratineren.<br />
Variant: roux maken van 30/30 g boter/bloem en met 2½ dl melk tot gladde saus roeren: na even goed<br />
doorkoken 2 eetlepels room erdoor en ½ eetlepel gehakte kervel. Op smaak maken met peper, zout en<br />
nootmuskaat (en evt. beetje suiker). De niet-te-gare witlofstruikjes omwikkelen met plakjes ham, dan in<br />
een ovenschaal en overgieten met de gladde saus. Ongeveer een kwartier laten gratineren.<br />
WORTEL (wortelsoepen zie pag. 9 en pag. 14)<br />
Winterwortel: in dikke schijven gesneden in bodem water in ca. 20 min. gaar koken; dan nog even<br />
stoven met kluitje boter of margarine en 'omschudden'; en bestrooien met gesnipperde peterselie.<br />
Of de rauwe wortelschijven zachtjes stoven in wat boter of margarine, in de koekepan, maar wel met<br />
een deksel erop; en tot slot op wat hoger vuur wat suiker erin laten karamelliseren.<br />
Variant hierop: ½ pond gesnipperde ui zachtjes fruiten in 40 g boter of margarine en daar een pond<br />
winterwortel-in-dunne(!)-schijven bij, samen met glas witte wijn, 1 dl blokjesbouillon, peper, zout, tijm en<br />
theelepel suiker: in ca. 15 min. gaar stoven.<br />
Winterwortel met tijm en mosterd: 1 pond winterwortel, in schijven van ca. ½ cm gesneden, fruiten in<br />
25 g boter. Zodra de schijven 'vettig' glanzen 1½ dl blokjesbouillon en ½ dl (witte) wijn erbij en aan de<br />
kook brengen. Vuur lager zetten en 1 theelepel mosterd en 2 theelepels tijm erdoor roeren: met de<br />
deksel op de pan 20 min. laten stoven tot bijna alle vocht is opgenomen. Op smaak maken met beetje<br />
peper. Evt. ook nog wat salie erdoor en/of gesnipperde peterselie.<br />
Jonge worteltjes (bospeen of waspeen): schrappen en in stukken snijden (ook evt. in de lengte<br />
doormidden), en dan in een gesloten pan op matig vuur 10 min. koken in dl water, aan de kook<br />
gebracht met ca. 1 dl sinaasappelsap. Dan 2 eetlepels honing (of suiker) erdoor, een mespuntje zout en<br />
kluitje boter: het geheel 'opschudden' en nog eens 5 min. zachtjes stoven.<br />
à la crème: worteltjes in grove stukken gesneden tot ca. de helft onder water staand, samen met wat<br />
zout en suiker en paar takjes peterselie, in ruim 10 min. net gaar (en nog knapperig) koken. Afgieten, 2<br />
eetlepels van het kookvocht toevoegen aan wat gesmolten boter, daar tevens schenkroom bij en op<br />
matig vuur wat laten inkoken. Eetlepel fijngesnipperde peterselie erdoor en op smaak maken met zout<br />
en suiker; de worteltjes er weer door en nog even goed doorwarmen.
93<br />
V STAMPPOTTEN & STOOFSCHOTELS UIT ALLE WINDSTREKEN<br />
(in alfabetische volgorde)<br />
Beckenoff (uit de Elzas)<br />
Beierse stoofpot<br />
Berliner Topf<br />
Bleekselderij-ovenschotel<br />
Bourgondische stoofpot<br />
Friese winterpot<br />
Franse jachtschotel<br />
Goulash<br />
Grouster pot (en variant)<br />
Herfstschotel<br />
Hete bliksem<br />
Hodge Podge<br />
Hotpot (met speklap)<br />
Husselpotje<br />
Hutspot (met klapstuk)<br />
Ierse stoofpot<br />
Jachtschotel<br />
Koolpotten: koolschotel uit de Vogezen<br />
gegratineerde kool-prei-pot<br />
kool-(nagel-)kaas-ovenschotel<br />
gestoofde spitskool-schotel<br />
stamppot (savooie of witte) kool<br />
Moes (stamppot boerenkool)<br />
Moussaka (met aubergines of courgettes)<br />
Perehiet (stamppot stoofperen)<br />
Pörkölt (Hongaarse goulash)<br />
Preischotels (o.a. Bildtse preischotel)<br />
Provençaalse stoofpot<br />
Red-Flannel-Hash (met rode bieten)<br />
Roergebakken rode kool met runderpoulet<br />
Schweinepfeffer<br />
Sijbonenstamppot uit Brabant<br />
Spruitjes-stamppot<br />
Stoofschotel uit Hongarije (Tokány)<br />
Stoofschotel uit India (zoete, bij rijst)<br />
Varkensstoofschotel uit Stiermarken<br />
Walliser stoofpot (met gedroogde peren)<br />
Westfriesche (witlof-) stamppot<br />
Witlof-uienstamp (met blauwe kaas)<br />
Zomer-groentenpot<br />
Zuurkool stamppot (en stoofschotels)
94<br />
Beckenoff (stoofschotel uit de Elzas, met aardappel en ui)<br />
Deel van een pond in dunne plakjes gesneden rauwe aardappelen als onderste laag in flink (!) ingevette<br />
ovenschaal leggen en daarop een deel van de 2 in-ringen-gesneden grote uien. Hierop ½ pond magere<br />
varkenslappen, in blokjes gesneden, met er doorheen: 1 laurierblad, eetlepeltje gekneusde jeneverbessen<br />
en wat tijm, en daarover wat zout en (ruim!) peper strooien. Hierover weer een laag uien en<br />
daarop weer een laag aardappelplakjes. Intussen 1 dl droge witte wijn met 1 dl (blokjes)bouillon aan de<br />
kook brengen en erover gieten. Afgedekt (!) in het midden (of iets lager) in voorverwarmde oven van<br />
180° en in ruim 2 uur gaar laten worden, evt. nu en dan wat vocht erbij voegend. Voor het opdienen<br />
gesnipperde peterselie erover strooien. Als groente evt. zuurkool erbij, óf appelmoes óf frisse sla.<br />
Beierse stoofpot (met rode kool)<br />
Pond doorregen runderlappen, in grote dobbelstenen gesneden, in ½ ons margarine rondom bruin<br />
bakken, dan vuur wat lager en toevoegen: zout, peper, 2 gesnipperde uien, laurierblad en 1 theelepel<br />
kummelzaadjes. Na even fruiten scheutje water erbij en onder deksel 1 uur stoven op zacht vuur. Dan 3<br />
eetlepels azijn en 1 eetlepel suiker en evt. nog scheutje water erdoor en daarna een gesnipperd rood<br />
kooltje bovenop het vlees in de goed-afgesloten pan in ca. 45 min. gaar stoven. In het stoofvocht een<br />
sneetje ontbijtkoek verkruimelen en dan weer bij het vlees. Serveren bij aardappelpuree.<br />
Berliner topf (met appel, knolselderij, prei en ui)<br />
Half pond mals rundvlees-in-blokjes in 1 ons margarine snel bruin bakken en dan 1-2 grofgesneden<br />
prei en ui(en) erbij en enkele min. laten smoren. Kruiden met peper, zout, marjolein en ca. 1 theelepel<br />
kummel (én evt. nog een gesnipperd sjalotje). Er dan 1 eetlepel bloem door roeren en afblussen met<br />
ca. dl blokjesbouillon en ½ uurtje laten sudderen. Intussen mengsel maken van in dunne (!) plakjes gesneden:<br />
1 pond aardappel, 2 ons knolselderij en 2 rijpe goudrenetten. In een ingevette ovenschaal afwisselend<br />
een laag van dit mengsel én een laagje van het vlees: bestrooien met geraspte kaas en afdekken<br />
met folie of deksel en dan ruim 1 uur in oven van 180°- op het laatst nog even onbedekt om er<br />
een korstje op te krijgen.<br />
Bleekselderij ovenschotel (vegetarisch: met kaas)<br />
Eén struik (!) goed schoongemaakte bleekselderij in stukjes van 4-8 cm snijden en deze in weinig water<br />
in 15 min. knapperig-gaar koken. Ca. 1½ pond, bij voorkeur vastkokende, aardappels eveneens net<br />
gaar koken. Béchamelsaus maken van 30 g boter met 4 eetlepels bloem en 3 dl melk, en hier 75 g<br />
geraspte oude kaas door roeren en op smaak maken met peper. In een ingevette ovenschaal laag-omlaag<br />
leggen plakken (!) aardappel, de bleekselderij en (ruim) kaassaus (evt. ook nog plakjes tomaat<br />
en/of paprika ertussen). Als laatste een laagje aardappel met kaassaus en daar nog weer 25 g geraspte<br />
kaas over. In ca. 20 min. in oven van 200° heet en lichtbruin laten worden.<br />
Bourgondische stoofpot (voor meerdere personen) (voor Boeuf Bourguignon: zie pag. 35)<br />
Kilo staartstuk (óf evt. magere runderlappen) in grote brokken (van ca. 3-4 cm) gesneden, bestrooien<br />
met peper, zout en bloem en dan in een grote braadpan in een mengsel van boter en olie aan alle<br />
kanten goed bruin bakken, daarna overdoen in ovenschaal met deksel. In achtergebleven braadboter 4<br />
fijngesnipperde uien fruiten en met bloem bestrooien: na even garen afblussen met ¼ l blokjesbouillon<br />
en dan ook dit in de ovenschaal doen, samen met 4 laurierblaadjes, 3 kruidnagels, ½ theelepel tijm en<br />
evt. wat gesnipperde peterselie. Dan ons mager ontbijtspek-in-blokjes ca. 1 min. blancheren in kokend<br />
water, afdrogen en na even aanbakken bij de ovenschotel in doen, evt. samen met wat tomaten-instukken<br />
(of tomatenpuree). Verder nog ½ borrelglas cognac én 1-2 dl (!) rode wijn erbij, en in gesloten<br />
pan ca. 3 uur in de oven bij 180° (of bij kleinere hoeveelheid evt. in stoofpan op laag vuur). Het laatste<br />
½ uur ½ pond, vooraf even aangebakken, champignons mee laten sudderen; nu en dan nagaan of er<br />
nog wel voldoende vocht is: er moet een gebonden saus overblijven. Serveren bij aardappelpuree.
95<br />
Friese winterpot (vegetarisch, met champignons, winterwortel, knolselderij en nagelkaas)<br />
In 2 eetlepels olie eerst 2 gesnipperde uien glazig fruiten, dan ½ eetlepel (!) kerrie erdoor roeren en 1<br />
winterwortel-in-reepjes en ¼ selderijknol-in-reepjes erdoor, samen met half doosje fijngesneden champignons.<br />
Dit al roerend ca. 5 min. mee bakken, dan 1 - 2 dl blokjesbouillon erbij en 10 min. op laag vuur<br />
laten sudderen. Intussen van ca. 1½ pond aardappelen een luchtige puree maken (zie pag. 76). In<br />
ingevette ovenschaal eerst het groentenmengsel, dan ruim 1 ons geraspte (oude) nagelkaas, daarover<br />
de aardappelpuree en dit bedekken met nog eens 1 ons geraspte (Friese) nagelkaas. En ca. 1 kwartier<br />
in voorverwarmde oven van 220°.<br />
Franse jachtschotel (met gehakt en witte wijn)<br />
½ pond gehakt in eetlepel margarine even kort rul bakken, kruiden met peper, zout en theelepel(s) '4kruiden'<br />
(gelijke delen nootmuskaat, peper, kruidnagel en gemberpoeder) en erdoor doen bosje gehakte<br />
verse (!) kervel en eetlepel(s) gesnipperde peterselie. In andere pan 2 fijngesneden sjalotjes (of<br />
flinke ui) glazig fruiten in eetlepel olijfolie, afblussen met dl witte (liefst Riesling) wijn en wat laten<br />
inkoken; dan dit door de gehakt roeren en laag-om-laag met aardappelpuree in ingevette (vrij hoge)<br />
ovenschaal (bovenste laag puree: daarover paneermeel en klontjes boter) en middenin voorverwarmde<br />
oven van 150° in ca. ½ uur goudbruin bakken.<br />
Goulash (met rundvlees, paprika en kummel)<br />
In wat margarine op matig vuur ½ ons mager rookspek-in-blokjes uitbakken. Dan het vuur lager draaien<br />
en pond (niet te magere!) runderlappen (of: hacheevlees) in vrij grote blokken gesneden erbij, samen<br />
met 4 in grove stukken gesneden uien, en alles op matig vuur bruin braden. Daarna blik tomaten erbij,<br />
samen met: zout & zwarte peper, 2 afgestreken eetlepels (milde en/of scherpe) paprikapoeder, ½ theelepel<br />
kummel en evt. in reepjes gesneden groene en rode paprika(s). Goed door elkaar roeren en 1 dl<br />
bouillon toevoegen, vervolgens in ca. 4 uur op laag vuur gaar stoven. Aardappelen-in-blokjes het laatste<br />
½ uur erin gaar laten stoven (óf serveren bij rijst of pasta).<br />
Grouster pot (ovenschotel uit Grouw, voor 4 personen)<br />
In wat margarine 1 ons fijngesneden bacon (of mager ontbijtspek) uitbakken, daar 2-4 gesnipperde uien<br />
in fruiten, en als laatste nog ½ pond (1 doosje) champignons-in-plakjes erin mee bakken. Dan met<br />
schuimspaan alles eruit en in het iets aangevulde bakvet ca. 4 ons gehakt (naar eigen smaak gekruid)<br />
rul en grijsbruin bakken: dan mengen met een sausje gemaakt van ½ kopje ketchup (of tomatenpuree<br />
met suiker), 1 eetlepel suiker, eetlepel citroensap en 2 eetlepels ketjap manis (zoete sojasaus), en even<br />
goed doorwarmen. Dan de ingevette ovenschaal van onderaf aldus vullen: op de bodem het baconchampignonmengsel,<br />
dan een flinke laag van de (vooraf gemaakte: zie pag. 76) aardappelpuree,<br />
vervolgens het (gehele) gehakt/saus-mengsel en daarop de (vooraf geweekte én gekookte én uitgelekte)<br />
abrikozen of perziken; hier overheen de rest van de aardappelpuree en dit bedekken met paneermeel<br />
en wat klontjes boter. Bovenin voorverwarmde oven van 220°. Oventijden: warm de oven in: 20<br />
min.; koud de oven in: 40-60 min. De schotel moet binnenin goed warm zijn en bovenop behoort een<br />
korstje te zitten; wordt de schotel te bruin, dan evt. tijdlang afdekken met aluminiumfolie, de doffe kant<br />
naar buiten. N.B.: kan goed dag vantevoren worden gemaakt, smaakt nl. opgewarmd nog lekkerder.<br />
Herfstschotel (vegetarisch)<br />
Gesnipperde (rode) ui in eetlepel boter even aanbakken, dan ½ pond paddestoelen-in-stukjes erbij en<br />
bakken tot ze slinken; dan 1½ eetlepel bloem erover, scheutje rode wijn erdoor en beetje-bij-beetje 1½<br />
dl blokjesbouillon, tot er een dikke ragout is ontstaan – hier beetje fijngehakte salie en gedroogde<br />
dragon door en even met deksel schuin op de pan na-garen. Op smaak maken met peper en zout. In<br />
een ovenschaal eerst een laag aardappelpuree (van in totaal pond aardappelen), dan een laag met<br />
schijven goudrenet, daarop de ragout en daarover weer een laag aardappelpuree. Dan 10-15 min. in<br />
voorverwarmde oven van 180°.<br />
Hete bliksem (van zoete appels)<br />
Pondje magere speklappen 1½ uur zachtjes koken in water. Pond aardappelen samen met pond verse<br />
zoete (!) appels ca. ½ uur mee laten koken met de speklappen (of apart koken), samen met een<br />
(goede!) Gelderse rookworst (van de slager). Daarna (liefst met stamper!) mengen. Op smaak maken<br />
met zout, peper én bruine basterdsuiker.<br />
Variant: i.p.v. de speklappen mager rookspek-in-blokjes (iets korter!) mee laten koken. En/of de appels<br />
vervangen door apart gaar gekookte stoofpeertjes (zie pag. 90) met wat mosterd erdoor.
96<br />
Hodge podge (met knolselderij, winterwortel en koolrabi of prei)<br />
Half pond mals rundvlees in vrij grote stukken op matig vuur lichtbruin bakken in 40 g margarine, dan<br />
1½ dl bier + 1 dl water erbij, samen met een ui, een koolrabi (of preien), ca. ¼ selderijknol en ½<br />
winterwortel, alles in grove stukken, met wat peper en zout. Op laag vuur in gesloten pan ca. 3 uur<br />
stoven. Binden met maïzena.<br />
Hotpot met speklappen (met sperziebonen, spruitjes, wortel en gebakken zachtzure appels)<br />
Pond (magere) speklappen in reepjes (laten) snijden, bestrooien met peper en zout, en in hete margarine<br />
mooi lichtbruin bakken; afblussen met ½ l (blokjes-)bouillon. Dan hierbij doen: ½ pond sperzieboontjes<br />
in stukjes gebroken, ½ pond spruitjes, ½ pond wortel en 1 pond aardappelen-in-plakjes, en<br />
wat bonenkruid en zout. Aan de kook brengen en in gesloten pan gaar stoven in ca. 20 min. (bij<br />
bloemige aardappelen wat korter of deze er wat later bij in doen). Evt. overtollig vocht binden met wat<br />
aangelengde aardappelmeel. Van 4-5 appels de klokhuizen uitboren en in dikke plakken snijden, deze<br />
door de bloem halen en aan beide kanten goudgeel bakken in boter: de schotel hiermee 'bedekken'.<br />
Husselpotje (vegetarisch: met winterwortel en prei)<br />
Fijngesneden winterwortel, prei en (2-3 grote) aardappelen in wat olie al omscheppend 5 min. smoren.<br />
Dan erbij: ½ theelepel komijn en koriander, 1 theelepel gemberpoeder, zout en peper, en zoveel<br />
(blokjes)bouillon dat alles in 10 min. gaar en droog gekookt is. Op smaak maken met wat sambal oelek.<br />
Hutspot (voor 4 personen)<br />
Pond klapstuk (klapstuk is vrij vet rundvlees, afkomstig van de borst) in wat margarine even aanbraden,<br />
afblussen met ca. 1 l hete (blokjes-)bouillon en in 2 uur op heel laag vuur gaar laten worden. In deze<br />
bouillon 1½ pond winterwortel-in-reepjes en ½ pond ui-in-ringen in ca. ½ uur gaar koken, samen met 2<br />
kruidnagels. Van kilo aardappelen (evt. eveneens in dezelfde bouillon gaargekookt) puree maken (zie<br />
pag. 76) en met mixer mengen met de groenten. In de (intussen versterkte) bouillon de klapstuk weer<br />
opwarmen en daarna iets laten inkoken en er evt. een mosterdsaus van maken met een roux van<br />
margarine/bloem, hier flink wat mosterd bij en op smaak maken met kummel, dille en evt. aroma..<br />
Variant: i.p.v. de klapstuk serveren met in ca. 1½ uur gekookte óf met gebakken speklap (zie pag. 42)<br />
– en dan dus de groenten gewoon koken in water (niet in bouillon). Aan te bevelen!<br />
Brabantse variant: De klapstuk minstens 2 uur laten trekken in 1 l water met 1 ons prei, 1 ui en 1 ons<br />
wortel (fijngesneden), samen met 2 kruidnagels, laurierblad, zout en gekneusde peperkorrels. Intussen<br />
1½ pond winterwortel, 1 pond ui en ½ pond knolselderij (ook in stukjes) in ca. 20 min. gaar koken, met<br />
wat peper en zout - én 1 kilo aardappelen gaar koken en pureren. Alles goed mengen en evt. ook nog<br />
1½ ons uitgebakken spekjes erdoor en/of een rookworst mee laten koken. Er evt. ook nog een<br />
goudrenet-in-stukjes door. Op smaak maken met peper en zout (en evt. wat dragon).<br />
Ierse stoofpot (met aardappels, ui en kool)<br />
Pond doorregen varkenslapjes met 2 grof-gesnipperde uien in 25 g margarine roerbakken tot de ui<br />
goed glazig is, dan 1½ pond (vastkokende!) aardappels-in-vieren en pond fijngesneden witte (of spits-)<br />
kool erbij en ½ l blokjesbouillon, samen met 3 laurierblaadjes en versgemalen peper. Omscheppen,<br />
aan de kook brengen en op laag vuur 30 min. stoven, zo nodig nog wat vocht erbij. Serveren met<br />
gesnipperde peterselie (of andere groene tuinkruiden) erover.<br />
Jachtschotel<br />
Pond magere runderlappen (riblappen of dikke lende) in kleine stukjes gesneden (of hele goede<br />
runderpoelet!) bestrooien met peper en zout (en evt. even door de bloem halen). Dan ca. 50 g<br />
margarine verhitten in braadpan: daarin eerst het vlees bruin bakken, daarna grote gesnipperde ui ca. 5<br />
min. fruiten, en evt. nog wat tomatenpuree mee laten fruiten, samen met 2 laurierblaadjes en paar<br />
geplette peperkorrels, en dit alles op zeer zacht vuur in minstens 1½ -2 uur goed gaar laten stoven.<br />
Tijdens dit stoofproces nu en dan wat blokjesbouillon erbij doen, als ook af en toe wat verse gesnipperde<br />
ui! (N.B.: wil men een 'wildsmaak' geven aan deze 'jachtschotel' dan ook nog enkele geplette<br />
jeneverbessen erbij doen.)<br />
Een luchtige aardappelpuree maken van (bloemige!) aardappelen met melk, klontjes margarine, zout<br />
en peper en flink wat nootmuskaat (zie pag. 76). In een ingevette ovenschaal eerst een laag vleesmengsel,<br />
dan om-en-om aardappelpuree en vleesmengsel en als laatste aardappelpuree: dit bedekken<br />
met paneermeel en verspreide klontjes margarine en dan onder de grill tot er een bruin korstje op is<br />
gekomen. (Is de schotel koud geworden, dan beter iets beneden het midden in de oven bij 200°.)<br />
Serveren met appelmoes en/of rode kool.
Kool-potten (zie ook koolschotels op pag. 84 en koolraapstamppot op pag. 85)<br />
97<br />
Koolschotel uit de Vogezen<br />
Pond fijngesneden savooiekool ca. 15 min. koken in gezouten water en dan op vergiet laten uitlekken.<br />
Van pond aardappels een luchtige, vochtige én volle-romige puree maken (zie pag. 76). Intussen ½<br />
pond half-om-half gehakt rul en ontkleurd bakken, eetlepeltje tomatenpuree erdoor, kruiden met zout,<br />
peper en tijm (en evt. maggiblokje) en bestrooien met bloem. Na 2 min. roerbakken ca. dl droge (witte)<br />
wijn erbij en na goed doorroeren 10 -12 min. zachtjes laten sudderen. Dan de kool op de bodem van<br />
een dik-beboterde ovenschaal, daarover het gehakt en als afdekkende laag de aardappelpuree.<br />
Bestrooien met een mengsel van geraspte (oude) kaas en broodkruim, daarover wat klontjes boter en<br />
ca. 40 min. middenin voorverwarmde oven van 180°, eerste half uur onder deksel of folie, dan zonder<br />
tot zich zacht-bruin korstje heeft gevormd.<br />
Variant: met andere koolsoort of met in vieren gesneden spruitjes i.p.v. met kool.<br />
Gegratineerde kool-prei stamppot (vegetarisch)<br />
Van 1 kilo aardappelen een luchtige puree maken (zie pag. 76). Een groene savooie of Chinese kool<br />
ragfijn snipperen en opzetten met weinig water en theelepel(s) kummelzaadjes: in ca. ½ uur gaar<br />
koken. Intussen 1 fijngesnipperde flinke prei koken in een mengsel van ½ dl room (of zure room of<br />
yoghurt) met 1½ dl melk (of voor iets vetter én nóg zachter geheel: 2 dl room met 1 dl zure room). Dit<br />
wél boven heel zacht vuur om aanbranden te voorkomen en met de deksel op de pan. Dan de kool en<br />
de prei door de puree mengen. Een béchamelsaus maken met het stoofvocht van de prei, door dit al<br />
roerend bij de gare roux te doen van 25 g boter met 25 g bloem. Het grootste deel van deze gladde<br />
saus door de stamppot roeren en deze in ovenvaste schaal overscheppen. Vervolgens wat geraspte<br />
Goudse kaas door de rest van de béchamelsaus mengen en dit er bovenop uitstrijken. De nog hete<br />
schaal even onder de grill tot zich een mooi goudbruin korstje heeft gevormd.<br />
Variant: geraspte (zeer) oude Fries nagelkaas i.p.v. de Goudse kaas.<br />
Kool-nagelkaas-ovenschotel (vegetarisch)<br />
Onsje uien-in-ringen fruiten in 30 g margarine en dan even kort (licht-bruinend) mee-fruiten 2 ons goed<br />
fijngesneden en nét gaar gekookte, uitgelekte (groene savooie of Chinese) kool: kruiden met zout,<br />
kerrie, laurierblaadje en een weinig (!) azijn en zo nodig binden met wat maïzena. De helft van de<br />
(luchtige en nog vrij vochtige!) aardappelpuree gemaakt van ca. 1 pond aardappelen (zie pag. 76)<br />
onderin ingevette ovenschaal, daarover het ui-kool-mengsel en de helft van 1 - 2 ons geraspte oude<br />
Friese nagelkaas, daarop weer een laag puree en dat bestrooien met de rest van de nagelkaas en/of<br />
versgeraspte jonge komijnekaas (met wat klontjes boter tegen het dor en droog worden) en wat<br />
paprikapoeder. Gratineren in een hete oven en/of onder de grill.<br />
Gestoofde spitskool-schotel<br />
In 50 g margarine 1 grote gesnipperde ui + 1 sjalotje glazig fruiten, samen met kleine eetlepel kerriepoeder.<br />
Daar ½ pond half-om-half gehakt door doen en dit op matig vuur, al prakkend, rul en droog<br />
bakken. Er dan een, in hele dunne reepjes gesneden, spitskool door roeren en deze, in gesloten pan en<br />
op laag vuur, in minder dan 45 min. (beet-)gaar stoven, regelmatig omscheppend. Op smaak maken<br />
met peper en zout (en/of 1-2 bouillonblokjes). Serveren bij rijst of bij aardappelen.<br />
Stamppot (savooie of witte of Chinese) kool<br />
Fijngesneden (groene savooie of witte of Chinese) kool in gezouten water ca. 15 min. tegen de kook<br />
aan blancheren tot beetgaar. Van kilo aardappelen goede puree maken (pag. 76), daar eetlepel(s)<br />
mosterd en onsje geraspte belegen kaas door mengen en daarna de kool. Op smaak maken met peper<br />
en zout. Even goed doorwarmen en serveren met een (goede) Gelderse (slagers-)rookworst.<br />
Variant: pond fijngesneden kool eerst 5 min. roerbakken in boter of margarine, dan met wat water erbij<br />
net zo lang roerbakken tot dit verdampt is. Eerst ons (rauwe of gekookte) ham-in-blokjes door de<br />
aardappelpuree, dan de mosterd en de kaas, en daarna de kool.
98<br />
Moes (= stamppot boerenkool)<br />
Aloude beproefde methode: verse boerenkool 'waar de vorst over is gegaan' stropen en fijnsnijden (of<br />
in de huidige vormen pak panklare verse boerenkool of boerenkool uit de diepvries) met wat (aanhangend)<br />
water op hoog vuur even laten slinken, wat zout erover en minstens ½ uur laten koken. Na<br />
omscheppen ongeveer dubbele hoeveelheid aardappelen (in stukken) er bovenop en in opnieuw ca. ½<br />
uur verder gaar koken, samen met een (goede d.w.z. slagers-) rookworst én evt. een verse metworst.<br />
Middels een stamper pureren, met warme melk en wat van het afgegoten en opgevangen kookvocht.<br />
Zo nodig (worst geeft ook smaak af) nog wat peper en zout erbij. Serveren met (overgebleven)<br />
krachtige vleesjus of met runderlappen met wijn-sjalotjus (pag. 26) of speklappen-met-jus (pag. 42).<br />
Varianten: evt. krokant uitgebakken rookspek-in-reepjes op smaak gemaakt met wat mosterd erdoor.<br />
Mama’s betere methode: de boerenkool als boven minstens 1 uur laten koken, laatste half uur met de<br />
worst erbij. Intussen van geschikte aardappels in dezelfde hoeveelheid luchtige puree stampen zoals<br />
aangegeven op pag. 76 en daarna (met de stamper) mengen met de gare boerenkool.<br />
Mama’s vroegere methode: pond aardappelen tot puree stampen en dan met de mixer mengen met ca.<br />
halve hoeveelheid boerenkool-uit-de-fles, dat vooraf (goed) warm is gemaakt in het vocht waarin de<br />
(slagers-!)rook-(en/of met-)worst in ca. 20 min. is gaar gekookt. Gesmolten boter of (overgebleven)<br />
vleesjus erbij serveren, bij voorkeur (de rest van) de jus van een goed-gekruide (runder)rollade!<br />
Boerenkool op z’n Fries: pond verse boerenkool in 3 dl water in ruime pan 15 min. koken, dan ruim<br />
kilo aardappelen, in vieren gesneden, een gesnipperde grote ui en 2 ons rookspek-in-blokjes erop<br />
leggen en in 25 min. verder gaar koken, daarna tot moes stampen. Intussen gehalveerde speklappen<br />
en (runder-)saucijsjes in 50 g margarine zachtjes bruin en in 20 min. gaar bakken, afblussen met<br />
eetlepel azijn en dl water en aan de kook brengen: dit alles mét de jus erbij serveren.<br />
Moussaka (voor minstens 4 personen)<br />
2-3 Aubergines óf (liever, want minder 'vettig') Courgettes in plakken snijden van ca. 1 cm dikte, deze<br />
bestrooien met (zee)zout en minstens kwartier op een zeef of vergiet laten liggen, overmaat zout<br />
afspoelen, daarna goed droog deppen met keukenpapier en in olijfolie beiderzijds lichtbruin bakken; uit<br />
de pan nemen en op keukenpapier goed laten 'uitlekken'. Zo nodig nog wat olie toevoegen en 2<br />
fijngesnipperde uien fruiten, hier 1 pond gehakt bij en rul roeren tot rode kleur eraf is; dan evt. wat<br />
bloem erbij en in elk geval kruiden met zout, peper en oregano; dan nog 1 eetlepel fijngehakte<br />
peterselie erbij en wat water, en alles even laten pruttelen. Vervolgens een blik tomaten erdoor (of verse<br />
tomaten, doch dit kan dan ook als afzonderlijke laag in de ovenschaal).<br />
In een ovenvaste schaal laag-om-laag de plakken aubergines of courgettes en het gehaktmengsel (en<br />
dus evt. apart de tomaten); als bovenste laag altijd aubergines of courgettes. In een steelpannetje<br />
béchamelsaus maken van 25 g boter en 25 g bloem met na een minuutje garen de melk er in scheutjes<br />
steeds stevig roerend bij tot een gladde-gebonden saus is ontstaan; op smaak maken met peper, zout<br />
en nootmuskaat en er dan nog ca. ½ ons geraspte oude Goudse kaas door roeren (luxer en lekkerder:<br />
Parmezaanse kaas). De béchamelsaus over het mengsel in de ovenschaal schenken en bestrooien<br />
met nog eens ½ ons geraspte kaas: 45 - 55 min. middenin de oven van 180°. Serveren bij rijst.<br />
Op z'n Grieks (met aardappelen): ½ pond (liefst nieuwe!) aardappelen bijna gaar koken en in plakken<br />
snijden. Aubergines en/of courgettes voorbehandelen als hierboven. In dezelfde olie 1-2 gesnipperde<br />
uien fruiten en daarin de gehakt rul bakken en prakken, de 4 verse tomaten of tomaten uit blik erbij en<br />
als kruiden: zout, peper, paprikapoeder en evt. wat tabascosaus. De helft van de aardappelplakjes<br />
onderin de ingevette ovenschaal, daarop de helft van de gebakken aubergines/courgettes en daarop<br />
evt. plakken kaas; daarop het gehaktmengsel, dan de rest van de aubergines of courgettes en weer<br />
plakken (of geraspte) kaas en dan afdekken met de rest van de aardappelen. Vervolgens 2 eieren los<br />
kloppen met melk en daar wat zout en paprikapoeder aan toevoegen: dit over de schotel doen en dan<br />
ca. 45 min. in voorverwarmde oven van 200°. Er dan nog wat geraspte kaas over en de schotel nog<br />
even bovenin de oven (of onder de grill) tot deze kaas gesmolten is. Serveren met een frisse salade.<br />
N.B.: aubergines zijn misschien authentieker, maar courgettes makkelijiker én smakelijker!<br />
Perehiet (Perenstamppot)<br />
In ruime pan 1 kg stoofperen-in-stukken 1 uur koken in 3 dl water en na ½ uur 1½ pond aardappelen-instukken<br />
mee gaar laten koken: na afgieten van het vocht fijnstampen met een stamper en pot (of fles)<br />
uitgelekte witte bonen erdoor scheppen. Opdienen met zachtjes uitgebakken rookspek-in-plakjes. Evt.<br />
wat van het kookvocht bewaren en door het spekvet roeren: dit er dan apart bij serveren.
99<br />
Pörkölt (Hongaarse gulyas, met varkensvlees en paprika's)<br />
In eetlepel olie ½ pond varkensvlees-in-blokjes even aanbraden, dan eruit nemen en ½ ons mager<br />
ontbijtspek-in-blokjes erin uitbakken: als deze bruin zijn grof gesneden ui en rode (en/of gele of groene)<br />
paprika-in-blokjes erdoor en op hoog vuur aanbakken. Na ca. 5 min. ½ eetlepel paprikapoeder (evt.<br />
half-om-half mild en scherp), snuf kummel en tijm, peper en zout toevoegen. Dan 1 eetlepel bloem<br />
erdoor roeren en met 1 dl witte wijn en ½ dl blokjesbouillon tot gladde saus roeren, deze even zachtjes<br />
laten pruttelen, dan het varkensvlees er weer bij doen. Indien geen scherpe paprikapoeder is gebruikt<br />
ragfijn gesnipperd Spaans pepertje (of wat sambal oelek) erdoor en half uurtje laten sudderen. Dan 2<br />
tomaten-uit-blik (of gezeefde tomaten) erbij en ½ pond aardappelen-in-blokjes (én zo nodig nog wat<br />
water of wijn) en nog minstens ½ uur verder laten garen. Evt. serveren met witte bonen (gewoon uit een<br />
potje) óf met galuska (zie pag. 132) of gewoon met rijst.<br />
Preischotel(s) (zie ook pag. 85/86 en pag. 159)<br />
½ pond rundergehakt aanbraden in 2 eetlepels olie, met zout en peper en paprikapoeder. Daar ca. 1<br />
pond prei, in ringen gesneden, aan toevoegen en met de deksel op de pan op laag vuur in ca. 20 min.<br />
gaar laten smoren. Dan overdoen in vuurvaste schaal en het oppervlak gladstrijken. Ei loskloppen met<br />
(Turkse of Griekse) yoghurt en/of crème fraîche en erover gieten. Dan ca. 40 min. in oven van 220°.<br />
Bildtse preischotel: van 3-6 preien het (meest) witte gedeelte in stukken van 3-4 cm snijden, goed<br />
schoonmaken en in beetje water (net) gaar koken. Béchamelsaus maken (zie pag. 18), daar (van het<br />
vuur af) 1 ei door kloppen en dan nog ½ ons geraspte kaas en ½ ons gekookte ham (in blokjes) erdoor<br />
roeren; op smaak maken met zout en (zwarte) peper. Dan de goed-uitgelekte prei erdoor en in een<br />
ingevette ovenschaal: ca. ½ uur in vrij warme oven.<br />
Stoofschotel: in braadpan laag-om-laag 4 grote aardappels (in plakken) en 2 grote preien (in ringen).<br />
Overgieten met een kop blokjesbouillon en op laag vuur 45 min. laten sudderen. Door elkaar mengen 1<br />
eetlepel bloem en 2 eetlepels melk, en dit op smaak maken met theelepeltje zout, versgemalen zwarte<br />
peper, ½ theelepel basilicum, ¼ theelepel tijm en nootmuskaat, en dit eroverheen gieten. Dan 1½ ons<br />
mager rookspek (in plakjes) en evenveel verse braadworst 10 min. laten trekken in (zacht!) kokend<br />
water en bovenop de schotel leggen: op laag vuur nog ca. 10 min. laten sudderen.<br />
Aardappel-preischotel: in 15 g margarine 1½ ons mager rookspek-in-blokjes in ca. 10 min. goudbruin<br />
bakken, dan het spek eruit en in bakvet 2-3 preien-in-ringen fruiten, samen met theelepel kerrie. De<br />
spekjes er weer bij en in gesloten pan ca. 5 min. stoven. Dan door de intussen, van pond aardappelen,<br />
gemaakte puree (zie pag. 76) roeren en goed heet laten worden. Op smaak maken met zout, peper en<br />
nootmuskaat.<br />
Provençaalse stoofpot (zonder groenten, maar met wijn en kruiden)<br />
Pond runderlappen in kleine stukjes gesneden in 25 g margarine met 2 eetlepels olie op hoog vuur aan<br />
alle kanten bruin bakken. Dan 2 eetlepels iets verwarmde cognac erover en aansteken en even uit laten<br />
branden. Dan 1 dl iets verwarmde rode wijn erbij en even goed door laten koken. Vuur lager zetten en<br />
toevoegen: zout, peper, paprikapoeder, tijm, laurierblaadje, peterselie, stukje sinaasappelschil én evt.<br />
klein Spaans pepertje (i.p.v. de kruiderij evt. Provençaalse kruidenmengsel!) Dan ca. 2 uur op zéér laag<br />
vuur zacht smoren. De laatste 10 min. ook nog 20 zwarte olijven mee laten smoren, en er zo nodig wat<br />
vocht aan toevoegen in de vorm van blokjesbouillon (of zout en tomatensap). Serveren bij rijst of puree.<br />
Variant:<br />
2-3 uien-in-ringen goudgeel fruiten in (olijf-)olie of margarine, dan eruit scheppen en in het resterende<br />
(hete!) bakvet pond riblappen beiderzijds bruin bakken. Vlees eruit en in het bakvet 2 eetlepels bloem<br />
en 2 theelepels bruine suiker even laten kleuren, dan erbij ca. 3 dl vocht: mengsel van donker bier en<br />
blokjesbouillon in de verhouding 2:1, en na aan de kook brengen kruiden met zout, peper én 2 theelepels<br />
Provençaalse kruiden. Onderin een ingevette ovenschaal eerst laagje uiringen, dan de riblapjes,<br />
bestrooid met peper en zout, dan de rest van de uiringen (met wat laurier) en dan de saus erover: ca. 2<br />
uur onder deksel (of folie) in oven van 180°. Met rode kool, evt. bij puree.<br />
Red-flannel-hash (traditioneel gerecht uit Vermont, USA)<br />
½-1 Pond gekookte rode bieten en 1 pond gekookte aardappelen samen fijn prakken en vermengen<br />
met pond rundergehakt, dat alvast in de braadpan een beetje is ontkleurd (en rul gebakken) in ½ ons<br />
margarine, waarin eerst flinke gesnipperde ui is gefruit. Op smaak maken met peper en zout, en nog<br />
ca. 10 min. verder fruiten, onder af en toe roeren, dan overdoen in ingevette ovenschaal. Opnieuw ½<br />
ons margarine (of boter) smelten, daar 2 eetlepels melk door roeren (en evt. 1 ei) en 1-2 maggiblokjes<br />
en dit uitgieten over het mengsel: onder de grill tot er een bruin korstje op is gekomen.
100<br />
Rode Bieten-stamppot<br />
In margarine, waarin eerst onsje speklap-in-stukken is gebakken, (bijv. ‘overgebleven’) gekookte rode<br />
biet-in-blokjes fruiten, dan gesnipperde ui erbij en in ca. 10 min. gaar fruiten. Op smaak maken met<br />
zout, peper en citroensap en dan door beduidend kleinere hoeveelheid, vooraf gemaakte, aardappelpuree<br />
(zie pag. 76) mengen. Vlees er weer door. Serveren met gesnipperde peterselie erover en<br />
mayonaise (en evt. met gebakken vers worstje of saucijsje) erbij.<br />
Roergebakken rode kool (met runderpoelet en appel)<br />
In wadjan in ½ ons licht gebruinde (!) boter (of margarine) 4 ons malse lende (of baklap) ca. 5 min. roerbakken,<br />
tijdens het bakken wat zout en peper erbij. Vervolgens vlees uit de pan nemen en in het bakvet<br />
2 gesnipperde uien en (zeer) fijn gesneden klein rood kooltje in ca. 10 min. knapperig-gaar bakken; de<br />
laatste minuten 2 friszure appels-in-stukjes (besprenkeld met citroensap) mee-bakken. Het vlees er<br />
weer bij en het mengsel binden met maïzena, aangelengd met wat appelsap. Serveren bij luchtige<br />
aardappelpuree (zie pag. 76).<br />
Schweinepfeffer (Duitse varkensragoût)<br />
Half pond schouderlappen (met randje vet) in blokjes gesneden 12 uur op koele plek marineren in een<br />
mengsel van 2 dl wijn met wat zout, gesnipperde ui, enkele geplette peperkorrels en dito jeneverbessen,<br />
theelepel rozemarijn, laurierblad, tijm én een eetlepel olijfolie. Vleesblokjes goed droogdeppen<br />
en vervolgens fruiten in stoofpan in wat margarine, samen met ½ ons rookspek-in-blokjes. Vlees en<br />
spekjes uit de pan en in achtergebleven vet 25 g bloem goed gaar fruiten, dan het gezeefde marinadevocht<br />
er al roerend bij gieten en met zoveel water verdunnen dat een niet al te dikke saus ontstaat. Hier<br />
vlees en spek weer bij doen en ca. 45 min. op zacht vuur stoven, zo nu en dan wat vocht erbij. Serveren<br />
met (zuur-)kool bij luchtige aardappelpuree.<br />
Snijbonenstamppot uit Brabant (‘blote billetjes in het gras’)<br />
Pondje kruimige aardappels-in-blokjes samen met 3 ons panklare snijbonen (vroeger uit het zout!) in<br />
pan met weinig water in ca. 15 min. gaar koken, afgieten en met pureestamper fijn stampen, en er dan<br />
zoveel melk door dat een smeuïge puree ontstaat. Daar dan nog potje (van 350 g) witte bonen door en<br />
serveren met even uitgebakken braadworstjes (of saucijsjes), waarvan het bakvet door de puree is<br />
gemengd. Op smaak maken met peper en zout.<br />
Spruitjes-stamppot (met rookspek en appels)<br />
Van pond aardappels een luchtige puree maken (zie pag. 76) en ½ pond spruitjes gaar stoven (zie<br />
pag. 89). Dan ons mager rookspek-in-blokjes samen met ½ gesnipperde ui ca. 10 min. zachtjes bakken<br />
in 15 g margarine, uit het bakvet scheppen en door de stamppot roeren. In het bakvet friszure appel-inblokjes<br />
goudbruin bakken en ook door de stamppot doen.<br />
Stoofschotel uit Hongarije (Tokany – de droogste van de Hongaarste trias met Goulash en Pörkolt)<br />
In wat margarine op laag vuur 2 ons varkenslappen en 1 ons speklappen in blokjes 'uitbraden'. Dan het<br />
vlees eruit nemen en in het bakvet 2 gesnipperde uien met eetlepeltje paprikapoeder op iets hoger vuur<br />
even fruiten, samen met blikje tomatenpuree (om deze wat te ontzuren). Scheutje blokjesbouilllon erbij<br />
doen en enkele minuten laten smoren, (pas) dan de (iets gezouten) vleesblokjes er weer bij voegen en<br />
kruiden met (bijv.) majoraan en Spaans pepertje (of sambal). Met de deksel op de pan op laag vuur<br />
uurtje laten smoren, met nu en dan zo nodig scheutje blokjesbouillon erbij. Dan een in reepjes gesneden<br />
paprika erbij en nog 15 min. mee laten smoren. Beetje bloem aanlengen met bekertje zure room en<br />
door het mengsel roeren en ca. 3 min. zachtjes laten doorkoken. Serveren bij bijv. macaroni.<br />
Stoofpot uit India (met o.a. ananas, champignons en rozijnen)<br />
In margarine of olie fruiten: 2 grote uien-in-ringen en 2 ons champignons-in-plakjes. Na enige tijd blikje<br />
(van ca. 500 g) ananaspartjes goed uit laten lekken (vocht opvangen!) en erbij doen, samen met een<br />
eetlepel rozijnen, en ca. 5 min. mee laten fruiten. Intussen 1 pond varkens- óf spek-lappen (in blokjes)<br />
rondom aanbakken (vooral géén hamlappen: die worden dan 'dor en droog'!) en rijkelijk kruiden met<br />
peper, zout en kerrie. Dan afblussen met het opgevangen ananassap en het gefruite mengsel toevoegen.<br />
Het geheel stoven tot het vlees gaar is. Evt. het stoofvocht binden met wat maïzena, aangelengd<br />
met room. Serveren met rijst.
101<br />
Varkensstoofschotel uit Stiermarken (met knolselderij en wortel)<br />
Pond ontbeende schouderkarbonade in grote blokken (laten) snijden en in 75 g margarine (of olie) op<br />
hoog vuur rondom aanbakken. Dan de volgende (niet té) kleingesneden groenten toevoegen: ½ - 1 ons<br />
knolselderij, 1 flinke ui, 1 ons winterwortel (en evt. ook nog ½ pond witte kool) en dit alles even kort mee<br />
bakken. Vervolgens erbij: zout, grofgemalen peper en tijm (en evt. snufje kruidnagelpoeder, 2 blaadjes<br />
salie, theelepel kummel) én 2 eetlepels wijnazijn + ½ l blokjesbouillon. In ca. 1 uur op laag vuur met de<br />
deksel schuin (!) op de pan gaar stoven, met af en toe wat vocht erbij. Laatste ½ uur potje witte bonen<br />
én evt. pond aardappels-in-blokjes erbij. In eetlepel margarine 2 eetlepels paneermeel al roerend 'roosteren'<br />
en voor het opdienen vermengen met 2 theelepels geraspte mierikswortel: dit over de schotel<br />
strooien óf er apart bij serveren.<br />
Walliser stoofpot (met gedroogde peren)<br />
Gedroogde (!) peren de nacht tevoren laten weken. In een braad- of stoof-pan in 30 g margarine de<br />
volgende groenten fruiten: 2 ons gedroogde (en geweekte) peren (óf 4 ons bijna gaargekookte<br />
stoofpeertjes gebruiken, doch deze dan pas aan het eind toevoegen!), 2 winterwortels en 1 kleine<br />
knolselderij in reepjes, 2 preien in ringen gesneden, gesnipperd groen kooltje. Dan dit alles bij elkaar<br />
doen en er 2 ons in blokjes gesneden ontbijtspek én zuurkoolspek aan toevoegen, daar de iets verwarmde<br />
1 dl witte wijn en 2 dl water (met wat zout) overheen gieten en, met de deksel op de pan, ruim<br />
½ uur stoven. Er dan (pas) ca. kilo in blokjes gesneden rauwe aardappelen aan toe voegen, samen met<br />
een in stukjes gesneden metworst, en alles met elkaar in ca. 45 min. gaar laten stoven.<br />
Westfriesche stamppot (vegetarisch)<br />
Aardappelpuree maken van pondje aardappelen (zie pag. 76). Pond witlof-in-stukjes glazig fruiten in ½<br />
ons boter, dan ½ dl crème fraîche erbij en onder deksel 5 min. stoven. Dan puree en groente goed door<br />
elkaar roeren en goed verwarmen. Vermengen met fijngesnipperde peterselie en op smaak maken met<br />
zout, peper en nootmuskaat. Ook nog mengen met in reepjes gesneden (of grof-geraspte) jonge kaas.<br />
In een ingevette ovenschaal, de bovenkant bestrooien met paneermeel en geraspte kaas en gratineren<br />
in oven van 200°.<br />
Variant: gesnipperde ui glazig fruiten in beetje boter, ½ pond kleingesneden champignons erin aanbakken<br />
tot ze beginnen te slinken, dan eetlepel(s) bloem erover en er al roerend een scheutje rode wijn<br />
en ca. 1½ dl blokjesbouillon bij doen tot er een vrij dikke ragôut ontstaat. Deze kruiden met beetje<br />
fijngehakte (of gedroogde) salie en gedroogde dragon, peper en zout, en met deksel schuin op de pan<br />
even op zacht vuur verder garen. Dan tussen twee lagen aardappelpuree, de onderste bedekt met een<br />
geschilde goudrenet-in-schijfjes, in een ovenschaal en 10-15 min. in voorverwarmde oven van 200°.<br />
Witlof-uienstamp (met zachte blauwe kaas)<br />
Pond aardappelen samen met gesnipperde grote ui 20 min. koken in water met wat zout, afgieten<br />
(kookvocht opvangen voor evt. smeuiger maken van de stamppot) en fijn stampen. Pondje witlof in<br />
ringen snijden en 10 min. tot beetgaar smoren in 25 g boter, samen met grote geschilde en in blokjes<br />
gesneden appel (bijv. Elstar) – en dan dit door het aardappelmengsel roeren, samen met onsje blauwe<br />
(maar niet al te scherpe) kaas (bijv. Danish blue), 2 eetlepels crème fraîche en eetlepel gembersiroop.<br />
Op smaak maken met peper en zout en nog even goed doorwarmen. Serveren met pittig worstje erbij.<br />
Zomerse groentenpot (met zomergroenten)<br />
Pond varkensvlees (van nek of bil), in dobbelsteentjes gesneden, kruiden met peper, zout, nootmuskaat,<br />
tijm en wat paprikapoeder (en evt. nog bestrijken met wat mosterd): dit ca. ½ uur laten intrekken.<br />
In 1½ ons hete (uitgebruiste) margarine eerst 2 ons rookspek-in-blokjes glazig laten worden en dan op<br />
hoog vuur het vlees erbij en even snel aanbraden. Afblussen met 4 dl warm water en nog 15 min. op<br />
laag vuur laten stoven. Intussen 2 ons sperzieboontjes in stukken van ca. 3 cm breken en 2 ons komkommer,<br />
2 ons worteltjes en 1 aubergine in reepjes en 1½ ons champignons in plakjes snijden. Na<br />
wassen en uitlekken samen met evt. ook nog 2 ons doperwten bij de stoofpot doen en op smaak<br />
maken met peper, zout en tijm. Nog ca. 15 min. laten stoven en daarbij zorgen voor voldoende stoofvocht.<br />
Op het allerlaatst ook nog een fijngesneden preitje en wat gesnipperde bieslook erdoor. Serveren<br />
met stokbrood.
Zuurkool (in vele variaties)<br />
102<br />
Op (oud-) Hollandse wijze: luchtige aardappelpuree maken (zie pag. 76) van ruim pond aardappels en<br />
mengen met pond zeer goed warm gemaakte (doch slechts ca. 10 min. echt gekookte) zuurkool (bijv.<br />
van het Duitse merk 'Eden', zonder verdere toevoegingen), samen met een goede Gelderse (slagers-)<br />
rookworst of vrij verse metworst en/of doorregen speklapje. Serveren met uitgebakken 'spekjes' van<br />
vers en ongezouten spek: in blokjes van minstens 1 cm samen met een scheutje water (!) in een<br />
koekepan, eerst even op hoog vuur, doch dan nog ca. 20 min. op laag vuur bruin en knapperig laten<br />
worden (het uitgebakken vet er steeds af scheppend, om 'zacht-stoven' te voorkomen). Apart erbij te<br />
serveren banaan-in-stukken en ananas-in-blokjes,samen 'op (ananas-)sap'.<br />
Hongaarse zuurkoolschotel (Szekely gulyas): ½ pond varkenslappen (van de schouder, met een<br />
randje vet) in stukken (laten) snijden, inwrijven met zout en op hoog vuur aan alle kanten bruin bakken.<br />
Pan van het vuur en iets laten afkoelen. Dan op lager vuur een gesnipperde ui erbij en bestrooien met<br />
½ eetlepel paprikapoeder: even fruiten. Dan ½ pond, uit elkaar gehaalde, zuurkool erdoor, samen met 1<br />
theelepel kummelzaadjes en een scheutje water. Na roeren deksel op de pan en 1 uur zachtjes stoven.<br />
Dan nog een bekertje zure room erdoor. Aardappelpuree erbij serveren.<br />
Poolse zuurkool (evt. dag van tevoren klaar te maken en voorzichtig op te warmen): ½ pond magere<br />
varkenslappen en 1 ons speklap, beide in blokjes, samen met gesnipperde ui fruiten in 30 g margarine:<br />
iets zouten. Hierbij doen ½ -1 pond zuurkool, goed uit elkaar gehaald, samen met: 1 eetlepel tomatenpuree,<br />
2 ons champignons (én evt. gesnipperd sjalotje), 2 theelepels paprikapoeder, 1 theelepel<br />
kummelzaadjes, 1 theelepel majoraan en een laurierblad. Er dan nog 2 dl witte wijn bij én borrelglas<br />
brandewijn (of wodka). Evt. ook nog beleggen met metworst, in plakken gesneden, en op zeer zacht<br />
vuur enkele (ca. 3) uren stoven, zo nodig wat bouillon erbij. Serveren bij aardappelpuree.<br />
Elzasser zuurkool: gesnipperde ui glazig fruiten in (liefst) lepel spekvet en samen met een gesnipperde<br />
appel, 5-tal gekneusde jeneverbessen (en evt. theelepel karwijzaadjes) en een laurierblaadje<br />
roeren door 1 pond uit elkaar gehaalde zuurkool. Op de bodem van een braadpan een stuk spekzwoerd<br />
leggen (met de vette kant naar boven), daarop de zuurkool en deze overgieten met 1 dl witte wijn en 2<br />
dl blokjesbouillon. Een stuk zuurkoolspek (zie pag. 37) erbovenop leggen en ca. 1 uur zachtjes laten<br />
stoven. Dan evt. ook nog plakken casselerrib en (met- of rook- of verse) worstjes erbij voegen en nog<br />
eens ½ uur laten stoven. Serveren bij aardappelpuree.<br />
Zuurkoolschotel met casselerrib: pond (losgehaalde) zuurkool in 10 min. zachtjes gaar stoven in 30 g<br />
margarine met scheutje water en appelsap (of cider of witte wijn). Een gesnipperde ui glazig fruiten in<br />
beetje boter en daarin zachtjes smoren (onder deksel): 1 kleingesneden appel, 2 ananasschijven-inblokjes<br />
en/of ½ pond geweekte gedroogde abrikozen; dan evt. nog bekertje zure room erdoor. De helft<br />
van de gestoofde zuurkool op de bodem van een ingevette ovenschaal, daarover de vruchtenmoes en<br />
daarop 4 ons casselerrib-in-plakken. Dit afdekken met de rest van de zuurkool en daarover vooraf<br />
gemaakte aardappelpuree: glad strijken en bestrooien met paneermeel en vlokjes boter of margarine.<br />
In voorverwarmde oven van 200° in ca. 20 min. gratineren.<br />
Vegetarische variant: de casselerrib vervangen door (plakjes) jonge kaas en gratineren met geraspte<br />
oude kaas.<br />
Sauerkrautauflauf (zuurkoolschotel met worst): grote gesnipperde ui glazig fruiten in wat olie, daar ½<br />
pond (wat uit elkaar gehaalde) zuurkool bij, samen met ca.1½ dl blokjesbouillon, en 25 min. laten sudderen.<br />
Van 1 of 2 saucijsjes velletjes verwijderen en van het vlees kleine balletjes draaien: deze erdoor<br />
scheppen. Dan glas witte wijn erbij, aan de kook brengen en even laten sudderen. In het 'spekvet' van<br />
zacht uitgebakken vers spek (of ontbijtspek) de schijven van 2 zure uitgeboorde (en geschilde) appels<br />
ca. 2 min. aan-bakken. In een ingevette ovenschaal eerst de helft van de aardappelpuree (van ca. 1 kg<br />
aardappelen: zie pag. 76), daarover de helft van de zuurkool, daarop de appelschijven (én de uitgebakken<br />
spekblokjes), dan weer een laag zuurkool, daarop evt. 2 knakworstjes-in-plakjes, en tot slot<br />
de rest van de aardappelpuree. Hier en daar een klontje boter of margarine en in de hete oven (of<br />
onder de grill) gratineren (tot de bovenkant lichtbruin is).
VI IN DE BONEN...<br />
103<br />
BRUINE-BONEN-GERECHTEN (voor bruine-bonensoepen zie pag. 10)<br />
in de stoofpan: = Chili Con Carne (met gehakt)<br />
= Variant met ham of bacon<br />
= Variant met bacon of rookspek<br />
= Bruine bonen met zoete appeltjes<br />
= Vijfschaft<br />
= Mexicaanse chili-pasta-schotel<br />
= Burrito's (flensjes) met gehakt en bonen<br />
= Bruine bonen met bleekselderij en olijven<br />
= Makkelijke 'snel-schotel'<br />
in stoofpan en/of oven:<br />
=(pittige) 'BB met R' (met bak- of bieflappen en vegetarische variant)<br />
(ook nog) in de oven:<br />
= Met geraspte oude kaas<br />
= Met doorregen speklap (samen gekookt)<br />
= Westfaalse bonenschotel<br />
= Filosoof (met aardappels en zure appels)<br />
= Vegetarische bonenschotel<br />
WITTE-BONEN-GERECHTEN (voor witte-bonensoepen zie pag. 11)<br />
in de stoofpan: = Met magere varkenslappen<br />
= Vegetarische variant<br />
= Op Vlaamse wijze<br />
= Met casselerrib<br />
= op Provencaalse wijze<br />
(ook nog) in de oven:<br />
= Met (Parmezaanse) kaas en tomaten<br />
= Met uitgebakken ontbijtspek<br />
= Met kaas en gekookte ham<br />
= Vegetarische (witte) bonenschotel<br />
= Westfaalse witte-bonenschotel<br />
= Pot au feu<br />
= met (slagers)rookworst<br />
nog enkele VARIANTEN (met bruine én witte bonen):<br />
= Baked Beans uit Boston (met zuurkoolspek)<br />
= Snelle bonenschotel (met gehakt)<br />
= Bonen/Saucijsen-ragout<br />
= Appel-bonenschotel<br />
= Stoofpot uit de Languedoc<br />
= Wiite bonen in tomatyensaus<br />
LINZEN (voor Linzensoep zie pag. 11 onderaan)<br />
= Linzen met klapstuk<br />
= Stevige linzenschotel<br />
CAPUCIJNERS (of GRAUWE ERWTEN)<br />
= met uitgebakken (vers vet) spek (en mosterdsaus)<br />
= complete 'Captainsdinner'
BRUINE-BONEN-SCHOTELS<br />
104<br />
Bij voorkeur van gedroogde bonen (binnenlandse bruine óf 'rode' nierbonen: red kidney beans),<br />
een nacht lang (of bij oude bonen nog liever een etmaal) geweekt: pondje bonen in 1½ liter water<br />
en dan in eigen weekvocht in ca. 1½ uur gaar gekookt op laag vuur.<br />
Versnelde procedure: opkoken in ruim water en vervolgens hierin minstens 1 uur laten weken.<br />
ALS GROENTE (bij gekookte of gebakken aardappelen, met bijv. gehaktballen)<br />
= in klontje boter enkele grote fijngesneden ui gaar (en lichtbruin) bakken, in wat boter 2 geboorde<br />
goudrenetten-in-plakken lichtbruin bakken en hiermee de gaargekookte bonen garneren.<br />
IN DE STOOFPAN<br />
= Chili Con Carne: 50 g rookspekblokjes zacht uitbakken en daar pondje rundergehakt in rul bakken.<br />
Vlees eruit en gesnipperde ui glazig bakken in het evt. met margarine aangevulde bakvet (evt. samen<br />
met fijngesneden prei) en hierin even mee-fruiten eetlepel (!) chilipoeder (= mengsel van gedroogde<br />
en verpulverde chilipeper c.q. rode peper c.q. Spaanse peper c.q. cayennepeper en komijn, paprikapoeder<br />
en oregano – en bij sommige soorten ook nog knoflookpoeder), evt. nog te verscherpen door<br />
theelepeltje cayennepeper. N.B.: de chilipoeder is evt. te vervangen door bijv. scherpe paprikapoeder,<br />
bevattende gemalen Spaanse pepers 'zonder meer'. Evt. ook nog rode en/of groene paprika(s) even<br />
mee bakken. Dan het gehakt er weer bij en half blik (á 400 g) tomaten (mét het sap) erdoor roeren, met<br />
eetlepel tomatenpuree, evt. met nog snufje gemalen komijn én een glas rode wijn. Op smaak maken<br />
met maggiblokje(s). En dan deze basissaus voor 'baked beans' samen met 1-1½ pond (goed uitgelekte)<br />
geweekte bonen en ca. 1 dl van het kookvocht in ½ uur op laag vuur gaar stoven. Bonen-uit-blik<br />
(of potje) met uitlek-gewicht ca. 500 g, slechts 5-10 min. mee verwarmen, met iets van het 'blikvocht'.<br />
Variant: de bonen en het gehaktmengsel laag-om-laag in een ingevette ovenschaal en bedekken met<br />
onsje fijngesneden bacon vermengd met losgeklopt ei; daarover geraspte kaas en ca. 20 min.<br />
gratineren in voorverwarmde oven van 200°.<br />
Variaties op bovenstaande klassieke chili con carne:<br />
= 2 ons in blokjes gesneden ham of bacon direct door de geweekte en uitgelekte (maar met vers water<br />
overgoten: tot ze enkele cm onder water staan) bonen roeren, samen met 1-2 theelepels zout, 1<br />
theelepel suiker en 1 theelepel (!) versgemalen zwarte peper. Dit boven laag vuur 2-3 uur laten door<br />
koken tot de bonen zacht zijn. Evt. een deel van de bonen pureren of fijn prakken zodat een dikke<br />
massa ontstaat. Op smaak maken en serveren met (bijv.) rijst.<br />
= 2 ons in reepjes gesneden bacon (of mager rookspek) zachtjes in een beetje margarine bakken, al<br />
los roerend. Gesnipperde ui mee laten fruiten en vervolgens ruim 1 ons taugé erbij doen: dit ca. 10 min.<br />
laten smoren. In steelpannetje 30 g margarine smelten en daar mespunt kerrie en 30 g bloem doorheen<br />
roeren: deze roux op laag pitje even goed gaar laten worden en er dan al roerende 2 dl melk aan toevoegen,<br />
mét evt. nog wat van het kookvocht van de bonen. Deze blanke saus op smaak maken met<br />
versgemalen peper en zout en enkele druppels tabascosaus; verder ca. 4 augurkjes-in-stukjes erdoor<br />
roeren, daarna ook het bacon-taugé-mengsel en als laatste de goed uitgelekte bonen toevoegen.<br />
Hierbij een luchtige aardappelpuree (zie pag. 76) serveren en bijv. een salade van andijvie en<br />
knolselderij: de eerste ragfijn snijden, de selderij raspen en mengen; sausje maken van slasaus,<br />
tomatenketchup, wat azijn uit het augurkenpotje, een mespunt mosterd en een eetlepel gesnipperde ui;<br />
op smaak maken met peper, zout en tijm.<br />
= de bruine bonen samen laten weken en gaarkoken met eenzelfde hoeveelheid gedroogde zoete appeltjes;<br />
het kookvocht ten dele afgieten (en bewaren!). Enkele dikke plakken ham (van ca. 1 ons)<br />
ertussen leggen en nog een kwartiertje laten stoven. Dan de rest van het kookvocht ook afgieten, op<br />
smaak maken met wat zout en mosterd en binden met aangelengde aardappelmeel: deze saus er apart<br />
bij serveren, bijv. bij gebakken aardappelen of aardappelpuree.
105<br />
= Vijfschaft: 1-2 ons (voorgekookte of gare) bruine bonen in 20-30 min. (verder) gaar koken, samen<br />
met 1 pond winterwortel, 1 pond goudrenetten, 1 kilo aardappelen en 2-3 uien, alles in stukjes. Vocht<br />
afgieten, opvangen en met wat maïzena binden tot sausdikte; evt. nog wat margarine erdoor roeren,<br />
met peper en zout. Serveren met knapperig (uit-)gebakken rookspek en/of rookworst (in plakjes).<br />
= Mexicaanse chili-pasta-schotel: in eetlepel olie gesnipperde ui fruiten en ½ pond rundergehakt erin<br />
bruin bakken: dan blik tomaten met 2 eetlepels tomatenpuree erdoor, samen met fijngesneden groene<br />
paprika, peper en zout (en evt. chilipoeder). Na kwartier smoren door ¼ l bruine bonen (uit blik of pot)<br />
en 1½ ons bijtgaar gekookte macaroni(-elleboogjes) roeren: in ovenschaal bestrooid met geraspte kaas<br />
ca. ½ uur in oven van 180°.<br />
= Burrito's: in 30 g margarine 2 gesnipperde uien fruiten en dan daarin ½ pond gehakt mooi bruin<br />
bakken: een blikje tomatenpuree, 1 eetlepel komijn en gesnipperd groen pepertje (of sambal oelek)<br />
erbij, en dan ½ pond bruine bonen uit blik of pot (mét het vocht) erdoor roeren en even laten sudderen.<br />
Intussen 8 flensjes bakken (beslag van ½ pond bloem, 2 losgeklopte eieren, ca. ½ l melk en wat zout:<br />
zie pag. 137) en deze vullen met het gehaktmengsel: in ovenschaal bestrooid met ½ ons geraspte kaas<br />
onder de grill ca. 5 min. laten gratineren.<br />
= Met bleekselderij: 1 fijngesnipperde ui samen met 1 zéér fijn gesneden groen Spaans pepertje (of<br />
wat sambal oelek) in hete margarine even aanfruiten: hieraan toevoegen handjevol gehalveerde groene<br />
olijven zonder pit en ruim een theelepel komijnpoeder en dit door de gare bonen (of de bonen uit blik)<br />
roeren, samen met de bleekselderij (3 bleekselderijstengels-in-stukjes vooraf opgekookt tot ze net<br />
beetgaar zijn!). Op smaak maken met peper en zout. Kan zowel warm als koud worden gegeten.<br />
= Makkelijke 'snel-schotel': fijngesneden ontbijtspek-plakjes samen met een gesnipperde ui fruiten in<br />
wat margarine, daar evt. eerst tomaten-in-partjes door doen en dan (goed uitgelekte) bruine bonen uit<br />
blik of pot. Overdoen in ovenschaal, bestrooien met geraspte kaas en onder de grill (of even in de hete<br />
oven) goed opwarmen en gratineren.<br />
IN STOOFPAN EN/OF OVEN de volgende (pittige!) 'BB met R' (Bruine Bonen met Rijst):<br />
= ½ pond (runder-)bief- of baklappen-in-blokjes in 5-10 min. bruin bakken in 2 eetlepels plantaardige<br />
olie (bij voorkeur in de wadjan!), daarna een gesnipperde ui even erin mee fruiten; dan erbij doen en<br />
eveneens enkele min. mee (roer-)bakken: 1 laurierblaadje, ½ groen pepertje (of wat sambal oelek), 3<br />
kaneelstokje, 1 kruidnagel, ½ theelepel sesamzaad, ½ theelepel oregano, ¼ theelepeltje majoraan, en<br />
evt. nog wat peper en/of cayennepeper. Daarna toevoegen eetlepel tomatenpuree en een blik tomaten<br />
(mét het sap, evt. aangevuld met wat rode wijn), snufje suiker, en evt. wat koriander. Vervolgens de<br />
even ca. 10 min. voorgekookte en goed uitgelekte bonen erbij en aan de kook brengen in afgedekte<br />
ovenschaal: in ruim 2 uur goed gaar laten worden in de oven van 180°. Serveren bij rijst, met bijv. een<br />
frisse (bijv. komkommer-tomaat-)salade (zie pag.84).<br />
Variant in braadpan (of wadjan): 2 ons bief- of baklap-in-stukjes, gekruid met peper en zout (evt. wat<br />
piment) bruin (en net gaar) bakken (en braden) in wat olie, samen met een gesnipperde ui, en dan een<br />
potje (!) bruine bonen erbij, samen met het vocht; verder tomaten-in-stukjes erdoor en naar smaak een<br />
gesnipperd Spaans pepertje (of sambal oelek) en een snuf suiker. Garneren met fijngesnipperde<br />
selderij en serveren met droge rijst en evt. salade van tomaat en komkommer.<br />
= Jamaicaanse (vegetarische) variant (van BB met R): in 2 eetlepels zonnebloem-(of maïs-)olie een<br />
flinke gesnipperde (rode) ui kort fruiten, dan 1 theelepel sambal erdoor roeren en ½ pond rauwe (droogkokende)<br />
rijst, tot deze gaat glanzen; dan 6 dl kokend water erbij en de rijst gaar koken. Ca. 5 min. voor<br />
het einde van de kooktijd blikje kokosmelk (of 1 ons santen opgelost in 2 dl water) én een blik goed<br />
uitgelekte bruine (of rode) bonen erdoor roeren en goed doorwarmen. Op smaak maken met zout (of<br />
maggiblokje) en serveren met fijngesnipperde peterselie erover.
106<br />
(OOK NOG) IN DE OVEN met de volgende saus:<br />
= gesnipperde middelgrote ui fruiten in olie, 2 paprika's-in-reepjes ca. 3 min. mee bakken en vervolgens<br />
ook de goed uitgelekte bonen heel kort even mee bakken; dit mengsel overdoen in vuurvaste schaal.<br />
Dan 1 eetlepel bloem door ¼ l slagroom tot gladde massa roeren en hier nog 2 losgeklopte eierdooiers<br />
en ½ ons geraspte oude kaas door mengen; de eiwitten stijfkloppen met snufje zout en losjes door het<br />
roommengsel spatelen: dit over de bonen en daar ½ ons geraspte oude kaas over strooien, samen met<br />
flink wat peper. De schotel 15-20 minuten in oven van 200°.<br />
Variaties hierop:<br />
= 4 ons doorregen speklap met heet water overgieten en het zwoerd eraf halen; dan dit zwoerd op de<br />
bodem van een ingevette vuurvaste schaal leggen en hier overheen de goed uitgelekte bonen, met de<br />
in dobbelsteentjes gesneden spek erdoor gemengd; dan 2½ dl bonennat aan de kook brengen met 2-3<br />
eetlepels stroop, ½ eetlepel suiker en ½ theelepel mosterd (evt. ook nog ½ theelepel zout) en een blikje<br />
tomatenpuree. Dit over de bonen gieten en in de oven aan de kook brengen. Vervolgens 2-4 uur (!) in<br />
lauw-warme tot matig-warme oven van 180° tot 200° gaar laten worden, zo nu en dan een scheutje<br />
bonennat toevoegend, het laatste uur zonder deksel om korstvorming te krijgen.<br />
= Franse bonenschotel: gesnipperd uitje in eetlepel margarine met wat tijm glazig fruiten en dan<br />
daarin ½ pond gehakt al roerend gaar bakken. Blik bruine bonen (wat) uit laten lekken en mengen met<br />
4 plakken in reepjes gesneden gekookte ham, een losgeklopt ei, 4 eetlepels geraspte (niet al te oude)<br />
kaas en het gehaktmengsel. Op smaak maken met peper, zout en basilicum, en peterselie of bonenkruid:<br />
overdoen in ingevette ovenschaal, bestrooien met eetlepel geraspte kaas en ca. 20 min.<br />
middenin voorverwarmde oven van 200°.<br />
= Westfaalse bonenschotel: voor 1 pond bonen (waaraan vlak voor het einde van de kooktijd zout<br />
naar smaak is toegevoegd) ca. 4 ons magere (!) speklapjes (zonder zwoerd en in vrij grote blokjes<br />
gesneden) in de koekepan in ca. 25 g hete (!) margarine knapperig bruin en gaar bakken (in ca. 15<br />
min.). Hierna ca. 3 ons gesnipperde ui en ca. 2 ons in reepjes gesneden prei erbij en op smaak maken<br />
met mespunt paprikapoeder, versgemalen peper, zout en ½ eetlepel ketjap manis. Als alles na ca. 10<br />
min. gaar is, evt. een klein (ontveld!) rookworstje in schijfjes snijden en door het mengsel roeren. Ca. 1<br />
pond aardappelen in kleine blokjes snijden en met beetje zout (niet te) gaar koken: dan deze aardappelblokjes<br />
onderin ingevette vuurvaste schotel. Daarover het vleesmengsel, vooraf nog vermengd met 2<br />
zure appels-in-blokjes én de goed-uitgelekte (net) gaar gekookte bonen. Dan deze schotel in de oven<br />
van 180° door-en-door heet laten worden, onder deksel. Een deel van het kookvocht op smaak maken<br />
met peper, zout, aroma en lepeltje mosterd, en hier tot slot een paar lepels stroop aan toevoegen (wel<br />
goed doorroeren, maar niet meer laten koken): dit als saus erbij serveren.<br />
= Filosoof heet de combinatie met (aard-)appels: behalve de bonen ook de (ruim) dubbele hoeveelheid<br />
aardappels gaar koken met wat zout - van de aardappelen met melk en boter een luchtige puree maken<br />
(zie pag. 76). Vlees-in-blokjes (evt. restjes vlees!) samen met een gesnipperde ui fruiten en hier wat<br />
water of jus bij gieten. Dan alles in een ovenschotel doen, samen met 4 in partjes gesneden zure<br />
appels. Klontjes boter erover en dan ½ uur in oven van 180°.<br />
= Vegetarische bonenschotel: ½ pond bruine (of rode nier-)bonen na een nacht weken 10 min. voorkoken<br />
en dan samen met 1 l tomatensap, 1 grote ui-in-plakken, 1 eetlepel sojasaus, 2 eetlepels (cider-)<br />
azijn, ½ eetlepel mosterd(-poeder), ½ eetlepel honing en naar smaak (cayenne-)peper en zout - en in<br />
afgedekte ovenschaal ca. 4 uur (!) in oven van 130° (!). Ook te serveren als 'groente' bij bijv. gegrilleerd<br />
vlees of gevogelte.
WITTE-BONEN-SCHOTELS<br />
107<br />
Verse witte bonen behoeven slechts een paar uur geweekt,<br />
overjarige droge witte bonen echter wel weer minstens 8 uur.<br />
IN DE STOOFPAN:<br />
= pond magere varkenslappen-in-blokjes op hoog vuur even snel aanbakken. In ca. 1 l (kippe-)bouillon<br />
½ pond geweekte witte bonen, samen met het vlees en een hele ui (bestoken met kruidnagels) en 1<br />
eetlepel stroop én een 'bouquet garni' (van bijv. takje tijm, peterselie, selderij, wortel en laurierblad) aan<br />
de kook brengen en 1½ uur laten sudderen met deksel op de pan. Daarna toevoegen 2 middelgrote<br />
winterwortels-in-stukjes en 2 preien-in-ringen samen met 1 eetlepel tomatenpuree, zout en versgemalen<br />
peper. Ca. ½ uur door laten koken tot de bonen goed gaar zijn.<br />
Variaties hierop:<br />
= 'vegetarische variant': ½ pond bonen samen koken met 1 grof-gesnipperde ui, 2 kruidnagels, takje<br />
peterselie, laurierblaadje en snufje tijm. Dan 2 gesnipperde uien goudbruin fruiten in 30 g margarine,<br />
blikje tomatenpuree erdoor roeren en 1 eetlepel bloem erover strooien; ca. ½ l bonenkooknat erbij doen<br />
en even laten koken. Dan de uitgelekte bonen erdoor en op smaak maken met zout, peper én nootmuskaat.<br />
Hierbij een frisse salade (met bijv. blokjes kaas) serveren.<br />
= 'Vlaamse wijze': 2 ons speklappen-in-blokjes uitbakken. Als er voldoende vet is vrijgekomen 3 ons<br />
gesnipperde ui hierin mee bakken tot goudgeel. Dan de inhoud van de stoofpan 'blussen' met 2 dl<br />
(blokjes)bouillon + eetlepel azijn. Hier vervolgens 1 pond gaargekookte witte bonen (evt. uit potje) doorheen<br />
roeren, samen met een eetlepel gesnipperde peterselie. Als evt. 'garnering': een paar vlezige varkensribbetjes<br />
kruiden met peper, zout en paprikapoeder en, nadat dit is ingetrokken, onder de grill tot<br />
goudgeel grilleren.<br />
Variant:= ½ -1 pond magere speklappen-in-blokjes op zeer laag vuur uitbakken en in het vet hiervan<br />
een gesnipperde ui fruiten; daarna alles (weer) samen in de pan en daaraan toevoegen ca. 1 pond witte<br />
bonen (goed uitgelekt). Daarbij doen 1 eetlepel tomatenketchup en basilicum en alles in ca. 30 min. op<br />
zacht vuur goed gaar stoven, met de deksel op de pan. Evt. wat vocht (bijv. blokjesbouillon) toevoegen.<br />
Als er teveel vocht op zit even 'droog stomen' in een open pan. Op smaak maken met peper en zout (of<br />
maggiblokje) en overdoen in ingevette ovenschaal, dan daar ca. 4 in plakjes gesneden (vlees-)tomaten<br />
overheen, bestrooien met ½ ons geraspte kaas en daar weer wat verspreide klontjes margarine op:<br />
onder de grill de kaas in ca. 10 min. laten smelten en goudgeel kleuren.<br />
= stuk casselerrib (gerookt maar niet gekookt!) in flinke dobbelstenen gesneden zachtjes aanbakken in<br />
(olijf)olie of margarine, samen met een ragfijn gesnipperde ui. Dit bij de bonen doen als deze ½ uur<br />
hebben gekookt, met als kruiderij: laurier, tijm, basilicum, rozemarijn en majoraan, en verder een eetlepel<br />
tomatenpuree en zout & peper naar smaak. In totaal rekenen op ca. 1 uur kooktijd.<br />
= Provençaalse wijze: klein onsje mager rookspek in reepjes (of kleine blokjes) in 2 eetlepels olijfolie<br />
ca. 5 min. op vrij hoog vuur fruiten, samen met een gesnipperde ui, en mengen met een fijngesneden<br />
(rode) paprika: nog 5 min. zachtjes fruiten. Dan 1 dl rode wijn erdoor én een blik tomaten (in stukjes):<br />
na 15 min. sudderen theelepel tijm erdoor en op smaak maken met suiker (!), zwarte peper en zout.<br />
Blik of pot witte bonen laten uitlekken en door de saus roeren, samen met 8 in kleine stukjes gesneden<br />
groene olijven. Door en door warm laten worden, maar niet meer koken!
(OOK NOG) IN DE OVEN<br />
108<br />
= ½ pond (kleine!) witte bonen na het weken afspoelen in vergiet en opzetten in koud water met 2<br />
blaadjes laurier: op matig vuur aan de kook brengen en in ca. 1 uur 'bijtgaar' koken. Na afkoelen in het<br />
kookvocht een nacht wegzetten in de koelkast. In pannetje aan de kook brengen: blik (gezeefde)<br />
tomaten, samen met 1 (hele) ui, 8 blaadjes basilicum en 2 eetlepels olijfolie; dit op half-hoog vuur 10<br />
min. laten koken. Dan vuur lager en naar smaak zout en evt. wat suiker toevoegen en de tomatensaus<br />
nog 5-10 min. laten sudderen, tot deze voor ruim de helft is ingekookt. De ui eruit halen, evenals de<br />
laurier uit de intussen afgegoten bonen (iets van het kookvocht bewaren!). De bonen in een vuurvaste<br />
ovenschaal doen en daar de tomatensaus overheen; evt. nog wat kookvocht toevoegen, tot de bonen<br />
bijna zijn bedekt met de saus. Erdoorheen roeren: eetlepel (olijf-)olie, ½ eetlepeltje oregano en eetlepel<br />
(Parmezaanse of oude) gerasptekaas; 2 ontvelde vleestomaten in plakjes snijden en over de schotel<br />
verspreiden: daarover beetje zout, oregano en wat olijfolie. Dan de schotel in voorverwarmde oven van<br />
200° en in ruim 1 uur gaar laten smoren (evt. langer, doch dan bij lagere ovenstand).<br />
Variaties hierop:<br />
= pond witte bonen in weekwater koken samen met 'bouquet garni' van: 1 worteltje, 2 kruidnagels, 1<br />
takje tijm, 2 takjes peterselie, 2 takjes selderij en 1 laurierblaadje. Na ca. 1½ uur afgieten, kookvocht<br />
bewaren, kruidenbouquet eruit. Ca. ½ ons ontbijtspek-in-reepjes uitbakken en kleine gesnipperde ui<br />
erin glazig fruiten, hier blikje tomatenpuree, ½ dl bouillon en 1 dl kookvocht bij doen, daarna de uitgelekte<br />
bonen erdoor mengen. Het geheel in ingevette ovenschotel en wat klontjes margarine en paneermeel<br />
eroverheen. Onderin oven van 200° in ca. 1 uur gaar en goudbruin laten worden.<br />
= gesnipperde ui fruiten in eetlepel olie, de inmiddels gekookte bonen (of evt. uitgelekte bonen uit blik!)<br />
erbij, samen met enkele eetlepels tomatenketchup en 1 ons oude geraspte kaas (evt. is hier nog aan<br />
toe te voegen gekookte ham in kleine blokjes, of licht aangebakken rookspek). Na goed omscheppen<br />
op smaak maken met zout en peper. In vuurvaste schaal mét deksel doen en er 1 ons (evt. jongere)<br />
geraspte kaas overheen strooien. Dan in hete oven van 250°, eerst ½ uur mét deksel, daarna zonder<br />
deksel de kaas nog even lichtbruin laten worden.<br />
= 2 gesnipperde uien met 2 ons gehakte winterwortel ca. 5 min. fruiten in eetlepel plantaardige olie.<br />
Dan de pan (of de vuurvaste casserole) even van het vuur nemen en toevoegen: 1 eetlepel mosterd<br />
(-poeder), 2 eetlepels stroop, 3 dl tomatensap, 3 eetlepels tomatenpuree én 3 dl bier - en door ½ pond<br />
(geweekte) witte bonen roeren. Aan de kook brengen en vervolgens (nog) 5 uur (!) in de oven van 130°,<br />
onder af en toe even omroeren. Op smaak maken met peper en zout.<br />
= Westfaalse witte-bonenschotel: gesnipperde ui fruiten in wat margarine, 1 eetlepel bloem erover en<br />
dan iets van het vocht van een blik (of fles) witte bonen (in tomatensaus) erdoor en even door-koken.<br />
Dan de bonen erbij, samen met schijfjes appel én peer, en op smaak gemaakt met nootmuskaat. In<br />
ingevette ovenschaal, bestrooid met paneermeel, en met eromheen geschikt plakjes rookworst (even<br />
20 min. geweld, tegen de kook aan) en blokjes rookspek. Dan 15 min. in de oven bij 220°.<br />
= 'Pot au feu' (voor 4 personen): 2 ons gare witte bonen (waarvan kook- of blik-vocht is opgevangen) in<br />
een ingevette ovenschaal, bovenop een flinke laag (van ca. ½ pond) gare aardappelen-in-blokjes, eerst<br />
bestrooid met peper, grof-geraspte ui en grof-geraspte winterwortel. De witte bonen bestrooien met<br />
geraspte kaas, daarop weer een (zelfde) laag aardappel-blokjes en het geheel overgieten met ca. ½ dl<br />
van het kook- of blik-vocht, waarin eerst een eetlepel stroop is opgelost, en ½ ons lichtbruin-gesmolten<br />
boter. Daarover weer geraspte kaas en dan ca. 40 min. in een oven van 180°.<br />
= 2 potten witte bonen op vergiet laten uitlekken en goede slagersrookworst in plakjes snijden. In een<br />
kom 3 eieren loskloppen met kuipje zure room, eetlepel bloem, zwarte peper, beetje zout en flink wat<br />
fijngeknipte peterselie. Dan bonen en worstplakjes laagje-om-laagje of alles door elkaar in ingevette<br />
hoge ovenschaal en het eier-room-mengsel eroverheen gieten en bestrooien met geraspte belegen<br />
kaas. Dan half uurtje in voorverwarmde oven van 220°. Ruim volddoende voor 4 personen.
NOG ENKELE VARIANTEN<br />
109<br />
Bonenpot uit Boston: = ('baked beans': goed van tevoren klaar te maken en weer op te warmen)<br />
Nadat een pond geweekte witte bonen 10 min. heeft gekookt, eraan toevoegen ca. 3 ons licht-gezouten<br />
en doorregen mager buikspek (= zuurkoolspek) in dikke plakken én een in ringen gesneden ui, en het<br />
geheel ca. 50 min. zachtjes door laten koken. Het vlees eruit halen en in dobbelsteentjes snijden, de<br />
bonen afgieten en het kookvocht bewaren. Een tweede ui pellen en doormidden snijden, daar 4 kruidnagels<br />
in steken; deze helften op de bodem van een vuurvaste schaal leggen en daar de bonen met het<br />
spek op scheppen. Dan ca. 1½ l kookvocht mengen met 1 ons bruine suiker, 2 eetlepels honing (of<br />
stroop), ruim 3 eetlepels tomatenketchup, 4 eetlepels grove mosterd, peper en bonenkruid, en dit over<br />
de bonen gieten. Dan de goed afgedekte schotel 1-2 uur iets onder het midden in oven van 180° tot het<br />
spek gaar is, laatste 10 min. zonder deksel. N.B.: kan ook (zelfs evengoed) in een braadpan op zeer<br />
laag vuur: 1¼ uur laten sudderen, de laatste 15 min. de deksel eraf om het vocht te laten verdampen.<br />
En de zuurkoolspek (zie pag. 37) kan worden vervangen door mager rookspek (in blokjes of reepjes).<br />
Baked beans van John Updike: = in ovenbestendige braadpan of schotel 1½ ons ontbijtspek-inplakjes<br />
op laag vuur zachtjes uitbakken en in vrijgekomen vet gesnipperde ui fruiten. Dan de ca. 3<br />
kwartier (zonder zout) gekookte (eerst goed-geweekte) ½ pond witte bonen erbij, samen met ½ liter van<br />
het kookwater, lepel stroop, scheut ketchup,en eetlepel pittige mosterd, evt. wat kruidnagelpoeder en<br />
peper en zout naar smaak. Aan de kook brengen en afgedekt ca. 1 uur in oven van 130°.<br />
Snelle bonenschotel: = in plantaardige olie 4 ons mager gehakt en 2 fijngesneden uien fruiten, tot het<br />
gehakt zijn rode kleur heeft verloren: dit royaal kruiden met peper, zout (en evt. chilipoeder of tabasco).<br />
Hier een grote pot witte bonen-in-tomatensaus aan toevoegen en het geheel aan de kook brengen. Op<br />
smaak te maken met ketchup dan wel chilisaus. Er op het laatst geraspte oude kaas en fijngehakte<br />
peterselie doorheen mengen en dit doorwarmen tot de kaas gesmolten is (beter kan men de kaas er<br />
ruim overheen strooien en daarna tijdje in de oven van 180°).<br />
Bonen/saucijsen-ragoût: = op ruim ons witte én ons bruine bonen (verse, gedroogde of uit blik) 2<br />
saucijsjes in 2 eetlepels olie bruin bakken, dan eruit halen en in stukjes snijden. In het bakvet 2 uien-inplakjes<br />
glazig (goudbruin) laten worden, daar de goed uitgelekte bonen bij en (weer) de stukjes saucijsjes,<br />
samen met een blik tomaten. Dan 2 eetlepels tomatenpuree met 1 eetlepel maïzena en wat peper<br />
(of cayennepeper of sambal oelek), komijn en oregano glad roeren met wat cider en daarna de rest van<br />
de fles (350 cc) droge cider erdoor en bij de bonen voegen; goed door roeren en op smaak maken met<br />
peper. In vuurvaste schaal (met deksel) ca. 2 uur in de oven van 180°. Zout naar smaak toevoegen.<br />
Appel-bonenschotel: = puree maken van 1 kg aardappel - en ca. pond saucijsjes even 10 min. wellen<br />
in heet water en droog deppen: dan in eetlepel margarine bruin braden. Uit de pan nemen en in het<br />
bakvet 3 uien-in-ringen en ca. 1½ ons mager rookspek-in-reepjes ca. 3 min. bakken. In ingevette<br />
ovenschaal de helft van het ui-spekmengsel, daarop de helft van de puree en de helft van drie<br />
(geschilde en ‘ontklokte’) goudrenetten-in-schijven. Pot witte bonen (ca. 400 g) mengen met 1½ theelepel<br />
verse (of mespunt gedroogde) tijm en dan de helft ervan over de appellaag verdelen. Hierop de<br />
gebraden verse worstjes rangschikken, en dan opnieuw de drie laagjes erover. Bestrooien met paneermeel,<br />
klontjes margarine erover verdelen en ca. ½ uur in voorverwarmde oven van 180°.<br />
Bonenstoofpot uit de Languedoc: = grote ui, prei en 3 worteltjes in ringen snijden. Ons ontbijtspek<br />
uitbakken, spek uit de pan en in het spekvet 2 saucijsjes (eerst even 'geblancheerd' in bijna kokend<br />
water) rondom bruin bakken. Dan de worstjes eruit halen en in het vet de gesneden groenten fruiten.<br />
Tomatenpuree erbij en dan een blik goed uitgelekte witte bonen én een glas witte wijn. Ook de<br />
saucijsjes er weer bij en met de deksel op de pan op zacht vuur kwartier laten stoven. Op smaak<br />
maken met peper en zout. Garneren met de spekjes en wat peterselie. Evt.hierbij serveren in de oven<br />
gepofte aardappelen (zie pag. 78) overgoten met crème fraîche (alleen bij geringe porties!).<br />
Witte bonen in tomatensaus: = onsje rookspek-in-blokjes samen met gesnipperde ui goudbruin<br />
bakken, dan 2 (vlees-)tomaten (of blik tomaten) in stukken erdoor en paar min. mee-bakken. Dan door<br />
een blik (of fles) warm gemaakte witte bonen, samen met geraspte kaas naar smaak, en op smaak<br />
maken met zout en tabascosaus (en evt. wat tomatenketchup). Serveren met een frisse salade en evt.<br />
aardappelpuree.
110<br />
LINZEN (behoeven slechts een uurtje te worden geweekt!) (voor linzensoep zie pag. 11)<br />
Linzen-met-klapstuk: = pond klapstuk (zie pag. 96 onder hutspot) bestrooien met peper en zout en in<br />
75 g margarine aanbraden, daarna wat tijm, flink wat rozemarijn, (versgemalen) peper en laurierblaadje<br />
erbij: het vlees in ca. 3 uur op lager vuur gaar stoven, met de deksel op de pan. Intussen 2 ons doorregen<br />
speklappen (in kleine blokjes) uitbakken in het overgebleven vet en hier eerst ca. 4 ons in kleine<br />
blokjes gesneden winterwortel bij doen, daarna nog 2 gesnipperde uien; als dit gaat 'kleuren' ruim 1 ons<br />
in blokjes gesneden augurken erbij en 1 ons zilveruitjes. Pas op het laatst de intussen gaar gekookte<br />
linzen erdoor roeren. Het braadvet over de linzen verspreiden, de klapstuk erop leggen en bestrooien<br />
met fijngehakte peterselie.<br />
Stevige linzenschotel: = in een flinke stoofpan een pond linzen samenvoegen met een grote in ringen<br />
gesneden ui, tijm, laurier en takje peterselie. Daarop een stuk rookspek van ca. ½ pond leggen, een<br />
evengroot stuk casselerrib, verse worstjes (saucijsjes) en een zgn. varkensschijf, met daartussen in wat<br />
in lange stukken gesneden prei en winterwortel; er zoveel water bij doen dat alles ruim onder staat. Snel<br />
aan de kook brengen en dan ca. 2 uur heel zachtjes stoven. Is er nog wat teveel water, dan dit even<br />
zonder deksel laten verkoken, is er te weinig vocht, dan bijvullen met heet water. Zo nodig nog wat zout<br />
toevoegen. De peterselie en de laurier verwijderen en wat gehakte peterselie erover strooien.<br />
N.B.: in plaats van verse worstjes te laten mee koken, kunnen ook de dan eerst even aangebakken<br />
saucijsjes op het laatste moment worden toegevoegd.<br />
CAPUCIJNERS (OF GRAUWE ERWTEN) resp. 'RAASDONDERS'<br />
In zijn eenvoudigste én lekkerste vorm gewoon capucijners uit blik of pot (N.B.: vooral géén jónge<br />
capucijners nemen, die smaken nl. naar doperwten!) en deze verwarmen in eigen vocht; en vers<br />
(ongezouten en niet-gerookt!) spek in niet al te kleine blokjes gesneden op laag vuur uitbakken onder<br />
toevoeging van een beetje water (waardoor de spekjes beter krokant blijven). Evt. in wat van het<br />
spekvet een in ringen gesneden ui goudgeel bakken en erbij serveren, samen met 'zoetzuur', zoals<br />
augurken en/of zilveruitjes of piccalilly; en natuurlijk mosterd! (evt. mosterdsausje van pag. 18 erbij<br />
maken.) Lekker erbij is de Griekse komkommer-tomaatsalade van pag. 84.<br />
Een complete 'Captainsdinner' bestaat bovendien nog uit een veel uitgebreider 'garnering' met bijv.<br />
kerrie-gehakt, sateh-stokjes, gebakken kippenlevertjes, een selderijsalade, gebakken tomaten, allerlei<br />
'tafelzuur’ (bijv. atjars: zie pag. 117) en ook nog 'kaneel-appeltjes' (appelschijfjes gewenteld in kaneelsuiker<br />
en dan even in wat boter aangebakken). De piccalilly kan ook met wat water worden verhit en<br />
met maïzena gebonden tot een warme piccalillysaus. En van gesnipperd rookspek, samen gefruit met<br />
gesnipperd uitje, kan met heet water (met wat azijn) en maïzena een warme speksaus worden<br />
gemaakt.<br />
Als 'toespijs' bij voorkeur een (ook al klassiek) griesmeelgerecht (zie pag. 136 en pag. 144).
VII ALLERLEI RIJST(-TAFEL-)GERECHTEN<br />
111<br />
Benodigde (exotische) ingrediënten (voor smakelijk rijsttafelen zónder knoflook!!) in alfabetische volgorde:<br />
Asem(-water): van de tamarindevrucht (flesje of potje tamarindepasta)<br />
Banaan (of pisang): de groene-halfrijpe voor verwerking in gerechten, (over-)rijpe voor bakken<br />
Kokos: gemalen of geraspt vruchtvlees van de kokosnoof (Indisch: klappa)<br />
Djahé: Gember, hetzij (gemalen) gemberwortel(poeder), hetzij stemgember in siroop<br />
Djerek Poerut: (gedroogd) blad van de Indische citrusplant<br />
Djinten: komijn(-zaad)<br />
Goela djawa: Javaanse suiker (Op koele plaats bewaren: smelt gauw. Wordt hard bij uitdrogen!)<br />
Kerrie (curry): is (veelal) mengsel van (vooral) kurkuma, met komijn, koriander, karwei, kardemom,<br />
gemberpoeder en (Cayenne-)peper (en evt. kaneel, foelie en kruidnagelpoeder)<br />
Ketjap: Indische (zachte) sojasaus, in soorten: manis = zoet; sedang = middelmatig; asin = zout;<br />
kentèl = dik; benteng = sterk.<br />
Kemirie: olienoot<br />
Ketoembar: korianderzaad<br />
Koenir of Koenjit of Kurkuma: geelwortelpoeder<br />
Komkommer (evt. de Indische versie daarvan: Kussa)<br />
Kool (witte, Chinese of groene)<br />
Kroepoek: ‘koek’ van gemalen garnalen<br />
Kruidnagel<br />
Laos(-wortel): stuk (Thaise) gember(-wortel)<br />
Lombok: grote Spaanse pepers (groene en rode)<br />
Mie: Chinese pastasoort in lange platte slierten<br />
Nasi: rijst<br />
Nootmuskaat (pala)<br />
Peper (zwarte en witte, gemalen of in korrels)<br />
Pinda's (gepelde, o.a. voor door de kokos) en Pindakaas (voor de pindasaus)<br />
Rijst: witte en bruine, lang- en kortkorrelige (voor Indische gerechten bij voorkeur Siamese of Surinaamse)<br />
Aparte ‘geurige’ soorten zijn basmati- en pandan-rijst (de laatste mag wat kleverig blijven)<br />
Salam (of daoen salam): Indische laurier(-blaadjes)<br />
Sambal oelek: gemalen Spaanse pepers (zonder toevoegingen)<br />
Sambalsoorten zónder knoflook: -terasi; -manis; -petis; -djeroek.<br />
Sambalsoorten mét knoflook: -asem; -badjak; -bawang; -brandal<br />
-klappa; -serdadu; -teri; -tjampoer.<br />
Santen: kokos-pasta of kokos-melk in vaste vorm (pakje)<br />
Sereh: citroengras (steeltje) - ook in poedervorm (minder krachtig)<br />
Tahu: van sojabonen bereide 'kaas' (Japans)<br />
Taugé: net ontkiemde tao-bonen (kleine groene erwten)<br />
Telor: ei<br />
Tempé: eveneens van sojabonen bereid: bonen blijven zichtbaar<br />
Trassi: zoute (en stinkende!) 'koek' van geperste gemalen garnalen<br />
Ui ('gewone' of rode) of sjalot<br />
Vijfkruidenpoeder: mengsel van peper, steranijs, venkelzaadjes, kaneel en kruidnagel<br />
Wadjan(g) (Chinees: Wok): ijzeren bakpan met wat rond-toelopende bodem (voor roerbakken)<br />
Vleessoorten:<br />
Kip (Ajam): liefst in filet- of poelet-vorm<br />
Rundvlees (Daging): bieflappen en allerlei soorten (magere) runderlappen; gehakt (ongekruid)<br />
Varkensvlees (Babi): gehakt (ongekruid); niet te magere varkenslappen; speklappen; hamlappen, krabbetjes
112<br />
Rijst koken (tenzij anders op de verpakking aangegeven!): voor de (zo nodig eerst gewassen) rijst 1½<br />
x de hoeveelheid water aan de kook brengen, daar de rijst bij doen en, nu en dan even los roerend,<br />
weer aan de kook laten komen, en vervolgens op heel laag vuur in 15-20 min. gaar koken. Dan deksel<br />
eraf, los roeren met een vork en nog 5 min. 'drogen', onder of zonder deksel.<br />
Betere 'foolproof'-methode: ongewassen rijst in ruim kokend water doen (met evt. schijfje citroen voor<br />
de wit-kleuring) en na even los roeren van de bodem ca.11 min. laten koken: dan op vergiet mikken en<br />
vervolgens terug in de pan, héél even weer ‘opwarmen’, dan 15 min. verder laten garen onder deksel<br />
(en zo nodig nog even laten uitdampen). Geeft gegarandeerd gare en droge rijst!<br />
Nasi Goreng (‘gebakken rijst’ voor 4 personen)<br />
Ca. 3 ons (niet al te mager!) varkensvlees in (niet al te kleine) blokjes (laten) snijden (óf half-om-half<br />
varkensvlees en kippenvlees; óf als vlees speklappen gebruiken en die eerst 'marineren' in kerrie + zout<br />
+ peper, en dit minstens enkele uren laten intrekken: dan liefst bakken in uitgebakken rookspekvet).<br />
Grote fijngesneden ui samen met theelepel sambal in scheutje olie (of in ca. 50 g margarine) flink glazig<br />
(tot lichtbruin) fruiten en daarna eerst weer uit de braadpan (of wadjan) nemen en in de achtergebleven<br />
olie/margarine, zo nodig iets aangevuld, de vleesblokjes op hoog vuur tot bruin aanbraden (óf eerst het<br />
vlees bakken en in het bakvet de ui etc. fruiten: voorkomt tè bruin worden). Het vuur temperen en hierna<br />
fijngesneden lente-uitjes, sjalotjes of prei erbij (van het groen iets achterhouden en op het laatst<br />
rauw toevoegen) én de reeds gefruite ui; verder evt. nog fijngesneden kool en/of champignons erdoor<br />
(maar géén taugé: dat past beter bij bami). Hier doorheen mengen: 1 theelepel ketumbar (= koriander),<br />
½ theelepel djinten (= komijn) of kerrie, flinke brok santen (!) en evt. wat djahé (= gemberpoeder) en<br />
verder naar smaak zout/peper en/of maggiblokje(s).<br />
Liefst witte Siamese (of Surinaamse) rijst droogkoken (bij voorkeur van tevoren en dan afgekoeld bij het<br />
vlees voegen!) en erdoor mengen: op matig tot laag vuur ca. 5 min. mee bakken. Desgewenst wat<br />
garnalen erdoor (of klein stukje trassi) en bijv. wat ketjap, en/of eetlepeltje fijngehakte selderij(-groen).<br />
Serveren met omelet (en evt. ham) in reepjes gesneden en met 'zoetzuur' (Atjar: zie pag. 117) en evt.<br />
kroepoek.<br />
(Iets 'Indischer') variatie op de Nasi Goreng<br />
In een wadjan in ca. 50 g margarine of olie (half) gaar fruiten: 4 gesnipperde sjalotjes (of uitjes), 1-3 (!)<br />
fijngesneden Spaanse pepers (of evenveel sambal oelek), 2 theelepeltjes trassi en ca. 1 theelepel zout<br />
(of maggiblokjes) - alles evt. van tevoren in een vijzel fijngewreven. Dan 2 ons rookspek-in-blokjes (of<br />
vleesrestjes) en 1 ons gepelde garnalen erin roer-bakken, op niet al te hoog vuur. Evt. ook nog fijn-gesneden<br />
kool en/of champignons mee-bakken en kruiden met ketumbar (koriander) en evt. kunir (geelwortel).<br />
Dan de (droog-)gekookte (en evt. wat afgekoelde of al de vorige dag gekookte!) rijst erdoor<br />
mengen en zeer goed door-warmen. Er dan evt. nog fijngesneden prei en/of selderijgroen en/of koetjai<br />
(gesnipperdce bieslook) door doen, én een scheutje ketjap manis. Op het laatst reepjes gekookte ham<br />
(en evt. omelet) erover, en augurken of 'zoetzuur' erbij serveren.<br />
En als tafeldrank is bier (pils) beslist onmisbaar!<br />
Verder erbij serveren gebakken banaan (overlangs gehalveerd)<br />
en<br />
Pindasaus (N.B.: is gauw klaar, dus pas op het laatst maken!): zeer fijn gesnipperd klein uitje of sjalotje<br />
fruiten in heel weinig olie of margarine, samen met mespunt sambal oelek; hier ruim 1½ eetlepel<br />
pindakaas aan toevoegen en op zacht vuur verwarmen; een theelepeltje azijn en/of een flinke eetlepel<br />
tomatenpuree (of als combinatie een eetlepel tomatenketchup) erbij en verder op smaak maken met<br />
wat (evt. Javaanse) suiker, ketjap manis en/of maggi; tenslotte op de gewenste dikte (niet te dik!) en<br />
smaak maken met melk (of water) én een flinke brok santen.<br />
(Iets 'Indischer') Katjangsaus: in kopje water 2 eetlepels pindakaas op zacht vuur aan de kook brengen<br />
en dan daarin ½ ons santen smelten. Al kneuzend mengen: 2 fijngesneden sjalotjes, 2 lomboks (of<br />
evenveel sambal oelek), 3 blaadjes djeroek purut, 1 eetlepel ketjap manis en 1 theelepel van: trassi,<br />
goela djawa, asem en zout (evt. nog wat citroensap erdoor). Enkele min. op zacht vuur laten sudderen<br />
en binden. Zo nodig weer wat verdunnen met water (of santen!).
113<br />
Klapperrijst (of Nassi Koening: gele santen-rijst)<br />
Al roerend oplossen in ½ l heet water 1½ ons santen, sjalotje (of uitje). Spaans pepertje (of sambal<br />
oelek) en stukje gemberwortel fijnhakken en erbij voegen, samen met 3 sprietjes sereh, blaadje(s)<br />
djerek purut en 2 blaadjes salam (of 1 blaadje laurier). Aan de kook brengen en op laag vuur 45 min.<br />
laten koken. Daarna boven een pan door een zeef gieten en het opgevangen vocht aanvullen tot ca. 6½<br />
dl: daar ca. 3 ons (zo nodig gewassen) rauwe rijst bij doen en samen met 2 theelepels kurkuma (geelwortelpoeder)<br />
en evt. wat zout in een gesloten pan aan de kook brengen en op laag vuur in ca. 20 min.<br />
gaar laten worden. Hierbij serveren: in reepjes gesneden omelet en/of één van de, nog volgende, vleesgerechten.<br />
Evt. opdienen door eerst in een kom wat vast te 'stampen' en dan te 'storten' op een schaal.<br />
Bami Goreng (het makkelijkst met een kant-en-klaar bami-groenten-pakket)<br />
Half pond (niet al te magere!) varkenslappen (of kipfilet) in kleine blokjes (laten) snijden, besprenkelen<br />
met zout en citroensap en na goed afdrogen (en evt. in porties!) na dichtschroeien in margarine (met<br />
war sambal!) op matig-hoog vuur in 5 min. (licht-)bruin bakken in de wadjan (het vlees wel even goed<br />
aanbakken: het mag geen vocht verliezen en daardoor gaan stoven!). Dan erbij doen: 1 flinke prei (of<br />
lente-uitjes) in schuine stukken gesneden (én evt. een gehakt uitje), ca. 1 ons champignons-in-plakjes<br />
én 1-2 ons gesnipperde Chinese kool, en dit mee (roer-)bakken tot de groente slap is en het vlees bijna<br />
gaar. Dan, ook bij een bami-groentenpakket (!), enkele takjes selderij(-groen) erdoor, 2 (volle) eetlepels<br />
ketjap manis, 1 - 2 eetlepels sherry en een verkruimeld bouillonblokje, en even kort laten stoven.<br />
Intussen onsje taugé blancheren (in nét kokend water). De van tevoren (niet té gaar!) gekookte mie<br />
(liefst fijne!) en de taugé bij het vleesmengsel doen en enkele min. mee roerbakken. Op smaak maken<br />
met peper, zout en evt. nog wat ketjap. Serveren met reepjes omelet en/of ham en evt. kroepoek.<br />
Bihoen (of mihoen of mie of saoun) met kip<br />
In wadjan 3 gesnipperde sjalotjes op matig vuur in ca. 2 min. glazig bakken, dan 3 ons kipfilet-inreepjes<br />
erbij en ca. 2 min. roer-bakken; vervolgens champignons-in-plakjes ca. 1 min. mee bakken, dan<br />
nog kleine groene paprika-in-reepjes, enkele bamboescheuten-in-reepjes (uit blik) en 1 ons (afgespoelde<br />
en uitgelekte) taugé er 1 min. in roerbakken. Dan erdoor mengen: 1 ons gepelde garnalen, 1<br />
eetlepel sherry, 2 theelepels (soja-)olie, 1 theelepel sojasaus, mespunt suiker en zout, en nogmaals ca.<br />
1 min. roerbakken. Tot slot de gare pasta erdoor mengen (bij bihoen kan worden volstaan met 3 min.<br />
weken in water en dan nog 3 min. roerbakken in olie).<br />
Loempia's<br />
Flensjesdeeg (zie ook pag. 137) maken van 120 g bloem, 2 eieren, snufje zout en 1½ dl koud water: tot<br />
dik beslag roeren, verdunnen met nog eens 1½ dl koud water en minstens ½ uur laten rusten. In<br />
koekepan op matig vuur 6-8 flinterdunne flensjes bakken, aan één kant (!), tot de bovenkant droog is.<br />
Voor de vulling: in wadjan in ½ dl olie op matig vuur gesnipperd uitje goudbruin fruiten en daarna ca. 3<br />
min. erin roerbakken ½ ons varkensfricandeau, ½ ons kipfilet en 2 ons gekookte ham, alles in dunne<br />
reepjes. Dan erbij doen: 1½ ons taugé, ½ ons witte kool in reepjes, ½ ons prei in dunne ringen en ½<br />
ons champignons in plakjes, en op hoog vuur ca. 3 min. roerbakken, tot wel gaar maar nog knapperig.<br />
Dan in porties op de gebakken kant van de flensjes leggen, dichtvouwen en vastplakken met<br />
losgeklopte eierdooier: in olie van 180° (zie onderaan pag. 78) in ca. 4 min. goudgeel bakken en na<br />
uitlekken nog eens ca. 2 min. tot goudbruin frituren.<br />
Indische pasteitjes (Pangsits)<br />
Deeg maken van losgeklopt ei met bloem en gesmolten margarine en zo nodig nog wat water; óf van<br />
250 g zelfrijzend bakmeel waarin 175 g koude boter is kleingesneden en waaraan 1 dl ijskoud water is<br />
toegevoegd: na snel soepel kneden ½ uurtje laten rusten en pas daarna (heel!) dun uitrollen. Voor de<br />
vulling: ui fruiten, gehakt erin rul bakken en dan de doperwten, saoun (mihoen), wortelreepjes en evt.<br />
nog stukjes gekookte kip, kappertjes, augurkstukjes, selderij, tomatenpuree en bouillonblokje(s) erbij.<br />
Verder op smaak maken met peper en zout. In deeglapjes gewikkeld frituren in (laagje) olie.
Indische gerechten met rundvlees<br />
Boemboe Bali<br />
Half pond runder-(sucade- of rib-)lappen (in<br />
blokjes of reepjes) roerbakken in 2 eetlepels olie<br />
waarin eerst gesnipperde ui (met sambal) glazig<br />
is gefruit (tot het vlees rondom verkleurd is: het<br />
hoeft niet echt dicht te schroeien). Daarna eraan<br />
toevoegen: 1 blaadje salam (Indische laurier), 1<br />
stengel sereh (citroengras), 1 plak laos (gemberwortel),<br />
½ theelepel trassi, 1 theelepel suiker, en<br />
alles al roerende enkele minuten laten sudderen.<br />
Vervolgens toevoegen: ½ eetlepel ketjap manis,<br />
1 theelepel sambal oelek en ½ eetlepel tamarinde-pasta,<br />
verdund met 1½ dl water. Dan op<br />
smaak maken met maggiblokje en 1-1½ uur<br />
zachtjes laten sudderen. Af en toe nagaan of er<br />
nog voldoende vocht is en zo nodig scheutje(s)<br />
water erbij. Voor het opdienen de stukjes<br />
kruiderij uit de (vrij dunne) saus vissen.<br />
Dengdeng Agee<br />
Half pond mals rundvlees in dobbelstenen<br />
(laten) snijden en goed mengen met een<br />
kruidenmengsel van: 1 eetlepel ketumbar, 1<br />
theelepel djinten, 5 stukjes laos, 2-4 gesnipperde<br />
uien, 1 theelepel peper, scheutje asemwater en<br />
bouillon naar smaak. Daarna flinke blok gesmolten<br />
santen erbij en daarin koken tot het vlees<br />
bijna droog staat. Gemalen kokos lichtbruin 'roosteren'<br />
en erdoor mengen.<br />
Dengdeng Ragie<br />
Half pond mals rund-(óf varkens-)vlees in niet te<br />
kleine stukken (laten) snijden en net gaar koken<br />
in water. Mengsel maken van asemwater,<br />
theelepel zout, theelepel(s) ketumbar en snuf<br />
djinten, en hiermee het (afgedroogde!) vlees<br />
goed inwrijven: daarna even aanbakken in olie.<br />
Nieuw mengsel 'stampen' van ketjap, djinten,<br />
sambal, theelepeltje peper en 5 (!) fijngesneden<br />
sjalotjes (of uitjes), dit vermengen met 1 kop geraspte<br />
kokos en daar dan het vlees bij: in olie<br />
(roer-)bakken tot de kokos bruin is.<br />
114<br />
(N.B.: behalve in een vijzel kunnen kruiden<br />
ook goed worden gemengd middels een<br />
mengbeker, blender of keukenmachine!)<br />
Rendang<br />
In een vijzel fijnwrijven: gesnipperde sjalotje(s),<br />
lomboks (of sambal oelek), stukje laos (of<br />
theelepel gemberwortelpoeder), beetje trassi,<br />
theelepel koenir, 2 theelepels ketoembar en zout<br />
In de wadjan in hete olie dit kruidenmengsel<br />
aanfruiten, dan mager rundvlees (in vrij grove<br />
stukken) erbij en wat dichtschroeien.<br />
Vervolgens toevoegen: sprietje sereh (of -<br />
poeder), 3 blaadjes salam, enkele blaadjes<br />
djerek purut, goela djawa en theelepel<br />
tamarindepasta, en goed door elkaar mengen:<br />
zoveel santen erbij dat het vlees net onder komt<br />
te staan en op heel zacht vuur urenlang koken<br />
(tot het vocht wat is verdampt: cave te droog<br />
worden en ‘aanbranden’!).<br />
'Smoor mamma'<br />
Half pond rundvlees (staartstuk of lende) van ca.<br />
2 cm dikte dik insmeren met sambal oelek en dit<br />
uurtje in laten trekken. Daarna op hoog vuur<br />
bakken en vervolgens ca. 20 min. braden (met<br />
de deksel schuin op de pan) met evt. theelepel<br />
azijn en/of heet water: dan (pas) in blokjes<br />
snijden. In het braadvet gesnipperde ui fruiten,<br />
laurierblad erbij, wat tomatenpuree, en op<br />
smaak maken met blokjesbouillon en (bruine of<br />
Javaanse) suiker (en/of ketjap manis). Enkele<br />
uren laten sudderen (= 'smoren').<br />
Semoer (Smoor) Djawa<br />
Rundvlees (bijv. sucadelap) tot poelet (laten)<br />
snijden, kruiden met peper, zout, nootmuskaat,<br />
gemberpoeder en kruidnagelpoeder, besprenkelen<br />
met citroensap en bestrijken met ketjap<br />
manis, en dan 10 min. aanbakken op middelhoog<br />
vuur. Vervolgens eraan toevoegen: asemwater,<br />
2 blaadjes salam, 2 schijfjes gember<br />
en/of laoswortel, 1 theelepel sambal oelek,<br />
stukje trassi, enkele lepels fijngesneden ui en<br />
ketjap manis (of suiker) naar smaak: dan 1-2 uur<br />
zachtjes trekken resp. 'smoren', zo nu en dan<br />
wat vocht toevoegend.<br />
S(e)moor Lapies<br />
Half pond riblappen-in-dunne-plakjes insmeren<br />
met peper, zout en nootmuskaat. Dan eerst door<br />
losgeklopt ei en vervolgens door de paneermeel<br />
halen. In 3 eetlepels margarine eerst 2 gesnipperde<br />
uien lichtbruin fruiten, dan het vlees erbij<br />
en bruin braden. Dan 2 eetlepels ketjap en 2<br />
kopjes water erbij en in ½ uur gaar stoven onder<br />
deksel.
Usik Daging<br />
Half pond runderlappen in grote stukken (laten)<br />
snijden en zouten. Kruidenmengsel maken van:<br />
2 fijngesneden uien, 3 blaadjes djerek purut, wat<br />
sereh, ½ theelepel koenir (geelwortel), 1 schijfje<br />
laos, 1 eetlepel ketumbar, snufje djinten,<br />
verdund stukje santen, trassi en evt. nog wat<br />
zout. Dit mengsel eerst aanbraden in olie,<br />
daarna samen met het vlees opkoken en nog<br />
een onsje santen (=cocosmelk) erbij doen.<br />
Rempah Daging<br />
Half pond mals rund-(of varkens-)vlees-instukjes<br />
aan de kook brengen (en vervolgens op<br />
heel zacht vuur gaar stoven) in mengsel van:<br />
los-geklopt ei, 2 fijngesneden uien, ½ theelepel<br />
ketoembar, ½ theelepel djinten en een achtste<br />
blok santen (gesmolten in ½ kopje heet water)<br />
en suiker en zout naar smaak.<br />
Zie ook voor oriëntaalse gehaktgerechten<br />
pag. 52 en pag. 122.<br />
115<br />
Frikadel pan<br />
Half pond (runder- of half-om-half-)gehakt mengen<br />
met ¼ theelepel kruidnagelpoeder, ½ theelepel<br />
nootmuskaat, peper, 1 eetlepel ketjap, 1 ei,<br />
losgeklopt met 4 eetlepels melk en een verkruimeld<br />
maggiblokje, én 3 eetlepels aardappelpuree<br />
(of gare aardappels). In ingevette ovenschaal<br />
in oven van 220° in 30-45 min. bakken.<br />
Frikadel goreng<br />
Als boven, maar nu met gesnipperd sjalotje erdoor<br />
en van de aangemaakte gehakt kleine<br />
balletjes kneden: deze bakken in hete olie.<br />
Frikadel kool djawa<br />
Half pond gehakt mengen met 2 losgeklopte eieren,<br />
peper (of sambal), ½ theelepel gemberwortelpoeder,<br />
nootmuskaat, zout, 1 eetlepel<br />
ketjap én met volle eetlepel aardappel(-puree).<br />
Verpakken in 8-tal 'verflenste' koolbladeren en<br />
op zacht vuur aanbakken. Dan wat heet water<br />
(of bouillon) erbij en zachtjes laten stoven. (De<br />
koolbladeren mogen wel wat bruinen maar niet<br />
aanbranden!)<br />
Roergebakken gehaktschotel<br />
Half pond half-om-half-gehakt enkele minuten<br />
roerbakken in wok met dampend-hete (!)<br />
arachide-olie en dan erbij doen onsje verse bladgroente,<br />
zoals: ijsbergsla, spinazie, snijbiet,<br />
waterkers, samen met 2 eetlepels sojasaus,<br />
eetlepel rijstwijn (of droge sherry) en 2 theelepels<br />
sesamolie. Evt. wat suiker erover en<br />
enkele minuten mee roerbakken. Serveren met<br />
fijngehakt lente-uitje erover.<br />
Rempèjèh Ketumbar<br />
Half pond rundergehakt aanmaken met een eierdooier,<br />
2 lepeltjes ketumbar, 1 theelepel sambal<br />
oelek, 3 stukjes fijngewreven djerek purut, 1-2<br />
eetlepels aangebakken (!) uitjes en naar smaak<br />
peper en zout. Hier balletjes van draaien en in<br />
ruim olie (a.h.w. frituur-)bakken.<br />
Rempah<br />
Half pond runder-(of half-om-half-)gehakt aanbraden<br />
in margarine en dan erdoor een (vloeibaar)<br />
mengsel van: ½ ons santen (opgelost in<br />
een kopje water), 2 theelepels asemwater, 2 fijngewreven<br />
blaadjes djerek purut, ½ theelepel<br />
peper en zout naar smaak. Zachtjes laten<br />
sudde-ren (tot vocht is ingedikt tot olie-achtig) en<br />
dan afkoelen. Dan 2 eierdooiers erdoor (voor de<br />
'samenhang') en proberen er platte balletjes van<br />
te kneden: deze in olie bruin bakken.
Gerechten met varkensvlees<br />
Babi Pangang (geroosterd varkensvlees)<br />
Speklappen in enkele grote stukken (of nog<br />
beter: in één stuk) 2-3 uur marineren in mengsel<br />
van 4 eetlepels ketjap manis, 2 eetlepels sherry,<br />
3 theelepels (witte of bruine) suiker, ½ theelepel<br />
kaneel, ½ theelepel anijspoeder, gemberwortelpoeder,<br />
zout en versgemalen zwarte peper (óf<br />
zgn. 5-kruiden-mengsel: peper, anijs, venkel,<br />
kaneel en kruidnagel). Daarna het vlees laten<br />
uitlekken en de marinade bewaren. Het vlees op<br />
een braadrooster, met een braadslee eronder<br />
(en onderin de oven een schaal met heet water!)<br />
en 15 min. roosteren, het liefst onder de grill,<br />
evt. via de bovenwarmte bij 220°. Dan 2<br />
eetlepels marinade mengen met 4 eetlepels olie<br />
en hier-mee het vlees aan beide kanten bestrijken.<br />
De oven temperen tot 180° en nog eens 10<br />
min. roosteren. Tenslotte het vlees aan<br />
weerskanten bestrijken met honing en nogmaals<br />
ca. 10 min. roosteren.<br />
Variant: het vlees ná het marineren even voorbakken<br />
c.q. aanbraden in een braadpan, en pas<br />
daarna (dan natuurlijk korter!) roosteren.<br />
Babi Ketjap (varkensvlees in sojasaus)<br />
Half pond speklappen in dobbelstenen (laten)<br />
snijden en inwrijven met sambal en zout en tot<br />
lichtbruin braden in olie. Dan fijngesneden uien<br />
(en/of sjalotten) mengen met 1 eetlepel fijngesneden<br />
gember (of 2 theelepels gemberwortelpoeder)<br />
en eveneens aanbraden. Hieraan toevoegen<br />
2 eetlepels ketjap manis (en evt.<br />
eetlepel ketchup) en wat water en onder deksel<br />
(goed!) gaar sudderen.<br />
Variant: in wadjan in een weinig water koken,<br />
steeds omscheppend.<br />
Saté Babi (stukjes vlees aan pen geregen)<br />
Kruidenmengsel stampen van gehakte uien,<br />
sereh (citroengras), sambal oelek, koenir (geelwortel),<br />
Javaanse suiker en ketjap manis. Hier in<br />
dobbelstenen gesneden speklappen flink mee<br />
mengen en enkele uren (of zelfs hele nacht!)<br />
marineren. Dan aanbraden in wat margarine of<br />
olie. Vervolgens 1 theekopje santen en asemwater<br />
toevoegen. De braadpan toedekken en de<br />
inhoud ‘smoren’. Als alles goed gaar is, de<br />
vleesblokjes aan pennen rijgen en roosteren,<br />
hetzij boven (barbecue-)houtskool, hetzij onder<br />
de oven-grill, op een rooster (boven 'lekbak'!).<br />
Telkens wel bestrijken met de saus-jus.<br />
Variant: ook nog asemwater, ketoembar en<br />
gemberwortelpoeder erbij, alles even vooraf<br />
fruiten en vlees rauw roosteren (2 x 5 min.).<br />
116<br />
Ritja ritja<br />
Half pond speklappen-in-blokjes goudbruin bakken<br />
in olie en laten uitlekken op keukenpapier. In<br />
2 eetlepels olie in de wadjan aanbakken: gesnipperde<br />
ui(en) en sjalotje(s), tomaten (in stukjes),<br />
sambal oelek, laos, sereh(-poeder), laurier en<br />
zout. Vlees mét heet water erbij en op zacht vuur<br />
gaar laten sudderen.<br />
Indische varkenskarbonade<br />
Schouderkarbonade-in-plakken insmeren met<br />
wat ketjap manis, citroensap, wat sambal (of<br />
peper) en zout (of verkruimeld bouillonblokje),<br />
en in wat hete olie (of margarine) bruin bakken.<br />
Dan wat heet water (of nu pas bouillon) erbij en<br />
kwartier(tje) laten sudderen (het vlees mag<br />
vooral niet te 'droog' worden!).<br />
S(e)moor babi<br />
Varkensvlees (of evt. kipfilet) in schuine plakjes<br />
snijden en aanbakken in olie, waarin eerst<br />
gesnipperde ui op hoog vuur is gefruit. Dan erbij<br />
doen: tomaat in stukjes, wat suiker, ketjap<br />
manis, peper (of sambal), wat<br />
gemberwortelpoeder en een verkruimeld<br />
bouillonblokje. Afblussen met wat water en op<br />
zacht vuur verder gaar stoven.<br />
Chinese geroosterde varkenskrabbetjes<br />
Kilo varkenskrabbetjes inwrijven met peper en<br />
zout en in ovenschaal (of braadslee) in de oven<br />
bij de hoogste stand lichtbruin laten worden, dan<br />
omkeren en andere kant bruin laten worden. In<br />
mengbeker (of vijzel) 1 lepel 5-kruidenpoeder<br />
(zie linksboven) met een gesnipperde ui,<br />
eetlepel bruine suiker, 4 eetlepels sojasaus, 3<br />
eetlepels sherry, 1½ dl kippebouillon, 2 eetlepels<br />
ketchup en fijngehakt stukje gemberwortel<br />
fijnwrijven en als marinade over het vlees<br />
'gieten': oven temperen tot 200°. Ca. 45 min.<br />
bedruipen, tot de krabbetjes gaar en knapperig<br />
geroosterd zijn.
Gerechten met kip<br />
Pastis ajam surabaya<br />
Mengsel maken van 2 eetlepels ketoembar, wat<br />
djinten, theelepel peper, 5 kruidnagels (of in<br />
poedervorm) en enkele kimirinoten (evt. eerst<br />
even geroosterd) en dit samen met 4 eetlepels<br />
gesnipperde ui aanbraden in olie. Hierin ½ pond<br />
kippepoelet kort (!) (aan)bakken. Dan (pas) 3<br />
eetlepels fijngesneden prei, eetlepel(s) gesnipperde<br />
peterselie en asemwater erbij en verder<br />
gaar smoren. Evt. nog even met wat klontjes<br />
boter erover onder de grill voor een bruin korstje.<br />
Sambal Goreng Ajam<br />
In een mengbeker (met staafmixer) mengen: 2<br />
sjalotjes (of uitjes), theelepel sambal oelek, eetlepel<br />
tamarindepasta en stukje laos (of gemberwortelpoeder).<br />
Half pond kipfiletblokjes hierin<br />
minstens uur 'marineren' (d.w.z. mee bestrijken).<br />
In wadjan in hete olie de gemarineerde kipblokjes<br />
lichtbruin (roer-)bakken. Op lager vuur, met<br />
de kip er even uitgehaald, het kruidenmengsel<br />
aanfruiten, dan ca. 3 dl water erbij en 3 tomaten<br />
(niet zure), ½ theelepel kurkuma, zout, 2 theelepels<br />
suiker en schijfje citroen: de kip er weer<br />
bij en op laag vuur in 15 min. gaar sudderen.<br />
Fluwelen kipfiletplakjes (als bij de Chinees..)<br />
Kipfilet in hele dunne plakjes snijden en deze<br />
door een mengsel halen van, met een eetlepel<br />
aardappelmeel (of maizena) en zout, goed losgeklopt<br />
eiwit (zonder droge klontjes) en half uur<br />
in de koelkast laten rusten. Daarna in een pan<br />
met kokend water heel kort ‘blancheren’ (in en<br />
uit) en laten uitlekken. Rode ui in halve plakken<br />
samen met rode (punt)paprika in reepjes en<br />
stengel bleekselderij in zeer dunne (!) plakjes<br />
roerbakken in olie en dan daar de kipfiletplakjes<br />
enkele min. in mee bakken, samen met 2<br />
eetlepels oestersaus, eetlepel sojasaus, theelepel(s)<br />
sesamolie, flink wat zwarte peper, beetje<br />
azijn en eetlepel(s) water. Bestrooien met (evt.<br />
geroosterde) sesamzaadjes.<br />
Tandoori kip (uit India)<br />
Kip in (4) stukken 4 uur afgedekt in koelkast (nu<br />
en dan kerend) in marinade van: 2 dl yoghurt, 2<br />
eetlepels room, sap van ½ citroen, 2 theelepels<br />
zout, gesnipperde sjalot, 1 theelepel gemberwortelpoeder,<br />
2 theelepels paprikapoeder, 2<br />
theelepels koriander (ketoembar), 2 theelepels<br />
komijn (djinten) en 1 eetlepel kurkuma (koenjit).<br />
Daarna roosteren onder de grill of op barbecue,<br />
altijd eerst de kant met vel!<br />
117<br />
Eiergerechten<br />
Besengèk Telor<br />
Mengsel ‘mixen’ of fijnstampen van theelepel<br />
kunir (geelwortel), theelepeltje sambal oelek en 3<br />
eetlepels gesnipperde ui, en aanbraden in olie.<br />
Asemwater en santen erbij, met mengsel van 2<br />
lepels ketumbar en snufje djinten, vooraf even<br />
'droog' gebakken. Dan erbij doen aantal hardgekookte<br />
eieren: even doorkoken.<br />
Indiase kerrie-eieren<br />
Gehalveerde hardgekookte eieren in ovenschaal<br />
en overgieten met de volgende warme saus: in ½<br />
ons boter gesnipperde ui met 2 eetlepels(!) kerrie<br />
fruiten, dan 3 dl kippenbouillon, zout en peper<br />
erbij en 10 min. sudderen. Dan 1½ dl room met<br />
theelepel maïzena erdoor en 3 eetlepels kokos<br />
(waarover boven een zeef 1½ dl kokend water is<br />
gegoten en dat daarna goed is uitgedrukt) en op<br />
smaak maken met citroensap. Losjes bedekken<br />
met folie en kwartiertje in oven van 180°.<br />
Telor Berlada<br />
In mengbeker (of in vijzel) 2 gehalveerde lomboks<br />
fijn maken, 2 uien in ringen snijden. In<br />
wadjan laagje olie verhitten en hierin enkele<br />
hard-gekookte en gepelde eieren kort frituren. In<br />
dezelfde (maar wat verminderde) olie eerst de<br />
lomboks en daarna de uien even fruiten, en<br />
eraan toevoegen: plakje laos, sprietje sereh,<br />
stukje trassi, theelepel asem, ½ eetlepel ketjap,<br />
en evt. nog wat zout en 1 dl water. De gefrituurde<br />
eieren erbij, goed door elkaar scheppen en 10<br />
min. zachtjes stoven (met deksel op de pan). Af<br />
en toe roeren. Voor het opdienen de laos en<br />
sereh eruit!<br />
Dadar boemboe<br />
Omelet van eieren losgeklopt met wat zout en<br />
vermengd met een vooraf gemengd papje van:<br />
gesnipperde sjalotten, ontpitte en gesnipperde<br />
lombok (of sambal) en ¼ theelepel trassi - en erdoor:<br />
fijngesneden prei, fijngesneden selderij en<br />
mespunt suiker.<br />
Dadar djamoer<br />
Vier eieren loskloppen met 4 eetlepels melk, ½<br />
theelepel zout, ½ theelepel peper en ¼ theelepel<br />
nootmuskaat en daar twee omeletten van bakken.<br />
Na dubbelvouwen vullen met de volgende<br />
ragoût: 1 ons fijngesneden champignons samen<br />
met gesnipperde sjalot fruiten en na toevoegen<br />
van wat water op zacht vuur 5 min. stoven; dan<br />
met een roux (zie pag. 18) binden en op smaak<br />
maken met melk en citroensap.
Groentegerechten<br />
Atjar ketimoen (pittige komkommersalade)<br />
De komkommer met schil en al in schijfjes snijden.<br />
De ui en de (van pitjes ontdane) Spaanse<br />
peper(s) in dunne sliertjes snijden. Door elkaar<br />
mengen en minstens 1 uur op elkaar laten<br />
inwerken met: 4 eetlepels azijn (en evt. 1-2<br />
theelepels ketjap manis), 1-2 eetlepels suiker,<br />
zout en (evt. cayenne-)peper.<br />
Atjar ketimoen (als 'inmaak')<br />
Lange reepjes (goed-gewassen!) komkommer<br />
een nacht wegzetten in zout water en de volgende<br />
dag goed laten uitlekken. Een kruidenmengsel<br />
'stampen' van: enkele stukjes laos, wat<br />
kunir en gember, en dit samen even 'opbraden'<br />
in olie. Dan flink wat azijn erbij en aan de kook<br />
brengen. De komkommer erbij en evt. nog wat<br />
sambal oelek. Na afkoelen in inmaakfles doen.<br />
Atjar biet (is variatie hierop)<br />
Rode bieten gaar koken en in stukjes snijden;<br />
azijn koken met enkele peperkorrels en kruidnagels<br />
en laten afkoelen; bieten in inmaakfles en<br />
deze (eerst afgekoelde) azijn erover (evt. met<br />
wat suiker).<br />
Atjar tjampoer (tafelzuur van gemengde groenten):<br />
3 ons witte kool en 3 ons wortelen in hele<br />
dunne reepjes snijden, evenals 1 ons paprika's.<br />
Blancheren (10 sec.) in kokend water en op vergiet<br />
afspoelen met koud water. Hier 1 ons taugé<br />
doorheen en alles in een hoge pot van 1½ l inhoud<br />
doen. In vijzel of mengbeker mengen: 10 g<br />
(verse) gemberwortel, 4 kemirienoten, 1 rode<br />
Spaanse peper, 8 witte peperkorrels, 3 eetlepels<br />
bruine suiker, 1 theelepel kurkuma (geelwortel)<br />
en mespuntje zout. Dit kruidenmengsel in eetlepel<br />
olie in 1 min. op matig vuur aanbakken;<br />
hier 2 dl (wijn)azijn bij en aan de kook brengen.<br />
Dit over de gemengde groenten in de pot gieten<br />
en (minstens) een hele dag laten intrekken.<br />
118<br />
Sambal Goreng Kool (of Sperziebonen)<br />
Een halve, zéér fijn gesneden kool toevoegen,<br />
samen met santen, aan het volgende, even<br />
aangebraden, kruidenmengsel: 5 eetlepels gesnipperde<br />
ui, 1 vingerlengte sereh, 5 schijfjes<br />
laos, 3 theelepeltjes sambal oelek, evt. wat zout<br />
of trassi en citroensap. De deksel op de<br />
braadpan zodra de kool halfgaar is en verder<br />
gaar stoven op zacht vuur. Evt. wat gekookte<br />
garnalen en nog wat citroensap erbij.<br />
Variatie hierop: stukjes sperziebonen i.p.v. kool.<br />
Sub Gum<br />
Champignons bestrooien met peper en zout,<br />
bakken in olie en daarna in bouillon (van een<br />
blokje) doen. Gesnipperde uien eveneens eerst<br />
bakken en dan erbij doen, samen met wat zout,<br />
peper en ketjap naar smaak. Na enige tijd<br />
(zachtjes) trekken de taugé erbij en op smaak<br />
brengen met citroensap. Over drooggekookte<br />
rijst uitgieten en amandelschaafsel erover.<br />
N.B.: het gerecht mag niet al te nat zijn.<br />
Tumis Kool<br />
De gesneden kool (witte, Chinese, spits of groene)<br />
samen met stukjes tempé halfgaar koken in<br />
(blokjes)bouillon. Dan 3 eetlepels gesnipperde<br />
uien in de vijzel samen 'stampen' met 1 theelepeltje<br />
sambal oelek, gember(-wortel), 1 schijfje<br />
laos, 3 blaadjes djerek purut (laurier) en een<br />
kopje santen: dit mengsel fruiten in olie. Daarna<br />
toevoegen aan de bouillon.
Tempé Kering<br />
Het volgende kruidenmengsel fruiten: 3 eetlepels<br />
gesnipperde ui, sambal oelek naar smaak, 3<br />
stukjes laos, 3 blaadjes djerek purut, evt. wat<br />
trassi of zout. Dit in de wadjan goed mengen met<br />
dunne schijfjes, vooraf licht aangebraden, tempé<br />
en evt. wat suiker.<br />
Ketoprak<br />
Tempé(of tahoe)-in-blokjes in hete olie goudgeel<br />
bakken en (na uitlekken) op een schaal<br />
leggen, overdekt met even geblancheerde (en<br />
uitgelekte) taugé: overgieten met pindasaus (zie<br />
onderaan pag. 112) en evt. nog bestrooien met<br />
fijngesneden selderij en licht gefruite ui.<br />
Sambal goreng tempé kering<br />
Blokjes tempé van ca. 2 cm kwartiertje marineren<br />
in iets verdund en licht gezouten asemwater,<br />
nu en dan omscheppend. Na drogen in ruim olie<br />
(!) lichtbruin bakken en laten uitlekken. In mengbeker<br />
mengen: 3 fijngehakte uien, 1 theelepel<br />
sambal (-oelek of -trassi), theelepel laos en<br />
theelepel bruine basterdsuiker, en dit mengsel<br />
even fruiten in olie en dan bij de stukjes tempé<br />
doen. In ½ kopje water: 2 theelepels asem,1<br />
theelepel trassi, 2 theelepels zout, 1 theelepel<br />
suiker, 1 schijfje laos en 2 blaadjes salem, en dit<br />
mengsel in eetlepel verse olie even aanfruiten<br />
en dan net zolang roerbakken tot het vocht<br />
verdampt is. Daar het tempé-mengsel weer bij<br />
doen en al roerend warm maken.<br />
Variant: stuk santen bij het tempémengsel doen,<br />
met 1 sprietje sereh, 1 salamblaadje en 8 eetlepels<br />
water en ca. 10 min. laten stoven.<br />
119<br />
Gado-Gado (koude groenteschotel)<br />
Half pond tempé (of tahoe) in blokjes snijden en<br />
uurtje marineren in asemwater: na droog deppen<br />
in 1 dl olie op matig vuur in ca. 7 min. goudgeel<br />
bakken; 4 (zeer) hardgekookte eieren (en/of<br />
net gaar gekookte aardappelen) in kleine blokjes<br />
snijden; ½ komkommer schillen en in blokjes<br />
snijden; ½ pond sperzieboontjes halveren en 5<br />
min. koken; ½ pond Chinese kool in flinterdunne<br />
reepjes snijden en 2 min. laten koken; ½ pond<br />
taugé overgieten met kokend water. Alle groenten<br />
goed uit laten lekken! In de olie waarin de<br />
tempé is gebakken een kleine gesnipperde ui<br />
goudgeel fruiten en eveneens laten uitlekken.<br />
Alles op een schaal rangschikken en daar pindasaus<br />
(zie pag. 112) overheen gieten: bestrooien<br />
met de uiensnippers en stukjes kroepoek.<br />
Tjap tjoi<br />
Half pond spek-(of ham-)lappen (of evt. kipfilet)<br />
in blokjes in enkele min. bruin bakken in 2 eetlepels<br />
hete olie (in wadjan). Evt. evenveel kippelevertjes<br />
even 5 min. mee bakken. Dan bouillonblokje<br />
erbij en fijngesneden groenten naar<br />
keuze, zoals paprika, wortel, bloemkool, paksoy,<br />
sperziebonen, doperwten, prei, komkommer en<br />
champignons. Hetzij bij het vlees, hetzij in de<br />
olie van het al gebakken vlees op zacht vuur<br />
'roerbakken' tot de groenten slap zijn (maar wel<br />
'beetgaar' en zo mogelijk nog wat knapperig).<br />
Dan erbij doen: eetlepel sherry, eetlepel ketjap<br />
manis, theelepel suiker (en evt. wat gemberwortelpoeder)<br />
en zo nodig een scheutje<br />
water. In elk geval het vlees nog enkele min.<br />
mee laten sudderen. Binden met een beetje<br />
maïzena. Opdienen met bruine rijst, mie of<br />
andere pastavorm.
Niet-Indische rijst-(e.a.)gerechten<br />
Pilafrijst<br />
Rauwe rijst eerst ca. 10 min. onder voortdurend<br />
roeren zachtjes licht (niet bruin!) 'roosteren' en<br />
er dan 1½ x zoveel hete blokjesbouillon bij doen<br />
en in een gesloten pan boven zeer zacht vuur in<br />
ca. ½ uur gaar laten 'trekken'.<br />
Variant: Ui zacht glazig fruiten in margarine (niet<br />
geel laten worden) en daar ½ pond rauwe rijst<br />
aan toevoegen; goed mengen tot het vet geheel<br />
is opgenomen; hier een weinig (!) aan de kook<br />
gebrachte bouillon bij doen en in ingevette ovenschaal,<br />
onder deksel of folie, in ca. 20-25 min. in<br />
de oven (of op laag vuur in gesloten pan)<br />
zonder te roeren (!!) laten 'smoren'. In koude<br />
schaal over doen en er wat margarine in laten<br />
smelten. Met vork goed door elkaar roeren, tot<br />
de rijstkorrels voldoende los van elkaar zijn.<br />
Groentepilaf: in braadpan in 40 g margarine 30<br />
g ongezouten cashewnoten goudgeel bakken en<br />
op keukenpapier laten uitlekken; in het bakvet<br />
een gesnipperd uitje met wat stukjes gemberwortel<br />
en ¼ theelepeltje kerrie 2 min. fruiten.<br />
Dan 2 ons rauwe (evt. langkorrelige!) rijst erdoor<br />
en al roerend glanzend bakken, daarna ruim ½ l<br />
heet water erbij en al roerend aan de kook brengen.<br />
Vervolgens de groenten erdoor mengen: ½<br />
ons fijngesneden wortel, ½ ons sperziebonen, ½<br />
rode paprika-in-reepjes, ½ ons bloemkoolroosjes<br />
en ½ ons doperwten. In gesloten pan in 20<br />
min. op laag vuur gaar laten worden. Dan de<br />
noten erdoor roeren met evt. ¼ eetlepel fijngehakte<br />
korianderblaadjes.<br />
Tomatenrijst: in steelpannetje met dikke bodem<br />
gesnipperde ui (én evt. sjalot) zacht en glazig<br />
fruiten in olijfolie. Blik tomaten-in-blokjes erbij<br />
samen met theelepel oregano en paprikapoeder<br />
en ½ theelepel cayennepeper en even pruttelen.<br />
Dan 400 cc (blokjes)bouillon erdoor en aan de<br />
kook brengen. Hierin 300 g (evt. basmati-)rijst<br />
onder deksel op allerlaagste pitje in ca. 20 min.<br />
gaar laten sudderen.<br />
Csiri-biri-bim: in ons margarine 2 fijngesneden<br />
uien goudgeel fruiten, dan 3 theelepels paprikapoeder<br />
erbij en 3 ons runder-(of varkens-)poelet<br />
op laag vuur erin gaar braden. Dan 3 ons 'rauwe'<br />
gewassen rijst erdoor en zoveel water erbij dat<br />
deze ca. 1½ cm onder staat. Aan de kook<br />
brengen en onder deksel in ca. 20 min. gaar<br />
laten worden. Sla en/of augurken erbij serveren.<br />
120<br />
Bulgur (Turkse couscous) op pilafwijze: in wat<br />
margarine gesnipperde ui zachtjes gaar fruiten,<br />
samen met rode (punt)paprika’s in kleine stukjes<br />
(en zonder pitjes). Kruiden met rode chilipeperkorrels<br />
en evt. ook nog wat droge mint laten meefruiten.Blik(je)<br />
tomatenpuree én tomaat-in-stukjes<br />
erdoor, evt. nog wat margarine en dan kop grove<br />
bulgur erin en flink meefruiten. Dan 2 koppen<br />
(blokjes- of groente-)bouillon erdoor en zachtjes -<br />
in ca. ½ uur - gaar koken. Cave aanzetten aan de<br />
bodem, dit later vooral niet losroeren.<br />
Bulgur met courgette, aubergine en feta: in<br />
eetlepel(s) olijfolie middelgrote gesnipperde ui<br />
goudbruin fruiten: hierin 150 g grove bulgur ca. 5<br />
min. roerbakken, dan ca. 2 dl groentetablet-(of<br />
maggiblokjes-)bouillon er goed door roeren en<br />
onder deksel ca. 10 min. zachtjes koken tot het<br />
grootste deel van het vocht is opgenomen. Dan<br />
eetlepel(s) olijfolie erdoor en op laag vuur in ca. 20<br />
min. verder gaar stoven Intussen een courgette<br />
en een aubergine wassen en in blokjes snijden en<br />
in 5-7 min. beetgaar bakken in eetlepel(s) olijfolie.<br />
Dit samen met ons (runder-)feta-in-stukjes bij de<br />
bulgur doen en even goed door warmen. Op<br />
smaak maken met peper en zout en op het laatst<br />
wat verse of gedroogde mint erdoor. Warm, lauw<br />
of koud te serveren.<br />
Paëlla: pondje kip(filet)-in-stukken kruiden met<br />
zout, peper, tijm en paprikapoeder en in koekepan<br />
in olijfolie bruin bakken; dan erop (!) leggen: grof<br />
gesneden ui(en), tomaten-in-stukken en paprika'sin-ringen,<br />
en onder deksel gaar laten worden. In<br />
een andere pan rauwe rijst even aanbakken in wat<br />
olie en dit over het mengsel doen; daarop pondje<br />
gekookte en gepelde mosselen en dan overgieten<br />
met het bijbehorende kookvocht (en/of met bouillon<br />
getrokken van garnalen: zie pag. 61). Voorzichtig<br />
even mengen, dan niet meer roeren en<br />
onder deksel op heel laag vuur gaar laten worden.<br />
Tenslotte de garnalen erover en enkele achtergehouden<br />
mosselen-in-de-schelp, samen met de<br />
eerst even weer eruit genomen paprikaringen.<br />
Servische rijstschotel: Ons schouderkarbonadein-stukken<br />
in eetlepel olie 5 min. stevig aanbraden<br />
en dan al roerend 3 min. meefruiten gesnipperde<br />
ui, eetlepel(s) tomatenpuree én 2 ons langkorrelige<br />
(rauwe) rijst. In ¼ l heet water (kippe-)<br />
bouillontablet oplossen en samen met wat tijm,<br />
peper en paprikapoeder erbij doen: al roerend<br />
opkoken en dan op laag vuur in ca. 20 min. gaar<br />
stoven (zonder roeren). Dan in reepjes gesneden<br />
groene of rode paprika erbij en nog 5 -10 min.<br />
mee laten stoven tot de rijst gaar is. Op smaak<br />
maken met peper en/of paprikapoeder.
Risottorijst bij voorkeur met Italiaanse, veel<br />
vocht opnemende, rondkorrelige rijst (arborio,<br />
carnaroli, europa, ringo, roma of vialone). Voor 1<br />
ons rauwe rijst rekenen op ruim 4½ dl (warme!)<br />
bouillon (dus voor 3 ons rijst ruim ½ liter), er<br />
voortdurend roerend (!!) en beetje-bij-beetje,<br />
d.w.z. 'kopjesgewijs' aan toegevoegd op matig<br />
hoog vuur, zonder deksel op de pan (bij voorkeur<br />
een koekepan met dikke bodem); tot na ca.<br />
15-30 min. een nog vrij vochtig 'romig' mengsel<br />
is ontstaan.<br />
Klassieke ‘vijf stappen’: 1) gesnipperde ui zacht<br />
fruiten in boter; 2) hierin 3 ons rauwe rijst ’fruiten'<br />
(tot er geen korrel meer ‘droog’ is!); 3) ½ dl<br />
witte wijn erbij en geleidelijk garen in ½ l kokend<br />
hete (!) kippebouillon (tot de korrels papperig<br />
worden: vooral tegen het eind slurpt de rijst alles<br />
op!); 4) paar draadjes saffraan (of kurkumapoeder)<br />
toevoegen voor de geelkleuring; 5) van<br />
het vuur af klontjes boter, zout, peper en een<br />
paar druppels witte wijnazijn erdoor en als besluit<br />
½ ons geraspte Parmezaans kaas.<br />
N.B.: of gewoon aanwijzingen op pak volgen!<br />
Risotto à la Genovese: kleine gesnipperde ui<br />
glazig fruiten in wat boter en daar 2 ons rauwe<br />
rijst bij en in ca. 3 min. tot glanzend bakken; dan<br />
ruim 1 ons geprakte tomaten (uit blik) erbij en<br />
ca. 5 min. mee laten bakken; daarna ½ l kokend<br />
heet water er heel geleidelijk al roerend bij<br />
schenken en steeds weer even aan de kook<br />
laten komen, tot na ca. 20 min. de rijst gaar is.<br />
Erdoor mengen (even aangefruite) champignons,<br />
citroenrasp, ½ eetlepel peterselie en evt. 1<br />
theelepeltje ansjovispasta. Op het laatst geraspte<br />
oude Parmezaanse kaas erdoor.<br />
Risotto à la Milanese: in 50 g boter 1 gesnipperde<br />
ui (én evt. 20 g rauwe rundermerg!)<br />
even fruiten, dan ½ glas wijn erbij en tot de helft<br />
laten inkoken; daarna 4 ons rauwe rijst erdoor<br />
roeren en enkele min. laten kleuren; mespunt<br />
saffraan erbij en onder regelmatig roeren 1 l<br />
bouillon; even op hoog vuur laten koken en dan<br />
nog eens 50 g boter erdoor, samen met 50 g geraspte<br />
Parmezaanse kaas.<br />
121<br />
Risotto à la Parma: in 50 g boter een gesnipperde<br />
ui goudgeel fruiten, dan 3 ons rauwe rijst erbij<br />
en even aanbakken; daarna 1 l kokend-hete (blokjes)bouilllon<br />
erdoor en blijven roeren tot de rijst<br />
gaar is. Met de pan van het vuur af er nog 50 g<br />
boter en 50 g geraspte (Parmezaanse) kaas door.<br />
Risotto met champignons: gesnipperde ui glazig<br />
fruiten in 50 g boter, dan 2 ons rauwe rijst erdoor<br />
en al roerend glazig laten worden. Dan 2 ons in<br />
plakjes gesneden champignons even mee-smoren<br />
en vervolgens ½ glas witte wijn erdoor; even laten<br />
inkoken en dan ca. ½ l (kippe- of groente-)bouillon<br />
er roerend aan toe voegen, steeds aan de kook<br />
brengend, tot de rijst, na ca. ½ uur, gaar is; dan<br />
wat boter erdoor en evt. wat geraspte kaas.<br />
Risotto al limone: gesnipperde ui fruiten in wat<br />
olijfolie en dan erin 4 ons risottorijst even fruiten<br />
en ½ l hete (blokjes)bouillon in scheutjes toevoegen<br />
en steeds even weer opkokend laten opnemen<br />
in de rijst. Tot de rijst gaar is en alle vocht<br />
is opgenomen. Dan 2 eierdooiers erdoor en dl<br />
warme melk, samen met ½ ons geraspte<br />
Parmezaanse kaas en het sap én de rasp van 1<br />
citroen. Op smaak maken met zout en peper.<br />
Garneren met schijfje citroen.<br />
Risotto met rauwe ham en venkel: gesnipperde<br />
ui ca. 5 min. zachtjes fruiten in 4 eetlepels olijfolie,<br />
dan venkelknol-in-dunne-reepjes en onsje rauwe<br />
ham-in-reepjes ca. 5 min. mee bakken. Helft uit de<br />
pan nemen, dan 3 ons risottorijst door de rest<br />
mengen en 1 min. mee bakken; 1 dl droge witte<br />
wijn toevoegen en blijven roeren tot alle vocht is<br />
opgenomen. Dan 1 l (!) (groente-)bouillon in drie<br />
gedeeltes erbij schenken, even opkokend tot het<br />
steeds weer is opgenomen. Al roerend (!) in 20-25<br />
gaar koken. Zout, peper en de rest van het hammengsel<br />
erdoor en Parmezaanse kaas erover.<br />
Risi e bisi de Veneto (risotto zonder roeren !):<br />
gesnipperd uitje samen met ½ ons mager rookspek-in-blokjes<br />
enkele min. aanbakken in boter of<br />
margarine, dan 2 ons verse (of diepvries) doperwtjes<br />
erbij en ½ liter runderbouillon, en hierbij<br />
doen 1 ons risottorijst en in ruim kwartier net gaar<br />
koken (dus zonder roeren); er dan gesnipperde<br />
(platte) peterselie door roeren, samen met wat<br />
boter en eetlepel(s) geraspte Parmezaanse kaas.
Kerrierijst (Riz á l'Indienne): in ½ ons boter 1<br />
grote (of 2 kleine) gesnipperde uien glazig (niet<br />
bruin) fruiten en daar afgestreken eetlepel kerrie<br />
doorheen roeren, dan peper en zout erbij en 1<br />
eetlepel gesnipperde peterselie. Vermengen met<br />
3 ons droog gekookte rijst (dit is dus ook een<br />
goede manier om rijst op te warmen!).<br />
Pikant kerriegehakt: in 40 g margarine grote<br />
gesnipperde ui goudgeel fruiten, dan 4 ons<br />
gehakt hierin los en rul roeren en bruin bakken,<br />
intussen 2 theelepels kerrie toevoegend. Pas op<br />
het laatst een fijngesneden, met wat citroensap<br />
besprenkelde, appel erdoor: op smaak maken<br />
met zout, peper, koriander, tijm en evt. nog wat<br />
tabasco, een beetje water erbij en in gesloten<br />
pan ca. 10 min. zachtjes sudderen. Een ei loskloppen<br />
met 1-1½ dl yoghurt, wat van het mengsel<br />
erdoor roeren en dan bij de pan in doen: al<br />
roerend nog even doorwarmen en binden. Bij<br />
rijst en garneren met gesnipperde peterselie.<br />
Kofta curry: ½ pond (runder)gehakt mengen<br />
met ½ theelepel kerrie, ½ theelepel komijn en ½<br />
theelepel koriander (of eetlepel verse!), peper<br />
en zout: in laten trekken. Van de aangemaakte<br />
gehakt 8 balletjes kneden en in eetlepel(s) plantaardige<br />
olie in wadjan kort aanbakken (tot net<br />
gaar en vooral niet droog), dan eruit nemen en in<br />
het bakvet gesnipperde (grote) ui ca. 10 min.<br />
fruiten, samen met wat gemberwortelpoeder en<br />
peper: dan 3 kardemoms (gepeld en in vijzel fijn<br />
gewreven), 3 zwarte peperkorrels, 2 kruidnagels<br />
(of -poeder), 2 kaneelstokjes en ½ laurierblad<br />
erbij en op hoog vuur 3 min. aanbakken; dan<br />
theelepel (gemalen) koriander en theelepel kurkuma<br />
(geelwortelpoeder) erbij en zout (of maggiblokje)<br />
naar smaak en nog eens 3 min. bakken.<br />
Vervolgens al roerend en lepelsgewijs 1½ dl van<br />
de niet magere Turkse (!) yoghurt erdoor en nog<br />
eens 1 dl water: ca. 10 min. laten sudderen tot<br />
het lobbig wordt. (Andere yoghurt gaat schiften:<br />
dit pas op het laatst erbij doen!) Dan de balletjes<br />
er weer bij en even flink doorwarmen. Serveren<br />
bij (pilaf-)rijst en evt. garneren met gesnipperde<br />
koriander.<br />
Gangbaarder variant: i.p.v. de yoghurt tomatenuit-blik<br />
en/of tomatenpuree of gezeefde tomaten<br />
erdoor.<br />
122<br />
Paprika-gehaktsaus: in 1 eetlepel margarine 1<br />
gesnipperde ui (en evt. 1 sjalotje) fruiten en daarin<br />
½ pond rundergehakt rul en ontkleurd prakken.<br />
Na even fruiten erbij doen: flinke mespunt tijm,<br />
laurierblad en theelepel gedroogde majoraan. En<br />
na weer enkele min. fruiten: ½ blikje tomatenpuree,<br />
een in reepjes gesneden paprika en evt.<br />
nog wat champignons-in-plakjes én een scheutje<br />
bouillon: de massa moet dik-vloeibaar blijven. Op<br />
smaak maken met peper en evt. wat aroma, en in<br />
gesloten pan ruim 15 min. op heel zacht vuur laten<br />
sudderen. Bij rijst.<br />
Variant: rode en/of groene paprika zolang in hete<br />
oven of onder de grill leggen tot ze geblakerd zijn:<br />
na afkoelen ontvellen en in blokjes snijden – en<br />
deze erdoor doen.<br />
Jambalaya: in 25 g margarine 2 ons mager rookspek-in-blokjes<br />
op matig vuur lichtbruin bakken,<br />
dan 3 ons kipfilet-in-stukjes 5 min. meebakken.<br />
Dan erbij doen grote gesnipperde ui en sjalotje,<br />
grote schijf ananas-in-stukjes, groene paprika-in-<br />
reepjes en grote tomaat-in-stukken met wat sambal<br />
en nog eens 3 min. mee (roer)bakken. Dan<br />
ruim 3 ons droogkokende rijst er al roerend bij en<br />
3 min. bakken tot de rijst glanzend is. Dan 7 dl<br />
heet water er al roerend bij en aan de kook<br />
brengen. Dan plukje saffraan en zout naar smaak<br />
toevoegen en in gesloten pan op laag vuur 20 min.<br />
garen, dan 1 ons gepelde garnalen erdoor en nog<br />
eens 5 min. verder koken. Van het vuur af in open<br />
pan 5 min. laten uitdampen, Serveren met in boter<br />
aangebakken schijven ananas erover.<br />
Mama’s (omstreden…) rijstschotel: ovenschaal<br />
beleggen met uitgerold (roomboter)bladerdeeg en<br />
even middenin voorverwarmde oven van 200° tot<br />
bros (net niet bruin) bakken. Intussen onsje fijngesneden<br />
ham (of bacon of rookspek) uitbakken,<br />
dan gesnipperde ui erbij, daarna bakje champignons<br />
met wat tijm even zachtjes mee-bakken. Dan<br />
de ovenschaal vullen met laagjes gare (!) rijst,<br />
afgewisseld met het ham-groente-mengsel, nog<br />
wat tijm (in totaal 1½ theelepel!) en evt. wat geraspte<br />
kaas erbij. Als laatste laag rijst met plakjes<br />
jong-belegen kaas afgedekt en dit laten smelten<br />
en gratineren in de oven.<br />
Pittige gehaktballetjes: ½ pond rundergehakt<br />
mengen met ½ eetlepel geraspte ui, eetlepel<br />
maísolie, ½ theelepel zout, ¼ theelepel koriander<br />
en kummel, snuf cayennepeper, ½ theelepel<br />
paprikapoeder, ½ ei en 1½ eetlepel paneermeel<br />
en dan bruin bakken Geschikt als borrelhapje.
123<br />
VIII PASTA (EN AANVERWANTE DEEG-GERECHTEN) (voor Pizza zie pag. 154 en voor Mie zie pag.113)<br />
PASTA-SAUSEN: Bolognese saus<br />
Napolitaanse saus<br />
Milanese saus<br />
Piemonte saus<br />
Gorgonzolasaus<br />
Peterselie-gehaktsaus<br />
Spinazie-rookspeksaus<br />
Monchousaus<br />
Tomatensaus<br />
PASTA zelfgemaakte pasta (lintmacaroni, tagliatelle of noedels)<br />
en de diverse pasta-vormen<br />
PASTA-SCHOTELS Farfelle in roomsaus<br />
Farfalle (of Fusilli) met broccoli en kippelevertjes<br />
Fusilli met paddestoelen<br />
Gratin di pasta al profumo di bosco<br />
Linguine met feta, citroen en basilicum<br />
Macaroni met ham en kaas<br />
Poolse macaronischotel<br />
Macaroni met ham, doperwten en bieslook<br />
Pasta alla Corsara<br />
Pasta met gehakt, aubergine en munt<br />
Penne met verse zalm, prei en tomaat<br />
Pipe (of andere pasta) met zalm-uit-blik<br />
Pipe rigate (of penne) met tonijn-tomatensaus<br />
Sedani (of penne) met rookworst<br />
Spaghetti alla carbonara<br />
Spaghetti met tonijnsaus, met ham en witlofreepjes,<br />
met champignons en prei, met kipfilet-mosterdsaus<br />
Spaghetti all’Amatriciana, Spaghetti Florentine (met spinazie)<br />
Tagliatelle met crème fraîche en Parmezaanse kaas, Tagliatelle met kipfilet<br />
Tagliatelle met verse worst, Tagliatelle met courgette en feta<br />
Tagliatelle con proscuitto, Tagliatelle met kipfilet en sinaasappel<br />
Tagliatelle met grote garnalen, Tagliatelle met kippelevertjes en salie<br />
Tagliatelle met courgette en prei<br />
Cannelloni<br />
Lasagne en lasagne-variatie(s), Spinazie-rotolo-rol, Gekruide groenterolletjes<br />
Ravioli en ravioli-variatie(s)<br />
VERWANTE DEEG-GERECHTEN (voor Pizza zie pag. 154)<br />
Gnocchi - alla Romana<br />
- alla Parigina<br />
- alla Sicilienne<br />
Polenta<br />
Spätzle<br />
Galuska
PASTA-SAUSEN<br />
(voor 2 personen)<br />
124<br />
N.B.: gesnipperde ui (of sjalot) altijd minstens 10 min. laten garen, op laag vuur en liefst onder deksel!<br />
= Bolognese saus(en):<br />
1) Gesnipperde ui en sjalotje (en/of teentje knoflook) in 2 eetlepels olijfolie (met eetlepel boter!) op laag<br />
vuur goudgeel fruiten, samen met ½ ons fijngehakte winterwortel, eetlepel gesnipperde peterselie en<br />
fijngehakte bladselderij (of stengel bleekselderij). Mengsel eruit nemen en daarna in het (evt. wat aangevulde)<br />
bakvet ½ ons fijngesneden (mager!) ontbijtspek (of bacon) ca. 5 min. aanbakken, op matig<br />
vuur – en vervolgens ½ pond (runder-)gehakt al omscheppend in ca. 5 min. rul en lichtbruin bakken<br />
(met laurierblaadje en kruidnagel erbij). Dan 4 eetlepels (witte) wijn én ca. 1 dl bouillon erdoor roeren<br />
(én evt. wat fijngesneden champignons en/of kippelevertjes) en blikje tomatenpuree (óf blik tomaten!)<br />
én het gefruite groentemengsel. Na uurtje heel zachtjes sudderen op smaak maken met nootmuskaat,<br />
theelepel suiker, zout en peper (en evt. wat tijm of basilicum; of als variant: wat oregano, komijnzaad en<br />
rozemarijn). Zo nodig verdunnen met melk en/of wat room erdoor roeren (en/of eetlepel balsamico!).<br />
2) Gehakt aangemaakt met oregano, beetje sambal, rozemarijn, komijn, zout en peper, eetlepel olijfolie,<br />
theelepel mosterd en eierdooier kort aanbakken en dan, zonder vocht maar wel met wat tomatensaus<br />
erdoor en met geraspte Parmezaanse kaas erover 15 - 20 min. in oven van 200°.<br />
3) Fijngehakte ui (en sjalot) én (stengel) bleekselderij én wortel, samen met onsje fijngesneden bacon<br />
(óf Italiaanse pancetta) in 6-8 min. op matig vuur in boter fruiten, onder af en toe roeren. Dan ½ pond<br />
gehakt met wat oregano 5 min. erin bakken - tot ontkleurd maar net nog niet bruin - en op smaak<br />
maken met zout, peper en nootmuskaat. Dan onsje kippelevertjes-in-stukjes even kort mee bakken, en<br />
vervolgens ½ dl droge wijn erbij en enkele min. op hoger vuur laten 'inkoken'. Dan ½ dl melk erdoor en<br />
alles zachtjes nog 10 min. laten koken. Blik tomaten (in blokjes) erbij en ½ dl runderbouillon (of van<br />
maggiblokje) – en met de deksel schuin op de pan op zéér laag vuur enkele uren (!) laten sudderen. Zo<br />
nodig nog wat bouillon of melk erbij. Serveren met geraspte Parmezaanse kaas.<br />
= Napolitaanse saus<br />
Eerst 2 ons in stukjes gesneden bacon (óf rauwe ham of ontbijtspek) smoren in wat margarine of<br />
klein scheutje olijfolie, dan gesnipperde ui erin mee-fruiten. Hieraan een blik Italiaanse tomaten<br />
toevoegen en minstens ½ uur op heel laag vuur laten inkoken (dus zonder deksel). Op smaak maken<br />
met peper en zout. Over de beetgaar gekookte pasta eerst geraspte (liefst Parmezaanse) kaas<br />
strooien, samen met enkele fijngesnipperde blaadjes verse (!) basilicum. Pas daarna de saus erover.<br />
= Milanese saus<br />
Tomatensaus (van pag. 125 óf van pag. 129) 'versieren' met glas madeira, stukjes (gare) champignons<br />
en brokjes hardgekookt ei en in kleine blokjes gesneden rauwe ham.<br />
= Piemonte saus<br />
Onsje boter mengen met dubbele hoeveelheid room en 1 ons geraspte Parmezaanse kaas: dit kruiden<br />
met zout en nootmuskaat en daarna 1 ons gekookte ham, in dobbelsteentjes gesneden, boven zacht<br />
vuur erdoor mengen. Dan de (pas) gaar gekookte pasta erdoor roeren.<br />
= Gorgonzola-saus<br />
Ca. 1 ons gorgonzola-kaas in stukjes snijden en samen met ca. 2 dl slagroom (of bekertje crème<br />
fraîche), 1 theelepel groene pepertjes-uit-potje (óf versgemalen zwarte peper) en 1 theelepel gedroogde<br />
(of eetlepel verse) salie boven kleinste pit met vlamverdeler (al roerend) verhitten tot de kaas volledig is<br />
'omgesmolten' tot gladde saus. Op smaak maken met zout en 1-2 eetlepels cognac (óf rode port in een<br />
wat grotere hoeveelheid). De (ca. 4 ons) beetgaar gekookte pasta (bijv. tagliatelle) door deze kaassaus<br />
roeren en evt. bestrooien met versgemalen peper (of cayennepeper).<br />
Variant: 1½ ons ontbijtspek-in-stukjes zachtjes uitbakken en hier 1½ ons gehakt aan toevoegen,<br />
samen met wat fijngesneden wortel en bleekselderij. Als dit goed gaar is, er 1 ons gorgonzola (of<br />
magor) en een bekertje crème fraîche aan toevoegen.<br />
(Magor = 'zachte' combinatie van mascarpone en gorgonzola)
125<br />
= Peterselie-gehaktsaus<br />
Gesnipperd uitje fruiten en dan daarin ½ pond (mager!) gehakt rul en bruin bakken; kruiden met peper<br />
en zout en ca. 15 min. braden: dan deksel eraf en overtollig vocht laten verdampen. Daarna een flink<br />
bos (!) gesnipperde peterselie erdoor en (direct) door de gaar gekookte pasta roeren. Even goed heet<br />
laten worden en dan serveren met evt. nog 2-3 eetlepels zure room erdoor.<br />
= Spinazie-saus<br />
Gesnipperd uitje (of sjalotjes) fruiten en daarin (mager) rookspek of bacon (óf champignons) aanbakken,<br />
evt. peper en zout erover en dan een pak (ontdooide en 'ontwaterde'!) diepvries-spinazie erbij<br />
en overtollig vocht in open pan laten verdampen: wat crème fraîche (óf gorgonzola óf andere blauwe<br />
kaas) erdoor en door beetgaar gekookte pasta roeren en even goed heet laten worden. Serveren met<br />
2-3 eetlepels zure room en/of Parmezaanse kaas erover.<br />
= Monchou-saus (voor over de pasta en evt. tussen de lasagne: zie pag. 130)<br />
In steelpannetje 20 g boter smelten (evt. gesnipperd uitje erin fruiten!), dan 20 g bloem erdoor roeren<br />
en scheutje-voor-scheutje 2 dl melk (of evt. bouillon) en tot gladde saus roeren. Dan 1 ons in stukjes<br />
gesneden monchou erin smelten en op smaak maken met peper en zout.<br />
Variatie hierop: fijngehakte tuinkruiden of fijngesneden gekookte ham of blikje tonijn erdoor.<br />
= Tomatensaus (voor een 'snelle' tomatensaus zie pag. 129)<br />
Een fijngesneden uitje heel zacht aanfruiten in eetlepel (olijf-)olie; hierbij doen wat wortelschijfjes en een<br />
fijngesneden takje bladselderij (of stengel bleekselderij) en peterselie, en evt. ½ blaadje laurier én wat<br />
gedroogde of (liever!) verse basilicum (of marjolein). Ca. 6 rijpe óf blik (niet te zure!) Italiaanse tomaten<br />
erbij en 1½ dl blokjesbouillon en evt. klein blikje tomatenpuree en op zacht vuur ½ uurtje laten smoren<br />
(met de deksel op de pan). Hierna evt. met staafmixer pureren en weer even laten inkoken met open<br />
pan - en op smaak maken met versgemalen peper & zout (of wat tabascosaus), theelepeltje suiker en<br />
½ theelepel oregano (evt. snufje marjolein én basilicum). Om een lichte rooksmaak eraan te geven een<br />
stukje rookspekzwoerd erin mee laten smoren. Er evt. op het laatst nog verse basilicum en/of marjolein<br />
door roeren, en eetlepel olijfolie (en/of balsamico!) toevoegen.<br />
PASTA<br />
Lintmacaronie (tagliatelle of noedels)<br />
Zelf te maken (zonder pastamachine) met 2 ons bloem (liefst van 'harde' tarwe) vermengd met snufje<br />
zout; hierin kuiltje maken en daarin 2 eieren en theelepel koud water; met een vork van buiten naar<br />
binnen 'werken' en 15 min. zeer stevig kneden tot elastisch (maar wel wat 'stijf') deeg; dit ½ uur laten<br />
rusten op koele plek en daarna uitrollen (met deegroller of fles) op met beetje bloem bestoven werkvlak:<br />
eerst tot ca. 6 mm dikte, daarna vouwen en opnieuw uitrollen, in totaal ca. 3 x tot op het laatst een<br />
dikte van ca. 1½ mm is bereikt. Dan wéér vouwen en met een scherp mes aan reepjes snijden van ca.<br />
1½ cm breed. Minstens ½ uur laten drogen (bijv. tussen theedoeken) en daarna (zonder deksel!) koken<br />
als elke pasta: ca. 5-8 min. in ruim kokend water waaraan zout en evt. lepeltje olie is toegevoegd,<br />
daarna uitlekken in vergiet (evt. even afspoelen met koud water om het kookproces te stoppen!)<br />
en terug in de pan mét wat boter (of olijfolie) en heel even op heel laag vuur weer warm 'stoven'.<br />
'Al dente' heet het 'bijtgaar' koken van pasta: net gaar maar nog wel ietwat stevig.<br />
De pasta's die in de handel zijn kunnen zowel met als zonder ei zijn vervaardigd: ook hier zal 'het<br />
proeven van' aantonen dat (de) 'smaken verschillen' (het Hollandse merk Honig doet zeker niet onder<br />
voor het Italiaanse merk Grand'Italia, alleen bijv. de duurdere Barilla is puur ‘durum’: harde tarwe).<br />
Opwarmen van reeds gare pasta kan het beste op z'n Italiaans: door zachtjes 'roerbakken' in wat<br />
olijfolie; dit geeft bepaald een 'toegevoegde waarde'!<br />
Farfalle = vlindervormige pasta Penne = buisvormige pasta<br />
Fusilli = kurketrekkervormige pasta Pipe = schelpvormige pasta<br />
Linguine = hele dunne buisvormige pasta<br />
Macaroni = dikkere (veelal elleboog) vorm Spaghetti = dunne en niet holle macaronivorm<br />
Sedani = dik soort macaroni Spaghettini = dunner soort spaghetti
126<br />
PASTA- GERECHTEN (zie ook pag.34 - pag.48 - pag.52 - pag. 58 voor vleesgerechten passend bij pasta)<br />
Farfalle in roomsaus:<br />
1 dl slagroom met eetlepel boter en eetlepel versgeraspte<br />
Parmezaanse kaas en versgemalen<br />
zwarte peper op laag vuur tot een stevig mengsel<br />
roeren en dit door 2 ons gaar gekookte pasta<br />
mengen. Serveren met geraspte (oude) kaas.<br />
Variant: ½ ons boter zachtjes smelten met 2 eetlepels<br />
crème fraîche en 3 ons versgeraspte Parmezaanse<br />
kaas: op smaak maken met nootmuskaat,<br />
royaal (zwarte) peper en zout. Op laag vuur romig<br />
kloppen.<br />
Farfalle of Fusilli met broccoli en kippelevertjes:<br />
grote ui fijn snijden en in ½ ons boter (licht)bruin<br />
bakken, dan ½ pond kippelevertjes-in-stukken erbij<br />
en ca. 3 min. roerbakken en op smaak maken met<br />
zout en peper (en evt. cayennepeper). De broccolistronk<br />
gewoon meekoken met de pasta, de roosjes<br />
hooguit 5 min. koken in flink gezouten water - daar<br />
de kippelevertjes door, mét 2 eetlepels olijfolie, en<br />
mengen met de (net) gaar gekookte pasta.<br />
Fusilli met paddestoelen:<br />
in 3 eetlepels olijfolie gesnipperde ui en pondje fijngehakte<br />
paddestoelen (champignons, cantharellen,<br />
oesterzwammen) op laag vuur 10 min. (roer-)<br />
bakken. Blik tomaten erbij, met zout en peper, en<br />
45 min. laten pruttelen. Eetlepel fijngehakte peterselie<br />
erdoor en dan óver de gaar gekookte fusilli:<br />
bestrooien met geraspte Parmezaanse kaas.<br />
Gratin di pasta al profumo di bosco:<br />
gesnipperd uitje glazig fruiten in olie en (kastanje-)<br />
champignons kort meebakken. Bechamelsaus maken<br />
en daarin (paddestoel-)bouillontablet laten<br />
smelten. Hier het baksel bij én bolletje mozarella-instukjes<br />
en ¼ ons geraspte Parmezaanse kaas (en<br />
evt. ½ ons Parmaham in dunne flinters). Door de al<br />
dente gekookte pasta, in een ovenschaal, bestrooid<br />
met ¼ ons Parmezaanse kaas, en dan 15-25 min.<br />
in de oven.<br />
Linguine met feta, citroen en basilicum:<br />
pak gaargekookte pasta (met nog wat kookvocht)<br />
mengen met eetlepels olijfolie, rasp én sap van een<br />
citroen, 2 ons verkruimelde feta, 5 eetlepels vers<br />
geraspte Parmezaanse kaas en 2 eetlepels geroosterde<br />
pijnboompitten en basilicumblaadjes. Op<br />
smaak maken met peper en zout.<br />
Macaroni met ham en kaas:<br />
bijtgaar gekookte macaroni mengen met geraspte<br />
kaas (tot dit draden trekt) en met fijngesneden<br />
(gekookte) ham: op smaak maken met peper en<br />
zout, daarna in ingevette ovenschaal en bedekken<br />
met dun laagje Mornaysaus (zie pag. 18) en even<br />
onder de grill gratineren.<br />
Poolse macaronischotel:<br />
in 25 g boter gesnipperde ui goudgeel fruiten, dan 2<br />
ons champignons-in-plakjes erin meebakken: 3 eetlepels<br />
bloem erover, 2 dl droge witte wijn erbij en er<br />
dan 1 dl room door roeren met als kruiderij: zout,<br />
peper, tijm, majoraan, salie, peterselie en bieslook -<br />
en 5 min. zachtjes doorkoken. Dan met (net) gaar<br />
gekookte macaroni en 1-2 ons geraspte kaas laagom-laag<br />
in (warme) schaal, met als bovenste laag<br />
geraspte kaas, en dit overgieten met wat gesmolten<br />
boter en bestrooien met paprikapoeder. Onder de<br />
grill of in hete oven even opwarmen en gratineren.<br />
Macaroni met ham, doperwten en bieslook:<br />
In onsje boter ons gekookte ham-in-blokjes en half<br />
pond doperwten (vers of uit diepvries) enkele min.<br />
op laag vuur aanbakken, dan 2 dl slagroom en ons<br />
versgeraspte Parmezaanse kaas erdoor en 10 min.<br />
laten pruttelen. Dan door 4 ons gekookte macaroni<br />
en bestrooien met eetlepel gesnipperde bieslook.<br />
Pasta alla corsara:<br />
ons rookspek + ½ ons ham in blokjes snijden en in<br />
een braadpan bakken in 2 eetlepels olijfolie, flinke<br />
fijngesnipperde ui (en evt. 5 zwarte olijven) even<br />
mee bakken. Dan ¼ glas rode wijn al roerend erbij<br />
en na 10 min. blik tomaten, samen met ½ eetlepel<br />
oregano, wat peterselie en peper en zout naar<br />
smaak. Met deksel op de pan 20 min. laten<br />
sudderen. Past goed bij de pastavorm penne: na<br />
afgieten eerst wat roomboter erdoor mengen en<br />
daarna de saus. Serveren met Parmezaanse kaas.<br />
Pasta met gehakt, aubergine en munt:<br />
ongeschilde aubergine(s)-in-blokjes in vergiet ruim<br />
bestrooien met (zee)zout en goed door elkaar husselen:<br />
half uurtje laten uitzweten, daarna afspoelen<br />
en laten uitlekken. Dan bij de in olijfolie goed gaar<br />
gefruite gesnipperde ui doen, en roerbakken tot de<br />
aubergine begint te kleuren en zacht begint te<br />
worden. Dan ½ pond rundergehakt erin rul bakken,<br />
blik gepelde tomaten erdoor, en op smaak maken<br />
met rode(chili)peperkorrels, gedroogde munt en<br />
maggiblokje – en nog 10 - 15 min. heel zachtjes<br />
laten garen. Serveren met Parmezaanse kaas.
Penne met verse zalm, prei en tomaat:<br />
½ pond penne net gaar koken en mengen met klein<br />
flesje (kook)room en 2 ons prei in dunne ringen<br />
gesneden (én eerst even geblancheerd) en na even<br />
doorwarmen overdoen in ingevette ovenschaal.<br />
Pondje verse zalmfilet in 12 stukjes snijden,<br />
besprenkelen met citroensap en kruiden met peper<br />
en zout – en dan tussen de penne leggen, samen<br />
met goede tomaten in stukken (bijv. Tasty Tom).<br />
Enkele eetlepels Italiaanse kruiden (of kruiden naar<br />
keuze, als basilicum, tijm en oregano!) mengen met<br />
brood-(of beschuit-)kruim, samen met ½ ons<br />
geraspte oude kaas (bijv. Parmezaanse) en dit<br />
erdoor (en ten dele erover). Besprenkelen met<br />
olijfolie en dan 20-25 min. in voorverwarmde oven<br />
van 200° (als het te donker wordt op het laatst even<br />
onder deksel of aluminiumfolie). In deze hoeveelheid<br />
voor (minstens) 4 personen.<br />
Pipe met zalm-uit-blik en courgette:<br />
kleine courgette in (hele) dunne plakjes samen met<br />
3 lenteuitjes-in-ringetjes ca. 5 min. op laag vuur<br />
smoren in boter, dan onsje roomkaas en ½ bekertje<br />
crème fraîche met eetlepel citroenrasp erdoor, en<br />
evt. met water verdunnen tot dunne saus. Dan<br />
blikje uitgelekte (en van vel en graten ontdane)<br />
zalm erdoor brokkelen en op smaak maken met<br />
peper en zout. Evt. de al dente gekookte pasta<br />
mengen met grofgehakte rucola en basilicum-<br />
blaadjes. Serveren met Parmezaanse kaas erover.<br />
Pipe rigate (of penne) met tonijn-tomatensaus:<br />
in (zo nodig wat aangevulde) olie van de uitgelekte<br />
tonijn (in blik van 200 g) gesnipperde sjalot fruiten<br />
op matig vuur, dan 2-3 fijngesneden ansjovisfilets<br />
minuut meefruiten, pak gezeefde tomaten erdoor<br />
en laten inkoken tot dikke saus. Dan de tonijn in vrij<br />
grote stukjes erdoor, samen met ons mozarella in<br />
dunne schijfjes gesneden, theelepel oregano en<br />
fijngesneden zwarte olijven (dan niet meer koken).<br />
Op smaak maken met peper en zout. Door (of voor)<br />
4 ons gaargekookte pasta. Serveren met versgeraspte<br />
Parmezaanse kaas.<br />
Sedani (of penne) met rookworst:<br />
gesnipperde middelgrote ui en ca. ½ ons fijngesneden<br />
wortel in ½ ons margarine op laag vuur in<br />
enkele min. glazig fruiten, dan in hele dunne plakjes<br />
gesneden rookworst (goede - van de slager!)<br />
erdoor en paar min. meebakken. Dan blik tomaten<br />
erbij, takje rozemarijn, blaadje salie, ½ laurierblad<br />
en evt. wat tabascosaus (of Worcestershire-saus!).<br />
Op matig vuur ca. ½ uur laten inkoken. Vlak voor<br />
het opdienen eetlepel fijngehakte peterselie (of<br />
majoraan) erdoor en op smaak maken met peper<br />
en zout. Serveren met versgeraspte Parmezaanse<br />
kaas.<br />
127<br />
Spaghetti alla carbonara:<br />
½ -1 ons goede (echt gerookte!) rookspekreepjes<br />
met gesnipperd sjalotje zachtjes(!) uitbakken in olijfolie,<br />
evt. ½ onsje boter erin laten smelten. Dan de<br />
beetgaar gekookte pasta erbij doen en (pas) dan<br />
erdoor roeren een mengsel van een ei, losgeklopt<br />
met eetlepels room en geraspte Parmezaanse<br />
kaas, op smaak gemaakt met peper, zout (en evt.<br />
oregano). Versgemalen zwarte peper erover én evt.<br />
gesnipperde peterselie. Ook andere ‘lange-dunne’<br />
pastavormen (als linguine) zijn geschikt hiervoor.<br />
Spaghetti met tonijnsaus:<br />
in eetlepel olijfolie gesnipperd sjalotje fruiten, dan dl<br />
kippebouillon en 2 eetlepels sherry erdoor en aan<br />
de kook brengen: na 5 min. inkoken blikje uitgelekte<br />
tonijn en eetlepel peterselie erbij en op smaak<br />
maken met peper en zout. Dan eetlepel room erdoor<br />
en over de net gaar gekookte pasta.<br />
Variant: venkelknol-in-reepjes even fruiten in boter<br />
en aanlengen met 5 eetlepels water: in ca. 5 min.<br />
gaar stoven. Blikje tonijn-in-olie samen pureren met<br />
bekertje crème fraîche en 3 eetlepels schenkroom:<br />
op smaak maken met citroensap, eetlepel gembersiroop,<br />
peper en zout. Samen met de (warme)<br />
venkel door de gaargekookte pasta.<br />
Spaghetti met witlofreepjes en ham:<br />
ons gekookte ham-in-blokjes in eetlepel(s) olijfolie<br />
enkele min. bakken, dan pondje witlof-in-reepjes<br />
erin tot beetgaar roerbakken en mengen met bekertje<br />
slagroom: nog enkele min. laten koken en op<br />
smaak maken met peper en zout. Dan door de<br />
gaar gekookte spaghetti (of andere pastavorm) en<br />
serveren met versgeraspte Parmezaanse kaas.<br />
Spaghetti met champignons en prei:<br />
in 2 eetlepels olie ½ pond, in niet al te dunne plakjes<br />
gesneden, champignons op matig vuur aanbakken<br />
(tot ze beginnen te kleuren), samen met geraspte<br />
sjalot, 1 ons prei-in-ringen, 1 ons dik-gesneden<br />
ontbijtspek en snuf tijm. Dan room erdoor en<br />
even inkoken: op smaak maken met peper en zout.<br />
Door 'al dente' gekookte pasta roeren en bestrooien<br />
met gesnipperde peterselie.<br />
Spaghetti met kipfilet-mosterdsaus:<br />
½ pond kipfilet bestrijken met eetlepel(s) mosterd,<br />
dan in stukjes snijden en kruiden met peper en<br />
zout: in ½ ons hete boter boven matig vuur 5-10<br />
min. bakken, samen met enkele stengels bleekselderij-in-stukjes.<br />
Eruit nemen met schuimspaan<br />
en in bakboter 35 g bloem even aanfruiten en vervolgens<br />
met 2 dl (kippe-)bouillon tot gladde saus<br />
binden. Deze verdunnen (en verzachten) met klein<br />
bekertje slagroom. De kip met bleekselderij er weer<br />
door en goed doorwarmen: over de gaar gekookte<br />
pasta.
Spaghetti all’Amatriciana:<br />
1 ons rookspek (of rauwe ham) in blokjes aanbakken<br />
in olijfolie, gesnipperde ui erdoor en 10 min.<br />
fruiten op laag vuur. Pondje (ontvelde en ontpitte)<br />
tomaten erdoor (of blik gepelde tomaten) en fijngesneden<br />
Spaans pepertje (of sambal) en afgedekt<br />
40 min. laten pruttelen, zo nodig wat water erbij.<br />
Spaghetti Florentine:<br />
pak ontdooide diepvries-spinazie ca. 5 min. stoven<br />
in eetlepel boter, waarin eerst gesnipperde ui glazig<br />
is gefruit, dan mengen met ½ pond (net) gaar<br />
gekookte spaghetti en ½ ons uitgebakken (lichtbruin<br />
gefruite) rookspek-blokjes. Evt. ook nog beleggen<br />
met even aangebakken plakjes rookspek en<br />
bestrooien met Parmezaanse kaas.<br />
Tagliatelle met crème fraîche en boter:<br />
ons boter zachtjes smelten, samen met 4 eetlepels<br />
crème fraîche, en dan mengen met ½ ons geraspte<br />
Parmezaanse kaas: beetje nootmuskaat en flink<br />
wat peper erdoor en de saus tot romig kloppen. Dit<br />
over de net gare tagliatelle (of vergelijkbare bredere<br />
pasta, bij voorkeur in de groene verdi-versie) en bestrooien<br />
met Parmezaanse kaas.<br />
Tagliatelle met verse worst:<br />
van verse (met)worst (of saucijsje) velletje eraf en<br />
in 10 min. rul en gaar bakken in margarine. Dan 2<br />
ons doperwten (uit diepvries!) ca. 10 min. op laag<br />
vuur gaar stoven in margarine waarin eerst<br />
gesnipperd uitje en sjalot zijn gefruit - en beide<br />
bestanddelen mengen met net gaar gekookte<br />
tagliatelle, samen met onsje geraspte kaas en<br />
slagroom naar smaak.<br />
Tagliatelle del ghiottone<br />
gesnipperde ui (of sjalotjes) op laag vuur kleuren in<br />
4 eetlepels olijfolie en daarna 200 g diepvriesdoperwtjes<br />
10 min. mee laten fruiten, dan 100 g<br />
paddestoelen en 100 g fijngesneden gekookte ham<br />
5 min. mee laten sudderen. Dan 125 cc slagroom<br />
erdoor en 10 min. op laag vuur laten koken. Van het<br />
vuur af flink wat gesnipperde peterselie erdoor en<br />
deze saus door 350 g (net) gaar gekookte (liefst<br />
verse) tagliatelle. Tot slot 2 eetlepels versgeraspte<br />
Parmezaanse kaas erover.<br />
Tagliatelle con proscuitto:<br />
ui-in-ringen zacht fruiten in ½ ons boter en dan daar<br />
250 g (diepvries)doperwten en 2 ons gekookte<br />
ham-in-blokjes bij doen en enkele min. zachtjes<br />
mee-bakken. Dan 2½ dl droge witte wijn erbij en<br />
koken tot het vrijwel verdampt is. Bouillonblokje<br />
erover verkruimelen en 1½ dl water erbij doen en<br />
aan de kook brengen. Door de gaargekookte pasta<br />
mengen. Versgeraspte Parmezaanse kaas erover.<br />
128<br />
Tagliatelle met kip-sinaasappel-saus:<br />
in eetlepel olijfolie met eetlepel boter gesnipperde ui<br />
5 min. fruiten, dan ½ pond kipfilet-in-stukjes 5 min.<br />
mee-bakken, daarna nog half pond champignonsin-plakjes<br />
al omscheppend 5 min. mee-bakken.<br />
Erbij doen sap van een sinaasappel, half theelepeltje<br />
kaneel, evenveel kerrie en peper en zout - en<br />
onder deksel 5 min. zachtjes stoven. Dan eetlepel<br />
sinaasappel-(of manderijn-)likeur en evt. sinaasappel-in-partjes<br />
erdoor en ca. 2 min. verhitten.<br />
Afmaken met dl crème fraîche en evenveel schenkroom:<br />
dan niet meer koken. Op smaak maken met<br />
peper en zout.<br />
Tagliatelle met grote garnalen:<br />
in boter ½ pondje gamba’s gaar bakken (nog grijze<br />
in 7 min., de al roze in 3 min.). Samen met gesnipperde<br />
bieslook en citroenrasp door de net gaar<br />
gekookte tagliatelle roeren.<br />
Tagliatelle(of penne) met kippelevertjes en salie:<br />
in ½ ons boter 1 ons bacon-in-reepjes 2 min. aanbakken,<br />
dan 4 ons gehalveerde kippelevertjes<br />
(minuutje geblancheerd in kokend water) erdoor en<br />
8 verse salieblaadjes-in-reepjes: 4 min. roer-bakken,<br />
dan dl slagroom en 2 eetlepels madeira erdoor<br />
en minuutje mee-warmen. Peper en zout naar<br />
smaak erbij. Door de gare pasta roeren.<br />
Variant: gesnipperde ui(en) in olijfolie op zacht vuur<br />
en onder deksel in 15 min. goed gaar bakken!<br />
Intussen de kippelevertjes-in-stukken in wat boter<br />
op wat hoger vuur, na paar min. zachter, ca. 5 min.<br />
aanbakken (met in de vrije hoekjes de verse salieblaadjes:<br />
deze er uit halen, en hiermee serveren!),<br />
dan ½ glas witte wijn erbij en even laten verdampen,<br />
dan tomaat-in-stukjes erdoor én de uien,<br />
en op smaak maken met zout en peper.<br />
Tagliatelle met courgette en prei:<br />
ca. 2 ons prei in de lengte in repen van 1 cm breed<br />
snijden en 2 min. voor het einde van de kooktijd bij<br />
de 2 ons pasta in de (ruime) pan doen, samen met<br />
een in hele dunne plakjes gesneden courgette. Dan<br />
over doen in een met olijfolie bestreken ovenschaal,<br />
bestrooien met zout en peper en overgieten met<br />
klein bekertje slagroom en eetlepel(s) olijfolie, dan<br />
75 g vers geraspte Parmezaanse kaas erover en<br />
ca. 15 min. in voorverwarmde oven van 180°. Evt.<br />
kipfilet of schnitzel of iets dergelijks erbij serveren.
Cannelloni:<br />
'voorgevormde' rolletjes kopen óf béter (al of niet<br />
zelfgemaakte) lasagnevellen zélf (vullen en dan)<br />
oprollen.<br />
A. Vulling met rundvlees:<br />
fijngehakt uitje fruiten en hier ½ ons fijngesneden<br />
ham (óf ontbijtspek) en ½ laurierblad bij doen. Dan<br />
4 ons mager rundvlees (bijv. staartstuk) in kleine<br />
stukjes gesneden even hierin aanbakken, een eetlepel<br />
bloem erover, wat bouillon erbij (en evt. blik<br />
tomaten) en naar smaak peper, zout en nootmuskaat.<br />
Minstens een uur laten sudderen, tot het vlees<br />
heel fijn is te hakken (evt. in een keukenmachine).<br />
Na dit fijn maken (of malen) vermengen met even<br />
in melk gedoopt (en weer uitgedrukt) droog brood,<br />
een ei en zeer oude (liefst Parmezaanse) geraspte<br />
kaas. Kneden tot stevige massa en daarmee de<br />
rolletjes vullen.<br />
B. Vulling met varkensvlees:<br />
fijngehakte ui fruiten en hierin 1 ons gekookte + 1<br />
ons rauwe ham (fijngesneden) even aanbraden,<br />
dan fijngesneden champignons erbij en het geheel<br />
heel fijn maken (evt. in keukenmachine). Ca. 1 ons<br />
hamlap apart bakken en daarna fijn hakken (als boven).<br />
Dan door een dikke béchamelsaus roeren,<br />
samen met een ei en naar smaak geraspte (Parmezaanse)<br />
kaas.<br />
N.B.: evt. zijn de pasta-velletjes eerst te beleggen<br />
met een plak ham en een reepje mozarella (en met<br />
gesnipperde peterselie).<br />
Beboterde vuurvaste schaal (mét deksel!) aldus<br />
vullen: als onderste laag tomatensaus (zie pag.<br />
125) en/óf béchamelsaus (zie pag.18), daarop een<br />
aantal cannellonirollen, dan weer een laagje (tomaten-<br />
en/of béchamel-)saus, enz.: om-en-om. Zo nu<br />
en dan laagje niet-gerolde pastavelletjes er tussen.<br />
Als laatste laag altijd saus (liefst wat dunne bij<br />
béchamel!) en hieroverheen geraspte (liefst Parmezaanse)<br />
kaas strooien, met wat verspreide klontjes<br />
boter. Als het geheel nog warm is, kan worden<br />
volstaan met even onder de grill, anders de (afgedekte!)<br />
schaal vrij bovenin de oven, hetzij urenlang<br />
op vrij zacht 'pitje', hetzij minstens ½ uur in goed<br />
hete oven van 200°(vermijd vooral het ónderin aanbranden!)<br />
Aan het eind dan nog even helemaal<br />
bovenin de oven zónder deksel óf onder de grill.<br />
129<br />
N.B. Een 'snelle' tomatensaus is aldus te maken:<br />
blik tomaten fijnprakken (of zeven óf een pak<br />
gezeefde tomaten nemen) en zacht aan de kook<br />
brengen met 2 eetlepels (wijn-)azijn, 2 eetlepels olie<br />
en peper & zout én ½ theelepeltje suiker en theelepel(s)<br />
oregano. En hier in hele dunne reepjes<br />
gesneden bleekselderij doorheen.<br />
Voor 'gewone' tomatensaus zie pag. 125.<br />
Voor béchamelsaus zie Hfst. II onder Warme<br />
sausen (pag. 18). Béchamelsaus is te vervangen<br />
door een veloutésaus (zie pag. 18) of door een<br />
monchousaus (zie pag. 125).<br />
Bij zowel cannelloni als lasagne (zie volgende pag.)<br />
zorgen voor ruim voldoende béchamelsaus, anders<br />
blijven de (al of niet voorgekookte) pastavelletjes<br />
'dor en droog'!<br />
(voorgevormde) Cannelloni-rolletjes kunnen ook<br />
in, niet te kleine, stukken worden gebroken en dan<br />
als ‘schotsen’ (sfizi) gebruikt, met bijv. als saus:<br />
150 g selderijknol-in-kleine-blokjes samen met ½<br />
(savooie-)kooltje-in-reepjes even aanbakken in 6<br />
eetlepels olijfolie, ½ glas (witte) wijn erbij en wat<br />
zout en 10 min. zachtjes laten smoren. Dan 200 g<br />
gekookte linzen (evt. ander soort peulvrucht) met<br />
eetlepel tomatenpuree erdoor, en op smaak maken<br />
met peper en rozemarijn - en zo nodig smeuig<br />
maken met wat blokjesbouillon. Serveren met vers<br />
geraspte Parmezaanse kaas.
Lasagne:<br />
voorgekookte velletjes (geel of groen) kopen óf zelf<br />
pasta maken (pag. 125). Voor groene pasta: in<br />
plaats van water zéér goed 'droog-gedrukte' (of gezeefde)<br />
gekookte verse óf diepvries-spinazie gebruiken,<br />
in de verhouding van ca. 1 pond verse<br />
spinazie op 1 pond bloem. Na het (gedegen en<br />
moeizame) uitrollen de pasta in rechthoekige stukken<br />
snijden van ca. 7 bij 10 cm.<br />
Gehaktvulling:<br />
fijngesneden ui, wortel en ½ bos bleekselderij gaar<br />
fruiten in 50 g margarine en hierin al prakkend rul<br />
fruiten ½ pond (runder)gehakt en ½ pond saucijsjes<br />
(van velletjes ontdaan), het vlees mag niet te bruin<br />
worden! Dan glas droge (witte) wijn erbij en dit even<br />
laten verdampen. Blik tomaten erbij, samen met<br />
paar laurierblaadjes, versgemalen (liefst zwarte)<br />
peper en evt. wat zout (of bouillonblokje) en/of nootmuskaat.<br />
Minstens een uur laten sudderen, als het<br />
dan nog te dun is even op hoog vuur wat laten inkoken<br />
tot de gewenste dikte. Zo nodig weer wat te<br />
'verzachten' en te verdunnen met melk. Evt. laatste<br />
20 min. champignons-in-plakjes mee laten stoven.<br />
N.B.: zeker bij voorgekookte lasagnevelletjes moet<br />
het voldoende dun blijven om deze goed zacht te<br />
laten worden (bij twijfel de velletjes toch even 5 min.<br />
voor-koken).<br />
Variatie hierop (alla Bolognese):<br />
1 ui, 1 stengel bleekselderij en 1 ons bacon heel fijn<br />
hakken (in keukenmachine of met staafmixer) en<br />
op matig vuur fruiten. Hierin 4 ons mager gehakt rul<br />
en gaar (niet bruin) bakken. Hierdoor mengen: 1<br />
eetlepel peterselie, 1 eetlepel tomatenpuree, 1 dl<br />
droge wijn en ¼ l bouillon, en dit even aan de kook<br />
brengen. Op laag vuur laten inkoken (zonder<br />
deksel). Hierdoor roeren 1 dl slagroom en op<br />
smaak maken met peper en zout (of bouillonblokje),<br />
en nog weer ca. 10 min. laten (in)koken.<br />
130<br />
Ingevette ovenschaal (mét deksel) aldus vullen: als<br />
onderste laag een flinke hoeveelheid (vrij dunne)<br />
béchamelsaus, waarin flink nootmuskaat is verwerkt<br />
(zie pag. 18), dan laagje pasta, dan laag<br />
vleessaus, dan weer laag pasta, weer vleessaus,<br />
en zo om-en-om. Evt. er tussendoor geraspte kaas<br />
strooien (zéker als er in de saus géén kaas is verwerkt)<br />
én nu en dan wat béchamelsaus. Als laatste<br />
laag altijd béchamelsaus en daarover flink wat<br />
geraspte (liefst Parmezaanse!) kaas strooien (en/óf<br />
Parmezaanse kaas los erbij serveren). En (een<br />
deel van) de béchamelsaus is evt. te vervangen<br />
door mozzarellakaas(-plakjes) of zelfs ricotta.<br />
De (evt. met aluminiumfolie) afgedekte schaal vrij<br />
bovenin de oven, hetzij uren achtereen bij lage<br />
ovenstand (voorkom het 'verdorren' van de kaaslaag!),<br />
hetzij minstens ½ uur in een hete oven van<br />
180° - 200° (let dán vooral op het te zwart worden<br />
onderin!). Tot slot nog even zonder afdekking<br />
bovenin de oven óf onder de grill.<br />
Lasagne spinaci: de laagjes pasta afwisselen met<br />
dunne laagjes gare (goed uitgelekte!) spinazie én<br />
laagjes uitgebakken (en verkruimeld) ontbijtspek of<br />
bacon; wél steeds béchamelsaus ertussen!<br />
Lasagne met Mozarella: ansjovisfilets ontzilten in<br />
koude melk en mengen met een blik tomaten. Als<br />
onderste laag in ovenschaal een dikke laag béchamelsaus<br />
(zie pag. 18), met daarover 2 eetlepels<br />
geraspte oude (of Gruyère) kaas. Hierop dunne<br />
plakjes mozzarellakaas met iets van het tomatenmengsel,<br />
en dit enkele malen herhalen. Als<br />
bovenste laag lasagne-pasta en daarover geraspte<br />
(liefst weer Gruyère) kaas.
VARIATIES:<br />
Snelle imitatie-Lasagne (met macaroni of noedels):<br />
in braadpan gesnipperde ui fruiten met 1<br />
pond uit-elkaar-geprakte rundergehakt, tot dit de<br />
rode kleur heeft verloren en rul is geworden. Er dan<br />
zout en peper over strooien en nog 15 min. op heel<br />
zacht vuur laten door braden. De macaroni gaar<br />
koken. Kilo verse bladspinazie gaar koken en deze<br />
fijn hakken (of pak diepvries-spinazie ontdooien en<br />
opwarmen), laten uitlekken (en goed droog persen)<br />
en er vervolgens 2 eetlepels room door roeren.<br />
Beboterde ovenschaal vullen met om-en-om laagjes<br />
macaroni-spinazie-gehakt, met als onderste en<br />
bovenste laag altijd pasta. Hier geraspte (oude)<br />
kaas over strooien en enkele kluitjes boter daarover<br />
verspreiden, en dan de schotel óf onder de grill om<br />
er een korstje op te laten komen óf eerst nog even<br />
in de hete oven (vooral als het wat is afgekoeld).<br />
Variant: canneloni-rolletjes vullen met de spinazie,<br />
enz., en dan bedekt met béchamelsaus en geraspte<br />
kaas ca. 35 min. in voorverwarmde oven van<br />
200°.<br />
Variant (Macaroni Florentine): in beboterde ovenschaal<br />
laag-om-laag (net) gaargekookte macaroni,<br />
plakken (belegen) kaas, plakken ham en spinazie à<br />
la crème (zie pag. 88) - met als laatste laag<br />
macaroni. Bestrooien met geraspte kaas en beleggen<br />
met klontjes boter, en dan ca. 20 min. middenin<br />
voorverwarmde oven van 200°<br />
Spinazie-rotolo-rol:<br />
Pak diepvries-spinazie stoven met beetje margarine<br />
en (ervoor en erna) zeer goed laten uitlekken resp.<br />
'uitpersen'. Hüttenkäse door een doek uitknijpen en<br />
evt. nog door een zeef drukken (of liever nog de<br />
wat drogere Italiaanse ricotta gebruiken) en hier de<br />
spinazie doorheen mengen, samen met een eierdooier<br />
en 1 ons geraspte oude (liefst Parmezaanse)<br />
kaas. Op smaak maken met zout, peper en nootmuskaat.<br />
Pastadeeg maken (zie onderaan pag. 125: nu natuurlijk<br />
niet in reepjes snijden maar in de gewenste<br />
vorm en grootte en verder 'uit-rekken' tot groot<br />
'vierkant' van ca. 2 mm. dikte).<br />
Spinaziemengsel hierin rollen, verpakken in dunne<br />
(en geurloze!) doek en deze afbinden. In grote pan<br />
in ruim water (met theelepel zout!) in ca. 50 min. op<br />
matig vuur gaar laten worden. Na wat afkoelen en<br />
'onthullen' in plakken snijden van ca. 1½ cm dikte.<br />
Op matig vuur 50 g boter smelten en daar bekertje<br />
crème fraîche bij doen en dit over de rotolo gieten<br />
(óf tomatensaus erover).<br />
131<br />
Gekruide groenterolletjes:<br />
Deegbal maken van ½ pond bloem, theelepel(s)<br />
zout, 1 dl lauw water, 1 ei en eetlepel(s) olie en dit<br />
in een hete droge pan (op bakpapier en onder<br />
deksel) ½ uurtje laten rijzen. Dan in achten verdelen<br />
en elk bolletje heel dun uitrollen (en 'uitrekken') tot<br />
rechthoekjes van 18 x 25 cm.: deze met olie<br />
bestrijken en steeds ene helft ervan bedekken met<br />
een deel van de volgende vulling: 2 ons wortel (grof<br />
geraspt),<br />
2 ons prei en 2 stengels bleekselderij (in reepjes),<br />
bakje champignons (in plakjes) en gesnipperde ui<br />
fruiten in 3 eetlepels olie, kruiden met peper, zout<br />
en Italiaanse kruiden en 3-5 min. laten stoven: dan<br />
½ pond losgeprakte gehakt en 2 losgeklopte eieren<br />
erdoor roeren en op smaak maken met peper en<br />
zout. De deeglapjes voorzichtig oprollen en dan,<br />
bestreken met gesmolten boter, ca. 35 min. in een<br />
voorverwarmde oven van 200°-225°.<br />
Ravioli à la Florentine:<br />
Pasta-lap maken: zie onderaan pag. 125 en de ene<br />
helft beleggen met hoopjes van de volgende vulling:<br />
½ pond spinazie paar min. laten slinken in aanhangend<br />
vocht, laten uitlekken en zoveel mogelijk<br />
vocht eruit persen en in mengbeker tot glad<br />
mengsel mixen met ½ ons gekookte ham, 75 g<br />
geraspte oude kaas, mespunt nootmuskaat en<br />
peper en zout naar smaak; hierbij doen ca. de helft<br />
van een losgeklopt ei. Met een kwastje de ruimten<br />
tussen de hoopjes besmeren met losgeklopt ei, dan<br />
andere deeglap erover leggen, goed aandrukken en<br />
met gekarteld deegwieltje los van elkaar snijden. In<br />
grote pan met kokend water in ca. 4 min. gaar<br />
koken en dan laten uitlekken. Serveren met wat<br />
gesmolten boter en geraspte kaas erover.<br />
Ravioli-variant (Noedels vlgs. Helmut Kohl):<br />
Pastadeeg maken (zie pag. 125) en hieruit vierkantjes<br />
van ca. 15 cm snijden: deze 'vol' vullen met<br />
mengsel van ½ pond gehakt, ½ pond ontvelde<br />
(kalfs-)braadworst (óf verse worst), ½ pond fijngehakte<br />
geblancheerde verse spinazie (of gare<br />
diepvriesspinazie: goed uitgelekt en droog geknepen),<br />
bosje gesnipperde peterselie, 2 eieren, zout,<br />
peper, nootmuskaat, tijm en majoraan. De randen<br />
stevig aandrukken (vastplakken) en dan gaar koken<br />
in kokende vleesbouillon (tot ze boven komen<br />
drijven). Serveren met in (geklaarde) boter bruin<br />
gebakken uienringen én met wat van de bouillon, in<br />
een diep soepbord.
AANVERWANTE DEEG-GERECHTEN<br />
Gnocchi in Nederland meestal in de vorm van<br />
aardappelgnocchi (gnocchi di patata) ook kant<br />
en klaar verkrijgbaar. Zie hiervoor op pag, 76<br />
onder ‘schuif-noedels’ of knoedels.<br />
Gnocchi alla romana (met griesmeel)<br />
Half pond griesmeel in 5-10 min. gaar (en dik)<br />
koken in 1 l melk met, al roerend, 2 eierdooiers en<br />
mespuntje zout & peper erdoor. Evt. van het vuur af<br />
nog eetlepel geraspte kaas erdoor én de 2 stijf-<br />
geklopte eiwitten. Uitsmeren op, met koud water<br />
afgespoelde, bakplaat tot laagje van ca. ½ cm. Na<br />
afkoelen en 'stollen' met een borrelglas hier rondjes<br />
uit prikken. Deze dakpansgewijs in een<br />
ingevette ovenschaal en bestrooien met oude (liefst<br />
Parme-zaanse) geraspte kaas en verspreide<br />
klontjes boter. Iets boven het midden in een oven<br />
van 200° in ca. 20 min. goudgeel laten kleuren.<br />
Gnocchi alla parigina (met bloem)<br />
Al roerend 2 dl melk met 60 g boter en snufje zout<br />
aan de kook brengen en dan even van het vuur af<br />
in één keer 150 g bloem erbij en roeren tot glad<br />
deeg; terug op (laag) vuur en roeren tot het deeg<br />
als een bal van de bodem loslaat (als bij<br />
soesendeeg); na even afkoelen er één-voor-één 2<br />
eieren door kloppen en er dan wat geraspte kaas<br />
en nootmus-kaat door roeren; blijven roeren tot het<br />
deeg blazen gaat trekken en gaat glanzen. Dan<br />
theelepelsgewijs, met de ene lepel van de andere<br />
schuivend, de stukjes deeg in kokend (zout) water<br />
laten vallen: nadat ze boven komen drijven in ca. 5<br />
min. gaar laten koken. Met een schuimspaan eruit<br />
nemen en even laten uitlekken. In een voorverwarmde<br />
schaal voorzichtig vermengen met een<br />
saus gemaakt van gesmolten blauwe kaas (bijv.<br />
gorgonzola) met crème fraîche.<br />
Gnocchi alla sicilienne (met brood)<br />
In ½ l warme melk ca. 3 ons oudbakken witbrood<br />
weken en dan met een vork fijndrukken; erdoor<br />
mengen 2 losgeklopte eieren, 1½ ons ham of<br />
bacon (in dobbelsteentjes gesneden), 2 eetlepels<br />
geraspte (Parmezaanse) kaas, 3 eetlepels bloem,<br />
zout en gesnipperde peterselie. Hier 'knoedels' ter<br />
grootte van een klein ei van kneden: deze in<br />
kokend (zout) water gaar laten worden. Na het<br />
uitlekken bestrooien met geraspte kaas en wat<br />
boter erover.<br />
132<br />
Polenta<br />
Half pond vers maïsmeel (fijn maïsgries) in ruim 1 l<br />
(maggiblokjes)bouillon al roerend aan de kook<br />
brengen op laag vuur, en geregeld blijven roeren tot<br />
het na ca. 35 min. gaar is én van de pan loslaat!<br />
Overdoen in met koud water omgespoelde schaal<br />
en stevig aandrukken, bovenkant met de bolle kant<br />
van een natte lepel goed glad strijken. Koud laten<br />
worden, 'storten' en in plakken snijden van ca. 1 cm<br />
dikte. Deze polenta-plakken in ingevette ovenschaal,<br />
om-en-om met plakjes (liefst Emmenthaler)<br />
of geraspte oude kaas, als laatste laag de polenta.<br />
Elke kaaslaag bestrooien met beetje peper. Klontjes<br />
boter erop en middenin oven van 200° in ca. 30<br />
min. goudgeel bakken (of gewoon in de koekepan).<br />
Als variant natte polenta: de maisgries in ca. 25<br />
min. gaar koken in (blokjes)bouillon (kan beetje aan<br />
zetten aan de bodem: dit niet losroeren) en mengen<br />
met bijv. champignons en rucola (niet of grof gesneden)<br />
en op smaak maken met Parmezaanse kaas.<br />
Spätzle<br />
2 Eieren loskloppen met 4 eetlepels zure room en 5<br />
eetlepels water, mespuntje zout en snufje peper.<br />
Beetje-voor-beetje er ½ pond bloem door 'kloppen'<br />
en vervolgens al roerend verdunnen met zoveel<br />
melk dat er een elastisch deeg is ontstaan (blijven<br />
roeren tot dit deeg blazen gaat vormen). Ca. ½ uur<br />
laten rusten. In wijde pan ruim water (met zout) aan<br />
de kook brengen, laagje van het deeg op een spatel<br />
smeren en daar met de punt van een mes kleine<br />
stukjes afsnijden en in het kokende water laten<br />
glijden. De stukjes die boven komen drijven na 5<br />
min. uit de pan scheppen, laten uitlekken en door<br />
gesmolten boter wentelen. Serveren met geraspte<br />
oude kaas.<br />
Groene spätzle: fijngesnipperde peterselie erdoor.<br />
Rode spätzle: 2 eetlepels tomatenpuree erdoor.<br />
Gele spätzle: wat citroen-sap en -rasp erdoor.<br />
Galuska<br />
2 Eieren loskloppen met een beetje zout en door 3<br />
ons bloem roeren en zoveel water toevoegen dat<br />
een veerkrachtig, niet te slap, deeg ontstaat; daar<br />
doorheen mengen fijngesneden dille en ½ uur laten<br />
rusten. Dan theelepelsgewijs in kokend (gezouten)<br />
water laten glijden: als ze boven komen drijven nog<br />
even laten koken. Na uitlekken vermengen met het<br />
vet van uitgebakken rookspek en geraspte (Parmezaanse)<br />
kaas. Op een schaal leggen en de bovenkant<br />
besprenkelen met zure room en daar de spekblokjes<br />
weer bovenop. Warm serveren.
133<br />
IX WARME EN/OF KOUDE NAGERECHTEN EN VERGELIJKBARE 'MEELSPIJZEN'<br />
(ook als hoofd- of tussengerecht)<br />
APPELTOETJES diverse appeltaartjes en -schotels<br />
(en aanverwante broodpudding)<br />
ANDERE ZOETE BAKSELS EN BROUWSELS<br />
clafoutis(sen)<br />
crème caramel<br />
citroenpudding (lauwe)<br />
gebakken griesmeelpunten<br />
griesmeel-appel-ovenschotel<br />
kwarkgries-ovenschoteltje<br />
FLENSJES EN (ZOETE EN HARTIGE) PANNEKOEKEN<br />
Normandische flensjes, drie-in-de-pan, crêpes suzettes, schuimomelet,<br />
zoete eierpannekoekjes, Ricotta-pannekoekjes, appelpannekoeken (2x),<br />
kaiserschmarren, Salzburger nockerln<br />
Hartige (gevulde) pannekoeken (en flensjes) - in vele vormen<br />
Over het bakken van eieren (spiegelei en omeletten) op pag. 138<br />
ANDERE 'MEELSPIJZEN'<br />
boekweitenjanke (potstro)<br />
Brabantse broeder<br />
Jan-in-de-zak (meelklont) en Poting<br />
oliebollen (en appelbeignets)<br />
poffertjes<br />
poffert & boffert en poffert-pudding, pruimenpancake<br />
rabarberpie en -delight en -schotels<br />
rijstebrij (en -soufflé)<br />
vanilletaart<br />
wentelteefjes<br />
Welsh rarebit<br />
sandwiches (met spreads) en gevulde eieren<br />
Over het koken van eieren onderaan pag. 142<br />
KOUDE NAGERECHTEN<br />
chocolade-mousse, -koffiecrème e.a.<br />
crème brûlée, crème caramel<br />
chocolade-ijs<br />
custardsaus e.a. sausen<br />
dame blanche en pêche melba<br />
griesmeelpudding(en)<br />
bitterkoekjesvla<br />
rum-(room-)pudding<br />
leche crème<br />
citroen-bavarois<br />
custardpudding(en)<br />
sinaasappelpudding van Jos<br />
syllabub<br />
tiramisu<br />
trifle en godenspijs<br />
KOUDE EN WARME 'PUDDINGEN'<br />
kabinetspudding (eerst koud, dan warm)<br />
Italiaanse kerstwolk, chaudeau<br />
Chipoolatapudding, abrikozen-charlotte<br />
(lauwwarme) zabaglione (of sabayon)
APPELTOETJES<br />
= appeltaartjes:<br />
uit (ontdooid) roomboterbladerdeeg rondjes snijden<br />
van ca. 8 cm doorsnede en deze op met<br />
bakpapier bedekte (én bevochtigde!) bakplaat<br />
leggen en even inprikken met vork. Dan cirkel-<br />
en dakpans-gewijs erop 'schikken' zéér dun gesneden<br />
appelplakjes, deze besprenkelen met<br />
gesmolten boter en daarna bestrooien met<br />
kristalsuiker - en dan 15-20 min. in een voorverwarmde<br />
oven van 200°-220°. Serveren met zure<br />
room of crème fraîche.<br />
= apple crisp:<br />
3 appels schillen en in dunne plakjes snijden en<br />
over de bodem van beboterde platte ovenschaal<br />
verdelen met ½ kopje water erover. Dan met<br />
een vork door elkaar mengen tot een grofkorrelige<br />
massa: 75 g volkorenmeel, 125 g (witte<br />
of lichtbruine) basterdsuiker, 1 flinke theelepel<br />
kaneel en ons zachte boter. Dit regelmatig over<br />
de appels verdelen, licht aandrukken en ca. 30<br />
min. in voorverwarmde oven van 180° (tot de<br />
korst bruin is). Serveren met half-opgeklopte<br />
slagroom.<br />
= apple crumble:<br />
4 geschilde/ontklokte appels in smalle schijfjes<br />
snijden en in een ovenschaaltje, daar handjevol<br />
rozijnen door en wat kaneel en rasp van een<br />
citroen (met wat citroensap). In mengkom door<br />
ons lichtbruine basterdsuiker, onsje bloem en<br />
half ons havermout kwart pakje zachte boter<br />
roeren – en dit verdelen over de appels. Dan<br />
ruim half uur in voorverwarmde oven van 180°.<br />
= 'Cobbler' met appels:<br />
korrelig deeg ‘kneden’ van 75 g gehakte (en geroosterde)<br />
amandelen, 1 ons bloem, 60 g witte<br />
basterdsuiker en 60 g zachte boter. In beboterde<br />
ovenschaal eerst 6 zachtzure appels-in-stukjes,<br />
vermengd met 2 dl room (of crème fraîche),<br />
nootmuskaat, kaneel, vanillesuiker en mespunt<br />
kruidnagelpoeder (én evt. citroensap en poedersuiker)<br />
en deze bedekken met het kruimeldeeg:<br />
in oven van 180°. tot de appels zacht zijn en het<br />
deeg krokant is. Lauw serveren, met room of<br />
crème fraîche.<br />
= Zeeuws appel-ovenschoteltje tante Mientje:<br />
in ovenschaal moesappels in stukjes snijden en<br />
bestrooien met (basterd)suiker en kaneel (en<br />
evt. gewelde rozijnen en citroenrasp erdoor).<br />
Afdekken met zandtaartdeeg van 2 ons bloem,<br />
1½ ons koude boter en 1 ons lichtbruine basterdsuiker.<br />
Dan ca. ½ uur in voorverwarmde<br />
oven van 180°.<br />
134<br />
= gepocheerde appeltjes met kaneelsaus:<br />
2 dl cider met 2 eetlepels suiker en 1 eetlepel<br />
citroensap aan de kook brengen en dan daarin 4<br />
appels, in achten gesneden, in ca. 8 min. 'tegen<br />
de kook aan' zacht laten worden (ze moeten wél<br />
heel blijven!). De appelpartjes met een schuimspaan<br />
eruit nemen en het pocheervocht tot de<br />
helft inkoken: dan eetlepel (!) kaneel en een deel<br />
van een bekertje crème fraîche erdoor roeren<br />
(het mag niet al te melkig worden!) en nog iets<br />
laten inkoken tot de gewenste dikte. Over de<br />
warme appelpartjes schenken.<br />
= gebraden (hele) appeltjes:<br />
uitgeboorde geschilde zure appels, gevuld met<br />
mengsel van suiker, kaneel en gewelde rozijnen,<br />
met het boorgat naar boven in een ovenschaal,<br />
klontjes boter erop en wat witte (half-zoete) wijn<br />
eromheen en dan in 20-30 min. (net) gaar laten<br />
worden in oven van 180°, zo nu en dan even bedruipend<br />
en tegen het eind bestrooien met wat<br />
gemalen kokos. Evt. serveren met vanillesaus<br />
= (appel-) compôte Normande:<br />
pond appels (Elstar!) schillen, vierendelen en<br />
van klokhuizen ontdoen, en dan blancheren in<br />
mengsel van 1 dl water, 1 dl witte halfdroge wijn,<br />
het sap van een klein blikje ananas, ons suiker,<br />
½ theelepel kaneel, 2 eetlepels bessengelei (of<br />
bessenjam) en sap én rasp van een citroen. De<br />
appelpartjes eruit scheppen en het vocht binden<br />
met wat aangelengde maïzena of aardappelmeel.<br />
Na afkoelen over de appels gieten: koud<br />
serveren, met stijfgeklopte slagroom erover.<br />
= appelmoes-ovenschotel:<br />
van 1 kg goudrenetten op de gebruikelijke<br />
manier appelmoes maken (zie pag. 79) en deze<br />
over doen in beboterde ovenschaal. Bedekken<br />
met 8-10 verkruimelde beschuiten, vermengd<br />
met eetlepel (basterd-)suiker, en daarover 60 g<br />
gesmolten boter schenken. Dan 40 min. in oven<br />
van 180°. Warm serveren met crème fraîche.<br />
= appeltoetje á la Henriëtte:<br />
deeg kneden van 250 g zelfrijzend bakmeel,<br />
250 g donkerbruine basterdsuiker en 125 g<br />
havermout, waardoor 200 g gesmolten boter. Dit<br />
op met bakpapier bedekte bakplaat (of ovenvorm)<br />
‘uitdrukken’ tot ca. duimdik. Daarover verspreiden<br />
mengsel van 4 geraspte appels met<br />
kaneel en suiker (evt. citroensap) naar smaak.<br />
Tot slot beetje havermout erover strooien. Dan<br />
ca. 45 min. middenin voorverwarmde oven van<br />
180° (hetelucht oven 150°).
= Schoenlappers-'taart':<br />
van 1 pond goudrenetten een (dikke!) appelmoes<br />
maken (zie pag. 79). Oud witbrood zonder<br />
korst fijn maken met deegroller (of in mengbeker)<br />
en aan de appelmoes toevoegen, samen<br />
met gewelde rozijnen, 25 g gesmolten boter en<br />
2 losgeklopte eierdooiers. De eiwitten met wat<br />
suiker stijf kloppen en er luchtig doorheen spatelen.<br />
In een flink beboterde en met beschuitkruim<br />
bestoven springvorm doen en dan 1 uur in matig<br />
warme oven van 200°. Na 'uitdampen' op een<br />
schotel storten:bestrooien met poedersuiker.<br />
Variant: de klassieke Noordhollandse schoenlapperspudding<br />
wordt, als boven aangemaakt,<br />
gekookt als poffert: zie pag. 141.<br />
Variant: 10 beschuiten verkruimelen (a.h.w.<br />
inplaats van het witbrood) en dit dan niet door de<br />
appelmoes, maar de helft op de bodem van de<br />
springvorm, daarop het appelmoesmengsel, en<br />
daarover de rest van de beschuitkruim. Verder<br />
als boven.<br />
= Friese appel-brood-schotel:<br />
in een beboterde ovenschaal eerst een laag<br />
(licht) geroosterd (oud) witbrood, dan een laagje<br />
goudrenetten-in-dunne-plakjes, daarover suiker<br />
en (ruim) kaneel strooien, dan weer laag geroosterd<br />
witbrood - en dit 'patroon' evt. nog eens<br />
herhalen, met als bovenste laag altijd het brood.<br />
Dan daarover zoveel melk gieten dat alle brood<br />
goed is doordrenkt en bestrooien met suiker en<br />
kaneel én wat klontjes boter. In een afgedekte (!)<br />
ovenschaal ca. 20 min. in oven van 250° - op het<br />
laatst nog even met open schaal óf onder de<br />
grill. Evt. serveren met pruimengelei (of verse<br />
gekookte pruimen) of met gebonden bessensap<br />
(of zelfs met zoete vanillevla).<br />
Variant: i.p.v. appel kunnen ook ontpitte gedroogde<br />
(én een nacht geweekte!) pruimen worden<br />
gebruikt, ook bestrooid met kaneel én evt.<br />
wat gemberpoeder. En de appels kunnen<br />
worden aangevuld met gewelde rozijnen en wat<br />
citroenrasp.<br />
135<br />
= Broodpudding:<br />
8 sneetjes ontkorst witbrood besmeren met<br />
boter en honing, halveren en in beboterde ovenschaal<br />
schikken en bedekken met 60 g rozijnen<br />
(even op zacht vuur geweld in sinaasappelsap<br />
met basterdsuiker) - en evt. afgewisseld met<br />
laagje(s) van 2 fijngesneden zure appels (besprenkeld<br />
met citroensap en suiker). Vervolgens<br />
3 eieren loskloppen met ½ ons suiker, 1<br />
zakje vanillesuiker, wat citroenrasp en een<br />
snufje zout, tot een schuimige crème: dit al roerend<br />
toevoegen aan 2 dl melk en evt. scheut(je)<br />
slagroom. Dit mengsel over het brood gieten,<br />
even laten intrekken en dan au-bain-marie (met<br />
het hete water tot 2 cm onder de rand van de<br />
schaal) in een oven van 190° in 40-45 min. gaar<br />
en lichtbruin bakken.<br />
Variant: aan de appellaagjes ook nog fijngesneden<br />
gember(-bolletjes) toevoegen.<br />
= Verstopte appels op z'n Gronings:<br />
dl water met 50 g boter en 30 g suiker aan de<br />
kook brengen en er dan in één keer 50 g bloem<br />
bij doen en met pollepel roeren tot het als een<br />
bal van de bodem loslaat. Van het vuur af er<br />
één-voor-één 2 eieren door kloppen, tot het<br />
mooi glanst en in brokken van de deeghaken<br />
valt. In een beboterd ovenschaaltje 2 geschilde<br />
en uitgeboorde goudrenetten vullen met romig<br />
geklopt mengseltje van 20 g boter, 30 g suiker<br />
en theelepel kaneel, dan afdekken met het deeg<br />
(in een vrij dunne laag: het soort soezendeeg<br />
moet wel goed gaar kunnen worden!) en in ca.<br />
25 min. gaar bakken in voorverwarmde oven van<br />
200°. Warm serveren, ruim bestoven met<br />
poedersuiker.
ANDERE ZOETE BAKSELS/BROUWSELS<br />
Clafoutis (warme vruchtenkoek): oven voorverwarmen<br />
tot 180° en daar alvast de beboterde<br />
taartvorm of lage ovenschaal in zetten. Dan dun<br />
beslag maken van ruim ons (gezeefd) zelfrijzend<br />
bakmeel, snufje zout, 2 zakjes vanillesuiker, ½<br />
ons (poeder- of basterd-)suiker, wat citroenrasp,<br />
3 eieren losgeklopt met 3 dl melk, en 2 eetlepels<br />
gesmolten boter. Pond verse óf pot van ca. 350<br />
g (dán goed uitgelekte) ontpitte kersen in de<br />
hete taartvorm scheppen en evt. bestrooien met<br />
½ ons suiker (én evt. glas kirsch) en dan daar<br />
het beslag overheen schenken. In ca. 45 min.<br />
onderin oven van 180° stevig laten worden en<br />
lauwwarm serveren, bestrooid met poedersuiker,<br />
met bijv. bolletje roomijs. Evt. in hete toestand<br />
flamberen met cognac, rum of cointreau.<br />
Varianten: dit kan ook met appelen of met pruimen<br />
of met rabarber (in dit laatste geval zeker<br />
bestrooien met kristalsuiker en evt. wat rozijnen)<br />
Of serveren met kruidnagel-sabayon: 3 eierdooiers<br />
losgeklopt met ½ ons kristalsuiker, ½<br />
theelepeltje kaneel en kruidnagelpoeder en er<br />
dan, au-bain-marie, 1 dl melk door geklopt tot<br />
het de dikte heeft gekregen van yoghurt.<br />
Crème Caramel: voor de caramel 1 ons pure<br />
witte kristalsuiker smelten (met 3 eetlepels<br />
water) en steeds 'omschuddend' licht laten<br />
bruinen (caramelliseren) in bak- of steelpan. Dan<br />
in vuurvaste puddingvorm gieten, ronddraaiend<br />
tot alle wanden zijn bedekt. Vervolgens 3 eieren<br />
loskloppen met 30 g basterdsuiker en zakje<br />
vanillesuiker, daar 2½ dl koude melk door roeren<br />
en schuim even laten wegtrekken: in de (warme)<br />
vorm gieten en evt. schuim weer laten wegtrekken.<br />
Afsluiten met aluminiumfolie en dan 15-20<br />
min. in braadslee met een bodempje water in<br />
een voorverwarmde oven van 180° laten stollen.<br />
Citroenpudding: 3 eierdooiers met 1½ ons witte<br />
basterdsuiker schuimig kloppen en er dan 40 g<br />
bloem (met snufje zout) over zeven en tot glad<br />
beslag kloppen. Hier 1 eetlepel gesmolten boter<br />
met evenveel citroenrasp, 6 eetlepels citroensap<br />
en (bijna) 3 dl melk door roeren. Dan de 3 eiwitten<br />
stijf kloppen en door het beslag spatelen, en<br />
dit in een beboterde ovenschaal overscheppen:<br />
middenin voorverwarmde oven van 180° in ca.<br />
50 min. gaar en lichtbruin bakken (evt. afdekken<br />
met folie). Lauw serveren.<br />
136<br />
Griesmeel-appel-schoteltje: 4 dl melk aan de<br />
kook brengen en ½ ons griesmeel en 25 g<br />
suiker al roerend toevoegen: in 3 min. laten<br />
binden en garen; dan 2 eierdooiers, schuimig<br />
geroerd met 25 g suiker en een zakje vanillesuiker<br />
(en wat citroenrasp), erbij en (van het<br />
vuur af) de 2 stijfgeklopte eiwitten erdoor spatelen.<br />
In een beboterde ovenschaal eerst een<br />
laag van schijfjes appel (besprenkeld met<br />
citroensap) en voor-geweekte rozijnen, en dan<br />
daarover de griesmeelpudding uitstorten. In<br />
oven van 220° in 20 min. lichtbruin laten worden.<br />
Serveren met warme bessensap.<br />
Gebakken griesmeelpunten met abrikozensaus:<br />
aan een liter kokende volle melk (met 2<br />
theelepels citroenrasp) ruim 1 ons griesmeel en<br />
½ ons suiker roerend toevoegen en in ca. 3 min.<br />
(af en toe roerend) tot zeer dikke pap koken: dan<br />
in 2 omgespoelde diepe borden schenken, de<br />
bovenkant gladstrijken en koud en stijf laten<br />
worden. Keren boven een plank en bestrooien<br />
met bloem: elke plak in 8 punten snijden en in<br />
een koekepan in ca. 4 min. goudbruin bakken in<br />
boter. Serveren met abrikozensaus: 1½ ons geweekte<br />
en in ca. 20 min. met onsje suiker gaar<br />
gekookte en vervolgens gepureerde abrikozen.<br />
Kwarkgries-ovenschoteltje: ½ l melk aan de<br />
kook brengen en ½ ons griesmeel, vermengd<br />
met 20 g suiker en zakje vanillesuiker, roerend<br />
toevoegen en enkele min. laten koken. Dan, van<br />
het vuur af, erdoor roeren 2 eierdooiers, losgeklopt<br />
met 20 g suiker. Mengsel maken van 4 ons<br />
kwark, rasp én sap van 1 citroen en 1-2 eetlepels<br />
honing en dit luchtig door de stijf geklopte<br />
eiwitten spatelen. Dan dit mengsel en de griesmeelpudding<br />
laag-om-laag in beboterde ovenschaal<br />
en bestrooien met 2 fijn-verkruimelde<br />
beschuiten; daarover eetlepel boter in vlokjes<br />
verdelen en dan ca. 15 min. in een oven van<br />
220° tot er een bruin korstje op is gekomen.
137<br />
FLENSJES EN (ZOETE EN HARTIGE) PANNEKOEKEN<br />
Flensjesbeslag volgens de boekjes: ½ pond<br />
bloem met 3 eetlepels maïzena en snufje zout in<br />
een mengkom zeven en daar voorzichtig (zonder<br />
klonteren) 3 dl koude melk (of water!) door<br />
roeren (liever niet kloppen met garde of mixer:<br />
dit geeft elastisch deeg en taaie flensjes). Er evt.<br />
ook nog losgeklopt ei door roeren, nóg 1 dl melk<br />
(of water, evt. met eetlepel cognac!). Hierna<br />
minstens een ½ uur (liever nog: enkele uren!)<br />
laten rusten. Daarna op ca. de dikte van schenkroom<br />
brengen door er water door te roeren.<br />
Mama’s beproefde methode: in verhouding 3:1<br />
(kristal)bloem mengen met zelfrijzend bakmeel<br />
en snuf zout Dan zoveel melk erdoor kloppen<br />
dat lobbig mengsel ontstaat. Na minstens half<br />
uur rusten evt. nog wat verdunnen met melk.<br />
Een geschikte (kleine) koekepan flink invetten<br />
met boter (N.B.: evt. het eerste flensje in olie<br />
bakken, om de pan vet te maken!) en goed heet<br />
laten worden boven matig vuur; dan (pas) klontje<br />
boter erin heet (maar niet bruin!) laten worden,<br />
de pan even van het vuur nemen, een kleine<br />
soeplepel beslag erin doen en dit, ronddraaiend<br />
met de pan, over de bodem verdelen tot een<br />
hele dunne, 'snel-drogende' laag; dit boven vuur<br />
lichtbruin laten worden en dan omkeren met een<br />
pannekoekmes en de andere kant snel bakken<br />
(evt. na toevoegen van nog wat boter). Bij toch<br />
aanbakken aan de bodem er een klontje boter<br />
onder schuiven, laten smelten en de koekepan<br />
heen en weer schudden.<br />
Vullingen:<br />
- zelfgemaakte) appelmoes of (moes van) ander<br />
fruit (bijv. kersen), al of niet met slagroom;<br />
- ijs in allerlei soorten;<br />
- vla in allerlei variaties (bijv. met advocaat);<br />
- sinaasappelmarmelade of vruchtenjams.<br />
Normandische flensjes: 1½ pond geschilde en<br />
'ontklokte' moesappels in dunne schijfjes snijden<br />
en besprenkelen met citroensap en een eetlepel<br />
calvados; dan mengen met 25 g suiker (en mespuntje<br />
kaneel) en 30 g rozijnen. Daarna in wat<br />
boter op matig vuur in ca. 5 min. gaar smoren, in<br />
een aantal flensjes 'rollen' en deze bestrooien<br />
met 40 g suiker: in een beboterde ovenschaal<br />
middenin voorverwarmde oven van 250° in ca.<br />
10 min. (of korter onder de grill) laten smelten én<br />
caramelliseren.<br />
Crêpes Suzette: door het (vrij dunne) flensjesbeslag<br />
in elk geval enkele eetlepels slagroom<br />
roeren én evt. wat crême Curacao en mandarijnensap.<br />
Met 8-tal suikerklontjes (!) de schil van<br />
ca. 3 mandarijnen afschrappen, en ze daarna<br />
uitpersen (tot in totaal kleine dl sap). Dan ½ ons<br />
boter romig kloppen en daar 1 eetlepel poedersuiker,<br />
2 eetlepels van het mandarijnensap<br />
en 1 eetlepel crême Curacao (of dgl. likeur:<br />
Grand Marnier of Cointreau of Mandarine Napoleon)<br />
door kloppen. De flensjes met een dun<br />
laagje hiervan besmeren en in vieren vouwen.<br />
In een flambeerpan 25 g boter samen met de<br />
geïmpregneerde suikerklontjes, de rest van het<br />
sap én ½ dl (!) van de likeur zachtjes laten inkoken<br />
tot er grote 'bellen' worden gevormd. Dan<br />
de flensjes hierin leggen, één-voor-één, en ze<br />
aan beide kanten verwarmen. Ze daarna dakpansgewijs<br />
in de flambeerpan schikken, het vuur<br />
hoog zetten (en de afzuigkap uit!), er ½ dl likeur<br />
over gieten en dit vlam laten vatten. De vlam met<br />
een deksel doven en dan dadelijk opdienen.<br />
Zoete schuimomelet met kersen: van 2 eieren<br />
de eiwitten stijf kloppen met een snufje zout en<br />
(halverwege) 1 eetlepel suiker erdoor 'mixen'.<br />
Daarna de dooiers erdoor kloppen, samen met<br />
mespunt kaneel en flinke theelepel (gezeefde)<br />
maïzena. Vervolgens in koekepan (zie pag. 138<br />
onder omelet!) met daarover verdeeld goed uitgelekte<br />
ontpitte kersen-uit-potje: onder deksel op<br />
laag vuur in 10-15 min. bakken, tot onderkant<br />
gekleurd en bovenkant gestold is. Na voorzichtig<br />
dubbelvouwen op bord laten glijden en bestrooien<br />
met poedersuiker.<br />
Zoete eierpannekoekjes: 3 eieren loskloppen<br />
met 1 dl melk en dan met 2 ons bloem, vermengd<br />
met 1 theelepel zout, tot glad beslag<br />
roeren en dit vervolgens verdunnen met 4 dl<br />
melk. Van dit beslag ca. 12 dunne pannekoekjes<br />
bakken en deze serveren met suiker, suiker<br />
met kaneel, jam of gelei, of enigerlei vruchtenmoes.<br />
Drie-in-de-pan: van 1½ ons zelfrijzend bakmeel,<br />
¼ theelepel zout, 2 eetlepels suiker, 1-2<br />
eieren en 1 dl lauwe melk glad beslag roeren,<br />
daar nog 1 ons rozijnen door doen en dan het<br />
beslag met 3 hoopjes tegelijk in de koekepan<br />
goudbruin bakken in hete boter. Opdienen met<br />
klontjes boter.
Appelpannekoek met kaneelsaus: 2 eieren, 2½<br />
dl melk, 3 eetlepels gesmolten boter, 1 eetlepel<br />
suiker en 125 g bloem tot glad beslag 'kloppen' en<br />
minstens 20 min. laten rusten. Intussen 2 goudrenetten<br />
schillen, uitboren en in dunne plakken<br />
snijden. In eetlepel boter ¼ hiervan even aanbakken<br />
en vervolgens bedekken met ¼ van het beslag:<br />
even schudden met de koekepan tot het baksel<br />
los laat en dan omkeren en de andere kant vlug<br />
bakken. Dubbelgevouwen op een bord laten<br />
glijden en dan de andere 3 pannekoeken bakken.<br />
Kaneelsaus maken van bekertje crème fraîche,<br />
luchtig geklopt met theelepel kaneel en eetlepel<br />
suiker. Serveren met poedersuiker.<br />
Kaiserschmarren: 4 eierdooiers loskloppen met 4<br />
eetlepels suiker en dan boven de mengkom 120 g<br />
bloem (met snufje zout) of zelfrijzend bakmeel<br />
zeven en met ca. 4 dl melk tot vrij dik beslag<br />
kloppen. Evt. nog ca. 1 dl melk erdoor roeren. De<br />
4 eiwitten stijf kloppen en er losjes door spatelen,<br />
samen met ½ ons (in sinaasappelsap of rum geweekte)<br />
rozijnen. Op matig vuur lichtbruin bakken,<br />
zo dat de bovenkant nog wat vochtig is (evt. hier<br />
pas de rozijnen over strooien) en dan de andere<br />
kant lichtbruin bakken. Vervolgens de pannekoeken<br />
met 2 vorken in (onregelmatige) stukken<br />
'scheuren' en in de hete(!) koekepan al omscheppend<br />
nog even laten uitdampen. Evt. met suiker<br />
erover even laten caramelliseren. Bestrooien met<br />
poedersuiker en serveren met (frambozen-)jam.<br />
Salzburger Nockerln: 3 eierdooiers met 1 zakje<br />
vanillesuiker en 1 eetlepel citroenrasp loskloppen<br />
en dit op de 3, met 2 eetlepels suiker, stijfgeklopte<br />
eiwitten scheppen. Hier 25 g bloem (met snufje<br />
zout) over zeven en erdoor spatelen. Dan in een<br />
koekepan in wat boter 6 gladgestreken 'bergjes'<br />
van dit schuim aan beide kanten lichtbruin bakken.<br />
Warm houden op een schaal boven een pan met<br />
heet water. Intussen ¼ l slagroom stijf kloppen en<br />
evt. mengen met wat aardbeipuree: dit apart erbij<br />
serveren. Evt. ook nog poedersuiker erover.<br />
(vervolg van hiernaast)<br />
Roerei: klontje boter op laag vuur smelten tot de<br />
bodem van de koekepan bedekt is, dan de eieren,<br />
losgeklopt met wat water en snuf zout, erin en met<br />
langzame slagen losroeren van de bodem – tot ze,<br />
na enkele min., beginnen te stollen, dan sneller los<br />
roeren tot de gewenste ‘dikte’ is bereikt. Van het<br />
vuur af er eetlepels boter of room door roeren en<br />
op smaak maken met peper en zout.<br />
138<br />
Over het bakken van eieren:<br />
Spiegelei: margarine (of boter) verhitten (niet bruin<br />
laten worden) en dan het ei op de rand van de<br />
koekepan breken en erin laten glijden: op zacht tot<br />
matig vuur zo lang laten bakken tot het eiwit gestold<br />
is en de dooier nog week (of 3 min. onder deksel:<br />
dan stolt ook de dooier). Desgewenst ook nog de<br />
andere kant even heel kort bakken.<br />
Omelet: op z'n minst 4 eieren tegelijk even heel<br />
kort (!!) loskloppen met zout en peper en 4 eetlepels<br />
melk (en/of bouillon). Kort bakken in vrij hete<br />
boter maar op matig vuur, de koekepan heen en<br />
weer schuddend, en met een pannekoekmes de<br />
randen steeds losmakend van de bodem. Zodra de<br />
bovenkant gestold is (maar nog glanzend!), de<br />
omelet dubbel slaan en op een bord laten glijden.<br />
Omelette Molière: eetlepel Parmezaanse kaas erdoor<br />
en halverwege het bakken blokjes Gruyère en<br />
eetlepel crème fraîche erover.<br />
Italiaanse omelet (Frittata di zucchini):<br />
courgette-in-plakken, voorbehandeld als op pag.<br />
98, samen met uitje-in-ringen 12-15 min. in olijfolie<br />
op laag vuur aanbakken, onder regelmatig omscheppen.<br />
Na iets afkoelen mengen met het struif<br />
van 4 eieren, losgeklopt met 3 eetlepels water,<br />
peper en zout. Op laag vuur ca. 10 min. bakken in<br />
dezelfde bakolie, op het laatst nog even onder<br />
deksel.<br />
Spaanse omelet (of Tortilla): 2 grote aardappelen<br />
half gaar koken, in blokjes snijden en in 3 eetlepels<br />
(olijf-)olie al omscheppend bakken in een koekepan,<br />
tot ze beginnen te kleuren: dan rode paprikain-blokjes,<br />
een gesnipperde ui en een dikke plak<br />
gekookte ham-in-blokjes kort mee bakken, daarna<br />
mengen met ca. 1 ons doperwten (uit pot of diepvries)<br />
en/of met champignons. Dit alles overgieten<br />
met 3 eieren, losgeklopt met 3 eetlepels schenkroom<br />
en wat zout en peper, en onder deksel (!) op<br />
matig vuur 10 - 15 min. bakken, tot de bovenkant<br />
gestold en de onderkant gekleurd is.<br />
Frittata-variant hiervan: ui-in-ringen in 15 g boter<br />
10-15 min. roerbakken tot gaar en goudbruin, dan<br />
eetlepel balsamico en theelepel suiker erdoor en na<br />
even inkoken (‘caramelliseren’) op smaak maken<br />
met peper en zout. Dit over (alleen!) de aangebakken<br />
aardappelen en overgieten met 3-5 eieren, losgeklopt<br />
met peper, zout en rozemarijn. Als de<br />
bovenkant bijna is gestold, gorgonzola erover verkruimelen<br />
en nog even onder voorverwarmde grill.
HARTIGE PANNEKOEKEN (OF FLENSJES):<br />
Pannekoekbeslag bestaat uit (bijv.) 2 ons gezeefde<br />
bloem en/of zelfrijzend bakmeel en/of pannekoek-mix<br />
(de meest gewenste samenstelling zelf uit<br />
te proberen!) met mespunt zout, met ca. ½ l melk<br />
(en evt. 2 eieren) tot een glad (en vrij dun) beslag<br />
geroerd (of 'gemixt'). Net als bij flensjes minstens<br />
½ uur laten rusten en daarna bakken als vermeld<br />
onder flensjes.<br />
Flensjes-beslag zie (ook) pag. 137.<br />
Spekpannekoeken: voor iedere pannekoek 2-3<br />
dunne plakjes ontbijtspek zachtjes uitbakken, daar<br />
het pannekoekbeslag bij, evt. samen met een lepeltje<br />
sesamzaad, en bakken als boven.<br />
Variant: op de zachtjes uitgebakken plakjes ontbijtspek<br />
eerst fijngesnipperd sjalotje en dan in schijfjes<br />
gesneden gekookte aardappelen: daarover het<br />
pannekoekbeslag schenken en op zacht vuur van<br />
onderen goudbruin en van boven droog bakken,<br />
daarna omdraaien. Serveren met sla.<br />
Pannekoeken met prei: het beslag aanvullen met<br />
extra ei, 1 eetlepel kerrie, dikke fijngesneden en<br />
vooraf gefruite prei en een blikje maïs, op smaak<br />
maken met peper en zout, en daarvan vrij dikke (!)<br />
pannekoeken bakken; evt. serveren met geraspte<br />
kaas.<br />
Dubbele pannekoek met brie: pannekoek (als<br />
boven) 'beleggen' met 4 dunne plakjes brie, waarop<br />
evt. schijfjes tomaat bestrooid met peper, en overdekken<br />
met een tweede warme (!) pannekoek, en<br />
dan samen op laag vuur nog even goed doorwarmen.<br />
Evt. tuinkers erbij.<br />
Florentijnse flensjes: warme flensjes vullen met<br />
warme spinazie à la crème (zie pag. 88) en dan<br />
serveren met geraspte kaas erover.<br />
Variant: een omelet vullen met de spinazie.<br />
Worstflensjes: warme flensjes 'vullen' met gebakken<br />
saucijsjes (of Frankfurter worstjes) en dan in<br />
ingevette ovenschaal, belegd met plakjes (of geraspte)<br />
kaas, in de oven gratineren.<br />
Pannekoeken in Italiaanse stijl: in een, met olijfolie<br />
ingevette, ovenschaal eerst een laagje pannekoekjes<br />
(als boven), deze bedekken met plakjes<br />
Mozarella en béchamelsaus (met Parmezaanse<br />
kaas!) en daaroverheen weer laagje pannekoeken<br />
en nogmaals een laagje béchamelsaus, bestrooid<br />
met wat Parmezaanse kaas, en dan in een hete<br />
oven (of onder de grill) even gratineren. Serveren<br />
met wat gesnipperde verse basilicum.<br />
139<br />
Pannekoekrolletjes of Bocconcini (op z'n Italiaans):<br />
pannekoeken als boven gebakken bestrijken<br />
met een mengsel van ½ pond fijngesneden (of<br />
in mengbeker gemalen!) gekookte achterham, 3<br />
eetlepels gesmolten boter, 1 fijngesnipperde (of<br />
mee-gemalen) ui, 2 eierdooiers, ca. 1 ons bloem, 1<br />
theelepel mosterd (of mosterdpoeder) en eetlepel<br />
fijngesnipperde peterselie. Dan de (4 - 6) pannekoeken<br />
oprollen en in een ingevette ovenschaal,<br />
bedekt met 'kruidenkorstje' van 3 eetlepels gesmolten<br />
boter vermengd met 2 eetlepels fijngehakte<br />
peterselie, 1 eetlepel fijngeknipte bieslook, 1<br />
theelepel mosterd(-poeder) en 3 eetlepels paneermeel.<br />
In voorverwarmde oven van 180° in ca. 20<br />
min. goed heet laten worden.<br />
Russische 'pannekoekjes' of Blinis: in kuiltje van<br />
1 ons boekweitmeel (!) met een snufje suiker ¼ l<br />
lauwe melk, met daarin opgelost 15 g gist, en dit tot<br />
beslag roeren: onder vochtige doek 1 uur laten<br />
rijzen. Dan snufje zout erdoor én nog eens 1½ ons<br />
boekweitbloem, 1 eierdooier en eetlepel gesmolten<br />
boter. Na roeren nogmaals uurtje laten rijzen. Dan<br />
het stijf geklopte eiwit erdoor en nog weer kwartiertje<br />
laten rijzen. Van dit beslag kleine, vrij dikke<br />
en 'sponzige' pannekoekjes bakken. Ze zijn 'als<br />
zodanig' als hapje-vooraf te nuttigen, maar eigenlijk<br />
hoort er kaviaar op: dit is te vervangen door gerookte<br />
zalm of paling of bokking. Wel altijd zure<br />
room, evt. vermengd met fijngesnipperd sjalotje,<br />
erbij serveren.<br />
Hartige flensjes met gehakt en pruimen: in 2<br />
eetlepels boter (of margarine) 3 ons rundergehakt<br />
rul bakken, dan geraspte winterwortel, gesnipperde<br />
ui, prei-in-ringen en 4 stengels bleekselderij-inplakjes<br />
erdoor en tot beetgaar roerbakken. Dan 20<br />
gedroogde (vooraf minstens 6 uur in koude thee<br />
geweekte en goed uitgelekte!) pruimen-in-stukjes<br />
toevoegen en op smaak maken met peper en zout.<br />
Dan over een aantal flensjes verdelen, deze oprollen<br />
en dicht aaneen in ingevette (ondiepe) ovenschaal<br />
leggen: overgieten met een ei dat is losgeklopt<br />
met een klein bekertje crème fraîche. In<br />
voorverwarmde oven van 200°, bovenin als alles<br />
nog warm is, anders middenin, 10 min. of langer<br />
als de flensjes koud waren geworden.<br />
Burrito's (flensjes gevuld met bruine bonengehakt-mengsel):<br />
zie pag. 105.
ANDERE 'MEELSPIJZEN'<br />
Boekweitenjanke (Potstro) met Lollemansstip:<br />
melk met snufje zout aan de kook brengen en daar<br />
boekweitengort (of -grutten) zolang door roeren tot<br />
het stijf begint te worden en dan op zeer laag vuur<br />
nog een kwartiertje laten garen (en 'stijven'). Kuiltje<br />
erin drukken met omgekeerde lepel en dat vullen<br />
met deze 'stip': een papje maken van 1½ dl melk<br />
met 30 g bloem en daar flink wat stroop door roeren,<br />
en vervolgens zoveel kokend (licht gezouten)<br />
water tot het mooi lobbig wordt; en na even goed<br />
roeren nog ½ ons boter erdoor mengen.<br />
Brabantse Broeder: ½ zakje droge gist(-korrels)<br />
oplossen in 2 eetlepels warm water, samen met 1<br />
eetlepel suiker: na 10 min. rusten in een kuiltje<br />
gieten van 2 ons gezeefde bloem (met een snufje<br />
zout); dan met 2 dl lauwe melk en 1 losgeklopt ei en<br />
½ ons rozijnen (en evt. ¼ ons gesnipperde sukade)<br />
tot een samenhangend deeg mengen. In een flink<br />
beboterde tulbandvorm ca. 1 uur laten rijzen tot ca.<br />
dubbele volume - en dan 40 min. middenin voorverwarmde<br />
oven van 160°. Serveren met bruine suiker.<br />
Jan-in-de-zak: in een mengkom 3 ons bloem (met<br />
snufje zout) zeven en in kuiltje daarvan 1 zakje gedroogde<br />
gist (-korrels), opgelost in 3 eetlepels lauw<br />
water, en 2 dl lauwe melk gieten. Mengen met de<br />
bloem en er dan ook nog 1 eierdooier door en 1 ons<br />
(gewelde) rozijnen (én evt. ½ ons gesnipperde<br />
sukade). Op warme plek ca. 1 uur laten rijzen (bijv.<br />
de kom in een plastic zak) en daarna overdoen in<br />
een goed-uitgespoelde (en reukloze!) katoenen zak<br />
(waarin eerst enkele eetlepels bloem zijn verspreid).<br />
In deze (dichtgebonden) zak opnieuw even laten<br />
rijzen en dan ca. 2½ uur in een grote pan met<br />
kokend water (tot een erin gestoken breipen er<br />
schoon weer uit komt). Serveren met boter en<br />
bruine suiker.<br />
Poting (Scheveningse Jan-in-de-zak, zonder zak)<br />
in mengkom ½ pond zelfrijzend bakmeel, 2 dl melk,<br />
2 eieren, ½ theelepel zout en 1 zakje vanillesuiker<br />
tot glad beslag kloppen en dan 1 ons gewassen en<br />
uitgelekte rozijnen (en/of krenten) erdoor. Overdoen<br />
in beboterde en bebloemde schaal (vullen tot iets<br />
boven het midden) en afgedekt met aluminiumfolie<br />
in een grote pan met kokend water (tot ruim de helft<br />
van de schaal onder staat) en onder deksel in 2-2½<br />
uur, tegen de kook aan, gaar laten worden. Ca. ½<br />
uur voor het einde van de kooktijd gaatjes in de folie<br />
prikken om vocht te laten ontsnappen. Met breinaald<br />
of satéstokje nagaan of het gaar is. Serveren<br />
met gesmolten boter, suiker en kaneel, of met een<br />
stroopsaus: ½ pond stroop met 1 ons boter op<br />
laag vuur verwarmen tot mooie gladde saus is<br />
gevormd.<br />
140<br />
Oliebollen (voor 'Oud & Nieuw'):<br />
1 pond bloem met 1 theelepel zout boven mengkom<br />
zeven en in kuiltje daarin 2 losgeklopte eieren<br />
storten, samen met ¼ l lauwe melk of water (waarin<br />
eerst opgelost 30 g verse of 2 zakjes gedroogde<br />
gist) én pijpje pils (!) en blijven roeren tot glad<br />
beslag (dat in losse flodders van de pollepel valt).<br />
Dan 1½ ons vooraf geweekte rozijnen en evt. 2 in<br />
kleine stukjes gesneden goudrenetten (en rasp van<br />
citroen en/of sinaasappel) erdoor spatelen - en ca.<br />
1 uur op warme plaats (in afgedekte mengkom)<br />
laten rijzen tot 2 x het volume. Daarna niet meer<br />
roeren (!) maar met 2 vochtige eetlepels (of met<br />
een ijsbolletjestang) in dampend-hete (arachide-,<br />
maïskiem- of sla-)olie van ca. 180° (zie onderaan<br />
pag. 78) 'afschuiven' en in ca. 5 min. goudbruin en<br />
gaar frituren (met 5 tegelijk), halverwege kerend.<br />
Met schuimspaan eruit vissen en uit laten lekken<br />
op met keukenpapier beklede kom of vergiet.<br />
N.B.: oliebollen zijn het beste op te warmen in een<br />
oven van ca. 180°- in enkele minuten. Of in de<br />
magnetron in hooguit 10 sec. per oliebol.<br />
Appelbeignets:<br />
½ pond zelfrijzend bakmeel met theelepeltje zout<br />
boven mengkom zeven en in kuiltje daarin 1 losgeroerd<br />
ei en ca. 1½ dl melk schenken: tot glad beslag<br />
roeren en al roerend nog eens 1½ dl melk erbij<br />
voegen. Ca. 6 goudrenetten uitboren en schillen<br />
en in plakken van 1½ cm dikte snijden: door<br />
een mengsel van ½ ons suiker met 1 eetlepel<br />
kaneel wentelen, en dan 'aan de vork' door het<br />
beslag halen en in hete olie van 180° laten glijden,<br />
met ca. 5 tegelijk, tot ze na ca. 4 min. gaar en<br />
goudbruin zijn. Halverwege even keren. Rest als<br />
boven.<br />
Poffertjes:<br />
dun beslag maken van 1 pond boekweitmeel (!), ½<br />
ei, ½ ons stroop, 1 theelepel zout, ca. ½ ons verse<br />
bakkersgist en ruim ½ l lauw water. In speciale<br />
poffertjespan (of -plaat) boter heet laten worden en<br />
dan de vakjes vullen met beslag. Na 2 x keren eruit<br />
nemen en opdienen met klontjes boter en poedersuiker.
Poffert:<br />
voor poffertvorm met deksel (voor 4 personen)<br />
stevig beslag maken van ruim ½ pond zelfrijzend<br />
bakmeel (evt. half-om-half met bloem) met pakje<br />
droge gist(korrels) erdoor (evt. eerst opgelost in de<br />
lauwe melk), flinke mespunt zout (op droge rand)<br />
en pas na kwartiertje ca. 2 dl lauwe melk en 1 ei<br />
erdoor mengen én handjevol (droge) rozijnen. In<br />
een dik beboterde en met beschuitkruim bestrooide<br />
vorm overdoen en op warme plaats laten rijzen tot<br />
de vorm tot bovenin ‘vol’ is. Dan in ruime pan met<br />
kokend water in 1½ - 2 uur (onder deksel) gaar<br />
laten worden.<br />
Boffert (Friese poffert):<br />
beslag maken van 1 dl lauwwarme melk met ½<br />
pond zelfrijzend bakmeel (of patentbloem met gistkorrels)<br />
en eidooiers, vermengd met (geweekte en<br />
gedroogde) rozijnen en (flink) wat gembernat. Dan<br />
nog snufje zout erdoor en evt. gesmolten boter en<br />
eetlepel brandewijn (of andere ‘sterke drank’). De<br />
stijfgeklopte eiwitten erdoor spatelen en dan in een<br />
gesloten, dik beboterde en met beschuitkruim<br />
bestoven, bakvorm (voor poffert en/of tulband):<br />
vanwege het voor-rijzen hooguit voor twee-derde<br />
vullen! Daarna minstens 2 uur in een grote pan met<br />
kokend water: met breinaald is de gaarheid te<br />
beproeven. Serveren met evt. poedersuiker en<br />
besmeerd met boter en bruine suiker.<br />
Poffert-pudding:<br />
1 ons boter met 75 g suiker en 1 zakje vanillesuiker<br />
tot romig roeren en er dan 2 eieren door 'mixen':<br />
hier 1 ons zelfrijzend bakmeel doorheen spatelen,<br />
samen met een mengsel van (bijv.) 2 eetlepels<br />
rozijnen, 1 eetlepel oranjesnippers (en evt. sukade<br />
en/of amandelschaafsel), en zo nodig wat melk (tot<br />
een zacht beslag); in beboterde tulband- of puddingvorm<br />
(voor ruim de helft gevuld) en dan in afgedekte<br />
vorm in ca. 1½ uur gaar stomen in grote pan<br />
met (bijna) kokend water. Serveren met vanillesaus<br />
of slagroom.<br />
Pruimen-pancake:<br />
pond (verse) pruimen halveren en ontpitten en bij<br />
gedeelten pocheren in 1 dl water waarin ½ ons<br />
suiker is opgelost; dan onderin beboterde ovenschaal.<br />
Zakje vanillesuiker aan de suikersiroop toevoegen<br />
en tot ca. de helft laten inkoken: dan over<br />
de pruimen schenken en besprenkelen met<br />
eetlepel(s) Kirsch of Grand Marnier. Dan 2 eieren<br />
schuimig kloppen met 1-2 eetlepels suiker en met<br />
125 g zelfrijzend bakmeel en 2½ dl melk tot glad<br />
beslag roeren: dit over de pruimen schenken en<br />
middenin oven van 180° in ca. 45 min. gaar en<br />
bruin bakken. Warm (!) serveren met opgeklopte<br />
crème fraîche. En poedersuiker erover.<br />
141<br />
Rabarberpie:<br />
piedeeg maken (zie pag. 148) en uitrollen tot de<br />
omvang van een ovenschaal (van ca. 20 cm. doorsnee).<br />
De lap, verpakt in aluminiumfolie, minstens<br />
½ uur laten rusten in de koelkast. In die tijd een<br />
pond rabarber, in stukjes gesneden, en 2 bananen,<br />
in plakjes gesneden, om-en-om in de beboterde<br />
ovenschaal leggen en daaroverheen ½ ons suiker,<br />
1 zakje vanillesuiker (en evt. ½ ons amandelschaafsel)<br />
verdelen. Bedekken met de koude<br />
deeglap: bestrijken met losgeklopt ei en er gaatjes<br />
in prikken. Dan 25-30 min. op de onderste richel<br />
van een voorverwarmde oven van 210°. Serveren<br />
met slagroom of met vanillevla.<br />
Rabarberdelight:<br />
1½ pond rabarber (uiteinden en lelijke stukken eraf<br />
gesneden en zo nodig wat van de schil eraf gestroopt)<br />
in stukjes snijden en met aanhangend<br />
water op laag vuur in ca. 10 min. (bijna) tot moes<br />
koken. Er dan (pas) 30 g suiker door doen en laten<br />
afkoelen: over 4 glazen of schaaltjes verdelen.<br />
Daarna 5 beschuiten fijn 'rollen' en er ½ ons suiker<br />
en 1 theelepel gemberpoeder door mengen en,<br />
vlak voor het opdienen, als een laagje over de<br />
rabarber strooien. Hierover bekertje crème fraîche,<br />
opgeklopt met 15 g suiker.<br />
Rabarberschotel 1):<br />
in stukjes gesneden rabarber in ingevette ovenschaal<br />
en bestrooien met suiker en (gewelde)<br />
rozijnen, naar smaak. Met de garde beslag kloppen<br />
van: 1 ons bloem, ¼ dl melk, zakje vanillesuiker, 40<br />
g suiker, snufje zout, 30 g gesmolten boter, 1 losgeklopt<br />
ei en mespunt bakpoeder. Dit erover gieten<br />
en dan ca. 1½ uur in voorverwarmde oven van<br />
200°. Serveren met slagroom erover.<br />
Rabarberschotel 2):<br />
kilo schoongemaakte en in stukken gesneden<br />
rabarber eerst 10 min. op laag vuur tot moes koken<br />
(en mixen). Dan 4 eierdooiers schuimig kloppen en<br />
60 g zachte boter erdoor mixen, en mengen met 40<br />
g beschuitkruim en 60 g suiker. Dit door de rabarbermoes<br />
roeren en er dan 2 stijfgeklopte eiwitten<br />
door spatelen. Alleen de opstaande rand van een<br />
beboterde (ondiepe) ovenschaal bekleden met<br />
reepjes bladerdeeg, daar de rabarber in scheppen<br />
en dan ca. 20 min. middenin een voorverwarmde<br />
oven van 200°. De overige eiwitten stijf kloppen<br />
met ½ ons suiker (geleidelijk eraan toegevoegd) en<br />
½ eetlepel citroensap. Dit over de moes en dan<br />
nog eens 20 min. in de oven van 160°.
Rijstebrij:<br />
aan 1 l kokende melk (met ½ theelepeltje zout en 2<br />
zakjes vanillesuiker) 1½ ons 'papkokende' rijst toevoegen<br />
en al roerend weer aan de kook brengen en<br />
op zeer zacht vuur (evt. boven vlamverdeler) in ca.<br />
1 uur gaar koken en laten binden (onder af en toe<br />
roeren). Serveren met klontje boter en bruine<br />
basterdsuiker (en evt. wat kaneel) erover; of in hoog<br />
glas afwisselend laagjes (warme) rijstebrij (met<br />
suiker en kaneel!) en (warme) appelmoes-metrozijnen.<br />
Rijstsoufflé:<br />
als boven gekookte en iets afgekoelde (pap-)rijst<br />
vermengen met: 4 eierdooiers opgeklopt met ½ ons<br />
suiker en rasp van 1 citroen waaraan is toegevoegd<br />
½ ons (in rum geweekte) rozijnen, en dan in een<br />
beboterde ovenschaal doen. De met 4 eetlepels<br />
poedersuiker stijfgeslagen eiwitten daar gelijkmatig<br />
over verdelen en dan ca. ½ uur in voorverwarmde<br />
oven van 150°, zo nodig even onder deksel.<br />
Serveren met warme puddingsaus.<br />
Vanilletaart:<br />
kruimeldeeg maken van bloem en ca. 10% van<br />
deze hoeveelheid aan suiker, met de halve hoeveelheid<br />
koude boter erdoor gesneden en wat ijskoud<br />
water. Na snel kneden, uitrollen of 'uitdrukken'<br />
tot taartbodem: in een beboterde (spring-)vorm,<br />
even inprikken en dan deze bodem bedekken met<br />
banketbakkersroom (zie pag. 161), doch dan met<br />
koude melk (en zonder koken) en evt. ook zonder<br />
bloem. Dan 35 min. onderin de voorverwarmde<br />
oven van 190°.<br />
Wentelteefjes:<br />
12 sneetjes oud brood één voor één door een<br />
mengsel 'wentelen' van: 2 eieren losgeklopt met 2<br />
eetlepels suiker, mespunt kaneel, de rasp van ½<br />
citroen en 4 dl melk. Laten intrekken tot het brood<br />
geheel 'doorweekt' is en ze dan in de koekepan<br />
snel aan weerskanten bruin en krokant bakken.<br />
Warm opdienen, bestrooid met basterdsuiker en<br />
kaneel.<br />
Welsh rarebit:<br />
sneetjes geroosterd wit (casino-)brood dik beleggen<br />
met een smeuïg geroerd mengsel van 1 ons<br />
geraspte (liefst Cheddar-)kaas, 2 eetlepels zachte<br />
boter, 2 theelepels mosterd, snufje cayennepeper<br />
en 2 eetlepels bier - en in hete oven in enkele min.<br />
goudbruin gratineren (of ca. 10 cm onder de voorverwarmde<br />
hete grill).<br />
142<br />
Sandwiches: casinobrood van korsten ontdoen en<br />
dan horizontaal (dus in de lengte) in vieren snijden:<br />
elke plak tot nog (iets) dunner uitrollen met een<br />
deegroller. Daarna besmeren met één van de<br />
onderstaande 'spreads', vanaf de korte kant stevig<br />
oprollen en, verpakt in aluminiumfolie, 2-3 uur in de<br />
koelkast laten opstijven. Daarna elke rol in 6-7<br />
plakjes snijden en dakpansgewijs op de opdienschaal<br />
leggen, gegarneerd met toefjes peterselie,<br />
tuinkers of waterkers. Of gewoon twee plakjes ontkorst<br />
casinobrood op elkaar en dan in driehoekjes<br />
snijden.<br />
kerrie-ei-spread: (dooiers van) 4 hardgekookte<br />
eieren fijnprakken en mengen met eetlepel slagroom,<br />
30 g zachte boter, 1 theelepel kerrie en<br />
snufje zout: tot gladde crème roeren.<br />
ansjovisspread: ansjovisje-uit-blik fijnprakken met<br />
hardgekookt eigeel en mengen met eetlepel mayonaise<br />
en flink wat druppels tabasco.<br />
zalmspread: blikje rode zalm uit laten lekken en (in<br />
mengbeker) aanvullen met bekertje crème fraîche,<br />
75 g zacht-geroerde boter, theelepel citroensap, 3<br />
eetlepels fijngeknipte dille en snufje cayennepeper<br />
(en zout naar smaak).<br />
tonijnmousse: een uitgelekt blikje tonijn (naturel)<br />
'mixen' met bekertje crème fraîche, theelepel<br />
mosterd, 2 eetlepels gesnipperde peterselie, 1<br />
eetlepel citroensap en zout en peper.<br />
levermousse: 75 g kippeleverpaté (zie pag. 56) óf<br />
fijne leverpastei vermengen met 1½ eetlepel slagroom<br />
en 1½ eetlepel madeira.<br />
kaas-bieslookspread: 2 ons Monchou met 4 eetlepels<br />
room (of kwark) tot smeuïge massa roeren<br />
(of in mengbeker mengen), op smaak maken met<br />
peper en zout en theelepel paprikapoeder en 20<br />
sprietjes bieslook erin fijn knippen.<br />
Sandwich Victoria: eerst laagje mosterdboter (ons<br />
boter zacht geroerd met eetlepel mosterd en theelepel<br />
citroensap), dan plak gekookte rundertong,<br />
daarop in kippenbouillon gepocheerde en daarna<br />
fijngemalen kipfilet, smeerbaar gemaakt met mayonaise<br />
en op smaak gemaakt met zout en tabascosaus,<br />
en evt. gegarneerd met tuinkers.<br />
Met sommige van deze spreads zijn ook goed<br />
hard-gekookte en gehalveerde eieren te vullen.<br />
Over het koken van eieren:<br />
Opgezet met koud water vanaf het moment van koken<br />
rekenen op ca. 4 min. voor een zachtgekookt<br />
ei (dooier nog week, het wit wel vast), 6 min. voor<br />
vrij hardgekookt (ook dooier net vast) en 8 min.<br />
voor zeer hardgekookt (de dooier is droog en kan<br />
makkelijk worden verkruimeld).<br />
Opgezet met kokend water zijn de kooktijden resp.<br />
5, 7 en 10 min.
KOUDE NAGERECHTEN<br />
Chocolade-mousse:<br />
2 ons (pure) chocolade-brokken au-bain-marie<br />
smelten, samen met 4 eetlepels water. Dan ½ eetlepel<br />
boter en 1 dl sterke koffie(-extract) óf 3 eetlepels<br />
sinaasappellikeur erdoor tot glad roeren.<br />
Daarna 2 eierdooiers met 2 eetlepels suiker schuimig<br />
kloppen en door het chocolademengsel spatelen,<br />
vervolgens een deel van het stijf geklopte eiwit<br />
erdoor mengen. De rest van het eiwit door eerst<br />
apart lobbig geklopte (1 dl) slagroom (met zakje<br />
vanillesuiker) kloppen en dan ook dit door de nog<br />
lauwwarme chocolademousse mengen. Minstens ½<br />
uur in de koelkast opstijven.<br />
Chocolade-koffie-crème:<br />
½ l melk met 75 g (bittere) chocolade en wat suiker<br />
opkoken en dan al roerend eraan toevoegen 2 eidooiers,<br />
losgeklopt met afgestreken eetlepel<br />
maïzena (of aardappelmeel). Op laag vuur al roerend<br />
dik laten worden (niet laten koken!) en dan<br />
eetlepel fijngemalen koffie erdoor, samen met de<br />
stijfgeklopte eiwitten. In koelkast koud laten worden.<br />
Crème brûlée:<br />
5 dl slagroom aan de kook brengen en gespleten<br />
vanillestokje er 10 min. langzaam in laten trekken<br />
(of zakje vanillesuiker erdoor). Dan 5 eierdooiers<br />
met 2 eetlepels witte basterdsuiker zolang kloppen<br />
(of 'mixen') dat het een bijna witte kleur heeft gekregen:<br />
de nog warme room er heel langzaam door<br />
roeren en au-bain-marie (in grote pan met bijna<br />
kokend water!) blijven roeren tot het mengsel is<br />
gebonden. Hier 4-6 soufflépotjes mee vullen en na<br />
afkoelen bestrooien met een laagje basterdsuiker<br />
en direct onder een hete grill tot goudbruin caramelliseren.<br />
Koud serveren.<br />
Crème caramel:<br />
in kleine pan met dikke bodem 50 g suiker met 2<br />
eetlepels water op zacht vuur smelten en goudbruin<br />
kleuren. In kom 2 eieren met 2 eidooiers en ¼ dl<br />
melk los kloppen, 25 g suiker erdoor en dit over de<br />
caramel, verdeeld over 4 soufflépotjes. Dan deze in<br />
diepe ovenschaal, waarin water tot ½ cm onder de<br />
rand van de potjes: 30-40 min. in voorverwarmde<br />
oven van 180°. Na afkoelen in koelkast opstijven,<br />
evt. etmaal lang.<br />
Frans chocoladetoetje (zeer machtig!):<br />
in pan met dikke bodem op laag vuur 1½ ons bittere<br />
chocolade en 125 g kristalsuiker al roerend laten<br />
smelten in ½ l volle melk: dan onder regelmatig roeren<br />
in ca. 45 min. op heel laag vuur laten 'indampen'<br />
tot een gebonden crème is ontstaan (er<br />
rekening mee houden dat het bij afkoelen nog indikt).<br />
In de koelkast goed af laten koelen.<br />
143<br />
Chocolade-ijs:<br />
in een steelpannetje 125 g (bittere) chocolade-inbrokken<br />
langzaam laten smelten, samen met 4<br />
eetlepels sterke (!) koffie en 2 theelepels vanillesuiker,<br />
boven zéér laag vuur. De zacht-smeltende<br />
chocola goed doorroeren, 2 eierdooiers loskloppen<br />
en die er geleidelijk door roeren. Met de pan<br />
van het vuur nog even krachtig blijven kloppen!<br />
Dan ruim 1 dl slagroom met 3 eetlepels suiker<br />
bijna stijf kloppen en er vervolgens geleidelijk<br />
bekertje zure room (of crème fraîche) door kloppen.<br />
Dit met de chocolademassa vermengen, in<br />
een vrieslaatje scheppen en minstens 3 uur (!) in<br />
het vriesvak laten opstijven.<br />
Custardsaus:<br />
aan ½ l melk, net aan de kook gebracht, al roerend<br />
toevoegen 15 g custardpoeder, eerst met wat<br />
van de koude melk tot een glad papje geroerd, en<br />
3 min. op laag vuur laten koken. Er dan 40 g<br />
suiker en 1 zakje vanillesuiker door roeren.<br />
Chocoladesaus:<br />
als boven, doch dan met maïzena i.p.v. custard en<br />
met ook nog 20 g cacao door het maïzena-papje<br />
gemengd (en zonder vanillesuiker).<br />
Kaneelsaus:<br />
als boven, doch nu met kaneel door het maïzenapapje<br />
geroerd (en ook zonder vanillesuiker).<br />
Mousse van verse roomkaas:<br />
2 ons roomkaas roeren met 2 eetlepels melk en<br />
evenveel vloeibare honing tot glad mengsel; 1 dl<br />
slagroom stijf kloppen met zakje vanillesuiker en<br />
dit samen met stijfgeklopt eiwit door de roomkaas<br />
spatelen. Dit bijv. serveren bij mengsel van verse<br />
(rode) zomervruchten, na schoonmaken besprenkeld<br />
met citroensap en bestrooid met witte<br />
basterd-suiker<br />
Dame Blanche:<br />
bolletjes vanille(room-)ijs overgoten met warme<br />
chocoladesaus.<br />
Pêche Melba:<br />
bolletjes vanille(room-)ijs bedekken met halve perziken<br />
(uit blik) en overgieten met frambozenpuree<br />
(of -jam).
Griesmeelpudding:<br />
ca. 1 l melk, evt. met zakje vanillesuiker en klein<br />
stukje citroenschil, aan de kook brengen en er dan<br />
1 ons griesmeel en 1 ons suiker al roerend in<br />
strooien: ca. 5 min. zachtjes laten koken. Intussen 2<br />
eierdooiers loskloppen (evt. met de eerder genoemde<br />
suiker: dit er dan nu pas bij) en door de<br />
pudding kloppen, evt. samen met ½ onsje boter en<br />
evt. ook nog ½ ons rozijnen. Dan ook de 2 stijfgeklopte<br />
eiwitten erdoor spatelen en hierna óf laten<br />
afkoelen en stijf laten worden in een puddingvorm<br />
afgedekt met folie (en daarna 'storten' op een<br />
schaal) óf nog 10-15 min. in de oven van 170° (dan<br />
uiteraard in een ovenvaste schaal) en bestrooien<br />
met poedersuiker. Serveren met gezoet bessensap<br />
(gebonden met maïzena of aardappelmeel en gekruid<br />
met kaneel), óf met zgn. 'Haagse Bluf': ca. 1<br />
dl bessensap stijf 'opgeklopt' met een eiwit en wat<br />
suiker.<br />
Griesmeel 'Grandmère' (met port-pruimedanten):<br />
de griesmeelpudding als boven, doch nu met 1 losgeklopt<br />
ei én 3 blaadjes (opgeloste) gelatine door<br />
de nog warme pudding geklopt, en na afkoelen tot<br />
lauw nog eens een klein flesje slagroom, stijf geklopt<br />
met eetlepel basterdsuiker, er luchtig door<br />
geschept: dan in een omgespoelde puddingvorm<br />
laten opstijven. Vooraf de 12 pruimedanten 6-8 uur<br />
laten weken in 1½ dl versgeperste sinaasappelsap<br />
met 1½ dl port; daarna een schijfje citroen, 2-3<br />
eetlepels suiker en een stukje pijpkaneel erbij en in<br />
gesloten pan aan de kook brengen: ca. 20 min.<br />
zachtjes laten koken, dan de pruimen en de citroen<br />
en het kaneelstokje er uit nemen en tot de helft in<br />
laten koken. De pruimen er weer bij doen en in het<br />
vocht laten afkoelen. Serveren met een deel van de<br />
pruimedanten gerangschikt rond de stijve pudding,<br />
de rest apart met de saus opgediend.<br />
Bitterkoekjesvla:<br />
kleine liter melk aan de kook brengen en (op 1-2 dl<br />
na) al roerend (in gedeeltes) vermengen met 2<br />
eieren die zijn losgeklopt met ½ ons suiker, 1 zakje<br />
vanillesuiker en 20 g custardpoeder: blijven roeren<br />
tot gladgebonden vla is ontstaan (af laten koelen in<br />
bak met koud water, af en toe roerend om velvorming<br />
tegen te gaan). Ons bitterkoekjes in vieren<br />
snijden en overdoen in diep bord: besprenkelen met<br />
2 eetlepels rum en dan de rest van de warme melk<br />
erover - en kwartiertje laten weken. Dan de helft<br />
van de vla in een schaal schenken, de bitterkoekjes<br />
erover verdelen, en bedekken met de rest van de<br />
vla. Verder laten afkoelen in de koelkast.<br />
144<br />
Rum-(room-)pudding: (voor 4 personen)<br />
½ l schenkroom (of volle melk met room erdoor)<br />
zachtjes verwarmen en, van het vuur af, 6 blaadjes<br />
geweekte (en uitgeknepen) gelatine erin oplossen.<br />
Dan ½ ons, vooraf ca. ½ uur in ½ dl rum<br />
gewelde, rozijnen erdoor, samen met de rum en<br />
met 1 pakje vanillesuiker, 2 eetlepels suiker en 4<br />
zeer fijn gesnipperde gemberbolletjes. De massa<br />
af laten koelen tot ze wat begint te geleren en dan<br />
over-doen in omgespoelde puddingvorm: op koele<br />
plaats laten opstijven en daarna keren. Serveren<br />
met slagroom, stijf geklopt met 1 pakje vanillesuiker<br />
en 1 eetlepel witte basterdsuiker.<br />
Leche crème (Italiaanse pudding):<br />
3 theelepels maizena boven vuur aanmaken met<br />
deel van 2 dl melk, dan wat kaneel, scheutje marsala<br />
en 1 vanillestokje erdoor, en van het vuur af<br />
er nog ½ ons suiker en rasp van 1 citroen door<br />
roeren: opnieuw al roerend aan de kook brengen<br />
met de rest van de melk. Vanillestokje eruit nemen<br />
en 6(!) eierdooiers, losgeklopt met flinke scheut<br />
room, erdoor roeren. Dan in (omgespoelde!)<br />
puddingvorm en in koelkast laten 'opstijven',<br />
bestoven met wat kaneel.<br />
Citroen-bavarois:<br />
4 eierdooiers (op kamertemperatuur) met 1 ons<br />
suiker tot schuimige luchtige massa kloppen (die<br />
als licht breed lint van de lepel loopt), dan ¼ l<br />
warme melk geleidelijk toevoegen en boven laag<br />
vuur tot lichtgebonden vla roeren (niet koken!).<br />
Dan 3 in koud water geweekte gelatineblaadjes<br />
erin oplossen, en 2 theelepels citroenrasp en het<br />
sap van 1 citroen en van ½ sinaasappel er stevig<br />
roerend bij doen. Na wat afkoelen er stijf geklopte<br />
slagroom door roeren en volledig laten afkoelen in<br />
koelkast. Dan (pas) garneren met aardbeien-inplakjes.
Custardpudding(en):<br />
roer 8 eetlepels custardpoeder met ca. dezelfde<br />
hoeveelheid suiker eerst tot glad papje met 6 eetlepels<br />
koude melk: dan dit door de rest van in totaal<br />
1 l kokende melk roeren en al roerend ca. 3 min.<br />
laten koken tot dikke vla. Dit in een met koud water<br />
omgespoelde puddingvorm gieten en enkele uren<br />
laten afkoelen en opstijven. Daarna 'storten' op een<br />
platte schaal of bord, en serveren met bessensap.<br />
Puddingen op basis van custardpudding:<br />
Bitterkoekjespudding:<br />
in de melk eerst ½ pond (verbrokkelde) bitterkoekjes<br />
stuk koken, verder als boven.<br />
Chocoladepudding:<br />
bovengenoemd custardpapje aanvullen met in<br />
totaal 1 ons suiker en 35 g cacao, verder als boven.<br />
Serveren met toefjes stijf geklopte slagroom.<br />
Hopjespudding:<br />
eerst 1 ons suiker met 2 eetlepels water op matig<br />
vuur laten smelten en caramelliseren en dan daar<br />
eerst de kokende melk (met nog 2 theelepels oploskoffie)<br />
geleidelijk bij doen en dan pas het custardpapje.<br />
Serveren met custardsaus.<br />
Mokkapudding:<br />
in de kokende melk eerst 3 eetlepels oploskoffie oplossen,<br />
daarna als boven, maar met 1 ons suiker.<br />
Serveren met toefjes slagroom.<br />
Sinaasappelpudding:<br />
de melk samen met de rasp van 2 sinaasappels<br />
aan de kook brengen, de rest als boven.<br />
Schuimige sinaasappelpudding van Jos:<br />
van 5 sinaasappels en 1 citroen 4 dl sap persen en<br />
1 dl daarvan verwarmen, daarin 1 ons suiker al roerend<br />
oplossen, 8 blaadjes (geweekte en weer goed<br />
uitgeknepen) gelatineblaadjes erbij en dan het warme<br />
lobbige sap door de resterende koude sap<br />
mengen en dik-lobbig laten worden, af en toe<br />
roerend. Van 2-3 eieren de eiwitten stijfkloppen en<br />
luchtig door 1½ dl opgeklopte slagroom spatelen:<br />
dan ook het sapmengsel er luchtig door mengen,<br />
overdoen in één (of meerdere) puddingvorm(en) en<br />
in de koelkast in 3 uur stijf laten worden. Garneren<br />
met stijfgeklopte slagroom (met evt. Grand Marnier)<br />
145<br />
Syllabub:<br />
gewassen citroen heel dun afschillen en daarna<br />
uitpersen. De schil 1 uur laten 'weken' in een<br />
mengsel van 70 g honing, los geroerd met ruim ½<br />
dl witte wijn, 4 eetlepels citroensap, 35 g suiker en<br />
1 eetlepel cognac. Dan de schil eruit nemen en<br />
door het vocht 2½ dl slagroom lobbig kloppen en 1<br />
uur in de koelkast laten opstijven. Verdelen over 4<br />
(wijn-)glazen en garneren met de citroenschilsliertjes;<br />
evt. ook nog bestrooien met een snufje<br />
foeliepoeder.<br />
Tiramisu:<br />
3 eierdooiers schuimig kloppen met 4 eetlepels<br />
suiker (en zakje vanillesuiker) en daar door roeren<br />
500 g romig-geklopte mascarpone en 4 eetlepels<br />
marsala. De 3 (als eerste!) stijfgeklopte eiwitten<br />
voorzichtig door het mengsel spatelen. Dan in 2 dl<br />
zéér sterke koffie (bijv. Espresso) eetlepel suiker<br />
oplossen en daarna vermengen met 3 eetlepels<br />
Amaretto (of andere koffielikeur - óf in totaal 5<br />
eetlepels rum of cognac of marsala) - en af laten<br />
koelen. De bodem van een vrij platte ovenschaal<br />
beleggen met lange vingers, daar de helft van de<br />
vloeistof over gieten, vervolgens de helft van de<br />
crème erover en dan weer een laag lange vingers<br />
(gedrenkt in de vloeistof) en tenslotte de rest van<br />
de crème. Dan, evt. minstens een dag, op een<br />
koele plaats laten betijen (óf ½ uur in het vriesvak).<br />
Kort voor het serveren bestrooien met<br />
cacaopoeder.<br />
Trifle: (enkele dagen van tevoren bereiden!)<br />
de bodem van een (hoge!) puddingvorm bedekken<br />
met stukken oudbakken cake, besmeerd met jam<br />
of marmelade en ruim overgoten met (zoete of<br />
medium) sherry (of marsala). Hierover, na minstens<br />
3 uur intrekken, een laag (vers of gekookt)<br />
fruit (perzik, abrikoos, ananas, banaan of sinaasappel).<br />
Hierover afgekoelde pudding, gemaakt van<br />
een pakje (of van eierdooiers, suiker, vanillesuiker<br />
en melk). Voor een luchtige pudding er een stijf<br />
geklopt eiwit (koud) door spatelen. Als bovenste<br />
(dikke!) laag licht-stijf geklopte slagroom.
Godenspijs:<br />
ca. 1 kg kersen (uit de pot) zo nodig ontpitten en<br />
met 1 ons suiker en zakje vanillesuiker enkele min.<br />
opkoken: dan zeven en deel van het hete sap over<br />
een verkruimelde (chocolade-)cake gieten (ca. 2<br />
ons), samen met 3 eetlepels kirsch. Als dit is afgekoeld<br />
½ ons bittere chocolade 'schaven' en erdoor<br />
spatelen. Slagroom met (bijna) evenveel crème<br />
fraîche en suiker stijf kloppen. Dan in (glazen, doorzichtige)<br />
schaal afwisselend een laagje: kersen -<br />
cakemengsel - room - met als laatste slagroom. Bestrooien<br />
met chocoladerasp (of cacao) en in koelkast<br />
opstijven.<br />
Kabinetpudding:<br />
van ½ l vanillemelk (d.w.z. volle melk aan de kook<br />
gebracht met zakje vanillesuiker of uitgeschrapt<br />
vanillestokje en dan ca. 10 min. 'getrokken') en ca.<br />
4 eieren, los en romig geklopt met 1 dl koude melk<br />
en 75 g (poeder-)suiker, een schuimige vanillevla<br />
kloppen, en deze vermengen met bijv. tiental(len)<br />
lange vingers (in kleine stukjes gebroken), fijngesneden<br />
gekonfijte vruchtjes en ½ ons geweekte en<br />
uitgelekte rozijnen, besprenkeld met eetlepels rum.<br />
Wat laten afkoelen en overdoen in beboterde (en<br />
met suiker bestrooide) tulbandvorm. Tot het afmaken<br />
afgedekt met folie in de koelkast. In voorverwarmde<br />
oven van 220°, in een diepe braadslee (of<br />
grote pan) gevuld met zoveel kokend water dat de<br />
vorm voor drie-kwart onder staat, in ca. 1 uur gaar<br />
laten worden. Storten op een natgemaakte (!) platte<br />
schaal en serveren met custard-rumsaus (warme<br />
custardsaus als op pag. 143, vermengd met rum)<br />
en evt. garneren met toefjes slagroom.<br />
Italiaanse kerstwolk:<br />
4 eierdooiers met 30 g kristalsuiker met een handmixer<br />
zolang kloppen tot het mengsel lichtgeel en<br />
luchtig is geworden: dan met een vork een pond<br />
ricotta (verse Italiaanse kaas: een soort monchou),<br />
samen met nog ½ ons suiker en onsje geraspte<br />
bittere chocolade, erdoor roeren. De 4 eiwitten met<br />
een snufje zout zo stijf kloppen dat het blijft 'staan'<br />
als de kom op de kop wordt gehouden: bestrooien<br />
met weer wat suiker en dit er even goed door kloppen<br />
met de mixer, tot het een mooie glans heeft<br />
gekregen. Dan heel losjes door het ricottamengsel<br />
spatelen en de luchtige massa verdelen over 6<br />
grote ijscoupes: afgedekt met folie in de koelkast<br />
ijskoud laten worden.<br />
Chaudeau:<br />
¼ l witte wijn, 2 eieren, ½ ons suiker, rasp van ¼<br />
citroen en sap van ½ citroen goed vermengen met<br />
5 g aardappelmeel en au-bain-marie schuimig kloppen:<br />
direct serveren.<br />
146<br />
Chipolatapudding:<br />
2 eierdooiers opkloppen met onsje suiker en er<br />
dan al kloppend 3 dl vanillemelk (d.w.z. volle melk<br />
aan de kook gebracht met een zakje vanillesuiker<br />
of uitgeschrapt vanillestokje, en 10 min. 'getrokken')<br />
bij tot een schuimig mengsel. Dan in een pan<br />
en al roerend verwarmen tot het bindt (eerst verdwijnt<br />
het schuim, dan wordt het langzaam dikker;<br />
vooral niet laten koken, dan gaat het schiften!).<br />
Van het vuur af (!) 5 geweekte en uitgeknepen<br />
blaadjes gelatine (4 wit en 1 rood!) erdoor roeren<br />
tot ze opgelost zijn. Dan de vla onder nu en dan<br />
roeren afkoelen tot het gelei-achtig begint te<br />
worden. De 2 stijfgekopte eiwitten door de stijfgeklopte<br />
2½ dl slagroom spatelen en met de afgekoelde<br />
vla luchtig mengen tot homogeen<br />
mengsel. En dan (pas!) de 40 g in stukken gebroken<br />
lange vingers en de 20 g rozijnen, beide<br />
goed geweekt in dl marasquin, erdoor scheppen<br />
(en evt. bigarreaux!). In met koud water omgespoelde<br />
puddingvorm en in de koelkast minstens<br />
2 uur opstijven. Dan ‘storten’ op een schaal en<br />
garneren met toefjes stijfgeklopte en gezoete<br />
slagroom.<br />
Abrikozen-charlotte:<br />
½ pond gedroogde abrikozen enkele uren weken<br />
in ¼ l zoete witte wijn, dan stuk citroenschil erbij<br />
en in de wijn gaar koken. Klein flesje slagroom<br />
met 1 ons suiker stijf kloppen, dan bekertje zure<br />
room erdoor en 1 ons zeer fijn gemalen gepelde<br />
amandelen. De wanden van een niet al te wijde<br />
glazen vorm 'bekleden' met lange vingers en deze<br />
besprenkelen met iets van het abrikozen-kookvocht.<br />
Vorm vol scheppen met afwisselende laagjes<br />
abrikozen en slagroommengsel. Enkele uren in<br />
de koelkast laten 'opstijven'.<br />
Zabaglione:<br />
4 eierdooiers met eetlepel suiker opkloppen tot het<br />
als een wit lint van de garde loopt: dan au-bainmarie<br />
verder tot warm kloppen en er beetje-bijbeetje<br />
2 dl marsala (of witte port of zoete sherry)<br />
door kloppen. Serveren in glazen, met lange<br />
vinger of wafel erin gestoken.<br />
Zabaglione freddo:<br />
4 eierdooiers met mixer schuimig en crèmekleurig<br />
kloppen met ons witte basterdsuiker, 2<br />
zakjes vanillesuiker en 1½ dl cream-sherry (of<br />
marsala) - en dan au-bain-marie kloppen tot de<br />
dikte van dunne vla. Na afkoelen er ¼ l halfstijf<br />
geklopte slagroom luchtig door spatelen (deel<br />
achterhouden voor garnering) en verdelen over<br />
vier hoge coupes, waarin perzik-in-stukken. In de<br />
diepvries 1-3 uur (half) bevriezen.
X (ZOUTE EN ZOETE) BAKSELS<br />
147<br />
SOORTEN DEEG<br />
KNEEDDEEG: gistdeeg en zandtaart(en korrel)deeg<br />
ROLDEEG: korst- of kruimel- of pie-deeg en bladerdeeg<br />
KOOKDEEG (of soezendeeg)<br />
ROER- EN KLOPDEEG: cake-, biscuit- en Moskovisch deeg<br />
BROOD EN BROOD-(GIST-)DEEG Wit-, volkoren- en bruin-brood<br />
Chocoladebrood<br />
Brioche (boterbrood)<br />
Grieks nieuwjaarsbrood<br />
Frans paasbrood, Russisch paasbrood<br />
Elzasser 'kougelhoupf'<br />
Deense tulband (Julekrans)<br />
Frans anijsbrood<br />
Amerikaans dillebrood<br />
Italiaans uienbrood (Focaccia)<br />
Frans-Zwitsers kaasbrood<br />
Jordaanse broodjes<br />
Turkse broodjes<br />
Hongaarse koekepanbroodjes<br />
Russische wrongelbroodjes<br />
Elzasser Flammkuchen<br />
Pizza particulare (in soorten) en Calzone<br />
BAKSELS VAN BAKPOEDER-DEEG Zoete scones - Muffins in soorten<br />
Hongaars dessert-gebak<br />
Cheese-scones<br />
Engels kruidenbrood<br />
Hampasteitjes, Maïsbrood<br />
Amerikaans pindabrood en -fry bread<br />
Joodse knishes, Empanada's en Enchilada's<br />
Turkse Boerek & Bulgur-salade(s)<br />
KAASTAARTEN NAAR SMAAK Eier-kaas-taart, Turkse kaaskoek, Turkse fetakaaskoeken<br />
Geitenkaasquiche, Zwitserse kaastaart, variant van Flammkuchen<br />
en verder Quiches in velerlei variaties<br />
HARTIGE TAARTEN ZONDER KAAS Engelse sausage-pie - Ierse zalmpastei<br />
Lotharinger en Elzasser spektaart - en 'Pizza-Pie'<br />
SOEZEN(-DEEG) soesjes met zoute of zoete vulling (waaronder banketbakkersroom)<br />
VRUCHTENVLAAIEN in vele vormen<br />
APPELTAARTEN in vijftien variaties: van zand of korstdeeg en van cakedeeg (van de<br />
aloude Hollandse appeltaart en de Tarte tatin naar appeltaarten uit<br />
diverse landen). Verder nog aanverwante appelbaksels (o.a. appelbollen<br />
en -carré’s en -flappen en -strudel en -rolle)<br />
ANDERE TAARTEN ananascake, bananen-tatin, boterkoek, gembertaart, Dundeecake,<br />
Italiaanse chocoladetaart, brownies, warme chocoladecakejes met<br />
gesmolten hart, Mohr im Hemd, Biscuitcake van Artusi, Normandische<br />
pruimentaart, Madeleines, Cupcakes<br />
KOEKJES zoute voor bij de borrel<br />
zoete voor bij de koffie of de thee
KNEEDDEEG:<br />
148<br />
SOORTEN DEEG<br />
Gistdeeg - met (verse) bakkersgist of (gedroogde) gistkorrels: (tarwe-)bloem (of volkorenmeel of andersoortige<br />
bloem) gemengd met 5-10% gist, 1-2% zout en gemiddeld ca. 70% vocht (evt. voor een klein deel te vervangen<br />
door boter en/of ei) eerst flink vermengd middels houten pollepel of met de mixer (met deeghaken) tot het deeg<br />
gaat ‘samenhangen’ en vervolgens met de handen gekneed (én geslagen én getrokken) tot het niet meer aan<br />
de handen blijft plakken. Dan ½-1½ uur gerezen op warme plaats (bijv. boven een radiator, de mengkom<br />
‘afgeplakt’ met huishoudfolie of gehuld in plastic zak; of in de oven als deze een zgn. 'rijsstand' van 50° heeft),<br />
daarna overdoen in de ingevette bakvorm (of op de ingevette bakplaat) en na nog eens ca. ½ uur (na-)rijzen,<br />
25-45 min. in de (zeer) hete oven van 240°. (ovenstanden en baktijden aanpassen als op pagina 172!!)<br />
Zandtaartdeeg - gemaakt van bloem (of zelfrijzend bakmeel) met koude harde boter en basterdsuiker, in de<br />
verhouding van 4 : 3 : 2 (100 g - 75 g - 50 g), met evt. nog wat (ijskoude) melk of ei: dan dadelijk snel even<br />
gekneed met één (koele!) hand tot een samenhangende bol (evt. tijdje laten rusten op een koele plaats). Dan<br />
deze 'uit-drukken' in de bakvorm (óf evt. uitrollen met een deegroller op een met bloem bestoven oppervlak en<br />
daarna 'op maat' op een ingevette of met bakpapier belegde bakplaat óf in springvorm) en dan 15-45 min.<br />
middenin (of iets hoger: op de 2e richel van) een voorverwarmde oven van 180°. Het baksel blijft beige-bruin en<br />
vrij bros, dus vooral ook geschikt voor koekjes en als taartbodem ('Harde Wener'): hetzelfde recept, maar met<br />
minder basterdsuiker (tot de helft) en evt. wat minder ei. Bijv. na het afkoelen eerst bedekken met banketbakkersroom<br />
(pag. 161), daarop verse vruchten (bij voorkeur aardbeien) en daarover slagroom.<br />
Voor verfijnd zandtaartdeeg iets meer boter, dus in verhouding 4 : 4 : 2.<br />
Korreldeeg of Kruimeldeeg is afgeleid van zandtaartdeeg, maar hierbij wordt (juist) wél kristalsuiker gebruikt<br />
en veelal iets minder boter (verhouding 100 g bloem + 50 g suiker + 50 g boter) (wordt bijv. wel gebruikt als<br />
bedekking van een vlaai van gistdeeg: zie pag.162 – of bij een appelkruimeltaart: zie pag.163).<br />
ROLDEEG:<br />
Bladerdeeg of feuilleté-deeg: moeilijk zelf (goed) te maken en makkelijk kant-en-klaar gekocht, uit de<br />
diepvries. Wél bij voorkeur roomboter-bladerdeeg gebruiken!<br />
Engels korst- of piedeeg (vooral ook voor niet-zoete baksels) - bloem (met een snufje zout) zeven in een<br />
mengkom en erdoorheen 'snijden' (met een tafelmes) de halve hoeveelheid daarvan aan koude boter of<br />
margarine (of voor luchtiger piedeeg nog ca. ¼ aan boter méér, dus voor 100 g bloem 75 g boter), en er nog<br />
wat ijskoud water (of melk) door roeren (ca. ½ dl op 100 g bloem), óf een ei, tot een korrelige structuur ontstaat<br />
(voor 'gewoon' korstdeeg rijstkorrel-achtig, voor luchtig piedeeg meer knikkergroot). Even snel tot een samenhangende<br />
deegbal kneden. Na evt. uurtje rusten op koele plaats (vooral van belang bij luchtig korstdeeg) dun<br />
uitrollen op bebloemde onderlaag (dit enkele malen herhalen, na steeds weer opvouwen!) en daarna,<br />
verpakt in aluminiumfolie, minstens ½ uur laten rusten (in de koelkast). En vervolgens, al of niet gevuld en al of<br />
niet in een beboterde bakvorm, ca. 45 min. iets onder het midden in voorverwarmde oven van 200° (luchtig piedeeg<br />
ca. 30 min. in een nog wat hetere oven van 220°).Voor (iets) zoetig korstdeeg wordt een eetlepel suiker<br />
toegevoegd aan ½ pond bloem. Dan ook dit deeg snel kneden (met de vingertoppen).<br />
Amerikaans piedeeg onderscheidt zich van de bovenstaande doordat ook olie (naast boter) wordt toegevoegd<br />
én bakpoeder (of zelfrijzend bakmeel wordt gebruikt). Bijv. aldus: bijna ½ pond bloem (met snufje zout), 8<br />
eetlepels olie en 1 eetlepel (of ½ zakje) bakpoeder; en dan zoveel koude (fijngesneden) boter en vocht (koud<br />
water en/of ei) dat het deeg 'houdt' en uitgerold kan worden. Het behoeft niet bij herhaling te worden uitgerold,<br />
zoals bij Engels piedeeg.<br />
Duits korstdeeg krijgt men door een deel van de olie door kwark (of dikke yoghurt of verse roomkaas) te<br />
vervangen. Bijv. aldus: ½ pond bloem met 1 zakje bakpoeder (of zelfrijzend bakmeel) met een snufje zout in<br />
een mengkom gezeefd en daar 125 g kwark door geroerd; 1 ei losgeklopt met 5 eetlepels melk (daar iets van<br />
achterhouden voor het bestrijken van het deeg) en vervolgens met 4 eetlepels olie, en ook door het bloemmengsel<br />
geroerd: vlug tot een soepel deeg kneden (beslist niet langer dan nodig is om een samenhangende<br />
deegbal te vormen). Op een bebloemde onderlaag uitrollen tot ca. ½ cm dikte.
149<br />
Frans kruimeldeeg of briséedeeg (brisée = brokkelig) wordt gemaakt met harde boter óf zacht geroerde boter<br />
(de helft van de hoeveelheid bloem) en veelal met toevoeging van een weinig suiker. Bijv. aldus: in een kuiltje<br />
van ½ pond bloem (of zelfrijzend bakmeel) met mespunt zout en met evt. 25 g basterdsuiker (en/of 1 zakje<br />
vanillesuiker) 125 g boter-in-blokjes en 1 ei (en zo nodig enkele eetlepels ijskoud water) van buiten naar binnen<br />
verwerken (of in mengbeker met de deeghaken mengen). Snel even met koele hand kneden tot een vrij zachte<br />
bal en die enkele uren (of een hele nacht!) laten rusten in de koelkast. Daarna dun uitrollen - en in 20-30 min.<br />
bakken in voorverwarmde oven van 210°- 230°.<br />
Frans zanddeeg (pâte sablée): in kuiltje van 3 ons gezeefde bloem met snufje zout 1 ei (+ extra eierdooier)<br />
breken, dan 1½ ons poedersuiker (!) en zakje vanillesuiker erbij en 1½ ons zachte (!) boter-in-stukken. Snel<br />
door elkaar mengen, met spatel of koude hand, dan bol ervan vormen (evt. nog wat melk erdoor) en die in<br />
plastic-folie minstens een uur in de koelkast. Voor het gebruik dun uitrollen.<br />
KOOKDEEG OF SOEZENDEEG: zie pagina 161<br />
ROER- EN KLOPDEEG:<br />
Cakedeeg bestaat uit boter, kristalsuiker en bloem (evt. en/of zelfrijzend bakmeel) in ca. gelijke hoeveelheden<br />
(voor de gangbare cakevorm 200 g van deze bestanddelen (evt. is een deel van de boter te vervangen door<br />
evenveel margarine of melk) en met ca. 1 'doorsnee' ei op elke 50 g bloem (dus voor de cakevorm 4 eieren):<br />
eerst de zachte boter mét de suiker au-bain-marie wit-(!)romig kloppen en dan daar de eieren één-voor-één<br />
krachtig door 'mixen'. Dan de gezeefde bloem (of het bakmeel) mét snufje zout én flink wat citroenrasp er<br />
beetje-bij-beetje losjes doorheen spatelen (met nog enkele lepels water!). De evt. vulling er pas op het laatst<br />
door roeren, en dan dadelijk in een dik-beboterde én bebloemde cakevorm, de zijkanten van het deeg wat omhoog<br />
gestreken (om te voorkomen dat het hogere midden later openbarst) en ca. 1 uur precies in het midden in<br />
een voorverwarmde oven van 160° (bij vulling of voor donkerder korst 18 0°), liever op een rooster dan op een<br />
bakplaat. Evt. bovenwarmte wat afschermen door bakpapier erover (doch dit dan wel na 3 kwartier<br />
verwijderen). Na het bakken in de vorm ca. 15 min. laten afkoelen!<br />
N.B.: bij vulling (bijv. met rozijnen, gekonfijte vruchtjes of stukjes appel) liever een iets 'zwaarder' deeg gebruiken,<br />
bijv. een mengsel van meel en zelfrijzend bakmeel en/of volkorenmeel. Partjes appel (evt. vooraf<br />
bestrooid met suiker en kaneel) kunnen er bovenin worden 'gestoken': ze zakken vanzelf naar het midden.<br />
Naast de (evt. basterd-)suiker kan evt. ook nog een zakje vanillesuiker erdoor worden gemengd. Een echte<br />
‘citroencake’ krijgt men door de nog warme cake, waarin gaatjes geprikt, te besprenkelen met het sap van de<br />
citroen(en), net zo lang tot het niet meer (snel) wordt geabsorbeerd (verpakt in folie dag laten rusten).<br />
Biscuitdeeg (wordt altijd ongevuld gebakken en pas daarna evt. gevuld): 4 eieren + 1½ ons suiker (+ evt. zakje<br />
vanillesuiker en wat citroenrasp) + 4 eetlepels water - met de mixer (én evt. au-bain-marie!) minstens 5 (-10)<br />
min. wit-romig kloppen tot het als een breed lint (van vla-dikte) van de garde loopt. Vervolgens 1½ ons zelfrijzend<br />
bakmeel (óf gezeefde bloem vermengd met ca. ¼ deel maïzena) door het eiermengsel spatelen (met<br />
evt. 50 g gesmolten boter). Dan 30-40 min. op een beboterde bakplaat of in een beboterde bakvorm middenin<br />
een voorverwarmde oven van 170° en na even 'uitdampen' eruit halen. Pas 'op maat' (bijv. overlangs doormidden)<br />
snijden na volledig afkoelen. Het liefst vullen met iets vochtigs, zoals bijv. banketbakkersroom (zie<br />
onderaan pag. 161) of een suiker-siroopje (met evt. een likeurtje).<br />
Moscovisch deeg: eerst door 1 ons gezeefde bakmeel (of bloem met ¼ deel maïzena, dus samen 125 g, in dit<br />
geval aangevuld met een snufje zout) eenzelfde hoeveelheid (in gewicht) ijskoude (!) boter fijn snijden (tot de<br />
structuur van broodkruim). Dan 4-5 eierdooiers met 1 ons suiker (en evt. zakje vanillesuiker en/of citroenrasp)<br />
in 5 -10 min. met de mixer kloppen tot het als een dik lint van de garde loopt. De 4-5 eiwitten in een schone<br />
(vetvrije!) kom goed stijf kloppen (met een snufje zout) en dan alles in één keer (en één kom) voorzichtig luchtig<br />
door elkaar spatelen (de lichtste eiwitten onderin de kom, daarop de dooiers en daarover het bloem-botermengsel):<br />
in dik-beboterde met beschuitkruim bestrooide (tulband-)vorm middenin een oven van 180° of 210°<br />
in 45 min. resp. 35 min. gaar bakken. Evt. ook nog een ons gewelde en drooggedepte rozijnen door het deeg.
BROOD EN BROOD-(= GIST-)DEEG<br />
150<br />
De volgende hoeveelheden gelden voor 1 bakblik (broodvorm): pond tarwebloem (liefst van de warme bakker:<br />
'strong flour') zeven boven een mengkom, daarin een kuiltje maken en erin verkruimelen 25 g verse (of zakje<br />
van 7 g gedroogde) gist, dan daarover ½ theelepeltje suiker en vervolgens met 2-3 dl lauwwarm (!) water (of<br />
melk) tot dikke brij roeren, voorlopig nog met behoud van een droge rand meel: daarop 2 volle (!) theelepels<br />
zout strooien (mag in dit stadium niet met de gist in aanraking komen!). Dit zgn. zetsel 15 min. (of aanzienlijk<br />
langer!) laten zwellen.<br />
N.B.: Bij gebruik van gedroogde gist(-korrels) kan men dit ook eerst oplossen in lauw water (of lauwe melk) en<br />
daarin 10-15 min. laten zwellen. Voor een pond bloem rekenen op (zakje van) 7 g droge gist.<br />
Voor 'fijn brooddeeg' melk gebruiken i.p.v. water, en er evt. nog 1 eierdooier door en later losjes (!) het<br />
opgeklopte eiwit.<br />
Voor 'volkorendeeg' én wat meer water (en heel wat meer zout) én wat meer gist gebruiken (tot zelfs 10 g per<br />
ons volkorenmeel). Ook hier kan een losgeklopt ei erdoor wonderen doen, nl. het rijzen bevorderen.<br />
Voor 'bruin brood' is de verhouding bloem : volkorenmeel ca. 1 : 4.<br />
Voor 'fijn zoet brooddeeg' er nu bij doen de rasp van 1 citroen, een flinke eetlepel zachte boter of (dieet-)<br />
margarine, 1 eetlepel witte of bruine basterdsuiker en klein theelepeltje kaneel.<br />
(Fries suikerbrood: fijn brooddeeg na de eerste rijs vermengen met 2 ons vergruisde suikerklontjes en 2<br />
theelepels kaneel, en in ca. 30 min. onderin voorverwarmde oven van 250° gaar bakken.)<br />
Dan met de mixer (met deeghaken!) óf met een houten pollepel alles goed door elkaar mengen tot dit niet meer<br />
gaat (het deeg gaat samenhangen), daarna uit de kom storten en met beide handen (d.w.z. met de muizen van<br />
de handen, bijna met de polsen, en bij gestrekte armen!) krachtig kneden, minstens 10 min. achtereen, steeds<br />
weer ‘dubbelvouwend’.<br />
Zo nodig nog wat water of bloem erbij, tot een soepel deeg is ontstaan dat niet meer aan de handen blijft<br />
kleven. N.B.: volkorendeeg vergt (nog) meer inspanning en blijft stugger!<br />
De 'deegbal' weer in de mengkom doen, deze omhullen met een plastic zak en op een warme plaats (bijv.<br />
boven radiator van de verwarming; óf in de oven, doch dit kan alleen als deze een zgn. 'rijs'-stand van 50°<br />
heeft, en dan uiteraard zonder plastic zak), - tot het volume ongeveer is verdubbeld (na tenminste ½ uur).<br />
Voor 'gevuld' brood is dan de tijd gekomen voor bijmenging, bijv. met 1 ons voor-geweekte en weer goed<br />
afgedroogde rozijnen.<br />
Na deze 'eerste rijs' even weer (heel!) kort doorkneden en dan óf in een (brood)bakblik doen, dat van tevoren<br />
is ingevet en met bloem, paneermeel of beschuitkruim bestrooid, met de 'naad' van het opgevouwen deeg naar<br />
onderen (en al of niet boven ingeknipt tot 'knipbrood') - en hierin weer ca. 45 min. laten rijzen; óf tot 'vloerbrood'<br />
vormen en op de bakplaat, bedekt met folie of bakpapier, zelfde tijd laten rijzen.<br />
Na deze 'tweede rijs' 30 - 45 min. middenin een voorverwarmde oven van ca. 220°. Het brood is als gaar te<br />
beschouwen als een tik met een mes erop hol klinkt en als een breinaald of een houten prikker er schoon weer<br />
uit komt. (ovenstanden en baktijden aanpassen als op pagina 172!!)<br />
Vlak voor het uit de oven halen de bovenkant van het brood bestrijken met een kwastje met water: geeft<br />
donker-kleuring.<br />
N.B.: voor kleine broodjes het deeg in 6-8 stukken verdelen en daar balletjes van draaien: deze op de bakplaat<br />
½ uur laten 'uit-rijzen', tot ze ca. 2 x zo groot zijn geworden. Daarna middenin de oven van 220° in 15 min. gaar<br />
bakken.
151<br />
Chocoladebrood: ½ pond bloem zeven boven mengkom en in kuiltje 15 g verse (of half zakje droge)<br />
gist verbrokkelen, 1 theelepel suiker en 1½ dl lauwe melk erbij (en op de droge rand 2 theelepeltjes<br />
zout strooien): dit zetsel 15 min. laten rusten en dan 25 g zachte boter, 1 eierdooier en 25 g witte<br />
basterdsuiker erdoor roeren, en vervolgens minstens 15 min. met de handen verder kneden. Op<br />
warme plek ca. 1 uur laten rijzen tot minstens 2x het volume, daarna uitrollen tot een plak ter breedte<br />
van de broodbakvorm: deze lap bestrijken met melk en daarover 75 g geraspte bittere chocolade<br />
strooien, dit regelmatig verdelend. Dan de lap oprollen en in de beboterde en met beschuitkruim<br />
bestoven bakblik doen en opnieuw minstens ½ uur laten rijzen. Dan 35 min. op de onderste richel van<br />
een voor-verwarmde oven van 200°. Even in de open oven laten afkoelen, en dan op een taartrooster.<br />
Brioche (boter-brood): 25 g verse (of zakje droge) gist 10 min. laten oplossen in weinig (!) lauw water<br />
en dan dit in kuiltje van 300 g gezeefde bloem, samen met (volle) eetlepel kristalsuiker, en 2-3 eieren,<br />
met op de droge rand theelepeltje zout. Na half uurtje voorrijzen tot soepel deeg kneden en dan 75 g<br />
zachte boter, in kleine stukjes, erdoor werken (of bijna gesmolten boter er beetje bij beetje bij doen). In<br />
met bloem bestrooide kom en boven kruisvormig ingesneden op lauwwarme plaats laten rijzen tot<br />
dubbel volume. Dan goed doorkneden, uitrekken en enkele keren opvouwen (om lucht in het deeg te<br />
krijgen) en na opnieuw even doorkneden in bakblik (cakevorm of tulband-vorm): weer ingesneden, en<br />
weer laten rijzen tot dubbel volume. Bestrijken met losgeklopt ei en in ca. 30 min. middenin voorverwarmde<br />
oven van 200° gaar en goudbruin bakken.<br />
Grieks nieuwjaarsbrood: in mengkom 1 ons bloem en ½ zakje gedroogde gist met 1 dl lauwwarme<br />
melk mengen: in plastic zak ca. 1 uur laten voor-rijzen. In steelpannetje 60 g boter smelten en weer<br />
laten afkoelen. Au-bain-marie 2 eieren opkloppen met ½ theelepel zout, theelepel(s) citroenrasp en<br />
klein onsje suiker, tot dit laatste goed is opgenomen; dan door het deeg mengen en dan pas de rest<br />
van de (ruim ½ pond) bloem erdoor. Onder toevoeging van de boter in ca. 10 min. elastisch kneden.<br />
Weer laten rijzen, tot 2 x het volume (1 - 2 uur). Na even doorkneden in ingevette bakvorm doen en<br />
nog weer uurtje laten rijzen.Bestrijken met losgeklopt ei en evt. bestrooien met sesamzaadjes of<br />
amandelschaafsel. Dan ca. 40 min. middenin voorverwarmde oven van 180°.<br />
Frans Paasbrood: ½ pond bloem, vermengd met ½ theelepel kaneel en 1 zakje vanillesuiker, boven<br />
een mengkom zeven, daarin een kuiltje duwen en daarin 25 g verse gist (of 1 zakje droge gist) verbrokkelen,<br />
samen met ½ theelepeltje suiker: hierbij ruim 1 dl lauwwarme melk, en over de droog<br />
gebleven bloemrand ¼ theelepel zout strooien. Dit 'zetsel' een (half) uurtje laten zwellen, daarna een<br />
losgeklopt ei erdoor én 60 g gesmolten (en weer wat afgekoelde) boter én ca. 50 g suiker. Dan eerst<br />
roeren en vervolgens krachtig kneden tot een mooi soepel deeg is ontstaan. Dat ½ -1 uur laten rijzen<br />
tot 2x het volume (bijv. met plastic zak om de mengkom bovenop een warme radiator), en daarna de<br />
volgende ingrediënten er losjes (!) door werken: 2 ons rozijnen, gekonfijte sinaasappelschil (zéér fijn<br />
gehakt), citroenrasp en evt. amandelschaafsel. Dan in een ingevette en met beschuitkruim bestrooide<br />
broodvorm doen en nog weer een uur(tje) laten rijzen (of als vloerbrood op de bakplaat, in een plastic<br />
zak boven een radiator). Na deze '2e rijs' ca. 3 kwartier in voorverwarmde oven van 180°.<br />
Russisch Paasbrood (koelitsj): 1½ pond bloem in mengkom storten en in kuiltje 50 g verse (of 2<br />
zakjes droge) gist oplossen in wat lauwe melk met schepje suiker: dit kwartiertje op elkaar laten inwerken,<br />
dan de rest van de 3½ dl lauwe melk erdoor, samen met ½ theelepel kardemom (of theelepel<br />
kaneel), 3 eierdooiers, 1 ons zeer zachte (of gesmolten) boter en evt. 75 g witte basterdsuiker: dan<br />
enkele theelepels zout erover strooien en ca. 15 min. kneden tot elastisch deeg. Dit in uurtje tot 2 x<br />
volume laten rijzen. Dan de 3 eiwitten, later met 2 eetlepels suiker erdoor, zeer stijf kloppen en dit op<br />
het deeg leggen. Ook nog ½ pond grof-gemalen blanke amandelen erdoor en goed door elkaar<br />
kneden. Dik beboterde hoge vorm (als groenteblik; of rood-stenen bloempot!), evt. eerst bekleed met<br />
bakpapier, voor de helft vullen met het deeg: in 45 min. de pan uit laten rijzen. Onderin voorverwarmde<br />
oven van 200° in ca. 1 uur goudbruin en gaar bakken - na 15 min. aluminiumfolie erover en na 3<br />
kwartier tem-peren tot 160°. Even laten bijkomen in uitgezette oven en af laten koelen op taartrooster.<br />
Eerst 'hoedje' eraf snijden, daarna in horizontale plakken (de 'hoed' er steeds weer op leggen tegen het<br />
uitdrogen).
152<br />
Elzasser 'kougelhopf': in 2 dl tot handwarm verwarmde melk zakje droge gist oplossen en in deegkom<br />
mengen met 1 pond bloem, 75 g kristalsuiker, theelepeltje zout, 1 losgeklopt ei en 1 ons zeer<br />
zachte (net gesmolten, maar tot lauw afgekoelde) boter en evt. 1 borrelglas kirsch. Tot soepel deeg<br />
kneden en dan 2 ons, vooraf in warm water gewelde (en weer goed droog gedepte!) rozijnen erdoor<br />
werken. Dan de 'deegrol' in flink beboterde (en met beschuitkruim of paneermeel bestoven) tulbandvorm<br />
en op warme plaats (en afgedekt) 1 - 2 uur laten rijzen (tot het de pan uitrijst). Middenin<br />
voorverwarmde oven van 180° in 45-50 min. goudbruin en gaar bakken. Tegen het te droog worden<br />
laten afkoelen in plasticzak! Serveren als brood, in plakjes besmeerd met roomboter.<br />
Deense tulband 'julekrans': in 1 dl lauwwarme melk ½ zakje gedroogde gistkorrels met eetlepel<br />
suiker oplossen en laten rusten tot er luchtbellen opkomen. Half pond gezeefde bloem mengen met ½<br />
thee-lepel zout (en evt. theelepel kaneel of gemengde koekkruiden): in kuiltje losgeklopt ei en dan van<br />
binnenuit mengen, samen met nog ½ ons zachte boter (in vlokjes); de melk er in scheutjes bij en tot<br />
glad deeg kneden (kan ook met deeghaken). Afgedekt uur laten rijzen tot dubbel volume, dan weer<br />
goed door kneden en nog eens 20-30 min. laten rijzen. Intussen ½ ons rozijnen weken (in rum) en evt.<br />
ook nog 50 g gekonfijte sinaasappelschilletjes en 50 g gedroogde appeltjes fijn snijden. Deeg uitrollen<br />
tot rechthoekige lap van 2 cm dik en daarover de inhoud verdelen, met ook nog 2 eetlepels gemalen<br />
hazelnoten of amandelschaafsel en 2 eetlepels suiker - en dan losjes oprollen (de uiteinden dicht<br />
drukken) en in beboterde en bebloemde tulbandvorm: nog weer wat laten rijzen en dan in voorverwarmde<br />
oven van 200° in ca. ½ uur gaar en goudbruin bakken. Evt. bestrooien met poedersuiker<br />
(en evt. voor het bakken bestrijken met losgeklopt ei).<br />
Frans Anijsbrood: flinke eetlepel anijszaadjes fijnstampen in een vijzel en vermengen met ½ pond<br />
bloem en 30 g suiker. In een kuiltje 25 g verse gist verbrokkelen (of zakje droge gist erin) met theelepel<br />
suiker, en daar ca.1½ dl lauwwarme melk bij gieten (op de overblijvende droge rand een theelepeltje<br />
zout strooien). Dit 'zetsel' een uurtje laten zwellen, dan 30 g zachte boter erdoor roeren en vervolgens<br />
kneden tot een soepel en glad (en naar anijs geurend) deeg. Dit 1½-2 uur laten rijzen op een warme<br />
plek, daarna losjes kneden in vloerbroodvorm en op een met bakpapier bedekte bakplaat leggen, óf in<br />
broodbakblik laten rijzen en daarin vervolgens bakken, na bestrijken met gesmolten boter: dan nog<br />
eens kwartier laten rijzen. Na deze 2e rijs ca. 3 kwartier in het midden (of iets hoger!) van voorverwarmde<br />
(hetelucht)oven van 200°.<br />
Amerikaans dillebrood: in een mengkom 2 theelepels gedroogde gist oplossen in ½ dl warm water,<br />
even op elkaar in laten werken en er dan eerst 1 ons bloem bij doen en dat glad roeren met 1 dl zure<br />
room, 1 ei, 1 eetlepel suiker, 2 eetlepels gesnipperde dille en 1 theelepel zout. Dan (pas) de rest van<br />
de (½ pond) bloem erdoor en 10 min. kneden tot elastisch deeg. In een plastic zak op een warme<br />
plaats (meer dan) een uur laten rijzen. Dan het deeg in drieën verdelen en 'uitrollen' tot lange slierten:<br />
daar een vlechtbrood van vlechten en deze nog weer laten rijzen tot 2 x het volume. Dan 35-40 min. in<br />
een voorverwarmde oven van 180°.<br />
Italiaans uienbrood (Focaccia): ½ pond bloem mengen met theelepel zout, mespunt suiker, ½ zakje<br />
droge gist en eetlepels(s) olijfolie - en dan ca. 1½ dl lauw water erdoor en tot soepel deeg kneden. Op<br />
warme plaats 2 uur laten rijzen (met vochtige doek of plastic zak over de kom). Voor de vulling: in<br />
olijfolie pondje (rode) uien-in-dunne-plakken fruiten, na 10 min. onsje ontpitte (zwarte) olijven, eetlepel<br />
kappertjes, onsje kerstomaatjes en 3 fijngesneden ansjovisfileetjes-uit-blik erdoor en naar smaak<br />
oregano en zo nodig nog wat zout. Op lager vuur onder deksel goed gaar laten worden, tot de uien<br />
boterzacht zijn. Royaal ingevette springvorm bekleden met goed uitgerold het grootste deel van het<br />
deeg, over deze deegbodem de vulling verdelen, en dan de rest van het deeg als deksel hierover: de<br />
randen goed aandrukken (en plakken) zodat een gesloten taart ontstaat. Bestrijken met olijfollie en<br />
gaatjes erin prikken. Dan ½ uur in voorverwarmde oven van 180°. Lauw serveren met frisse salade.
153<br />
Frans-Zwitsers kaasbrood: ½ zakje droge gistkorrels oplossen in 1½ dl lauwe melk en dan in kuiltje<br />
van ½ pond patentbloem (met theelepeltje zout op de droge rand). Na even rusten door elkaar<br />
mengen, evt. met mixer met deeghaken, en dan tot soepel deeg kneden. In afgedekte kom minstens<br />
uur laten rijzen. Daarna op bebloemde onderlaag uitrollen tot een lap van 20 x 30 cm. en deze<br />
bedekken met de volgende vulling: 4 ons grof-geraspte (liefst Gruyère)kaas, rode paprika-in-blokjes en<br />
eetlepeltje Italiaanse kruiden. Dan de lap oprollen, de verste rand bestreken met losgeklopt ei voor het<br />
dichtplakken, en met de naad naar beneden op met bakpapier bedekte bakplaat. Dan de rol in de<br />
lengte open snijden en nog wat verder open buigen! Vervolgens ca. 20 min. in voorverwarmde oven<br />
van 220°, tot goudbruin en gaar ‘ge(s)laagd’ kaasbrood.<br />
Jordaanse broodjes: in 1½ dl lauwwarm water 1 theelepel gistkorrels met ½ theelepel suiker oplossen<br />
en 10 min. laten rusten tot schuim ontstaat: dan eraan toevoegen ruim 2 ons zelfrijzend bakmeel,<br />
samen met klein theelepeltje zout, en kneden tot een zacht en tamelijk klef deeg is ontstaan. Dit in een<br />
plastic zak laten rijzen tot 2 x het volume, dan verdelen in 6 porties en deze uitdrukken tot 15-20 cm<br />
doorsnee. Op een bakplaat nog weer licht laten rijzen en dan in ca. 10 min. op de op één na bovenste<br />
(!) richel van een voorverwarmde oven van 220° bakken tot vrij bleke broodjes (evt. onder de grill nog<br />
wat bij te kleuren).<br />
Turkse broodjes: in mengkom ½ pond bloem zeven en in kuiltje daarvan 25 g verse gist (of zakje<br />
droge gist) + eetlepel (!) suiker + eetlepel olie roeren met 1 dl lauwwarm water tot een zetsel met de<br />
structuur van taaie kauwgum: dit een kwartiertje laten rijzen en vervolgens kneden met beide handen.<br />
Weer ¼ -2 uur laten rijzen en dan in kleine bolletjes verdelen (slechts kort knedend!). Deze met een<br />
tussenruimte van 5 cm. op een met bakpapier bedekte bakplaat leggen en ze daarop nogmaals ½ uur<br />
laten rijzen (in een plastic zak, om uitdroging tegen te gaan). Ze dan bestrijken met een losgeklopte<br />
eierdooier en in ca. 15 min. iets onder het midden van een voorverwarmde oven van 220° gaar en<br />
goudgeel bakken. Als ze nog warm zijn opensnijden en er een kluitje boter in laten smelten (óf vullen<br />
met zoete of zoute vulling).<br />
Hongaarse koekepanbroodjes: op de gebruikelijke manier gist-brooddeeg maken (evt. met ca.<br />
dezelfde hoeveelheid aardappelpuree als bloem, en ook nog kruiden met peper, zout en kummel!) en<br />
daarvan klein platte broodjes vormen: deze uitrollen tot pink-dikte (of iets dunner), in een koekepan<br />
(met margarine of olie) doen en er met een vork gaatjes inprikken, en dan aan beide kanten goudbruin<br />
en gaar bakken in ca. 15 min. Bestrooien met zout en/of tussen twee broodjes een mengsel van zure<br />
room, geraspte kaas en evt. fijngesneden ham.<br />
Russische wrongelbroodjes: soepel beslag roeren van 125 g bloem, 25 g verse (of zakje droge) gist,<br />
¼ eetlepel suiker en 1¼ dl lauwe melk: op warme plaats laten rijzen tot dubbel volume, dan nogmaals<br />
125 g bloem er bij, samen met 2 theelepels zout, 1 eetlepel zachte boter en ½ losgeklopt ei: hiervan<br />
elastisch deeg kneden dat van de handen loslaat. Dit verdelen in 12 bolletjes en deze op ingevette<br />
bakplaat ca. 20 min. laten rijzen. Kuiltjes drukken in de gerezen hoopjes en deze vullen met mengsel<br />
van 2 ons Hüttenkäse, ½ ei, gesnipperd wit van prei, theelepel zout en peper naar smaak. Middenin<br />
voorverwarmde oven van 230° in 15-20 min. gaar bakken.<br />
Elzasser Flammkuchen: ½ pond bloem met theelepel zout zeven boven mengkom, zakje droge gist<br />
(7 g) erdoor en met 2 eetlepels olijfolie en 1½ dl lauw water tot samenhangend deeg kneden, dan uit<br />
de kom en met veel ‘trekken en slaan’ zeker 5 min. tot soepel deeg bewerken. Terug in de kom en<br />
afgedekt met plasticfolie op warme (en niet tochtende) plek laten rijzen tot dubbel volume. Dan uitrollen<br />
(of uit-drukken) tot (met bakpapier bedekte) bakplaat van 40 x 40 cm ermee kan worden ‘gevuld’. Hierover<br />
mengsel van 1½ dl crème fraîche en 1½ dl volle kwark (of Griekse yoghurt), daarop grote (rode)<br />
ui in flinterdunne plakjes en onsje rookspek in dunne reepjes, en ruim bestrooien met zwarte peper.<br />
Hierna nog eens 15 min. laten rijzen en dan ca. 15 min. in voorverwarmde oven van 250° tot het deeg<br />
lichtbruin en knapperig is en de bedekking lekker sappig.
154<br />
Pizza particulare (van brooddeeg) – in soorten<br />
In mengkom ½ pond bloem mengen met 2 theelepels gedroogde gist en 2 theelepeltjes zout, daar<br />
ruim 1½ dl lauwwarm water, 1 eetlepel melk, 2 eetlepels olijfolie en dan op bestoven werkvlak 10 -15<br />
min. kneden tot zacht en soepel deeg (zo nodig wat bloem of water erbij). De deegbal in ingevette kom<br />
en bestreken met olijfolie (en even ‘ingekerfd’ om rijzen te bevorderen) op warme plaats in plastic zak<br />
ca. 2 uur laten rijzen, tot het volume is verdubbeld. Dan weer even doorkneden (lucht eruit drukken), in<br />
tweeën delen en nog eens ca. 40 min. laten rijzen (bijv. in oven met rijsstand).<br />
Of: ruim ½ pond bloem zeven en in kuiltje 15 g verse gist (óf ½ zakje gedroogde gist): daar 1½ dl<br />
lauwwarm water bij en mengen tot dikke brij. Op de droog blijvende rand van de bloem 2 theelepels<br />
zout strooien. Ca. ½ uur laten rusten, dan eetlepel(s) olie erdoor en blijven roeren met de pollepel tot<br />
het niet meer gaat. Dan met beide handen minstens 10 min. zéér krachtig kneden, nu en dan met het<br />
elastische deeg op de harde onderlaag slaand, en veelvuldig 'duwend' en 'vouwend' en 'rekkend'. Als<br />
het deeg soepel is geworden er een bal van vormen en opnieuw in de mengkom, afgeplakt met huishoudfolie<br />
of omhuld met plastic zak, minstens 1 uur (evt. 2-3 uur) laten rijzen op een warme plaats.<br />
Het gerezen deeg even vlug doorkneden, dan uitrollen tot ca. 3 mm dikte en tot de omvang (en de<br />
vorm) van de helft van de bakplaat (óf in ronde vorm en dan in bijv. aparte pizzavorm), en bestrijken<br />
met (olijf-)olie. Besmeren met tomatenpasta en daarop in elk geval een laag kaas, liefst in plakjes<br />
gesneden mozarella-kaas. Hierop de ‘vulling’ (zie verder) en hierna nog weer eens ½ uurtje laten rijzen<br />
(bijv. in de oven op de rijsstand van 40°) en daarna 12 -15 min. in (het midden van!) voorverwarmde<br />
oven van 250° (of nog korter in zo mogelijk nóg hetere oven - of in speciale pizza-oven!).<br />
Basisrecept tomatenpasta: blik tomaten in steelpannetje opzetten met 1 theelepel zout, theelepel<br />
oregano en ½ laurierblad, en op matig vuur laten inkoken tot dikke saus. Of tomatensaus van pag. 125<br />
of pag. 129 inkoken tot tomatenpureedikte.<br />
Voor de vulling is er ‘particulare’ te variëren, bijv. met reepjes (gekookte) ham, (evt. even aangebakken)<br />
champignons in plakjes, courgettes in reepjes, paprika's in reepjes, (rode!) uienringen, of<br />
asperges, olijven in soorten, artisjokken (-bodems of -harten), als ook vis in allerlei variaties: (verse of<br />
gerookte) zalm (met rucola-blaadjes), tonijn (met kappertjes), sardientjes en zelfs (evt. eerst ontzilte)<br />
ansjovisfilets.<br />
Als laatste 'laag' altijd flink wat geraspte (bij voorkeur Parmezaanse) kaas met daarover gestrooid<br />
theelepel oregano (of basilicum) en besprenkeld met (olijf-)olie.<br />
Enkele 'klassiekers' en nieuwere variaties:<br />
Pizza Margharita: op de tomatenpasta slechts mozarellaplakjes en geraspte Parmezaanse kaas (en<br />
fijner gesneden verse basilicumblaadjes).<br />
Pizza Napolitana: op de pizzabodem ½ blik (uitgelekte en fijn geprakte) tomaten, daarover ons<br />
mozarella-in-plakjes, daarop 4 ontzilte(!) ansjovisfilets en 10 groene olijven zonder pit. Bestrooien met<br />
½ theelepel oregano en ½ theelepel basilicum en besprenkelen met olijfolie.<br />
Pizza Bolognese: bedekken met Bolognese-saus (zie pag. 124), evt. met groene paprika-in-reepjes.<br />
Pizza met courgette en pasta van gekonfijte tomaatjes: tomaten in vieren snijden, bestrooien met<br />
zout, peper en oregano, besprenkelen met olijfolie en 1-2 uur bakken in voorverwarmde oven van 120°<br />
en dan met staafmixer pureren, samen met 3 eetlepels olijfolie, en mengen met geraspte oude (liefst<br />
Parmezaanse) kaas. Dan dit als pasta op de deegbodem, en daarop de repen (dun geschaafde) ongeschilde<br />
en even geblancheerde courgettes, bestreken met olijfolie en daarover mozarella-in-plakjes.<br />
Pizza met aardappel en rozemarijn: eerst verse roomkaas op de bodem, daarop heel dun<br />
geschaafde aardappelschijfjes, bestrooid met zout, peper en rozemarijn, besprenkeld met olijfolie.<br />
Calzone (dubbel geklapte gevulde pizza):<br />
in dit geval pizzadeeg maken met melk i.p.v. met water en 4 eetlepels olie erdoor, en later uitrollen tot<br />
ronde lap. Als vulling (bijv.) een aantal van de volgende ingrediënten: bakje champignons-in-plakjes<br />
(evt. eerst even geblancheerd), 5-tal tomaten (evt. uit blik), 2 ons rook-(of kook-)worst-in-plakjes, ½<br />
pond kaas-in-blokjes (bijv. Gruyère), 1 ons doorregen rookspek-in-reepjes en ui-in-ringen. De deeglap<br />
eerst bestrijken met tomatenpasta (zie boven), dan de vulling op de ene helft deponeren en dichtklappen,<br />
goed aandrukken, bovenkant bestrijken met (olijf-)olie en bestrooien met oregano: dan 20-30<br />
min. in een voorverwarmde oven van 220°.
155<br />
BAKSELS VAN BAKPOEDER- (BROOD-)DEEG - zoete en zoute<br />
Bakpoeder of 'baking-(bread-)soda' is een iets minder bittere variant van zuiveringszout (dubbelkoolzure<br />
soda) en wordt in Ierland veelal gecombineerd met karnemelk tot een zeer 'onhanteerbaar'<br />
kledderig deeg dat, met een kruis erin gesneden (voor ontsnapping van 'gas') in ca. 1 uur in een zeer<br />
hete oven gaar wordt gebakken.<br />
= Zoete scones: 2 ons bloem mengen met 2 afgestreken theelepels bakpoeder en ½ theelepel zout,<br />
en er dan 50 g koude boter door tot fijnkorrelig snijden en er ca. 1½ dl ijskoude (karne)melk doorheen<br />
mengen (tot het deeg blijft 'hangen'). Dan heel kort en luchtig even kneden (evt. met ½ ons gewelde en<br />
droog gedepte rozijnen erdoor) en er een schijf van ca. 20 cm doorsnee en 2 cm dik van ‘rollen’. Deze<br />
in een bakvorm en dan (al) in 6 punten snijden, of met een glas rondjes eruit steken en deze op een<br />
beboterde bakplaat: daarna in 10-20 min. op de middelste richel van voorverwarmde oven van 200°<br />
lichtbruin en gaar bakken (op te warmen in 10 min. bij 180°). Warm serveren met boter erop.<br />
= Muffins: Twee eieren met 100 g (bruine) basterdsuiker en zakje vanillesuiker met een garde tot<br />
schuimig kloppen, dan erdoor roeren ons gesmolten boter, 2 dl zure room en ½ dl melk. Daar doorheen<br />
roeren mengsel van 1 ons bloem, 1 ons volkorenmeel, 2 eetlepels havermout, flinke snuf zout en<br />
2 theelepels bakpoeder (of zelfrijzend bakmeel i.p.v. de bloem!), tot vrij dun (wat ‘rommelig’) beslag;<br />
evt. nog wat melk erbij en kwartiertje laten rusten. Dan de 'vulling' erover, bijvoorbeeld: bosbessen,<br />
blauwe bessen (!) of ander vers fruit (peer is ook erg geschikt hiervoor!), rozijnen of gemberhaksel, en<br />
de speciale muffinspan (én/óf 2 x 6 bakpapieren bakvormpjes) tot tweederde hiermee vullen en in 25<br />
min. middenin voorverwarmde oven van 170°.gaar en goudbruin bakken. Evt. later in enkele min. weer<br />
op te warmen in oven van 180°. Warm serveren, evt. met boter.<br />
Appel-muffins: 1 theelepel kaneel door de bloem mengen en een in kleine blokjes gesneden appel<br />
door het beslag.<br />
Chocolade-muffins: eetlepel cacao door de bloem en 50 g chocoladeschaafsel door het beslag.<br />
Bananen-muffins: met de mixer 1 ei, 75 g suiker en ½ dl olie schuimig kloppen en daar dan 2 fijn geprakte<br />
bananen door mixen. Dit voorzichtig-scheppend (niet mixend!) mengen met het volgende<br />
mengsel: 1½ ons bloem, 1 theelepel bakpoeder, 1 theelepel gistkorrels (of zuiveringszout), ½ theelepel<br />
kaneel, snufje zout en evt. ½ ons fijngehakte walnoten. Daarmee de muffin-vakjes (of -vormpjes) tot<br />
aan de rand vullen en dan 40 min. in een voorverwarmde oven van 180°.<br />
= Hongaars dessert-gebak: klein bakblik beboteren en bebloemen en vervolgens vullen met het<br />
volgende deegmengsel (voor 'normale' broodvorm de dubbele hoeveelheden, in inhoudsmaten!): 1 dl<br />
bloem, ruim 1 dl Umer (of kwark of zure room), kleine dl suiker, 1 losgeklopt ei, ¼ pakje bakpoeder,<br />
ruim 1 eetlepel cacaopoeder en rasp van 1 sinaasappel (en evt. ook nog rozijnen en/of gekonfijte<br />
vruchtjes). Dan ruim 30 min. in voorverwarmde oven van 180°. Serveren met stijf geklopte slagroom<br />
(en/of met jam bestrijken).<br />
= Cheese-scones: in mengkom ½ pond zelfrijzend bakmeel zeven, samen met ½ theelepel zout, 1½<br />
theelepel bakpoeder, ½ eetlepel suiker en evt. 1 theelepel mosterdpoeder en daar ca. ½ ons koude<br />
boter in klein snijden en er vervolgens, met hetzelfde mes, 2 losgeklopte eieren en ½ dl schenkroom<br />
door mengen tot een kruimelig deeg. Dan evt. nog ½ ons fijngesneden gekookte ham erdoor en met<br />
de handen tot een net-samenhangend deeg kneden: dit uitrollen tot een dikte van ca. 1 cm (!) en er<br />
met een borrelglas rondjes uit steken. Deze op een bakplaat (op bakpapier) leggen, bestrijken met een<br />
losgeklopt ei en bestrooien met geraspte kaas (liefst cheddar, pardano of komijnekaas): dan ca. 15<br />
min. in een voorverwarmde oven van 200°, één richel onder het midden. Warm (lauw) serveren.<br />
= Engels kruidenbrood: boven een mengkom 2 ons bloem met ½ pakje (4 theelepels) bakpoeder (óf<br />
zelfrijzend bakmeel) en 1 theelepel zout én 1 theelepel mosterdpoeder (!) zeven, en daar doorheen<br />
roeren een met 25 g gesmolten (weer wat afgekoelde) boter en 1½ dl melk losgeklopt ei. Er vervolgens<br />
nog ca. 3 eetlepels fijngesneden tuinkruiden (bieslook, dragon, selderij, peterselie) doorheen werken<br />
én 1 ons geraspte (zeer oude) kaas. Hier even snel, met ingevette handen, een vorm van kneden ter<br />
grootte van een broodbakvorm: hierin doen en de bovenkant overlangs insnijden (als 'knipbrood').<br />
Direct daarna 1 uur lang op de onderste richel van een voorverwarmde oven van 180° (evt. in eerste<br />
instantie 10 min. korter en dan vlak voor het serveren opnieuw 10 min. in de oven).
156<br />
= Hampasteitjes: 4 ons bloem, theelepel bakpoeder, ½ theelepel zout, 1 ons koude boter, 5 eetlepels<br />
zure room en 1 ei snel tot soepel deeg kneden en in koelkast laten rusten: daarna uitrollen tot ca. 3<br />
mm dikte en hieruit rondjes steken met doorsnee van 10 cm. Hierover de volgende vulling verdelen: ½<br />
pond gekookte ham (fijngesneden), 3 eetlepels gesnipperde dille, 60 g gekookte (of 20 g rauwe) rijst,<br />
gemengd met glazig gebakken gesnipperde ui, waarin 1 ons champignons-in-plakjes op hoog vuur is<br />
roergebakken tot alle vocht is verdampt, en op smaak gemaakt met peper en zout. Rondom bestrijken<br />
en vastplakken met losgeklopt ei en 25 min. in voorverwarmde oven van 200°. Serveren met zure<br />
room.<br />
= Maïsbrood: ½ pond polenta (= grof maïsmeel), 1 ons bloem, 3 theelepels bakpoeder, ½ theelepel<br />
zout, 1 ei, 25 g gesmolten boter en 2½ dl melk grondig mengen. Dit in een beboterde (ondiepe) ovenschaal<br />
storten en dan 20 min. in voorverwarmde oven van 220°. Kan worden geserveerd bij bonenschotels,<br />
zoals bijv. chili con carne (zie pag. 104)<br />
= Amerikaans pindabrood (uit Georgia): in een mengkom 1 ei romig kloppen met 75 g bruine<br />
basterd-suiker en daar doorheen roeren: 2 ons gezeefde bloem, 2 theelepels bakpoeder, ½ theelepel<br />
zout, 2½ dl melk én 1 ons gepelde pinda's (ongezouten en grof gehakt!). In ingevette broodvorm nog ½<br />
uur laten rijzen en dan 45-50 min. in een voorverwarmde oven van 180°. Het (slechts weinig gerezen!)<br />
brood laten afkoelen op een taartrooster. Ook te serveren bij de thee!<br />
= Amerikaans fry bread (soort taco): pond bloem mengen met eetlepel (!) bakpoeder, theelepel zout<br />
en 350 cc lauw water: wél goed mengen maar niet echt kneden (dit maakt brood te zwaar en te stug).<br />
Hiervan balletjes maken van zo’n 7 cm doorsnee, deze platdrukken en uitrollen: in plantaardige olie in<br />
paar min. stuk voor stuk ‘frituren’ tot goudbruin en gaar. Als bijgerecht bij vlees en of als taco belegd.<br />
= Joodse Knishes: in mengkom ½ pond patentbloem mengen met 3 theelepels bakpoeder en theelepel<br />
zout, er dan onsje koude boter in fijn snijden, met de vingers verder ‘verkruimelen’ en er dan<br />
zoveel appelsap door mengen tot samenhangend deeg ontstaat. Kort kneden en ½ uurtje in de<br />
koelkast. Voor de vulling óf goede aardappelpuree maken (zie pag. 76) gemengd met goudgeel<br />
gefruite uiensnippers en losgeklopt ei; óf gerookte zalm-in-stukjes mengen met gefruit mengsel van<br />
bleekselderij, rode paprika en champignons, en dan nog diepvriesdoperwten en losgeklopt ei erdoor.<br />
Het deeg uitrollen en bestrijken met de gekozen vulling, daarna oprollen en op de bakplaat (op bakpapier)<br />
in gewenst aantal stukken snijden en deze dichtdrukken: ½ uur middenin voorverwarmde oven<br />
van 180°.<br />
= Empanada's (uit Argentinië): in een mengkom ½ pond bloem zeven met 1 theelepel bakpoeder en 1<br />
theelepel zout (én evt. theelepel paprikapoeder). In steelpannetje 1½ dl water verhitten met 1 eetlepel<br />
olie en ½ ons boter: dit in één keer bij de bloem gieten en met een vork vermengen tot een zacht deeg,<br />
even snel kneden en in folie vouwen en ½ uur op kamertemperatuur laten rusten. Het deeg dun<br />
uitrollen en er met een glas rondjes uit steken van minstens 10 cm middellijn: daar de vulling over<br />
verdelen, dubbelvouwen en dichtplakken tot halve maantjes (goed aandrukken, om de lucht zoveel<br />
mogelijk eruit te krijgen). Dan in 35 min. op de onderste richel van voorverwarmde oven van 200°<br />
goudbruin bakken.<br />
Variant: deeg voor Turkse boerek (zie hiernaast) gebruiken.<br />
Varianten qua vulling:<br />
1) In 20 g boter (of eetlepel olie) een gesnipperde ui op zacht vuur goudgeel fruiten en daar ca. 1½ ons<br />
rundergehakt in rul roeren en lichtbruin laten kleuren. Dan erdoor: 1 theelepel tomatenpuree, 1 theelepel<br />
paprikapoeder, 1 theelepel zout, 2 theelepels azijn, 2 theelepels water, wat peper en een bouillonblokje<br />
én evt. 25 g fijngehakte olijven: alles op laag vuur 10 min. laten pruttelen, dan eetlepel bloem<br />
erdoor voor de binding - en laten afkoelen.<br />
2) Net gaar gekookte spinazie (zie pag. 88) mengen met verkruimelde feta, broodkruim, zout en peper<br />
(en evt. even geroosterde pijnboom- of zonnebloempitten). Verder verpakken als boven.<br />
3) Mozarella op smaak maken met blaadjes basilicum, gehalveerde cherrytomaatjes en olijfolie, of<br />
alleen mozarella bestrooid met tot lichtbruin gefruite ui-(of sjalot-)snippers.
157<br />
= Empanada de pollo (uit Cuba): ½ pond bloem met theelepel(s) bakpoeder (of zelfrijzend bakmeel)<br />
met theelepel zout en eetlepeltje suiker in mengkom mengen en dan ½ ons koude boter erin fijn<br />
snijden tot de structuur van broodkruim: dan 2 eieren en ½ dl sherry erdoor en snel tot soepel deeg<br />
kneden. Dit in 2 (ongelijke) stukken verdelenen in koelkast even laten ‘opstijven’.- daarna beide dun<br />
uitrollen tot rechthoekige lappen: in drieën vouwen en half uurtje laten rusten.<br />
Kipfilet(s) in stukken snijden, deze inwrijven met peper, zout en citroensap en in olijfolie bruin bakken<br />
(óf reeds gare, overgebleven kip op deze manier ‘hergebruiken’!). Gesnipperde grote ui in het braadvet<br />
glazig fruiten, dan fijngesneden paprika(s) en drietal tomaten (of halve blik tomaten) erbij, samen met<br />
laurierblad, theelepel gemalen piment (!) en (cayenne)peper (of wat rode chilipeperkorrels!) en zout<br />
naar smaak (of maggiblokje): op hoog vuur in 10 min. laten inkoken tot dikke saus. Dan de kippenblokjes<br />
er weer door, met eetlepel olijven-in-plakjes, eetlepel rozijnen en theelepel kappertjes.<br />
Met grootste, opnieuw uitgerolde, deeglap een (vierkante) glazen broodvorm bekleden (overschot<br />
afsnijden en evt. gebruiken voor versiering van deksel), dan de vulling erin en bedekken (goed<br />
afsluiten!) met de andere uitgerolde deeglap: deze bestrijken met losgeklopte eierdooier. Op de<br />
onderste richel van voorverwarmde oven van 200° in ca.1 uur gaar bakken.<br />
= Enchilada's (uit Mexico): eerst 'tortilla's' maken van ½ pond bloem (of maismeel) met theelepel(s)<br />
bakpoeder en ½ theelepel zout, waardoorheen 15 g harde boter is gesneden en 1-1½ dl koud water<br />
geroerd, tot een stevig deeg is ontstaan: dit goed doorkneden, in 6 balletjes verdelen en deze uitrollen<br />
tot een middellijn van ca. 15 cm. In een licht-ingevette koekepan op matig vuur in ca.1 min. aan beide<br />
kanten gaar bakken en warm houden (of in folie verpakt bewaren in de koelkast). Voor de vulling: in<br />
15 g margarine (of boter) een gesnipperde ui (én evt. sjalotje) zacht fruiten, daar ½ blik tomaten (mét<br />
het sap) door roeren (én evt. ook nog eetlepel tomatenpuree), ½ theelepel suiker, ½ theelepel komijn,<br />
theelepels oregano, theelepel basilicum, ¼ theelepel zout en naar smaak rode chilipeperkorrels, en<br />
alles 20 min. zachtjes laten sudderen. De tortilla's aan beide kanten (!) hiermee bestrijken en vullen<br />
met bruine bonen (uit blik) en geraspte kaas en evt. stukjes gaargekookt kippenvlees. Dan oprollen en<br />
in ingevette vuurvaste ovenschaal leggen. De overgebleven saus vermengen met 1 dl zure room en<br />
eroverheen gieten (of overgieten met pure crème fraîche) en dan 40 min. in de oven bij 180°.<br />
= Aliya’s Turkse Boerek (voor 4-6 personen!): deeg maken van ½ pond bloem, ½ zakje droge gist én<br />
½ zakje bakpoeder, theelepeltje zout, losgeklopt ei (deel achterhouden voor bestrijken!) en onsje boter<br />
of margarine ‘opgelost’ in ruim 1dl warme melk (er zoveel bij doen dat een soepel deeg kan worden<br />
gekneed!), en dit uurtje laten rusten op warme plaats (in plastic zak). Daarna nog eens doorkneden en<br />
verdelen in twee gelijke stukken: deze weer ½ uurtje laten rusten. Intussen gesnipperde ui samen met<br />
pond rundergehakt heel licht aanbakken (tot net ontkleurd, dus hooguit 5 min.!) in wat margarine, daar<br />
2-4 geraspte rauwe aardappels bij met zoveel tomatenpuree en/of gezeefde tomaten dat het voldoende<br />
vochtig is (tegen uitdrogen tijdens het bakken) - en kruiden met peper en zout én met gedroogde munt<br />
en gedroogde rode chilipeperkorrels (of wat sambal oelek) naar smaak. Na even weer kort aanbraden<br />
flink wat gesnipperde peterselie erdoor. Elk stuk deeg zo dun mogelijk (!) uitrollen, de vulling erover<br />
verdelen en deze er goed ‘in-rollen’ resp. erin ´verpakken’ (zorgen dat de bovenkant, de latere buitenkant,<br />
vrij blijft van de vulling!) - en na bestrijken met ei 25-30 min. in voorverwarmde oven van 200°.<br />
Serveren bij bulgur-salade: kop(je) fijne bulgur (of couscous) mengen met eetlepels olie, zout, peper<br />
én flink wat gedroogde munt en rode (chili)peperkorrels naar smaak, eetlepels tomatenpuree (en evt.<br />
stukjes tomaat) en gesnipperde peterselie. Overgieten met kokend (!) water, niet teveel, zo dat het net<br />
(nauwelijks!) onder komt te staan: zo minstens 10 min. laten wellen – evt. nog wat stukjes tomaat en<br />
komkommer erdoor en verder op smaak maken met olijfolie, citroensap, zout en zwarte peper - en<br />
serveren op slabladeren en met schijfjes citroen.<br />
Als extra smakelijke variant van deze bulgur salade:<br />
Kisir: 1 -2 ons fijne (köftelik) bulgur in grote kom met zoveel kokend water tot de gebroken tarwe net<br />
onder staat: de kom goed afsluiten! In 3 eetlepels olijfolie gesnipperde grote ui goudbruin fruiten, er<br />
dan eetlepel(s) paprikapasta (Öncü) bij doen en evenveel Turkse tomatenpuree (Akfa), gedroogde<br />
hete pepers (Pul Biberi) én gedroogde munt naar smaak. Half glas heet water erdoor en dan bij de<br />
bulgur doen - opnieuw ‘onder deksel’. Intussen (liefst gemengde of Romeinse) sla aanmaken met komkommer<br />
en tomaten in blokjes, gesnipperde peterselie en sap van ½ citroen - en dit voorzichtig<br />
mengen met de intussen gare, zachte en smakelijike, bulgur.
KAASTAARTEN NAAR SMAAK<br />
158<br />
= Eier-kaastaart (zonder bloem; makkelijk én smakelijk):<br />
2 eieren loskloppen met 2 eetlepels (bio-)yoghurt (of kwark), er dan 75 g geraspte oude kaas én wat<br />
gesnipperde bieslook door 'kloppen' met de garde, en in bakvorm van 20 cm middellijn storten.<br />
Fijngesneden (gekookte) ham erover en ca.15 min. middenin voorverwarmde oven van 220°.<br />
In reepjes gesneden geschikt als ‘borrelhapje’!<br />
= Turkse kaaskoek (ook zonder aparte deegbodem, dus klaar in een handomdraai!):<br />
2 eieren loskloppen en mengen met ½ -1 dl melk en 25 g gesmolten (weer wat afgekoelde) boter.<br />
Daar doorheen roeren theelepeltje zout, 75 g geraspte oude kaas, wat gesnipperde bieslook én evt.<br />
nog 1½ eetlepel (vooraf geroosterde) sesamzaadjes. Hierover 75 g zelfrijzend bakmeel (of bloem met<br />
2 thee-epels bakpoeder) zeven en luchtig door elkaar scheppen. Dan (direct) in een bakvorm van 20<br />
cm middellijn en ca. 30 min. op één na onderste richel van voorverwarmde oven van 160°, de laatste 5<br />
min. meer bovenin om de bovenkant te bruinen. Cave te droog worden! Serveren met zwarte olijven<br />
erbij. In reepjes gesneden geschikt als ‘borrelhapje’.<br />
= Aliya’s Turkse (feta)kaaskoeken: (thee)kopje Turkse yoghurt mengen met ½ kopje zonnebloemolie<br />
en daarin 1-2 half-ronde Turkse fetakaasjes verkruimelen en pakje bakpoeder erdoor en 3 (niet op- of<br />
losgeklopte) eiwitten met ½ kopje melk - en er zoveel gezeefde bloem door roeren dat een ´romig´ (wel<br />
wat klonterig) deeg ontstaat, waarvan hoopjes kunnen worden gevormd (die later uitvloeien tot<br />
rondjes). Zo nodig wat zout erdoor. Op bakplaat (op bakpapier) kleine hoopjes vormen en deze<br />
bestrijken met het eigeel. Evt. vooraf geroosterd sesamzaad erover en in voorverwarmde oven van<br />
220° in ca. 10 min. gaar en goudbruin bakken.<br />
= Geitenkaas Quiche: zeef ons bloem met snuf zout boven mengkom en snijd daar half ons koude<br />
boter in klein, dan 40-50 cc koud water erdoor en snel (!) tot samenhangende bal kneden. In plastic<br />
verpakt uurtje laten rusten in de koelkast. Daarna uitrollen (en steeds weer opnieuw opvouwen: geeft<br />
bladerdeegeffect!) en bakvorm van 20 cm doorsnee ermee bekleden. Gaatjes in de bodem prikken (en<br />
evt. tot de volgende dag weer in de koelkast). Uitje(s) snipperen en wit van 2 dunne preien fijnsnijden<br />
en 10 min. in olie zachtjes aanbakken, op smaak maken met peper en zout. Twee grote eieren<br />
loskloppen met eetlepel creme fraîche (of room). Taartbodem bestrooien met paneermeel, dan<br />
groentemengsel erover en 75 g geitenkaas in brokjes erover verdelen (evt. andere zachte Franse<br />
kaas): hierover het eiermengsel - en dan ca. 45 min. in voorverwarmde oven van 180°.<br />
= Zwitserse kaastaart: 125 g bloem met ½ theelepel zout zeven in een mengkom en daarin fijnsnijden<br />
30 g koude boter en 30 g koude margarine. Dan met het mes ½ dl koude witte wijn erdoor roeren en<br />
vervolgens losjes tot een bal kneden: deze een uurtje laten rusten in de koelkast. Intussen 1½ eetlepel<br />
gesnipperde ui glazig fruiten in ½ eetlepel boter en vermengen met ¼ theelepel anijszaadjes en evenveel<br />
korianderzaadjes. Verder een ei loskloppen met ½ bekertje zure room (én evt. eetlepel room) en<br />
daar doorheen scheppen 1½ ons geraspte kaas (liefst Gruyère en Emmenthaler). Deegbal platrollen<br />
en al vouwend steeds opnieuw uitrollen, tot een schijf van de gewenste grootte (voor een bakvorm van<br />
ca. 20 cm middellijn): dan in de vorm doen, zo dat ook de zijkanten goed bedekt zijn, en deze 20 min.<br />
op de onderste richel van een voorverwarmde oven van 200° (óf met iets zwaars op de deegbodem, óf<br />
tussentijds deze even platdrukkend). Dan uit de oven en vullen met eerst het kaasmengsel, daarop<br />
een laag van het uimengsel en daarover de rest van het kaasmengsel: weer ca. 30 min. in de oven.<br />
= Flammekueche (variant van Elzasser Flammkuchen van pag. 153): in kuiltje van 2 ons gezeefde<br />
bloem 1½ eetlepel olie, ½ theelepel zout,1 eierdooier en 1 dl. water: mengen en tot soepel deeg<br />
kneden - en dit ½ uur laten rusten in koelkast. Dan 1½ ons gesnipperde ui goudbruin fruiten in olie en<br />
daar groene en zwarte olijven door en in heet water geweekte gedroogde tomaten. Op smaak maken<br />
met peper en zout. Bakblik bekleden met het uitgerolde deeg, bodem besmeren met pesto (!), daarop<br />
het gefruite mengsel en daarover geraspte kaas - en ½ uur in voorverwarmde oven van 220° (heteluchtoven<br />
200°).
159<br />
= Quiches in soorten:<br />
piedeeg of ook wel korstdeeg geheten (omdat het vaak wordt toegepast als korst óp of verpakking ván<br />
een ovengerecht) wordt aldus gemaakt: in een mengkom 1½ ons bloem met snuf zout zeven en daar<br />
doorheen 75 g koude boter klein snijden en vervolgens vermengen met enkele eetlepels ijskoud water<br />
(evt. 1 losgeklopt ei) tot een samenhangende klont deeg. Deze ½ -1 uur laten rusten in koelkast en<br />
daarna uitrollen tot ermee een (spring-)vorm is te bekleden (niet te dun: ca. ½ cm dik; de rand hoeft<br />
niet hoger dan halverwege de bakvorm-zijkant). In de bodem en flink aantal gaatjes prikken met een<br />
vork en (eventueel) 5-10 min. voor-bakken (in de oven die toch wordt voorverwarmd).<br />
Voor de vulling 1-2 ons rookspek krokant bakken (tot de blaadjes omkrullen; vooral niet te bruin en te<br />
hard!) en vervolgens in het spekvet een gesnipperd uitje glazig en lichtgeel fruiten. Altijd als onderste<br />
laag op de deegbodem 1-2 ons geraspte (of in dunne reepjes gesneden) oude kaas (liefst Gruyère of<br />
Emmenthaler) en vervolgens het rookspek-ui-mengsel; daar overheen gieten: 2(-3) eieren losgeklopt<br />
met ca. 1½ dl room (óf bekertje zure room met 2 eetlepels melk) en op smaak gemaakt met (vrij veel)<br />
versgemalen (zwarte) peper en nootmuskaat (geen zout, wél evt. wat aroma). Dan 40 min. iets boven<br />
het midden van een voorverwarmde oven van 180°, met evt. de eerste 20 min. aluminiumfolie erover.<br />
Variaties op het deeg: 1) 125 g bloem zeven met snufje zout en hierdoor 1 ons ijskoude boter + 1<br />
ons magere kwark (zonder teveel vocht); verder als boven.<br />
2) 1 ons volkorenmeel mengen met 1 ons bloem + theelepel zout + 3 eetlepels<br />
olie + 1 dl ijskoud water en dan verder als boven.<br />
3) 1½ ons zelfrijzend bakmeel mengen met een mengsel van 75 g kwark,<br />
enkele eetlepels olie, 1 ei en 1 theelepeltje zout; verder als boven.<br />
4) gewoon brooddeeg maken; dit kan evt. ook direct 'op de vloer', dus zonder<br />
bakvorm.<br />
5) (roomboter-)bladerdeeg, kant-en-klaar uit het vriesvak, gebruiken volgens<br />
de gebruiksaanwijzing: 30 - 40 min. in voorverwarmde oven van 180°-200°.<br />
Variaties op de vulling: = bovenstaande vulling aanvullen met champignons, paprika etc.<br />
én evt. anders kruiden (bijv. met karwijzaad).<br />
= alleen uienvulling: pondje gesnipperde ui glazig fruiten en kruiden met peper,<br />
zout en nootmuskaat, en daaroverheen gieten een mengsel van 2½ dl<br />
(zure) room, 2-4 eierdooiers en 45 g bloem (én evt. 75 g geraspte boerenkaas<br />
met theelepel gekneusde karwijzaadjes).<br />
= uien-prei-taart: 1 ons ontbijtspek zachtjes uitbakken en in het spekvet 1<br />
gesnipperde ui en 3 in ringen gesneden preitjes al omscheppend in ca. 5 min.<br />
fruiten. Met de mixer 2 ons monchou loskloppen met bekertje zure room en<br />
daar evt. ook nog 3-4 eieren door kloppen: op smaak maken met peper en<br />
zout (evt. wat aroma). Dan 40 min. middenin voorverwarmde oven van 200°.<br />
= prei-broccoli-taart: 2 preien-in-ringen en stronk broccoli-in-roosjes even<br />
blancheren en dan (evt. met even aangebakken champignons) als onderste<br />
laag in springvorm bekleed met bladerdeeg. Hierover 1-2 ons fijngesneden<br />
gekookte achterham en overgieten met 2 eieren, losgeklopt met slagroom of<br />
crème fraîche, gemengd met geraspte kaas en gekruid met peper, evt. zout<br />
en basilicum en tijm. Dan 30-40 min. in voorverwamde oven van 200°.<br />
= tomaten-quiche: deegbodem als boven (bij voorkeur die met kwark en dan<br />
wel 5 min. voor-gebakken!) bestrooien met mengsel van 4 eetlepels geraspte<br />
(Parmezaanse) kaas en 2 eetlepels paneermeel. Hierover 6-8 grote (vlees-)<br />
tomaten (geschild en in dikke schijven gesneden) verdelen en daarop 8-tal<br />
basilicumblaadjes (of 2 theelepels gedroogde basilicum). Hierover een mengsel<br />
schenken van 1 bekertje (= 125 g) crème fraîche, 1-2 eieren, zout, peper<br />
en tabasco (en evt. gesnipperde bieslook). Dan 35-45 min. in voorverwarmde<br />
oven van 200°-220°.
160<br />
= Griekse spinazietaart: 4 velletjes roomboterbladerdeeg ontdooien (en ‘plakken’) voor<br />
bekleding van springvorm. Ca. pond spinazie na zorgvuldig wassen (of 350 g uit de diepvries)<br />
laten slinken in 2 eetlepels boter waarin eerst een gesnipperd uitje en 2 eetlepels gesnipperde<br />
peterselie zijn gefruit. In de pan nog even laten koken, daarna fijnsnijden 'met mes en vork' en<br />
vervolgens zo goed mogelijk 'droog drukken'. Vervolgens mengen met 2 eieren, losgeklopt<br />
met dl slagroom (of crème fraîche) en gekruid met majoraan, nootmuskaat, peper en zout.<br />
Deeg uitrollen tot er springvorm mee kan worden bekleed, inclusief ca. 2½ cm opstaande<br />
rand. Na gaatjes in de deegbodem te hebben geprikt, deze bestrooien met 2 eetlepels<br />
paneermeel vermengd met 2 eetlepels geraspte oude kaas. Daarop de spinazie, daarover<br />
onsje feta (of roomkaas) en bedekken met hele dunne plakjes ontbijtspek. Vervolgens ca. 45<br />
min. onderin voorverwarmde oven van 180°.<br />
Varianten: ook nog rundergehakt, rul en bruin gebakken met gesnipperde prei, door de<br />
spinazie mengen. Of i.p.v. de room (een) blauwe kaas erdoor (dan geen zoute ontbijtspek).<br />
HARTIGE TAARTEN (ZONDER OF MET MINDER KAAS)<br />
= Engelse sausage-pie: Engels piedeeg maken (zie pag. 148) en daarvoor de volgende gehaktvulling:<br />
vlees van ½ pond ontvelde saucijsjes vermengd met 2 bosuitjes-in-ringetjes, ½ ons ham-inblokjes<br />
(of -reepjes), blaadje(s) verse (of theelepel gedroogde) salie en driekwart van losgeklopt ei.<br />
Ingevette lage taartvorm (van 24 cm) met de uitgerolde deeglap bekleden, gehaktmengsel erover<br />
verdelen en dan bedekken met tot deksel uitgerolde deeglap. Met appelboor enkele 'schoorsteen'gaten<br />
eruit steken, bestrijken met rest van het ei en 45 - 50 min. in voorverwarmde oven van 180°.<br />
= Ierse zalmpastei: ruim 100 g patentbloem met snuf zout en suiker mengen met ca. 50 g zachte<br />
boter en zoveel karnemelk dat soepel deeg kan worden gekneed: dit uurtje laten rusten in de koelkast,<br />
daarna uitrollen tot bakvorm van ca. 25 cm doornee ermee kan worden bekleed. Dan vullen met 200g<br />
(geblancheerde) bloemkoolroosjes, waar tussen hele dunne plakjes gerookte zalm zijn gedrukt (als<br />
rozetjes), bestrooid met 5 bosuitjes-in-ringetjes - en dit overgieten met dunne blanke saus (van boter,<br />
bloem en melk: zie pag. 18) waar doorheen een ei is geklopt en op smaak is gemaakt met peper, zout<br />
en dille. Dan ca. 45 – 60 min. onderin voorverwarmde oven van 200°.<br />
= Lotharinger spektaart (Quiche Lorraine): in 1½ ons gezeefde bloem (met snuf zout) 75 g koude<br />
boter klein snijden en met ca. 4 eetlepels koud water (én evt. met losgeklopt ei) krachtig (!) tot piedeeg<br />
kneden. Na minstens ½ uur rusten in de koelkast (doch dit kan ook ná het 'pletten') uitrollen tot een lap<br />
van ca. ½ cm dik en daarmee een ingevette bakvorm vullen: in de bodem gaatjes prikken en evt. 5-6<br />
min. voor-bakken in voorverwarmde oven van 200°. Intussen 1½ ons rookspek-in-plakjes (of blok (jes)<br />
even kort (!) fruiten en 'ontvetten', en na 'uitlekken' op de bodem leggen, en erover verspreiden: 3 met<br />
2 eetlepels melk losgeklopte eieren, bekertje crème fraîche (óf zure room óf schenkroom óf mengsel<br />
van room met yoghurt óf mengsel van room met geraspte kaas, bij voorkeur Gruyère), zout en (zwarte)<br />
peper, evt. ook nog gemengd met prei (of ui) in ringen gesneden. En dan 45 - 50 min. in voorverwarmde<br />
oven van 200°.<br />
= Quiche d' Alsace: als boven, maar nu voor de vulling 2 eieren loskloppen met 1 dl slagroom, peper,<br />
zout en nootmuskaat en 1 theelepel fijngesneden bieslook; hierdoorheen roeren 75 g fijngesneden<br />
champignons, fijn gesnipperd uitje en 75 g fijngesneden bacon.<br />
= Pizza-Pie: korstdeeg maken van 1 ons bloem, snuf zout, ½ ons boter en zoveel ijskoud water dat er<br />
een piedeeg van valt te kneden en te rollen. Even op koele plaats laten rusten. Intussen in ½ ons<br />
margarine ½ -1 ons bacon (of ontbijtspek) uitbakken en daar 2 ons gehakt bruin en rul in bakken. Dan<br />
erbij doen: 1 blikje tomatenpuree en 2 fijngesneden paprika's en 5-10 min. laten sudderen. Vervolgens<br />
ca. 3 fijngesneden tomaten (of uit blik) erdoor en op smaak maken met oregano (en evt. peterselie en<br />
peper & zout) en evt. geraspte kaas. Tot slot er nog een ei door roeren en dan in een vuurvaste schaal<br />
overdoen: de uitgerolde deeglap erover 'draperen' en dan 20 - 30 min. middenin een voorverwarmde<br />
oven van 200°.
161<br />
SOEZEN (Voor kaassoesjes: zie pag. 169)<br />
In een steelpannetje 1 dl water met snufje zout en 50 g boter (evt. margarine) aan de kook brengen en<br />
er dan 'in één klap' 60 g gezeefde bloem bij doen: op laag vuur blijven roeren tot het deeg als een bal<br />
van de pan loslaat. Het dan overdoen in een mengkom en iets laten afkoelen: er daarna met de mixer<br />
2 eieren één-voor-één door roeren en nog ca. 1 min. blijven mixen tot het deeg mooi glanst en in<br />
stukken van de deeghaken valt. Dan in spuit(-zak) met gladde of gekartelde spuitmond en er 20 kleine<br />
(of 10 grote) rozetten van spuiten op een met bakpapier bedekte bakplaat (zorgen voor voldoende<br />
tussenruimte: ze worden ca. 2 x zo groot). Bij hartige vulling evt. geraspte kaas erover. Middenin<br />
voorverwarmde oven: eerst 15 min. bij 220°, dan nog eens 15 min. bij 180° (bij heteluchtoven korter, á<br />
vue te beoordelen). Elke soes inknippen en nog ca. 5 min. in de uitgezette oven (met open deur) laten<br />
staan, en verder laten afkoelen op taartrooster.<br />
Vullingen (altijd zo kort mogelijk voor het opdienen de vulling erin!)<br />
zalm uit blik: klein blikje zalm laten uitlekken, graatjes en velletjes verwijderen en pureren in de foodprocessor<br />
(of in de mengbeker met de staafmixer). Dan 150 g monchou erdoor mengen, 1 eetlepel<br />
tomatenketchup en 3 eetlepels crème fraîche: op smaak maken met citroensap, zout en een snufje<br />
cayennepeper. Dan ook dit in de (schoongemaakte) spuit(-zak) doen en in de koelkast even laten<br />
opstijven. Daarna in de soezen spuiten.<br />
gerookte vis (heilbot, forel of zalm): 1½ ons gerookte vis pureren en mengen met ½ ons crème<br />
fraîche en ½ ons verse kaas (bijv. monchou) en daar 1 eetlepel (verse) gehakte dille door (of mierikswortel),<br />
versgemalen peper en citroensap naar smaak.<br />
vismousse: 3 ons gekookte kabeljauw pureren en daar peper, zout, verse munt, 1 eidooier en ½ pakje<br />
monchou door.<br />
kaascrème: 75 g zachte boter schuimig kloppen en daar 2 ons geraspte kaas door kloppen, samen<br />
met ½ ons fijngehakte walnoten en 3 eetlepels crème fraîche; op (pittige!) smaak maken met zout,<br />
peper, nootmuskaat, scheutje Madeira en rasp van ¼ citroen.<br />
levercrème: ½ pond kippenlevertjes (en/of kalfslever) in reepjes gesneden even snel aanbraden in 1<br />
eetlepel boter (de lever moet van binnen roze blijven!) en bestrooien met peper en zout. Na even<br />
afkoelen pureren in keukenmachine of mengbeker en er beetje-bij-beetje 1 ons zachte boter door<br />
kloppen; op smaak maken met 2 eetlepels gesnipperde bieslook, scheutje cognac en wat zout &<br />
peper.<br />
Slagroom: slagroom met (vanille-)suiker (en evt. een lepeltje kirsch of andere likeur) stijf kloppen (en<br />
evt. nog steviger maken door een zakje slagroomversterker). Dan met een spuit(-zak) in de, in dit<br />
geval wat grotere, soezen spuiten. Voor zgn. 'Moorkoppen' de (grote!) soezen overgieten met<br />
chocolade-glazuur: door 1 ons gezeefde poedersuiker met 1 eetlepel cacao afwisselend druppels<br />
essence (of likeur) en druppels water (of vruchtensap) roeren tot dik-vloeibaar en glanzend (óf gewoon<br />
bittere chocolade au-bain-marie smelten en met een scheutje neutrale olie verdunnen). Met de<br />
achterkant van een lepel de soezen hiermee bestrijken.<br />
Banketbakkersroom: in een steelpannetje (met dikke bodem) 2 eierdooiers samen met ½ ons suiker<br />
en 1 zakje vanillesuiker (én 1-2 eetlepels van de melk) wit en schuimig kloppen en er dan ¼ ons bloem<br />
bij doen (of custardpoeder: dan geen vanillesuiker meer nodig) en ¼ l melk koken en al roerend erbij<br />
gieten: aan de kook brengen en van het vuur halen zodra de saus dik wordt (bij bloem 10 min. goed<br />
door laten koken, al roerend!). Er een scheutje van de één of andere likeur (of druppels essence) door<br />
doen. Laten afkoelen met klontjes boter erover om velvorming tegen te gaan (of afdekken met vetvrij<br />
papier).
VRUCHTENVLAAIEN<br />
162<br />
Boven een mengkom 2 ons bloem zeven, samen met snuf zout en 2 eetlepels (basterd-)suiker: in kuiltje daarvan<br />
20 g verse gist (of analoge hoeveelheid droge gist) opgelost in dl lauwwame melk. Dit 'zetsel' even laten<br />
rusten en er dan 30 g gesmolten boter door roeren én evt. een losgeklopt ei. Dit tot een soepel deeg kneden en<br />
daarna ½ -1 uur op een warme plaats laten rijzen (bijv. met plastic zak om de mengkom boven een radiator).<br />
Daarna opnieuw even doorkneden en dan uitrollen tot de omvang van een vlaaivorm (van ca. 30 cm doorsnee).<br />
N.B.: een iets 'magerder' maar minder snel 'verouderend' deeg verkrijgt men aldus: door ½ pond gezeefde<br />
bloem vermengd met 1 eetlepel witte basterdsuiker ca. 90 g harde boter snijden tot erwtgrote stukjes, dan er<br />
nog 25 g gist door kruimelen (of droge gistkorrels) en vervolgens ca. 1 dl koude melk erdoor roeren met het<br />
mes: dit dadelijk snel tot vrij stevig deeg kneden en even laten rusten. Dan het deeg uitrollen tot een plak iets<br />
groter dan de vlaaivorm van ca. 30 cm middellijn en stevig in de beboterde vorm drukken; het overtollig deeg<br />
er met de hand af drukken, weer uitrollen en in reepjes snijden. De taartbodem in de vorm nog ½ uur laten narijzen,<br />
na er met een vork gaatjes in te hebben geprikt.<br />
De taartbodem evt. even kort voor-bakken (verzwaard met iets hittebestendigs, bijv. droge peulvruchten), en<br />
dan direct beleggen met:<br />
= vers fruit: pruimen (gehalveerd en ontpit), perziken, schijfjes appel (bestrooid met suiker) enz.<br />
= vruchtenmoes: van bijv. kersen, aardbeien, kruisbessen: deze eerst tot moes koken en dan binden met<br />
aardappelmeel of maizena en op smaak maken met suiker en citroensap.<br />
= abrikozen: 2 ons abrikozen na een nacht weken in 15 min. net gaar koken in 1 dl van het weekvocht; dan de<br />
nog hele vruchten eruit scheppen en uit laten lekken op vergiet; het kookvocht binden met aardappelmeel of<br />
maïzena en op smaak maken met onsje suiker en evt. citroensap en/of citroenrasp.<br />
De overgebleven reepjes deeg er als een vlechtwerkje overheen leggen, bestrijken met melk en bestrooien met<br />
kristalsuiker. Dan ca. 30 min. middenin (of iets daaronder) in een voorverwarmde (hetelucht-)oven van 160° en<br />
even laten bijkomen in de uitgezette oven. Afkoelen op taartrooster (en evt. kristalsuiker erover).<br />
Rijstevlaai: (vlaaibodem als boven) 1½ l melk al roerend aan de kook brengen, samen met 75 g pap(!)rijst,<br />
een citroenschilletje en een zakje vanillesuiker, en op laag vuur 1 uur zachtjes laten (in-)koken. Na iets afkoelen<br />
30 g suiker met theelepeltje kaneel, 1 eierdooier én een stijf geklopt eiwit erdoor roeren. Dit uitstrijken op de<br />
(gerezen) taartbodem en daarover 'kruimeldeeg' strooien (gevormd van: 1 ons bloem, ½ ons suiker, snufje<br />
zout en kaneel, en daardoorheen 50 g koude boter gesneden: daarna met de vingers verder verkruimeld).<br />
Hongaarse vruchtenvlaai: in een mengkom 125 g bloem + 125 g zelfrijzend bakmeel + 125 g fijngemalen<br />
hazelnoten (of walnoten) vermengen en daardoorheen100 g koude boter fijn snijden. Dan er nog door mengen<br />
1 ei, snufje zout én 175 g aardappelpuree (tegen het hard worden van de korst) en alles tot een soepel deeg<br />
kneden. Dit verdelen in een grotere en een wat kleinere 'bal' en dan de eerste uitrollen voor een vlaaivorm van<br />
30 cm middellijn: hiermee de beboterde vorm bekleden en vervolgens 'vullen' met een potje goede jam, evt.<br />
vermengd met wat citroensap en een losgeklopt ei. Daaroverheen een vlechtwerk van deegreepjes gevormd uit<br />
de kleine deegbal en dan 50-60 min. op de onderste richel van een voorverwarmde oven van 180°. In de vorm<br />
laten afkoelen.
163<br />
APPELTAARTEN IN MEER DAN VIJFTIEN VARIATIES<br />
van vrij brokkelig zanddeeg of korst-(kruimel-)deeg met (vrij) koude boter (zie pag. 148-149)<br />
Aloude Hollandse appeltaart: boven mengkom ½ pond zelfrijzend bakmeel met theelepeltje zout<br />
zeven, dan ruim 1 ons bruine basterdsuiker, theelepeltje citroenrasp en evenveel kaneel erdoor - en<br />
1½ ons (nog wat harde) boter erin kleiner snijden; dan (deel van) een losgeklopt ei erdoor en/of wat<br />
ijskoud water en met de hand (of met mixer met deeghaken) tot samenhangende deegbal kneden. Dit<br />
uitrollen (en/of uit-drukken) tot ca. ½ cm dikte en (beboterde en bebloemde) springvorm (van 24 cm)<br />
ermee bekleden (wat achterhouden voor de garnering: uitrollen en in reepjes snijden) en (evt.) ½ uur<br />
laten opstijven in de koelkast. De bodem bedekken met laagje paneermeel (en/of enkele verkruimelde<br />
speculaaskoekjes óf banketbakkersroom: zie pag. 161). Dan ca. kilo goudrenetten in dunne schijfjes<br />
snijden en besprenkelen met een weinig citroensap; ca. ons (blanke) rozijnen overgieten met kokend<br />
water en even laten wellen, en dan samen met de appels ook nog even kort ‘stoven’ in kluitje boter!<br />
Vervolgens mengen met ½ ons suiker, zakje vanillesuiker én theelepeltje kaneel, en evt. eetlepel jam.<br />
Hiermee de taartbodem vullen (evt. ook nog fijngesnipperde gemberbolletjes erbij en/of overgieten<br />
met, met wat custard, losgeklopt ei - óf ook nog 1 dl slagroom opkloppen met custard en dit erover).<br />
Garneren met de reepjes uitgerold deeg (bestreken met rest van losgeklopt ei) en dan ca. 75 min. iets<br />
onder het midden in oven van 180° (of heteluchtoven van 165°). Direct daarna evt. nog bestrijken met<br />
2 eetlepels tot vloeibaar verwarmde (wat verdunde) abrikozenjam. Ter variatie steviger (blijvende)<br />
appels gebruiken, bijv. Elstar, Golden Delicious of Jonagold en deze dan niet vooraf ‘stoven’. Dan de<br />
rozijnen (langdurig) ‘wellen’ in rum of calvados - en ‘restant’ door de slagroom!<br />
En wel zo makkelijk: gewoon de aanwijzingen op de verpakking (van goede appeltaartmix) volgen!<br />
Beproefde variant: In beslagkom ca. 2 ons boter op kamertemperatuur met 2 ons suiker, zakje<br />
vanillesuiker en mespunt zout tot luchtig mixen, dan groot ei erdoor en tot egaal beslag kloppen, dan<br />
ca. pond(je) zelfrijzend bakmeel erdoor mixen, of zoveel minder tot zich een samenhangende bal vormt<br />
(de gardes intussen vervangen door deeghaken!). Springvorm (van 23 of 28 cm) met het deeg<br />
bekleden en daarop zestal geschilde, ‘ontklokte’ en in vieren gesneden appels (Goudrenet, Jonagold of<br />
Grannie Smit óf diverse soorten door elkaar), vermengd met theelepel(s) kaneel. Bedekken met<br />
kruimeldeeg: ons boter, ons kristalsuiker, 2 ons bloem (met snuf zout) en wat vanillesuiker tot<br />
kruimelig ‘kneden’. Dan hooguit (!)1½ uur middenin voorverwarmde oven van 180° (zo nodig de oven<br />
tussentijds verlagen tot 160°). Warm serveren met slagroom erover.<br />
Tarte tatin (omgekeerd gebakken appeltaart): in gietijzeren vorm óf in dichte vlaaivorm (in elk geval<br />
niet in een springvorm!) ca. ½ ons boter laten smelten (bijv. in de voor te verwarmen oven) en daarover<br />
½ ons kristalsuiker strooien en laten caramelliseren tot lichtbruin. Hierop leggen met de bolle kant naar<br />
beneden en zo dicht mogelijk tegen elkaar aan 1 kg geschilde, gevierendeelde (en van klokhuis ontdane)<br />
zure appels (die evt. eerst in wat boter op laag vuur onder een deksel in ca. 10 min. gaar zijn gestoofd).<br />
Vantevoren even snel (met de vingertoppen) een briséedeeg (zie bovenaan pag. 149) kneden<br />
van 2 ons bloem, ca. 1 ons niet (al te) koude boter, snuf zout, eetllepeltje (basterd-)suiker en (ruim) 2<br />
eetlepels koud water (én evt. 1 ei) en dit, na uitrollen tot ca. 1 cm dikte, enkele uren (!) in de koelkast<br />
laten rusten. Dan uitrollen tot iets grotere omvang dan de (dichte) bakvorm, tot een dikte van ½ cm, en<br />
over de iets afgekoelde (en met nog wat klontjes boter bedekte) appels leggen en ietwat aandrukken,<br />
zodat een omgekeerde rand ontstaat. Wat gaatjes erin prikken en de taart vervolgens in ca. 20 min. afbakken<br />
bij 220°. Lauw serveren met crème fraîche! N.B.: Ook lekker (en leuk om te zien) met<br />
handperen i.p.v. appels. En evt. is een deel van de bloem te vervangen door eetlepels gemalen kokos.<br />
Variant: handperen i.p.v. appels, dan met veel minder suiker en niet voor-gestoofd.<br />
Applepie: bladerdeeg-achtige bodem maken: 2 ons bloem (met snuf zout!) met daarin fijngesneden 1<br />
ons koude boter en met 100 cc koud water even vlug tot samenhangende bal kneden, daarna uurtje in<br />
de koelkast – en dan in 2 ongelijke helften verdelen en uitrollen, opvouwen, en dan nogmaals uitrollen,<br />
de grootste tot een springvorm ermee kan worden ‘bekleed’, de rest weer uitrollen tot de grootte van<br />
een 'deksel'. De (eerst ingeprikte) taartbodem vullen met ca. 5 goudrenetten-in-plakken, bestrooid met<br />
bruine suiker, ½ theelepel nootmuskaat, de rasp van ½ citroen en ½ sinaasappel en evt. wat bloem, en<br />
dat overgieten met 20 g gesmolten boter. Dan het deegdeksel erop en deze (ook na inprikken ter ontluchting!)<br />
bestrijken met gesmolten boter of met een losgeklopt ei. Ca. 45 min. in voorverwarmde oven<br />
van 200° en daarna even laten betijen in springvorm (evt. na het bakken bestrijken met abrikozenjam).<br />
Geschikte(re) appel hiervoor is Granny Smith!
164<br />
Gecaramelliseerde appeltaart: 1½ ons bloem met snufje zout in mengkom zeven en dan daarin 75 g<br />
koude boter grof-korrelig snijden en met 50 cc ijskoud water kort (en koud) tot samenhangende<br />
deegbal kneden (met mixer, in keukenmachine of met de hand): deze ½ uur laten rusten in koelkast.<br />
Intussen 6 appels schillen en in schijfjes (of stukjes) snijden en in ½ ons boter met 30 g suiker al<br />
roerend laten carameliseren (bruin worden) en afblussen met het sap van ½ citroen. Deegbal uitrollen,<br />
van binnen naar buiten, tot een plak 3 cm groter dan de bakvorm van 25 cm. In de beboterde bakvorm<br />
leggen en de vulling erover. Dan ca. 30 min. in voorverwarmde oven van 210°. Ook te serveren als<br />
nagerecht, met bolletje ijs erover.<br />
Appeltaart uit Dieppe: 1 ons patentbloem met snufje zout zeven in mengkom en daar ½ ons koude<br />
boter door klein snijden. Dan zoveel melk (2-4 eetlepels) erbij dat soepel deeg kan worden gekneed.<br />
Uitrollen tot ronde plak van ca. 30 cm doorsnee en daarmee de beboterde (vlaai-)vorm (van 22 cm<br />
doorsnee) bekleden. In koekepan 4 ons klein-gesneden goudrenet met een zakje vanillesuiker en/of<br />
wat kristalsuiker in wat boter zacht fruiten en daar 1 eetlepel calvados (of rum) in laten verdampen: dit<br />
op de taartbodem en overgieten met een ei, losgeklopt met 1 dl crème fraîche (of room) en ½ onsje<br />
suiker. Bedekken met klontjes boter en ca. 30 min. onderin voorverwarmde oven van 220°.<br />
Zwitserse appeltaart: korstdeeg (zie pag. 148) maken van 2 ons bloem, 1 theelepel zout, 1 ons harde<br />
boter en 1 dl ijskoud water: koel laten rusten, daarna minstens 3 x uitrollen en weer opvouwen (en<br />
weer laten rusten). Dan uitrollen en beboterde vlaaivorm ermee bekleden (bodem inprikken): 10 min.<br />
voor-bakken, iets onder het midden van een voorverwarmde oven van 250°. Ca. 5 uitgeboorde<br />
geschilde en in schijfjes gesneden goudrenetten erop leggen en nog eens 15 min. in de oven. Dan<br />
(pas) mengsel van 2 eieren, losgeklopt met ruim 3 eetlepels suiker, rasp van ½ citroen en 1½ dl<br />
slagroom erover schenken en de taart in 10 -15 min. verder gaar bakken.<br />
Franse tarte aux pommes: 160 g bloem met 40 g maizena en snuf zout vermengen met 120 g zachte<br />
boter en dan ½ ons basterd-(of poeder-)suiker erdoor roeren én 1 losgeklopt ei: zo snel mogelijk tot<br />
samenhangend deeg kneden en dan uitrollen tot de grootte van een springvorm. Erin leggen en<br />
gaatjes in de bodem prikken, en 1 kg goudrenet-in-schijfjes erop, in concentrische cirkels gerangschikt:<br />
dan 20 min. in voorverwarmde oven van 280°. Intussen beslag maken van 4 dl melk, 1 ons suiker, 15 g<br />
bloem en 15 g maizena: daar 1 losgeklopt ei door (en evt. nog 2 eierdooiers) en snufje nootmuskaat:<br />
luchtig opkloppen en na 20 min. over het deeg gieten. Dan nog eens 10 min. in de oven.<br />
Appeltaart met banketbakkersroom: in een mengkom 450 g bloem, 2 ons suiker, ½ theelepeltje zout<br />
en 1 zakje vanillesuiker mengen en daar ruim 2 ons ijskoude boter in klein-korrelig snijden. Dan de<br />
rasp van 1 citroen en 2 eieren erdoor mengen en snel tot stevige deegbal kneden: ½ uur op koele plek<br />
laten rusten. Daarna uitrollen tot ca. potlood-dikte en daarmee een beboterde (spring-)vorm bekleden.<br />
Deze bodem bedekken met 3-4 appels-in-schijfjes, besprenkeld met 2 eetlepels citroensap, en<br />
daaroverheen 1 ons rozijnen verdelen. Pakje vanillepudding met 2½ dl melk glad 'kloppen' en erover<br />
uitstrijken. Middenin voorverwarmde oven van 175° in 45 min. gaar bakken.<br />
Elly's appel-room-taart: in mengkom 125 g bloem zeven en daar 125 g koude boter in klein snijden.<br />
Eraan toevoegen: 125 g magere kwark (of yoghurt), 1 zakje vanillesuiker en ½ theelepel zout en daar<br />
snel een deegje van kneden. Dit ½ uur laten rusten! Vlaaivorm beboteren en het deeg erin drukken, al<br />
knedend met de vingers. Dan 3-4 (1½ pond) zure appels schillen, uitboren en in dikke schijven snijden:<br />
deze over het deeg rangschikken en dan 20-30 min. middenin voorverwarmde oven van 200°. Intussen<br />
bekertje slagroom + 30 g bloem + 75 g suiker tot dik-vloeibaar kloppen: de taart even uit de oven<br />
nemen en dit erover gieten. Daarna de taart nog eens 20-30 min. bakken bij dezelfde stand.<br />
Sinaasappelmarmelade met wat water verwarmen en dat direct over de nog warme taart uitsmeren.<br />
Coby's appeltaart: in een mengkom ruim 150 g zelfrijzend bakmeel zeven en mengen met 120 g<br />
(licht- of donker-)bruine basterdsuiker en ruim 75 g havermout (!), en daar 150 g gesmolten(!) boter<br />
door roeren. Dit even vlug (vluchtig) kneden tot iets samenhangende bal en grootste deel hiervan<br />
uitdrukken in een beboterde taartvorm van ca. 22 cm middellijn. Hier overheen 4 goudrenetten raspen<br />
(of in hele dunne plakjes snijden), dit besprenkelen met citroensap en bestrooien met wat kristalsuiker<br />
en ruim kaneel. De rest van het deeg hierover 'verkruimelen' en dan ca. 5 kwartier(!) middenin(!)<br />
voorverwarmde oven van 180°.
165<br />
van het zachte(re) klop- resp. cake-deeg of kneeddeeg met zachte boter (zie pag. 149)<br />
Zikataart: in een mengkom 1 ons zachte (maar net niet gesmolten) boter met 1 ons witte of lichtbruine<br />
basterdsuiker en 1 zakje vanillesuiker en theelepel citroensap (en evt. ½ theelepel kaneel) romig<br />
kloppen met mixer en er één-voor-één 2 eieren door 'mixen' (óf eerst alleen de dooiers, en later de<br />
opgeklopte eiwitten erdoorheen spatelen). Hierover 150 g bloem met 1 theelepel bakpoeder (of zelfrijzend<br />
bakmeel) zeven, afgewisseld met (in totaal) 2 eetlepels citroensap, en tot een smeuïge massa<br />
'spatelen' (met de pollepel, niet meer met de mixer!). Dit direct in een beboterde en met beschuitkruim<br />
bestrooide (kleine) springvorm doen, en beleggen (of besteken) met de partjes van 2-3 zachtzure<br />
appels, bestoven met kaneel. En dan middenin voorverwarmde oven van 180°: ½ uur op deze stand en<br />
dan nog ½ uur op 200°(of gewoon ruim 1 uur op 180°). Bestrooien met poedersuiker.<br />
Variant: de appels-in-stukjes door het deeg spatelen, samen met 2 ons fijngesneden gember - en dan<br />
in beboterde en met bloem bestoven cakeblik 45 min. middenin voorverwarmde oven van 160° en vervolgens<br />
nog eens 30 min. bij temperatuur van 180° (of gewoon ruim 1 uur op 180°).<br />
Weense appeltaart: 2 ons suiker met 1 ons zachte boter, wat zout, rasp van ½ citroen en een-vooreen<br />
3-4 eieren dik en schuimig 'mixen' en mengen met 4 eetlepels, in rum gewelde, rozijnen. Dan 4<br />
appels in schijven snijden en bestrooien met 2 eetlepels suiker en theelepel(s) kaneel. De helft hiervan<br />
(wat kleiner gesneden) samen met 2 ons zelfrijzend bakmeel door het eiermengsel scheppen en in<br />
beboterde/bebloemde springvorm: bedekken met de rest van de appelschijven, afdekken met<br />
aluminiumfolie en ca. 1 uur onderin voorverwarmde oven van 200° (op het laatst nog even zonder<br />
folie). De nog warme taart bestrijken met abrikozenjam.<br />
Tiroler appeltaart: 1 ons boter met 125 g suiker, 1 pakje vanillesuiker, 2 eetlepels melk en 3 eieren<br />
met de mixer ca. 5 min. goed-schuimig kloppen, dan wat zout en 2 ons zelfrijzend bakmeel erbij en<br />
over doen in beboterde springvorm. 'Besteken' met 1½ pond goudrenetten-in-partjes (aan de ronde<br />
kant even 'ingekeept'), met de ronde kant naar boven, dicht tegen elkaar. Ca. 20 min. iets onder het<br />
midden in voorverwarmde oven van 200°, dan bestrooien met ½ ons grof gehakte walnoten en<br />
vervolgens in 40 min. verder gaar en bruin bakken. Bestrooien met poedersuiker.<br />
Braziliaanse appeltaart: 1½ ons suiker met 1½ ons zachte boter met de mixer in ca. 7 min. witschuimig<br />
kloppen (evt. eerst even au bain-marie), dan 3 eieren er stuk-voor-stuk doorkloppen en<br />
vervolgens 1½ ons zelfrijzend bakmeel erboven uitzeven en erdoor spatelen. Dan dit deeg in een dik<br />
beboterde en met beschuitkruim bestrooide bakvorm (van 25 cm doorsnee), de bovenkant gladstrijken<br />
en dan bedekken met een mengsel van 1 kilo appels-in-kleine-partjes, sap van ½ citroen, ½<br />
ons suiker én (minstens) ½ ons boter (in kleine klontjes). De taart middenin een voorverwarmde oven<br />
van 180° in ruim 1 uur gaar bakken. De nog warme taart evt. bestrooien met een mengsel van vanillesuiker<br />
en poedersuiker.<br />
Finse appeltaart: 2 ons zachte boter met ruim 1 ons lichtbruine basterdsuiker licht en romig kloppen,<br />
dan 1 ei erdoor 'mixen' en vervolgens een mengsel van 1 ons zelfrijzend bakmeel, ½ ons volkorenmeel<br />
en ½ ons havermout(-vlokken) erdoor scheppen. Dan dit deeg in beboterde taartvorm overdoen en<br />
deze bodem bedekken met 3-5 goudrenetten-in-schijfjes, vermengd met 1 eetlepel citroensap, 3<br />
eetlepels suiker en 2 theelepels kaneel. Dit bestrooien met ½ ons geschaafde amandelen en/of kluitjes<br />
boter (tegen het te droog worden van de appels) en middenin voorverwarmde oven van 180° in ca. 1<br />
uur gaar bakken. Serveren met slagroom erop.<br />
Normandische appeltaart: 2-3 Granny Smith-appels schillen, van klokhuizen ontdoen en in stukken<br />
gesneden samen met eetlepeltje bruine basterdsuiker en dl water in ca. 10 min.zacht (maar nog wel<br />
heel) koken. Intussen 1½ ons boter met ons kristalsuiker romig mixen, dan 2 eieren er een-voor-een<br />
doorheen mixen en 1½ ons zelfrijzend bakmeel (met snuf zout) erover zeven en er doorheen spatelen,<br />
dan nog ca. dl melk erdoor kloppen – en dit beslag in een (gesloten) beboterde taartvorm (van 23 cm<br />
doorsnee) schenken (!). Daarop de afgekoelde (en goed uitgelekte) appels, naar smaak bestrooid met<br />
nootmuskaat. In een voorverwarmde oven van 180° in ca. 50 min. bakken. Serveren met slagroom.
AANVERWANTE APPELBAKSELS<br />
166<br />
Appelbollen (van luchtig piedeeg): door 1 ons bloem met snufje zout (en evt. 10 g suiker) ½ ons harde<br />
boter fijnsnijden en met ¼-½ dl ijskoud water tot grof-korrelig roeren. Snel met (één) koele hand tot bal<br />
kneden en deze uitrollen tot ½ cm dikte: dan verpakken in folie en minstens ½ uur laten 'stijven' in de<br />
koelkast, daarna nogmaals uitrollen en in stukjes van 10 x 12 cm snijden. Hierin verpakken de appels<br />
(liefst goudrenetten), van tevoren geschild, uitgeboord en gevuld met boter, suiker en kaneel. Met de<br />
naad naar beneden op ingevette bakplaat (of op een ovenschaaldeksel), bestrijken met losgeklopt ei<br />
en ½ uur middenin voorverwarmde oven van 220° (óf 260°).<br />
Appelflappen: 125 g patentbloem met snuf zout in een kom zeven en daar 50 g koude boter in fijn<br />
snijden en er dan ca. ½ dl koud water door roeren tot alle vocht is opgenomen: snel tot samenhangende<br />
bal kneden en op een met bloem bestoven onderlaag uitrollen. In drieën vouwen en opnieuw<br />
uitrollen, dit herhalend tot er een rechthoekige lap is ontstaan: deze opvouwen (als een kussensloop)<br />
en in de koelkast laten rusten. Daarna de opgevouwen lap weer zo dun mogelijk (!) uitrollen en daar 6tal<br />
vierkantjes van 12 x 12 cm uit snijden: deze bedekken met pond geraspte goudrenetten, gemengd<br />
met 2 eetlepels bruine basterdsuiker, theelepel kaneel en evt. wat gewelde rozijnen. Tot driehoek<br />
vouwen en stevig dicht drukken (en dicht ‘plakken’). Na inprikken met een vork en evt. nog bestrijken<br />
met losgeklopt ei(-geel) op een ingevette bakplaat leggen en dan 35 min. middenin voorverwarmde<br />
oven van 200°.<br />
Appelcarré’s: in mengkom 2 ons bloem, ruim ½ ons witte basterdsuiker, zakje bakpoeder, rasp van 1<br />
citroen en snuf zout. Hierin 75 g koude boter tot erwtgroot snijden, dan 2 eieren losgeklopt met 2<br />
eetlepels room erdoor en snel tot soepel deeg kneden. Uitrollen en met de helft ervan rechthoekige<br />
bakvorm (of bakplaat) bekleden. Hierover 2 grote goudrenetten-in-stukjes gemengd met ½ ons witte<br />
(basterd)suiker en ½ theelepel kaneel. Bedekken met de andere deeglap en stevig aandrukken<br />
(vastplakken). Dan ½ uur in voorverwarmde oven van 200°. Na het bakken in rechthoekige stukken<br />
snijden.<br />
Apfelstrudel: 125 g bloem zeven en in kuiltje daarvan een mengsel gieten van 50 g gesmolten boter,<br />
een ei(tje) en eetlepel(s) water + eetlepel(s) witte wijn: van buiten naar binnen toe mengen en krachtig<br />
tot zéér elastisch deeg kneden. Na ½ -1 uur rusten op een koele plaats tot uiterst (!) dun uitrollen, bij<br />
voorkeur op een (reukloze!) doek; dan deeg hiervan voorzichtig losmaken, over de beide handen heen<br />
leggen en verder uitrekken tot doorschijnend dun (zonder scheuren!). Dan weer op de doek leggen,<br />
bestrijken met gesmolten boter en bestrooien met broodkruim (of paneermeel) en de vulling erover<br />
verdelen: 1 kg geraspte goudrenet, 1 ons suiker, 1 eetlepel kaneel, citroenrasp én evt. ½ ons gemalen<br />
amandelen en/of ½ ons rozijnen. Dan één of meer rollen ervan vormen, op bakblik leggen, met boter<br />
besmeren en ca. ½ uur in voorverwarmde oven van 220°.<br />
Badische Apfelrolle: (roomboter-) bladerdeegplakjes 10 min. laten ontdooien, in een rechthoek van 2<br />
bij 3 plakjes leggen, iets laten overlappen en stevig aandrukken (iets uitrollen). Dan besmeren met 6<br />
eetlepels sinaasappelmarmelade (2 cm van de randen vrij laten). Daarop ca. 3 goudrenetten-instukjes,<br />
vooraf vermengd met 2 eetlepels honing (over iets minder dan de helft) en bestrooien met 30 g<br />
amandelschaafsel, 3 eetlepels rozijnen en 1 theelepel kaneel. De andere helft van de deeglap<br />
eroverheen, een rand naar binnen vouwen en de andere rand eroverheen vouwen en aandrukken; ook<br />
de randen van de korte kanten vastdrukken. Bestrijken met eigeel en bestrooien met<br />
amandelschaafsel en dan ca. 35 min. middenin voorverwarmde oven van 200°. Na even afkoelen in<br />
plakken snijden en liefst lauwwarm serveren, met koude slagroom erover.<br />
Bedekte bladerdeegplakjes: (roomboter-!) bladerdeegplakjes na 10 min. ontdooien middenin voorverwarmde<br />
oven van 200° in 15-20 min. goudbruin bakken en intussen in schijfjes gesneden goudrenet<br />
(of andere zachtzure, liefst stevig blijvende appel als Elstar) zacht laten worden boven heel zacht vuur,<br />
in beetje boter (met evt. wat citroensap en kaneel). Hiermee de nog warme deegplakjes bedekken en<br />
daarover opgeklopte slagroom.<br />
Variant: i.p.v. appel (verse) aardbeien boven heel laag vuur even laten garen en wellen in beetje<br />
suiker. In kleine hoeveelheid op de gaargebakken bladerdeegplakjes en daarover slagroom.
ANDERE TAARTEN<br />
167<br />
Ananas-cake ('pineapple upside-down'): 1½ ons zachte boter met ruim 1 ons witte basterdsuiker en 2<br />
pakjes vanillesuiker (en evt. ½ theelepel kaneel) tot een wittige schuimige massa kloppen (met de<br />
mixer) en dan 3 eieren erdoor 'mixen': vervolgens met een (houten) lepel 1½ ons (gezeefde!)<br />
zelfrijzend bakmeel (of 1 ons bloem en ½ ons zelfrijzend bakmeel) erdoor roeren, zodat een glad<br />
beslag ontstaat. Op de bodem van een beboterde en met bloem bestoven bakblik 4 schijven ananas<br />
(goed uitgelekt), de holtes gevuld met bigarreau, en dan middenin voorverwarmde oven van 160° ca.<br />
45 min. bakken. Op een taartrooster laten 'uitdampen' en evt. serveren met slagroom erop.<br />
Bananen-tatin: 125 g bloem, 100 g boter-in-blokjes, mespunt zout, 2 eetlepels basterdsuiker en 2 eetlepels<br />
kokos mengen en met losgeklopt ei en ijskoud water tot samenhangend deeg kneden: in<br />
koelkast laten rusten. Intussen 4 bananen in schuine plakken snijden, besprenkelen met sap en rasp<br />
van 1 citroen en dan licht overlappend in de bakvorm waarin 60 g boter met 75 g suiker licht is<br />
gecaramel-liseerd: 5 min. boven hoog vuur borrelglas rum erover flamberen. De uitgerolde deeglap<br />
erover, inprikken, deegranden wat invouwen en ½ uur in voorverwarmde oven van 200°.<br />
Boterkoek (van zandtaartdeeg): ruim 2 ons bloem met kleine 2 ons witte basterdsuiker en theelepel<br />
citroenrasp mengen en daar 2 ons koude boter in (heel!) klein snijden, dan het grootste deel van een<br />
losgeklopt ei erdoor Kort kneden tot kleffe bal en dan in een beboterde platte bakvorm drukken: de<br />
bovenkant vlak maken en met de punt van het mes een ruitvormig patroon aanbrengen. Dan 15 min. in<br />
voorverwarmde oven van 200°, bestrijken met de rest van het ei en verder bakken (hooguit nog 5-10<br />
min., anders wordt de boterkoek te hard!).<br />
Variant: 1 ons fijngesnipperde gember door het deeg mengen.<br />
Gevulde boterkoek: tot plakkerig deeg mengen 75 g van de volgende ingrediënten: zelfrijzend bakmeel<br />
- bloem - witte basterdsuiker, met daaraan toegevoegd snufje zout en 120 g (vrij) harde boter. Dit<br />
deeg in een beboterde bakvorm en dan een ei schuimig kloppen met 30 g suiker en daar doorheen<br />
doen: 1 ons gemalen amandelen, 3 fijngesneden schijven ananas en 3 fijngehakte gemberbolletjes. Dit<br />
mengsel over het deeg strijken en daarna 40-50 min. in een voorverwarmde oven van 180°.<br />
Gembertaartje: met mixer (vrij kort!) samen kloppen 1 ons (zachte) roomboter, 1 ons (licht-)bruine<br />
basterdsuiker, 2 flinke eetlepels fijngesneden gember (+ het vocht!) en 1 ei, en er dan 1 ons zelfrijzend<br />
bakmeel (of ons bloem met ¼ zakje bakpoeder) boven uitzeven en uit-strijken in beboterde (kleine)<br />
springvorm: ca. 40 min. middenin (!) niet(!)-voorverwarmde oven van 180° (evt. de laatste 10 min. nog<br />
iets lagere temperatuur, om te hard worden te voorkomen).<br />
Dundeecake: 125 g boter met 125 g suiker licht schuimig kloppen en dan 3 eieren er stuk-voor-stuk<br />
door ‘mixen'; hierover 1½ ons zelfrijzend bakmaal (of bloem met theelepel bakpoeder), snufje zout,<br />
mespuntjes kaneel en nootmuskaat uitzeven en mengen met ons (goed gewelde en droog gedepte)<br />
rozijnen, ½ ons fijngesneden oranjesnippers (of 2 eetlepels oranjemarmelade), ½ ons fijngehakte<br />
amandelen, de rasp van 1 sinaasappel en 5 eetlepels cognac of whisky. In een springvorm middenin<br />
(!) voorverwarmde oven van 180° in ruim 1 uur gaar bakken (in vorm laten afkoelen tot volgende dag).<br />
Italiaanse chocoladetaart: in mengkom au-bain-marie 5 eieren, 1½ ons suiker en snufje zout tot<br />
crèmekleurig en romig mixen, dan 1½ ons zelfrijzend bakmeel, vermengd met 25 g cacao, erdoor<br />
spatelen, en vervolgens 75 g bittere chocolade (eveneens au-bain-marie gesmolten en gemengd met 1<br />
ons gesmolten boter en 1 eetlepel marasquin) erdoor. Overdoen in springvorm (van 24 cm), bedekt<br />
met bakpapier (en dit beboterd/bebloemd) en middenin oven van 180° in ca. 1 uur gaar bakken. Taart<br />
eerst 10 min. in oven laten afkoelen, dan bakpapier eraf en op taartrooster verder afkoelen. Pas<br />
daarna horizontaal doormidden snijden, de snijkanten besprenkelen met 3 eetlepels marasquin, en<br />
onderste helft besmeren met ½ pot kersenjam. Dan andere helft er weer (precies) op en rondom<br />
bedekken met nog eens 75 g au-bain-marie gesmolten chocolade, nu vermengd met 75 cc slagroom:<br />
deze 'glazuur' over de taart schenken en met pannekoekmes gladstrijken, ook op de zijkanten, en dit<br />
minstens 3 uur in koelkast hard laten worden. Garneren met opgeklopte slagroom.
168<br />
Brownies: 1½ ons zelfrijzend bakmeel (of bloem met bakpoeder) mengen met 1 ons cacaopoeder en<br />
flinke snuf zout en 2 ons suiker, en dan door 2 losgeklopte eieren en ons gesmolten boter roeren. Evt.<br />
hier ook nog onsje grofgehakte pure chocolade door. Dan storten in papieren bakvormpjes en ½ uur in<br />
voorverwarmde oven van 180°.<br />
Warme chocoladecakejes met een gesmolten hart: muffinblik met zes vakjes vullen met papieren<br />
bakvormpjes (of met bakpapier) en voor de helft vullen met het volgende gladde deeg: ½ ons zachte<br />
boter kort mixen met ½ ons suiker, eetlepel(s) cacao, 1 groot ei (of 2 kleinere), onsje zelfrijzend<br />
bakmeel en eetlepels water! Dan blokjes bittere (of melk)chocolade erop en daarover de rest van het<br />
deegje. En dan ca. 20 min. in voorverwarmde oven van 180° tot ze goed zijn gerezen en veerkrachtig<br />
aanvoelen. Pas na enkele min. serveren, bestoven met poedersuiiker. Of koud serveren met slagroom.<br />
Mohr im Hemd: 1 ons zachte boter met 1 ons witte basterdsuiker lichtgeel en romig kloppen, dan éénvoor-één<br />
6 eierdooiers erdoor kloppen en vervolgens 1 ons (grof-)gemalen amandelen en 1 ons geraspte<br />
bittere chocolade, dan de stijf geklopte eiwitten erdoor spatelen en in beboterde (en met dun<br />
laagje witte basterdsuiker bestrooide) springvorm (van 24 cm) ruim 1 uur in voorverwarmde oven van<br />
180°. Na afkoelen doormidden snijden en laag stijf geklopte slagroom ertussen (en erover!).<br />
Amerikaanse cheesecake: 200 g verkruimelde (volkoren)biscuits mengen met 50 g gesmolten boter<br />
en dit als bodem in licht ingevette springvorm (20 cm doorsnee). Hierop een (gemixt!) mengsel van<br />
400 g roomkaas (monchou), 2 (grote) eieren, 100 g kristalsuiker en zakje vanillesuiker. Bovenkant glad<br />
strijken en 20 min. in voorverwarmde oven van 180°. Eruit nemen en goed laten afkoelen, daarna<br />
mengsel erover van beker crème fraîche met 50 g suiker en zakje vanillesuiker – en dan nogmaals 10<br />
min. in de oven en vervolgens minstens 8 uur laten opstijven in de koelkast. Serveren met een lobbig<br />
moesje erover van (gezoete en gaar gekookte) kersen (of bosbessen).<br />
Biscuitcake van Artusi: 3 eieren met 120 g suiker en zakje vanillesuiker au-bain-marie mixen tot de<br />
lichte massa als een lint van de garde loopt (vooral niet langer) en dan koeler verder mixen tot de<br />
massa zo dik is dat ze moeilijk terugvloeit. Dan lepel kokend-heet water erdoor en vervolgens het<br />
(gezeefde) mengsel van 90 g bloem, 45 g maïzena en mespunt zout er losjes door spatelen (!) en<br />
daarna weer eetlepel(tje) heet water én de vulling, bestaande uit ½ ons rozijnen en evenveel fijngesneden<br />
oranjesnippers (en evt. 30 g gesnipperde amandelen). Direct in beboterde en bebloemde<br />
cakevorm en ca. ½ uur op een rooster middenin voorverwarmde oven van 180°. In de geopende oven<br />
5 min. af laten koelen en dan (pas) storten op een taartrooster.<br />
Normandische pruimentaart: 175 g bloem (met snufje zout) in mengkom zeven en daar 75 g koude<br />
boter tot erwtjesgroot in fijn snijden: 2 eetlepels ijskoud water erdoor en tot bal kneden en deze ca.<br />
kwartier in koelkast laten rusten. Intussen ½ pond pruimen wassen, ontpitten en in vieren snijden, en<br />
bestrooien met 75 g suiker. Dan deegbal uitrollen tot lap van ca. 35 cm. doorsnee en op ingevette (of<br />
met bakpapier bedekte) bakplaat leggen, dan bestrijken met losgeklopte eierdooier, bestrooien met<br />
paneermeel en de pruimen er in cirkel middenop leggen: de ruim overblijvende deegrand (slordig)<br />
omvouwen en plakken en de bovenkant bestrijken met het losgeklopte eiwit: bestrooien met 25 g<br />
suiker en middenin voorverwarmde oven van 200° in ½ uur gaar bakken. Serveren met crème fraîche.<br />
Madeleines: 10-tal kleine cakevormpjes flink beboteren en bestuiven met bloem. Dan 75 g zachte<br />
boter met 100 g suiker, 1 zakje vanillesuiker en 1 eetlepel cognac (langdurig!) romig kloppen, 2-3<br />
eieren één-voor-één erdoor kloppen en vervolgens 1 ons zelfrijzend bakmeel er overheen zeven en er<br />
door spatelen. In de vormpjes scheppen en 10-15 min. middenin voorverwarmde oven van 210°.<br />
Cupcakes: muffinvorm met 6 vakjes beleggen met bakpapieren bakjes en vullen met het volgende<br />
beslag: 75 g gesmolten (en weer wat afgekoelde) boter samen mixen met 75 g kristalsuiker en half<br />
zakje vanillesuiker. Rasp van een sinaasappel erdoor en 2 eieren en opnieuw kort kloppen met de<br />
mixer. Dan erdoor spatelen 75 g zelfrijzend bakmeel met snuf zout. Evt. ook nog 2 eetlepels geschaafde<br />
amandelen erdoor. Dan 15 – 20 min. in voorverwarmde oven van 200° tot ze gerezen, gaar<br />
en goudgeel gekleurd zijn.
169<br />
KOEKJES e.d.: ZOUTE (als voorafje: zie ook pag. 138 -139, pag. 142 en pag. 155 -161)<br />
ZOETE (bij de koffie of de thee): zie volgende pagina's<br />
= Hartige stengels: enkele plakjes roomboterbladerdeeg uit de diepvries na 5-10 min. 'ontdooien' op<br />
een ingevette bakplaat leggen, bestrijken met losgeklopt ei en dan bestrooien met óf alleen zout óf<br />
oude geraspte kaas en/of wat sesamzaad of alleen met karwijzaad, en daarna (pas) in repen snijden,<br />
deze al of niet nog weer doormidden snijdend: 10 min. middenin de oven van 230° (of 20-25 min. bij<br />
200°) goudbruin bakken.<br />
= Kaaskoekjes: in 1 ons bloem vermengd met 1 ons geraspte kaas 1 ons harde boter fijnsnijden, kort<br />
kneden tot samenhangende bol en in de koelkast even kort opstijven: dan dun uitrollen en er met bijv.<br />
borrelglas rondjes uit drukken: deze in 10 min. iets boven het midden van oven van 180° lichtbruin<br />
bakken (ze zijn eerst nog zacht maar worden bros na afkoelen).<br />
= Kaasbolletjes: 75 g belegen komijnekaas en 25 g Parmezaanse kaas raspen en mengen met theelepeltje<br />
kerrie, tijm, zout en versgemalen peper. Dan door 75 g zachte boter roeren en daar 75 g zelfrijzend<br />
bakmeel over zeven. Mengen tot zacht deeg (met de consistentie van gehakt) en tijjdje laten<br />
rusten in de koelkast. Er dan ca. 30 kleine bolletjes van draaien. Deze op met bakpapier bedekte bakplaat<br />
op voldoende afstand van elkaar en 10-12 min. in voorverwarmde oven van 220° (ze kunnen nl.<br />
‘uitvloeien’ tot plakjes i.p.v. bolletjes).<br />
= Kaassoesjes: 75 g zelfrijzend bakmeel mengen met flink wat grofgemalen zwarte peper. In steelpannetje<br />
1 dl water aan de kook brengen met ½ ons boter en dan in één klap het bakmeel erbij: met<br />
pollepel tot samenhangende bal roeren. Laten afkoelen en dan 2-3 eieren erdoor mixen, tot het deeg<br />
weer mooi glanzend is: dan 1 ons geraspte kaas erdoor roeren, samen met zeer fijn gesnipperd uitje<br />
(of sjalotje) en vervolgens via deegspuit (of -zak) op met bakpapier bedekte bakplaat tot knikker-<br />
(bommel-) grote hoopjes, ca. 3 cm uit elkaar. Middenin voorverwarmde oven van 200°, tot ze na ca. 25<br />
min. mooi zijn gerezen en goudgeel van kleur (en heel licht aanvoelen).<br />
= Talmouses: 8 plakken (roomboter-)bladerdeeg ontdooien (in ca. 8 min.) en heel licht uitrollen op met<br />
bloem bestoven ondergrond: bestrijken met losgeklopt ei. In een kom 2 eieren loskloppen met 3 eetlepels<br />
slagroom (of crème fraîche) en daar 30 g geraspte (Goudse) kaas, 4 eetlepels droog broodkruim<br />
(geen paneermeel!) en 2 eetlepels gesnipperde peterselie door mengen, en vervolgens nog 1½<br />
ons belegen (Goudse) kaas in hele (!) kleine blokjes erdoor. In het midden van elk deegplak een flinke<br />
schep van dit mengsel, met evt. nog wat geraspte kaas erover. Dan aan de punten omhoogtrekken en<br />
dichtvouwen (en -plakken). Bestrijken met de rest van het los geroerde ei en dan ca. 1½ min. op een<br />
met bakpapier bedekte bakplaat in voorverwarmde oven van 200°.<br />
= Hamflapjes: 6 plakken bladerdeeg in 2 setjes van 3 uitrollen op een met bloem bestrooid werkvlak<br />
tot een dunne lap: hieruit met een vormpje (of wijnglas) rondjes van ca. 6 cm steken (de resten steeds<br />
weer even opnieuw uitrollen en uitsteken). Na bestrijken met wat water er de volgende vulling op: 2 ons<br />
fijngesneden (gekookte) ham vermengd met 2 eetlepels zure room (of crème fraîche) en 2 theelepels<br />
mosterd (dit kan met de hand maar ook in een mengbeker). Dubbelvouwen en de randen met een vork<br />
goed aandrukken: bestrijken met losgeklopt ei. Dan ca. 15 min. op een met bakpapier bedekte bakplaat<br />
in voorverwarmde oven van 200°. Lauwwarm serveren.<br />
Varianten: de plakjes bladerdeeg oprollen rond een plakje gekookte ham. Of rond mengseltje van 1½<br />
ons feta, 2 eetlepels fijngeknipte bieslook en peterselie, citroenrasp en peper en zout naar smaak.<br />
= Uienslakken: van ½ pond bloem, half zakje droge gist, theelepel zout en 1-2 dl lauw water met de<br />
hand in 10 min. deeg kneden of met deeghaken tot het glanst en als één bal van de kom loslaat.<br />
Afgedekt ca. 3 kwartier laten rijzen tot volume bijna verdubbeld is. Intussen ½ pond uiensnippers<br />
fruiten in ½ ons boter, kruiden met tijm en majoraan en op pittige smaak maken met peper en (selderij)<br />
zout (proeven!). Het deeg na nogmaals even doorkneden heel dun uitrollen en randen bestrijken met<br />
losgeklopt ei. Het uimengsel erover verdelen en dicht ‘rollen’, de randen goed op elkaar drukkend. Hier<br />
plakken van snijden, in (slakken)model drukken, bestrijken met losgeklopt ei, bestrooien met<br />
karwijzaadjes en in voorverwarmde oven van 200° in ca. 45 min. bruin bakken.
ZOETE KOEKJES BAKKEN<br />
170<br />
= Zoete zand(taart-)koekjes: boven een mengkom zeven 2 ons bloem + ½ -1 ons witte basterdsuiker<br />
+ 1 zakje vanillesuiker + snufje zout + ½ theelepel citroenrasp, en daar 1½ ons koude (!) boter door<br />
klein snijden (voor iets brosser koekjes ook nog eierdooier erdoor): even met koele hand tot samenhangende<br />
deegbal kneden, doormidden snijden en plat rollen (evt. tussen huishoudfolie) tot enkele<br />
lange rollen van ca. 5 cm doorsnee: ½ uur in de koelkast laten opstijven en daarna in plakken van ca. 1<br />
cm dikte snijden; deze op een beboterde bakplaat leggen en nog beetje plat(ter) drukken (of een putje<br />
in het midden drukken). (Andere methode: ná ‘afkoelen’ plat uitrollen en daar rondjes uit steken.) In 15-<br />
20 min. middenin (of in bovenste helft van) een voorverwarmde oven van 150° tot goudbruin bakken.<br />
Even laten afkoelen in uitgeschakelde en geopende oven.<br />
Varianten:<br />
Gemberkoekjes: dit deeg vermengen met eetlepel gesnipperde gember én op elk koekje een stukje<br />
gember leggen.<br />
Pindakoekjes: bestrooien met stukjes gehakte pinda en daarna evt. bestrijken met losgeklopt ei.<br />
Speculaas: donkerbruine basterdsuiker en speculaaskruiden; en bedekken met amandelschaafsel.<br />
Harde Weners: tussen 2 koekjes een dun laagje (bijv. aardbeien-) jam.<br />
Jan Hagel: in plaats van de bloem zelfrijzend bakmeel en aanvullen met ½ theelepel kaneel en iets<br />
minder boter erdoor snijden. Bestrooien met geschaafde amandelen en fijne kandij en dit licht aandrukken.<br />
Bestrijken met losgeklopt ei en (evt. pas na het bakken) in langwerpige stukjes snijden.<br />
Zandtaartjes: uitrollen tot ½ cm dikte en er met metalen vormpjes koekjes uit drukken; of de vormpjes<br />
vullen met het deeg: dit erin drukken.<br />
= Roomboterkoekjes: deeg maken van 3½ ons bloem, 175 g boter, 3 ons suiker, 1 ei en een snufje<br />
zout, hiervan een rol vormen en daarvan (na opstijven in de koelkast) dunne plakjes afsnijden: deze in<br />
15-20 min. bakken in voorverwarmde oven van 160°. Pas bros na paar dagen!<br />
Varianten:<br />
Caramelkoekjes: 1 ons fijngehakte roomcaramels door het deeg kneden.<br />
Hazelnoot-kandijkoekjes: 75 g bloem vervangen door 1 ons gemalen hazelnoten. Na afsnijden (van<br />
de rol) bestrooien met witte kandij (dit er even in drukken).<br />
Vijgenkoekjes: balletjes kneden van 1½ ons fijngehakte vijgen, ½ ons suiker en ½ ons kokos: deze<br />
tussen steeds twee dunne koekjes(-in-spé) drukken.<br />
Havermoutkoekjes: 1 ons van de bloem vervangen door 1½ ons (snelkook-)havermout, en lichte<br />
basterdsuiker i.p.v. de kristalsuiker; verder nog 75 g rozijnen en 1 eetlepel koekkruiden door het deeg.<br />
Jamkoekjes: 2 theelepels kaneel door het deeg mengen, hele dunne koekjes snijden, deze bedekken<br />
met laagje (abrikozen-)jam, en daarover een volgend koekje, waaruit een rondje of hartje is uit geprikt.<br />
= Flapjacks: ons havermout mengen met ½ ons bruine basterdsuiker en daar ½ ons gesmolten boter,<br />
2 eetlepels honing (liefst vloeibare) of 'golden syrup'-stroop en snufje zout door roeren: dit mengsel uitstrijken<br />
op/in bakvorm van 18 x 28 cm. en op de middelste richel van oven van 160° in ca. 20 min.<br />
goud-bruin bakken. Warm (en nog zeer zacht!) in vierkantjes of rechthoekjes snijden en in de vorm<br />
laten afkoelen (en steviger worden).<br />
= Citroenkoekjes: 1½ ons boter met ½ ons suiker en de rasp van ½ citroen (én citroenessence)<br />
schuimig 'mixen', daarna 2 ons bloem (met snufje zout) erover zeven en snel tot samenhangende bal<br />
kneden. Daarvan rol(len) van ca. 6 cm doorsnee vormen en in aluminiumfolie in de koelkast laten<br />
opstijven: dan plakjes ervan snijden en deze op beboterde bakplaat middenin de oven van 200° tot ze<br />
goudgeel zijn.<br />
= Kattetongen: ½ ons (gezeefde) poedersuiker, ½ ons zachte boter en ½ zakje vanillesuiker (en<br />
snufje zout) met de mixer licht schuimig kloppen, dan stijfgeklopt eiwit erbij en blijven roeren tot de<br />
massa luchtig is geworden - dan ½ ons gezeefde bloem erdoor spatelen. Middels een spuit(-zak)<br />
dunne laagjes in de gewenste (kattetong-)vorm op een beboterde bakplaat spuiten, bestrooien met<br />
poedersuiker en dan ca. 6 min. iets onder het midden in de oven bij 180°.
171<br />
= Stroopkoekjes: 120 g gezeefde bloem mengen met 5 g bakpoeder, 1 theelepel gemberpoeder, 1<br />
theelepel kaneel, ¼ theelepel zout en ½ ons rozijnen. In andere kom ½ ons zachte boter met ½ ons<br />
lichtbruine basterdsuiker, 3-4 eetlepels (schenk-)stroop en ½ -1 ei tot homogene massa mixen en daar<br />
het bloemmengsel in gedeelten al kloppend aan toevoegen, afgewisseld met 1-2 eetlepels water, tot<br />
een taai beslag (als van oliebollen) ontstaat. Dit in kleine, voldoende ver van elkaar liggende,<br />
(uitvloeiende!) hoopjes deponeren op een met bakpapier bedekte bakplaat, en dan middenin oven van<br />
180° in 10-12 min. goudbruin en gaar bakken.<br />
= Friese dumkes: 250 g suiker met 125 g zachte boter met de mixer romig kloppen en daaraan 3<br />
eieren stuk-voor-stuk al roerend toevoegen, dan 3 ons bloem met snufje zout en 1 theelepel kaneel<br />
erover zeven en erbij doen: 75 g gemalen hazelnoten, 1 theelepeltje anijspoeder en 2 eetlepels<br />
gestampte (anijs-)muisjes; tot gladde massa roeren en evt. wat water erbij zodat een samenhangend<br />
deeg ontstaat. Afgedekt ½ uur op koele plaats laten rusten, daarna op een bebloemde onderlaag van<br />
het deeg vingerlange rolletjes vormen en deze op een ingevet bakblik middenin voorverwarmde oven<br />
van 180° in ½ uur gaar en bruin bakken. Met de duim er op drukken om hun naam eer aan te doen én<br />
om na te gaan of ze voldoende zacht zijn gebleven.<br />
= Kokoskoekjes: soepel deeg kneden van 1½ ons bloem (met snuf zout) en onsje witte basterdsuiker<br />
(met wat citroenrasp), waardoorheen ons boter fijn is gesneden, met een losgeklopt ei (deel achterhouden).<br />
Uurtje laten rusten op een koele plaats. Intussen vulling maken van: 2 eetlepels bloem, 1 ons<br />
suiker, 1 ons gemalen kokos, zakje vanillesuiker en ¼ l (slag-)room (met evt. nog wat melk): boven<br />
zacht vuur roeren tot gebonden crème en dan van het vuur af er nog eierdooier en 20 g boter door<br />
roeren. Laten afkoelen. Deeg uitrollen tot dunne lap, daar rondjes uit steken, deze bedekken met een<br />
laagje van de vulling en dan dubbelvouwen. Na bestrijken met het losgeklopte ei op een beboterde (of<br />
met bakpapier bedekte) bakplaat in ca. ½ uur in een voorverwarmde oven van 200° goudgeel bakken.<br />
= Kruidkoekjes: 1½ ons bloem met 1 theelepel bakpoeder, wat zout en 60 g basterdsuiker uitzeven<br />
boven een mengkom, dan de rasp van 1 citroen, ¼ theelepel kaneel en mespuntje(s) kruidnagel-<br />
poeder, gemberpoeder, peper, foelie en kardemom erdoor mengen - er een losgeklopt ei door roeren<br />
en er dan 60 g boter in klein snijden (tot ca. erwtgrote kruimels) en tot stevige massa kneden. Na ca. 3<br />
kwartier rusten in de koelkast uitrollen tot lap van ca. ½ cm dikte en daar koekjes van de gewenste<br />
vorm uit steken: deze 15 min. op een lbeboterde bakplaat middenin voorverwarmde oven van 180°.<br />
= Amandelkrullen: boven 2 eiwitten in een kom 1 ons witte basterdsuiker, ½ ons bloem en mespunt<br />
zout uitzeven en zo goed doorroeren tot er geen klontjes meer te zien zijn, dan paar druppels vanilleessence<br />
en 20 g gesmolten boter erdoor roeren en ca. 20 min. op kamertemperatuur laten rusten. Dan<br />
5 of 6 lepels deeg, met voldoende tussenruimte, deponeren op met bakpapier bedekte bakplaat, bestrooien<br />
met geschaafde amandelen en ca. 5 min. in voorverwarmde oven van 200°. Als de randen<br />
licht gekleurd zijn, de 'koekjes' met een paletmes van de plaat halen en over een dikke steel hangen tot<br />
ze afgekoeld en gekruld zijn. Niet meer dan 5 of 6 koekjes tegelijk bakken; en de plaat kort terug zetten<br />
in de oven als ze te hard zijn geworden om te buigen.<br />
= (Room-)Borstplaat: 1½ ons basterdsuiker met 2 eetlepels room en 2 eetlepels melk uiterst<br />
langzaam aan de kook brengen (zodat de suiker zonder roeren smelt) en heel zachtjes, onder af en<br />
toe roeren, laten inkoken, net zolang tot een druppel die op een schoteltje valt de druppelvorm behoudt<br />
(niet meer uitvloeit): dan direct uitgieten in natgemaakte (of beboterde) vorm(pjes), gelegen op beboterd<br />
vetvrij papier. Na goed afkoelen uit de vorm(pjes) nemen.<br />
Varianten: fijngehakte hazelnoot erdoor, of gewelde goed-uitgelekte rozijnen, of cacao of koffieextract(-poeder).<br />
= Chocoladeborstplaat: 1½ ons kristalsuiker met 5 g cacao goed mengen met 3-4 eetlepels water: al<br />
roerend verwarmen tot alles geheel is opgelost, daarna aan de kook brengen en laten inkoken tot de<br />
laatste druppel die van een lepel valt draden trekt: dan al roerend even heel snel laten afkoelen tot het<br />
begint te 'krassen' en dan dadelijk uitgieten in de vorm(en).
172<br />
MATEN EN GEWICHTEN (in verhouding)<br />
1 (afgestreken) 1 (afgestreken) gewicht in grammen<br />
theelepel (= 3-5 cc) eetlepel (= 15 cc) van het ingrediënt:<br />
2 10 basterdsuiker<br />
1½-3 10-15 kristalsuiker<br />
3-4 7-10 bloem (en custard)<br />
3-5 10-15 zout<br />
2½ 10-15 boter/margarine<br />
10-15 water/melk<br />
5 12 olie<br />
1½-3 bakpoeder<br />
dessertlepel = 10 cc = 2 theelepels<br />
1 wijnglas = ca. 1 dl (vol = 125 cc)<br />
Verklarende woordenlijst voor de jonge(re) lezers:<br />
g = gram<br />
ons = 100 gram<br />
pond = 500 gram<br />
kg = kilo = 1000 gram<br />
dl = deciliter = 100 cc - l = liter = 1000 cc<br />
OVENSTANDEN<br />
De tegenwoordig weer meer gangbare electrische ovens hebben ook nog een zgn. 'rijs'-stand van 50° en<br />
een warm-houd-stand van 100° (bijv. voor biefstuk of patates)<br />
Bij gebruik van hetelucht-circulatie kan ook (nog) 10% van de baktijd worden afgetrokken en is niet<br />
altijd voorverwarming nodig (en bij combi-oventje vooral ook plateautje gebruiken voor ‘middenin’!).<br />
bij een (aard-)gasoven: bij een electrische oven: bij een heteluchtoven:<br />
1 - ca. 140° C. - zeer lauw 50° 40°<br />
2 - ca. 160° C. - lauw 100° 85°<br />
3 - ca. 180° C. - lauw-warm 125° 105°<br />
4 - ca. 200° C. - vrij warm 150° 130°<br />
5 - ca. 220° C. - goed warm 175° 150°<br />
6 - ca. 240° C. - zeer warm 200° 170°<br />
7 - ca. 260° C. - heet 225° 190°<br />
8 - ca. 280° C. - zeer heet 250° 215°<br />
275° 235°